DAG 20 JUNI 1930
PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND.
Gister is de zomerzitting der Prov. Sta
ten van Zuid-Holland voortgezet.
Het Maria-gesticht.
te Noordwijkerhout.
Aan de orde zijn de modedeëlingen be
treffende den bouw van liet St. Maria-ge
sticht te Noord wijk-Noordw ij kerlidut.
De heer De Bruin (S.D.) critiseert de
wijze waarop het gesticht tot stand komt.
Er is 2 millioen gevraagd voor den bouw
van een gesticht van 8 paviljoens in drie
jaar. Nu zijn -de 3 jaar orn, het gesticht
is nog lang niet klaar, maar het geld is
-op. Z.i. had men het geld moeten ver
strekken in termijnen naar gelang van de
vordering van den bouw en niet liet ge-
heelc bedrag ineens, terwijl de helft nog
niet klaar is.
De lieer DcKoIc (R.K.) betoogt, dat
de' zaak in orde is en dat de heer De
Bruin beter had gedaan dat te erkennen.
De heer W erke r (V.D.) kau niet zien,
dat er iets gebeurd is, dat niet in den
haak is. Er is 2 millioen in termijnen ver
strekt en men wist, dat de rest van andere
zijde zou worden bijgepast.
Do lieer Borghols (Ged. Staten) be
toogt, dat de heer De Bruin hem is tegen
gevallen. Hij liad verwacht, dat de heer
De Bruin het boetekleed zou aantrekken
cu erkend had, dat hij er in de vorige
Statenzitting naast was geweest. Hij heeft
toen nl. verteld, dat een kwart van het
werk gereed was. De algemeen overste in
België dacht met 2 millioen te kunnen vol
staan, maar dat is reeds aanstonds door
deskundigen bestreden.
Het ontbrekende geld is echter dooreen
leening bijeengebracht. De inrichting is
schitterend en liet geld is safe.
De heer De Bruin (S.D.) ontkent be
schuldigingen te hebben geuit. Hij heeft,
afgaande op mededeelingen van Ged. Sta
ten, gecrïtiseerd, dat het heele bedrag
reeds was verstrekt en dat slechts 2 van
de 8 paviljoens gereed waren. Men heeft
hier te doen met een vereeniging, die de
ontbrekende 1.5 milioen zelf kon bijpassen,
maar wat had er moeten gebeuren als
Ged. Staten met een arme vereeniging te
maken hadden gehad? Spr. heeft de ver
eeniging dan ook niet gecritiseerd, doch
Ged. Staten, die een verkeerd systeem
volgden bij het verstrekken van geld.
De heer De Kok (R.K.) herinnert er
aan, dat in de najaarszitting door den
heer De Bruin allerlei mededeelingen zijn
gedaan, die niet juist gebleken zijn. Dat
had hij thans moeten erkennen.
De heer Borghols (Ged. Statpn) sluit
zich hierbij aan.
De heer Ter Laan (S.D.) constateert,
dat de heer Borghols het punt, waarom
het gaat, met geen enkel woord heeft aan
geroerd. Over de instelling als zoodanig,
die een voortreffelijken indruk maakt,
gaat het niet. Het gaat om de wijze van
uitkeering der twee millioen, die reeds
betaald was toen slechts een gedeelte van
de inrichting gereed wa3 en toen bleek,
dat de begrooting niet twee, maar een
kleine vier millioen bedroeg. De heer Borg
hols had de Staten juist moeten voorlich
ten.
De heer De Kok (B.-K.) betoogt, dat
dé heer De Bruin den indruk heeft ge
wekt, in de vorige vergadering, dat het
geld zoek was.
En dat Prov. Staten is gebleken onjuist
te zijn geweest.
De heer Borghols beaamt dit, in
gaande op een artikel van den heer de
Bruin in „Voorwaarts" kort na de vorige
Statenvergadering.
De mededeelingen van Ged. Staten wor
den voor kennisgeving aaangenomen.
Aan de orde is het voorstel tot wijzi
ging der overeenkomst betreffende het St.
Mariagesticht te Noordwijkerhout.
De heer B e e n e n k a m p (lib.) wijst er
op, dat wij nu achtereenvolgens een wij
ziging van het verpleeggeld, een tijdelijke
verhooging voor één jaar van heb rouwgeld
en uitstel van de aflossing van den eersten
termijn hebben gekregeu en dat thans
wordt voorgesteld, de tijdelijke verhooging
cn het rouwgeld permanent te maken.
Het is juist, dat het daardoor gelijk
wordt aan het rouwgeld in andere gestich
ten, maar daarbij moet men niet vergeten
dat dit gesticht geen uitgaven voor salaris
heeft, die elders zeer hoog zijn. Als men
nu een religieuze inrichting wil, die zoo
grootsch is opgezet, moet de Provincie
dat dan maar allemaal bekostigen, ook als
blijkt, dat de njeuwe ruimte maar ten
deele noodig is?
De heer A1 b 1 a s (H. G. S.) stelt voor
de verhooging van het rouwgeld weder
slechts voor één jaar toe te staan.
De heer Borghols (Ged. Staten)
merkt op, dat er niet alleen religieuzen
werken, maar dat slechts de helft van het
personeel uit religieuzen bestaat. Men moet
ook niet vergeten, dat het hier een nieuw
gesticht geldt, dar grootere exploitatie
kosten heeft dan de oudere. Als het ge
heel bezet is, zal het rouwgeld veel lager
kunnen zijn.
Het voorstel wordt aangenomen z.h.st. -
Buitengewoon L. 0.
Aan dé orde is het voorstel tot subsi-
dieeriug van het buitengewoon lager on
derwijs.
De heer Kersten (S.G.) kan met het
voorstel meegaan, omdat het van tijdelij-
ken aard is.
De seer v. S 1 e e n (S.D.) juicht het
voorstel toe, doch zou het liefst een sub
sidie willen zien toegekend aan alle bui
tengewone scholen, zoowel nieuwe als be
staande, van 20 per leerling. Hij legt
zich echter neer bij een subsidie alleen
voor nieuwe scholen, omdat dit ten goede
zal kunnen komen aan het platteland, waar
heb buitengewoon onderwijs nog niet be
staat.
De heer Heukels (Ged. Staten) zet
uiteen, dat Ged. Staten steeds het stand
punt hebben ingenomen, dat slechts in
uiterste noodzaak subsidieering zou wor
den voorgesteld, omdat het buitengewoon
onderwijs door het Rijk en Gemeenten ge
regeld behoort te worden.
De Staten moeten dan ook niet meer
doen dan op het oogenblik de oprichting
van buitengewone scholen mogelijk te ma
ken.
De heer v. S 1 e o 11 (S.D.) stelt voor aan
het voorstel toe te voeren de bepaling,
dat een bijdra-ge kan worden verleend in
de exploitatiekosten van de in overleg
met Ged. Staten gestichte streekscholen.
De heer Heukels (Ged. Staten) ont
raadt ten sterkste het voorstel.
De heer v. Sleen (S.D.) neemt het
voorstel terug.
Heb voorstel van Ged. Staten wordt aan
genomen z. h. sb.
De vergadering wordt geschorscht. -
De vergadering wordt te 2 uur voort
gezet. Het voorstel tot het verleenen van
financieelen steun aan Ammerstol wordt
aangenomen z.h.s.
DE REEUWIJKSCHE EN SLUIP-
WIJKSCHE PLASSEN.
A au de orde is de kwestie der droog
legging van de Reeuwijksche en Sluipwijk-
sche plassen.
De heer Scho'uten (A.R.) critiseert
het rapport der commissie, waarin afzon
derlijk is opgenomen het verslag van een
der afdeelingen, hetgeen hij in strijd acht
met het reglement van orde, dat ervan
uitgaat, dat een verslag wordt opgesteld
door de rapporteurs van alle afdeelingen
tezamen. De betrokken afdeeling had het
verzoek tot afzonderlijke opneming niet
mogen doen en de commissie had het niet
mogen inwilligen.
De heer De B r a u w (A.R.) erkent, dat
de methode onjuist is, doch merkt op, dat
in de vierde commissie de afzonderlijke op
neming niet eens ter sprake is geweest.
De heer Diepenhorst (A.B.) ant-
wqordt als algemeen rapporteur der vier
de afdeeling, den heer van Staal, namens
de afdeeling. De commissie vond geen re
den dit verzoek af te wijzen.
De heer v. Staal (S.D.) merkt op, dat
hier een aaneenschakeling -van misver
standen bestaat. In de afdeeling is hem
gevraagd rapporteur te worden omdat hij
dan gelegenheid had zijn beschouwingen
onverkort in het verslag te doen opne
men. Dat heeft bij spr. het eerste misver
stand gewekt.
Hij heeft daarna niet gevraagd om
dit rapport afzonderlijk op te nemen,
doch in zijn geheel in het verslag en hij
stond ervan te kijken, dat 't afzonderlijk
verscheen. Zijn er zijnerzijds fouten ge
maakt, dan wil hij die gaarne erkennen en
daarvoor vergeving vragen.
Na dit incident wordt de kwestie der
drooglegging behandeld.
De drooglegging.
De heer Hofman (R.K.) wijst erop,
dat de gezamenlijke georganiseerde bon
den van land- en tuinbouwers, werkgevers
en werknemers zich voorstanders der
drooglegging hebben getoond. De geschie
denis onzer droogmakingen rechtvaardigt
ten volle deze georganiseerde instemming.
Voor de droogmaking der plassen ten
Oosten van Rotterdam, die thans deel uit
maken van den Prins Alexanderpolder,
leenden de Prov. Staten in 1863 één mil
lioen. Tegen beide droogmakingen waren
tevoren allerwegen tal van waarschuwin
gen van verschillenden aard bekend ge
worden.
Hoe geheel anders staan Rijk en Pro
vincie thans tegenover de voorgestelde
droogmaking der Reeuwijksche en Sluip-
wijksche plassen. Het gemeenschappelijk
adres van het z.g. „groene front" van
christelijke, katholieke en neutrale boe
ren- en tuindersbonden aan onze Rijksre-
geering inzake de huidige moeilijkheden
in land- en tuinbouw, bevat het voorstel
verruiming der oppervlakte cultuurgrond
door bevordering van ontginning en ont
watering.
In verband hiermee zou het wellicht
nuttig zijn, om alsnog ovérleg te plegen
met het Rijk, om voor gezamenlijk risico
de drooglegging te ondernemen. Men ont-
neemt door stedenuitbreiding, wegenaan
leg, sportvelden, enz. vele hectaren cul
tuurgrond aan den landbouw en wanneer
gewezen wordt op plassen, tevoren als het
ware .onbekend en practisch onbenut, om
land te kunnen verkrijgen als een geringe
restitutie voor het verlies van cultuurgrond
dan roepen de stedelingen: blijf af, wij wil
len roeien en zeilen en ons zelf recreëeren.
Op deze wijze houdt de ware wijsheid, ook
in het provinciaal beheer, geen stand.
De heer v. Staal (S.D.). waardeert 't,
dat Ged. Staten thans eindelijk op zijn
standpunt staan, n.l. dat natuurschoon
groote beteekenis heeft, maar dat de ver-
hooging van de bodemproductie voor gaat
en verheugt er zich over, dal Ged. Staten
tevens verklaren, dat het plan technisch
zeer goed uitvoerbaar isvolgens het op
gemaakte plan.
Spr. bestrijdt het argument, dat de land
en tuinbouwcrisis van drooglegging moet
weerhouden. Deze crisis is geen gevolg
van overproductie van grond, maar een
zuiver maatschappelijk verschijnsel.
Had men de Haarlemmermeer indertijd
niet drooggemaakt, dan zou men een
prachtig stuk natuurschoon hebben be
houden, maar welk 'n schade ware er niet
toegebracht.' Spr. wijst ook op de droog
legging der Zuiderzee.
Was men op het juiste tijdstip met de
droogmaking der Zuiderzee begonnen, dan
zouden de kosten daarvan lang zoo hoog
niet geweest zijn. Dit moge een leering
zijn in 'het onderhavige geval.
Men mag, gezien de ervaring', verwach
ten, dat do waarde van de cultuurgronden
niet lager zal zijn dan in het eerste rap-v
port is aangegeven. Het. risico zal niet
hooger dan acht ton zijn.
Spr. vraagt zich af of, onder het aspect
van groote activiteit, niet door Ged. Sta
ten de zaak zeer sober behandeld is. Na S
maanden lang getraineerd te hebben het
verstrekken van de gevraagde gegevens,
LEIDSCHE COURANT
maar ze stopften an ai
STERffAË&K
Want het teoléen vnajit)ter
tabak geöft yT het ho|gste
rookgenot £r\ is daajfüoor
het recept voor^ÊCT ge
zonden geest en een opge
wekte stemming.
komen Ged. Staten plotseling met een
stuk, dat, als het 8 maanden eerder geko
men was, de zaak een heel ander aanzien
had gegeven.
De eisch door Defensie gesteld acht spr.
onbillijk en als daarover nog eens overleg
was gepleegd, zou men wellicht tot een
ander resultaat zijn gekomen.
Groote vraag r.aar grond.
Spr. betoogt, dat er groote vraag naar
grond is, vooral in de omgeving der plas
sen, waar de aangrenzende gemeenten geen
ruimte meer hebben voor uitbreiding.
Ged. Staten willen van de plassen geen
recreatieoord maken, dat moeten de te
genstanders van droogmaking, die de plas
sen juist daarom willen behouden, goed be
denken. De plassen zijn het eigendom van
particulieren en sinds gisteren, voor een
deel (130 H.A.) van de gemeete Reeuwijk.
Men zal daarmee rekening moeien hou
den. Men zal een hotel, een restaurant
moeten bouwen, een kampeerterrein en
wegen erheen moeten aanleggerj. Het zal
spr. benieuwen of de groote pers, die op
gekomen is voor het behoud der plassen
als recreatieoord, ook zal opkomen voor
het uitgeven van e'en millioen voor de
daarvoor noodige werken.
De Staten staan voor een zeer belang
rijke beslissing; het is belangrijk te be
sluiten de plassen droog te maken; het is
nog veel belangrijker te besluiten ze niet
droog te maken.
De heer Brunt (C.H.) is van meet af
aan voorstander der drooglegging ge
weest, omdat er groote behoefte is aan
cultuurgrond.
Het.liefst had spr. gezien een voorstel
tot aanhouding, tot het voeren van over
leg met het Rijk over medewerking en in
het bijzonder ook met Defensie over de
door dat departement gestelde eischen.
Intusschen kan hij met het voorstel van
Ged. Staten meegaan, omdat zij verzeke
ren, dat van nader overleg niets te ver
wachten is.
De heer Beekenkamp (Lib.) heeft
principieel het standpunt ingenomen, dat
de plassen moeten worden drooggelegd,
maar toegevoegd, dat nadere rapporten
over de technische en financieele móge
lijkheid moesten worden afgewacht.
Spreker bestrijdt verschillends argumen
ten tegen de drooglegging. O.a. wijst hij
erop, dat het bezoek aan de plassen niet
de verafgelegen plassen geldt.
Het valt niet te ontkennen, dat er eenig
risico aan de demping verbonden is en
daarom valt het te betreuren, dat het Rijk
dit risico niet wil dragen. Dit is voor spr.
het voornaamste argument geweest om
geen voorstel tot gedeeltelijke droogleg
ging in te dienen. Hij zal afwachten.
Wordt het voorstel van Ged. Staten aan
genomen, dan volgt daar echter uit, dat
men, om van de plassen een recreatieoord
te maken, de daarvoor noodige werken zal
moeten uitvoeren.
De vergadering wordt te 5 uur verdaagd
tot heden 11 uur.
GEMENGDEBERICHTEN
ONGELUKKEN.
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER,
Meisje onder; een tramwagen
geraakt en overleden.
Woensdagmiddag wilde het veertienja
rige meisje L. M. v. d. Z., wonende in de
Pauwenlaan te 's-Gravenhage, op dc fiets
gezeten, dc rails oversteken van lijn 21 in
de Sportlaan nabij de Tulpenboomstraat
aldaar, juist toen een wagen van die lijn
naderde. Het kind kwam te vallen' en ge
raakte onder den tramwagen. Het werd
deerlijk verminkt opgenomen en door den
Geneeskundigen Dienst vervoerd naar het
ziekenhuis aan den Zuidwal, waar het bij
aankomst bleek te zijn overleden.
De Directie der H. T. M. aldaar deelt
mede, dat uit het voorloopig onderzoek van
het ongeval in de Sportlaan gebleken is,
dat den trambestuurder geen schuld
treft.
Door een tram overreden.
In de Kruisstraat te Rotterdam is de
50-jarige L. door eed tram aangereden
Beide be?nen werden hem onder de knie
afgekneld.
Nader wordt gemeld, dat de man aan de
bekomen verwondingen is overleden.
Door een auto overreden.
Door het plotseling oversteken van de
straat, is in de Kennemerlaan te IJmuiden
een vierjarig jongetje uit de Snelliusstraat
aldaar door een passeerenden auto ge
grepen en tegen den grond geslagen. Met
een ernstige hersenschudding werd het
ventje opgenomen en ter verpleging naar
het St. Antonius-Ziekenhuis te IJmuiden
(Oost) vervoerd. Volgens omstanders treft
den chauffeur geen schuld.
Ernstige aanrijding.
Op den Rijksstraatweg te Susteren is
het zesjarig dochtertje van den heer J. v.
Hulzen door een passeerend motorrijwiel
aangereden. Het kind liep een schedel
breuk op en moest onmiddellijk naar het
Fransche klooster te Sittard overgebracht
worden.
Uit het raam gevallen.
Woensdag is het 4-jarig dochtertje van
D. in de Hannenkokslaan t.e Delft uit het
venster der bovenverdieping gevallen. De
overbuur v. D. bood de eerste hulp. De arme
kleine bloedde hevig uit mond en neus.
Spoedig was de technische dienst der poli
tie ter plaatse, alsmede geneeskundige
hulp. Oogenschijnlijk is het ongeluk tame
lijk goed afgeloopen.
Verdronken.
De 17-jarige A. van Breugel, wonende
Groote Lindt te Zwijndrecht, is bij het
zwemmen in de rivier de Oude Maas ver
dronken. Het lijk is een uur later opge
haald en naar de ouderlijke woning ver-
voerd-
Uit de Vecht bij de Haandrik is opge
haald hét lijkje van het negenjarig kind
van den brugwachter Bril. Het kind was
sedert Js morgens vermist.
Te Sas van Gent is een jongen, die
goed zwemmen kon, in een draaikolk te
recht gekomen en verdronken.
Plotseling in de diepte verdwenen.
Donderdagmiddag omstreeks 2 uur
zwommen eenige jongelui in de Barne-
veldsehe beek te Amersfoort.
De 18-jarige P. G. B., wonend te Am
sterdam, verdween plotseling in de diepte.
Op het hulpgeroep van de anderen jon
gens, snelde de 17-jarige F. T. toen en
slaagde er in den drenkeling op het droge
te brengen. De man was echter reeds bui
ten kennis. Op advies van een inmiddels
gewaarschuwd en militairen arts werd B.
naar het militair hospitaal vervoerd. De
man was hedennacht nog niet bij kennis.
Brand te Rotterdam.
Voor de tweede maal binnen 24 uur tijds
is de Rotterdamsche brandweer gealar
meerd voor een brand in de binnenstad.
Was Woensdagavond brand uitgebroken in
een verfpakhuis aan de Nieuwehaven, gis
termiddag tusschen half één'en kwart -vóór
één is brand ontdekt op de derde verdie
ping van pand 93 aan de Jonker Frans
straat aldaar, in gebruik bij de firma M.
Sandwijk, opticien. De brand liet zich al
dadelijk vrij ernstig aanziener werd
middelalarm gemaakt, met ontbieding van
een autospuit en de autoladder. Laatst
genoemde heeft geen dienst behoeven te
doen.
Op de derde verdieping van het pand
lag een gedeelte van den voorraad van de
firma Sandwijk opgeslagen, evenals op de
vliering', welke boven deze verdieping is
gelegen. Op de tweede verdieping lag o.a.
een groote partij chemicaliën, waaronder
zich zeer brandbare vloeistoffen bevon
den.
Het is de brandweer -gelukt, het vuur
tot de dërde verdieping te beperken; de
lager gelegen étages en de wnkel hebben
zeer veel waterschade gekregen. Al kort
na het ontdekken van den brand sprongen
de ruiten aan de voorzijde van het pand
en sloegen de vlammen naar buiten. Al
zag het er op dat oogenblik nogal critiek
uit, men is er toch in geslaagd veidere
uitbreiding te voorkomen. Om 1 uur 20
kon de autospuit het werk staken. De der
de verdieping en de vliering zijn totaal
uitgebrand. De kap is op vele plaatsen
doorgebrand en aan de achterzijde inge
stort. Tengevolge van het vele water, dat
in het pand was geworpen, kletterde een
ware waterval langs den gevel. Ook de be
lendende perceelen hebben eenige water
schade gekregen.
Treinvertraging te Amsterdam.
Gisteravond is te Amsterdam in de rich
ting Hilversum voor het treinverkeer van
beide kanten een langdurige stagnatie
ontstaan,, doordat de electrische bedie
ning van een wissel en signalen weigerde.
Een en ander moest toen met de hand be
diend worden, waardoor sommige treinen
een half uur tot een uur oponthoud had
den. Om 11 uur was de stroomvoorziening
weer normaal, maar het duurde nog lang
eer de treinen weer op tijd liepen. De oor
zaak was dat een transformator defect was
geraakt.
Verduistering.
Sedert enkele dagen is tc Stadbroek-
Sittard spoorloos verdwenen de filiaalhou
der R. van de Coöp. Voorwaarts. Hij moet
de kas, ongeveer 400, hebben meegeno
men. 1
DERDE BLAD PAG. 10
ZWAAR WEER BOVEN
ARNHEM
SLAGHAGEL EN OVERSTROOMINGEN
Van halfvijf tot halfzes heeft Donderdag
boven het Centrum en Oostelijk deel van
Arnhem zulk een hevig onweer gewoed,
dat in minder dan geen tijd in de straten
in de binnenstad 't regenwater zeker een
halven metéft hoog stond. De hevige regen
gipg gepaard met een hagelbui, waarbij
hagelsteenen zoo groot als duiveneieren
uit de lucht kwamen vallen.
De binnenstad blank. Schade
aan de gewassen.
Op Velperweg, Vclperplein, in Konings
straat, Beekstraat en verscheidene andere
straten in de binnenstad stond alles blank
en in vele winkels stroomde het regen
water naar binnen. Het tramverkeer, dal:
moest worden stopgezet, was anderhalf uur
daarna nog niet geregeld.
Het eigenaardige was wel,, dat boven het
Westelijk deel van de stad slechts heel
weinig regen is gevallen.
Eenige uren, nadat er een einde was ge
komen aan den hevigen regenval, stroomde
het water nog steeds van de hooger gele
gen dee'.en der stad naar de lager liggen
de wijken, met het gevolg, dat de straten
in de binnenstad nog geruimen tijd onder
water bleven. De riolen konden den ge
weldigen toevloed van water niet verzwel
gen, met het gevolg, dat tallooze kelders
onderliepen.
De tramrails, zoowel van de lijn Velp
Oosterbeek als in de buurt van het Geiten
kamp, stonden diep onder water en toen
dit eindelijk eenigszins was weggezakt of
weggespoeld, bleken zij onder de modder
te liggen. Met man en macht is men bezig
de-rails schoon te maken.
Op den Velperweg nabij de Huygens-
laan, een der laagste gedeelten van Ooste
lijk Arnhem bleef gedurende geruimen
tijd een enorme watermassa staan. Zeer
veel is er te Arnhem, maar ook te Velp,
in de tuinen en aan de te velde staande
gewassen vernield, terwijl bovendien tal
looze broeikassen werden verwoest.
Boerderij le Velp verbrand.
Te Velp sloeg de bliksem in een boerde
rij, toebehoorende aan v. B., waardoor
brand ontstond en het huis geheel uit
brandde. Slechts enkele meubelstukken
kon worden gered.
Door den bliksem gedood.
Te Rh eden werd de 35-jarige W. B. in
het achterhuis van zijn woning door het
hemelvuur getroffen en gedood.
De Rozendaalsche Watermolen, die in
een dal is gelegen, stond voor een groot
deel onder water, tengevolge waarvan het
meubilair ten deele naar buiten dreef. Op
de tennisbanen van Klarenbeek, waar de
open tenniswedstrijden een aanvang had
den genomen, moest het spel worden ge
staakt, daar ook hier het water spoedig
een hoogte van wel een halven meter had
bereikt.
Heden hoopt men de wedstrijden te kun
nen hervatten.
Missiebusjes gelicht.
Dc gemeentepolitie van Weert heeft al
daar aangehouden den 51-jarigen H. Th.
O., gedomicilieerd te Helmond, wegens
diefstal van een tweetal missiebusjes met
inhoud.
Nadat deze man, die zich voor stoelen-
matter uitgaf, de winkels der firma in de
Maasstraat en van den heer G. v. d. F.
aan het Kanaal bezocht had, werden al
daar de aan de toonbank bevestigde mis
siebusjes vermist. Dadelijk werd de politie
hicivan in kennis gesteld en een nauwkeu
rig signalement van den vermoedelijken da
der opgegeven. Het duurde niet lang of
men had den waren dader te pakken, die
na eenigen tijd ontkend te hebben, een vol
ledige bekentenis aflegde.
Hij bleek reeds meerdere jaren in de ge
vangenis tc hebben doorgebracht. De man
is ter beschikking van den Officier van
Justitie te Roermond gesteld.
BÜITENL. BERICHTEN
ONGELUKKEN
WEER EEN CHINEESCH MUNITIE
DEPOT IN DE LUCHT
GEVLOGEN.
24 dooden.
In de stad Sisjoel Sien in do nabijheid
van den spoorweg TientsinPoekau is een
munitie-depot in de lucht gevlogen.
De geheele wacht, bestaande uit een
officier en 23 manschappen, werd gedood.
Zes dooden bij mijnongeluk in Transvaal.
Uit Krugersdorp wordt gemeld: Ten
gevolge van een rotsinstorting in de Con
solidated Main Reef-mijn zijn zes inboor
lingen om het leven gekomen en zeven
ernstig gewond.
Dorpsbrand in Moravië.
Gistermiddag brak in Oppatau bij Tro-
bitsch een brand uit, die zich snel uit
breidde en zelfs een catastrofalen omvang
aannam.
Ondanks de krachtige pogingen van dc
brandweer, was het haar tot hedenavond
S uur niet gelukt, het vuur te blusschen.
Reeds 40 huizen werden een prooi der
vlammen.