DE AFGELOOPEN WEEK SN HET BUITENLAND RECHTZAKEN De Straüdroovers al VIERDE BLAD. DE LE1DSCHE COURANT. ZATERDAG 15 JUNI 1929 tig, Operette. Het klonk als. een klucht, als een operette-achtige klucht, waarin romantische bandieten bravour- stukjes uithalen, maar het was in werke* lijkheid een klucht, waarbij je zelf degene bent, om wien gelachen wordt, en dat is minder prettig. Het werd Maandag hier te lande be kend, het eerst uit New York, dat Vene- lolaansche bandieten Willemstad hadden overvallen, de gouvernementsgebouwen hadden bezet, den gouverneur en den com mandant hadden gevangen genomen en met munitie als buit in een gekaapt schip triomfantelijk waren teruggekeerd naar Venezuela. De gouverneur en de comman dant mitsgaders liet gekaapte schip wer den na behouden overtocht weer tcrugge- luurd en hebben verder van hun onvrij willig zeereisje geen nadeelige gevolgen on dervonden. Maar erger is, dat bij dén raid ook enkele slachtoffers zijn gevallen er. dat voorts gebleken is, hoe gemakkelijk bet voor een handjevol doortastende en bru tale kerels is, om een stuk Nederlandsch grondgebied te overmeesteren en hoe zor geloos de levens en goederen van Neder land sche onderdanen onbeschermd gelaten zijn in de nabijheid van een zoo rumoerig revolutie-land als Venezuela. Wij hebben er nu in allerijl een paar oorlogsbodems naar toe gezonden, maar voordat deze in de Curasao sche wateren arriveeren, is het geheele voorval alweer haast vergeten. Ze kunnen evenwel dienst doen om even tueel© eischen aan de Venezolaanscho re geering kracht bij te zetten de minister heeft immers verklaard, dat hij ..heb er niet bij zou laten zitten", maar wat er eigenlijk geëischt kan worden van Vene zuela is nog niet recht duidelijk en verder kunnen zij dienst doen om indruk te maken als de bandieten soms van plan mochten zijn om het bezoek nog eens te herhalen. ïntusscben vernemen wij, dat er tus schen Venezuela en Nederland nota's zijn litgewisseld,. waarin over weinig anders gesproken wordt dan over betuigingen van leedwezen. Degene, die een cisch stelt, is nog de Venezolaanscho regeering, die een onderzoek van dc Nederlandsche autori teiten vraagt. Heb mankeert er nog maar" lan dat wij ons leedwezen er over uitspre- :en, dat wij de heer en bandieten niet be ter hebben ontvangen ©n beterschap beloo- ven bij een eventueel nader bezoek. De bladen hebben van dezen overval ten minste dit voordeel gehad, dat er gedu rende ecnigc dagen interessante copic uit •ehaald. is. arm en ver. Zoo heel dik zitten wij overigens niet in ons buitcnlandsch nieuws van de week. De Volbenbondsraad is te Madrid samen gekomen. waar 't in dit jaargetijde smoor- heet is. Deze ongelukkige plaats hebben zij evenwel gekozen, omdat Spanje er op aan drong, misschien omdat bet wat. leven en beweging in het land wilde hebben en dc ndacht wilde trekken op de wereldten toonstelling te Barcelona, Ongelukkiger wijze trekt dc bijeenkomst van den Raad geenszins dc aandacht, on danks het gul onthaal en de pracht, waar mede Primo de Rivera de gedelegeerden heeft verwelkomd. De zitting van den raad is n.l. minder belangrijk dan zij ooit geweest is, door de afwezigheid van' een leidende persoonlijk heid uit Engeland. In verband met de re- geeringswisseling en het opnieuw instellen INGEZONDEN MEDEDEEUNG van de buitenlandsche politiek, weet men nog niet precies waar men aan toe is, zoo dat zelfs de niet op de agenda slaande be sprekingen tusschen de staatslieden onder ling anders het belangrijkste van zulke raadszittingen niet van zooveel impor tantie kunnen zijn. Wel hebben Briand en Stresemann samen geconfereerd, maar over het bereiken van min of meer tastbare resultaten is niets vernomen. Het eenigo belangrijke agenda-punt was de kwestie der minderheden. Na den oorlog zij n.l. nieuwe staten'ge vormd en andere aanzienlijk* vergroot, waardoor groote brokken van vreemde na tionaliteit in ander staatsverband zijn overgebracht. Deze „vreemden" in een nieuwen staat vormen de z.g. nationale „minderheden". Zoo vormen de Duitsohers bijv. een belangrijke minderheid in Polen. Nu spreekt het vanzelf, dat wrijvingen niet kunnen uitblijven en men heeft dat ook voorzien en getracht er in te voorzien. Maar desalniettemin regende het klachten bij den Volkenbond, waarvan echter weinig terecht kwam. Een commissie van drie heeft toen onlangs dc opdracht gekregen om een betere procedure te ontwerpen voor minderheden-klachten. Deze com missie heeft thans rapport uitgebracht bij den Volkenböndsraad, doch men kan moei lijk zeggen, dat zij het vraagstuk heeft opgelost. Zij zijn uiterst bezorgd geweest om eenigen inbreuk te maken op de souve- reiniteit van de staten, aan welke in 1919 de minderheidsverdragen werden opgelegd en schrokken terug voor elke gedachte om den Volkenbond een ook waarlijk beslis send ingrijpen mogelijk te maken. Men wil hét middel om aan de grieven der minderheden tegemoet te komen vrij wel uitsluitend zoeken in een grootere pu bliciteit en een door uitbreiding van dc met de behandeling van minderhcidsklach- ten bolastc raadscommissie verkregen min der eenzijdige beschouwing dier grieven, maar verantwoordelijkheid wil men voor den Volkenbond niet aanvaarden. Zoodoende was het rapport heelemaai niet naar den zin van Stresemann we gels de vele Duitschers, die in de nabuur landen tot de minderheden bchooren en hij heeft zijn bezwaren daartegen kenbaar gemaakt, doch omdat hij alleen toch niet tegen do bierkaai kan vechten, heeft hij er zich maar bij neergelegd. Een vredes wind j e? In Venezuela revolutie en een overval op Curasao; in Marokko nieuwe gevechten met do Fran- .sc-hen in Pcrzië een opstand tegen Rhiza Khaneen.nieuwe opstand -dor- Koerden in Turkije; nog steeds twist om dc madht in Afghanistan gespannen verhouding tus schen Rusland en China allemaal twist en -tweedracht en in den Volkenbondsraad wil het fliet recht vlotten van wege dc hit te ha, dan doet het goed als er uit En geland een vredeswindje komt strijken langs de verhitte wereld. Want Mac Donald zit vol vredelievende plannen. Mij wil o.a. persoonlijk naar Ame rika gaan om met Hoover in persoonlijk contact de grondslagen, te leggen voor een nieuwe vloótovereenkomst. Hoover heeft zich met dat plan zeer ingenomen betoond en dat gevoegd bij de reeds vroeger door Gigson geuite bereidwilligheid om een soe peler houding aan te nemen, doet ons hart van blijde verwachting kloppen. Dc ondervinding heeft ons evenwel ge leerd, dat- dergelijke hoopvolle hartklop pingen nog wel eens op een teleurstelling uitloopen, speciaal de ontwapeningskwestic zit vol angels cn klemmen. In elk geval kan de wereld in het alge meen slechts gebaat 'zijn bij het totstand- brengen van een nieuwe warme verstand houding tusschen dc twee groote Angel saksische landen, merkt- dc ..N. R. Crt." op. Een nauwe samenwerking usschcn deze twee moet een onderpand voor den we reldvrede vormen en in de leemte voorzien, die het gevolg van Amerika's afzijdigheid van den Volkenbond is. Begint zij op ma ritiem gebied, dan kan zij later ook op an der terrein vruchten dragen, want Europa heeft Amerika's medewerking nog voor an dere dingen' noodig. Dc beteekenis van dc pas getroffen regeling van het herstel- vraagstuk is immers dat te Parijs voor goed het verband tusschen dc oorlogsschul den aan Amerika cn de herstelverplichtir.- gen van Duitschland is erkend en dat elk kwijtscheldend gebaar van Amerika ook dc financieele spanning voor Duitschland zou verlichten, wat weer politieke ontspanning voor Europa ten gevolge zou hebben. Afpersing en mishandeling van een landbouwer te Hillegom. Voor de Haarleinscke Rechtbank stond terecht de 43-jarigo koopman. C. dc V. te Haarlem, die in 1925 !H. Albers heeft ge dwongen tot afgifte van-een gouden horloge met ketting en tot hot aangaan van een schuld van 4000, althans 400, door Al bers, die voor hem gevlucht was, geweld dadig vast te grijpen cn hem met geweld een klap op het oog te geven, onder het uilen van dc bedreiging: „wil je nu beta len of niet", waarop Albers had geantwoord: „Ik heb geen geld, neem dit horloge dan maar" en dc schuldbekentenis van 1000, althans ƒ400, onderteekcndc. Allereerst wordt geboord getuige H. Al bers, die de toedracht der zaak nogmaals vertelt. Hij bad in 1925 een boerderij, die hij wenschte te verkoopen. Een zekere B. deed zicli daarbij voor als tusschenpersoon en toen de boerderij eenmaal verkocht was, kwam B. bij hem, om zijn provisie te ha len. Albers stond echter op het punt fail liet te gaan, zoodat hij niets in huis had. Verdachte Dc V. kreeg geld van B. en daar om ging deze op een goeden dag op bezoek om liem te sommeeren het geld te betalen. Zóó was do tragedie begonnen, die ein digde met een volledige overgave van Al bers, die zich in een café liet sleepen, om de schuldbekentenis tc teekenen, zich een buil op het hoofd liet slaan en op een ge geven oogenblik een revolver op zich zag gericht, als hij zijn gouden horloge niet wil de afgeven. Het eigenaardige is, dat Albers daarop met De V. naar diens huis is gegaan met nog twee andere mannen, om daar Jn kopje koffie tc drinken. Pres.: Dat begrijp ik niet goed, wie gaat nu met zijn belagers mee naar buis Get.: Ik moest wel, want ik zat onder Ook is het slachtoffer mee naar den no taris gegaan om de schuldbekentenis af tc geven. Getuige is later failliet gegaan en G. de V. lieeft in liet faillissement gedeeld met zijn vordering van 4000. Verdachte zegt, dat de heelo geschiede nis zich in twee dagen heeft afgespeeld en ontkent voorts-geslagen of-gestompt te heb ben. Getuige. Albèrtr zegt, dat verdachte staat te liegen, dc acte is wel degelijk den zelfden dag geteekend. Vervolgens wordt gehoord mej. I. I., die Albers op den bewusten Zaterdagmiddag angstig op den weg beeft zien hollen. Zij riep hem aan en hij vertelde toen, dat De INGEZONDEN MEDEDEELING. DEN HAAG Alléén Hofweg 6 ROTTERDAM Hoogstr. hoek Spui V. hem achterna zat. Hij wilde toen zijn geld daar deponccren, doch mej. I. had hot daar niets op. Zondag daarop is zc bij Albers gaan lioo- ren, hoe liet geval was afgcloopen, bij was bont en blauw. Dcnzelfden dag sprak ze verdachte, die haar liet gouden horloge liet zien. Even dacht zo er toen aan, dat het Albers zijn horloge wel eens kon zijn. Ze ge tui f verder, dat Albers op dien bewus ten Zaterdag niet dronken was. Get. J. B. is de zoogenaamde tusschen- persoon bij den verkoop van de boerderij. Hij liccft alles meegemaakt en kan zich al les herinneren behalve dc strafbare feiten. Van mishandeling en afpersing heeft hij niets gemerkt, dat is volgens getuige ver zinsel. Getuige wordt er cn door den offi cier èn door den president herhaalde ma len op betrapt, dat zijn verklaringen niet kloppen. In liet nauw gedreven merkt ln'j op, dat hij geopereerd is geworden en dan zeker zijn geheugen voor een gedeelte is kwijt geraakt. Albers, was volgens getuigo in den tijd, dat hij geld had, altijd dron ken, ook op dien Zaterdag. Dan wordt gehoord de zoon van getuige B. Dc president vraagt hem of hij nu de waarheid eens kan zeggen, omdat hij tot nu toe weinig waars heeft gehoord. Deze getuige vertelt, dat hij gezien heeft, dat Albers heel kalm aan Dc V. zijn hor loge gaf als onderpand voor zijn schuld. Hij hoorde het woord „pand" gebruiken. Van bedreiging of iets dergelijks heeft hij niets gehoord. Getuige N. T., caféhouder te Hillegom, erkent Albers, getuige B. en den verdach te op den bewusten Zaterdag in zijn café te hebben gehad. Het was, alsof heb een vriendschappelijke samenkomst was. Dc verdachte vroeg pen en inkt cn schreef, wat weet getuigo niet. Zo zijn na een half uur weggegaan. B. was er voortdurend bij ge weest. Ook in deze zaak komt S. uit dc Haar lemmermeer als getuigo voor het hekje. In 1925 kwam getuige eiken dag bij den ver dachte en was cr ook op den middag, dat hij Albers achterna had gezeten. Dat dc schuldbekentenis van 400 veranderd moest worden, had hij ook gehoord, maar bij wist niet of dit al dan niet gebeurd was. Het woord is dan aan den substituut^offi- cier van justitie, mr. A. R. Andringa. Spr. acht dc afpersing bewezen, wat bet gouden horloge betreft, niet wat de schuldbekente nis aangaat. Dc mishandeling staat volgens liet O.M. ook vast in hot bijzonder door het getuigenverhoor. Spr. vraagt een gevange nisstraf van. 6 maanden. Dc verdediger, mr. dr. A. F. H. Schreurs acht de feiten geenszins bewezen en ge looft niet, dat de rechtbank tot veroordcc- liug zal kunnen overgaan. Uitspraak Donderdag a.s. „N. H. Crt." Om 650 gulden. Donderdagmorgen werd voor de Haar- lcmsobe rechtbank behandeld dc zaak te. gen den 26-jarigen koopman A. S„ die mo mentcel ïn dc strafgevangenis tc Haarlem vertoeft en den 43-jarigen koopman O. do V. te Haarlem, thans gedetineerd. Zij zou den in den avond van 4 December 1927 met een valschen sleutel 't perceel Bakencsscr- grackt 29 zijn binnengedrongen en uit een buffet, dat zij forceerden, 650 ontvreemd hebben. Ook een linnenkast werd openge broken, doch daaruit werd niets vermist. De substituut-officier van justitie, Mr. A. R. Andringa eischic tegen S. een gevange nisstraf van negen maanden, met het oog op de straf, die hij in verband met dc roof- oVbrval te L i s s c reeds moet ondergaan cn zijn eerlijk bekennen. Tegen do Y„ do promotor van het zaak je, cischto de officier twee en een half jaar gevangenisstraf. Kerkdiefstal. J. M. v. K. uit Tilburg, was op 17 Mei j.l. tc Hclvoirt de kerk binnengegaan en ont vreemdde er een bedrag van ruim 100, dat daar in eenigc kistjes werd bewaard. Yerd. werd nog in het bezat van het geld aangehouden in dc Tolbrugstraat to Den Bosch. Hij bekende den diefstal. Dc eisch luidde één jaar gevangenisstraf. Uitspraak 27 Juni. JE STRAFZAAK TEGEN SALOMON LIEBERMANM. Gisteren werd dc "behandeling van het proces Salomon Licbermann dour dc Am- sterdamschc rechtbank voortgezet. Dc be langstelling van het publiek schijnt, gezien het vrij groote aantal toehoorders op de tribune, zeer tocncmendo te zijn. Het ein de is in het zicht. Dc eerste getuige is mr M. I. N. Spaar garen, dio eenigen tijd is opgetreden als dc raadsman van Liebcrmann. Dc president: Wij zullen thans niet meer spreken over uwe vroegere bemoeiin gen tijdens de onderhandelingen met Sc- deyn. U bent tegenwoordig geweest bij dc onderhandelingen die gevoerd zijn tusschen Liebcrmann en Paardcnkoopcr? De getuige: Dat is juist. Dc president: U kende dus ook dc over eenkomst die getroffen is. Dc getuige: Precies wist ik 't niet. Ik heb dc onderhandelingen niet bijgewoond als raadsman van een der partijen. De president: Zoo, van wie hebt u dan uw honorarium ontvangen? Dc getuige: Van Licbermann. Dc president: Nu, en vondt u dat de transactie in orde was. Dc getuige: Achteraf bezien is 't mis schien niet verstandig van me geweest.' Maar destijds heb ik het grootste vertrou wen gesteld in Paardcnkoopcr. Dc president: Waarop was dat vertrou wen dan gebaseerd? Dc getuige: Paardcnkoopcr deed groote zaken. Dc president: Zoo, wist u dat Paardcn koopcr destijds surseance va-n betaling had gevraagd. De getuige: Dat wist ik! Dc president: En dat Licbermann hem geld heeft gegeven om uit deze surseance 'te komen Do' getuige: Ik wist, dat Licbermann hem steun had beloofd. Dc president: En u meende, dat iemand, die steun noodig had, vijf millioen zou kun nen fourneeren? Dc getuige: Ja, Paardcnkoopcr had uit gebreide relatiesdie zeker wel het be- noodigde geld zouden kunnen bijeenbren gen? Dc president: Maar die relaties deden dat toch niet om niet. Zi.i zouden daar voor toch wel een vergoeding hebben ver langd. Dc getuige: Ik had toen zcor sterk den indruk, dat Paardcnkoopcr zijn verplich tingen zou kunnen nakomen. Dc groote transacties die hij tot stand kon brengen zouden hem daartoe zeker in staat stellen. Dc president: O ja, het was immers het plan, dat hij kasteden zou koopen voor een beetje geld, om die dan weer met grooto winsten te verkoopen. Dat was toch allemaal nog maar toekomstmuziek. De getuige: Paardcnkoopcr had toch al een zoodanige transactie op het oog. Dc president: Ja, het kasteel tc Wiesba den van. do Russisobc gravin in Parijs. A!s ik me niet vergis, is Paardcnkooper met anderhalf millioen aan pandbrieven naar Parijs gegaan om die als onderpand tc ge ven. Dc getuige antwoordt toestemmend. De president: Hebt u cr niet aan ge dacht dat hierdoor de koers van de pand brieven nog meer gedrukt zou worden ^De getuige: Neen, zc werden immers niet op dc markt gebracht, maar bij een particulier in bewaring geven. Dc president: Wat ik niet goed begrijp, is dat in de voor deze transactie gemaakte overeenkomst alleen bepaald wordt, dat de winst, die betaald zou worden, Liebcrmann ten goede zou komen. Dc getuige: Staat dat er ml Dc president: Ja, blijkbaar heeft u Lie bcrmann en de Veemlammer vereenzel vigd. Dc getuige: Liebcrmann had bijna alle macht in handen, zoowel in dc Disconto- bank als in dc Yecndammer. De president: Maar u zult toch moeten toegeven, dat dc belangen van dc Veen- dammer toch nog wcH cenigszins verschil den van die van Liebcrmann. De getuige weet weinig tot zijn verde diging aan-tc voeren. De verdediger mr. H. Giltya Veth: Weet de getuige ook of de plannen van Liebcr mann ernst waren De getuige: Ongetwijfeld. Het plan FEUILLETON. Vrij bewerkt naar een oud Duitsch verhaal door P. G. HOGKS. (Nadruk verboden;. Dat is jammer, erg jammer. In uniform ben je op duizend pas te herkennen. En heb jc niets anders voor me om aan te trekken V' ..Niets anders dan een oliejas en een zuidwester, zooals de schippers dien dra gen bij regen en wind." „Voortreffelijk!" riep Frank verheueó. ..Zooiels licb ik juist noödicLaat mc maar eens kijken, sergeant 1 u nci me wallen leenen?" ..Heel graag. Had ik dat maar kunnen vermoedenIk dacht eerst, dat u een gc- kleede jas, hoogen ho.ed en handschoenen noodig had." „Onzinlachte Frank. „Wat zou ik daarmee hebben moeten uitvoeren? Als u mc een pleizier wilt doen, haal 't boeltje dan maar gauw." Meyers ging even weg en kwam dadelijk mcl de jas en den zuidwester terug. ..In orde. sergeant. Leg het daar alstu blieft maar neer. En nu zal ik u eens ver- lellen, wat ik van plan ben. Ik. ga eerst een uur of wat slapen, want ik kan niet zeggen, of ik voor den nacht terug zal zijn. Zoodra de booten op zee zijn cn 't donker begint te worden, moet u me wek ken. Daar dan in 't dorp zoowat alle man nen afwezig zijn, wil ik eens" probecren, of ik, geholpen door de duisternis, niet een beetje meer over die smokkelarij te weten kan komen. Voor alles moet ik eerst weer naar de herberg van dien John Raffles." „Neem me niet kwalijk, luitenant, maar het is onmogelijk, dat u dat ongemerkt zult kunnen doen. U zult zeer zeker wel iemand op uw weg ontmoeten." „Kan ik geen Anderen weg nemen." „Neen,- er is maar één wgg en dat is het pad door het bosch." „Dan ga ik niet langs 't pad, maar een eind verder het bosch door." ..Dat is heelemaai onmogelijk." Frank werd een beetje ongeduldig. „Waarom?" vroeg hij. „U maakt- me do! met al uw bedenkingen." „Neem me niet kwalijk, luitenant, maar ik achtte het mijn plicht u op de gevaren van zoo'n onderneming opmerkzaam tc maken",antwoordde Mcyei's ietwat ge krenkt." „Al goed. béste vrind. Dat stel ik inder daad op prijs. Maar wat wilde u zeggen?" „Wel. dat voor 't bosch een moeras ligt en dat één misstap in de duisternis u het leven zou kosten. Ik kan me ten minste niet voorstellen, dat u in den 'donker den weg zult kunnen vinden." „Vanmorgen ben ik er al heen geweest. Er ligt een breede dam door *'t moeras cn ik zal wel goed uit mijn oogen kijken, dat ik dien niet mis. En nu wil ik T liefst er niets meer van hooren, sergeant, hoe goed u 't ook meent. Dc zaak is afgehan deld en ik ben vast besloten vanavond den tocht te ondernemen." Meyerg ging naar de deur. maar alvo rens bet vertrek tc verlaten, keerde hij zich nog even om en zei: „Ik wil er u nog aan herinneren, luitnant, dat mijn voor ganger, sergeant Butler, zoo'n zelfden tocht heeft ondernomen cn nooit meer terugge keerd is." „Wel Meyers, daarom heeft de regeering mij hierheen gezonden om te kijken, of ik 't er beter afbreng dan hij. Op tijd roepen, hoor! Vergeet het niet!" Frank legde zich nu geheel gekleed op ?ijn bed en een minuut, of wat daarna be wees zijn rustige ademhaling, dat hij vast in slaap was. De booten kozen onderwijl dc een na dc ander zee cn dc laatste vertrok pas, toen dc zon bijna onderging. Meyers wachtte nog een half uur en begaf zich toen naar boven om Frank te wekken, hetgeen hem niet veel moeite kostte. Frank overtuigde zich eerst, of de boo ten vertrokken waren en of het strand leeg was en trok toen dc oliejas over zijn uni form en zette den zuidwester op. „Nou zullen zc mc toch niet herken nen?" vroeg hij aan Meyers. Meyers haalde dc schouders op. Hei plan stond hem niets aan. Frank kon niet nalate^ over zijn be zorgdheid te lachen, want- hij vertrouwde op zijn scherpzinnigheid en vooral op zijn kolossale lichaamskracht. ..Misschien houdt u mc wel voor wat lichtzinnig, sergeant", /.ei hij. ..maar oui u genoegen te doen. zal ik dit dingetje ook nog maar bij me steken". Dit zeggende ging hij naar zijn kof fertje en haalde er een revolver uit, die hij laadde en in zijn zak stak. „U waagt veel luitenant". „Ik dien een rechtvaardige zaak cn ver trouw daarom ook op hulp van Boven. Tot weerziens, sergeant cn houd ook maar een oogje in 't zeil, want het zou best kun nen, dat het smokkelschip hier niet ver vandaan is". Met deze woorden verliet hij 't station. Hij nam evenwel niet- den gewonen weg. maar daalde voetje voor voetje aan den anderen kant van 't station naar beneden, totdat hij wadend door het mulle zand dc duinen bereikte. Op handen cn voeten klom hij er overheen en kwam toen weer op vlakken grond terecht. Nu werd het oppas sen, want hij bevond zich niet ver van den strook moerasgrond. Daar stond hij er vlak voor. Hij voelde het aan het inzinken van zijn voet in den bodem. Langzaam cn o zoo voorzichtig liep hij 'er langs met den voet tastend, of hij nog niet aan den dam was. Niet dan nadat hij een paar malen tot over zijn enkels in den drassigen grond was gezakt, bereikte hij hein en hij dankte God, dat hij zoover was, want de tocht, waarvan hij nu, na hom volbracht tc heb ben, ten volle het gevaar besefte, scheen hem uren geduurd te hebben. In het bosch gekomen drong hij een vijftigtal schreden tusschen het hout door en vervolgde zijn weg evenwijdig met he. voetpad. Dit ging met groote. moeilijkheden gepaard, maar toch liep hij, zoo vlug als dc duisternis en de dicht bij elkaar staande boomen liet toelieten, in dc richting van dc herberg, die hij na een goed uur bereikte. In dc gelagkamer verlichtte dc groote lamp boven de tafel hot heolc vertrek. Moeder Gritty zat op haar gewone plaats, bij den haard tc breien en bromde daar bij met haar versleten grove stem een oud liedje. Op haar gerimpeld gezicht lag een opgeruimde trek, die vooral zichtbaar werd', als ze. even ophield met. breien, de kous op haar knie glad streek cn daarbij mompelde: ..Die is weer voor Dan .voor mijn besten Dan dien lieven jongen Bill zat in een hoek van de kamer. Hij had zóó'n opstopper tegen zijn neus ge kregen, dat hij niet toonbaar was. Zijn ge zicht was opgezwollen en van zijn oogen was bijna niets 4c zien. Zoo nu en dan liet hij oen dof gekreun hooren en oin zijn pijn tc verlichten, maakte hij zijn- gezicht cn voorhoofd telkens nat met een doek. dien hij vochtig maakte in een teilije wa ter, dat naast hem stond. Zijn hoofd hors- de cn als hij opstond oni een paar stapper tc loopen, voelde hij zich duizelig en wag. .gelde hij als een dronken man. John Raffles had bij zijn thuiskomst da delijk, moeten hooren, wat Bill overkomen was cn inwendig had hij or pleizier" in: go- had, dat dc officier den laffen ou-riYer zoo geducht toegetakeld had. Allrvn t v: het hem, dat het nu juist <1 ie officier had moeten wezen, een vijand van hem. die hem dat gelapt had. Het moest een echte mannetjesputter zijn. want ander# wnio het hem onmogelijk geweest Bill met éércn slag voor de wereld tc slaan. Zc mochten dien snuiter wal in de gaten houden, wart die kon hen den een of anderen dag wel eens een leclijke loer draaien. (Wordt vervolgd/

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 13