VIERDE BLAD.
DE LEIDSCHE COURANT.
ZATERL i 31 AUGUSTUS 1929
GEMENGDE BERICHTEN
ONGELUKKEN.
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER.
Auto tegen boerenwagen gereden.
Uit. Apeldoorn meldt men aan de ..Tel.":
Op den Amhemsche weg onder aan den
fatoppelberg had een ernstige aanrijding
plaats. Een auto. komende uit de richting
Arnhem, waarin behalve den bestuurder-
eigenaar Van Poel uit Arnhem, drie pas
sagiers gezeten waren, botste in volle vaart
tegen een boerenwagen, die in dezelfde
richting reed. De schok was zoo hevig, dat
zoowel de auto als de wagen geheel ver
nield werden. Het paard liep een gebro
ken poot op en eenige verwondingen, ter
wijl wonder boven wonder nacht de chauf
feur noch de voerman eenig letsel bekwam.
Twee passagiers, de heeren K. en M., wer
den echter ernstig gewond. M. moest naar
het ziekenhuis te Apeldoorn vervoerd wor
den. Zijn toestand is zorgelijk. De chauf
feur verklaarde, dat de boerenwagen geen
achterlicht had, wat door den voerman
ontkend werd. De politie heeft van een en
ander proces-verbaal opgemaakt. Naar ver
luidt waren de passagiers van den auto
beschonken. De voerman Van B. verklaar
de, dat het linkervoorwiel van zijn wagen
is afgeloopen bij het naar rechts uitwij
ken. waardoor dat tegen den achterpoot
van het paard rolde.
Een gecompliceerd ongeluk.
Gistel-middag kwart voor één kwam op
den Bijksstraatweg tusschen Hakkelaars-
brug en Naarden een personen-auto van
den garagehouder Van Amersfoort uit La
ren met groote snelheid een auto van den
heer Klinkenberg, beide komend uit de
richting van Muiden achterop, en wilde de
ze voorbijrijden. Dé heer Klinkenberg
moest op dat oogenblik wat links uithalen,
omdat een tas steenen aan den rechter
kant van den weg stond opgestapeld. De
auto van den heer Van Amersfoort was
daardoor gedwongen ook meer links te
gaan en kwam daardoor tusschen de tram
rails terecht. Daar had juist te voren een
voetganger geloopen, die om zijn hachje tc
bergen aan den slootkant tusschen de strui
ken was gaan staan.
Plotseling maakte de slippende wagen
een zwaai naar rechts, het achtergedeelte
maaide door de struiken en smeet den
daar staanden man wel tien meter weg in
de sloot. De wagen slingerde verder, bot
ste tegen den tas steenen en daarna tegen
de ander auto en kwam ten slotte onderst
boven tot stilstand-
In 'beide wagens was slechts één per
soon gezeten. Beiden kwamen, heelhuids
uit de bescha/digde auto's te voorschijn.
Toen herinnerde men zich dat tusschen
de rails een man had gestaan, die niet
meer te zien was. Na eenig zoeken vond
hem in de sloot, waaruit hij in deer-
niswekkenden toestand werd opgehaaici,
uJ. met een gebroken, been, inwendige
kneuzingen en hoofdwonden, zooals later
dr. Keyzer uit Naarden constateerde.
Deze deed het slachtoffer, een zwer
vend koopman, per ziekenauto naar de iVn*
jellastichting transporteeren, waar hij xEL
hopeloozen toestand werd opgenomen.
De auto van den heer Van Amersfoort,
waarmee volgens den bestuurder met een
snelheid van 60 K.M. gereden was, kon na
dat de wagen weer op de wielen gezet was,
op eigen kracht naar Laren rijden, de an
der auto moest worden weggesleept.
Aanrijding.
Het 12-jarig zoontje van den heer J. M.,
te Zuidbroek (Grom) is toen het den weg
wilde oversteken, gegrepen door een
vrachtauto van den bode S. De jongen
•g een beenbreuk en een bloeduitstor
ting in de hersenen. Hij mag niet vervoerd
worden. Den chauffeur treft geen schuld.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
fêUt Xi. /y V trxr'A. ftiert
Verdronken.
De 5-jarige R. B. March, uit R'dam Tur--
benitstraat is Donderdag bij de Heyplaat
tc water geraakt bij het spelen op een
vlot. Door jongens werd de vader van
het ventje gewaarschuwd, die zijn zoontje
na eenigen tijd op het droge wist te bren
gen. Hoewel door een dokter met een
zuurstofapparaat werd gewerkt, slaagde
deze er niet in de levensgeesten op te wek
ken.
Donderdagnacht is de 18-jarige schip
persknecht, G. M., wonende te Wilnis, van
een in de Ringvaart van den Haarlemmer
polder varend schip gevallen en verdron
ken.
Gistermiddag geraakte het vijfjarig
zoontje van den heer Ernst te Eindhoven
spelenderwijs te water en verdronk.
Oude vrouw in brand.
Doordat zij in aanraking kwam met een
brandend petroleumstel geraakten Donder
dagavond de kleeren van een 85-jarige al-
leenwonenende weduwe aan den Amstel-
veenschen weg te Buitenveldert in brand.
Spoedig toegeschoten hulp mocht er in sla
gen de vlammen te doove'n. Het oudje be
kwam echter nog ernstige brandwonden aan
beenen en onderlichaam.
Ontsporing
Op het station te Amersfoort ontspoor
den Donderdagmorgen om half elf drie
personenwagens. Om drie uur 's middags
was het opruimingswerk afgeloopen. Het
verkeer ondervond geen vertraging.
ALASTRIM.
Drie nieuwe gevallen te Rotterdam.
Naar wij vernemen, hebben zich te Rot
terdam drie nieuwe gevallen van alastrim
voorgedaan. De patiënten zijn in het zie
kenhuis opgenomen-
Maatregelen te Nijmegen.
Binnenkort moeten te Nijmegen voor
herhalingsoefeningen onder de wapenen
komen ongeveer 900 militairen van wie
plm. 85 pet. uit Rotterdam afkomstig z'jn.
In verband met de te Rotterdam heer-
schënde alastrim heeft het gemeentebe
stuur stappen gedaan, teneinde de opkomst
van deze militairen niet te doen plaats
vinden.
Eenige dagen geleden zijn reeds een
twintigtal Rotterdammers te Nijmegen on
der de wapenen gekomen. Deze menschen
zijn onmiddellijk door de militaire dokto
ren gevaccineerd.
Mede met het oog op het voorkomen van
enkele gevallen van alastrim in de on
middellijke omgeving van Nijmegen, is van
gemeenteweg op verschillende plaatsen in
de stad, o.a. in de ziekenhuizen, de gelegen
heid opengesteld tot kostelooze vaccina
tie en revanccinatie.
Nieuwe gevallen.
Ook in de gemeente Dodewaard (Gld.)
komt een geval van alastrim voor.
In Gorinchem doet zich een geval van
alastrim voor bij een bewoner van de Lin-
gewijk. Ook een bewoner van den La-nge-
dijk zou door de ziekte zijn aangetast.
BRANDEN.
Zware brand in een lompenmaga
zijn. De brandweer laat maar
branden.
Gisternamiddag is te ongeveer half ze
ven te Helmond brand uitgebroken in het
lompenmagazijn van den heer C. J. Sie
gers, gelegen aan de Spoorbrug. De brand
weer bestreed hei vuur met twee motor
spuiten. De inhoud van het gebouw be
stond uit een groote hoeveelheid vetwol,
papier en katoenafval. Te half tien des
avonds laaiden de vlammen nog hoog op.
De brandweer besloot den geheelen voor
raad uit te laten branden, daar zij in der
gelijke gevallen het magazijn van den
heer Siegers is nu voor de derde maal in
twee jaren tijds in vlammen opgegaan
de ervaring heeft opgedaan dat men ze
beter kan laten uitbranden dan blusschen,
daar anders na verloop van dagen, het
vuur opnieuw heftig oplaait. De schade,
die dpor verzekering wordt gedekt, be
draagt ongeveer 30.000.
Brand in een café.
Gisterennacht ontstond brand in het
café van L- V. te Oude-Pekela. Daar de
bewoners afwezig waren, bluschten de bu
ren het vuur. In verband met den brand
zijn V. en een zekere K. uit Winschoten
aangehouden.
Begin van brand tê Rotterdam.
Gisterenavond te even over elf uur werd
door den matroos E. Schwartz van het in
de Schiehaven te Rotterdam liggend s.s.
Flora" ontdekt, dat er rook kwam uit het
kantoortje, grenzende aan loods D. van
Wambersie en Zonen aan de Schiehaven.
Hij waarschuwde den portier, die toen
de hulp inriep van drie voorbijgangers en
na alarm te hebben gemaakt, het vuur met
een straal van de fabrieksleiding ging be
strijden. De vrijwillige brandweer maakte
inmiddels alarm, daar men voor uitbreiding
van het vuur tot de groote loods, waarin
vele brandbare goederen zijn opgeslagen,
vreesde.
Deze vrees bleek gelukkig ongegrond.
De brandweer was het vuur na drie kwar
tier geheel meester. Alleen een hoek van
het kantoortje brandde uit. Het vuur is
door onbekende oorzaak in een boekenkast
ontstaan. De schade is gering.
Boerenwoning atgcbrantl.
Donderdagmiddag is de woning van J.
D. aan den Zwanenspreng te Apeldoorn
afgebrand. De brand ontstond in een hooi
mijt en deelde zich tengevolge van den
wind al spoedig mee aan het huis. De
brandweer kon niet verhoeden, dat heb
huis een prooi der vlammen werd. Eenige
varkens konden met moeite gered worden;
een gedeelte van het kleinvee ging verlo
ren. Verzekering dekt de schade.
HET GEBEURDE TE L00SDRECHT.
Bezoek of nachtelijke overval?
Het gebeurde op de Loosd rechtschc
plassen vormt in de gemeente Bussum het
gesprek van den dag, aldus meldt de
..Tel." Dr. R. B. de Boer, leeraar in de
scheikunde alhier, en leider van het kamp.
gaf ons een andere lezing van het voorge
vallene.
Ten eerste, aldus de heer De Boer, moet
ik u wijzen op een overval, die het vorig
jaar 's nachts op het door mij gehuurde
eiland plaats heeft gevonden. Er is toen
vuurwerk in het k.i:np afgestoken en toen
eindelijk de aanvallers na gemaakt alarm
de vlucht namen, begonnen zij van hun
schip met vuurpijlen op de tenten tc schie
ten. De donkere nacht maakte het toen on
mogelijk het schip te herkennen.
In den loop van den winter is er eclilcl
over den nachteliikcn aanval gepraat en
ik dacht: „daar blijft het niet bij."
Dit jaar waren wij naar do Loosdrecht-
scho plassen vertrokken, totaal 22 men
schen, mijn vrouw en ik, alsmede veel
ook mijn eigen kinderen. Mijn eiland
ligt 3 K.M. uit den wal. Mag ik aannemen,
dat. nachtelijk bezoek "steeds mot goede
bedoelingen geschiedt? Mijn ervaring op
dit gebied doet mij daaran twijfelen. Bo
vendien, het ontsteken van vuurwerk le
vert groot gevaar voor de lichtontvlam
bare tenten en het aanwezige stroo.
De gebeurtenissen van vroeger hadden
ons voorzichtig gemaakt, temeer daar er
bij een event ueelen overval geen hulp van
politezijde te wachten is. Op den bewus-
ten avond nu was het warm weer geweest
Over het meer lag een vredige stilte en
toen de duisternis intrad, ontstaken wij
het kampvuur, waarvan het lichtend schijn
sel op verren afstand zichtbaar was. De
avond was zóó mooi, dat niemand naar bed
werd gestuurd, met 't gevolg, dat cm half-
twee nog acht personen op waren, ge
schaard op de heete asch, die nog na-
gloeide.
Omtrent dezen tijd kwam plotseling de
schouw van de wafcersportvereeniging
„Loosdrecht" en meerde aan onze eigerr
boot. De heer Munning heeft beweerd
„Goeden avond" gezegd te hebben. Ik heb
dat niet gehoord.
Ik zelf echter sprong op en riep: „Wat
moeten jullie daar" en sommeerde den
menschen te vertrekken.
Volgens den heer De Boer is er toen
een gejouw opgegaan uit de schouw. Fak
kels werden ontstoken en drie daarvan
werden in het kamp geworpen. Het war
ren z.g. blauwlichten, die op schepen in
geval van nood worden gebruikt en uiterst
fel branden. Twee fakkels kwamen terecht
bij de tenten. Een der fakkels bleef lig
gen voor een jongenstent. maar de bewo
ner wist het vuur te dooven.
Wat stond mij tc doen. aldus dr. De
Boer? Was dit een bezoek of een nachte
lijke overval? Mocht ik de verantwoording
op mij nemen, de kinderen, meisjes en mijn
eigen vrouw onbeschermd te laten? Ik
achtte den toestand zoodanig, dat ik mijn
oud-leerling opdracht gaf te schieten.
Hij bezat een van te voren ingepakte
Mauser-revolver, die op 100 M. nog zuiver
schiet. De loop kan worden verlengd, zoo
dat zij als karabijn dienst kan doen. In
mijn tuin heeft mijn oud-leerding ge
oefend. Hij is een zeer goed schutter. Toen
vatte hij het wapen, dat hem vast in do
hard lag en loste de schoten: vijf schoten
in het water bij dc boot, twee in den mast
in de hoop, dat de val naar beneden zou
ploffen en ten slotte twee in het hout van
de boot. Een van de inzittenden in de
schouw, tandards Munning Schmidt uit
Hilversum, werd in den enkel getroffen.
Er kwamen toen geen brandfakkels meer.
Intusschen had ik zelf een van dc koolc-
stangen door het zeil geworpen, om het
schip te merken.
Volgens verklaring van dr. De Boer, zijn
de inzittenden van de schouw, waarvan
eenigen in badpak, op het eiland gelaten.
Uit de schouw waren inmiddels eenige
personen in het water gesprongen. Het
drama was toen afgeloopen, de heer Mun
ning Schmidt werd verbonden en de terug
tocht werd aanvaard.
De watersportvereniging Loosdrecht
staat, zoo verzekerde onze zegsman ons.
buiten de kwestie.
Zoowel de heer Dc Boer als de heer
Munning Schmidt heeft de zaak in han
den de justitie gegeven. Laatstgenoemde
diende een klacht in wegens het schieten
met een revolver, terwijl dr. De Boer zich
bij den rechter heeft beklaagd ter zake
van huisvredebreuk en poging tot brand
stichting.
Dc politie en donker Amsterdam.
Een merkwaardig geval.
In „Do R. K. Politieambtenaar" rele
veert Insider een gebeurten's, die zich vo
rig jaar in donker Amsterdam hea't afge
speeld, toen eeu politieagent in een slecht
befaamde buuri nabij het Oude Kerksplein
bij een twist plotseling door de gcheele
lub ruziemakers werd aangevallen, zcu-
dra zij in hem den agent it.kenden, die
gewoon is tegen do ongure elementen van
dit stadskwarlier krachtdadig op te tre
den. Den politicman worden eenige tanden
uit den mond -geslagen en hij zag zich ge
noodzaakt z.ijn revolver te gebruiken o:n
erger te voorkomen. De bezetting van het
bureau Warmoesstraat snelde ter hulp en
oen der aanvallers moest gewond naar een
der gasthuizen worden overgebracht.
„Na een tiental dagen daar te zijn ver
pleegd, werd hij als genezen onslagen. Al
len die aan het Bureau Warmoesstraat
straatdienst verrichtten, verwachtten dat
bedoelde persoon nu spoedig als „verdach
te" zou worden gohoord. Noch hij, noch
eenig ander persoon, die dien nacht tot de
aanvallers van'den agent hadden behoord,
of tot aanvallers kon worden gerekend,
wprden gehoord. Waren zij onvindbaar?
M.i. niet. Een goed opmerker kon duide
lijk eenige wrevel bij het personeel be
speuren over den gang van zaken. Allen
verwachtten dat er tenminste iets zou ge
beuren in deze zaak. Er kwam tenslotte
ook beweging in.
Op 21 November werd n.l. een klacht in
gediend legenden agent. Een over
vloed van getuigen kwam opzetten te
gen.... den agent. Welke klacht werd er
ingediend? Op 7 October zou de agent zich
hebben schuldig gemaakt aanja waar
aan?
Op 7 October wist men het niet. Na dien
daturti werd er door een advocaat een ad
vertentie geplaatst in een der bladen; ge
tuigen kwamen opzetten, en tóén wist men
waaraan de agent zich had schuldig ge
maakt. Op 7 October was hel feit ge
schied, en op 21 November, dus 6 weken
later, wisten de aanvaller pas welke klacht
tegen den agent moest worden ingediend.
Tot op Maart 1929. Toen werd als ver
dachte door den Recht er-Commissaris ge
hoord deagent van politie".
Later werd den agent beteekend dat h>j
niet verder zou vervolgd gorden.
„En de aanvallers van den agent, dus
de aanvallers van het Wettig Gezag? Niet
tegenstaande de namen der aanvallers be
kend waren, werden zij niet eerder aange
houden dan nadat dc betrokken agent zelf
er steeds op aangedrongen had. Ben ik
goed ingelicht, dan zullen echter deze per-
s-onen niet worden vervolgd. Dit is ter be-
oordee'ling van de Justitie, en zullen daar
voor bepaald „Opportuniteitsredenen' aan
wezig zijn.
Maar dit staat volgens mijn meening
vast „de agent van politie" is gestraft",
want behalve dat men hem enkele tanden
uit zijn mond heeft geslagen, werd hij ge
durende enkele maanden als verdachte be
schouwd, en voor een flinke, plichtgetrou
we politie-ambtenaar is dat een zeer zwa
re straf.
Welke tragedie zal nu weer volgen aan
Bureau Warmoesstraat?"
Na de ontploffing te Nijmegen.
Het werk aau de „Splendor''
hervat; het personeel
zenuwachtig.
De werkzaamheden in de „Splendor"-fa-
brieken te Nijmegen, waar Maandagmorgen
een ontploffing is geweest, zijn hervat. De
schade is thans in zooverre hersteld, dat
alle afdeelingen weer functioneeren. Het
personeel is echter nog zeer zenuwachtig;
het springen van een vacuumlampje, dat in
een dergelijk bedrijf nogal eens voorkomt,
het verschuiven van een bank of ander ge
raas, is reeds voldoende om vooral het
vrouwelijk personeel in opwinding te bren-
gcn.
Toen bij het aansteken van het gasvuur
het personeel in een der bovenlokalen zich
nogal luidruchtig verwijderde, ontstond in
het daar beneden gelegen lokaal een kleine
paniek, vielen zelfs eenige meisjes in on
macht.
De directie deelde mede, dat uitgebreide
maatregelen voor de veiligheid van het
personeel zijn getroffen. Dit was vóór de
ontploffing ook reeds het. geval, maar ver
moedelijk is op onverklaarbare wijze in
een nieuwe gasleiding een lek ontstaan,
waardoor zich gas in de gang verzamelde,
dat door tot nu toe onbekende oorzaak tot
explosie is gekomen.
De toestand van de in hel Canisius zie
kenhuis verblijvende gewonden is alles
zins bevredigend. Het meisje Kurzmann,
dat het ergste werd gewond, is Donder
dag geopereerd. Ook haar toestand is thans
vooruitgaande.
De ondankbare
•Een „drama" aan het strand.
Tussohen drie uur en half vier heeft
zich Donderdagmiddag aan het strand bij
hot Noorder-Posthuis te Schoveningcn. een
redding uit zee afgespeeld, die voor dc ge
redde nog onaangename gevolgen had kun
nen hebben, ware hij niet door krachtigen
politiearm daarvoor beveiligd.
De kwestie was, dat strandbezockers
iemand in zee in nood zagen verkeoren:
een zwemmer, die bedenkelijke arm-
zwaaiingen maakte. Met een lijn gewapend,
togen do 20-jarige .Harloff, een Berlijnsche
jongeman, die aan het strand vertoefde en
drie agenten van politie zeewaarts om den
drenkeling op te vangen. Toen zij met
groote moeite daarin geslaagd waren, bleek
de betrokkene de 25-jarigo G. H. van L.,
uit de Dirk Hoogenraadstraat, nog ont
stemd, in plaats van dankbaar, dat men
hem, die toch heusoh zoo goed kon zwem
men, uit het water had gehaald.
Het publick toonde zich over dit optre
den van den geredden zwemlustige zoo ver
ontwaardigd, dat men hem te lijf wilde.
Gelijk in den aanvang reeds gezegd, moest
dc politie hem toen in bescherming nemen.
Vertraging D-trein naar Bazel.
Toen gisteravond de D-trein No. 108
AmsterdamBazel <e Venlo aankwam,
bleken de assen van het postrijtuig der
Ned. Spoorwegen heet geloopen te zijn;
zware rookwolken kwamen van onder den
wagen uit.
De in den trein dienstdoende Duitsche
ambtenaren droegen met behulp van het
stationspersoneel de ruim tweehonderd
zakken mailpost over raar een ander rij
tuig. Do bewuste postwagen werd uitgezet.
Het gevolg van oen en ander was, dat de
D-trein met vijftig minuten vertraging uit
Venlo vertrok.
FEUILLETON.
Hst diamanten
Halssnoer
3)
Bijna onmiddellijk gaat de deur van een
aangrenzend vertrek open en treedt een
jong meisje de tuinkamer binnen, 't Is El-
ly Abling, de gezelschapsjuffrouw der-
zieke. Reeds een vijftal jaren in haar te
genwoordige betrekking werkzaam, heeft
Elly de liefde en het vertrouwen harer
meesteres weten te winnen en wordt zij
door den dokter en mevrouw als kind des
huizes behandeld. En waarlijk, de heer en
mevrouw Dénant zouden zich over het be
zit van zulk een dochter niet beklagen.
Uit Elly's schoon gelaat straalt steeds
frischheid en levenslust. Heur sprekende
guitige oogen geven aan het blozend ge
zichtje een ongemeen geestige uitdrukking.
Een overvloedige, hoogblonde haardos orn
aat het schalksche kopje met een schat
van natuurlijke krullen en verhoogt er op
zeldzame wijze de bekoorlijkheid van.
Heur schoon e, slanke gestalte is gehuld in
een eenvoudig, doch elegant, wit japonne
tje, terwijl als eenig sieraad een fraaie,
rose roos haar boezem tooit.
„Och, Elly", zoo spreekt de zieke haar
vriendelijk aan, „zeudt ge even <le tuin
deuren open willen zetten Het ziet. er
huiten zoo zeldzaam heerlijk uit, dat mij
een onweerstaanbare lust bekruipt, om al
thans die kostelijke zomerlucht in te ade
men. Of zou de buitenlucht misschien nog
minder goed voor mij zijnwat denkt ge
er van, lief kind?"
„O, mevrouw, ik'geloof volstrekt niet,
dat het u zal hinderen als ik de deuren
openzet, integendeel, het zal n goed doen.
Het is daarbuiten zoo kostelijk, alsof het
nog volop zomer ware."
Dit zeggende, is zij met luchtigen tred
het vertrek doorgegaan, tot aan de tuin
deuren, die, in een seconde wijd geopend
de met rozenkeur doorbalsemde lucht la
ten binnenstroomen. Behaaglijk zet Elly
zich thans op een lage fauteuil naast het
ledikant neder en beschouwt met welgeval
len den weldadigen invloed, welken de zoe
le buitenlucht op de herstellende zieke uit
oefent.
't Is of de schittering van het gouden
zonlicht een zachte blos toovert op de
wasbleeke wangen der zieke, een blos,
die aan dat schoone gelaat een nog teeder-
der uitdrukking geeft.
Lieve mevrouwtje", zoo gaat thans
Elly voort, wat zal ik weer gelukkig zijn,
als u, geheel hersteld wederom kunt gaan
genieten van al het schoone, wat ons de
natuur hier aanbiedt. Het is zoo smarte
lijk, u te zien lijden, die reeds zoo
ruimschoots uw deel hebt gehad van 's le
vens bitterheid. O, hoe gaarne zou. ik dc
wreedste smarten verdragen, indien ik
daardoor van God de gunst kon bekomen,
den lijdenskelk van u weg te nemen!"
Deze woorden, getuigende van een zóó
groote, opofferende Hefde, welke haar
wordt toegedragen door een vreemde, ter
wijl heur eigen zoon op zoo schandelijk»
wijze in liefde jegens zijn moeder tekort
schiet, maken een diepen indruk op het
beproefde hart van mevrouw Dènant. Een
paar groote tranen parelen in heur oogen
en terwijl zij zich ten halve opricht, neemt
zij het blondgelokte hoofdje in de armen
en kust hel schuldelooze kind recht har
telijk.
„Elly, mijn kind", zoo herneemt zij, „o,
vraag toch den goeden God niet, te mo
gen lijden. Gij zijt jong en hebt nog niets
dan levnsvreugde gekend. Bid Hem veel
eer, dat Hij u tenminste in uw jeugd de
bitterheid des levens bespare; het lijden
komt zelfs op mijn leeftijd nog te vroeg.
Doch laten we ons niet met een zoo droe
vig onderwerp bezig houdenwees u zelf
en ga u wat vermeien in het lommer der
vruchtboomen. Welhaast ga ik met u naar
buiten, want ik gevoel, dat ik spoedig ge
heel hersteld zal zijn."
Na eenige oogenblikken is de lieflijke
gestalte van het jonge meisje tusschen
het gelend loover der boomen verdwenen
en mevrouw Dénant, die haar met welge
vallen heeft nageoogd, glimlacht over zoo
veel onschuld en liefde.
Plotseling verschijnt om den hoek van
het huis een jonge man, die. na een oogen
blik van aarzeling, in zenuwachtige haast
het vertrek binnentreedt en zich voor het
ledikant der zieke op de knieën werpt,
terwijl hij het gelaat met beide- handen be
dekt.
Het is, alsof een onverwachte bliksem
slag de arme moeder treft. Een smarte
lijke kreet ontsnapt haar borst en onwil
lekeurig heur bleeke banden uitstrekkend
brengt zij met moeite uit: „Is 't mogelijk?
Zijt gij het, Fernand V'
Nog houdt de jongeling zijn gelaat be
dekt, als vreesde hij, zijn moeder aan te
zien en antwoordt schier onhoorbaar: „Ja,
mama, ik ben het, ik ongelukkige! Ik weet
het, ik beu uwer niet meer waardig; ik
heb uw liefde versmaad en u, door aan
mijn noodlottige hartstocht toe te geven,
grievend leed veroorzaakt. Ik durf dan ook
niet meer tot u komen als uw zoon, die een
beroep doet op uw moederlijke liefde, ik
kom slechts alS een ongelukkige, als een
wanhopige, die uw medelijden inroept, om
hem de grootste schande te besparen. Lees
slechts deze weinige regelen en het zal u
duidelijk zijn, hoe zeker ik in de diepste
elelnde zal geraken, indien u mij niet tc
hulp komt."
Werktuigelijk neemt mevrouw Dénant
het papier aan, hetwelk Fernand haar bij
deze woorden voorhoudt en leest daarop
met moeite:
Antwerpen, September 18..
Mijnheer.
Nog geef ik u drie dagen tijd, om de inij
verschuldigde 30.000 francs te voldoen, op
welks betaling ik sedert een week recht
heb. Voldoet gc niet aan uw verplichting,
dan zal ik de justitie waarschuwen.
JEAN GIBIER.
Den Heer
Fernand Dénant.
Het is de zieke te moede, alsof zich on
der haar een bodemlooze afgrond opent,
waarin zij met duizelingwekkende snelheid
terneder stort en er verloopen verschei
dene seconden, eer zij heur verwarde ge
dachten weder meester is. Zij overlegt dan
wat haar te doen staat. Zal zij haar echt
genoot gehoorzamen en heur zoon, zonder
hulp zijn ongeluk tegemoet zenden? Zij
kent zijn onstuimige natuur; zij weet, dat
de wanhoop hem tol de verschrikkelijkste
daden zal kunnen voeren, tot diefstal, ja,
tot zelfmoord misschien en daarmede zo-i
ook haar cenigste wensch, dat hij eens
den heilioozen weg zal verlaten, in rook
opgaan. Dan spreekt dc moederliefde, die
liefde, welke zelfs het mees! verdorven
kind kan omvatten, en zij besluit haar zoon
te redden, zonder tegenspraak, zonder ver
wijt, zonder vermaning zelfs. Zou haar
edelmoedigheid hem niet zóó diep treffen,
dat het hem voortaan onmogelijk zal zijn,
haar nieuwe smarten tc doen lijden
Mevrouw Dénant richt zich ten haflvo-
op en beduidt Fernand op te staan en
haar een ochtendjapon aan te geven, die
op een stoel in de nabijheid ligt. Uit den
zak van dit kleedingstuk haalt zij een sleu
tel te voorschijn, welken zij hem overhan
digt met de woorden„Ziedaar Open mot
dezen sleutel de brandkast in de huiska
mer. Ge vindt daarin een grijze portefeuil
le. Neem hieruit het bcnoodigdo bedrag
en sluit de kast zorgvuldig weder, waar
na ge mij den sleutel terugbrengt."
Binnen weinige minuten is Fernand te
rug. Hij wil zijn moeder om den hals val
len en haar woorden van dank toefluiste
ren, doch hij kan heur strengen blik niet
verdragen en deinst terug. Zij neemt den
sleutel van hem aan, bergt dezen weder op
zijn vroegere plaats en beduidt heur zoon,
de japon weder op zijn vroegere plaats te
leggen. Dan gebiedt zij Fernand heen te
gaan, zonder hem zelfs toe te staan, haar
de hand te drukken.
(Wordt vervolgd).
