De scheepsramp te Rotterdam
DE ONVOORZIENE
AANKLAGER
TWEEDE BLAD
DE LEIDSCHE COURANT.
DINSDAG 10 SEPTEMBER 1929
GEMENGDE BERICHTEN
ONGELUKKEN.
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER.
Doodelijk ongeluk.
In de buurtschap Albergen, onder de
gemeente Tubbergen heeft een zeer tra
gisch ongeval plaats gehad. De 64-jarige
W. en diens zoon, de 30-jarige W. waren
gezeten op een leegen hooiwagen, waarvan
het paard schrok, terwijl het een turfwa-
♦gen passeerde. Het dier sloeg op hol en
rende in volle vaart den harden weg Al-
bergenZenderen op. De oude W. sprong
van den wagen, spoedig gevolgd door zijn
zoon. W. kwam daarbij zoodanig te val
len, dat hij een schedelfractuur opliep.
W. werd terstond van de laatste H.H. Sa
cramenten voorzien en stierf eenige uren
later. Ook de zoon verkeert in levensge
vaar en bekwam een schedelbreuk en
moest eveneens van de H.H. Sacramen
ten der Stervenden worden voorzien.
Meisje doodgereden.
Zondagavond is het 8-jarig dochtertje
-van de familie A. F. in de Koekoekstraat
te Tegelen door een op hol geslagen
paard met rijtuig overreden en voor de
deur van haar ouders gedood. Het kind
speelde op straat en wilde nog vluchten,
doch werd gegrepen. Het paard stond in
gespannen voor een rijtuig voor een café
langs den spoorweg, toen het, vermoe
delijk voor een langs stormenden trein
schrok en op hol sloeg. De politie maakte
proces-verbaal op.
Kind aangereden en gedood.
Zondagmiddag is te Tegelen het 8-jarig
dochtertje van den heer F. door een op
hol geslagen paard, dat voor een wagen
stond gespannen, aangereden en gedood.
Auto door een tram gegrepen.
Te Eist werd gisterochtend een vracht
auto, die Zondag defect was geraakt, door
een auto van Wageningen naar Eek en
Wiel gesleept. Juist in de bocht naar Eèt
Ingensche veer bij Eist, stopte de voorste
auto, daar de electrische tram uit de
richting Amerongen naderde. Het touw,
waarmee de twee auto's verbonden waren
is toen om het voorste wiel van den ach
tersten auto geslagen. De chauffeur was
hierdoor zijn stuur niet meer meester en
de auto gleed achterwaarts over de rails.
De tram was intusschen zoo dicht gena
derd, dat een botsing onvermijdelijk was.
De vrachtauto werd gegrepen en door een
langs de rails staanden houten wal ge
drukt.
De chauffeur die de botsing had zien
aankomen had nog juist tijd uit den auto
te springen en zich in veiligheid te bren
gen. De auto is van achteren ineen ge
drukt: de tram heeft weinig schade ge
kregen. De vrachtauto is in- beslag geno
men.
Door de tram overreden.
Zekere v. L. uit Berger! op Zoom was
Zondagmiddag te Ossendrecht op de
stoomtram Bergen op Zoom gestapt. De
tram was juist in beweging, toen hij, om
welke reden is onbekend, van de tram
sprong. Hij kwam daarbij tegen een vlak
langs de trambaan staande haag terecht,
waardoor hij werd teruggeworpen en zoo
ongelukkig kwam te vallen, dat zijn lin
kerarm over do rails kwam te liggen.
Op hetzelfde moment ging een wiel van
de tram er over heen. De arm bleek ge
heel verbrijzeld. In Ossendrecht werd een
verband gelegd, doch in het algemeen
Burger Gasthuis te Bergen op Zoom
moest de arm worden geamputeerd.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
TIEN DOODEN. ZEVEN NEDERLAND-
SCHE ARBEIDERS VERMIST.
In verband met de ramp, die het Engel-
sche stoomschip „Vimeira" in de haven te
Rotterdam heeft getroffen, wordt ons nog
gemeld
Behalve de reeds gemelde gewonde ar
beiders, die in het ziekenhuis aan den
Coolsingel zijn opgenomen, worden nog de
volgende arbeiders van de Rotterdamsche
Droogdok Maatschappij vermist: J. van
der Stoep, gehuwd, wonende te Rotter
dam M. van Bueren, ongehuwd, wonende
te Hoek van Holland; P. de Haan, onge
huwd. wonende te Rotterdam; J. Harden-
bol, gehuwd, timmerman, wonende te Rot
terdam; L. M. van Pelt. gehuwd, wonende
te Rotterdam; J. M. Gelok, ongehuwd, wo
nende te Rotterdam en J. Yuik, gehuwd,
wonende te Capelle a. d. IJssel.
Nader is komen vast te staan, dat de
ijzerwerker M. van Bueren in de vlammen
is omgekomen.
Voor zoover bekend, worden nog twee
Engelsche officieren vermist terwijl nog
geen zekerheid bestaat, of alle andere le
den van de bemanning va-n het tankschip
gered zijn.
Nadere bijzonderheden.
De speciale V. D.-verslaggever meldt
omtrent den brand in het s.s. Vimeira"
nog het volgende:
Het tankschip „Vimeira" van de Gow
Harrison and Co. te Glasgow, is gister
avond te 7 uur te Rotterdam aangekomen
en nam ligplaats bij de Rotterdamsche
Droogdok Maatschappij om aldaar repara
ties te ondergaan.
Maandagmorgen te ruim elf uur, toen
zich ongeveer vijftig werklieden van de
Rotterdamsche Droogdok Maatschappij
aan boord bevonden, om het schip schoon
te maken en een onderzoek in te stellen
naar den omvang van de noodzakelijke re
paratie, is plotseling de brand uitgebroken.
Leden van de bemanning van het schip
waren bezig om de pomp-installatie af te
gassen, waarbij gloeiende sintels over
boord zijn* gevallen. Plotseling zag men
aan boord hoogopslaande vlammen uit
het water oprijzen, juist toen een tweetal
sleepbooten bezig was het schip te verha
len naar het Prins Hendrikdok. De vlam
men schijnen overgeslagen te zijn naar de
voorruimen. want binnen enkele oogenblik-
ken sloegen de vlammen van alle kanten
hoog op rondom heb voorschip. In de rui
men bevonden zich vele werklieden, die
niet wisten op welke manier zij zich in
veiligheid moesten brengen.
Een onderhoud met ooggetuigen.
Wij hebben een onderhoud gehad met
drie werklieden van de Rotterdamsche
Droogdok Maatschappij, die werkzaamhe
den verrichtten aan boord toen de brand
uitbrak.
Wij waren aan het werk, vertelden zij
ons, in de logies, toen wij plotseling „brand''
hoorden roepen. Wij vluchtten naar 'boven
en kwamen toen op het voordek terecht,
waarop het logies uitkomt. Het bleek dat
de benedenhutten van het voordek in
brand stonden. Op het voordek gekomen,
bemerkten wij, dat er een paniek onder de
bemanning en de werklieden, die zich op
het voorschip bevonden, was ontstaan. In
hun zenuwachtigheid zagen wij velen, van
het hooge schip in het water springen. En
kelen van hen zagen wij voor onze oogen
verdrinken. Gillend kwam er een man op
ons afloopen, wiens handen met brandwon
den waren overdekt. Het is te begrijpen,
dat ook wij hevig geschrokken waren. Elk
oogenbli'k zou de voortank kunnen ont
ploffen en dan zouden wij het er geen van
allen 1^'end afbrengen. Wij stonden in
dubio of wij evenals de meeste anderen,
overboord zouden springen, waarbij de
verdrinkingsdood ons bedreigde, of het
zouden wagen nog even aan boord te blij-
i. Naar het achterschip vluchten was
onmogelijk, daar de vlammen op het tus-
schendek ons den weg versperden. Wij be
merkten een motorboot en bp ons hulpge
roep voer de kapitein naar den voorste
ven van het brandende schip, en wij kun
nen dit als een heldhaftige daad beschou
wen, want ook hij die naderbij kwam, liep
het gevaar elk oogenblik, wanneer het
schip zou ontploffen getroffen te worden.
D t gevaar hadden de andere sleepbooten
maar al te goed begrepen, want zij bleven
alle op een eerbiedigen afstand van het
brandende sc,hip, waaruit de vlammen
hoog opstegen. Niettegenstaande het groo-
te risico hieraan verbonden, voer de ka
pitein toch naar den voorsteven om ons
te redden. Wij hebben 'eerst den gewonde,
die op ons af was komen loopen, aan een
touwladder laten zakken en zijn toen zelf
langs een tros naar buiten geklommen. La
ter zijn wij weer naar het brandende schip
teruggekeerd, cm aan het blusschingswerk
deel te nemen. Wij mochten van geluk
spreken, dat. wij niet, zooals onze om het
leven gekomen kameraden, in den tank
aan het werk waren, daar wij anders vast
en zeker verbrand zouden zijn. Gelukkig
heeft er geen tweede ontploffing plaats
gehad, in welk geval de brand nog meer
slachtoffers geëischb zou hebben".
Onderhoud met de directie der
Rotterdamsche Droogdok Maat
schappij.
Gistermiddag hebben wij een onderhoud
gehad met een der directeuren van de
Rotterdamsche Droogdok Ma?-tschappij.
den heer Dijkgraaf, die ons zeer weLwil-
lend te ^oord heeft geslaan, maar ons nog
niets kon vertellen, daar hij nog geen en
kel officieel rapport ontvangen had. Zoo
wist hij niet eens met juistheid te zeggen,
wanneer de „Vimeira" te Rotterdam was
aangekomen en wat het schip hier kwam
doen.
„Moest dit schip hier misschien gerepa
reerd worden?"
„Wel mogelijk, maar dat is mij niet be
kend".
„Kunt u mededeelen hoe laat de brand
is uitgebroken?"
,JDaarop moet. ik het antwoord schuldig
blijven".
„Is u bekend, dat er ongeveer vijftig
werklieden van de Maatschappij aan boord
waren, toen de brand is uitgebroken?"
„Neen", dat weet ik niet en dat acht ik
ook volslagen onmogelijk"*
„En wij hebben menschen gesproken, die
over boord gesprongen waren en gered
zijn. hoe verklaart u dat dan?"
„Misschien zijn er dan een paar aan
boord geklauterd; mij is daarvan niets
bekend".
„Heeft u reeds een overzicht■- vaai heb
aanbal dooden en gewonden?"
„Daar weet ik niets van, en ik word
zelfs niet eens in het verhandlokaal toe
gelaten, waar onze dokter de gewonden
verbindt. Verder kan ik u niets mededee
len", aldus besloot de heer Dijkgraaf het
gesprek.
Nog een gewende overleden.
Gisteravond is aan zijn bekomen brand
wonden overleden iii het ziekenhuis Cool-
singel te Rotterdam, de ijzerwerker J. van
Schaik. Het aantal slachtoffers van den
ramp van de „Vimeira" is hiermede ge
stegen tot 10.
Twee vermisten verbrand gevonden.
Gisteravond zijn gevonden de vermiste
arbeiders de 28-jarige M. van Bueren uit
Hoek van Holland en de 21-jarige P. de
Haan uit Rotterdam. Zij zijn beiden ver
brand en opgiet voordek aangetroffen.
Gistermiddag te 5 uur heeft de directie
der Rotterdamsche Droogdok Maatschap
pij appèl gehouden, teneinde vast te stel
len, welke arbeiders vermist, zijn. Hun aan
tal bedraagt op het oogenblik nog vijf,
terwijl van de bemanning nog twee per
sonen worden vermist.
Motor over den kop.
Zondagmiddag reed de heer D. H. uit
Baarn op zijn motor ter hoogte van Ter-
schuur. Door een kuil in den weg sloeg
hij over den kop en bekwam een schedel
fractuur. Per ziekenauto werd de man
naar het ziekenhuis te Amersfoort, ver
voerd. De toestand was van dien aard,
dat den man onmiddellijk de laatste H.H.
Sacramenten werden toegediend. Hij had
met niet te snelle vaart gereden.
Bekneld geraakt.
In Offerden (L.) raakte Zaterdagmid
dag de 18-jarige voerman K. uit de Of-
fersche heide met zijn paard en wagen
bekneld tusschen den aankomenden trein
van den Maasbuurtspoorweg en een hui
zenrij. De kar werd tot splinters gekraakt.
Het paard liep ernstige schrammen op.
De voerman werd tusschen de wrak
stukken gevonden met ernstige wonden
aan beenen en rug. De toestand van den
verwonde, thans in het ziekenhuis te Gen
nep is zeer ernstig.
Tegen een kar gebotst.
Te Geleen is op den Rijksweg de mo
torrijder Lemmens, afkomstig uit Beek
(L.), tegen een passeerende kar gebotst,
waarbij hij van den motor werd geslin
gerd en vrij ernstige verwondingen opliep.
Overbrenging naar het Fransche klooster
te Sittard bleek noodzakelijk.
DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN.
Jongen door trein gedood.
Hedenavond omstreeks half acht is op
den*onbewaakten overweg aan het. „Haan
tje" bij Delft de 13-jarige J. P. door een
uit Den Haag komende trein gegrepen en
De jongen was met eenige vriendjes
gaan zwemmen en aarzelde met het over
steken der rails met het noodlottig gevolg,
dat de knaap door den locomotief werd
overreden. De machinist, had blijkbaar
den jongen niet gezien en reed door. Het
gruwelijk verminkte lijk werd naar het
gasthuis vervoerd.
Verdronken.
Zondagavond is bij het baden in de
Maas bij Venlo de veertienjarige eenige
zoon van de familie F. Berden te Blerik
verdronken. Hij had zich gewaagd in het
pas uitgediepte gedeelte der rivier, waar
in hij wegzonk. Toegesnelde hulp van
schippers in booten en politie kon niet
baten. Het lijk is tot hedenmorgen niet
gevonden.
Zondagmiddag is de zestienjarige
Noeven, uit de Eschdoornstraat te Nij
megen, bij het baden in het Wijlermeer
verdronken.
Stakkerds.
De 14- en de 15-jarige gebroeders M.
te Almelo, die gedeeltelijk verlamd zijn
en samen in een wagentje worden rond
gereden, hadden Zondagmiddag het on
geluk met heb wagentje om te slaan,
waardoor de ongelukkige stumperds bei
den een been braken.
ALASTRIM.
Te Delft is Zaterdagavond de 15-jarige
jongen Jansen uit Leiden, die bij fa
milie in dp Crommelinlaan logeerde, in
het gasthuis ter verpleging opgenomen,
wijl hij was aangetast door alastrim.
Te Overschie heeft zich een geval
van alastrim voorgedaan bij een zoon van
het hoofd der school Van Dijk. De jongen
is naar het ziekenhuis te Rotterdam
over gebracht.
Eenigen tijd geleden werd te Hel
mond bij 'n kind alastrim geconstateerd;
ofschoon het slechts een licht geval be
trof, werden toch de nocKÜge maatrege
len getroffen. Thans is echter een tweede
geval geconstateerd. Het kind van den
heer II. K. is door de ziekte aangetast en
ter afzonderlijke verpleging in het zieken
huis te Helmond opgenomen. Verschil
lende personen hebben zich naar aanlei
ding van dit geval laten inenten.
Zaterdag is te Rotterdam alweer
eerr alastrim-patiënt overleden. In totaal
zijn hier dus tien sterfgevallen te betreu
ren. Zondag en gisteren heFben zich ver
der geen nieuwe gevallen van alastrim
voorgedaan.
Bij een driejarig jongentje uit. de van
Hallstraat te Amersfoort is alastrim ge
constateerd.
UIT DE RADIO-WERELD.
Programma's voor Woensdag 11 September
Hilversum, 29S M. Na 6 uur 1071 M.
TJitsl. N.C.R.V.-uitzendingen.
10.3011.00 Ziekendienst.
12.302.00 Concert.. Zang, viool, cello en
piano.
2.002.30 Gramofoonmuziek.
2.304.00 Concert. Zang viool en piano.
4.305.00 Gramofoonmuziek.
5.006.00 Kinderuurtje.
6.007.30 Gramofoonmuziek.
7.308.00 Bestuursmededeelingen.
8.00 Lezing over: Op excursie door
liefdadig Nederland. Medewerking van
orkest. Na afloop: Nieuwsberichten.
huizen, 1875 M.
10.0010.15 Morgenwijding.
10.3012.00 Gramofoonmuziek.
12.152.00 Concert door het A.V.R.O.-
kwartet.
2.002.30 Kindermatinee door Wil van
Houten.
3.301.00 Gramofoonmuziek.
4.004.30 Studiemuziek voor piano.
Louis Schmidt en Egb. Veen.
4.305.30 Concert door hel. A.V.R.O.-
kwartet.
6.007.45 Concert door het omroép-or-
kest o. 1. v. Nico Treep. A. Goemur, tenor.
8.008.15 Gramofoonmuziek.
8.15 Aansl. van het Kurhaus te Scheve-
ningen Residentie-orkest o. 1. v. Hermann
Abendroth. Sam Swaap, viool. Daarna
gramofoonmuziek.
Daventry, 1554 M.
10.35 Morgenwijding.
11.05 Lezing.
11.20 Gramofoonmuziek.
12.20 Concert.
12.50 •Gramofoonmuziek.
i.202.20 Orkestconcert.
3.103.35 Sportverslagen.
4.20 Dansmuziek.
5.05 Orgelconcert. Cinema-orgel.
5.35 Kinderuurtje.
6.35 Nieuwsberichten.
6.50 Lezing.
7.05 Concert-,
7.20 Lezing.
7.45 Causerie.
8.05 Piano-duetten. Clark en Myddleton.
8.20 Concert.
10.00 Nieuwsberichten.
10.20 Lezing.
10.35 Variété en dansmuziek.
ii.0512.20 Dansmuziek.
,,R a d i o-P a r i s", 1725 M.
12.50 Gramofoonmuziek.
4.05 Orkestconcert-, soli.
6.55 Gramofoonmuziek.
8.55 Concert. Vocaal kwartet en orkest.
10.35 Gramofoonmuziek.
Langenberg, 473 M.
7.358.15 Gramofoonmuziek.
8.209.20 Orkestconcert.
11.4012.20 Muziekuit zending voor scho
len.
12.30 Gramofoonmuziek.
1.252.50 Orkestconcert.
5.556.50 Orkestconcert.
8.509.15 Orkestconcert.
9.20 Orkestconcert. Daarna tot 12.20:
Orkestconcert..
Zoesen, 1635 M.
6.1011.05 Lezingen.
12.201.15 Gramofoonplaten.
1.15—1.50 Lp zingen.
2.202.50 Gramofoonmuziek.
3.055.20 Lezingen.
5.206.20 Concert uit Hamburg.
6.208.50 Lezingen.
8.50 Ke-rkconcert. Koor. orkest, orgöl en
vocale solisten. Daarna Dansmuziek.
Kalundborg, 1153 M.
3.505.50 Concert door 't omroep-orkesl.
8.35 „Pontia", tooneel.
9.35 Concert (zang).
10.2011.20 Populair orkestconcerldoor
't omroep-orkest.
Brussel, 508 M.
5.20 Trio-concert. Mme van Loo. zang.
6.50 Gramofoonmuziek.
8.35 Fragmenten uit de Op. „Manon".
m. m. v. solisten.
FEUILLETON.
naar het Italiaansch van
DE MAROHI
De notarieele akte zou eerst later opge
maakt. worden, want om verscheidene rede
nen was het beter den verkoop der villa
eenigen tijd geheim te houden.
„Ik zal u in de villa opwachten" besloot
de baron en zorg dat niemand uw vertrek
bemerkt, want anders zult u zelfs in uw
schuilplaats niet met rust gelaten worden"
,.Daar heb ik al over nagedacht en het
middel gezocht om de nieuwsgierigen op
een dwaalspoor te brengen
..Maar breng vooral het geld mee, want
ik heb het juist zeer noodig. Goeden dag,
don Cyrillus, tot Donderdag dus".
En de baron ging heen, vol hoop en ver
trouwen
De priester had waarheid gesproken,
toen hij zei dat de villa niet voor hem was.
Een kloostergemeente had hem opgedragen
een weeshuis te stichten. Nu meende don
Cyrillus dat de ligging en omgeving der
villa Santafusca uitstekend waren voor dat
doel.
Uit voorzichtigheid was hij met den ba
ron overeengekomen dat de onderneming
vooreerst een geheim zou blijven tusschen
Hem en den jonkheer, om des te zekerder
te ontkomen aan het lastig aandringende
volk der stad.
Wording en groei van een idee-fixe.
Thuisgekomen overwoog baron de Santa
fusca. al de woorden van don Cyrillus. Z:j
wekten in hem zonderlinge gedachen op.
Allerlei vreemde beelden en ideeën, nog
zéér vaag én aanstonds weer verdreven,
spookten er in zijn hersenen, waarin een
koortsig vuur kwam branden.
Op één zin vooral bleef zijn aandacht
sterk gespannen. Wat toch had de priester
gezegd 1
Dat hij uit Napels vertrekken wilde, of
liever: d,at hij de stad in 't geheim wilde
ontvluchten. Voorts, dat hij eerst volgenden
Donderdag met het geld in zijn zak naar de
villa zou komen, om dan nooit meer in Na
pels terug te koeren, want die stad was
voor hem onbewoonbaar geworden, sinds
daar lieden waren die hem vervolgden en
bedreigden om winnende nummers van
hem te bekomen.
Met die gegevens voedde de baron zijn
geprikkelde verbeelding.
Hij woonde nu in een klein appartement
van een huis in de Sperangzellastraat en
had tot zijn dienst een oude vrouw die in
vroegere, glorie-rijke dagen zijn onderwij
zeres geweest was.
Hij had dat bejaarde mensch niet aan
haar lot willen overlaten en hield haar dus
bij zich, terwijl zij voor het werk in huis
zorgde. x
Eveneens had hij zijn eenigen knecht
niet aan de deur willen zetten, ofschoon
dc man al zeventig jaar was, gebrekkig werd
en letterlijk en figuurlijk gebogen ging on
der den last der jaren.
Juffrouw Magdaleca- en Sal va tor
alles wat er van vroegere weelde over
bleef het overige personeel was afge
schaft en de bezittingen verkocht, ver
speeld of verbrast. Noch de oude vrouw,
noch de man ontving salaris maar beiden
bekwamen zoo ongeveer het noodige en
hadden een tehuis.
De vroegere onderwijzeres was in haar
verknochtheid aan haar heer zóó ver ge
gaan, dat zij hem al haar spaarpenningen
gegeven had. Hij verspeelde in één nacht,
wat de ander in veertig spaarzame jaren
ter zijde gelegd had. Nu bezat zij dus niets
meer en iederen dag moest zij haar mees
ter het noodige geld vragen om niet van
honger en gebrek om te komen.
Haar woorden waren smeekirgen zonder
eenig verwijt, maar vol eerbied en onder
danigheid. Haar gevoelens voor haar vroe-
geren leerling geleken op die van een moe
der jegens haar verwend kind. Alles wat
van Cariolan kwam was voor de eenvou
dige vrouw schoon, grootsch. lofwaardig...
of vergeeflijk.
Op zijn manier was de baron dankbaar
gestemd jegens de nederige, toegewijde
vrouw. Hij hield van haar zooveel als hij
daartoe in staat was. En die gevoelens wa
ren noch door den tijd, noch door den te
genspoed van zijn losbandig leve-n ver
woest.
De zachte, klagende stem van Magda-
lena was nóg in staat de verstokte ziel te
treffen van een man dit voor ieder andere
stem doof of ongevoelig geworden was. In
de verweerde puirhoopen van zijn gewe
ten verborg zich een zoete, teedere echo
en alleen de oude onderwijzeres wist die
■Uidtttai
Magdalena had de oogen zijner moeder
gesloten zoo peinsde hij bij het opgaan
der trap welke naar zijn kamers leidde
en nu kon hij niets meer voor haar doen!
Hoe was het mogelijk, dat het zóó ver
gekomen was? Hij een Santafusca! In de
aderen zijner voorzaten had een weinig
koninklijk bloed gevloeid. En thans was dc
nakomeling dier roemrijke familie genood
zaakt het laatste overblijfsel van zijn erf
deel te verkoopen, wilde hij niet in han
den der politie vallen
Morgen zou hij even arm zijn als Mag
dalena, zonder inkomsten, zonder brood
winning.
Met bitterheid dacht hij na over zijn lol,
hoewel hij daar toch zelf de maker vau
was. En langzaam sloop de kwade geest
door de deur welke zijn troosteloosheid en
vertwijfeling op een kier gezet hadden. Hij
kon zich toen bijna niet meer verdedigen
tegen een redeneering, wier verlokking hem
met tyrannieke kracht trachtte te verlei
den.
„De priester zal aan de villa komen, om
het geld te brengen en het contract te
teekenen", zoo mijmerde hij. „De villa ligt
eenzaam en verlaten. Salvator is oud, doof
en half wezenloos.
„Over eenige dagen moet ik het geld van
de vereeniging teruggeven, zoo niet „voor
waarts marsch De gevangenis in."
„Magdalena komt bijna van gebrek om,
zij die mij al haar spaargeld gegeven heeft.
,.De laatste tien jaar is er bijna nie
mand de villa binnengegaante Santafusca
is don Cyrillus onbekend, in Napels zal
niemand iets van zijn vertrek bemerken:
Met dat geld zou ik de eer mijner voor
vaderen kunnen redden', herhaalde de
ongelukkige, „de gevangenis kunnen ontko
men en mijzelf en Magdalena van honger
en gebrek kunnen redden.
Aarhoudend bleef hij met die sombere
gedachten bezig, rauwelijks dacht hij nog
aan andere dingen.
Nog een paar dagen en de beslissing zou
moeten vallen. Het scheen den baron alsof
de tijd stil bleef staan, temeer daar hij
aanhoudend tehuis bleef in zijn enge ka
mer waar de stilte va-n een uitgestorven
huis heerschte en niets hem afleiding knn
geven.
lederen flag, ieder ïiur, ja bijna iedere
minuut, trachtte hij zichzelf Ie overtuigen
dat hem geen ander middel, geen andere
uitkomst overbleef en dat een onweer
staanbare kracht hem tot dal uiterste
dreef. Hij had slechts den bejaarden pries
ter in den val te lokken en
De zwakkeling, wiens wil door een vtoc
ger leven ondermijnd was, bood geen weer
stand aan de verleidelijke stem die hem
naar de misdaad troonde en zoo scheen i
hem alsof de bekoring boven zijn kracht
ging;
Hij ging dus verder met het uitwerken
van het plan hoewel dat nog geen defini
tief besluit was.
De groote moeilijkheid bpstond in zoo
voorzichtig te werk te gaan dat hij zelf nipf
in gevaar zou komen.
De geestelijke zou ongemerkt, zonder
eenig gerucht moeten verdwijnen en voor
al geen spoor moeten achterlaten in en om
de villa.