HEERENBAAI BINNENLAND KERKNIEUWS ZATERDAG 25 JANUARI 1930 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 15 met Allerheiligen gepredikt. Een bepaling echter was, dat door een groote aflaat de kleinere vervielen. Een psychologisch mo ment nu: Luther wil preeken maar de Do minicaan is vlak bij en hem voor. Dit wekt verzet bij hem. Hij maakt nu verschillende stellingen op die hij aan de slotkerk aan plakt. Door verschillende historici, aldus spr., wordt het voorgaande feit als jalou- zie gedacht, maar het is feitelijk een der oorzaken van Luthers aflaat-bestrijding. Deze stellingen werden door hem naar cle kardinaal van Mainz gestuurd, die ze weer naar Rome zond. Wc krijgen nu, aldus spr., de verhouding van Luther met. den Paus. Hij komt te Leipzig discussieeren en wordt daar „verslagen", waardoor hij juist nog meer in verzet komt. Spr. zegt echter, dat door de historici te veel gespeeld is met de haat van Luther tegen den Paus. Bij zijn beschuldigingen tegen de Kerk, zooals ge vonden brieven nog kunnen getuigen, scha kelt hij de Paus uit. Kant hij zich, aldus spr- tegen het Kerkelijk gezag, dan stelt hij altijd voorwaarden. Als Luther echter veroordeeld is, komt een heel andere geest in zijn brieven en noemt hij de Paus de anti-christ. Als vierde punt beschouwt spr. Luther en den Bijbel. Luther heeft het vrije onderzoek aan zijn volgelingen gege ven. Spr. noemt dit een ongelukkige erfe nis. De geboorte van het vrije onderzoek komt alleen voort uit zijn koppigheid. On bewust, zonder dat hij het zelf gewild heeft, is Luther door het geven van het vrije onderzoek, de vader geworden van het Liberalisme, Socialisme en Communis me. Ka de ban des Pau&en heeft Luther het Kerkelijk gezag losgelaten. Daar moest iets anders voor in de plaats komen. Het lag voor de hand: 't vrije onderzoek. Spr. zegt, dat Luther n'et. consequent is .geble ven. De menschen gingen den Bijbel zelf lezen, geinspireerd, volgens Luther, door den H. Geest, maar kwamen natuurlijk tot een verschillende uitlegging. Luther stelde zijn uitlegging daar tegenover als de ware Toen kwam de botsing. Dat is de ramp geweest, aldus spr., van het' Protestantis me. Het verdeelde zich in vele secten. Men heeft de laatste jaren pog'ngen gedaan im weer tot eenheid to komen (congres van Stockholm en Lausanne), zonder resultaat. Hes eenige struikelblok was de Paus. De Lutheranen, in de Hochkirche in Duitsch- laird, aldus spr., willen alles terug behalve den Paus. Spr, zot duidelijk uiteen, dat niet iedereen den Bijbel individueel kan gaan uitleggen, en hoe het gezond verstand ons zegt, dat er een Paus moet zijn, an ders kan er ook geen godsdienst, bestaan. Door de individueeie uitlegging «der Bijbel teksten, die zeer verschillend was, kwam Luther in bot-s'ng met zijm volgelingen. Z'n koppigheid was het weer, die zei: je zult je aan mij onderwerpen. Toen kwam dus, aldus spr., de tweede Paus op de wereld en die heette Maarten Luther. Er werd door de spr. gelegenheid gege ven tot vragen stellen, waarvan door eenige personen gebruik werd gemaakt. Spr. beantwoordt duidelijk, waar de kop pigheid van Luther vandaan kwam en de invloed, in verband hiermede, van zijn op voeding thuis en het Prügelsysteem op school in Duitschland. Spr. zegt ook, als antwoord op een vraag, hoe Luther feite lijk de vader is van de predestinatieleer. Een vraag betreffende het huwelijk van Luther beantwoordt spr. uitvoerig. We bren gen hieruit even naar voren, dat spr. een protest uitte tegen hen, die Luther er van willen beschuldigen, dat. hij als een zinne lijk, ja zelfs als een dierlijk mensch leefde. Spr. zegt, dat dit niet waar is en licht het uitvoerig toe. Tot slot zegt spr., dat het geloof en de godsdienst een genade is en dat wij daar om voor onze medebroeders moeten bid den, opdat God hot licht der waarheid over hen zal doen uitstralen. Een daverend applaus beloonde den sproker voor zijn zeer leerzame en boeien de rede. De voorzitter sprak een waardig slotwoord, waarna sluiting met den chv. groet volgde. Hinderwet. Bij besluit van B. en W. van Woerden d.d. 23 Januari 1030 i6 aan J. Blom alhier vergunning ingevolge do Hinderwet verleend tot het oprichten van een inrichting tot vervaardiging van zui vel werktuigen te drijven door 7 electrom-j- toren met een gezamenlijk vermogen van •20.5 P.K. in het perceel kadastraal ge meente Woerden Sectie A No. 2271, gele gen aan den Linschoterweg. Geboren: Theodorus Jacobus z. van G. Goes en Th. van Dalen. Hendrik Genit zoon van L. Hakkink en M. Pfaff. Aart z. van J. van Baarsel en C. Sta- vleu. Overleden: Hendrik Stam 68 j. echtgen. van Hendrika van Scherpenzeeï. Ondertrouwd: Marinus Paschier en Trijntje Vijfhuizen. Johannes Theodo rus van Leeuwen en Antonia Petronella Christina Borsboom. KOUDEKERK. „Kiest eieren voor uw geld". Donder- dagvond had op de bovenzaal van hotei De Bruin alhier, voor een stampvolle zaal de aangekondigde Sluis' Pluimveefilm plaats, georganiseerd door het bestuur van cle Eierenveiling „Koudekerk-Rijndijk De voorz., de heer Mostert, opende dc vergadering met een welkomstwoord^ waarna een aanvang werd gemaakt met de vertooning van de film getiteld „Kiest eieren voor uw geld". De fi'm begint met een niet-deskundig jong pluimveehouder dio de dagopbrengst zijner kippen controleert. Ontstoken in woede over het droevig resultaat, ver schijnt juist de vertegenwoordiger van filuis' Pluimveevoederfabriekcn te Wees- perkarspel. die hem uitnoodigr eens een bezoek te brengen aan Sluis' fabrieken en zich er van te overtuigen dat het niet de schuld zijner kippen is, doch dat men an der voeder behoort te verstrekken om goede resultaten te bereiken. Zoo zien we hem clan een tocht maken door Sluis' pluim veevoederfabrieken ie Weesperskarspel en diens vischmeelfa- briek te IJmuiden, daarbij welwillend rondgeleid door een der directeuren. De machtige aanblik die hij, maar ook wij. hier te zien kregen, zoowel van het weten schappelijk als technische, deed ons vanaf het begin bewonderen. Wij kregen clan ook dezen avond de overtuiging, dat goed voeder niet kan ge leverd worden, wanneer de fabriek niet volkomen daarvoor is ge^m flleerd, en niet minder zullen de belangstellenden tot de overtuiging zijn gekomen, dat zij door het voederen van Sluis' voederproducten ge garandeerd zijn van een goed zuiver sa mengesteld voeder. Na deze hoofdfilm kregen we nog op het doek te zien een modern ingerichte pluim veebedrijf van de heeren Molijn en Huydecooper te Wiessel, vervolgens de gevolgen van enkele bekende pluimvee ziekten op het lichaam van aangetaste dieren, terwijl als slot een humoristische teekenfilm werd vertoond die de lachspie ren in beweging brachten. Met onverdeelde aandacht werd deze film gevolgd en alles bij elkaar genomen is het een leerzame en boeiende Sluis' avond geweest en de daarvoor in aanmer king komende besturen kunnen we met gerustheid adviseeren de vertooning van INGEZONDEN MEDEDEELING. ECHTE FRI&frOHfc 20-50cf.perons (ach in Yi onsen.paden ei panda 1/nzap/ Ttur paAfeO+E deze film voor de nog komende winter» avonden. De ee re-voor zit: er dezer voreeniging de burgemeester, de heer Kwint, alsmede de gemoenlc-secretaris van Hazerswoude, vertegenwoordigende de resp. gemeente besturen, spraken woorden van waardee ring voor het energieke bestuur dezer ver- ceniging, alsmede de vertegenwoordigers van de firma Sluis. De voorz. dankte aan het slot de verte genwoordigers van Sluis, alsmede allen die tot het welslagen van deze succesvolle avond hadden medegewerkt. Het bestuur kan dan ook met voldoe ning op deze schitterende vergadering te rug zien. Z0ETERW0UDE. Geers zin in de zee. Bij den gemeente veldwachter op het Dorp vervoegde zich de zwerver de R. onder mededeeling, dat hij te Vlaardingen aangemonsterd was voor een schip, doch dat hij niet voorne mens was zee te kiezen. Hij had het hem verstrekte oliepak verpand en was gaan zwerven. Bij een onderzoek, dat de ge meentepolitie instelde bleek, dat de me- dedeelingen waarheid bevatten en het schip inmiddels zee gekozen had. Tegen den man is proces-verbaal opgemaakt. Roodvonk. Alhier is wederom een ge val van roodvonk geconsiaeerd bij een kind van 8 jaar. Dit is nu reeds het derde geval, Loop der bevolking. De bevolking de zer gemeente bedroeg per 31 December 1928 in totaal 3820 personen, to weten 1808 mannen en 2012 vrouwen. Ingeschre ven werden wegens vestiging in den loop van het jaar 419 personen, n.l. 174 man nen en 245 vrouwen; afgeschreven wegens vertrek 374 personen, n.l. 162 mannen en 212 vrouwen. Vermeerdering wegens ge boorte 98, nd. 54 mannen en 44 vrouwen. Vermindering wegens overlijden 33 perso nen, nd- IS mannen en 16 vrouwen. Totale vermeerdering 48 mannen en 65 vrouwen of 133 personen, zoodat de bevolking dezer gemeente per 31 Dec. 1929 bedroeg 3933 personen, te weten 1956 mannen en 2077 vrouwen. HET KUNSTMATIG VERWEKKEN VAN REGEN DE PROEVEN VAN DEN HEER VERAART. Mislukt door de weersomstandigheden. Nadat het gedurende twee dagen tc mistig was geweest om van den gemeente lijken havenmeester van hot vliegveld Schiphol verlof te kunnen krijgen, om met een vliegtuig op te stiigen, was het zicht Vrijdagochtend eindelijk weer vrij en «scheen de zon weer uit een helderen, blau wen hemel. De proeven, om door liet uit strooien van sterk onderkoelde ijsdccltjes de wolken tot condensatie te brengen en daardoor regen te verwekken, welke de heer A. Veraart uit Rijswijk, tengevolge van het ongunstig weer reeds twee dagen had moeten uitstellen, zouden eindelijk voortgang vinden. Schiphol leverde het bekende schouwspel van vertier en drukte. 1 Vliegtuigen vertrokken en vlogen aan en vele militaire vliegers lvadden van het mooie weer gebruik gemaakt, om met hun kist van Soesterberg even naar de Amster- damsche luchthaven een kopje koffie te komen drinken. En tusschen het beweeg van menschen en toestellen waren op het platvorm nabij de drie toestellen, die de heer Veraart gecharterd had, eenige ar beiden. bezig het onderkoelde ijs fijn te stampen en in zakken in twee van de drie vliegtuigen te laden. Het was ruim twee uur. toon men hiermede gereed was. In middels was de lucht, die gedurende de ochtenduren eenige bewolking had ge toond, geheel opgeklaard, en daarmede ontstond een nieuwe mogelijkheid. Dc heor Veraart verklaarde nl., dat zijn proef al leen kan slagen, indien het op zeer lage temperatuur gebrachte ijs gestrooid wordt, op een vrij dichte wolk, dtfc reeds in ver gevorderden staat van condensatie ver keert. Nu het ijs eenmaal was ingeladen zou het, indien do proef nu niet door ging, zeker bedorven zijn, om het bij een vol gende gelegenheid te kunnen gebruiken, en toen dan ook werd medegedeeld, dat EM. PASTOOR P. J. SCHRAVEMADE t- Zooals gemeld, is op 70-jarig<en leeftijd te Rijswijk overleden de zeereerw. heer P. J. Schravemade, oud-pastoor der St. Bar tholomeusparocliie te Voorhout. Petrus Jcaephus Schravemade werd 31 December 1859 te 's-Gravenhage geboren en op 16 Augustus 1885 priester gewijd. Hij werd achtereenvolgens benoemd op 18 Augustus 1885 tot assistent tc Oudorp, op 11 Mei 1886 tot. kapelaan te Voorburg, op 24 Maart 1893 tot Kapelaan te Pijnacker, op 15 September 1894 tot kapelaan to Hoorn, op 21 October 1899 tot kapelaan te Gouda (O. L. Vrouw Hcnv'.vaart), op 24 Februari 1904 tot pastoor te Haarlemmer- meer (O. L. Vrouw Onbevlekt Ontvangen) en op 3 September 1915 tot pastoor te Voorhout, (St. Bartholomeus), uii welke functie hij in 1927 eervol ontslag kreeg. De Metten zullen gezongen worden Zon dagavond 7 uur in de kerk van den H. Ge- rardus Majella te 's-Gravenhage. Maandag morgen in dezelfde kerk de Lauden, ge er in do richting van dc Noordzeekust eeni ge bewolking viel waar te nemen, gaf de heer Veraart bevel om te starten. De heer Veraart zelf had met eenige helpors plaats genomen in het cloor don piloot Wiersma bestuurde twee molorige Fokker-vliegtuig PJT.-A.E.H., waarin dc grootste hoeveel heid ijs was geladen, terwijl het overige ijs werd geladen in de door Parnienticr bestuurde P.H.-A.D.N. Een derde, door Veenendaal bestuurd toestel, ste' te do pers en eenige belang stellenden in de gelegenheid, het. experi ment uit de lucht te volgen. Eenige op Schiphol aanwezige personen, onder wie prof. Kcesom uit Leiden, had zich naar Zandvoort begeven teneinde van den be- ganen grond het resultaat dor proefne ming gade te slaan. Hoogcr en hooger s. iigend vlogen de drie vliegtuigen in de richting van IJmui den, en toen dc kuat bereikt werd, bevon den zij vieh op eep hoogte van ongeveer 3000 Meter. Niettemin was er van bewol king nog geen sprake. Wel leek hol, alsof in het Zuiden eenige wolkenbanken lagen, doch spoedig bleek, dat dit gezichtsbedrog was. Voorzoover men in Noordelijke rich ting vrij ver uit dc kusl wolken zag. lagen deze te hoog dan dat do machines erboven uit zouden kunnen komen. En omdat ten slotte de voorraad ijs na terugkeer op Schiphol toch niet meer voor oen volgende proefneming te gebruiken zou zijn, besloot de heer Veraart, om van een hoogte van drie duizend meter de ijskorrels dan maar boven Zandvoort uit te strooien. Als wit uitlaatgas stoof het ijspoedcr weg, en spoe dig waren de twee toestellen van hun koele last bevrijd. Nog werd do hoop ge koesterd, dat liet uil gestrooide ijs eonigeu invloed zou hebben op de zeer dichte ne vel, die boven het landschap hing. Wel kreeg men kort na hel uitwerpen den in druk, dat <le hevel ter hoogte van IJmui den iets minder werd en geheel optrok, terwijl het schoen, alsof zij zich benoorden het Noordzoekanaal verdichtte, maar ze kerheid daaromtrent, en of, indien deze waarneming juist was, deze het gevolg was van de proefneming, kon niet worden vast gesteld. De heer Veraart is echter vastbe sloten om in de komende week onder ge schikte omstandigheden de proef tc her halen, aangezien de proef niet berekend is op dc omstandigheden, waaronder zij he den plaats vond. volgd door dc uit vaan en begrafenis, waar na bijzetting van hei stoffelijk overschot in het priestergraf op het. R. K. kerkhof aan de Kerkhoflaan te 's-Gravenhage. De Rosalia-kerk te Rotterdam. Het aanbad tot verkoop t e r u g g e ii o ui e n. Naar de „Msbd.verneemt, is oen sclirij ven gericht tot het gemeentebestuur, waar in wordt verzocht liet aanbod tot verkoop van dc Rosalia-kerk als niet gedaan te willen beschouwen. Wordt op dit verzoek ingegaan, wat re delijkerwijs mag worden verwacht, dan zul de St. Rosalia als parochiekerk, bediend door de eerw. Paters Franciscanen, blij ven voortbestaan. Geen audiëntie. Z. D. H. «Ie Bisschop van Haarlem zal a.s. Woensdag geen audiëntie verlecnen. BEWONERS VAN SLOOT EN PLAS L Onze Hollandsche wateren herbergen nog zoovele natuurgeheimen, die voor zeer ve len nog geheel onbekend zijn. Dat is jam mer en ook ondankbaar jegens den Schep per, Die de natuur tot het genoegen der menschen gaf. Ja, de natuur schenkt ons de mooiste, de schoonste dingen, die in hun wezen zoo prachtig en genotvol .zijn» dat geen enkel wereldsch genoegen het er bij halen kan. Men gaat op reis, niet alleen om schoo- ne gebouwen en bezienswaardigheden te bezichtigen, niet alleen om restaurants, bals, bioscopen en theaters te bezoeken, maar voornamelijk de natuur te bewonde ren, bosschen, bergen, meren, waterval len, druipsteengrotten en alles, wat zij ons bioden kan, dat alles, dat toch zoo onein dig veel mooier en schooner is, dan al die wufte wereldsche genoegens. Maar de na tuur, hier afgeschilderd is grootsch, is ont zagwekkend en daar heeft zoo goed als iedereen oog voor, doch het kleine, het fijne wordt maar al te veel over het hoofd ge zien, omdat het niet zoo direct is waar te nemen. Juist het leven van de kleinste diertjes biedt zoo geweldig veel moois, daar juist komt het grootsche van de schepping het meest tot uiting. Wij zullen in dit artikel eens gaan bin nendringen in de geheimen der visschen- wereld onzer Hollandsche slooten en plas sen. Reeds zeer velen zijn daarmee ver trouwd geraakt, door het bezitten van een aquarium, dat een gedeelte is van de groote natuur. Een sloot in het klein, waarin men zeer vele geheimen van het visschenleven kan ontsluieren. Het is niet de bedoeling, dit artikel te maken tot een handleiding voor eerstbe ginnende aquariumhouders; het kan or echter wel too leiden, dat degenen, die dit artikel lezen, aangetrokken worden een aquarium aan te schaffen, om dat alles zelf te zien gebeuren. Een der mooiste en interessanteste leef wijzen bij de visschen is wel die van het bitter voorntje. De bittervoornmannetjes zijn kenbaar aan hun hooggewelfde rug en blauwe tot groenachtige flankstreep, die vanaf de staart loopt en naar het kieuwdeksel toe verdwijnt. De wijfjes hebben een minder gewelfde rug en missen ook de flankstreep. Deze visschen houden er een eigenaardi ge voortplanting op na. Voordat we dit eens gaan bekijken, dienen we eerst eens met het „slachtoffer" hunner paarlust ken nis te maken. Ik bedoel dc zoetwatermes- sel. Dit weekdier baant zich door middel van een „voet" een weg door het bodem- zand. Deze dieren zijn echte infussoriën- eters. Deze, voor liet bloot oog onzichtbare diertjes worden telkens met een versche stroom water, door de met franje omzette ademspleet naar binnen gezogen, waar ze met andere voedingsstoffen cloor middel van de „trilhaartjes", die zich op de kieu wen bevinden, in de spijsverteringsorganen worden opgenomen. In de kieuwen wordt door de vele bloedvaten de zuurstof in hot lichaam opgenomen en koolzuur er voor in do plaats afgegeven. Het koolzuur en ont- lastinghoudende water wordt nu door de schelpkleppen uit de mantelholte wegge- perst en met zooveel kracht uit dc afvoer- opening gespoten, dat het ver genoeg weg is opdat het weer niet opnieuw door do ademspleet naar binnen kan gezogen wor den. De bittervoorn „weten nu uit deze handelingen profijt te trekken", voor zoo ver er bij dieren over „profijt trekken" ge sproken kan worden. Het mannetje zoekt in den voortplan- tingstijd, die ongeveer van Mei tot Augus tus loopt, zoo'n zoetwatermossel op en waaiert er met zijn vinnen een versche stroom water overheen, hetgeen door de mossel zeer op prijs wordt gesteld, die oogenblikkelijk zijn ademspleet openzet en het versche water naar binnen zuigt. Het mannetje, dat blinkt in prachtige fijne kleuren, laat het weekdier nu even m den steek om koers te zetten naar een der in zijn nabijheid zwemmende kuitrijpe wijf jes, die hij door zijn hofmakerij, naar de door hem bewerkte mossel ziet te drijven. Het wijfje gaat nu met haar kop omla :g boven de mossel staan. Het mannetje dringt haar nu naar voren en plotseling steekt ze haar rose legbuis in de a £- v o e r b u i s van de mossel. Wanneer liet eitje nu door de legbuis zakt, wordt deze dik en stijf. De mossel wil van dat vreemde gekrieuwel af wezen en sluit dadelijk zijn schelpkleppen. Daardoor wordt echter juist het eitje uit de legbuis geknepen en komt aldus ongemerkt in de mantelholte van de mossel. Daarna wordt de legbuis weer slap en dun en weer ingetrokken. Direct daar op schiet nu het mannetje toe, waaiert een frissche stroom water over de mossol, die daardoor zijn schelpkleppen weer opent en schiet dan boven dc ademspleet zijn homvocht uit, terwijl hij nu schittert in zijn mooiste kleurenpracht. Dat hom- vocht schiet nu door de ademspleet met het water mee naar binnen en nu volgt de bevruchting. In het homvocht bevin den zich de sperma-diertjes. Deze laten zich niet vangen door de trilhaartjes op de kieuwen, doch banen zich met hun zweep- staartjes een weg naar het eitje en ver eenigen zich daarmee en leggen daardoor de kiem voor een nieuw wezen. Ziedaar het schitterende stelsel in do natuur. Het wijfje legt haar eitjes niet in de ademspleet, doch in de afvoerbuis, door dat dit laatste door de mossel niet, of al thans te laat bemerkt wordt. Zou het eitje door de ademspleet naar binnen gaan, zoo zou do mossel deze onmiddellijk naar bui ten gespoten hebben. Nu merkt het dier het pas als het te laat is. De uit het eitje ontwikkelde larve klampt zich met twee kopoitwassen aan de wand van do mantel- holte vast, zoodat de mossel ze niet naar buiten kan blazen. Hoe meer zich de larven ontwikkelen, des te meer verdwijnen ook de uitwassen en eindelijk laten ze zich ge heel los. De mossel maakt daarvan spoe dig een dankbaar gebruik om ze fluks de wijde wereld in te blazen. Bij het volgende znlen we gaan zien, hoe de mossel ook weer van zijn kant gebruik maakt van de visschen en feitelijk op ^en nicer barbaarsche manier. Op zekeren dag spuit dc mossel zijn jon gen door zijn afvoerbuis naar buiten. Zo zakken op het bodemzand neer, openen hun kleine schelpklepjes en laten er een kron kelende draad uit te voorschijn komen. Die draden zijn aan het boveneind kleve rig en raken aan elkaar vast en zoodoende vormen ze een soort van netwerk. Wanneer do visschen met dit netwerk in aanraking komen, hechten de jonge mossels zich ste vig aan de huid van het slachtoffer vast en verwonden die, om zich dus op parasi taire wijze te gaan voedfen. De verwonde huid begint nu een woekergroei en zoodoen de groeien de larven als het ware erin. In dezen toestand ontwikkelen zich voorna melijk de inwendige organen en na eenigen tijd werken zij zich uit de huid los en vin den hun eigen weg. Na dit minder liefelijk tooneeltjo, gaan we de nestbouw en voortplanting van ons stekelbaarsje bekijken. Dit pittige vlugge vischje onzer Holland sche slooten en plassen, levert in zijn voortplantingstijd werkelijk een zeer moei schouwspel op. Hefc mannetje pronkt ui zijn prachtigste kleuren cn is één en al sierlijkheid cn bewegelijkheid en bcho?ft niet voor de tropische visschen onder te doen. Het oog ligt in een prachtige diep- blauwon krans,-die blinkt als een diamant. De rug is fijn blauw en over zijn flanken ligt een prachtige gouden weerschijn. Borst cn buik zijn vuurrood gekleurd. Met veel vinnenbewoeg zwemt hij statig voort, om plotseling weer met de schich tigheid van een snoek tusschen de planten door te schieten. In dien tijd is hij echter niet te genieten voor de andere visschen, die hij vooral in een klein aquarium gewel dig toe kan takelen, de vinnen dier arme wezens rukt hij finaal af, zoodat ze een ellendigen dood moeten sterven. Het hier geschilderde dier is het mannetje der drie-stekelige baarsjes, de wijfjes van dat soort zijn gewoon groenachtig van kleur. Het t i e n-f t e k e 1 ige baarsje zul len we later gaan bekijken. Wanneer men het mannetje bezig ziet met worfceleindjes en blaadjes van planten af te rukken dan gaat de nestbouw een aan vang nemen. Op een beschut plekje, dal hem gunstig voorkomt, begint hij oen kuiltje tc maken door geregeld bekjes vol zand te happen en die een eind verder weor uit te spu wen. Hij begint nu zijn nestmateriaal, lat uit vezeltjes, algen en blaadjes, vooral van de hoornbladplant, bestaat, bij elkaar :e slepen en legt op den bodem van dc kuil een vloertje. Zoo nu en dan strijkt hij cr met een zijwaarts gekromd buikje over heen, waaruit een slijmerige vloeistof re voorschijn komt, die alle stevig aaneen hecht. Daarover maakt hij een soort tun neltje met van voor en achter een ope ning. Dan bedekt hot ijverige houwertjo het geheel met zand. alleen dc openingen vrijlatend. Nu gaat hij prijkend in zijn schoon -ie kleuren op de „wijfjesjacht". Hij tracht haar door zijn hofmakerij en zoo nu en dan een duwtje naar het nest te drijven. Hel wijfje gaat na eenige aarzeling naar binnen en logt er een tien- of twintig-tal eitjes in. Zoodra het wijfje het nest weer verla ten hoeft, gaat het mannetje naar binnen on schiet zijn homvocht over de eitjes uil. Het mannetje voert dit zelfde mot tng eenige wijfjes uit cn dan sluit hij alles, bi- halve cle voorste opening met zand af. Nog steeds pronkend in zijn gouden weerschijn houdt het mannetje nu do wacht voor hofc nestje. Geregeld waaiert bij er nu niet in staart een frissche stroom water over he.-u. Wee nu dc arme schepsels, die hom en zijn nestje te na komen. Verwoed valt hij ze aan, rukt zo aan de vinnen of sleept bij de staart- een eind weg. Niets vermoe dende salamanders, watertorren en antb r» waterbewoners, al zijn ze ook grooter >i sterker, hij valt ze aan, niets is in dien tijd voor hem bestand. Na eenige dagen zijn uit dé eitjes do lurfjes geboren. Hel mannetje breekt mi de overkapping af en dan worden de wrie melende larfjex in de kleine holte zichtbaar. Lang zijn zo daar echter niet lo houden, want spoedig gaan ze nog onder bescher ming van vader hun eerste intrede in do waterwereld doen. Lang duurt die bescher ming ook al niet en worden ze licolcmaal aan hun lot overgelaten. Zooals men /iet laat het wijfje nu het leggen van dc cit.jos zich niets moer aan nc t nest gelogen liegen. De gehoele zorg is nu voor het mannetje. Zelfs moot het mannetje op zijn hoede zijn, dat dc eitjes niet door de wijfjes op gegeten wordon. Zoodra echter hot manne tje zijn jongen in dc steek heeft gelaten, laat hij ook zijn vaderschap varen en deinst hij er niet voor terug om bij de eerste do beste gelogenhoid zijn jongen te „verhap stukken". Een natuurvriend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 15