NED. OOST-INDIE SPORT DONDERDAG 24 JULI 1930 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 7 Brutale roofoverval te Berlijn. Gistermiddag werd een roofoverval ge pleegd op den wissellooper van een schoen fabriek, die door zijn firma- naar een bij kantoor van de Dresdener Bank in de Neue Königstrasse te Berlijn gezonden was, om driehonderd mark te innen. Op den terugweg naar de fabriek werd hij door twee mannen aangesproken, plot seling vastgepakt en meegesleurd in een huis. Daarna ontving hij verschillende slagen op het hoofd met een ijzeren stang en stortte, badend in zijn bloed, ineen. Daarna sleepten de daders den weerloo- zen man omlaag langs een keldertrap en lieten hem buiten kennis liggen. Toen de aangevallene weer tot bewustzijn kwam, waren de misdadigers reeds verdwenen. Zij hadden zijn actentasch met het ge- inde geld gestolen. De man werd met ern stige schedelverwondingen naa-r het zie kenhuis vervoerd. Wereldkampioenschapschommelen. Te Decatur in den staat Illinois is een zeer belangrijk wereldrecord gevestigd, na melijk in hetschommelen. Acht en dertig personen van beiderlei kunne kwamen op het marktplein bijeen, namen in schommelstoelen plaats en lieten zich schommelen. Steeds niaar doorsohom- melend, at, dronk, rookte, sliep het stel letje dwazen. Na gedurende tien dagen en elf nachten tot totaal 252 uur, zonder op houden te hebben geschommeld, bleef er slechts één jongedame, Evelyne Baker ge- heeten, over. Zij werd tot wereldschommel- kampioene uitgeroepen en heeft het aan dit succes te danken, dat zij reeds den dag daarop ruim honderd huwelijksaanzoeken ontving. RECHTZAKEN TOESTAND IN HET KAMP TE B0VEN-DIG0EL. Bevindingen van den heer Hillen. Aneta seint uit Batavia: Het lid van den Baad van Ned-Indië W. P. Hillen, die onlangs is teruggekeerd van zijn bezoek aan Boven-Digoel, waar hij in opdracht van de regeering een onderzoek heeft in gesteld, heeft tijdens een onderhoud met de vertegenwoordigers der plaatselijke bladen opgemerkt, dat het interneerings- kamp in Boven-Digoel weliswaar een gun- stigen indruk maakt-, doch niettemin on loochenbaar is gelegen in een omgeving van moeras en modder. Hij deelde verder mede, dat verschillende verschijnselen wij zen op een zich verbeterende stemming onder de geïnterneerden. De heer Hillen ontving bijv. ter gelegenheid van den ver jaardag van H. K. H. Prinses Juliana een oorkonde met de portretten der Koninklij ke Familie, plus een lofdicht op Prinsës Juliana. Volgens den heer Hillen valt voorts een toenemende neiging tot werken te constateeren. Van 1170 geïnterneerden is het aantal van hen die weigeren te werken, teruggeloopen tot 225. Het aantal zelfstandige werkzoekenden is gestegen tot 350. In verband hiermede is het bedrag gemoeid met het onderhoud der geinter- neerden, van 33.000 per maand gedaald tot op 20.000 per maand. Als omgangstaal wordt het Maleisch gebezigd. Er valt ech ter volgens de geinterneerden een sterke neiging waar te nemen in een groepeering Ontrouw kamermeisje. De 26-jarige Duitsche dienstbode A. A., gedetineerd, vroeger werkzaam te Ooster beek, wonende te München, moest Maan dag voor de Rechtbank te Arnhem terecht staan, omdat ze uit haar laatste dienstbe trekking eenige zilveren lepels, vorken en messen en eenig linnengoed gestolen zou hebben. Zij trok er mede naar Amsterdam, doch haar patroon had de vermissing al gemerkt, zoodat, toen zij op weg naar Am sterdam was, door de politie werd aange houden. Het O. M., waargenomen door mr. La- sonder, achtte het ten laste gelegde bewe zen en eischte zes maanden gevangenis straf. Dood door schuld. De Duitscher M. R., die voor eenige we ken voor de Rechtbank te Arnhem moest terecht staan terzake dat het aan zijn schuld te wijten zou zijn geweest, dat te Ede op 13 Mei door zijn auto een man was doodgereden, werd Maandag door de Ara- hemsche Rechtbank veroordeeld tot 300 boete of één maand hechtenis. De eisch was 1000 boete of twee maan den hechtenis. De heer Hillen vestigde de aandacht op het feit, dat de kolonie plaatselijk geheel is geïsoleerd, doch dat- Tanah Merah het geheele jaar voor schepen te bereiken is. Hij twijfelt eohter, of de kolonie zal kunnen blijven gehandhaafd, zulks met het oog op de slechte vooruitzichten op het gebied van landbouw. Hij deelde voorts mede, met een zes honderdtal geinterneerden te hebben ge sproken. Onder hen waren vele psychopa ten, die eohter niet in voldoende mate krankzinnig waren 'om hen in een gesticht te doen onderbrengen. De indertijd inge stelde Centrale Raad vanBoven-Digoel heeft niets tot stand gebracht. Niemand is thans in het kamp meer begeerig om in die richting werkzaam te wezen. Indien bij de intemeering fouten zijn gemaakt, zijn deze toch beperkt tot een hoogst enkel geval. De heer Hillen achtte het tijdstip, waarop vele geinterneerden in de maatschappij zullen kunnen terugkeeren, zeer nabij. Het aantal lijders aan zwartwaterkoorts is sterk teruggeloopen. De geinterneerden beschikken zelf over een politiecorps, dat aanvankelijk 40 man sterk, thans 30 kop pen telt. De heer Hillen achtte het bestaan van het kamp der onverzoenlijken, dat zich op 35 K.M. afstand bovenstrooms van het groote kamp te Tanah Merah be vindt een zegen. Hij zal dat kamp in ieder geval willen handhaven. In geen geval zouden deze geinterneerden op de bevol king mogen worden losgelaten. Op weg naar dat kamp moest de heer Hillen een pad door het bosch daarheen laten kap pen. De geinterneerden van het kamp der onverzoenlijken zagen hem en de andere zes Europeanen, die hem vergezelden, zonder dat een hunner notitie van de be zoekers nam. Integèndeel, zij draaiden hun den rug toe. Deze geinterneerden aldus de heer Hillen zijn niet werkend. Hij kan zich vereenigen met het advies van den Dienst der Volkgezondheid, om het kamp te Tanah Merah te verleggen. Een hooger terrein is echter in de omge ving onbekend. Het rapport van den heer Hillen over zijn bezoek aan het internee- ringskamp te Boven-Digoel zal nog deze maand bij de regeering worden ingediend. Financiën en Economie SODALITAS MEDICORUM. Dr. Jordan, advocaat te Budapest, die naar Den Haag gekomen was om nadere inlichtingen te verstrekken over de affaire van de Sodalitas Medicorum, heeft aan de pers enkele mededeelingen gedaan. Pater Robert Koch, een priester uit Oostenrijk, had het plan onvermogende jongelui op te leiden tot missie-artsen. Hij had in een der wijken van Budapest een huisje gekocht en daar eenigen tijd gear beid. Toen is hij op de een of andere ma nier in aanraking gekomen met dr. Lee- nes van Burgers Co.'s Bank, en toen is het plan uitgewerkt om het Elisabeth Salz- bad te koopen. Op 1 Juni 1927 heeft de Sodalitas van de gebroeders Ratz gekocht de N.V. Elisa beth Salzbad en haar bezittingen voor 1.480.000 pengö, bij welken koop dr. Lee nes tegenwoordig was. In de door Koch onderteekende schuld bekentenis staat dat Burgers Co.'s Bank •het recht heeft in te grijpen als de zaken verkeerd gingen. Dit had de heer Leenes moeben doen,' hij was dit verplicht geweest als vertrou wensman der obligatiehouders. Er staat duidelijk in de akte, dat de oblaten zich verplichten in de directie en in den Raad van Beheer op den wensch van Burgers Co.'s Bank een door haar aan te wijzen mede-lid op te nemen. Waarom heeft Burgers Co.'s Bank dit recht niet uit geoefend, toen de zaken onder leiding van Koch verkeerd liepen? Eerst op 19 No vember 1928, dus anderhalf jaar later traden dr. Leenes en dr. Vizdos tot de directie toe. Eveneens had Burgers Co.'s Bank de bevoegdheid de boeken te controleeren. Waarom heeft zij van dit recht geen ge bruik gemaakt? Het was niet alleen haar recht, maar ook haar plicht. De rol, welke de Hongaarsche kerk heeft gespeeld. Wat betreft de rol, welke de Hongaar sche kerk in deze geschiedenis heeft ge speeld, deelde dr. Jordan het volgende mede: Reeds bij de oprichting had de So dalitas bepaalde voorschriften niet gehou den en enkele waarschuwingen der kerke lijke overheid gekregen. Met betrekking tot de financieele aangelegenheid, is de kerk niet verantwoordelijk voor verplich tingen der orde. Niet de leening zelve is goedgekeurd, slechts het doel, waarvoor geld gevraagd werd, had de instemming van de kerke lijke overheid. Toen de heer Leenes bij den aartsbis schop van Esztergom op audiëntie was, is hijf zelfs gewaarschuwd niet zulke hooge bedragen in deze zaak te steken. Toen de heer Leenes echter antwoordde, dat er voldoende dekking aanwezig was, heeft de kanselarij toch nog een verkla ring van hem gevraagd, opdat er later voor het aartsbisdom geen financieele ver plichtingen zouden voortvloeien. Op 13 Juli 1927 heeft de heer Leenes de volgende verklaring afgelegd, waarvan zich het origineel in handen van dr. Jor dan bevindt: „Als bevollmachtigter Vertreter der N. V. Burgers Co.'s Bank, Haag, Kneuterdijk, Holland, erklare ich dem hochwürddgsten erzbischöflichen ordi- nariate in Esztergom, dass aus der Gutheissung und Weiterführung nach Rom der Anleihe in der Note van 850.000 zur Lasten der Sodalitas Me dicorum O. S. B. dem erzbischöflichen ordinariate keine wie immer geartete finanzielle Verpflichtung entsteht. Esztergom, 13 Juli 1927. (w.g.) LEENES". Uit een en ander volgt duidelijk aldus dr. Jordan dat de kerkelijke overheid niet dé minste aansprakelijkheid voor het gebeurde heeft. De eenige, die de verantwoordelijkheid draagt is Burgers Co.'s Bank, i. c. de heer Leenes. De huidige toestand. Reeds verschillende malen heeft men getracht het Salzbad te verkoopen, maar tengevolge van fantastische prijzen, welke de heer Leenes door zijn advocaat, dr. Vizdos, liet vragen, kon men niet tot zaken komen. Wat den tegenwoordigen toestand be treft, het bad functioneert goed. Maar de inkomsten komen alle bij den heer Lee nes. Ook kan er nog veel bouwgrond ver kocht worden en per saldo zal er dan werkelijk niet zooveel te saneeren over blijven. Weliswaar zijn er schulden, doch deze zijn niet zoo drukkend en met de schuldeischers valt te praten. Er wordt wel gesproken over een dreigend faillis sement, doch sinds 1928 is er geen enkele faillissementsaanvrage ingediend. Het is absoluut niet noodig het geheele object te verkoopen. Laat men het houden en rustig verder exploiteeren. In het belang van de goede verstand houding tusschen Hongarije en Nederland, hoopte dr. Jordan dat deze onverkwikke lijke aangelegenheid spoedig geregeld zal zijn. Moeilijkheden bij van Berkei's patent. Naar de Maasbode uit Berlijn verneemt, wordt de zwakke stemming voor aandeden Van Berkei's Patent ter beurze van Am sterdam, oun. in verband gebracht met moeilijkheden bij de Duitsche fabriek "der Maatschappij. Naar aanleiding van deze geruchten heeft het blad-in Berlijn informaties inge wonnen, waarbij is gebleken, dat de Van Berkei's Pa-tent G.m.b.H., over haar boek jaar, dat op 30 Juni werd afgesloten, en dat ditmaal over slechts 6 maanden loopt, verlies heeft geleden. Van ernstige moei lijkheden bij deze fabriek zou echter geen sprake zijn. De liquiditeitspositie kan zelfs gezond genoemd worden. Men hoopt in het nieuwe boekjaar de onbevredigende resul taten over de eerste 6 maanden van 1930 weer goed te kunnen maken. Op het oogenblik wordt in deze fabriek slechts 5 dagen per week gewerkt. Bij de Oostenrijksche bedrijven is de toestand echter kritiek. Het bedrijf aldaar schijnt te groot opgezet te zijn, om alleen in de behoeften van Oostenrijk en de successiestaten te voorzien. Thans is men zelfs gedwongen geworden de fabrieken in Weenen geheel stop te zetten. Welke beteekenis dit voor de Mij. heeft, blijkt duidelijk uit de opmerkingen, die in het jongste jaarverslag van Van Berkel's Patent over de Weensche fabriek gemaakt worden. Daarin wordt n.l. opgemerkt, dat, niet tegenstaande den gunstigen gang van za ken in het algemeen, het winstcijfer ge drukt werd, doordat de nieuwe fabriek te Weenen, welke omstreeks Februari 1929. geheel gereed was, om meb de productie te kunnen aanvangen hare modellen moest wijzigen, in verband met het verkrijgen der noodige ijkvergunningen. Dientenge volge kwam de fabriek eerst in den aan vang van het boekjaar 1929-1930 in wer king. De kosten van in bedrijf stelling en voorbereiding der fabricage waren daar door belangrijk gestegen. De tot 30 Juni 1929 gemaakte kosten werden geheel ten laste van dat boekjaar afgeschreven. Nu de fabriek te Weenen thans geheel gesloten is zullen ongetwijfeld ook over het per 30 Juni geëindigde boekjaar 1929- 1930 weder groote afschrijvingen moeten geschieden, welke de bedrijfsresultaten extra zullen drukken. Over welke bedra gen het hier gaat is niet bekend, doch in ieder geval moet men de verliezen uit dien hoofde niet onderschatten. VOETBAL B. K. FEDERATIE. R. K. Sportvereeniging „Leiden". Op de jaarvergadering van de R. K. Sportvereeniging „Leiden", is door den weleerw. adviseur, rector J. C. C. Groot, weer eens een woordje gesjJroken over het Juniorenvraagsfuk. Ook op de jaarverga dering van bet District Leiden, spoorde de Districts-voorzitter, de heer A. H. Schra- ma, alle aanwezigen aan, om toch vooral ook de jongeren in onze R. K. clu'bs te brengen. Is het nog noodig heb bestaansrecht, het nut en de noodzakelijkheid van R. K. Sportvereenigingen te bespreken? In het geheel niet: Alle Katholieken zijn van de noodzakelijkheid en de waarde der R. K. Organisatie overtuigd. Wij weten allen, dat de R. K. Sportbeweging een stuk jeugdwerk is, en daarom komt haar onze volle belangstelling en steun toe. Verheugt u over den bloei van dezen tak van jeugd organisatie en helpt ons met woord en daad. Het is de uitdrukkelijke wensch van onze geestelijke overheid, dat alle R. K. sporters zich aansluiten bij de R. K. Sport beweging. Ouders en opvoeders, alleen bij de Room- sche beweging vindt de sportlievende R. K. jeugd een veilig tehuis. Stelt u op de hoogte van de sportbeweging in uw omgeving en wijst hen daarheen. Voor R. K. jongemannen in Leiden, die aan voetbal doen of willen doen, is de aan gewezen vereeniging: De R. K. Sportver eeniging „Leiden". Vooral ook worden alle jongens van 1418 jaar opgeroepen voor de Junioren-afdeeling. Aanmelding bij het secretariaat: O. Schmidt, Pieter de la Courtstraat 8. Moge zich een groot aantal nieuwe leden opgeven, om de R. K. {Sportbeweging uit te bouwen, tot zegen onzer Roomsche jeugd. Mr. Schretlen bedankt. De voorzitter van de R. K. Federatie van Voetbalbonden in Nederland, mr. D. A. Schretlen, zal op de a.s. Federatie-ver gadering zijn functie neerleggen. Mr. Schretlen heeft deze functie ruim acht jaar bekleed. De aftredende voorzit ter zal zich wel voor een andeire bestuurs functie beschikbaar stellen. DIOC. HAARL. BOND. HET JAARVERSLAG. Aan het verslag van 'liet 11e hondsjaar 19291930 van den D. H. V. B. is het vol gende ontleend: Het afgeloopen jaar bracht vele goede dingen en wanneer wij de kleine moeilijk heden, welke wij te, overwinnen gehad heb ben, voorbijzien, dan mogen wij blijmoedig constateeren, dab ons werken in het ver leden den oogst van heden rijkelijk be loond wordt. Het begin van dit hondsjaar stond in het teeken van de tweede lustrumviering. Reeds vóór de jaarvergadering was daar voor heel wat werk verzet. Na de jaarver gadering werd nog krachtiger aangepakt. Juist aam deze feestviering voorafgaande vond 1 September de Jeugddemonstratie in Den Haag plaats, waaiin onze bond zeer goed vertegenwoordigd was. Bij gelegenheid van de lustrum-viering had ons bestuur de eer door onzen be minden bisschop Mgr. Aengenpnt, ontvan gen te worden en van Z. D. H. persoon lijk te hooren hoezeer Hij het werken van den bond op prijs stelt en dezen dan ook allen bloei toewenscht. Een en ander kwam ook nog tot uitdrukking in het lustrum nummer van ons officieel orgaan. Ter gelegenheid van deze lustrumvie ring werd een plechtige H. Mis te Haar lem opgedragen door den Bonds-adviseur en voorts stonden wedstrijden op het pro gramma voor de districtselftallen, met uitzondering van het Leidsche districts elftal, deel. Het Rotterdamschc elftal won de finale en werd daardoor houder van den districtenbeker. Mocht reeds dóór het tijdig aanvangen der competities verwacht worden, dat deze tijdig beëindigd zouden kunnen worden, een uitstekend winterseizoen begunstigde nog een vlot verloop. Terreinafkeuring vond tijdens dit seizoen slechts bij uitzon dering plaats en daardoor konden de over het algemeen flinke competitie-afdeelingen tijdig uitgespeeld geraken, behoudens een enkele uitzondering. Een moeilijkheid, waarmede wij nog steeds te worsten hallen, is het gebrek aan scheidsrechters. Wel meldden zich weder enkele nieuwe functionarissen aan, maar het aantal beschikbare arbiters hield niet gelijken tred met het aantal inge deelde elftallen. Daardoor baarde de af werking der competities in dit opzicht nog veel zorg. Als een gezond verschijnsel mag gecon stateerd worden, -dat zoowel het aantal juniorleden als het aantal senioren toe nam. In totaal werden dit jaar ingeschre ven 4045 senioren en 2118 junioren, een ledental van 6163 vormend. In den loop van dit jaar moesten he laas eenige vereenigingen worden afge voerd wegens opheffing, ofwel bedanken. Aan den anderen kant traden echter ver schillende nieuwe vereenigingen toe, zoo dat onze bond bij het opmaken van dit ver slag 97 aangesloten vereenigingen telde. De vooruitgang, welke wij in het leden tal opmerken, komt niet zoozeer tot uit drukking in het aantal aangesloten ver eenigingen. Meer zeer zeker in het aantal competitie-afdeelingen. Het vorig seizoen werden de elftallen ondergebracht in 26 competitie-afdeelingen, terwijl dit seizoen 30 afdeelingen konden worden geformeerd. Het aantal ingedeelde elftallen nam we der beduidend toe. Terwijl voor 234 elftal len opname in de competities gevraagd werd, verzochten 12 elftallen om terug trekking. Er speelden derhalve 222 elftal len in onze competities. Ter vergelijking herhalen wij hierachter de getallen der voorafgaande hondsjaren: aangesl. comp. Bondsj. leden vereen. afd. elftallen 1919—20 775 25 1 1920—21 2000 50 13 95 1921—22 4650 80 28 191 1922—23 5320 99 33 227 1923—24 4950 100 32 187 124—25 4150 90 28 169 1925—26 3962 80 26 154 1926—27 4004 84 25 154 1927—28 4445 87 25 159 1928—29 5372 95 26 189 1929—30 6163 97 30 222 Veilig mogen wij derhalve constateeren, dat in den breedte ónze organisatie be hoorlijk gegroeid is en wij dan ook in alle opzichten tevreden kunnen zijn. Daarnaast dienen wij echter ook den groei in de diep te niet uit het oog verliezen. Verschillende feiten wijzen erop, dat er ook in princi pieel opzicht voortgang gemaakt. Wordt. De deelneming aan den diocesanen Jeugd- dag, het toenemend aantal vereenigingen, hetwelk regelmatig algemeene H. Commu niën houdt voor hare leden, de aanwezig heid bij de georganiseerde tridua zijn even zoovele aanwijzingen, dat bij een groot aantal van onze leden het besef hunner principieele plichten behoorlijk doorge drongen is. Wanneer wij echter aan den anderen kant overwegen, dat bij enkele vereenigin gen het afgezaagde dreigen met overloo- pen naar den neutralen bond nog opgeld deed bij gerezen kwesties met de bondslei- ding en dat in andere gevallen wedstrijd kwesties door spelverruwing nog geen zeldzaamheden zijn, dan mogen wij veilig concludeeren, dat aan de verhooging van het principieele peil onzer organisaties nog wel wat te doen is. Ongetwijfeld zal in de naaste jaren de verbetering der kwaliteit de voortdurende aandacht onzer leiders hebben. In de bestaande verKouding ten opzich te van de andere diocesane sport-organi- satiee te weten, den D. H. G. B. en den D. H. A. K., kwam geen verandering. De tijd blijkt echter meer rijp te worden voor do stichting van een diocesane sportcen- trale, waardoor een meer intensieve sa menwerking op het gebied der algemeene sportbclangen mogelijk wordt. Het contact met de overige diocesane voetbalbonden Aond hoofdzakelijk plaats door de Federatie van R. K. Voetbalbon den in Nederland, waarvan onze bond nog steeds lid is. Wij hebben de overtuiging gekregen, dat door do redactie van het officieel or gaan alles in het werk gesteld wordt dit blad. „De Sport Illustratie", zooveel mo gelijk aan zijn doel te doen beantwoorden. Er kwam in de indeeling onzer distric ten geen wijziging, zoodat nog de volgen de districten onder den bond ressorteeren: Amsterdam, 's-Gravenhage, Haarlem, Lei den. Noord-Holland, Rotterdam en Gouda. Het district Leiden organiseerde in den loop van dit jaar een tournooi voor junio ren-elftallen van districten, waaraan ver schillende districten deelnemen. Over de organisatie was men algemeen vol lof. Ook dit seizoen deelde het district Lei den zijn junior-elftallen in twee competi tie-afdeelingen in. Totaal 10 junior-elftal len namen aan deze competitie deel. Wij hebben voor de afwerking van het competitie-programma, voor zoover het de weersomstandigheden betreft, zelden oen seizoen gehad als dat welk wij thans ach ter den rug hebben. Zelden "behoefden de consuls tot terrein-afkeuring over te gaan, en het is dan ook ongetwijfeld aan deze omstandigheid toe te schrijven, dat het grootste gedeelte der afdeelingen uitge speeld kon geraken. De competitie ving tijdig aan en de meeste elftallen geraakten ook weder tijdig uitgespeeld, waardoor men zich te reehter tijd aan de beoefening der zomersporten kon wijden. Nog altijd blijken er enkele vereenigin gen te zijn, welke over een terrein be schikken, dat maar nauwelijks geschikt geacht mag worden en dat ook bij den ge- ringsten regenval onbespeelbaar is. Der gelijke vereenigingen houden een regelma tige afwerking der competitie tegen. In sommige gevallen echter wordt er ons in ziens in de zomermaanden niet voldoende naar gestreefd om de hoognoodige verbe teringen aan te brengen. Intusschen mogen wij gelukkig vaststel len, dat over het. algemeen steeds naar verbetering van terreinen en inrichten ge streefd wordt, zoodat het aantal vereeni gingen, hetwelk over een behoorlijk terrein en een behoorlijke inrichting beschikt, steeds grooter wordt. De ambitie om tot verbetering van hel scheidsrechtscorps mede te werken, bleek bij verschillende vereenigingen nog niet bijster groot. Toen bij den aanvang der competities het aantal scheidsrechters nog te klein bleek, moest het bestuur publicee- ren, dab iedere vereeniging verplicht was enkele functionarissen aan te brengen. Verschillende vereenigingen hebben zich van die plicht gekweten, anderen echter bleven in gebreke. Toch dienen de ver eenigingen zich er meer van te doordrin gen, dat zij in de eerste plaats aangew#- zijn zijn om ook scheidsrechters voor den bond aan te werven. Een goed scheids recht er-corps is toch hun eigen belang. Het aantal elftallen, ingedeeld in de competities van de R. K. F. nam weder toe. Dit jaar speelden 30 elftallen van D. H. V. B.-vereenigingen in difr competities. In de eerste klas D behaalde D. H. L. I na spannenden strijd het kampioenschap. In de tweede klas L was het V. I. C'. I dat kampioen werd, terwijl in 2 M D. O. N. K. I en S. J. C. I met een gelijk aantal punten eindigden. In onze competities schreven aanvanke lijk 206 elftallen in. Later werden nog 28 elftallen opgenomen, terwijl aan 12 elftallen terugtrekking werd verleend. Derhalve speelden 222 elftallen de competitie mede. Rekenen wij hierbij het aantal van 30 R. K. F.-elftallen, alsmede het aantal van 149 junior-elftallen, dan kunnen wij gemak kelijk het aantal spelende leden der ver eenigingen vaststellen. Het verslag vermeldt voorts de eind standen in de competitie. De financieele positie van den bond heeft zich geheel volgens de verwachtin gen ontwikkeld. Over het geheel bleven de uitgaven beneden die van het vorige hondsjaar en daar de inkomsten op pa pier hooger waren, zouden wij over een be duidend saldo hebben beschikt, wanneer alle vorderingen tijdig waren binnengeko men. De rekening en verantwoording geeft een bedrag aan van 4631.58 aan inkom- 1 sten en uitgaven, waarin een saldo van 1270.27. HET WERELDKAMPIOENSCHAP TE MONTEVIDEO. Met den wedstrijd ArgentiniëChili, welke met 31 door Argentinië werd ge wonnen, zijn de voorwedstrijden thans ge ëindigd. De eindstanden in de vier groepen zijn als volgt: Groep I. Argentinië3 3 104 6 Chili 3 2—1 5—3 4 Frankrijk 3 1 2 43 2 Mexico 3 3 4—13 0 Groep II. Joego-Slavië 2 2 61 4 Brazilië 2 1 1 5—2 2 Bolivia 2 2 08 0 Groep III. Uruguay 2 2 50 4 Roemenië 2 1 1 35 2 Peru 2 2 1—4 0 Groep IV. Ver. Staten2 2 60 4 Paraguay 2 1 1 13 2 België 1 2 04 0 In den halven eindstrijd speelt Argen tinië tegen Joego Slavië en Uruguay tegen de Vereenigde Staten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 7