De scheepsramp te Rotterdam DE ONVOORZIENE AANKLAGER TWEEDE BLAD DE LEIDSCHE COURANT. DINSDAG 10 SEPTEMBER 1929 GEMENGDE BERICHTEN ONGELUKKEN. SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER. Doodelijk ongeluk. In de buurtschap Albergen, onder de gemeente Tubbergen heeft een zeer tra gisch ongeval plaats gehad. De 64-jarige W. en diens zoon, de 30-jarige W. waren gezeten op een leegen hooiwagen, waarvan het paard schrok, terwijl het een turfwa- ♦gen passeerde. Het dier sloeg op hol en rende in volle vaart den harden weg Al- bergenZenderen op. De oude W. sprong van den wagen, spoedig gevolgd door zijn zoon. W. kwam daarbij zoodanig te val len, dat hij een schedelfractuur opliep. W. werd terstond van de laatste H.H. Sa cramenten voorzien en stierf eenige uren later. Ook de zoon verkeert in levensge vaar en bekwam een schedelbreuk en moest eveneens van de H.H. Sacramen ten der Stervenden worden voorzien. Meisje doodgereden. Zondagavond is het 8-jarig dochtertje -van de familie A. F. in de Koekoekstraat te Tegelen door een op hol geslagen paard met rijtuig overreden en voor de deur van haar ouders gedood. Het kind speelde op straat en wilde nog vluchten, doch werd gegrepen. Het paard stond in gespannen voor een rijtuig voor een café langs den spoorweg, toen het, vermoe delijk voor een langs stormenden trein schrok en op hol sloeg. De politie maakte proces-verbaal op. Kind aangereden en gedood. Zondagmiddag is te Tegelen het 8-jarig dochtertje van den heer F. door een op hol geslagen paard, dat voor een wagen stond gespannen, aangereden en gedood. Auto door een tram gegrepen. Te Eist werd gisterochtend een vracht auto, die Zondag defect was geraakt, door een auto van Wageningen naar Eek en Wiel gesleept. Juist in de bocht naar Eèt Ingensche veer bij Eist, stopte de voorste auto, daar de electrische tram uit de richting Amerongen naderde. Het touw, waarmee de twee auto's verbonden waren is toen om het voorste wiel van den ach tersten auto geslagen. De chauffeur was hierdoor zijn stuur niet meer meester en de auto gleed achterwaarts over de rails. De tram was intusschen zoo dicht gena derd, dat een botsing onvermijdelijk was. De vrachtauto werd gegrepen en door een langs de rails staanden houten wal ge drukt. De chauffeur die de botsing had zien aankomen had nog juist tijd uit den auto te springen en zich in veiligheid te bren gen. De auto is van achteren ineen ge drukt: de tram heeft weinig schade ge kregen. De vrachtauto is in- beslag geno men. Door de tram overreden. Zekere v. L. uit Berger! op Zoom was Zondagmiddag te Ossendrecht op de stoomtram Bergen op Zoom gestapt. De tram was juist in beweging, toen hij, om welke reden is onbekend, van de tram sprong. Hij kwam daarbij tegen een vlak langs de trambaan staande haag terecht, waardoor hij werd teruggeworpen en zoo ongelukkig kwam te vallen, dat zijn lin kerarm over do rails kwam te liggen. Op hetzelfde moment ging een wiel van de tram er over heen. De arm bleek ge heel verbrijzeld. In Ossendrecht werd een verband gelegd, doch in het algemeen Burger Gasthuis te Bergen op Zoom moest de arm worden geamputeerd. INGEZONDEN MEDEDEELING. TIEN DOODEN. ZEVEN NEDERLAND- SCHE ARBEIDERS VERMIST. In verband met de ramp, die het Engel- sche stoomschip „Vimeira" in de haven te Rotterdam heeft getroffen, wordt ons nog gemeld Behalve de reeds gemelde gewonde ar beiders, die in het ziekenhuis aan den Coolsingel zijn opgenomen, worden nog de volgende arbeiders van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij vermist: J. van der Stoep, gehuwd, wonende te Rotter dam M. van Bueren, ongehuwd, wonende te Hoek van Holland; P. de Haan, onge huwd. wonende te Rotterdam; J. Harden- bol, gehuwd, timmerman, wonende te Rot terdam; L. M. van Pelt. gehuwd, wonende te Rotterdam; J. M. Gelok, ongehuwd, wo nende te Rotterdam en J. Yuik, gehuwd, wonende te Capelle a. d. IJssel. Nader is komen vast te staan, dat de ijzerwerker M. van Bueren in de vlammen is omgekomen. Voor zoover bekend, worden nog twee Engelsche officieren vermist terwijl nog geen zekerheid bestaat, of alle andere le den van de bemanning va-n het tankschip gered zijn. Nadere bijzonderheden. De speciale V. D.-verslaggever meldt omtrent den brand in het s.s. Vimeira" nog het volgende: Het tankschip „Vimeira" van de Gow Harrison and Co. te Glasgow, is gister avond te 7 uur te Rotterdam aangekomen en nam ligplaats bij de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij om aldaar repara ties te ondergaan. Maandagmorgen te ruim elf uur, toen zich ongeveer vijftig werklieden van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij aan boord bevonden, om het schip schoon te maken en een onderzoek in te stellen naar den omvang van de noodzakelijke re paratie, is plotseling de brand uitgebroken. Leden van de bemanning van het schip waren bezig om de pomp-installatie af te gassen, waarbij gloeiende sintels over boord zijn* gevallen. Plotseling zag men aan boord hoogopslaande vlammen uit het water oprijzen, juist toen een tweetal sleepbooten bezig was het schip te verha len naar het Prins Hendrikdok. De vlam men schijnen overgeslagen te zijn naar de voorruimen. want binnen enkele oogenblik- ken sloegen de vlammen van alle kanten hoog op rondom heb voorschip. In de rui men bevonden zich vele werklieden, die niet wisten op welke manier zij zich in veiligheid moesten brengen. Een onderhoud met ooggetuigen. Wij hebben een onderhoud gehad met drie werklieden van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij, die werkzaamhe den verrichtten aan boord toen de brand uitbrak. Wij waren aan het werk, vertelden zij ons, in de logies, toen wij plotseling „brand'' hoorden roepen. Wij vluchtten naar 'boven en kwamen toen op het voordek terecht, waarop het logies uitkomt. Het bleek dat de benedenhutten van het voordek in brand stonden. Op het voordek gekomen, bemerkten wij, dat er een paniek onder de bemanning en de werklieden, die zich op het voorschip bevonden, was ontstaan. In hun zenuwachtigheid zagen wij velen, van het hooge schip in het water springen. En kelen van hen zagen wij voor onze oogen verdrinken. Gillend kwam er een man op ons afloopen, wiens handen met brandwon den waren overdekt. Het is te begrijpen, dat ook wij hevig geschrokken waren. Elk oogenbli'k zou de voortank kunnen ont ploffen en dan zouden wij het er geen van allen 1^'end afbrengen. Wij stonden in dubio of wij evenals de meeste anderen, overboord zouden springen, waarbij de verdrinkingsdood ons bedreigde, of het zouden wagen nog even aan boord te blij- i. Naar het achterschip vluchten was onmogelijk, daar de vlammen op het tus- schendek ons den weg versperden. Wij be merkten een motorboot en bp ons hulpge roep voer de kapitein naar den voorste ven van het brandende schip, en wij kun nen dit als een heldhaftige daad beschou wen, want ook hij die naderbij kwam, liep het gevaar elk oogenblik, wanneer het schip zou ontploffen getroffen te worden. D t gevaar hadden de andere sleepbooten maar al te goed begrepen, want zij bleven alle op een eerbiedigen afstand van het brandende sc,hip, waaruit de vlammen hoog opstegen. Niettegenstaande het groo- te risico hieraan verbonden, voer de ka pitein toch naar den voorsteven om ons te redden. Wij hebben 'eerst den gewonde, die op ons af was komen loopen, aan een touwladder laten zakken en zijn toen zelf langs een tros naar buiten geklommen. La ter zijn wij weer naar het brandende schip teruggekeerd, cm aan het blusschingswerk deel te nemen. Wij mochten van geluk spreken, dat. wij niet, zooals onze om het leven gekomen kameraden, in den tank aan het werk waren, daar wij anders vast en zeker verbrand zouden zijn. Gelukkig heeft er geen tweede ontploffing plaats gehad, in welk geval de brand nog meer slachtoffers geëischb zou hebben". Onderhoud met de directie der Rotterdamsche Droogdok Maat schappij. Gistermiddag hebben wij een onderhoud gehad met een der directeuren van de Rotterdamsche Droogdok Ma?-tschappij. den heer Dijkgraaf, die ons zeer weLwil- lend te ^oord heeft geslaan, maar ons nog niets kon vertellen, daar hij nog geen en kel officieel rapport ontvangen had. Zoo wist hij niet eens met juistheid te zeggen, wanneer de „Vimeira" te Rotterdam was aangekomen en wat het schip hier kwam doen. „Moest dit schip hier misschien gerepa reerd worden?" „Wel mogelijk, maar dat is mij niet be kend". „Kunt u mededeelen hoe laat de brand is uitgebroken?" ,JDaarop moet. ik het antwoord schuldig blijven". „Is u bekend, dat er ongeveer vijftig werklieden van de Maatschappij aan boord waren, toen de brand is uitgebroken?" „Neen", dat weet ik niet en dat acht ik ook volslagen onmogelijk"* „En wij hebben menschen gesproken, die over boord gesprongen waren en gered zijn. hoe verklaart u dat dan?" „Misschien zijn er dan een paar aan boord geklauterd; mij is daarvan niets bekend". „Heeft u reeds een overzicht■- vaai heb aanbal dooden en gewonden?" „Daar weet ik niets van, en ik word zelfs niet eens in het verhandlokaal toe gelaten, waar onze dokter de gewonden verbindt. Verder kan ik u niets mededee len", aldus besloot de heer Dijkgraaf het gesprek. Nog een gewende overleden. Gisteravond is aan zijn bekomen brand wonden overleden iii het ziekenhuis Cool- singel te Rotterdam, de ijzerwerker J. van Schaik. Het aantal slachtoffers van den ramp van de „Vimeira" is hiermede ge stegen tot 10. Twee vermisten verbrand gevonden. Gisteravond zijn gevonden de vermiste arbeiders de 28-jarige M. van Bueren uit Hoek van Holland en de 21-jarige P. de Haan uit Rotterdam. Zij zijn beiden ver brand en opgiet voordek aangetroffen. Gistermiddag te 5 uur heeft de directie der Rotterdamsche Droogdok Maatschap pij appèl gehouden, teneinde vast te stel len, welke arbeiders vermist, zijn. Hun aan tal bedraagt op het oogenblik nog vijf, terwijl van de bemanning nog twee per sonen worden vermist. Motor over den kop. Zondagmiddag reed de heer D. H. uit Baarn op zijn motor ter hoogte van Ter- schuur. Door een kuil in den weg sloeg hij over den kop en bekwam een schedel fractuur. Per ziekenauto werd de man naar het ziekenhuis te Amersfoort, ver voerd. De toestand was van dien aard, dat den man onmiddellijk de laatste H.H. Sacramenten werden toegediend. Hij had met niet te snelle vaart gereden. Bekneld geraakt. In Offerden (L.) raakte Zaterdagmid dag de 18-jarige voerman K. uit de Of- fersche heide met zijn paard en wagen bekneld tusschen den aankomenden trein van den Maasbuurtspoorweg en een hui zenrij. De kar werd tot splinters gekraakt. Het paard liep ernstige schrammen op. De voerman werd tusschen de wrak stukken gevonden met ernstige wonden aan beenen en rug. De toestand van den verwonde, thans in het ziekenhuis te Gen nep is zeer ernstig. Tegen een kar gebotst. Te Geleen is op den Rijksweg de mo torrijder Lemmens, afkomstig uit Beek (L.), tegen een passeerende kar gebotst, waarbij hij van den motor werd geslin gerd en vrij ernstige verwondingen opliep. Overbrenging naar het Fransche klooster te Sittard bleek noodzakelijk. DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN. Jongen door trein gedood. Hedenavond omstreeks half acht is op den*onbewaakten overweg aan het. „Haan tje" bij Delft de 13-jarige J. P. door een uit Den Haag komende trein gegrepen en De jongen was met eenige vriendjes gaan zwemmen en aarzelde met het over steken der rails met het noodlottig gevolg, dat de knaap door den locomotief werd overreden. De machinist, had blijkbaar den jongen niet gezien en reed door. Het gruwelijk verminkte lijk werd naar het gasthuis vervoerd. Verdronken. Zondagavond is bij het baden in de Maas bij Venlo de veertienjarige eenige zoon van de familie F. Berden te Blerik verdronken. Hij had zich gewaagd in het pas uitgediepte gedeelte der rivier, waar in hij wegzonk. Toegesnelde hulp van schippers in booten en politie kon niet baten. Het lijk is tot hedenmorgen niet gevonden. Zondagmiddag is de zestienjarige Noeven, uit de Eschdoornstraat te Nij megen, bij het baden in het Wijlermeer verdronken. Stakkerds. De 14- en de 15-jarige gebroeders M. te Almelo, die gedeeltelijk verlamd zijn en samen in een wagentje worden rond gereden, hadden Zondagmiddag het on geluk met heb wagentje om te slaan, waardoor de ongelukkige stumperds bei den een been braken. ALASTRIM. Te Delft is Zaterdagavond de 15-jarige jongen Jansen uit Leiden, die bij fa milie in dp Crommelinlaan logeerde, in het gasthuis ter verpleging opgenomen, wijl hij was aangetast door alastrim. Te Overschie heeft zich een geval van alastrim voorgedaan bij een zoon van het hoofd der school Van Dijk. De jongen is naar het ziekenhuis te Rotterdam over gebracht. Eenigen tijd geleden werd te Hel mond bij 'n kind alastrim geconstateerd; ofschoon het slechts een licht geval be trof, werden toch de nocKÜge maatrege len getroffen. Thans is echter een tweede geval geconstateerd. Het kind van den heer II. K. is door de ziekte aangetast en ter afzonderlijke verpleging in het zieken huis te Helmond opgenomen. Verschil lende personen hebben zich naar aanlei ding van dit geval laten inenten. Zaterdag is te Rotterdam alweer eerr alastrim-patiënt overleden. In totaal zijn hier dus tien sterfgevallen te betreu ren. Zondag en gisteren heFben zich ver der geen nieuwe gevallen van alastrim voorgedaan. Bij een driejarig jongentje uit. de van Hallstraat te Amersfoort is alastrim ge constateerd. UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Woensdag 11 September Hilversum, 29S M. Na 6 uur 1071 M. TJitsl. N.C.R.V.-uitzendingen. 10.3011.00 Ziekendienst. 12.302.00 Concert.. Zang, viool, cello en piano. 2.002.30 Gramofoonmuziek. 2.304.00 Concert. Zang viool en piano. 4.305.00 Gramofoonmuziek. 5.006.00 Kinderuurtje. 6.007.30 Gramofoonmuziek. 7.308.00 Bestuursmededeelingen. 8.00 Lezing over: Op excursie door liefdadig Nederland. Medewerking van orkest. Na afloop: Nieuwsberichten. huizen, 1875 M. 10.0010.15 Morgenwijding. 10.3012.00 Gramofoonmuziek. 12.152.00 Concert door het A.V.R.O.- kwartet. 2.002.30 Kindermatinee door Wil van Houten. 3.301.00 Gramofoonmuziek. 4.004.30 Studiemuziek voor piano. Louis Schmidt en Egb. Veen. 4.305.30 Concert door hel. A.V.R.O.- kwartet. 6.007.45 Concert door het omroép-or- kest o. 1. v. Nico Treep. A. Goemur, tenor. 8.008.15 Gramofoonmuziek. 8.15 Aansl. van het Kurhaus te Scheve- ningen Residentie-orkest o. 1. v. Hermann Abendroth. Sam Swaap, viool. Daarna gramofoonmuziek. Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding. 11.05 Lezing. 11.20 Gramofoonmuziek. 12.20 Concert. 12.50 •Gramofoonmuziek. i.202.20 Orkestconcert. 3.103.35 Sportverslagen. 4.20 Dansmuziek. 5.05 Orgelconcert. Cinema-orgel. 5.35 Kinderuurtje. 6.35 Nieuwsberichten. 6.50 Lezing. 7.05 Concert-, 7.20 Lezing. 7.45 Causerie. 8.05 Piano-duetten. Clark en Myddleton. 8.20 Concert. 10.00 Nieuwsberichten. 10.20 Lezing. 10.35 Variété en dansmuziek. ii.0512.20 Dansmuziek. ,,R a d i o-P a r i s", 1725 M. 12.50 Gramofoonmuziek. 4.05 Orkestconcert-, soli. 6.55 Gramofoonmuziek. 8.55 Concert. Vocaal kwartet en orkest. 10.35 Gramofoonmuziek. Langenberg, 473 M. 7.358.15 Gramofoonmuziek. 8.209.20 Orkestconcert. 11.4012.20 Muziekuit zending voor scho len. 12.30 Gramofoonmuziek. 1.252.50 Orkestconcert. 5.556.50 Orkestconcert. 8.509.15 Orkestconcert. 9.20 Orkestconcert. Daarna tot 12.20: Orkestconcert.. Zoesen, 1635 M. 6.1011.05 Lezingen. 12.201.15 Gramofoonplaten. 1.15—1.50 Lp zingen. 2.202.50 Gramofoonmuziek. 3.055.20 Lezingen. 5.206.20 Concert uit Hamburg. 6.208.50 Lezingen. 8.50 Ke-rkconcert. Koor. orkest, orgöl en vocale solisten. Daarna Dansmuziek. Kalundborg, 1153 M. 3.505.50 Concert door 't omroep-orkesl. 8.35 „Pontia", tooneel. 9.35 Concert (zang). 10.2011.20 Populair orkestconcerldoor 't omroep-orkest. Brussel, 508 M. 5.20 Trio-concert. Mme van Loo. zang. 6.50 Gramofoonmuziek. 8.35 Fragmenten uit de Op. „Manon". m. m. v. solisten. FEUILLETON. naar het Italiaansch van DE MAROHI De notarieele akte zou eerst later opge maakt. worden, want om verscheidene rede nen was het beter den verkoop der villa eenigen tijd geheim te houden. „Ik zal u in de villa opwachten" besloot de baron en zorg dat niemand uw vertrek bemerkt, want anders zult u zelfs in uw schuilplaats niet met rust gelaten worden" ,.Daar heb ik al over nagedacht en het middel gezocht om de nieuwsgierigen op een dwaalspoor te brengen ..Maar breng vooral het geld mee, want ik heb het juist zeer noodig. Goeden dag, don Cyrillus, tot Donderdag dus". En de baron ging heen, vol hoop en ver trouwen De priester had waarheid gesproken, toen hij zei dat de villa niet voor hem was. Een kloostergemeente had hem opgedragen een weeshuis te stichten. Nu meende don Cyrillus dat de ligging en omgeving der villa Santafusca uitstekend waren voor dat doel. Uit voorzichtigheid was hij met den ba ron overeengekomen dat de onderneming vooreerst een geheim zou blijven tusschen Hem en den jonkheer, om des te zekerder te ontkomen aan het lastig aandringende volk der stad. Wording en groei van een idee-fixe. Thuisgekomen overwoog baron de Santa fusca. al de woorden van don Cyrillus. Z:j wekten in hem zonderlinge gedachen op. Allerlei vreemde beelden en ideeën, nog zéér vaag én aanstonds weer verdreven, spookten er in zijn hersenen, waarin een koortsig vuur kwam branden. Op één zin vooral bleef zijn aandacht sterk gespannen. Wat toch had de priester gezegd 1 Dat hij uit Napels vertrekken wilde, of liever: d,at hij de stad in 't geheim wilde ontvluchten. Voorts, dat hij eerst volgenden Donderdag met het geld in zijn zak naar de villa zou komen, om dan nooit meer in Na pels terug te koeren, want die stad was voor hem onbewoonbaar geworden, sinds daar lieden waren die hem vervolgden en bedreigden om winnende nummers van hem te bekomen. Met die gegevens voedde de baron zijn geprikkelde verbeelding. Hij woonde nu in een klein appartement van een huis in de Sperangzellastraat en had tot zijn dienst een oude vrouw die in vroegere, glorie-rijke dagen zijn onderwij zeres geweest was. Hij had dat bejaarde mensch niet aan haar lot willen overlaten en hield haar dus bij zich, terwijl zij voor het werk in huis zorgde. x Eveneens had hij zijn eenigen knecht niet aan de deur willen zetten, ofschoon dc man al zeventig jaar was, gebrekkig werd en letterlijk en figuurlijk gebogen ging on der den last der jaren. Juffrouw Magdaleca- en Sal va tor alles wat er van vroegere weelde over bleef het overige personeel was afge schaft en de bezittingen verkocht, ver speeld of verbrast. Noch de oude vrouw, noch de man ontving salaris maar beiden bekwamen zoo ongeveer het noodige en hadden een tehuis. De vroegere onderwijzeres was in haar verknochtheid aan haar heer zóó ver ge gaan, dat zij hem al haar spaarpenningen gegeven had. Hij verspeelde in één nacht, wat de ander in veertig spaarzame jaren ter zijde gelegd had. Nu bezat zij dus niets meer en iederen dag moest zij haar mees ter het noodige geld vragen om niet van honger en gebrek om te komen. Haar woorden waren smeekirgen zonder eenig verwijt, maar vol eerbied en onder danigheid. Haar gevoelens voor haar vroe- geren leerling geleken op die van een moe der jegens haar verwend kind. Alles wat van Cariolan kwam was voor de eenvou dige vrouw schoon, grootsch. lofwaardig... of vergeeflijk. Op zijn manier was de baron dankbaar gestemd jegens de nederige, toegewijde vrouw. Hij hield van haar zooveel als hij daartoe in staat was. En die gevoelens wa ren noch door den tijd, noch door den te genspoed van zijn losbandig leve-n ver woest. De zachte, klagende stem van Magda- lena was nóg in staat de verstokte ziel te treffen van een man dit voor ieder andere stem doof of ongevoelig geworden was. In de verweerde puirhoopen van zijn gewe ten verborg zich een zoete, teedere echo en alleen de oude onderwijzeres wist die ■Uidtttai Magdalena had de oogen zijner moeder gesloten zoo peinsde hij bij het opgaan der trap welke naar zijn kamers leidde en nu kon hij niets meer voor haar doen! Hoe was het mogelijk, dat het zóó ver gekomen was? Hij een Santafusca! In de aderen zijner voorzaten had een weinig koninklijk bloed gevloeid. En thans was dc nakomeling dier roemrijke familie genood zaakt het laatste overblijfsel van zijn erf deel te verkoopen, wilde hij niet in han den der politie vallen Morgen zou hij even arm zijn als Mag dalena, zonder inkomsten, zonder brood winning. Met bitterheid dacht hij na over zijn lol, hoewel hij daar toch zelf de maker vau was. En langzaam sloop de kwade geest door de deur welke zijn troosteloosheid en vertwijfeling op een kier gezet hadden. Hij kon zich toen bijna niet meer verdedigen tegen een redeneering, wier verlokking hem met tyrannieke kracht trachtte te verlei den. „De priester zal aan de villa komen, om het geld te brengen en het contract te teekenen", zoo mijmerde hij. „De villa ligt eenzaam en verlaten. Salvator is oud, doof en half wezenloos. „Over eenige dagen moet ik het geld van de vereeniging teruggeven, zoo niet „voor waarts marsch De gevangenis in." „Magdalena komt bijna van gebrek om, zij die mij al haar spaargeld gegeven heeft. ,.De laatste tien jaar is er bijna nie mand de villa binnengegaante Santafusca is don Cyrillus onbekend, in Napels zal niemand iets van zijn vertrek bemerken: Met dat geld zou ik de eer mijner voor vaderen kunnen redden', herhaalde de ongelukkige, „de gevangenis kunnen ontko men en mijzelf en Magdalena van honger en gebrek kunnen redden. Aarhoudend bleef hij met die sombere gedachten bezig, rauwelijks dacht hij nog aan andere dingen. Nog een paar dagen en de beslissing zou moeten vallen. Het scheen den baron alsof de tijd stil bleef staan, temeer daar hij aanhoudend tehuis bleef in zijn enge ka mer waar de stilte va-n een uitgestorven huis heerschte en niets hem afleiding knn geven. lederen flag, ieder ïiur, ja bijna iedere minuut, trachtte hij zichzelf Ie overtuigen dat hem geen ander middel, geen andere uitkomst overbleef en dat een onweer staanbare kracht hem tot dal uiterste dreef. Hij had slechts den bejaarden pries ter in den val te lokken en De zwakkeling, wiens wil door een vtoc ger leven ondermijnd was, bood geen weer stand aan de verleidelijke stem die hem naar de misdaad troonde en zoo scheen i hem alsof de bekoring boven zijn kracht ging; Hij ging dus verder met het uitwerken van het plan hoewel dat nog geen defini tief besluit was. De groote moeilijkheid bpstond in zoo voorzichtig te werk te gaan dat hij zelf nipf in gevaar zou komen. De geestelijke zou ongemerkt, zonder eenig gerucht moeten verdwijnen en voor al geen spoor moeten achterlaten in en om de villa.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 5