I RADIO tyfDERLOFl Hoe leeft de Amerikaan RADIO' RADIO" „De Concurrent" lAANDAG 5 MEI 1930 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 8 DOOR DEN BURGEMEESTER VAN ARNHEM is de eerste steen gelegd voor het nieuwe gemeente-ziekenhuis op het terrein „Alteveer" aldaar „Ja, kom maar eens kijken naar het liovo broertje". Dan trad zub snel naar moeders schoot en kook naar den kleinen baas, die lag te kraaien van do pret. „Een aardig ventje, hé?" zei moeder dan. „Ja, moodcr". „Je moet altijd voorzichtig mot 'm we zen, want hij is nog maar klein". „Ja, moeder". Stil bloef zus staan kijken, blij dat zij zoo dicht mocht naderen. Dat kwam door broertje, begreep ze, en daarom vond zo hem nóg liever. De vrouw had evenwel dat grootore kind zoo vlak bij niet noodig en zei al gauw: „Ga nu maar weer spelen, Kaatje". Zoet ging 't. meisjo weor naar haar hookje mot wat poppon en ander speol- gocd, waar haar dat „Kaatje" blij in do ooren klinken bleef. Nog niet vaak was zij zoo lief toegesproken. Op 'n keer wa's zij mot broertje alleen in do kamor; hij sliep. Nu zou zij toch nog eens gaan kijken. Wat 'n kleine oor tjes. En zulke fijno vingertjes. Zou zij er aan mogen komen? Heel eventjes en heel zachtjes? Schroomvallig stak zij haar handje uit, maar o daar hoorde zij met •chcrp gefluister zoggen: „Ga je weg, KaMoet je hom wakker maken". Moeder was onverwacht binnen geko men en sindsdien durfde de arme kleine het wiegjo niet ongevraagd moer naderen. Intusschen had zij wat geleerd. Als mooder boos was, zei zo „Ka" en anders „Kaatje". Dat zij deze mooieren naam meest kroeg als er wat voor broertje go- daan moest worden: hem zachtjes wiegen, iets voor hem oprapen of halen, dan wel hem op een of andere manier bozig hou den, vcrgaldo haar geluk ovor dat beetje liefheid niet. Maar wol leerde zij den kleinen baas steeds beter konnon als het middel, waardoor zij hot huiselijk zonnetjo ook voorzichzcK wat warmer kon doen stralen. Desniettemin kreog zij toch nog af en toe een nieuwe teleurstelling te verduwen. Zoo keek zij er, toen broertje wat groo- ter werd, verbaasd van op, hem plotseling op vaders knio te zien zitten. Dat was haar nog nooit gobeurd. Maar nu zou haar tijd daarvoor toch ook wel komen. Door do ondervinding geloerd, nadordo zij onbeschroomd het twoetal, want zij deed alsof het was om broer aan 't lachen te maken. Dat mocht! Intusschen vleide zij zich zoo zacht tegen vader aan, dat den man het gchunker naar zijn liefde voelbaar werd. Plots zotte hij haar o zaligheid met zijn vrijen arm op zijn vrijen knie en liet boide kinderen behoed zaam paardje rijden. Dit feest duurde echter voor Kaatje maar kort, want moedor viel uit: „Man, laat die groote meid toch loopenl Let op Yvonny, andors valt io nog van je knio. Kom, Ka, ga spelen". Uit was do pret Zij slaagde er nog wel eens in, tegen vader te leunen om broertjo op te vroo- lijken, maar verder kwam 't niet. Moeders bezorgdheid voor Yvounetjo deed Kaatjo, die naar zon snakte, in do schaduw leven. Eu zoo vorschrompeldo haar zieltje. Naar oen bowaarschool, waar zij klou- ter met do kleuters had kunnen zijn, was voor 't meisje niet omgezien, want do moeder had nooit last, wel veel geraak van haar godwcec, hulpvaardigo dochter, wie al vroeg allerlei bezigheden werden opge legd. Kopjes waschtc zij o zoo voorzich tig en netjes, want zij had booze woorden moeten hooren, toen zij eens een oortje brak en ook toen er nog een vuil zandje op een schoteltje zat. Dat zou haar niet meer gobouren! Aardappelen schillen kon zij uog niet. zoo'n domme meid! maar wel goed zien of de molk haast overkookte, zoodat zij moeder nooit meer te laat waar schuwde, nadat zij eens ruw opzij was ge duwd toen er plotseling zoo'n groote blaas boven de pot uit vloog. Zij was verschrik kelijk bang, dat dit ooit weer zou kunnen gebeuren en hield haar oogjes niet van de dampende melk af, anders zou moeder weer denken, dat zij had staan slapen. En dit was toch heusch niet waar geweest. Eindelijk moest zij naar de groote school waar zij al lang van te voren angstig om was zonder dat haar moed werd ingespro ken. Moeder noch vader gaven er zich re kenschap van, dat het arme kind zoo iets noodig kon hebben. Netjes gekleed en gekapt de zaak, nietwaar 1 werd zij er door moeder heen gebracht, die tot den onderwijzer aan do deur krijschte: „Mijnheer, hier is Kaatje". De bango leerlinge was even verrast door dat lieve naampje, maar weldra hoorde zij om zich hoen giezclen: „Kaatje. Hoor je dat? Wie heet er nu tegenwoordig Kaatje?" En terstond schrompelde haar zieltje weer ineen, ook doordien zij nu dubbel gevoelde het gemis van broertje, thuis haar plechtanker om een zonnestraalt je op te vangen. Wat moest zij tegen die kinderen zeg gen? En wat tegen die groote menschen, dio allemaal zoo luid spraken? Gedwee liet zij zich in een bank zetten, in onrustige afwachting van wat gebeu ren zou. 't Viel natuurlijk nogal mee. Onderwij zend personeel heeft meer met zulke kin dertjes omgegaan. Haar aanvankelijke schuchterheid kwam zij echter nooit ge heel te boven, al bemerkte zij spoedig, dat stil zitten, goed opletten en vlijtig leeren hier do plaats van broertjo innam. Onder de kinderen bleef zij eenzaam, bang aan te halen en even bang af te stoo- ten. Alleen met zeker Keetjo, een gelijk gestemd zieltje, kon zij vrij gauw goed overweg. Zij wachtten elkaar buiten op en zij gingen een eindje samen. Maar toen moedor dit eens zag heel toevallig, want ons meiske moest haar eigen weg maar vinden word haar thuis gezegd: „Ka, als ik je weer met dat kind zie loopen, sla ik jullie uit mekaar". Keetjes ouders hadden schuld in de zaak en waren weggebleven, wat Kaatjo echter niet meegedeeld werd. Moeders dreigende stem was voor haar voldoende geweest om de vriendschap te vreczon en 't was haar een opluchting, toen Keetje och, 't was toch eigenlijk wel oen lief meisje naar een andere school grng. Sindsdien bleef zij eenzaam, want alle kinderen hadden nl vriendinnetjes; voor haar was geen plaatsje in eenig kringetje meer over. „Dio stiekumme Kaatje" kon den zo allemaal missen. Zonder horten of stooten ging de school tijd voorbij en thuis wist zij zich stoeds meer verdienstelijk te maken, zonder daar voor echter bijzonder geprezen te worden, 't Hoorde zoo, vond iedereen, dat zulk een groote meid was zij wel ooit klein ge weest? in 't huishouden hielp cn er was altijd voel to doen, want Yvon bleef alles behalve alleen. Naaien, breien en stoppen werd haar ontspanning. Eén gebeurtenis uit den schooltijd moet ik toch verhalen. De meester had een groote som op 't bord geschreven: twee getallen van voel cijfers vermenigvuldigen cn dan doelen weer door een lang getal. Hij wilde eeus zien, wie do knapste kinderen van de klas waren. Na een half uur zou hij dat wel weten. „Komt ie uit, meester?" vroegen een paar brutaaltjes. „Neen, dat zouden jullie wel willen; dan wist je meteen of 't goed was. Er blijft wat over, want ik heb 'm gisteravond zelf ook gemaakt. Ik ben nieuwsgierig, wie 't juiste getal overhoudt. Begint nu maar". Met ijver rekende de heele klas: dat was nog eens een prettig werkje.^ Ook Kaatje had er schik in, al was zij niet zoo vlug klaar als vele anderen. Zij cijferde ingespannen en was juist gereed toen meester, die de klok in 't oog hield, opeens zei: ,,'t Is tijd 1 Ophouden". En toen begon het vragen naar de over schotten. Allerlei getallen werden opge noemd, meest groote van drie en vier cij fers. Ons vriendinnetje had maar een ge tal van twee cijfers over en dat maakte haar al angstig. Telkens schudde de mees ter geheimzinnig van neen en dan veegde het kind, dat niet de juiste uitkomst had, gauw de som uit. Zou zij dit ook maar niet doen? Andere kinderen riepen soms vóór hun beurt hun rest, maar dat durfde zij heelemaal niet: zij zouden lachen om haar kleine getal. Dan maar liever uitvlakken... En dat deed ze, toen meester eindelijk zei: „Stop maar met dat opnoemen. Het valt me tegen hoor, dat niet minstens een paar kinderen de goede rest hebben. Ik zal maar zeggen, hoeveel of 't is: 3G". Een schok voer door Kaatjes loden: dat had zij precies overgehouden. En in haar ontzetting vond zij den moed om te roepen: „Dat had ik, meester!" „Laat eens zien?'. ,,'k Heb 't al uitgevlakt, meester'" dan kunt ge dat wel makkelijk zeggen". En teen lachte de heele klas toch Dat droeve moment heeft de arme Kaatje nooit kunnen vergeten. Zij werd er nog schroomvalliger door. De zaak van vader ging niet zóó best of eenige inkomsten der kinderen waren welkom, zoodat onze vriendin na de school doorloopen te hebben, niet thuis kon blij ven: zij moest gauw wat verdienen. Moeder oordeelde: „bij 't modistevak zou dat 't vlugst gaan" en daarmede was de keuze beslist. Och, heerel Kaatjo bij 't hoeden opma ken. Zij wikte en woog veel te lang vóór zij iets vasthechtte en dan dat 't nog te stijf, zoodat de hoofdjuffrouw moeite had met 't lostornen. Met ,,'n ik-en-'n-jij-steek", moest ze 't doen, zei haar leermeesteres, maar dat ging niet: haar jeugd had haar veel te angstvallig gemaakt. „Dan maar achter de toonbank", vond moeder; „daar hoefde je niets voor te I kennen". I JawelKaatje was alweer veel te bang voor ongenoegen met de klanten om een goede verkoopster te zijn of te worden. „Iets aansmeeren" leerde zij nooit; wel haaldo zij gedwee zooveel goederen voor lastige lieden overhoop, dat zij haast tijd te kort kwam om 't weer op te ruimen. Dat opruimen deed zij nu juist graag: die linten en bloemen, strikjes en kwikjes, kleedjes en kantjes lieten zich keurig door haar behandelen en haar „vak" zag er al tijd stofschoon en ordelijk uit. Zij wijdde daar haast al haar tijd aan, want ook on der 't personeel stond zij alleen; zij kón j zich eenvoudig niet bij iemand aansluiten en de anderen vonden haar te ingetogen om zich veel om haar te bekommeren, j Gelukkig Kaatje mocht ook eindelijk I wel eens een gelukje hebben! was de j winkelchef een man met mcnschenkennis, j j die begreep, dat zoo'n meisje juist in 't magazijn op haar plaats zou wezen. En zoo kwam Kaatje in haar element: geen 1 booze woorden meer als in den winkel, i I want dat werk was geknipt voor haar, j J geen booze woorden ook thuis, want haar j loon steeg. i Zij werd de oudste in de zaak, klom op tot „juffrouw Ka", die alles wist, al toonde zij 't nooit, en die allen noodig hadden. Men vond haar stijf, doch waardeerde haar al leidde dit toch niet tot opnemen in een vriendinnenkring. Zij was en bleef een- zaam, stil geluk vindend in haar thans vreedzaam bestaan. O, als er nu maar geen jongmensch komt, die haar van liefde spreekt zonder het te meeren, want onbewust hunkert zij naar nooit genoten tecderheid. Zij zou geloof slaan aan de gehuichelde betuigingen en 't ontwaken uit den droom ware vreeselijk. 't Best zal wezen, indien zij ooit een even schroomvallige jongeman ontmoet, die 't goed met haar voor heeft. A's dan die twee zielen langzaam tot nieuw leven komen, o welk een vreugde kan dan nog voor juffrouw Ka zijn weggelegd. Een mooie taak voor beider Engelbe waarders, om hen samen te brengen. En gij, lezer, als gij ooit zoo'n verschrom peld zieltje ontmoet: wees er hartelijk voor, want ongeweten dankbaarhoid zal u tegenstralen. MET DE STATENDAM is te Rotterdam aangekomen de Australi sche oceaan-vlieger Kingsford Smith. Hij werd verwelkomd door den heer Smits der Fokker-fabrieken in betrekking tot 't arbeidsloon. Welnu, voor z'n uurloon kan de Amerikaan over 't algemeen méér koopen dan de Hollander Arbeiders en ambtenaren verdienen daar doorgaans méér. Maar daarvoor wordt dan ook meer arbeidsprestatie gevergd. Ambte naren, zooals boekhouders, bankbeambten, en dergelijke verdienen tusschen de 25 cn de 60 dollar per week. Er zijn zelfs betrek kingen die 150 dollar geven, 'n Ambachts man rekent op een gemiddeld weekloon van 27 dollar maar daar staat tegenover, dat sommige beroepen in deze erg uit do koers gaan. Do arbeiders in de boomwol industrie in 't Zuiden der Vereenigde Sta ten gaan met 17 dollar naar moeder de vrouw, maar de werklui in 't krantenbe- drijf te New York krijgen van 40 tot 45 dol lar. De dienstboden staan er ook lang niet kwaad voor: die sleepen van hun mevrou wen per maand van 10 tot 30 dollars weg en genieten bovendien nog vrije wasch, kost en inwoning. Er zijn er zelfs die nog meer verdienen, maar die zijn dan ook bij zonder bekwaam en netjes en laten zich niet als duvelstoejager gebruiken: ze ver zorgen de kinderen, koken de pot en wel a raison van 10 a 15 dollar per week! Ze kennen daar 'n arbeidsweek van 44 tot 48 uren. En wat moeten de Amerikanen daarvan uitgeven? Verreweg 't duurste is er 't wo nen. Onder de 600 dollar kom je niet klaar met 'n middelmatige woning van drie ka mers. De huurprijzen voor kleine woningeu zijn zelfs gewoonlijk hooger: van 1000 tot 1500 dollar, 't Is daarom te begrijpen, dat jonge getrouwde lui, vrijgezels, ouderlooze jonge dames er verreweg de voorkeur aan geven om te wonen in 'n z.g. „boarding- house", zoo iets als onze pensions, maar dan heel wat comfortabeler en prettiger. Ze betalen daar voor een kamer met volle dig pension 10 tot 25 dollar per week, dat hangt natuurlijk af van 't comfort en van den stand. In kleine hotels dok je 'n dol lar per dag en daarvoor wordt je op je wenken bediend.'t Is duidelijk, dat men daar dus heel wat voordeeliger kan wo nen in zoo'n pension. Daar komt nog bij, dat zoo'n inrichting vaak van alle gemak ken voorzien is: men vindt er 'n kleine bi bliotheek, 'n kleine leeszaal, waar verschil lende kranten aanwezig zijn, 'n muziek zaal't Is dan ook geen wonder, dat zelfs families van vijf, zes personen met pleizier afstand doen van 'n eigen woning, want, behalve de huur, heb je met 'n wo ning nog meer te zorgen aan je hoofd: de meubileering kost geld, enfin er zijn 'n massa dingen, waarover je je in 'n pension niet druk behoeft te maken. Ook kan men op gemeubileerde kamers gaan wonen. Eten doe je dan maar in een van de vele, uiterst-goedkoope restaurants, die er te vin den zijn in dc buurt van de werkgelegenhe den. Van zulke eotzaakjes zijn er legio: op alle hoeken van de straten kun je ze vinden, waar je voor 'n betrekkelijke klei nigheid je buik flink kunt vullen, winkels, waar je voor 'n belachelijk beetje allerlei lekkers kunt krijgen: snoepjes, ijs, ijswa- ter en andere ververschingen. Juist in der gelijke kleinigheden weet men 't leven van den Amerikaan zoo aangenaam te maken. Zoo heeft ie gratis radio, de benzine is veel goedkooper dan bij ons, de autostalling kost 'n prikje en hij rijdt met zijn wagen over heerlijk geplaveide wegen. Z'n kleeren heeft ie al voor 'n dollar of veertig. Amuse ment is er volop en niet duur. Honderden bioscopen, opera's en revue's lokken dage lijks de menschen in elke stad. En bij al lerlei „uitverkoopen" wel zoo iets als bij ons, maar dan veel grootsoher, kan hij voor 'n koopje van alles op de kop tikken. En de gekste dingen kan ie krijgen op afbetaling. Doodgewone menschen wonen in luxueuse huizen, rijden in 'n prachtige auto, leven overigens heel bescheiden en blijven jarenlang maar „afbetalen", 'n Klein kunstje is het voor iemand, dio 'n vaste be trekking heeft, om zich 'n huisje te koopen. Dat gaat heel gemakkelijk: je gaat naar 'n soort bank en dan mag je je buisje in vijf, acht, tien jaar afbetalen. Zelfs met 'n groot huisgezin is het voor de Amerikaan mogelijk ook met een klein inkomen te spa ren en af te betalen. Want de dagelijksche levensmiddelen zijn er uiterst goedkoop: conserven, fruit, sla, visch, gevogelte De oester is er een volksvoedsel. De Ame- rikaansche arbeider heeft inderdaad Zon dags z'n „poule au pot" z'n kippetje in de pot (wat Hendrik de vierde van Frankrijk immers z'n onderdanen beloofde als de hoogst-bereikbare zaligheid) en die arbei der vindt het heelemaal niets bijzonders. Er worden goede zaken gemaakt en dat bomt door do voortreffelijke organisatie: ze begrijpen daar, dat "t van de groote om zet komen moet en dat de waar goed en goedkoop dient te wezen. Groote winsten zijn uit den booze: 't geheim van Fords succes ligt in zijn methode: hij verdient op 'n „auto" van 250 dollar maar 10 dollar. Maar dan ook 'n reusacht-igen omzet! Zoo heeft 'n firma in New-York honderden aardige winkeltjes geopend, waar je voor 'n paar oenten 'n glas limonade kunt krij gen. Andere dranken worden er niet ver kocht. Er wordt fabelachtig veel omge zet en natuurlijk is de verdienste na venant. 'n Feit is, dat de Amerikaan zeer gesteld is op al deze kleinigheden, die zoo veel kunnen bijdragen tot veraangenaming des levens. (Nadruk verboden). Auto, tevensmiddelen, woning, afbetalingszaken en meer van die kleinigheden. Stel: we lezen ergens, dat iets in de Var- oenigde Staten 10 dollar kost. Oogenbiik- kelijk gaan we aan 't rekenen: dat staat gelijk met ongeveer 25 gulden bij ons. En daarnaar gaan we conclusies trekken om trent de levensvoorwaarden van den Ame rikaan. Glad verkeerd! Om over de levens- standaard van 'n ander land te kunnen oor- deelen moet men geducht op de hoogte we- zen van allerlei détails en eigenaardighe den in betrekking met de loonen en is 't niet voldoende even uit de vreemde munt te „transponeeren" in de eigene. En dan is men er nog niet, want ook die loonen moe ten weer beschouwd worden in verband met allerlei dingen zooals: plaatselijke om standigheden, winstkansen, de kosten aan 'u huishouden verbonden... En dan kan men mot de cijfers in de hand aan 't vergelijken gaan: zoo kan je in Amerika een goed on derhouden 2e hands autotje koopen voor 100 dollar, dat is dus ongeveer 250. 1 Bokijkcn we de zaak van 'u anderen kant B11II111111111111111111111II111111111111111111II11111111111111111II11111111| 1111 5? De grootste sorteering Toestellen, Luidsprekers, 5 Plaatstroom-apparaten - Gelijkrichters - Accu's, E Anode-Batterijen, enz. is bi^ E HAARLEMMERSTRAAT 170A - LEIDEN 1 E Het beste adres voor Handelaren en Amateurs S E Wij voeren oa. alle Philips /rtikelen, Transforma, Fer- E rix, Pilot, Brandes, Telefunken, Lisser Förg, Sarcos, enz. E E Alleen-vertegenwoordiger voor Leiden en Omstreken §j E van de wonder mooie Harophone Toestellen E Ook in Krachtversterkers en Electro-dynamisohe Luid- E sprekers kunnen wij U steeds het beste aanbieden E Wij hebben in Radio-kasten steeds een groote E sorteering; ook Philips-Kasten en -Tafeltjes E ïiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiimiiiiiiiimi= R.K. SPORT Zij die lid wenschen te worden van de iv..v. Sportver. (Voetbal, AthJ gelieven zich geven bij H. Rijndijk 4 Contributie tezamen: 1 Junioren (tol 17 j.) f 0.15 p. w. Senioren (boven 17 j.) f 0."" p. w. Voor de afd. Voetbal worden alléén leden aangenomen welke vrij zijn, d.w.z. welke géén verplichtingen hebben voor het a.s. seizoen bij an dere vercenigmgen. 339 geen woeker prijs voor Jiet om lijste/! iHn 1 platen, (oVs e/rl Van (nis Ve kende adres: HAARLEMMERS.AAT 62 Telefoon 2918 Adverteerendoetverkoopen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 8