De Slavin van het
Zwijgen
DINSDAG 29 JULI 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
BINNENLAND
KONINKLIJKE BESLUITEN.
Rijksuniversiteit te Groningen.
Bij Kon. besluit is benoemd tot lector
in de faculteit der letteren en wijsbegeerte
aan de Rijksuniversiteit te Groningen, om
onderwijs te geven in de Friesche taal en
letterkunde, P. Sipma, te Leeuwarden.
Technische Hoogeschool.
Bij Kon. besluit is tijdelijk benoemd tot
lector in de afdeeling der algemeene we
tenschappen aan de Technische Hogeschool
te Delft, om onderwijs te geven in den ijk,
J. G. Berck.
Commissaris van politie.
Bij Koil. besluit is benoemd tot commis
saris van politie te Rotterdam P. J. E.
Snippe, thans hoofdinspecteur van politie
aldaar.
R.-K. MEUBELMAKERS EN HOUT-
BEWERKERS.
Tweejaarlijksch Congres.
In den Dierentuin te '-sGravenhage werd
Zaterdag en gisteren het tweejaarlijksch
Congres gcnoudoa van den Ned. R.-K. Bond
van Meubelmakers en Houtbewerkers „St.
Antonius van Padua". In zijn openings
woord wees de voorzitter de heer Th. de
Groot uit Amsterdam er op, dat „St. Anto
nius" die na de bloeiperiode, die haar hoog
tepunt gevonden had in 1920 toen de bond
6171 leden telde en daarna gedaald is tot
benemen de 3000 in 1924, sinsdien geleide
lijk weder is gestegen tot over de 4400 le
den.
Aan moeilijkheden heeft het den bond
niet ontbroken. De vele werkloosheid in
het bedrijf maakte uitkeeringen noodig tot
een bedrag van 340.000, bij stakingen
moet niet minder dan ƒ350.000 werden uit
betaald en ook van het bondsziekenfonds
werden vele en zware offers gevraagd.
Toch mag de financieele toestand van
den bond gezond genoemd worden al is
dan groote waakzaamheid, zorg en zuinig
heid gebiedende eisch.
In de vergadering van Zondag, die des
morgens om 10 uur begon, werd een eind
gemaakt aan een bestaande onbillijkheid,
ook als gevolg^ van de ziektewet en werd
bepaald, dat, in tegenstelling met voor
heen, men bij ziekte slechts dan wordt vrij
gesteld van '"t betalen van bondscontribu-
tie indien men niet., hetzij krachtens con-
tractueele verplichtingen, hetzij als gevolg
van de ziektewet ziekengeld ontvangt.
Ontvangt men op een dezer beide gronden
uitkeering, dan is men ook de "bondscon-
tributie verschuldigd.
Een voorstel-Amsterdam om in verband
met den steeds toenemenden bloei der or
ganisatie ovej- te gaan tot aanstelling van
nog eèn bezoldigd bestuurder werd aange
nomen in dien zin dat het bestuur hier
toe zal overgaan zoodra blijkt dat de
fondsen van den bond een - bestendiging
van deze functie dragen kunnen.
Nijmegen die onmiddellijk daartoe wilde
overgaan om dan met kracht de districts-
actie te voeren zag zijn voorstel niet vol
doende gesteund om in behandeling te
komen.
De aftredende bestuursleden werden
herkozen terwijl gekozen werden in de
vacature H. H. Waals, de heer F. v. d.
Brand te Haagsteeg en in de vacature J.
Th. v. d. Laan de heer H. Ratté te Den
Haag.
HAAGSCHE KNULLETJES.
De knuppel kan hier goeden dienst doen.
Holly Mahroudi" schetst in de „Nieu
we Courant,,
„Ze liepen vóór me op de Laan van
Meerdervoort, drie van die onuitstaan
bare knulletjes met half-zakkende broe
ken plus-fours heeten die moderne, af
schuwelijke aardappelzakken als ik het
wel heb waaruit beenen te voorschijn
kwamen, die verdacht veel op afgekeurde
boonestaken leken.
Hun gelakte pommade-hoofdjes glom
men als een lakschoen en heel hun optre
den droeg het stempel van gemaaktheid,
van het quasi manachtige, dat niet in
overeenstemming te brengen is met hun
onvolgroeide bodies.
Het zijn bekende typen de residen
tie kent er zoo héél wat maar het zijn
blagengroote blagen
Ze hebben praats voor zes en vloeken
om het andere woord dat staat mis
schien mannelijk. Misschien zijn ze dan
ook wel zestien of zeventien....
Ze hebben het met allerlei kunst- en
vliegwerk wel tot de tweede klas Gym of
H.B.S. gebracht. Verder zullen ze het
waarschijnlijk niet brengen, maar dat is
minder, want ze hebben 'n „Haarlie" of
'n Ariel en knallen over den Leidschen of
Scheveningschenweg met 'n bravoure, diè
'n geroutineerd motorrenner de haren te
berge zou doen rijzen. Ze hebben wel geen
syllabe verstand van een motor, maar dat
wordt bi} de uitreiking van een rijbewijs
ook niet gevraagd, niet waar 1
Ze kennen alle bars en dancings, in Den
Haag zoowel als in Scheveningen, met
alles wat daaraan verbonden is, en ze
knipoogen vertrouwelijk tegen zekere, op
de Pier flaneerende dames, met het air
van doorgewinterde mannen.
Ja het zijn echte Lebemanner Zestien,
zeventien
Ze weten u precies te vertellen "waarom
„Harry" niet meespeelt, want ze kennen
trouwens iedereen, die aan den weg tim
mert persoonlijk. Ja -! En ze vinden het
„vei'rot ongeheurd, zag", dat wij in Boe
dapest verloren, noemen Tap een prul en
de rest van ons elftal droevige stumpers,
die geen korrel verstand van voetballen
hebben. Zélf hebben ze nog nooit een bal
Ze kennen onze zwemmers en zwem
sters op hun duimpie, en bij eiken wed
strijd zijn ze te vinden en vervelen u met
hun „kijk" op alles, met hun ongevraagdo
opmerkingen en uitleggingen. Zelf hebben
ze nog nimmer een druppel water over hun
magere bodies- gevoeld hoogstens heb
ben ze eenmaal in de veertien dagen hun
voetjes een beetje afgespoeld.
Ze vinden Holland een kikkerland.
„Neen, dan het buitenland, zkg En ze
scheppen op over hun reizen, die zich in
waarheid niet verder uitstrekken dan dat
ééne reisje naar Antwerpen, op een Zon
dag heen en terug, heel zoetjes met Pa
en Ma.
Ze praten over politiek en sport met
een flux de paroles, die u aanvankelijk
overdondert, maar weldra blijken het
slechts woorden, looze woorden. Een
leegte, die ons verbaasd doet staan, spreekt
uit heel hun wezen, uit al hun holle woor
den.
Wielrennen is een proletensport Vlie
gen niets aan Neen, gevlogen hebben
ze feitelijk nog niet, maar ze hebben een
kennis op Waalhaven, weet u. Hockey
Korfbal Ach wat een bezigheidje voor
de „meiden".
Maar boksen, ja boksen dht is noj
iets. Maar daar heb je nu bijvoorbeeld
die Schmeling, die heeft nu gewoongeweg
geen verstand en begrip van techniek
En in gedachten zie je Sc'hmelings vuist
hun kwallengëzichtjës even streelen, al
leen maar stréélen.
Ze rooken,. ze drinken, ze dansen en ze
vloeken, en ze lachen om alles wat ze niet
begrijpen en ze lachen u in uw gezicht
brutaal uit
Ze hebben een „vrouw", deze knulletjes,
waarmee ze dan een of ander meisje van
hun leeftijd bedoelen, van het zelfde laken
een pak....
En deze kinderen, ja kinderen, want
meer zijn het niet, deze aanstellerige,
ganzen, die nog een donsje op him boven- j
lip hebben, zijn al blasé in het kwadraat, j
En dat is dan zestien of zeventien Zoo J
telt de Residentie, neen, niet aleen de
Residentie, zoo telt ons heele land er ve-
telt de Residentie, neen, niet alleen de
Men vraagt zich alleen af maar hebben j
deze kinderen dan geen ouders 1
En zoo ja, is het dan niet beanstigend
En als ze deze regelen lezen, die knul
letjes, die hoop des vaderlands, dan vinden
ze het ,,'n verdrake mop zag" en be
seffen nóg niet, dat ze zelf-bedoeld wor
den We mogen er wél trotsch op zijn.."
Ziedaar de producten van onze hoogge
roemde beschaving en opvocdingskunst
Zou de befaamde „vrijheid'' hier niet
schuldig staa
DE IEPENZIEKTE.
Geen belangrijke achteruitgang van het
hout
Wij lezen in het „Volk": De vraag, of
hout, afkomstig van door iepenziekte aan
getaste boomen, minder gebruikswaarde
heef. dan hout, dat afkomstig is van ge
zonde iepenboomen, wordt door vaklieden,
als houtkoopers en houtverwerkers, op zeer
uiteenloopende wijze beantwoord. In ver
band daarmede is in het laboratorium voor
technische botanie te Delft op verzoek van
het Staatsboschbeheer, gevestigd te
Utrecht, een wetenschappelijk onderzoek
dienaangaande ingesteld met behulp van
bepioevingstoestellen van het gebouw voor
kennis en onderzoek van bouwstoffen.
Het verslag nopens de uitkomsten van
dat onderzoek zal binnenkort volledig
openbaar worden gemaakt.
Naar wij vernemen, is men bij de proef
nemingen tot de slotsom gekomen, dat
hout van iepenboomen, die door bovenbe
doelde ziekte zijn aangetast, weliswaar
eenigen achteruitgang in mechanische
eigenschappen in het bijzonder in de
taaiheid vertoont, doch dat een be
langrijke achteruitgang, zelfs bij den
sterkst aangetasten sta-m, niet kon wor
den vastgesteld.
GEMENGDE BERICHTEN
ONGELUKKEN
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER
AUTO TE WATER GEREDEN.
Een der inzittenden verdronken.
Een auto, waarin gezeten waren Dr.
Beyaart en de heer Balthau, hotelhouder
uit Selzaete (Z. VI.) is tusschen Selzaete
en Gent in het Kanaal gereden. Dr.
Beyaarts kon zich al zwemmende redden;
de heer Balthau is verdronken.
Met motorfiets tegen een boom
gereden en gedood.
Zondagmiddag vond men langs den weg
van Oss naar Macharcn een man in be-
wusteloozen toestand. Het bleek te zijn
H. van B. oud zesentwintig jaar, fabrieks
arbeider, die het ongeluk had gehad met
zijn motorfiets tegen een boom te hebben
gereden. De Kon. Marechaussees waren
spoedig ter plaatse. Medische en geeste
lijke hulp werd ingeroèpen en verleend.
Van B. werd voorzien van de laatste H.H.
Sacramenten. Nog voor het slachtoffer
naar het St. Annagasthuis was getrans
porteerd, waren de levensgeesten gewe
ken. Het slachtoffer laat een weduwe en
twci kinderen achter,
Door een vrachtauto over
reden en gedood.
Zaterdagmiddag geraakte het achtjarig
zoontje van den landbouwer E. te Klein-
dijk onder een bierauto van de Lange te
Emmen. Het knaapje is aan de bekomen
verwondingen overleden.
Van een vrachtauto gevallen
en overleden.
Gisterenmiddag had in de.Chr. Huygen-
straat to Tilburg een doodelijk ongeval
plaats. Het zevenjarig zoontje van den
heer K. uit de Oerleschestraat was op
een vrachtauto van de firma Stevens
geklommen. Op een onbewaakt oogenblik
viel het ventje van den auto en geraakte
daarbij onder een der achterwielen. De
knaap kreeg heb wiel over het hoofd en
was op slag gedood.
Door een auto overreden
en gedood.
Het S-jarig zoontje van den landbouwer
J. E. te Odoorn is, terwijl het speelde,
door een auto overreden. De dood trad
onmiddellijk in. Den. chauffeur treft geen
schuld.
Auto in een sloot gereden.
Tusschen Wagenberg en Made is giste
ren de auto van den heer D. uit Klun-
derb door het breken van het stuur, in
een sloot gereden. De vier inzittenden
bekwamen allen verwondingen en moes
ten zich te Made onder geneeskundige
behandeling stellen.
Aan de gevolgen overleden.
Zaterdag is in het ziekenhuis te Tilburg
H. S., die verleden week op den Breda -
schen weg is aangereden, aan zijn ver
wondingen overleden.
Op 23 dezer werd een jongetje van een
jaar oud, J. W. genaamd, door een auto
bus der H. T. M. in de Frederikstraat
in Den Haag overreden en ernstig ge
wond naar het ziekenhuis- gebracht. Gis
teren is het jongetje aan zijn verwon-
digen overleden.
DOODELIJK AUTO-ONGELUK TE
SITTARD.
De automobilist gearresteerd.
Eerverleden Zondag is in heb Fransche
klooster te Sittard de heer J. Thissen,
die Donderdagavond op den Rijksstraat
weg te Sittard door een passeerende luxe
auto overreden werd, zonder tot bewust
zijn te zijn gekomen, overleden. Zooals-
wij gemeld hebben, was de chauffeur van
den auto, welke dit ongeluk veroorzaakte,
zonder zich om het slachtoffer te bekom
meren, doorgereden. Zaterdag hebben de
marechaussee's van Sittarl hem in de
omgeving van Maastricht aangehouden.
De voorruit van den auto was van on
breekbaar glas, maar niettemin totaal ver
splinterd. De auto is- van een handels
reiziger uit Rotterdam.
Verdronken.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
is de 36-jarige grondwerker J. N. te Rot
terdam achterover van een hekje gevallen,
dat aan den kant van de Delftsche- vaart
stond. De man zonk onmiddellijk. Het on
geluk was evenwel door een paar late
wandelaars gezien, die een agent van
politie haalden. Aan deze gelukte het
vrij snel den man met een dreg op te
halen. Kunstmatige ademhaling is door
den G.G. en G.D. toegepast, waarna hij
naar het ziekenhuis Coolsingel is ver
voerd. Hij is daar ter verpleging opge
nomen, d'ooh Zondagmorgen overleden.
Gisterenmiddag is bij het zwemmen
in zee, in de onmiddellijke nabijheid
van den vuurtoren te Scheveningei{ ver
dronken de 21-jarige C. S., uit de Meeu
wenlaan te Amsterdam.
Het zwemmen bij den vuurtoren blijkt
uiterst gevaarlijk te zijn. Den laats ten
tijd is het herhaaldelijk voorgekomen,
dat goede zwemmers daar verdronken of
in gevaar kwamen te verkeeren. De heer
S., die gisterenmiddag het slachtoffer is
geworden, stond op een golfbreker, ver
loor zijn evenwicht en viel in heb water,
dat hem door den sterken trek onmid
dellijk meesleurde.
De gevaarlijke zee.
I Bij het baden in zee aan het Stille
I Strand verkeerden Zondagmiddag de 51-
jarige J. v. B. en diens 15-jarigen zoon
in levensgevaar, doordat zij door den
j sterken stroom niet uit zee konden ko-
I men. Zij zijn gered door twee lieden van
i do reddingsbrigade.
i Te Domburg is Zondagmiddag de
ruim 20-jarige W. uit die gemeente, die
met een kameraad was gaan zwemmen
j doch een minder goed geoefend zwemmer
was, bij vrij hevigen wind in zee verdron-
j ken. Het ongeluk gebeurde op grooteu
I afstand van het officieele badstrand.
UIT DE RADIO-WERELD
Programma's voor Woensdag 30 Juli.
Huizen 1071. M. Voor 6-uur 298 M.
Uitsl. NCRV.-uitzending.
8.159.30 Morgenconcert.
10.3011.00 Ziekendienst.
11.0011.30 Gramofoonpl..
11.3012.30 Concert op het orgel.
12.302.00 Solistenconcert.
2.002.45 Solistenconcert.
2.453.15 Christel, lectuur.
2.154.15 Vervolg concert.
4.155.00 Gramofoonpl.
5.006.00 Kinderuurtje.
6.007.00 Gramofoonpl.
7.007.45 Causerie over de letterkunde.
7.45 Gramofoonpl.
8.0011.00 Concert. Lezing over tuin-archi-
tectuur.
10.00 Persber.
Hilversum, 1875 M.
8.00 VARA. Orgelconcert.
9.00 VARA. Gramofoonpl.
10.00 VPRO. Morgenwijding.
10.15 VARA. W. v. Capellen leest voor.
10.30. VARA. Voor de zieken. Voordracht
met piano- en vioolsoli.
11.30 VARA. Gramofoonpl.
12.15 VARA. Concert door het VARA-
septet.
13.45 VARA. Gramofoonpl.
14.00 Verzorging zender.
14.30 VARA. Kindermatinée in het Kur-
haus Scheveningen.
15.30 VARA. Maak het zelf-les.
16.30 VARA. Orgelconcert.
17.00 VARA. Voor de kinderen.
17.45. VARA. Concert door het VARA-
orkest.
19.15 VARA. Literaire causerie door A. M.
de Jong.
20.00 VARA. Inl. tot de avond-uitz.
20.15 VARA. Concert in het Kurhaus Sche
veningen o. 1. v. C. Schuricht. Daarna persber.
en gramofoonpl.
D a v e n t r y, 1554.4 M.
10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing.
12.20 Gramofoonpl.
1.20 Orkestconcert.
2.202.50 Concert.
4.20 Strijkkwartet.
5.05 Orgelconcert door R. New.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Lezing en Nieuwsber.
7.00 Piano-recital door F. Dawson.
7.20 Lezingen.
8.05 Vaudeville.
9.20 Nieuwsber.
9.45 Lezing.
10.00 Concert. Orkest.
11.20 Dansmuziek.
11.3512.20 Dansmuziek.
„Radio Paria", 1725 M.
12.502.20 Gramofoonpl.
4,05 Orkestconcert en soli.
8.20 Concert, Orkest en solist.
9.05 „La Périchole" van Offenbach. Orkest
en solisten.
L a n g e n b r g, 473 M.
7.257.50 Gramofoonpl.
7.508.50 Orkestconcert.
10.3512.15 Gramofoonpl.
12.30 Gramofoonpl.
I.252.50 Orkestconcert.
5.506.50 Concert. Piano, viool en cello.
8.20 Concert. Orkest en mezzo-sopraan. In
termezzo: Koorconcért. Na afloop tot 12.20
Orkestconcert.
Kalundborg, 1153 M.
12.202.20 Orkestconcert.
3.505.50 Orkestconcert en voordracht.
8.209.05. Orkestconcert.
9.059.35. Orkestconcert, voordracht en
zang.
9.5510.20 Pianorecital.
10.2011.20 Orkestconcert.
II.2012.50 Dansmuziek.
'Brussel, 508.5 M.
5.20 Dansmuziek.
6.50 Trio-concert.
8.35 Gramofoonpl.
8.40 Concert. Orkest en solisten.
FEUILLETON
Uit het Engelsch van
FRED. M. WHITE.
„U hoeft u niet ongerust te maken", ver
volgde Beatrice. „Mijn zwakke oogenblik is
voorbij en ik zal mij in het vervolg beter
beheerschen."
„Zoo mag ik het hooren", prees Sir Char
les opgewekt. „Tusschen haakjes, ik heb
wel eens gedacht, dat er tusschen jou en
Mark Ventmore iets was, hè?"
Een gloeiend rood trok over Baetrice's
bleek gezicht. Haar kleine handen trilden.
„Ik heb nooit van iemand anders dan
van Mark gehouden en zal dat altijd blij
ven doen. Als Mark's vader zijn handen niet
van hem afgetrokken had, omdat hij zich
liever aan de kunst wilde wijden, dan za
ken te doen, waarvoor hij niet den minsten
lust of aanleg heeft, zoudt u nooit en nim
mer tusschen ons gekomen zijn. U hebt
kans gekregen, doordat hij naar het bui
tenland is gegaan, maar ik wil u één ding
vertellen. Ik heb Mark naar Venetië ge
schreven, verleden week, en hem gevraagd
om direct over te komen. Als hij dat ge
daan had, zou ik hem alles verteld hebben
en hem gesmeekt hebben met mij te trou
wen. Maar de brief is niet terecht geko
men: ik heb niets van hem gehoord en u
behoeft dus niet bang te zijn voor die twee
mannen daar beneden. Maar het was op
heb kantje af voor u."
Sir Charles keerde zich van haar af, ter
wijl hij een vroolijk deuntje neuriede. Het
was niet noodig zich nog boos of onge
rust te maken. Gelukkig maar, dat die
brief dieu jongen windbuil niet bereikt
hadBeatrice had nu haar woord gegeven
en dat zou zij houden. Haar rechtschapen
heid en eergevoel had zij van haar moe
der geërfd.
„Dwaas, dwaas," mompelde Sir Charles
op vergoelijkenden toon. „Meisjes zijn zoo
impulsief. Geloof je ook niet, dat die an
jers beter zullen uitkomen, als er wat meer
groen tusschen staat? Kijk, zoo, vindt je
het nu niet beter."
Alsof hij geen andere zorg ter wereld
had, verschikte Sir Charles de dieproode
bloemen. Zijn gezicht stond weer even jon
gensachtig als zooeven. In de aangrenzen
de kamer hoorde hij een hooge vrouwenstem
naar iemand vragen.
„Lady Rasborough", riep hij. „Ik zal
haar tegemoet gaan. En probeer om 's he
melswil een beetje vroolijker te kijken.
Blijf hier tot je er wat opgewekter uit
ziet
Sir Charles ging met een kwieken stap
en een charmante glimlach op zijn gezicht
de kamer uit. Lord Rashborough was het
hoofd van zijn familie en hoewel de recep
tie morgen in het hotel zou zijn, trouwde
Beatrice uit het huis van de familie Rash
borough.
Beatrice streek -vermoeid en lusteloos
met de hand over het gezicht. Ze stond
een oogenblik onbeweeglijk in het vuur te
staren, haar gedachten waren ver weg.
Langzamerhand keerde zij weer tot de
werkelijkheid terug en zij merkte plotse
ling dat zij niet alleen in de eetzaal was.
Toen zij zich omkeerde, zag zij een slanke
dame, die juist naar de deur wilde gaan.
„Ik geloof", zei de vreemde met een
prettig klinkende stem, „dat ik mij vergist
heb."
„Als u mijn vader Sir Charles Darryll
misschien spreken wilt, dan kan ik u wel
naar een andere kamer brengen
Het viel Beatrice plotseling in, dat de
vreemde vrouw wel een avonturierster kon
zijn, die het om het tafelzilver te doen was.
Maar één blik op het mooie bedroefde
vrouwengezicht was voldoende om haar dat
vermoeden oogenblikkelijk te doen verwer
pen. De vreemde was ongetwijfeld een
echte dame. Zij was heelemaal in zilver
grijs gekleed en droeg een hoed in dezelfde
tint, waaronder zacht grijs haar uitkwam,
dat een wonderlijke tegenstelling vormde
niet het nog jonge gezicht.
„Ik ben verkeerd geloopen, zie ik", zei
de vrouw. „Kan ik niet in de gang komen
door die deur daar? Die groote moderne
hotels zijn goed om in te verdwalen Dus
u bent Beatrice Darryllik heb dikwijls
van u gehoord: mag ik u gelukwenschen
met
„Neen, neen", riep Beatrice snel. „Doet
u dat niet, als u mij uw naam zegt, kan ik
u misschien helpen om .degene te vinden
die u zoekt.
De vreemde schudde het hoofd toen zij
op den drempel stond. En met haar zachte
aangename stem antwoordde zij: „het
komt er in het minst niet op aan hoe ik
heet. U kunt* mij de slaving van het Ver
bond noemen
Er klonk iets onuitsprekelijks droevigs
in deze woorden.
HOOFDSTUK II.
De geheimzinnige kellner.
Het diner was in vollen gang en nie
mand zou bij het meisje, ter eere van wie
dit opgewekte en schitterende gezelschap
bijeen was, zooveel ellende en hartelced
hebben verondersteld. Sir Charles, glim
lachend vroolijk en onuitputtelijk in gezel
lige conversatie, babbelde met zijn gas
ten, alsof hij de zwijgende wachters bui
ten volkomen vergeten was.
Zooals hij daar troonde als gastheer, op
lettende dat het zijn gasten aan niets ont
brak, zon men hem voor een schatrijk man
gehouden hebben. En inderdaad, deze
kostbare maaltijd zou ook wel betaald wor
den.... maar niet door hem.
Beatrice had haar gezicht in een glim
lachende plooi gedwongenzij beheerschto
zich op oen bewonderenswaardige manier.
Er waren verschillende andere jonge meis
jes onder de aanzittenden aan het feest
maal, die Miss Darryll in stilte benijdden
en zich afvroegen, waarom ze zoo simpel-
tjes gekleed zou zijn. Aan haar linkerzijde
zat Stephen Richford, een zware, grove,
norsch kijkende man met dikke lippen en
met een onmiskenbaar sluwe en gemeene
uitdrukking in zijn kleine oogjes. Er was
iets in zijn verschijning dat deed denken
aan een beroepsbokser. Hij was slecht ge
humeurd en weinig geneigd tot conversa
tie, zooals het meestal het geval bij hem
was, zocdat Beatrice bijna voortdurend
praatte met haar tafelbuur aan de andere
zijde. Kolonel Berrington, een bekend offi
cier, die heel wat roemruchte krijgsavontu
ren achter den rug had en die sinds kort
uit Indië terug was.
Hij was een knap en gedistingeerd uit
ziend man, maar in de trekken om zijn
mond en in zijn oogen was een uitdrukking
van melancholie en verzwegen verdriet.
Kolonel Berrington scheen overal geweest
te zijn en iedereen te kennen, maar over
zijn eigen verleden sprak hij zelden of
nooit. En toch was er iets in zijn persoon
lijkheid, dat allen die hem kenden vertrou
wen inboezemde, er waren weinig men-
schen die zooveel confidenties aan te hoo
ren kregen als hij. Waarschijnlijk kwam dit
door het begrijpende meevoelen, dab hij al
tijd voor zijn medemenschen toonde en in
derdaad had hij ook de intuïtieve gave om
op te merken of iemand waarmee hij in aan
raking kwam werkelijk ongeveinsd vroolijk
en gelukkig was, of een stil verdriet ver
borg achter een masker van opgewekt
heid.... zooals hij zelf meestal deed. En
zoo zei zijn vriendelijk meevoelend in
stinct hem op dat oogenblik, dat heb mooie
meisje naast hem, niet gelukkig was.
„Dit is dus uw laatste feest al.s jong
meisje, juffrouw Darryll", merkte hij glim
lachend op. „Het kost me moeite om te
realiseeren, dat u, den laatslen keer dat ik
u gezien heb nog een gélukkig kind was..."
„En dat ik nu een ongelukkige jonge
vrouw ben, wilde u misschien zeggen V'
opperde Beatrice.
„Ik weiger positief me een dergelijke be
wering in de schoenen te laten schuiven",
protesteeerde Berrington. „Als ik de tafel
zoo eens rond kijk, zie ik minstens vier
jonge meisjes, die u uit den grond van hun
hart benijden. Onder zulke omstandighe
den kan een meisje toch nooit ongelukkig
zijn!" Beatrice bloosde een weinig en speel
de zenuwachtig met een stukje brood. Ber-
rington's woorden waren op een onschuldig-
schertsende toon gezegd, maar de verbor
gen beteekenis er van ontging haar niet.
(Wordt vervolgd).