DIOC. JEUGDDEMONSTRATIE OP HOUTRUST TE DEN HAAG REN MASSALE EN OVERWELDIGENDE DEELNAME Het diamanten TWEEDE BLAD RUIM 10.000 BEZOEKERS EN 20.000 DEEL NEMERS UIT ALLE OORDEN VAN HET BISDOM Toespraken van Z. D. H. Mgr. Aengenent en Pater Borromaeus de Greeve. Een défilé van ruim 1 uur (Van onzen eigen redacteur) Uit alle oorden van het rijkbevolkte Haarlemsche Diocees, uit alle steden en vele dorpen is gisteren de jeugd, de hoop der toekomst, opgetrokken naar Den Haag om in een plechtige en massale be tooging hulde te brengen aan Koning Christus. Het is een stralende zomerdag, hier en daar schuifelt een witte wolk langs de blauwe lucht. Het schijnt alsof de nazomer het tekort, dat de laatste maanden ons gaf, zal willen aanvullen. De drukte in Den Haag is overweldi gend en de leiders, die de jeu^d vergezel len, hebben niet alleen druk maar boven al ook warm werk. Op het station in Den Haag is het een drukte van belang. Vanaf den uitgang is de geheele station- ruimte, de onderaardsche gangen met trappen en perrons eivol met jongens, die zoo pas met verschillende treinen zijn gearriveerd. Voetje voor voetje schuifelen zij voort naar den uitgang in zulk een massa, dat aan andere reizigers, die het station in- of uit willen gaan, voor een poos de pas volkomen wordt afgesneden. Een talrijk, niet te tellen aantal geestelij ken vergezelt de jeugd van het Haarlem sche diocees. Buiten het station gekomen worden de meegebrachte vanen ontplooid en de verbazende en nieuwsgierige men- schen, nieuwsgierig naar wat er gebeuren gaat en verbaasd om deze massale betoo ging, kan op die vaandels lezen: De jeugd aan Koning Christus. Naar het Malieveld. Zoo marcheeren al die groepen midden door de groote en wereldsche stad, waar het leven buiten op dat middaguur in vol len gang is. I Vergezeld van muziekkorpsen, welke uit verschillende plaatsen zijn meegekomen, trekken de groepen naa-r het Malieveld om daar opgesteld te worden voor den grooten optocht naar Houtrust. In en om het station blijft het voorals nog een geweldige drukte, want telkens voeren de treinen nieuwe groepen van deelnemers aan, die telkens langzaam het station uitkomen en onder begeleiding van een muziekkorps ordelijk zich naar heb Malieveld begeven. Er schijnt schier geen einde aan te ko men, maar eindelijk mindert toch lang zaam die toevloed van jonge menschen. Het Malieveld wordt echter intussohen bijna te ldein en, als daar tenslotte ruim 15.000 jonge menschen met hun leiders bijeen zijn, zijn er uitstekende organisato rische talenten noodig, om in die^ over tal rijke jeugd zulk een orde te brengen, dat INGEZONDEN MEDEDEELING. ïi. V fyloAXeiuXm FEUILLETON. Halssnoer Als Fernand na. eenige aarzeling om den hoek van het huis is verdwenen, is het met den mannenmoed van mevrouw Dénant ge daan. Zij verbergt, het hoofd in de kussens en geeft zich geheel over aan de overstel pende droefheid van beur gefolterd moe derhart. Die tranen zij doen haar welda dig aan zij geven rust aan haar al te sterk gespannen zenuwen. Nadat de zieke geruimen lijd haar tra nen den vrijen loop heeft gegeven, hoort zij in den tuin een vroolijk wijsje neuriën. Snel wischt zij de laatste sporen der droef heid van heur bleeke wangen, doch niet zoo snel, of Ellv, die inmiddels reeds de tuinkamer is binnengekomen, heeft het be merkt. Het lieve meisje werpt een langen, tee- deren blik op het gelaat der goede vrouw en treedt dan hoofdschuddend nader, zeg gende: „Foei, foei, mevrouw, wat gehoor zaamt u toch weinig de bevelen van uw echtgenoot Als ik eens getrouwd ben", zoo voegt zij er schalks a-an toe, „dan zal ik in dezen uw verheven voorbeeld niet mogen navolgen. Caar", vervolgt zij in één adem, ^vindt u mij niet schandelijk lui vandaag, ft had mij zoo stellig voorgenomen, dézen morgen allereerst uw ochtendjapon te her stellen, waarmede u immers gisteren een i orgelukje hebt gehad? En, ziedaar het is *eeds middag geworden, zonder dat ik mij daarvan een kilometer-lange stoet kan worden geformeerd. Op Houtrust. Deze arbeid neemt natuurlijk geruimen tijd in beslag, en intusschen begeven wij ons naar Houtrust waar de keur der Haar lemsche Gymnastiekbond druk bezig is met. allerlei oefeningen om het talrijke publiek, dat reeds aanwezig is, bezig te houden en afleiding te bezorgen. A Buiten Houtrust heeft zich reeds een groote massa- menschen opgesteld, die de aankomst van Z. D. H. de Bisschop en de grandioze intocht der jeugdorganisaties van nabij wil bezien. De groote tribunes om het veld zijn reeds grootendeels met belangstellenden gevuld en wij schatten het aantal belang stellenden op ruim tienduizend, want niet alleen de tribunes, doch ook de omgang van het terrein is dicht bezet. Een muziekkorps doet intusschen de klanken van jeugdliederen over het veld weergalmen. Dan komt er beweging in de rijen. De Bisschop komt! Aan den ingang, vlak bij de dichte tribunes houdt een auto stil. Het poTtier wordt, geopend en de Bis schop van het Haarlemsche Diocees stapt uit. Hij is gekleed in Hein paars, met. de wi;de paarse mantilla en den Roraeinschen hoed. Voorafgegaan door een afdeeling padvinders en gevolgd door Kanunnik Dr. Th. Vlaming, Mgr. van Stee en Secretaris Pichot, gaat Monseigneur vriendelijk lachend en wuivend langs de tribunes, waar hij overal hartelijk wordt toegejuicht Men leidt den Bisschop naar de officieele tribune, welke met. prachtige tapijten be hangen en met palmen versierd is. Daar hebben reeds plaats genomen Mgr. H. J. M. Taskin, President van het Groot-Semi narie te Warmond, Prof. P. G. Groenen en Prof. Z. de Korte, Hoogleeraren aan hetzelfde Seminarie, het Bestuur der dio cesane jeugdorganisatie in het Bisdom Haarlem, Kan. Th. van Dam, Deken van Den Haag, mgr. dr. A. Hensen, Aalmoe zenier Noordman, bij wie zich later nog voegt de heer Quant, Wethouder van Den Haag. Bekenden en vrienden worden vriende lijk en glimlachend door Mgr. begroet. De leider van de jeugdige gymnasten, die reeds in verschillende groepen gymnas- tiekdemonstraties hebben te zien gegeven, plaatst zich nu op een verhooging en stelt alle gymnasten ordelijk en netjes over het geheele -veld op, het gezicht ge keerd naar de tribunes waar de Bisschop heeft plaats genomen. Op een teeken van hem gaan de dui zend rechterarmen omhoog en wordt den Bisschop een groet gebracht. Het orkest speelt intusschen „Roomsche Blijdschap", wat door de talrijke aanwezigen enthou siast wordt meegezongen. Na dit lied, terwijl de armen nog om hoog geheven zijn in de richting der Bis schoppelijke tribune, komen tusschen de rijen gymnasten door de vaandeldragers naar voren, en brengen zwaaiend met hun vaandel Monseigneur den drievoudigen vaandelgroet. mijn voornemen zelfs nog heb herinnerd Dit zeggende neemt het meisje de ja pon op, hangt ze over heur arm, verlaat met lichten tred het vertrek en begeeft zich naar de huiskamer, waar zij zich wel gemoed voor een werktafeltje nederzet, zonder er zelfs aan te denken, dat de stor men des levens ook haér geluk wel eens konden komen verstoren. De zon neigt zich reeds ten ondergang, als Finand met slependen tred de trappen van zijn zolderkamertje beklimt Met een diepen, pijnlijken zucht laat hij zich op zijn stoel nedervallen, ziet mismoedig om zich heen en strijkt dan met de hand langs het voorhoofd, aJs wilde hij een kwellende gedachte verdrijven. Een tijdlang staren zijn oogen wezenloos naar een punt op den vloer, zonder evenwel te onderschei den; de storm, welke zijn geest beroert, dreigt hem tot razernij te brengen. Nu eens vertrekken zich zijn mondhoeken tot een zenuwachtigen glimlach bij dc ge dachte, dat hij geheel zijn schuld heeft afbetaald, en thans nog eenige honderden franken bezit, welke hij de zijne kan noe- ipcn. Dan weder vertoont zijn gelaat een uitdrukking van afschuw en heft hij drei gend de hand op, als om zich zelf te, tuch tigen. Plotseling richt hij zich op, terwijl een sombere grijnslach zijn schoonc trekken ontsiert en zijn bevende hand een rood flu- wcelen étui uit een zijner zakken te voor schijn haalt. Hij opent het en beschouwt met aandacht den overvloed van schitte rende juweelen, als berekende hij er de waarde van. Terstond echter sluit hij het étui weder en schuift het met een gebaar DE LEIDSCHE COURANT Het défilé. Intusschen is de formatie van den stoet op het Malieveld gereed gekomen en zijn de duizenden opgemarcheerd naar Hout rust. Den Haag loopt uit om dat wonder te zien. Men is daar in de groote stad ge wend aan grootsche manifestaties, maar zooiets, neen, dat is nog nimmer aan schouwd. Een stoet van louter jongens, katholie ke jongelingen uit. het Bisdom Haarlem, een stoet van 6 K.M. lang en boven dien stoet een wuivend bosch van vaandels, vlaggen en banieren. Het is enorm en in drukwekkend. De massale stoet nadert Houtrust, waar middelerwijl, na de groeten der gymnas ten aan den Bisschop, de jongemannen allen te zamen mooie oefeningen hebben uitgevoerd. De gymnasten openen dan den stoet voor het défilé aan den Bisschop en marcheeren juist als de, groote optocht Houtrust nadert in ordelijke rijen langs Bisschoppelijke tribune. Deze tribune pa§seerend houden allen ten groet de rechterhand gestrekt. Dan volgt de groote stoet met vaan dels, banieren, muziekkorpsen en zelfs praalwagens, welke laatste echter aan den ingang van het veld moesten achter blijven. Voorop gaan een achttal tromme laars en het vaandel van den R. K. Turn kring Amsterdam, dat het grootste con tingent-deelnemers voor deze grootsche demonstratie leverde. Belangstellend staat de Bisschop nu op en plaatst zich voor op de tribune op het bordes, vanwaar hij de defileerende jeugd hartelijk toewuift. Als dc padvinders de tribune zijn gepasseerd, komen deze te rug en plaatsen zich in twee groepen aan weerszijden van de officieele tribune. Om 4.10 uur is het défilé aangevangen on steeds naderen in gesloten volgorde nieu we afdeelingen den ingang van Houtrust. Leiden is schitterend vertegenwoor digd met ongeveer 450 jongemannen, ver gezeld van het muziekcorps ,,Perosi". Uit Leiden nemen deel de athletiek- vereeniging „Rood Wit", het St. Antho- niuspatronaat, het St. Petrus-patronaat, de Mariacongregatie der Mon Pèreberk, „Jeanne d'Arc", 4,Urlo", 'de Derde Orde, het St. Franciscusliefdewerk, de R.K.S.V. „Leiden" en de Jeugdafdeelingen van de bouwvakarbeiders bond „St- Joseph". Talrijke banieren met pakkende op schriften worden meegedragen en wij le zen opschriften als: Voer God en Vader land; Wij willen Christus als Koning;; Reinheid, blijheid; Vakorganisatie is onze kracht; Missieactie; De jeugd aan Chris tus. De groep Missieactie wordt gecostu- meerd voorgesteld en oogst zeer veel ap plaus. Verder zijn er opschriften als: Het patronaat steunt Kerk en Staat; Wij Ken- nemers staan immer pal voor Koning Christus van 't Heelal. Het wordt half vijf en het einde van den stoet is nog lang niet te overzien. De laatste afdeeling is Den Haag en Omstreken, die defileert als het défilé reeds een uur aan den gang is. Als einde lijk het défilé is afgeloopen, heeft het juist een uur en zes minuten geduurd. Het is overweldigend geweest en een journalist van een neutraal Haagsch blad, die naast ons zit, is stom geslagen van verbazing en zegt: ik heb veel demonstra ties gezien, maar een als deze nog nooit. Dan wordt de Bisschop omkleed met de priesterlijke gewaden en wordt hij, voor afgegaan door misdienaars en assistenten, dwars over het veld naar het altaar, dat aan den overkant van de officieele tribu ne is opgeslagen, heengeleid. Daar wordt een kort lof gecelebreerd, waarbij Mgr. Aengenent geassisteerd werd door Kan. Th. van Dam, Deken van Den Haag en De ken J. Lucassen van Beverwijk als troon- diakens, Pastoor J. B. Möller, Pastoor te Schiedam als Diaken en Prof. Z. de Korte, van het Groot Seminarie tc War mond als Subdiaken. Als het Allerheiligste wordt uitgesteld, beieren de klokken der omliggende kerken. Dan blazen de trompetten het Adorc Te, dat door alle aanwezigen wordt mee gezongen. Daarna het Magnificat. Rede Pater Borromaeus. Hierna komt Pater Borromaeus de Greeve voor de microfoon om de demon- streerende jeugd toe te spreken. Daar zijn wij dan bijeen met onze tien duizenden jongelingen van de R. K. jeugd organisatie op dezen zonnedag. Daar is een openbaring en uitspreiding van jeugdkracht, een landschap is het vol lenteschoonheid. Daar zijn bijeen de tienduizenden, de schatten der gezinnen, de rijkste schatten der menschen, de jon gens met licht in de oogen en glans in het hart- Wie zou niet verlangen nog eens knaap te zijn. Daar zijn bijeen de rijkste schatten der Kerk, de toekomstige pries ters en missionarissen. O, wij zijn nog rijk, wij zijn nog niet uitgestorven. Niet voor niets hebt gij gewerkt, priesters en leiders, gewerkt in vele moeilijkheden. Nuvan daag ziet gij het voor U, tot welk een macht wij zijn geklommen. Dit is de bekroning voor zooveel leiders en priesters na zooveel jaren van arbeid. Maar wij zijn hier niet alleen gekomen om te marcheeren en te manifesteeren, wij zijn bijeen rondom 't hoogste Kerkelijk Ge zag, den beminden en vereerden Bisschop, maar ook om het Altaar, om Christus Ko ning trouw te zweren. Ik moet U tiendui zenden jongemannen duidelijk maken wat uw leiders bedoelen, ik moet u voorberei den op uw eed: „Aan Christus trouw". God geve mij het juist woord om in uw hart de juist geestdrift over te storten. Knapen en jongemannen, uw jonge ziel is nog niet rijp, maar ook nog niet bedor ven, zij is nog vatbaar voor bet goede en op uw leeftijd wordt het levensprobleem in u voltrokken. U roepen op Christus Jezus de Koning en.... de Koninginne der wereld. Ja, Christus is Koning, volgens zijn eigen ge tuigenis. Dat getuigde Christus zelf, dat ge tuigden duizenden martelaren. De geslach ten der aarde hebben Hem erkend. Daar om het Koningslied Jezus tegemoet: „Tu Rex gloriac Christe". Jezus' doel was een geestelijk wereld rijk te stichten en dat Rijk is de Katho lieke Kerk. Gij zijt opgenomen in Jezus' krijgsdienst en nooit zult gij, al zoudt gij dat willen, Zijn Goddelijke stem geheel kunnen vergeten, want Hij roept U, Hij dringt U, Hij dwingt U. Maar daartegenover staat de Koningin ne der wereld, die roept en lokt. Zij roept U met applaus en de glans van het voetlicht- Daar is de bekoring voor den jongeman, met den natuurlijken drang naar grootheid. Er is zooveel waarmede die koninginne lokt, een oceaanvlieger, een luchtvaarder, een kampioen in een wereld van ijdele glo rie, in een wereld van rijkdommen, waar het geld heerscht. De ï-ook der fabrieks pijpen en der locomotieven is de wierook voor den mammon. Wat een bekoring voor den jongeman geldmagnaat te worden en de wereld te dwingen. Vrouwensucces en vrouwenliefde, o, wat een bekoring op een leeftijd als men nog denkt, dat de kleur op de wangen altijd echt is en niet verwelken zal. Geen won der dat er velen als u bezweken zijn. Welnu, vanmiddag wordt van u een daad verwacht. Wien kiest ge: Christus of de wereld? Christus moet gij kiezen! Is Hij niet de grootste van allen? Is Hij niet dc Koning der natuur, die de bloemen doet opgroeien uit het zand, de boomen be zaait met vruchten, die zee en winden be- heerscht. Hij is de Koning. -De Engelen zongen bij Zijn geboorte. Alles gehoor zaamt Hem en Hij zal zijn Koning der Eeuwigheid. De donder is Zijn wagen en de bliksem is Zijn paard. En eens zal Hij zeggen tot de verzamelde wereld: Ik ben de Verrij zenis en Het Leven. Hem moet gij kiezen met overtuiging en iunighéid. Is er wel één, die U zoo lief heeft als Jezus Christus de Koning der Liefde? Meer dan uw ouders, broeders, zusters, meer dan uw vrienden. Als u dan vandaag de eed van trouw gevraagd wordt aan Koning Christus, dan zult gij dat doen met enthousiasme en overtuiging. Ik doe een beroep op uw eerlijke jongensnatuur, welke, geen onrecht duldt, van niemand, vooral ten opzichte van die U lief zijn. Zult ge het dan dulden, jongens, dat men Christus en de Kerk onrecht aandoet- Zoudt gij dan Barrabas en niet Christus kiezen? En toch wordt Uw Heiland zoo MAANDAG 2 SEPTEMBER 1929 gruwelijk beleedigd. Voor' Judas richt men een standbeeld op. Waaraan heeft onze Koning Christus dab verdiend? Maar wij dan, die in Hem gelooven, moeten wij dan niet Hem belijden en Hem dienen? Waarom niet? Durft gij niet? Als de atheist Hem publiek durft loochenen, durft gij Hem dan niet belijden? Heb res pect voor hen die durven, zooals voor den jongeman, wien in Mexico de tong werd uitgerukt, omdat hij bleef roepen: Leve Koning Christus. Heb respect voor de missionarissen en religieuzen, die Chris tus belijden, altijd en overal. Huldigt Gij Hem dan ook openlijk als de Koning der Wereld. Dat gaan wij nu doen. Zeg het mij na en laat de wereld het hooren. O allerzoetste Jezus, onze God, onze Zaligmaker, onze Vriend, onze Redder, onze Rechter, wij erkeiMen U als Koning, wij wijden ons aan U toe, wij geven U ons lichaam, onze geest, ons hart, ons leven, ons heden, onze toekomst, wij geven u onze kleeding, ons spel, onze studie. Hosannah, de Zoon van David. Wij laten U niet ver- stooten, wij zullen U belijden, wij laten U niet vertrappen, wij zullen U verdedi gen, wij laten U niet hoonen, wij zullen voor U strijden. Wij willen voor U leven, wij willen voor U sterven. Geloofd zij Je zus Christus Amen. Deze belijdenis en gelofte van trouw werd door alle jongemannen zin voor zin herhaald. Na deze rede werd afgekondigd, dat aan alle aanwezigen onder de gewo ne voorwaarden door den Bisschop een aflaat van 50 dagen werd verleend, waar na Z. D. H. Mgr. Aengenent aan allen zijn Bisschoppelijken zegen verleende. Nadat Mgr. den zegen met het Aller heiligste had gegeven, werd door alle aan wezigen het „Aan U, o Koning der Eeu wen" gezongen. Toespraak van Z.D.H .Mgr. Aengenent Hierna hield Z. B. H. de Bisschop do volgende toespraak: Dierbare jongens! Welk een heerlijk schouwspel, nu ik u in zoovele duizendtallen voor mij zie. Gij zijt vol van zalige geestdrift en uit alle oor den van ons bisdom hier tc zamen ge stroomd om openlijk trouw te zweren aan Christus Koning, trouw tot in den dood. Reeds bij het ontvangen van het H. Sacrament des Vormsels is ieder uwer geslagen tot strijder voor Zijn hei lige zaak. Maar vandaag hebt gij nog eens openlijk getuigd, dat gij strijders zijt voor dien Koning, dat' gij ook werkelijk voor Hem strijden wilt- Gij hebt dat willen doen in tegenwoordigheid van uw Bis schop, omdat gij in de Kerkelijke overheid ziet de vertegenwoordiging van dezen Ko ning. En daarom hecht ik de grootste waarde aan deze manifestatie, die een manifestatie is van uw geloof. Dierbare jongens, ik wensch u hiermede geluk, Gij hebt Christus gekozen tot Uw Koning en het is uw grootste ideaal te strijden voor den Koning van hemel en aarde. En ik ben er vast van overtuigd, dat gij heel uw le ven lang de plichten daaruit voortvloeiend zult willen vervullen. Deze plichten zijn ten eerste: er naar to streven u zelve te heiligen en de geboden der H. Kerk te on derhouden om welgevallig te blijven%aan den Koning, dien gij gekozen hebt- Ver volgens moet gij een apostolaat uitoefe- nenn bij anderen, die nog niet tot de Kerk van Christus behooren. Dit zult go moeten doen thans en later in uw mannelijkcn staat- Heel Katholiek Nederland slaat u op dit oogenblik gade, gij zijt de hoop der toekomst. De Zaligmaker gaf den jonge ling van Naïm terug aan Zijne Moeder, U geeft Hij over aan uwe Moeder,, de H. Kerk. Leve Koning Christus in eeuwig heid! Toen het luid applaus, dat op deze toe spraak gevolgd was, was weggestorven, verliet Z. D. H. dc Bisschop het veld, ter wijl dc menigte enthousiast heb „Roomsche Blijdschap" zong. De plechtigheid is dan ten einde en het duurt geruimen tijd voor dat de ongeveer 30.000 menschen met vaandels en banieren Houtrust hebben verlaten. En een ieder getuigde dat deze demon stratie overweldigend is geweest! daar wachtte Met angstig stilz- ij?en opende een dienstbode hem de deur der huiskamer en, binnentredende, vond lnj daar zijn lieve vrouw aan een overweldi gende smart ten prooi. Gekleed in hour schoonste cosbuum van blauwe zijde, het welk haar slanke gestalte een zeldzame bekoorlijkheid bijzette, zat zij in voorover gebogen houding op de canapé, het schoorje gelaat in dc handen verborgen, terwijl hartstochtelijke snikken haar lichaam door trilden. Met dc kalmte, den geneesheer eigen trad dokter Dénant op haar toe, nam ver trouwelijk heur bevende hand in de zijne en zette zich naast haar neder. Dan tracht te hij door allerlei vragen uit te vorschen, wat toch wel de oorzaak mocht zijn dier diepe droefheid, welke hij in dit oogenblik allerminst had verwacht. Met horten en stooten, door snikken onderbroken, deelde zij hem mede, hoe zij, omtrent een uur ge leden, in de vroolijksfe stemming was op gestaan en zich had gekleed. Om heur echtgenoot een verrassing te bereiden, had zij zich met het diamanten collier willen tooien, doch bij hel openen der brandkast bleek haar, dat het kostbaar kleinood ver dwenen was. Zij had vervolgens hel geheele huis laten afzoeken, hoewel zij zich met. zekerheid herinnerde, het sieraad in do brandkast geborgen tc hebben, doch ner gens was eenig spoor van het haar zoo dierbaar geschenk ontdekt. Zij vermoedde, dat het was gestolen, en dat, wijl er aan de brandkast niets bijzonders viel waar tc Demen, de dief één der bedienden moest zijn, die den sleutel der kast had weten te vinden. (Wordt vervolgd}, van afschuw terzijde, terwijl hij mompelt: „Bah, hoe jammerlijk juist zijn de woorden mijns vaders in vervulling gegaan, de woor den. welks verwezenlijking mij eens zoo onmogelijk scheen. Een dief, een rampzali ge dief, ziedaar wat er is geworden van den jongeling, wien eens een zoo heer lijke toekomst toelachteO, waarom heb ik toch niet naar hun ernstige vermanin gen geluisterd? Waarom alsnog niet terug gekeerd en in een werkzaam leven ver strooiing gezocht en kracht, ter overwin ning dier noodlottige hartstocht Maar neen, daartoe ben ik reeds te ver afge dwaald van den weg, mij door mijn ouders aangewezen Ik kan thans niet meer terug; ik moet doorgaan op den ingeslagen weg des onheils, .want slechts na aan mijn ouders alles te hebben teruggegeven, wa* ik hun heb afgeperst, zal ik hen om ver giffenis durven smeeken. Vooruit dan, nog eens alles op het spel gezet, desnoods de juweelen van dit kleinood verpand; cer.s zal het geluk mij gunstig zijn Treurig beeld der geestelijke zwakheid van den mensch, die het slachtoffer is zij ner hartstochten. Ziedaar een man id de kracht les levens, een man, wiens gehcelo wezen diende te spreken van wilskracht en zelf'beheersching, van levenslust en 'evens- kracht 1 Zijn heillooze hartstocht heeft hum willoos gemaakt als heb k'eme kind. Zij heeft hem zelfs het middel doen vergoten, waarmede hij nog een kind, zijn opkomende neigingen placht te bekampen; het gebed. O, had hij op dit oogenblik slechts een enkel vurig gebed kunnen storten, hoe z u de stem van zijn nog niet bedorven hart zich met kracht hebben doen hooren en hem reeds in dit uur van uiterste vertwijfe ling op den goeden weg hebben terugge bracht Hoe zou hij in het. bewustzijn van zijn schuldig verleden krachten hebben ge vonden, om in het goede te volharden. Helaas, de gedachte zelfs, dat hem nog al tijd dit uitkomstmidr'e! rost, blijft hem vreemd en zoo houdt dc pijnlijke strijd in zijn binnenste uren, dacei lang aan, de strijd, die hem dreig'; krankzinnig te ma ken. Bij zijn thuiskomst vond dokter Dénant zijn vrouw bfeeker dar. gewoonlijk, doch zij was welgemoed in het bewustzijn haar zoon te hebben gered uit den uitersten nood. De avond ging 'o onderhoudende ge sprekken voorbij en gedurende de volgen de dagen kon de dokter tot zijn groole vreugde dagelijks een me-kbare vooruit gang constateeren. Reeds den zesden dag na het bezoek van Fernand, waaraan zij haar echtgenoot geheel onkundig had ge laten, kreeg zij verlof, in den tuin te gaan wandelen. Zij stond er op, dat dc dokter haar op deze eerste wandeling zou verge zellen en Dénant stelde volgaarne zijn ron de uit tot na den middag, om zijn lieve vrouw dit genoegen te kunnen doen; hij was buiten zichzelve van vreugde over het spoedig herstel van de hem zoo dierbare zieke. Toen dokfer Dénant in den vroegen mor gen van dien dag bij een ernstige zieke werd geroepen, ging hij niet heen, dan na zijn wederhelft te bobben beloofd, zoo spoedig mogelijk terug te keeren. Tegen tien uur in den morgen stapte hij welge moed zijn woning binnen, niet vermoeden de welk een smartelijke teleurstelling hem

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 5