Goedkoope tarwe, duur brood LAND- EN TUINBOUW GEMEENTERAAD VAN LEIDEN DINSDAG 18 MAART 1930 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 Waarom blijft de broodprijs hoog? Er is brood tevéélMen heeft het den l&atsten tijd in de kranten kunnen lezen, hoe de graanprijzen niet omlaag zijn ge zakt, maar omlaag zijn gekelderd. De ko renbeurzen in do graan-uitvoerende lan den verkeeren in groote opwinding en men vreest in Amerika voor een ernstige cata strophe. De „farmers" aan de overzijde van de Oceaan, die een goed jaar meenden te hebben, verwenschen thans het mooie weer waardoor niet alleen hun eigen velden geel stonden met gevulde aren, maar óók de velden van hun buurman en óók in de andere staten van onmetelijk Amerika. Voor ons land, dat in overgroot kwan tum duur Amerikaansch graan moet invoe ren, is het een buitenkans, maar voor de IJ. S. A. blijkt het een geweldige strop. In de opslagplaatsen aldaar ligt op het oogenblïk evenveel tarwe opgeslagen als in een heel jaar wordt uitgevoerd. De toe stand is zoo slecht, dat als onmiddellijk gevolg van deze prijsindaling de inkom sten-belasting reeds met ongeveer45 millioen dollar zou zijn verminderd. Het graan is dus goedkoop, maar wordt gevolgelijk ook het brood goedkooper? Door het heele land gaan reeds 6temmen stemmen vooral van de huismoeders die vragen waarom de broodprijs even hoog blijft. En met een scheel oog kijken zij de bakkers aan, die zij er van verden ken in dezen tijd een zoet winstje op te strijken ten haren koste. Maar de bakkers hebben deze verdacht making geen dag op zich laten rusten, en, naar uit verschillende beschouwingen in de pers blijkt, zijn de hoofdschuldigen van den onveranderden broodprijs niet de bak kers, niet de graanhandelaren en ook niet de meelfabrikanten, maar eigenlijk de huisvrouwen zelve Deze beschuldiging lijkt een misplaatste grap ten opzichte van de dames, maar een korte beschouwing zal doen blijken, dat wij het bjj het rechte eind hebben. De bakkers hebben, zooals gezegd, de aanklacht als zouden zij verantwoordelijk zijn voor bet leveren van duur brood ge bakken uit goedkoope tarwe verre van zich geworpen. Zij hadden er slechts op te wijzen, dat brood niet wordt vervaardigd van tarwe, doch van bloem. En de bloem prijzen hadden geen sterke daling gekend. Zij schoven de verantwoording dus den graanmaaldeTs op den rug. maar ook dezen hadden hun verweer klaar. Ontkennen, dat de graanprijs laag en de b'.oem-prijfl hoog, was natuurlijk onmo gelijk. Doch bij de kostenberekening van de bloem dient niet uit het oog to worden verloren, dat van de 100 K.G. tarwe 72 K.G. bloem wordt verkregen en 23 K.G. afvalstoffen (zooals tarwegries, zemelen, enz) welke stoffen als varkensvoer in den handel zijn. Maar ook deze afvalstoffen zijn in waarde verminderd, aóó zelfs dat in vele gevallen de positie van de meel fabrieken thans slechter is dan verleden jaar. Wat toch is het geval? De algemeene daling van graan-prijzen drukt ook onze binnenlandsche producten, zooals haver en rogge. Ook daarvan is de prijs gezakt en wel in die mate, dat het voor de boeren goedkooper is haver en rogge aan hun varkens te voeren, dan de afvalstoffen van de meelfabrieken. Deze raken dus onver koopbaar, dalen in prijs en verhoogen al dus de productiekosten van de bloem. Relatief krijgen de gTaanmaalders iets minder voor hun producten, maar in ab solute*) zin is er wel degelijk een daling in de bloemprijzen ingetreden. De gemid delde bloemprijs is van 16.25 in Maart 1929 gezakt tot 15 op 4 Maart. j.l„ een daling dus van 1.25. Aharoepen de huismoeders. „Kan er dan niet cén onnoozele cent van den brood prijs afl" Er schijnen inderdaad plannen te zijn het brood met de somma van 1 cent te Groote omzet van pot- en perkplanten. Uit Aalsmeer wordt gemeld, dat door da groote uitbreiding van de cultuur van pot- en perkplanten, welke dit tuinbouw centrum de laatste jaren te aanschouwen geeft in de afgeloopen 10 jaar ongeveer verdriedubbeld en van 1 op 3 millioen «tuks gekomen het bestuur van de cen trale veiling heeft besloten, bijzondere aan dacht te wijden aan bet transport van deze producten naar verscheidene plaatsen. De veiling belastte zich reeds eenige ja ren met het vervoer per motorpoot naar Amsterdam, en nu zal dezen dienst ook nitgbreid worden naar Den Haag en Rot terdam. Men hoopt door het organiseeren van een doelmatig vervoer den omzet nog belangrijk te kunnen vergrootcn. Dat er aan de veiling voor bloemen of bloemtakken hooge prijzen worden be taald moge, hieruit blijken, dat deze weck voor orchideeën van de soort cymmidium tot 15 gulden per stengen werd betaald. Dat de aanvoer van kasrozen thans al zeer groot is bleek de afgeloopen week wel ter veiling Bloemenlust, waar op één dag 75.000 stuks ten verkoop werden aangebo den. Tot 50 ct. per stuk werden ze verhan deld. De varke^sfokkerij. Omtrent den toestand van den varkens stapel, kan in verband mcf de medcdeelin- verlagen, doch men begrijpt, dat de bak kers niet bij ieder wisse-wasje in den soms zeer speculatief-aangelegdcn graanhandel, de broodprijs omhoog-omlaag en omlaag omhoog laten wippen. Op de beursberichten en noteeringen kan immers geen staat worden gemankt. Dit is verleden jaar nog geb'eken. In het voorjaar 1929 trad een sterke daling van de graanprijzen in en onmiddellijk daarop een veel sterkere rijzing een rijzing, die een broodprijs-verhóóging gewettigd zou hebben. Doch ook na keek men eerst het katje uit den boom, en zie, de prijzen gingen langzaam-aan weer naar de diepte. Voor meerdere, niet-kapitaalkrachtige bak kers was het afgeloopen jaar daardoor een zeer ongunstig jaar en de winsten waren miniem. In groote steden, zooals Rotterdam, heb ben de bakkersvereenigingen, een prijs- schaal doen ontwerpen om oen vaste ver houding te verkrijgen tusschen de bloem en de brood-prijzen. Deze schaal geeft aan: bij een bloemprijs van 17 zou de water broodprijs bedragen 22 ets. (met inbegrip van 10 pet. boekjesdividend). Bij iedere daling of stijging van 1.50 van den bleom- prijs, zou de broodprijs met 1 cent ver meerderen of verminderen. Dus 15.50 bloemprijs: 21 cents brood-prijs; 14. bloemprijs: 20 cents broodprijs. Boven hebben wij reeds aangehaald, dat de bloemprijzen, in abso'uten zin, ge daald zijn met 1.25. zoodat bij een kleine daling of stijging van 1250 van den bloem prijzen met 1 oent naar beneden zullen gaan. In de steden en groote dorpen al thans, want een feit is het, dat in de ste den de verkoop van bet brood duurder is, dan in de kleine dorpen (in verschillende dorpen in de omgeving van Leiden is de broodprijs dan ook reeds verlaagd). Hoe dit komt, zullen wij tot slot in 't kort trachten duidelijk te maken, waarbij tevens de beschuldiging aan hot adres van onze huismoeders bewaarheid zal wor den. In een gewoon huis-en-keuken-broodje van 21 cent zit voor niet meer dan 10 ets. meel, dus meer dan de grootste helft van den prijs komt op rekening van do pro ductie en van de distributie. Van de res- teerende 11 cent komt 3 cent op rekening van de bakkerij-kosten en het uitbetaalde loon en niet minder dan 3cent op reke ning van de verkoop-kosten. Men denkt er nimmer op na, maar ieder ziet in, dat de honderden broodwagens die iederen dag onze steden en dorpen door kruisen, niet gratis en voor niemendal de versche cadetjes bij de klanten thuisbezor gen. Voor deze hoffelijkheid van onze bak kers ten gerieve van de dames moet duur worden betaald. En het zijn juist die kos ten van exploitatie die onveranderd blijven al zakte het graan op nul wel ke een hartig woordje meespreken in de bepaling van den broodprijs. Laten do Hollandsche dames hierin een voorbeeld namen aan hun bui»enlandsche buren, waar iedere huisvrouw 's morgens haar brood, groenten enz. gaat halen of laat halen. Nu moet men hieruit niet concludecren, dat wie zijn brood thans van den winkel afhaalt, feitelijk 3'/, ct. te veel betaalt. Wanneer niet de kosten berekend worden voor het thuisbezorgen, komt een nieuwe post op de rekening voor de winkel en de bediening. Het is duidelijk, dat de winkels en filialen juist door den straatvorkoop een veel to geringe omzet hebben om rendabel te zijn. Hierin zon eerst verbe tering komen, wanneer de straatverkoop totaal werd afgeschaft. Maar daarop is weinig kans. Het is in ons lieve vaderland een oud gebruik, dat de huisvrouwen de levensmiddelen aan huis laten bezorgen. Het gemak dient den mensch, maarer moet voor betaald worden 1 Reclame voor Leiden De centrale riolee- ring. Een Gereformeerde school in het Rijnsburgerwegkwartier Strijd tus schen Hervormden en Gerefor meerden De resteorende 4>/j. oent gaan heen aan verlies op oud brood, oninbare posten, ondernemersloon, reclame enz. INGEZONDEN MEDEDEELING. Wybetf-tabletten on- gen der Rijksveeieeltconsulenten worden gemeld, dat de financicele resultaten van de varkensfokkerij in de laatste maan den weder zeer gunstig waren ten gevolge van de hooge biggenprijzen. Hoewel de prijzen der gemeste varkens daalden, bleef ook de toestand van de mesterij zeer be vredigend ,daar de daling van de prijzen der vocdcrmiddelcn die van de varkers- prijzen aanmerkelijk overtrof. Voor dc mes ters, die niet zelf fokken, doch biggen of magere varkens moeten aankoopen, wor den dc uitkomsten echter eenigszin* ge drukt door de hooge inkoopsprijzen daar van. De gezondheidstoestand van den var. kenssiapcl was over -hot geheel bevredi gend. Slechts sporadisch wordt van ziektr gevallen en van het voorkomen van big- gensterftc melding gemaakt. In Limburg schijnt het onoordeelkundig voeren van aardappelen schade te hebben berokkend. OVERZICHT. Naar aanleiding van een voomel van B. en W. om de „Polygoon" te Haarlem op te dragen een reclame-film van Leiden te vervaardigen, drong mr. Donders er op aan, dat deze film ook inderdaad een juist levend beeld van Leiden zou geven; geen verzameling van prentbriefkaarten. In denzclfden zin sprak de beer Manders. En de heer Coster nam deze gelegenheid te baat, om in het algemeen te wijzen op de wcnschelijkheid van meer reclame. De Ka- tholioko Raadsfractie kan men geen ge brek aan stadsliefde verwijten! Goedgekeurd werd het voorstel van B. en W. in zake de aansluiting van wijk VI on wijk VII op de centrale rioleering, waar van do kosten respectievelijk 47.500 en 47.0C0 zullen bedragen. Een langdurige discussie ontspon zich vervolgens over een verzoek van de Ver- ecniging School met den Bijbel te Oegst- geest oni medewerking te vorleenen tot stichting van een school voor lager onder wijs in het Rijnsburgerwegkwartier te Leiden. Van deze discussie kan, helaas, niet wor den geconstateerd, dat zij het aanzien van den Raad bij velen kan hebben verhoogd I Onverkwikkelijk was het naar voren tredend geschil in deze tusschen Gerefor meerden en Hervormden welk geschil door den eersten spreker den Hervorm den heer Meijnen in de discussie was ge bracht. Onverkwikkelijk waren ook «le onder ling verwijten tusschen een Gereformeerd en een Herv. spreker over gebrek aan eer bied voor den Bijbel. De kwestie is dat de Hervormden en Gereformeerden te Oegstgeest een bijzon dere school hebben in die gemeente, dat do Gereformeerden, nu de schoolbevolking toeneemt, een afzonderlijke school won- schen, welke zij willen bouwen op Leidsch grondgebied. (De opmerking werd in den Raad gemaakt, dat deze Oegstgeestenaren wellicht gaarne annexatie met Leiden be vorderen De katholieke Raadsfractie hield zich buiten de hartstochtelijke discussie over kwesties, die niet ter zake waren. Alléén was ter zake de vraag, of aan de werkelij ke vereischten, noodig voor een aanvrage, is voldaan. Ia daaraan voldaan, dan moet do Raad de aanvrage in princiepe inwil ligen. Aan deze vereischtcn was voldaan, zooals wethouder Tepe o. i. aantoonde.* Ten slotte werd het verzoek afgewezen. Voor stemden de Anti-Rev., de Katholie ken an waÜL Splinter (Ohr. £L). In de Anti-Rev. partij zijn Gereformeerden en I Hervormden, 't Bleek ons wel, dat de twee 1 (van de vier) Hervormde leden, de heeren I Huurman en Eikerboot, niet zoo con amore j voorstemden, als de heeren Goslinga en j v. Es! De Katholieken verklaarden in een kort woord van een hunner, dat zij geen enkel bezwaar hadden om aan het voorstel I van B. en W. hun stem te geven. Nu dit voorstel is verworpen, zal het betrokken bestuur wel in hooger beroep gaan. 9o. Pracadvies op het verzoek van het bestuur van de Vcrecniging tot stichting en in standhouding van scholen met den bijbel te Oegstgeest, om medewerking te verlcenen 4ot stichting van een school voor gewoon lager onderwijs. De heer Groenoveld wijst er op, dat het verzook reeds in December is in gekomen, en dat dc raad gedwongen is nu te beslissen, daar anders de termijn van 3 maanden is verstreken. Het voorstel is dus wel heel laai in den raad gekomen. Verdet deelt spr. mede, dat de onderwijs commissie daarover niet vergaderd heeft. Slechts is den leden individueel hun mee ning gevraagd. Een vergadering is onmo gelijk geweest, deels omdat de secretaris te zeer in beslag is genomen door de Electricitertstentoonatelling. Toch was deze zaak belangrijk genoeg geweest om er over te vergaderen. Onder dozc omstandigheden hecht spr. weinig waarde aan het oordeel van de onderwijscommissie. Ook do plaat selijke schoolcommissie is niet gehoord. Spreker acht het totaal verkeerd, dat Leiden moet meewerken tot stichting van ccn Oegstgeester school; op een zeer mooi villa-terrein nog wel. dat daardoor zeer in waarde zal dalen. Overigens is er in Oegstgeest een school met den bijbel, doch in Christelijke kringen is men het blijkbaar nooit eens over de uitlegging van «len bij bel. Als particuliere liefhebberij is daar niets tegen, maar wanneer dat ons geld gaat kosten, wordt het vervelend. Spr. vraagt of de lijsten met liandtee- koningen wel afdoende zijn gecontroleerd. Spr. twijfelt daaraan. Met don heer Meij nen meent spr. dat het verzoek niet vol doet aan dc wet. Niet alle op de lijsten geplaatste leerlingen mogen meetellen. Spr. komt tot 90 geldige handteckeningcn, maar onder hen zijn er nog verscheidenen, van wie het niet vaststaat of zij dc school zullen bezoeken. Op de lijst is bijv. getee- kend voor een kind van 2, een van 3 en zes van 4 jaar. Spr. meent, dat die van 2 en 3 jaar zeker*niet mogen meetellen. Nu kan men van meenjng zijn, dat het nog wel eenigen tijd zal duren voor do school er is, mnar dan vallen de oudere kinderen van 11 en 12 jaar er weer af. Trekt tnen dat alles eraf, dan houdt men het vereisch- te minimum van 80 niet over. Spr. gelooft wel, dat een school daar in de buurt wel voldoende bevolkt zou worden. Vele onder* rullen afgeschrikt door den overweg hun kinderen daarheen sturen. B. en W. mec- nen, dat de school moet worden toege staan, omdat er een aanzienlijko toeneming van bevolking te constateeren valt. Maar dan moet het openbaar onderwijs op de zelfde wijze worden behandeld. In het Hnagwegkwartier werd echter de toena me niet voldoende geacht om er een open bare school neer te zetten. Vindt de wet houder, dat aan den Rijnsburgerweg op grond van de bevolkingtoennmo een bij zondere school noodig is, dan moet hij ook binnenkort komen met 'n voorstel tot stichting van een openbare school. Maar dat is hij niet van plan. De heer R o m ij n vindt zulke aanvra gen tot stichting van een bijzondere school altijd zeer lastig. De lager onderwijswet is niet gemakkelijk en ook uit do lijsten is haast niet wijs te worden. Daarom betreurt spreker het, dat deze belnngrijke kwestie niet is behandeld in een vergndering van do onderwijscommissie. Zoo komt het tot verrassingen, zooals van den beer Meijnen. Spr.'e bezwaar is voornamelijk, dat do ar gumentatie niet klopt. Er is zoker toene ming van bevolking, maar «lat houdt geen verband met de soort school, welke thans wordt aangevraagd. 61echts cnkclo kinde ren wonen in die buurt. Toch ligt in de wet wel degelijk oen aanwijzing, dat de bevolkingstoename verband moet houden met de schoolaanvrage. De heer v. E s betreurt het ook, «Int de commissie over dit punt niet vergaderd heeft. Wanneer we de historie van Oegst geest nagaan, vinden we, dat er een Herv. school gesticht is, wnartoo ook leden der Geref. Gemeente zijn toegelntpn. Het aan tal kinderen is zoo toegenomen, dat er ruimte gemankt moet worden. Daarom wil- do men een nieuwe school stichten, mnar daarop moest staan: School met den bij bel van do Ned. Herv. Gemeente. Daartoe wilden de Gereformeerden niet meewer ken on in volle harmonie ii men toen uit eengegaan, omdat men daarin een betere oplossing zag. De school moet er dus ko men, omdat er plaats te kort is, en de heer Meijnen hoeft niet to treuren over een scheuring, want daarvan is geen sprake. Hpr. is van mcening, dat de leerlingen uit Leiden wel meegeteld mogen worden, om dat er een belangrijke bevolkingsaanwas is. De kwestie of het een Leidsch dan wel een Oegstgeester belang is, doet er weinig toe. Het is een belang van beide gemeen ten. In Leiden behoeft men heusch niet te vreezen voor een teveel aan plaatsruimte op de scholen. Dat het villa-terrein door de school bedorven zou worden, gelooft spr. niet. Op de uitlating van den heer Groenoveld over de Christelijke opvatting van den bijbel, gunt spr. niet in. Dat is geen particuliere liefhebberij, maar liet gaat hier om hot beginsel. Wanneer er Oegstgeester kinderen op die school gaan, kunnen de onkosten ook op Oegstgeest ver haald worden. Het argument van het niet- mcetellen van oudore leerlingen heeft geen waarde, als men niet weet, in welke klas die leerlingen zitten. Spr. meent, dat wan neer blijkt, dat er een behoefte aan een openbare school aan den Rijnsburgerweg is, de wethouder ook met voorstellen «laar toe zal komen. Mnnr het is nu eenmaal een feit, dat de behoefte aan openbare scho len steeds achteruit gaat Wethouder Tepe betreurt het achteraf ook, dat deze zaak niet besproken is in do commissie. Het schoolbestuur had nl. ver zocht een terrein aan te wijzen. Daarin is spr. niet voldoende geslaagd en dat was reden van vertraging. Het toeval wilde toon, dat op het laatste moment een ver gadering op bezwaren stuitte. Alle leden hebben toen gelegenheid geha«l om hun meening te zeggen. Een vergadering was echter beter geweest. Het is vervolgens niet de vraag, of men voor die aanvrage •■ympathie heeft, maar of de aanvraag voldoet aan «le wet. Of het een Leidsch dan wel een Oegstgeester be lang is, doet ook niets ter zake. Alles draait om deze ééne spil: mocb-n do Leid sche leerlingen, die een soortgelijke school hier bezoeken, meetellen? In dit verband doet liet er ook niet toe, of or een paar to jongo of te oude kinderen op de lijsten staan. Tellen de Leidsche kinderen mee? Ja, want de wet verplicht daartoe, als een be langrijke bevolkingstoename daartoe aan leiding geest. Onder ,.*oorigelijke" scholen verstaat do wet allo scholen, die tot de ca tegorie openbare of bijzondere scholen van een bepaalde soort behooren. Hpr. staat op het stamlpunt, «lat de bevolkingst«»enome wel degelijk aanleiding geeft tot de stich ting.der school. Het is waar, dat dc school grootcndeol* door Oegstgeester kinderen bezocht zal worden en spr. zal niet treden in «le rede- nen, welke de vcrecniging gehad heeft om deze aanvraag tot Leiden te richten. Afge zien echter van de vraag of Leidsche dan wel Oegstgeester leerlingen de school zul len bezoeken, is spreker van meening, dat de wet nu eenmaal tot medewerking ver plicht. 8pr. aanvaardt niet het verwijt van me ten met twee maten. Want vooreerst wordt spr. gedwongen tot medewerking en kan hij niet handeion op eigen initiatief en vervolgens vestigt spr. er de aandapht op, dat er in Leiden ruimte over is op de open bare scholen. Wethouder Goslinga wijst erop, dat Oegstgeest naar rato van het aantal leer- lingeu do stichringskosten zal moeten ver goeden. Dat komt hier vaak voor, want vele kinderen uit de omgeving komen naar Leiden op school. Onvoordeelig is dat voor Leiden niet. Alleen staat Leiden voor den afstand van grond en het voorschieten van hot kapitaal. Het verwondert spr. dat do heer Meijnen begonnen is te zeggen, «Ut hij zal tegen stemmen, zonder de verdediging van den wethouder af te wachten. De heer Meijnen vond de stichting der school niet noodzakelijk, maar daar gaat het niet om. De wet verplicht er toe. Er is hier geen sprake van een ruzie, doch men gaat in vrede uiteen. Net als Abra ham. -lie tot Lot wide: „Gaat gij ter lin kerzijde, dan ga ik rechts". De heer Wilbrink: Hebt u dat ge- boordt Wethouder Goslinga: Neen, ik weet niet of u den bijbel kent, maar daar staat het. De lieer W 11 b 1 i n k Ik vind het be spottelijk, dat u Abraham en Lot er bij haalt. Wethouder Goslinga: Ja, ik begrijp, dat u met uw houding verlegen is. Er is geen sprako van een verbreking der sa menwerking. Verder is de aanvrage een nieuw bewijs voor de saam hoerigheid tus schen Leiden en Oegstgeest. Wanneer men in Leiden bouwt, kan het schoolbestuur den onderwijzer meer salaris geven. Spr. ziet niet in, welke reden er i«, de aanvrage, welke voldoet aan do wet, af te wijzen. Het bijzonder onderwijs groeit nu eenmaal en wij mooton daarmede rekening houden. De heer v. d. R e ij d o n vraagt of het motief niet geweest is; do mogelijkheid van hoogere salarissen. (Geroep: Ja zeker!) Er staat nog een groote openbare school leeg in Oegstgcrst. De heer Wilbrink begrijpt niet, hoe de beer Goslinga zeggen kan, dat spr. met zijn houding verlegen is .Spr. vindt, dat de heer Goslinga het woord Gods misbruikt, door Abraham en Lot aan te halen in een raadsdebat. Spr. is het niet geheel eens met den heer Meijnen. Hij vindt het al heel gék, dat Leiden voor Oogstgeestenaren een school moet stichten. Daartoe kan de wet niet verplichten. Ook spr.*betrourt het, dat deze zaak niet is besproken in de com missie. Het is toch een znak van princi pieel© hetockcnis. Dat dc secretaris ver hinderd was, is geen argument. Is xoó'n ambtenaar dan onmisbaar? Wethouder Goslinga zegt, dat men in de beste harmo nie is uiteengegaan, evenals do hear v. Es. Spr. meent echter, dat dit een scheeve voorstelling van zaken i». Het was gemak kelijker, moeilijkheden in Oegstgeest te omzeilen en Leiden er voor te spannen. Dat was de reden, waarom men uiteen ging. Spr. 71 il tegenstemmen en is geen onkel oogenblik mot zijn houding verle gen. Wethouder Goslinga: Het gaat w eer tegen de Gereformeerden 1 De heer Wilbrink protesteert daar tegen. Het gaat erom, dat Leiden een school moet stichten voor 25 Leidsche leer lingen. aLten dc Oegstgoestenaren een school voor zichzelf stichten, maar niet de last op Leiden schuiven! De heer Qroeneveld herinnert. eraan, «lat do wethouder niet ontkend heeft, dat or geen onderzoek is ingesteld naar do lijs- ton. Vertraging door de terrein-kwestie acht spr. geen argument, want «lat gaat do commissie van fabricage aan en niet de commissie van onderwijs. Hoe men ook rekent, zooals spr. of zoo- als de wethouder, in ieder geval blijft het aantal leerlingen onder het wettelijk mi nimum. Met sympathie of geen sympathie komt men wettelijk niet verder, maar spr. wil er toch wol uiting aan geven, dat de aanvrage hein niot sympathiek is. Er moet nu een aparte school door Leiden worden gesticht, omdat men het niet eens kan wor den over het naambord. Aldus is de voor stelling van den heer v. Ks. Mnar spr. is van meening, dat de schoolverocniging geen zin heeft in het leegstaande openbare schoolgebouw on daarom maar liever 100 M. over de grens gaat. De heer W i 1 m e r vnrkloart, dat «Ie R. K. fractie vóór zal stemmen. Ann alle wet telijke eischen is voldaan, znodat de raad zijn n'cm daaraan zal moeten geven. Spr. doet dat ook gaarne, omdat hij geen mo- rei-'o of geestelijke bezuren, zooals de heer Meijnen zeide, daartegen ziet. Dc beer Huurman kan zioh niet ver- cenigen met do argumentatie van zijn fractiegenooten, doch meent, dat er voldaan in aan do wet en zal dus voorstemmen. De her-r R o m ij n meent integendeel, dat er uiet voldaan is nan «ie wet, aange zien er geen verband is tusschen «le bevol kingsaanwas en deze school. Wethouder Tepe antwoordt den heer Wilbrink, dat hij vau meening nas dat dc zaak met do gevolgde eenvoudige behan deling door dc commissie voldoende be handeld was. Hij had niet verwacht, dal er zoo'n storm over op zou gaan tusschen twee rechtschc richtingen. Hpr. bestrijdt nogmaals de cijfers van den lieer Groene- void. Hij bereikt er niets moe. Hpr. wijst T verder op, dat de lijsten wel degelijk zorgvuldig gecontroleerd zijn. Wethouder G s 1 i ri g n bégrijpt niet. waarom hij geen illustratie uit den bijbel mag ontleencn. Dc wet heeft wel degelijk rekening gehouden met het feit, dat scho len bezocht worden door kinderen uit an- derr gemeenten, zoodat er geen onrecht vaardige toestanden ontstaan, ook niet loor «leze schoolaanvraag. Leidsche en Oegstgeester belangen gaan hier «amen. Wij zien de Christ. HI*t» partij vaak in .jctie komen. wnDneer het gaat om Anti- Revolutionaire belangen, waarbij spr. om. I de Kooi parkschool noemt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 5