UIT DE PERS
BINNENLAND
LASTER
DONDERDAG 17 JULI 1930
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
BEURSBEELD.
S. schrijft in het Centrum:
Er zijn in den loop van dit jaar heel
wat financieele klappen gevallen, en ouder
gewoonte heeft de speculatie in Amerikaan-
sche en andere waarden daartoe ruim
schoots het hare bijgedragen.
Hoe belangrijk de koerverschillen wa
ren en hoeveel geld daarbij verloren ging,
daarvan kan het volgende Gverzicht een
denkbeeld geven:
De maand Juni was een van de pe
rioden der zwaarste verliezen, welke
de beurs van New-York zich herin
nert. Alleen de bezitters van aan de
New-Yorksche effectenbeurs officieel
genoteerde aandeelen hebben in Juni
totaal 11.1 milliard door koersdalin
gen verloren. De totale beurswaarde
dezer aandeelen is in Juni met 14.8 pet
van 75 tot 63.9 milliard gezonken en
is daardoor bijna op het lage peil geko
men van begin December 1919. De
beurswaarde dezer aandeelen ligt
thans 12.1 milliard onder den hoog-
sten stand van dit jaar. Vergeleken
met den hoogsten stand van 1929 komt
men tot een verlies van 25.8 milliard
(bijna 65 milliard gulden). In werkelijk
heid zijn ze Jiog grooter, aangezien
sedert September van het vorige jaar
een groot aantal nieuwe aandeelen tot
de beurs is toegelaten, zoodat de to
tale beurswaarde der New-Yorksche
aandeelen is toegenomen, onafhanke
lijk van het koersbeloop. Bovendien
is te bedenken, dat langniet alle
Amerikaansche aandeelen b.v. niet die
van bijna alle groote banken, officieel
genoteerd zijn, en dat op rekening van
deze bankaandeelen alleen reeds vele
millioenen dollars koersverliezen ko
men.
Onnoodig te zeggen, dat dergelijke ver
liezen hun terugslag vinden in het econo
mische leven, en dat het voor een zeer
groot deel de kleinere bezitters zijn, die
daarbij het loodje hebben moeten leggen.
Het groot-kapitaal trekt doorgaans aan
't langste eind.
Maar zij, die slechts over weinig of be
trekkelijk weinig weerstandsvermogen be
schikken, worden de dupe.
En wie zal de ellende weten, de vernie
tiging van welstand en koopkracht, de ver
storing van huiselijk geluk, de-wanhoop en
vertwijfeling, welke door dit sombere
beursbeeld worden omhuld?
Ook in Nederland voelt men er de pijn
lijke gevolgen van.
En toch wordt telkens weer de zoo ge
vaarlijk gebleken weg der speculatie roe
keloos betreden en is het te vreezen, dat
ook de nieuwe drastische waarschuwing,
welke in bovenvermelde cijfers ligt opge
sloten, voor velen zonder uitwerking zal
blijven.
Dr. Eckerner over Esperanto. 1
Onlangs heeft de groote luchtvaarder
zich tegenover dr. Ed. Spielmann, vice-
voorzitter van den Zwitserschen Espe
ranto Bond, als volgt over Esperanto uit
gelaten:
Volgaarne voldoe ik aan het verzoek, U
mijn standpunt over Esperanto mede te
deelen, n.l dat, naar mijn meening, de
invoering van die wereldtaal, indien moge
lijk, van groote cultureele en wetenschap
pelijke waarde zou zijn en tevens de vol
ken meer tot elkander zou brengen, aan
gezien de thans zoo dikwijls naar voren
komende haat en vijandschap in de buiten-
landsche politiek van alle staten zeker
niet die noodwendige weerklank in de pu
blieke opinie der volken zou vinden, indien
deze (de volken) zich beter en van meer
nabij zouden leeren kennen.
DE OUD-GEPENSI0NNEERDEN.
Nieuwe Stichtingswet treedt 1 Sept. a.s.
in werking.
Bij inlichting te bevoegder plaatse heb
ben wij zekerheid gekregen, dat de alge-
meene maatregel van bestuur inzake de
nieuwe regeling van de uitkeeringen aan
de oud-gepensionneerden hoogstwaarschijn
lijk met 1 September a.s. in werking zal
treden. „Msb."
Het vraagstuk der vuilverwijldering in de
groote steden.
De kwestie van de
M o o i o Nel.
Ged. Staten van Noord-Holland hebben
aan het gemeentebestuur van Haarlem
krachtens de Hinderwet vergunning ver
leend om op een terrein aan de Mooie Nel,
gelegen op grondgebied der gemeente
Haarlemmerliede c.a., een bewaarplaats
van vuilnis op te richten.
Tegen dit verzoek zijn indertijd veel
bezwaren ingebracht door aan dit ter
rein grenzende eigenaren en bewoners,
door het gemeentebestuur van Haarlem
merliede ca. en door de Haarlemsche
Jachtclub. Deze laatste had bezwaren met
het oog op de watersport op de Mooie Nel.
Waarschijnlijk is aan veler bezwaar te
gemoet gekomen door de bepaling, dat
alleen in de wintermaanden vuil mag wor
den gestort en dat het aangevoerde vuil
onmiddellijk moet worden afgedekt.
Besmettelijke Ziekten.
Van 612 Juli dertig
gevallen van Kinder
verlamming.
Van de in de week van 6 tot en met 12
Juli aangegeven gevallen van besmette
lijke ziekten wordt in Staatsert, no. 136
een opgave medegedeeld:
Hieruit blijkt o.a., dat er werden ge
constateerd 206 gevallen van roodvonk,
waaronder er 30 te Rotterdam, 28 te Am
sterdam, 14 te Nijmegen, 12 te Utrecht,
7 te Eindhoven en 6 te Tiel.
Het aantal diphtheriegevallen bedroeg
131, waarvan er 29 te Rotterdam, 8 te
Amsterdam, 6 te Alkmaar en 5 te Oud-
Beijerland, Arnhem en Heerlen voorkwa
men.
Voorts werden er te Rotterdam 9 ge
vallen van kinderverlamming aangegeven,
te Raamsdonk, Gouda en Ooststellingwerf
(Fr.) elk 2 en in totaal 30.
Afgeleverd werd aan koepokstof dooi
de entstofinriehtingen te Amsterdam, Rot
terdam en Groningen resp. voor 1688, 141
en 2 personen.
Er werden geen gevallen van encepha
litis na inenting aangegeven.
Installatie Radio Omroep Controle-
Commissie,
Gistermiddag te drie uur is in de Sta
tenzaal van het Departement van Water
staat de Radio-Omroep Controle-Commis
sie officieel door Minister Reijmer ge
ïnstalleerd, met de volgende rede:
Mijne Heeren.
Het is mij een aangename plicht u wel
kom te heeten in deze eerste vergadering
van de Radio-omroep controle-commissie
en u namens de Regeering dank te zeggen
voor uwe bereidwilligheid om, niettegen
staande uwe drukke werkzaamheden uit
anderen hoofde, in deze commissie zitting
te nemen. Een bijzonder woord van dank
aan den voorzitter uwer commissie is hier
bij op zijn plaats. Het is niet minder dan
de derde commissie, in verband met den
radio-omroep, waarvoor gij mijnheer de
Visser, u als voorzitter beschikbaar hebt
gesteld. Voorwaar een getuigenis van on-
gedoofde werkkracht en groote toewij
ding. Ik zal thans niet in den breede uit
weiden over de beteekenis en omvang
van de werkzaamheden, die uwe commis
sie op zich gaat nemen, van die beteeke
nis zijn wij allen doordrongen. Of de om
vang uwer werkzaamheden groot zal zijn,
daarover laat zich thans moeilijk een oor
deel vormen, al geloof ik, dat vooral in
den eersten tijd veel van u zal worden
gevergd. Ik wil alleen een enkel woord
zeggen over den geest, die het geheele
controlereglement. den grondslag uwer
aanstaande werkzaamheden, kenmerkt. Er
is bij de opstelling daarvan gestreefd naar
eerbiediging, voor zoover maar mogelijk,
van het vrije woord, een voorrecht dat
onzen landgenooten ten zeerste aan het
hart ligt. Erkenning van de vrijheid van
mceningsuiting is evenwel slechts moge
lijk, indien bij die uiting tevens anderer
meening wordt geëerbiedigd en algemee-
ne rechtsgoederen niet worden geschaad.
Daarom houdt het controle-reglement te
vens waarborgen in ter bescherming van
deze beide laatste. Ik ben overtuigd, dat
uwe werkzaamheden èr toe zullen bijdra
gen het besef in ons volk levendig te hou
den, dat ware vrijheid niet bestaanbaar
is, zonder erkenning van de rechten van
anderen en van de gemeenschap. Voor
zichtigheid en wijs beleid zullen daarbij
noodig zijn. Moge daarbij tevens de sa
menwerking met de omroep-vereenigingen
uwen arbeid verlichten.
Met het uitspreken van den wensch,
dat onder Gods zegen uwen arbeid goede
vrucht mag dragen, verklaar ik uwe com
missie geinstalleerd en leg ik met ver
trouwen de leiding van hare werkzaam
heden in de beproefde handen van uwen
voorzitter.
De voorzitter van de commissie, dr. de
Visser, heeft daarop als volgt geantwoord:
Excellentie.
Op ons woord van dank aan H. M. de
Koningin, die ons tot leden dezer com
missie benoemde, laat ik ook namens mijn-
medeleden, terstond dat van onze erken
telijkheid jegens u volgen, die ons aan H.
M. ter benoeming voordroeg. Wij ontvein
zen ons niet, dat onze taak, naast een
zeer noodige, een zeer teedere is. Want
gelijk uwe Excellentie zeer juist heeft op
gemerkt, is het vrije woord niet a'llcen een
behoefte der menschelijke natuur, maar
ook een bijzonder kostbaar pand van het
Nederlandsche volk. Toch dient bij het
gebruik daarvan te worden gewaakt te
gen een misbruik, hetwelk onze natie als
geheel naar binnen zoowel als naar bui
ten, zou kunnen schaden.
Te meer ie dit noodig, nu de Radio een
soort internationale omroep is geworden,
die ook het buitenland aanhoudend in
kennis stelt met hetgeen hier te lande
over toestanden in den vreemde wordt
gezegd en geoordeeld.
Het spreekt dan ook van zelf, dat een
controle-commissie als deze, noodig is ge
bleken, al vertrouwt zij, dat het gezond
verstand van ons volk, haar taak zal ver
gemakkelijken. Echter geeft de commissie
uwe Excellentie gaarne de verzekering,
dat zij juist daarin een spoorslag zal vin
den om het niet omvangrijke werk met
des te meer nauwkeurigheid te verrich
ten, opdat noch de openbare orde, noch
de goede zeden, nooh de veiligheid van
den Staat door de Radio worden aange
rand.
Het geldt hier niet sleohbs het belang
van ons volk, maar ook dat van de won
derbare cultuurmacht, die ons in de Ra
dio is gegeven.
Het zij mij tenslotte vergund uwe Ex
cellentie zeer te danken voor de woorden
van vertrouwen, in het bijzonder tot mij,
als voorzitter gericht, die ik met des te
meer sympathie heb beluisterd, omdat
ik van den grooten steun en de welwil
lende samenwerking mijner medeleden bij
voorbaat verzekerd ben.
Internationale schilderstentoonstelling.
Zooals gemeld, zal de Bond van Neder
landsche Schilderspatroons van 1825
September ter gelegenheid van zijn 50-jarig
bestaan een internationale tentoonstelling
houden in den Dierentuin te 's-Graven-
hage. Deze tentoonstelling zal alles omvat
ten, wat met het schildersvak in verband
staat en beoogt door de aandacht te vesti
gen op mooi en deugdelijk schilderwerk het
handwerk tc bevorderen. Daarnaast is aan
fabrikant en en handelaren op beschei-
UIT DE RADIO-WERELD
Programma's voor Vrijdag 18 Juli.
Huizen, 298 M. Na 6 uur: 1071 M.
Algemeen Programma,
te verzorgen door den K. R. O.
8.159.30 Gramofoonpl.
11.3012.00 Voor zieken en ouden van
van dagen.
12.15—1.15 Concert. K.R.O.-Sextet.
I.152.00 Gramofoonpl.
2.002.30 Nelly Vertregt: „De heilzame
kracht van den zang op het gebied der tu-
berculose-bestrijding.
5.006.00 Gramofoonpl.
6.00—6.10 Causerie: „Belgische Kunst
steden".
6.10—6.30 Gramofoonpl.
6.30—6.40 Koersen.
6.407.30 Gramofoonpl.
7.308.00 J. Kofman: „Enikhuizen en de
Zuiderzee Visscherij-Tentoonst."
8.009.00 „Men kan niet aan alles den
ken". Hoorspel uit het. Fransch van Alfred
de Musset. Opgevoerd door het Ensemble
van Cor Hermus.
9.0011.00 Concert. K.R.O.-orkest.
II.0012.00 Gramofoonpl.
Hilversum, 1875 M.
10.00 V.P.R.O. Morgenwijding.
12.00 Tijdsein A.V.R.O.-klok.
12.152.00 Concert. Omroeporkest. Theo
v. d. Pas (piano).
2.002.30 Dr. J. v. d. Kous: „Zomerspor
ten in de vacantie".
2.303.00 Gramofoonpl.
3.004.00 Concert. A.V.R.O.-Kwintet.
4.00 V.A.R.A. „Onze keuken" door P. J.
Kers.
4.45 V.A.R.A. „Voor onze kinderen".
5.45 V.A.R.A. Concert. V.A.R.A.-orkest.
6.05 V.A.R.A. Actueel allerlei te verzor
gen door het N. V. V. Daarna: vervolg
concert.
7.45 V.A.R.A. Politieber
8.00 V.A.R.A. Sluiting.
8.01 V.P.R.Oi Persber.
8.05 V.P.R.O. Concert. Joh. Feitkamp
(fluit). Tenri Bosmans (piano).
8.45 V.P.R.O. Dr. J. O. A. Fetter: „Het
Romantische in den Mensch".
9.20 V.P.R.O. Vervolg concert.
10.10 V.P.R.O. Prof. dr. P. H. van Moer-
kenken: Voordracht uit eigen werk.
10.30 V.P.R.O. Vervolg Concert.
Da ven try, 1554,4 M.
10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing.
12.20 Concert. M. Bradwell (viool), H.
Egerton (piano).
12.50 Orgelspel door L. Tanner. M. Kirk-
by-Mason (zangeres).
1.50—2.50 Gramofoonpl.
den schaal gelegenheid gegeven hunne ar
tikelen te exposeeren, waarvoor echter
slechts een 12-tal stands zouden worden
gereserveerd. Naast de inzendingen van
deelnemers aan de verschillende wedstrij
den, die alle omvatten prijsvragen op het
gebied van het huis- en decoratieschilders-
va^, heeft het comité vele toezeggingen
van vrije inzendingen. Ook het nijver"
heidsonderwijs zal goed voor den dag ko
men inzenden zullen de Nat. Schilders
school tc Utrecht, de Middelbaar Techni
sche School te Groningen, verschillende
ambachtsscholen, Vakavondscholen, enz.
Bovendien zal de Duitsche en de Engel-
sche Schildersbond een inzending sturen
van hun scholen en zich door enkele leden
laten vertegenwoordigen. De afdeelingen
Amsterdam, 's-Gravenhage en Rotterdam
van den Bond zullen uitkomen met een
collectieve stand. Een uitgebreid eere-co-
mité werd samengesteld, waarin o.a. heb
ben zitting genomen: Z.Exc. de minister
van Arbeid, Handel en Nijverheid, Z.Exc.
Jhr. Mr. Dr. H. A. van Karnebeek, Minister
van Staat, Commissaris van dc Koningin
in Zuid-Holland, W. de Vlugt, burgemees
ter van Amterdam, Mr. J. A. N. Patijn,
burgemeester van 's-Gravenhage en Mr.
P. Drooglever Fortuyn, burgemeester van
Rotterdam.
4.20 Orkestconcert.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Lezing.
6.35 Nieuwsber.
7.00 Concert door Strijkkwartet.
7-20—7.40 Lezing.
7.45 Lezing.
8.05 Concert. Militair Orkest. F. Phil
lips (bas). E. Owen (viool).
9.20 Nieuwsber.
9.45 Lezing.
10.00 Concert. Orkest J. Sutcliffe (bas).
11.2012.20 Dansmuziek.
„R a d i o-P a r i s", 1725 M.
12.502.20 Gramofoonpl.
4.05 Orkestconcert en soli.
9.05 Concert. Orkest en solisten.
9.50 „Mireille". Opera van Gounod. Or
kest, koor en solisten.
Lange n berg, 473 M.
7.257.50 Gramofoonpl.
7.508.50 Orkestconcert.
10.3511.35 Gramofoonpl.
12.30 Gramofoonpl.
1.252.50 Orkestconcerfc.
5.506.50 Orkest concert m. m. v. alt.
8.20 Jazz op 2 piano's.
9.20 „Stirbst du Soldat?". Hoorspel van
O. A. Palitzsch. Daarna tot 12.20: Orkest
concert.
Kalundborg, 1153 M.
12.202.20 Orkestconcert..
3.505.50 Concert. Orkest en declamator
8.20—9.20 Orkestconcert.
9.209.35 „Den rode Maske". Hoor-
sketch van Ossip Dymow.
9.3510.05 Liederen-voordracht.
10.2511.25 Orkestconcert.
Brussel, 508,5 M.
3.20 Concert vanuit de Kurzaal te Osten-
de. Orkest en piano.
5.20 Trio-concert.
6.50 Gramofoonpl.
8.35 Gramofoonpl.
8.50 Orkestconcert.
8.35 (338.2 M.) Concert georganiseerd
door de Sarov.
Z e e s e 1635 M.
6.107.20 Lezingen.
7.207.50 Gramofoonpl.
10.50 Berichten.
12.201.15 Gramofoonpl.
1.151.50 Berichten.
2.203.50 Feestelijke bijeenkomst.
3.504.50 Lezingen.
4.505.50 Concert.
5.508.20 Lezingen.
8.20 Concert. Viola da gamba en cem
balo.
8.50 Wagner-concort. Orkest en solist.
Daarna orkestconcert.
De Haarlemsche Kathedraalfeesten.
Voor deelneming aan den optocht ter
gelegenheid van de Kathedraalfeestcn tc
Haarlem hebben zich niet minder dan 500
organisaties opgegeven.
Overleden is op ^3-jarigen leeftijd de
heer J. P. C. C. Waterman, directeur
van de Assurantie Maatschappij „Dc Ne
derlanden van 1845" te 's-Gravenhage.
De gemeenteraad van Delft heeft
463.000 gld. toegestaan voor de verbouwing
van het krankzinnigengesticht St. Jo r i s
Gasthuis.
De verdwijnende trams! De ge
meenteraad. van Beemster heeft met 6 te
gen 5 stemmen besloten, geen verdere me
dewerking te verleenen tot behoud van dc
s to om tram P u rai e re n dAl km aar.
Wegens het niet goedkeuren door
Ged. Staten van Zeeland van de begroo
ting der gemeente 's-G raven polder
voor het loopende dienstjaar, heeft het
dag. bestuur dier gemeente besloten alle
betalingen, o.a. ook van de salarissen van
gem een t ep er sone el en de onderwijzers,
stop te zetten.
FEUILLETON
Vrij bewerkt naar het Duitsch
P. G. HOOKS.
(Nadruk verboden).
34)
De minister toonde zich gaarne bereid
voor zijn nichtje het adres van de Trot-
tena te laten opzoeken en luisterde met
groote belangstelling naar alles, wat Klara
hem van broer en zuster meedeelde. Ook
hij had de verhandelinen van de rechts-
zitingen gevolgd en was, evenals Klara, tot
het besluit gekomen, dat de Trottens geen
schuld hadden. Jammer vond hij het, dat
er geen bewijzen genoeg waren geweest om
Greta geheel vrij te spreken.
In het ochtendblad van den volgenden
dag stond het volgende bericht te lezen:
„Hoe diep een beschaafd en geleerd man
kan zinken, bewijst ons het geval, dat
zich gisteren voorgedaan heeft, met be
trekking tot den bankier G. alhier. Bij
't uitgaan van do beurs werd hem door
iemand zijn portefeuille ontrold, die
groote geldswaarden bevatte. De bank
biljetten en wissels, die ze inhield, waren
gelukkig voorzien van zijn naam, zoodat
de dief ze niet ten gelde kon maken. On
der voorwendsel de portefeuille gevonden
te hebben, bracht hij ze bij den heer G.
terug onder het eischen van een goede
belooning. De heer G. herkende in hem
dadelijk den man, die bij 't uitgaan van
do beur3 vlak naast hem was geweest en
die hem de portefeuillo moet ontrold heb
ben. Op het politiebureau kwam het uit,
dat de zakkenroller een zekere dokter
Von Tr. was, die in de vergiftigingszaak
van wijlen generaal Von S. een zeer dub
belzinnige rol gespeeld heeft. Zoo ziet
men, dat beschaving en geleerdheid nie
mand behoeden voor een diepen val, het
geen dienen kan als een waaschuwing
voor de rechtbank en politie".
De minister, die dit bericht toevallig
las, reikte het blad aan Klara met ver
zoek het even te willen lezen. Hij deed
dit om haar tot inzicht te brengen, dat
de Trottens haar deelneming niet ver
dienden. Hoe verbaasd was hij echter,
toen ze, na kennis genomen te hebben van
't bericht, de courant verontwaardigd in
een hoek gooide, alsof er vorgif aan zat.
„Dat zet de kroon op al dien laster!"
riep ze. „Ik heb 't met eigen oogen ge
zien, dat Trotten een portefeuille vond
hier vlak voor het raam, Ada en ik. Wie
dat geschreven heeft, is een onbeschaamde
leugenaar... Trotten een dief?! Schande
lijk om zoo iets te durven schrijven".
Hosten kon zijn ooren bijna niet ge-
looven en Klara moest nog eens omstan
dig vertellen, wat zij en Ada gezien had
den en hoe de portefeuille er uitzag.
„Ik ga zelf naar het bureau van poli
tie", zei hij, „om er zorg voor te dragen,
dat dokter von Trotten, als hij onschul
dig is, in zijn eer hersteld wordt".
Klara zag hem dankbaar aan, toen de
oude heer dadelijk zijn voornemen ten
uitvoer ging brengen en naar het politie
bureau reed. Maar haar geduld werd
zwaar op de proef gesteld, want het
duurde langer dan drie uren, voordat hij
terugkwam. Zo vloog hem tegemoet en in
zij oogen las ze, dat hij goede tijding
meebracht.
„Ik heb veel te vertellen", begon hij,
„maar eerst wil ik jou danken,
Klara, omdat ik menschen, die
ongelukkig zijn heb kunnen troosten en
kunnen he'.pen. Op 't politiebureau vroeg
ik den insepeteur naar de zaak-Trotten
en nu heeft hij de onvergeeflijke fout be
gaan Goldberg in alles te gelooven en
niet te luisteren naar Trotten. Ik heb
Goldberg op 't bureau laten komen en
nauwelijks had ik hem verteld, wat jullie,
meisjes gezien hadden, of hij verschoot
van kleur en begon allerlei verontschul
digingen te maken en bekende, dat hij
zich vergist had, hoewel hij dit bijna niet
kon begrijpen. De portefeuillo was zeker
met het zoeken naar een visitekaartje
op straatt gevallen. Hij meende vast, dat
hij bestolen was en bleef bij zijn bewe
ring, dat hij bij het beursgebouw vlak
bij zioh een man gezien had, die precies
op Trotten geleek. Nu hij merkte, dat hij
gedwaald had, toonde hij zich bereid
Trotten genoegdoening te geven."
„Maar dat is nog niet alles", vervolgde
Hosten. „Ik. heb ook den hoofdredaoteur
van 'fc morgenblad door den inspecteur
op 't bureua laten ontbieden en dezen
op den man af gevraagd, wie de schrij
ver was van het stuk laster, dat in zijn
blad voorkwam. Hij noemde" bij deze
woorden keek hij Ada aan „den naam
van luitenant Ebeling, den zwager van
Goldberg. Deze had zich gehaast, toen
hij de gebeurtenis van zijn zwager gehoord
had, er een courantenberichtje van te
maken".
Ada kreeg een kleur als vuur en keek
Klara aan. „Ik weet sedert gisteren" zei
ze met bevende stem, „dat luitenant Ebe
ling een schurk is".
Het gelaat van den ouden heer, dat
eerst erg somber had gestaan, klaarde
bij die woorden op. „Zooveel to beter",
zei hij, „want ik zal er voor zorgen, dat
hij uit den dienst wordt ontslagen en dat
hij ons huis niet meer betreedt. Ook ie
hij gisteren nog bij de Von Trottens ge
weest. 't Was al schemerdonker, toen hij
kwam en 't zou van Greta afhangen, zoo
zei hij of Eduard vervolgd zou worden
voor den diefstal van de portefeuille, ja of
neen. Freule Von Trotten heeft het mij zelf
verteld."
„Is u bij Greta zelf geweest? Hebt u ze
zelf gesproken?"
„Zeker. Ik achtte het mijn plicht aan
dokter Trotten de blijde boodschap te
brengen, dat Goldberg verklaard had, dat
hij zich had vergist en ook wilde ik gaar
ne eens kennis met hen maken. Die kennis
making is me buitengewoon goed bevallen.
Het zijn sympathieke jonge menschen, die
met moed den strijd tegen de armoede
hebben volgehouden. Terwijl ik mij bij hen
bevond, kwam een bediende van bankier
Goldberg met een brief, waarin vijfhonderd
gulden gesloten was als belooning voor*de
terugbrenging van de portefeuille. Freule
Von Trotten weigerde niet alleen het geld
aan te nemen, maar wilde ook niet den
brief lezen. „Zeg aan uw heer", zoo zei ze
tegen den bediende, „dat hij dit geld maar
aan de armen moet schenken."
„Het zijn brave menschen", riep Hosten
„en ik ben blij, dat ik zoo'n hooge plaats
in de maatschappij inneem."
Ada en Klara keken hem bij die woor
den vreemd aan.
„Jullie kijkt er vreemd van op, dat ik
dit zeg. Ik zal 't jullie verklaren, waarom
Ik ben van plan hen in mijn huis te ver
zoeken en daardoor zal ieder hen gunstiger
gaan beoordeelen. En niemand zal er mij
lastig over duiven vallen, als ik zulks doe.
Daar sta ik te hoog voor. Op deze manier
wil ik probeeren allen laster over hen tot
zwijgen te brengen. Ze wenschen onbekend
in 't verborgen te blijven voortleven. Dat
mag niet en ik heb me voorgenomen zo
verder onder mijn bescherming te nemen."
„Als de nood hot hoogst is, is de redding
nabij", zegt hot spreekwoord en dit werd
bewaarheid bij de Von Trottons. Gisteron
scheen alles verloren. Er was geen geld in
huis oni de huur te betalen. Voor Eduard
geen uitzicht op verdienste, want tenge
volge van dc aanklacht van Goldberg lag
hij ziek te bed en de paar dubbeltjes, die
ze nog bezaten, waren besteed om genees
middelen te koopen. En nu was plotseling
alles ten goede gekeerd. Al was haar on
schuld nog niet bewezn, toch dankte Greta
nu reeds God uit den grond van haar hart,
dat Hij dit onheil van hen had afgewend.
Een goed uur nadat minister Hosten hen
bezocht had, verscheen Goldberg bij dc
Von Trottens. Hij vond het wel een beetje
benauwend, dat Zulk een hooggeplaatst
man als minister Hosten was, zich met
deze zaak ingelaten had.
„De zaak is mij uiterst pijnlijk", zei hij
tegen Greta. „Ik wist niet, dat uw broer
een geleerde was en heb me tot ccn aan
klacht laten verleiden door zijn gelijkenis
met den man, dien ik bij de beurs vlak bij
me zag. Wat kan ik voor hem doen? Hel
ongeluk is geschied en ik verklaar mc
gaarne bereid hem ruim schadeloos tc stel
len voor het ondervonden leed. Daarenbo
ven heb ik vernomen, dat hij nog een oud
bekendo van mijn vrouw is. Is uw broer
werkelijk niet te spreken?"
(Wordt vervolgd).