BINNENLAND HET GEHEIM VAN DE ZWALUW 05R0Z&N ZE-ErP X D^QBELMi^NN DERDE BLAD DE LEIDSCHE COURANT WOENSDAG 9 OCTOBER 1929 NIEUWE BURGEMEESTERS. Zooals gemeld, bevatte gisteren de Staatscourant de benoeming van den lieer J, A. H. Steinweg, Burgemeester van Roer mond, tot Burgemeester van Nijmegen, met ingang van 15 October en van den beer J. M- J. H. Lambooy, oud-Minister van De fensie, tot burgemeester van Hilversum. Burgemeester Lambooy. Jolian Marie Jacques Hubert Lambooy werd in 1874 te Maastricht geboren. Hij ontving zijn opleiding aan de K. M. A., werd benoemd tot tweede luitenant der infanterie op 11 Aug. 1896 en vervolgens cp 23 Oct. 1901 bevorderd tot le luitenant. Van 1 Nov. 19011 Nov. 1904 was hij leer ling van de Hoogere Krijgsschool, daarna adjudant bij het tweede reg. infanterie, an 1905 benoemd tot leeraar aan de K. M. A. in taktiek, strategie en krijgsgeschiedenis. In 1913 was het werkzaam onder de be velen van den chef van den gen eralen staf. Den len April 1913 werd hij bevor derd tot kapitein bij heb 17e reg. infante rie, in 1915 overgeplaatst bij den gonera- len staf, in 1919 benoemd tot leeraar aan de Hoogere Krijgsschool in strategie en krijgsgeschiedenis, den 25en Dec. 1923 bij keuze bevorderd tot majoor en benoemd tot souchef van den sta? van het hoofd kwartier van het veldleger. Gedurende eenige jaren was de heer Lambooy voorzitter van de Alg. R. K. Of- ficierenvereeniging; hij is bekend ais schrijver op militair gebied en trad meer malen als spreker op voor de Vereeniging tot beoefening van de krijgswetenschap; van welke vereeniging hij bestuurslid is. In 1922 en 1925 was hij candidaat voor de Tweede Kamer in Limburg, in 1925 ook voor Den Haag, Leiden, Rotterdam en Dordrecht. In Aug. 1925 trad hij op als Minister van Oorlog in het Ministerie-Colijn, terwijl hij teens zitting had in het daaropvolgend Kabinet-de Geer. De nieuwe burgemeester van Hilversum ia ridder in de Orde van Oranje-Nassau en groot-officier in heb Legioen van Eer. Burgemeester Steinweg. De heer J. A. H. Steinweg werd in 1876 to Rotterdam geboren, studeerde oa. aan het St. Willibrordus-college te Katwijk en s vervolgens eenigen tijd werkzaam in de handelsadministratie, waarna hij op leiding ontving voor den consulairen dienst. Vervolgens legde de nieuwbenoemde zich toe op de gemeente-administratie. Hij werd achtereenvolgens benoemd tot ambtenaar der secretarie te Boxmeer, in 1909 tot bur gemeester van Goirle, in 1911 tot burge meester van Heumen bij Nijmegen, in 1920 tot burgemeester van Stad en Ambt Del den en sinds 30 April 1927 was de heer Steinweg burgemeester van Roermond. Als burgemeester van Heumen was de heer Steinweg schoolopziener in het.arron dissement Nijmegen. De nieuw benoemde is lid geweest van de staatscommissie voor de regeling van de financieele verhouding tusschen het rijk en de gemeenten. O.m. was hij ook directeur van de Nationale Bedevaarten naar Lour- des. De heer Steinweg, die ridder is in de orde van den H. Gregorius, heeft in Roer mond een groote populariteit verworven. Rij is een krachtig leider van bestuursza ken en van de vergaderingen van den Raad. HENGELEN. Met visch als aas. Op de vragen van het Tweede Kamerlid, den heer Van Zadelhoff, betreffende wij ziging van de ministerieele beschikking in zake het verbod van visschen met een hen- geaasd met visch, in dien zin, dat de daarin genoemde datum van 31 October worde veranderd in 1 October, heeft de FEUILLETON. Vrij vertaald uit het Duitsch. door P. G. HOCKS. (Nadruk verboden). minister van Binnenl. Zaken en Landbouw geantwoord o.m.: Bij beschikking van 27 Mei 1929 is be paald, dat het verboden zou zijn, van 1 Juni tot en met 31 October 1929 te visschen met den hengel, geaasd met visch, in alle bin nenwateren, met uitzondering van die, wel ke de eigenaar uitsluitend met den hengel be visch t of laat bevisschen; die, waarin het vischrecht gepacht is door hengelaars of hengelaarsvereenigingen, en die, waai- in op verzoek van den rechthebbende cp het vischrecht het visschen met den hengel, geaasd met visch, alsnog zou worden toe gestaan, terwijl voorts in de wateren, waarin zonder schriftelijke vergunning van den rechthebbende op het vischrecht niet mag worden gevischt, het visschen met den hengel, geaasd met visch, werd toegestaan, wanneer men voorzien was van een daar toe door dien rechthebbende na 25 Mei 1929 uitgereikte schriftelijke vergunning. Uit de mededeeling, opgenomen in de „Staatscourant" No. 91, van 13. Mei 1929, waarbij de ambtsvoorganger van den mi nister ter kennis bracht van belangheb benden, dat het aanvankelijk in zijn voorne men lag, het visschen met den hengel, ge aasd met visch, te verbieden in een ge deelte der binnenwateren, werd nadrukke lijk vermeld, dat zulks zou geschieden in het belang van de bescherming van de snoek in de wateren, waarin de visscherij op snoek als bedrijf wordt uitgeoefend. Op grond hiervan werd het visschen met den hengel, geaasd met visch, dan ook niet belemmerd in de wateren, welke door den rechthebbende op het vischrecht (eigenaar of pachter) zijn bestemd als hengelwate- ren, en die, ten aanzien waarvan de recht hebbende door het afgeven van een schrif telijke vergunning heeft doen blijken, tegen het visschen met een zoodanigen hengel met het oog op zijn bedrijf geen bezwaar te hebben. De visscherij op snoek als bedrijf wordt in de binnenwateren als regel door den visscher begonnen, wanneer de aal- en pa- lingvisscherij voor heb grootste gedeelte is afgeloopen en de waterplanten in zoo verre zijn afgestorven, dat daarvan bij het visschen met schakels en zegens geen over last meer wofdt ondervonden; dat is ge woonlijk tegen eind October. De aanvang van de visscherij op snoek als bedrijf in de binnenwateren is, gelijk blijkt, van de feitelijke mogelijkheid om te visschen afhankelijk, en houdt derhalve geen verband met de wettelijke opening der schakelvisscherij, welke in de meeste streken van het land reeds plaats vindt op 1 Juni; alleen in de binnenwateren van Utrecht, Zuid-Holland en het zuiden van Noord-Holland, alsmede in die van het waterschap Vollenhove, wordt de schakel visscherij op 1 September, resp. 15 Septem ber, geopend. Evenmin houdt de aanvang van de vis scherij op snoek als bedrijf verband met de opening der zegenvisscherij in de bin nenwateren op 1 of 15 October. Het is den minister dan ook niet be kend, dat hét verbod van het visschen met den hengel, geaasd met visch, weinig of geen doel meer zou treffen, nu de schakel visscherij is toegestaan en ook de zegen visscherij reeds is of weldra zal worden geopend. Bij de vaststelling van den datum voor de opening der visscherij met den hengel, geaasd met visch, op 1 November den datum, waarop die visscherij ook in de ri vieren wordt geopend is met laatstge noemde omstandigheid uit den aard der zaak rekening gehouden. Voor een wijziging van de beschikking betreffende het verbod van het visschen met den hengel, geaasd met visch, in de zen zin, dat de datum van 31 October ver anderd wordt, bestaat reeds om bovenver melde redenen geen aanleiding. Daarbij komt nog, dat dit najaar door het aanhoudende warme en zonnige weder de waterplanten in de binnenwateren bui tengewoon sterk zijn ontwikkeld, zoodat het zich niet laat aanzien, dat die vóór 1 November in voldoende mate zullen zijn afgestorven om de schakel- en zegenvis scherij ongehinderd te kunnen uitoefenen. Encephalitis na inenting. In de week van 29 September tot en met 5 October 1929 werden zestien geval len van encephalitis na inenting ter ken nis van het Staatstoezicht op de Volks gezondheid gebracht. Actie van Radio-handelaren. Tegen Philips. Aan een toegezonden communiqué is het volgende ontleend Een comité van actie had tegen Maan dagmiddag een protestvergadering van radiohandelaren en toestelbouwers in Ne derland bijeengeroepen tegen twee circu laires van Philips Radio te Eindhoven, waarbij met ingang van 15 October door Philips licentie wordt verlangd voor don bouw van radio-toestellen. De zaak, waar het om gaat, is in heb koit deze. In den beginne heeft Philips sche ma's verkrijgbaar gesteld voor den bouw van toestellen, zonder over patent te spre ken. Nu gaat de firma plotseling, nadat tal van Industrieën zich hebben opge werkt, een bedrag van 15 a 25, gerekend naar het aantal lampvoeten, per toestel als licentie vorderen, voor patenten, die bovendien volgens velen zeer aanvecht baar zijn. Men verwacht, dat na 15 Octo ber tal van zaken ten ondergang zullen worden gedoemd, tenzij zij zich aan han den en voeten willen laten binden en mede willen werken aan de monopoliseering van de industrie door Philips, terwijl boven dien het koopend publiek de dupe zal wor den. Er waren ter vergadering 150 radiohan delaren en fabrikanten aanwezig uit alle deelen van het land, voornamelijk uit Den Haag en Rotterdam. Nadat een buitenstaander het doel der actie had uiteengezet, werd een geani meerde discussie gevoerd, waaruit slecht1' één verlangen naar voren kwam: zich een parig niet aan de genoemde circulaires te storen, door te gaan met het bouwen van toestellen, zooals tot nog toe plaats had, in geval van processen met Philips die voor gezamenlijke rekening te voeren, ieder op alle wijzen te steunen, die gedupeerd mocht worden, en indien men juridisch niet mocht slagen, door middel van de grootst mogelijke publiciteit de publieke opinie te bewerken. Vrijwel alle aanwezigen, onder wie ver tegenwoordigers van zeer groote lichamen, traden toe als lid der actie. Besloten werd, telegrammen met ver zoek om tussehenkomst te zenden aan de General Electric Company te New York, waarvan Uhilips een onderdeel is, en aan de ministers van Justitie en van Arbeid, Handel en Nijverheid. INGEZONDEN MEDEDEELING. I Ir. FEBE^ VERHAALT U OVERDEK/ONDEREN VAN INDIËMN HET ALBUiM „ONZE OVERZEE3CHE GE WESTEN". EEN PRACHT- INDIË-PLAATJE BIJ ELK STUK ZEEP OP GOEDE ZEEP STAAT: Aflevering van entstof door de koepokinrichtingen. In de week van 29 September tot en met 5 October 1929 werd afgeleverd door de entstofinrichting te Amsterdam koe pokstof voor 175.466 personen; Rotterdam koepokstof voor 53.208 personen (waarvan 328 vaccinaties en 10359 re vaccinaties in de koepokinrichting); Groningen koepok stof voor 21.662 personen (waarvan 32 vac cinaties en 176 revaccinaties in de koepok- inrichting). Totaal voor 250.336 personen. In de maanden September 1928 en 1929 werden de volgende hoeveelheden koepok stof door de drie inrichtingen verstrekt. September 1928: Amsterdam 15.474 per sonen; Rotterdam 1944 personen en Gro ningen 491 personen; totaal voor 17.909 personen. September 1929: Amsterdam 792.628 personen, Rotterdam 125.615 personen, én Groningen 31.523 personen; totaal voor 949.766 personen. Alastrim. In de week van 29 September tot en met 5 October 1929 zijn in de gemeente Rotterdam waargenomen 13 ziektegeval len. Vanaf 1 September 1929 kwamen voor 90 ziekto- met ll sterfgevallen. Sedert het eerste waarnemen der ziekte te Rotter dam zijn aldaar gemeld 296 ziekte- met 16 sterfgevallen. Als voorgekomen in de gemeente Delft werden gemeld 30 gevallen zoodat het aantal sedert 1 September 1929 aldaar waargenomen gevallen 203 bedraagt, zon der sterfgevallen. Voorts zijn in dezelfde week de volgen de gevallen in andere gemeenten waarge nomen: Pernis 1, Schiedam 3, Veur 1, Poortvliet 2, Brunssum 3, totaal 10 ziekte gevallen. GEMENGDE BERICHTEN ONGELUKKEN. SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER. Auto over den kop geslagen. De bestuurder ernstig gewond. Maandagavond omstreeks half 10 kwam van de richting Oulemborg een auto, be stuurd door den autohandelaar A. van S. en waarin voorts nog drie personen hadden plaats genomen. Ter hoogte van do be graafplaats te Tricht doofde de bestuur der de lichten om een wielrijder te laten passeeren. Blijkbaar week de auto te ver naar rechts uit met iliet noodlottige gevolg, dat hij van den dijk tuimelde en over den kop sloeg. De drie passagiers konden wor den bevrijd, door de kap uit te snijden. Zij bleken slechts lichte kwetsuren te hebben opgeloopen. De bestuurder, die geheel in gesloten zat, kon met moeite worden ver lost. Hij was ernstig verwond en is in een naburige woning binnengebracht. Paard op hol geslagen. Man zwaar gewond, jongen gedood. De zoon van den boomkweeker v. d. W. reed met paard en wagen en vergezeld van zijn U-jarig buurjongetje, zoontje van den melkslijter V. te Maarssen, naar het land, toen eensklaps het paard op hol sloeg. v. d. W. rolde van den wagen en kreeg de wielen over de beenen, waardoor hij ern stig werd gewond. Een eind verder viel de kleine V. ook van den wagen. Deze werd bewusteloos opgenomen. De dokter, ijlings ontboden, kon slechts den dood constatee- ren. De arme kleine had bij den val den nek gebroken. Onvoorzichtig overgestoken. Het vierjarig jongetje T. M. speelde gis termiddag op het trottoir langs den Rijks straatweg ter hoogte van de Proanger- straab te Haarlem. Eensklaps stak hij den weg over. Het noodlot wilde, dat juist een auto kwam aanrijden, waarop T. M. geen acht sloeg. Het kind werd aangereden en kwam onder den wagen. Het kreeg een voorwiel over het lichaampje. Bewusteloos werd het in het Sint Elisabethgasthuis opgenomen. De toestand van lïet kind was heden iets beter. UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Donderdag 10 Oct. Huizen, 1875 M. Uitsl. N.C.R.Y.-uitzendingen. 10.30—11.00 Korte Ziekendienst. 12.302.00 Concert. Fluit, viool, piano en orgel. 2.002.35 Uitzonding voor scholen. 4.005.00 Ziekenuurtje. 5.006.30 Concert. Alt en orgel. 6.307.00 Muziekpraatje voor de jeugd. 7.00S.00 Orgelconcert. 8.00 Orkestconcert en toespraken! Na afloop Persberichten. Hilversum, 298 M. N a 6 u u r 1071 M. 10,0010.15 Morgenwijding. 12.151.45 Concert door het Tuschinsky- orkest. I.452.00 Gramofoonmuziek. 2.003.00 Maak het zelf! Cursus. 3.004.00 Gramofoonmuziek. 4.005.00 Ziekenuurtje, o. 1. v. van Mevr. Ant. van Dijk. 5.005.30 Gramofoonmuziek. 6.007.15 Concert door de Tziganekapel Bela Ruha. 7.157.45 Fransche les. 8.008.15 Gramofoonmuziek. 8.15 Aansl. van heb Concertgebouw te Amsterdam o. 1. v. Dr. Willem Mengelberg Cecilia Hansen, viool. Daarna persberich ten. Vervolgens gramofoonmuziek tot 12.00 (Lustige Weiber v. Windsor). Da von try, 1554.4 M. 10.35 Morgenwijding. II.05 Lezing. 11.2011.50 Proefuitz. Televisie. 11.50 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert. I.20 Concert Cinema-orgel. 2.20 Beelduitzending. 2.45 Berichten. 2.50 Uitzending voor scholen. 3.20 Vesper uit de Westminster Abbey. 4.05 Lezing. 4.20 Concert. 5.35 Kinderuurtje. 6.35 Nieuwsberichten. 6.50 Berichten. 7.05 Trio-concert-. 7.20 Lezing. 7.45 Lezing. 8.05 T. Handley, komiek. 8.20 Concert. Orkest. 9.20 Nieuwsberichten. 9.35 Lezing. 9.50 Berichten. 9.55 Vioolrecital door O. Pernel. 10.20 „The First Second", Hoorspel vaai P. Godfrey. 10.5012.20 Dansmuziek. „Radio Paris", 1725 M. 12.50 Gramofoonmuziek. 4.05 Dansmuziek. 6.55 Gramofoonmuziek. 8.20 Concert, Langen berg, 473 M. 9.3511.15 Gramofoonmuziek. II.30 Gramofoonmuziek. 12.251.50 Orkestconcert. 4.555.50 Concert Hoorn-kwartet en koor. 8.00 Derde bedrijf van, „Siegfried" van Rich. Wagner. Daarna tot 11.20 Dansmu ziek. Brussel, 508.5 M. 5.20 Orkestconcert. 8.20 Concert, Her-uitzending van Hil versum. Concertgebouw-orkest. Kalundborg, 1153 M. 11.201.20 Orkestconcert, 2.504.50 Dansmuziek. In de pauze zang 7.35—9.35 Concert. Orkest, vocaal kwar tet en viool. 9.5012.20 Dansmuziek. Zees en, 1635 M. 5.1010.05 Lezingen. 11.2012.15 Gramofoonmuziek. 12.1512.50 Lezingen. 1.201.50 Gramofoonmuziek. 1.503.50 Lezingen. 3.504.50 Concert uit Berlijn. 4.505.20 Lezing en zang. 5.207.20 Lezingen. 7.20 Concert door Militair Orkest. 8.20 „Wasser". 9.50 Dansles. Daarna tot 11.50 Dansmu ziek. vriendschap was, die hen zoo nauw ver- eenigde. 'b Was veeleer vrees voor el kaar, vrees, dat de een iets zou verraden, waardoor de ander nadeel zou kunnen on dervinden. Den leden van de troep kon dit weinig schelen. Wat hun betreft mochten ze de grootste schurken zijn. Er waren er zooveel onder hen, die wat op hun kerfstok hadden. Aan Pat met zijn pokdalig gezicht, zijn valsche oogen en zijn stompe, half afge hakte vingers had iedereen het land. Men vertrouwde hem voor geen hal ven cent en iedereen hield hem in de gaten. Hij was een groote praatjesmaker, maar als er ge vaar dreigde en 't er op aan kwam den troep tegen, de Indianen te verdedigen, bevond hij zich altijd, als een echte "laf aard, in de achterhoede. Orelly was meer getapt en dat voorna melijk ter wille van zijn dochter Alice, een meisje van zeestien ja,r die den verde ren tocht meemaakte. Ieder hield van 't lief tallige kind, dat steeds voor iedereen klaar stond. Ze verpleegde de zieken, herstelde de kleeren, hielp bij het eten koken, in st korL ze maakte zich op allerlei wijzen verdienstelijk en had voor ieder een vriendelijk woord over. Zoo kwam het, dat niemand, zelfs de gemeenste of ruwste kerel onder hen, het gewaagd zou heb ben om maar één onvertogen woord te gen het meisje te zeggen. Hij zou van een koude kermis thuisgekomen zijn en het vooral aan den stok gekregen hebben met haar vader, die, wat hij dan ook vroeger misdreven mocht hebben, zeer veel van haar hield. Alleen had ze wel eens last van Pat Fimmy. Die kon haar wel hinderen en 't scheen, dat haar vader daar niet veel van wilde of durfde zeg gen. Doch bij zulke gelegenheden bleek het, dat Alice mans genoeg was om van zich af te bijten en zich tegen hem te ver dedigen. Dat haar vader daarvan niets zei, was een van de redenen, waarom ze ze niet zooveel van hem kon houden, als ze wel gewild had. Maar er bestond nog een andere, een die veel ernstiger was en Mac Orelly merkte zeer goed, dat Alice wist, of althans vermoedde, dat er iets met zijn geweten niet in den haak was en daarom deed hij al zijn best haar liefde weer terug te winnen, hetgeen hem noch tans niet gelukte. Mac Orelly was nog maar korten tijd in zijn claim (uitgesproken kleeim stuk land, waarop hem het recht gegeven was te werken) aan 't werk geweest en met goeden uitslag, of hij begon te merken, dat het goud, hetwelk de gravers vonden al een heel vreemd metaal is. een metaal, dat nooit lang bleef bij den man, die het in het zweet zijns aanschijns uit den grond gedolven had, maar dat het meest al terecht kwam in de zakken van kroeg bazen en speelbankhouders, die er mooi weer van speelden, want de meeste goud gravers waren spelers en drinkers in hun hart. Orelly had ook al eens een paar keer het loodje moeten leggen, het geen hij niet zoo prettig had gevonden. „Ben ik niet gek", zoo redeneerde hij oiu, „me af te sloven voor een ander, die me hartelijk uitlacht, als hij me mijn geld af wint. Ik zal wijzer wezen. Ik heb een bes ten claim getroffen, die me genoeg op- ■br^nci. Mm in PPll h;.1f in:.r ,r. bonis te wezen en met Alice ruim te kunnen leven, 't Zal lang duren, eer ze me weer in Sacramento zien of 't zou moe ten wezen om levensmiddelen tc koopen of werktuigen aan te schaffen. Van dat oogenblik af bleef Orel'ly des avonds bij Alice in de tent, legde zich vroeg ter ruste en was voor dag en dauw weer aan den arbeid, tot groote ergernis van Pat Fimmy, die maar niet kon begrij pen, dat Mae ineens zoo veranderd was en heel geen zin meer had om met hem 's avonds naar de stad te gaan. Hij deed er genoeg zijn best voor, maar hij kon hem niet meekrijgen, want Mac was cr van overtuigd, dat, als hij met hem meeging, hij er niet zonder kleerscheuren zou afko men. Nu hield hij al zijn nuggets (goud klompjes)' bij elkaar en eer hij een half jaar verder was, zag hij zich in 't be zit van een aanzienlijk kapitaal en daar zijn claim uitgeput was, stelde hij houweel en spa en andere werktuigen ter beschik king van zijn vriend Pat Fimmy. „Wat beteekent dat1?" vroeg deze, groo te oogen opzettend. „Wat dat betekent? Wel, dat 'k er ge noeg van heb." „Ga je dan weg?" „Je zegt het." ,,'t Is wat moois om me hier alleen te laten. Waar ga jo dan naar toe „Naar Sacramento. Alice gaat met ine mee. Als je me noodig hebt ben ik in de stad to vinden. Nou, adie hoor I" En hij sloeg met zijn dochter den weg in naar de stad, waar hij zijn nuggets inwis selde tegen goudgeld en dan met Alice waar niemand hem zou gezocht hebben. Terwijl hij daar vertoefde, liet hij tim merlui bij zich komen en droeg hun op een hotel to bouwen op een stuk grond, dat hij midden, in de stad had gekocht. In Amerika bouwt men vlug en dat deed men toentertijd al heel vlug, zoodat het hotel, eer er vier weken verloopen waren, kant en klaar was en geopend kon wor den. Orelly noemde hot „Minorshome" (spr. mainershoom tehuis voor mijnwer kers) en die naam stond in gouden letters op de ruit boven de deur en daaronder prijkte zijn eigen naam: Mac Orelly. Pat Fimmy spuwde vuur en vlam, toen hij voor de eerste maal het hotel betrad en zich naar het 'buffet begaf, waar Orelly het druk had met inschonken, want er waren voor den eersten avond al heel wat gasten aanwezig. Ook aan de speeltafel ging het er druk naar toe en hoorde men het geld rollen, alsof het geen waarde had. Toen de twee mannen even alleen waren zei Fimmy: „Jij bent ook 'n mooie! Had je me niet kunnen vertellen, wat je van plan was „Vertellen? Waarom? Iiier, drink maar eens, dat zal je opknappen", zei Mac. En hij maakte een stevigen cocktail voor hem klaar. Hierdoor zakte de bui bij Fimmy een beetje en daar hij met Miac toch niet ver der kon spreken, omdat deze 't zoo druk had, begaf hij zich naar de speeltafel, mengde zich in 't spel en was zoo onge lukkig al zijn nuggets tc verliezen. Vloekend en scheldend liep hij naar 't

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 7