DE AFGELOOPEN WEEK SN HET
BUITENLAND
RECHTZAKEN
De Straüdroovers
al VIERDE BLAD.
DE LE1DSCHE COURANT.
ZATERDAG 15 JUNI 1929
tig,
Operette. Het klonk als. een
klucht, als een operette-achtige klucht,
waarin romantische bandieten bravour-
stukjes uithalen, maar het was in werke*
lijkheid een klucht, waarbij je zelf degene
bent, om wien gelachen wordt, en dat is
minder prettig.
Het werd Maandag hier te lande be
kend, het eerst uit New York, dat Vene-
lolaansche bandieten Willemstad hadden
overvallen, de gouvernementsgebouwen
hadden bezet, den gouverneur en den com
mandant hadden gevangen genomen en
met munitie als buit in een gekaapt schip
triomfantelijk waren teruggekeerd naar
Venezuela. De gouverneur en de comman
dant mitsgaders liet gekaapte schip wer
den na behouden overtocht weer tcrugge-
luurd en hebben verder van hun onvrij
willig zeereisje geen nadeelige gevolgen on
dervonden. Maar erger is, dat bij dén raid
ook enkele slachtoffers zijn gevallen er. dat
voorts gebleken is, hoe gemakkelijk bet
voor een handjevol doortastende en bru
tale kerels is, om een stuk Nederlandsch
grondgebied te overmeesteren en hoe zor
geloos de levens en goederen van Neder
land sche onderdanen onbeschermd gelaten
zijn in de nabijheid van een zoo rumoerig
revolutie-land als Venezuela.
Wij hebben er nu in allerijl een paar
oorlogsbodems naar toe gezonden, maar
voordat deze in de Curasao sche wateren
arriveeren, is het geheele voorval alweer
haast vergeten.
Ze kunnen evenwel dienst doen om even
tueel© eischen aan de Venezolaanscho re
geering kracht bij te zetten de minister
heeft immers verklaard, dat hij ..heb er
niet bij zou laten zitten", maar wat er
eigenlijk geëischt kan worden van Vene
zuela is nog niet recht duidelijk en
verder kunnen zij dienst doen om indruk te
maken als de bandieten soms van plan
mochten zijn om het bezoek nog eens te
herhalen.
ïntusscben vernemen wij, dat er tus
schen Venezuela en Nederland nota's zijn
litgewisseld,. waarin over weinig anders
gesproken wordt dan over betuigingen van
leedwezen. Degene, die een cisch stelt, is
nog de Venezolaanscho regeering, die een
onderzoek van dc Nederlandsche autori
teiten vraagt. Heb mankeert er nog maar"
lan dat wij ons leedwezen er over uitspre-
:en, dat wij de heer en bandieten niet be
ter hebben ontvangen ©n beterschap beloo-
ven bij een eventueel nader bezoek.
De bladen hebben van dezen overval ten
minste dit voordeel gehad, dat er gedu
rende ecnigc dagen interessante copic uit
•ehaald. is.
arm en ver. Zoo heel dik zitten
wij overigens niet in ons buitcnlandsch
nieuws van de week.
De Volbenbondsraad is te Madrid samen
gekomen. waar 't in dit jaargetijde smoor-
heet is. Deze ongelukkige plaats hebben zij
evenwel gekozen, omdat Spanje er op aan
drong, misschien omdat bet wat. leven en
beweging in het land wilde hebben en dc
ndacht wilde trekken op de wereldten
toonstelling te Barcelona,
Ongelukkiger wijze trekt dc bijeenkomst
van den Raad geenszins dc aandacht, on
danks het gul onthaal en de pracht, waar
mede Primo de Rivera de gedelegeerden
heeft verwelkomd.
De zitting van den raad is n.l. minder
belangrijk dan zij ooit geweest is, door de
afwezigheid van' een leidende persoonlijk
heid uit Engeland. In verband met de re-
geeringswisseling en het opnieuw instellen
INGEZONDEN MEDEDEEUNG
van de buitenlandsche politiek, weet men
nog niet precies waar men aan toe is, zoo
dat zelfs de niet op de agenda slaande be
sprekingen tusschen de staatslieden onder
ling anders het belangrijkste van zulke
raadszittingen niet van zooveel impor
tantie kunnen zijn.
Wel hebben Briand en Stresemann samen
geconfereerd, maar over het bereiken van
min of meer tastbare resultaten is niets
vernomen.
Het eenigo belangrijke agenda-punt was
de kwestie der minderheden.
Na den oorlog zij n.l. nieuwe staten'ge
vormd en andere aanzienlijk* vergroot,
waardoor groote brokken van vreemde na
tionaliteit in ander staatsverband zijn
overgebracht. Deze „vreemden" in een
nieuwen staat vormen de z.g. nationale
„minderheden". Zoo vormen de Duitsohers
bijv. een belangrijke minderheid in Polen.
Nu spreekt het vanzelf, dat wrijvingen
niet kunnen uitblijven en men heeft dat
ook voorzien en getracht er in te voorzien.
Maar desalniettemin regende het klachten
bij den Volkenbond, waarvan echter weinig
terecht kwam. Een commissie van drie
heeft toen onlangs dc opdracht gekregen
om een betere procedure te ontwerpen
voor minderheden-klachten. Deze com
missie heeft thans rapport uitgebracht bij
den Volkenböndsraad, doch men kan moei
lijk zeggen, dat zij het vraagstuk heeft
opgelost. Zij zijn uiterst bezorgd geweest
om eenigen inbreuk te maken op de souve-
reiniteit van de staten, aan welke in 1919
de minderheidsverdragen werden opgelegd
en schrokken terug voor elke gedachte om
den Volkenbond een ook waarlijk beslis
send ingrijpen mogelijk te maken.
Men wil hét middel om aan de grieven
der minderheden tegemoet te komen vrij
wel uitsluitend zoeken in een grootere pu
bliciteit en een door uitbreiding van dc
met de behandeling van minderhcidsklach-
ten bolastc raadscommissie verkregen min
der eenzijdige beschouwing dier grieven,
maar verantwoordelijkheid wil men voor
den Volkenbond niet aanvaarden.
Zoodoende was het rapport heelemaai
niet naar den zin van Stresemann we
gels de vele Duitschers, die in de nabuur
landen tot de minderheden bchooren en
hij heeft zijn bezwaren daartegen kenbaar
gemaakt, doch omdat hij alleen toch niet
tegen do bierkaai kan vechten, heeft hij er
zich maar bij neergelegd.
Een vredes wind j e? In Venezuela
revolutie en een overval op Curasao; in
Marokko nieuwe gevechten met do Fran-
.sc-hen in Pcrzië een opstand tegen Rhiza
Khaneen.nieuwe opstand -dor- Koerden
in Turkije; nog steeds twist om dc madht
in Afghanistan gespannen verhouding tus
schen Rusland en China allemaal twist
en -tweedracht en in den Volkenbondsraad
wil het fliet recht vlotten van wege dc hit
te ha, dan doet het goed als er uit En
geland een vredeswindje komt strijken
langs de verhitte wereld.
Want Mac Donald zit vol vredelievende
plannen. Mij wil o.a. persoonlijk naar Ame
rika gaan om met Hoover in persoonlijk
contact de grondslagen, te leggen voor een
nieuwe vloótovereenkomst. Hoover heeft
zich met dat plan zeer ingenomen betoond
en dat gevoegd bij de reeds vroeger door
Gigson geuite bereidwilligheid om een soe
peler houding aan te nemen, doet ons hart
van blijde verwachting kloppen.
Dc ondervinding heeft ons evenwel ge
leerd, dat- dergelijke hoopvolle hartklop
pingen nog wel eens op een teleurstelling
uitloopen, speciaal de ontwapeningskwestic
zit vol angels cn klemmen.
In elk geval kan de wereld in het alge
meen slechts gebaat 'zijn bij het totstand-
brengen van een nieuwe warme verstand
houding tusschen dc twee groote Angel
saksische landen, merkt- dc ..N. R. Crt." op.
Een nauwe samenwerking usschcn deze
twee moet een onderpand voor den we
reldvrede vormen en in de leemte voorzien,
die het gevolg van Amerika's afzijdigheid
van den Volkenbond is. Begint zij op ma
ritiem gebied, dan kan zij later ook op an
der terrein vruchten dragen, want Europa
heeft Amerika's medewerking nog voor an
dere dingen' noodig. Dc beteekenis van dc
pas getroffen regeling van het herstel-
vraagstuk is immers dat te Parijs voor
goed het verband tusschen dc oorlogsschul
den aan Amerika cn de herstelverplichtir.-
gen van Duitschland is erkend en dat elk
kwijtscheldend gebaar van Amerika ook dc
financieele spanning voor Duitschland zou
verlichten, wat weer politieke ontspanning
voor Europa ten gevolge zou hebben.
Afpersing en mishandeling van een
landbouwer te Hillegom.
Voor de Haarleinscke Rechtbank stond
terecht de 43-jarigo koopman. C. dc V. te
Haarlem, die in 1925 !H. Albers heeft ge
dwongen tot afgifte van-een gouden horloge
met ketting en tot hot aangaan van een
schuld van 4000, althans 400, door Al
bers, die voor hem gevlucht was, geweld
dadig vast te grijpen cn hem met geweld
een klap op het oog te geven, onder het
uilen van dc bedreiging: „wil je nu beta
len of niet", waarop Albers had geantwoord:
„Ik heb geen geld, neem dit horloge dan
maar" en dc schuldbekentenis van 1000,
althans ƒ400, onderteekcndc.
Allereerst wordt geboord getuige H. Al
bers, die de toedracht der zaak nogmaals
vertelt. Hij bad in 1925 een boerderij, die
hij wenschte te verkoopen. Een zekere B.
deed zicli daarbij voor als tusschenpersoon
en toen de boerderij eenmaal verkocht was,
kwam B. bij hem, om zijn provisie te ha
len. Albers stond echter op het punt fail
liet te gaan, zoodat hij niets in huis had.
Verdachte Dc V. kreeg geld van B. en daar
om ging deze op een goeden dag op bezoek
om liem te sommeeren het geld te betalen.
Zóó was do tragedie begonnen, die ein
digde met een volledige overgave van Al
bers, die zich in een café liet sleepen, om
de schuldbekentenis tc teekenen, zich een
buil op het hoofd liet slaan en op een ge
geven oogenblik een revolver op zich zag
gericht, als hij zijn gouden horloge niet wil
de afgeven.
Het eigenaardige is, dat Albers daarop
met De V. naar diens huis is gegaan met
nog twee andere mannen, om daar Jn kopje
koffie tc drinken.
Pres.: Dat begrijp ik niet goed, wie gaat
nu met zijn belagers mee naar buis
Get.: Ik moest wel, want ik zat onder
Ook is het slachtoffer mee naar den no
taris gegaan om de schuldbekentenis af tc
geven. Getuige is later failliet gegaan en
G. de V. lieeft in liet faillissement gedeeld
met zijn vordering van 4000.
Verdachte zegt, dat de heelo geschiede
nis zich in twee dagen heeft afgespeeld en
ontkent voorts-geslagen of-gestompt te heb
ben. Getuige. Albèrtr zegt, dat verdachte
staat te liegen, dc acte is wel degelijk den
zelfden dag geteekend.
Vervolgens wordt gehoord mej. I. I., die
Albers op den bewusten Zaterdagmiddag
angstig op den weg beeft zien hollen. Zij
riep hem aan en hij vertelde toen, dat De
INGEZONDEN MEDEDEELING.
DEN HAAG
Alléén Hofweg 6
ROTTERDAM
Hoogstr. hoek Spui
V. hem achterna zat. Hij wilde toen zijn
geld daar deponccren, doch mej. I. had hot
daar niets op.
Zondag daarop is zc bij Albers gaan lioo-
ren, hoe liet geval was afgcloopen, bij was
bont en blauw. Dcnzelfden dag sprak ze
verdachte, die haar liet gouden horloge liet
zien. Even dacht zo er toen aan, dat het
Albers zijn horloge wel eens kon zijn. Ze
ge tui f verder, dat Albers op dien bewus
ten Zaterdag niet dronken was.
Get. J. B. is de zoogenaamde tusschen-
persoon bij den verkoop van de boerderij.
Hij liccft alles meegemaakt en kan zich al
les herinneren behalve dc strafbare feiten.
Van mishandeling en afpersing heeft hij
niets gemerkt, dat is volgens getuige ver
zinsel. Getuige wordt er cn door den offi
cier èn door den president herhaalde ma
len op betrapt, dat zijn verklaringen niet
kloppen. In liet nauw gedreven merkt ln'j
op, dat hij geopereerd is geworden en dan
zeker zijn geheugen voor een gedeelte is
kwijt geraakt. Albers, was volgens getuigo
in den tijd, dat hij geld had, altijd dron
ken, ook op dien Zaterdag.
Dan wordt gehoord de zoon van getuige
B. Dc president vraagt hem of hij nu de
waarheid eens kan zeggen, omdat hij tot
nu toe weinig waars heeft gehoord.
Deze getuige vertelt, dat hij gezien heeft,
dat Albers heel kalm aan Dc V. zijn hor
loge gaf als onderpand voor zijn schuld. Hij
hoorde het woord „pand" gebruiken. Van
bedreiging of iets dergelijks heeft hij niets
gehoord.
Getuige N. T., caféhouder te Hillegom,
erkent Albers, getuige B. en den verdach
te op den bewusten Zaterdag in zijn café
te hebben gehad. Het was, alsof heb een
vriendschappelijke samenkomst was. Dc
verdachte vroeg pen en inkt cn schreef, wat
weet getuigo niet. Zo zijn na een half uur
weggegaan. B. was er voortdurend bij ge
weest.
Ook in deze zaak komt S. uit dc Haar
lemmermeer als getuigo voor het hekje. In
1925 kwam getuige eiken dag bij den ver
dachte en was cr ook op den middag, dat
hij Albers achterna had gezeten. Dat dc
schuldbekentenis van 400 veranderd moest
worden, had hij ook gehoord, maar bij wist
niet of dit al dan niet gebeurd was.
Het woord is dan aan den substituut^offi-
cier van justitie, mr. A. R. Andringa. Spr.
acht dc afpersing bewezen, wat bet gouden
horloge betreft, niet wat de schuldbekente
nis aangaat. Dc mishandeling staat volgens
liet O.M. ook vast in hot bijzonder door het
getuigenverhoor. Spr. vraagt een gevange
nisstraf van. 6 maanden.
Dc verdediger, mr. dr. A. F. H. Schreurs
acht de feiten geenszins bewezen en ge
looft niet, dat de rechtbank tot veroordcc-
liug zal kunnen overgaan.
Uitspraak Donderdag a.s. „N. H. Crt."
Om 650 gulden.
Donderdagmorgen werd voor de Haar-
lcmsobe rechtbank behandeld dc zaak te.
gen den 26-jarigen koopman A. S„ die mo
mentcel ïn dc strafgevangenis tc Haarlem
vertoeft en den 43-jarigen koopman O. do
V. te Haarlem, thans gedetineerd. Zij zou
den in den avond van 4 December 1927 met
een valschen sleutel 't perceel Bakencsscr-
grackt 29 zijn binnengedrongen en uit een
buffet, dat zij forceerden, 650 ontvreemd
hebben. Ook een linnenkast werd openge
broken, doch daaruit werd niets vermist.
De substituut-officier van justitie, Mr. A.
R. Andringa eischic tegen S. een gevange
nisstraf van negen maanden, met het oog
op de straf, die hij in verband met dc roof-
oVbrval te L i s s c reeds moet ondergaan
cn zijn eerlijk bekennen.
Tegen do Y„ do promotor van het zaak
je, cischto de officier twee en een half jaar
gevangenisstraf.
Kerkdiefstal.
J. M. v. K. uit Tilburg, was op 17 Mei j.l.
tc Hclvoirt de kerk binnengegaan en ont
vreemdde er een bedrag van ruim 100, dat
daar in eenigc kistjes werd bewaard.
Yerd. werd nog in het bezat van het
geld aangehouden in dc Tolbrugstraat to
Den Bosch. Hij bekende den diefstal.
Dc eisch luidde één jaar gevangenisstraf.
Uitspraak 27 Juni.
JE STRAFZAAK TEGEN
SALOMON LIEBERMANM.
Gisteren werd dc "behandeling van het
proces Salomon Licbermann dour dc Am-
sterdamschc rechtbank voortgezet. Dc be
langstelling van het publiek schijnt, gezien
het vrij groote aantal toehoorders op de
tribune, zeer tocncmendo te zijn. Het ein
de is in het zicht.
Dc eerste getuige is mr M. I. N. Spaar
garen, dio eenigen tijd is opgetreden als
dc raadsman van Liebcrmann.
Dc president: Wij zullen thans niet
meer spreken over uwe vroegere bemoeiin
gen tijdens de onderhandelingen met Sc-
deyn. U bent tegenwoordig geweest bij dc
onderhandelingen die gevoerd zijn tusschen
Liebcrmann en Paardcnkoopcr?
De getuige: Dat is juist.
Dc president: U kende dus ook dc over
eenkomst die getroffen is.
Dc getuige: Precies wist ik 't niet. Ik
heb dc onderhandelingen niet bijgewoond
als raadsman van een der partijen.
De president: Zoo, van wie hebt u dan
uw honorarium ontvangen?
Dc getuige: Van Licbermann.
Dc president: Nu, en vondt u dat de
transactie in orde was.
Dc getuige: Achteraf bezien is 't mis
schien niet verstandig van me geweest.'
Maar destijds heb ik het grootste vertrou
wen gesteld in Paardcnkoopcr.
Dc president: Waarop was dat vertrou
wen dan gebaseerd?
Dc getuige: Paardcnkoopcr deed groote
zaken.
Dc president: Zoo, wist u dat Paardcn
koopcr destijds surseance va-n betaling
had gevraagd.
De getuige: Dat wist ik!
Dc president: En dat Licbermann hem
geld heeft gegeven om uit deze surseance
'te komen
Do' getuige: Ik wist, dat Licbermann
hem steun had beloofd.
Dc president: En u meende, dat iemand,
die steun noodig had, vijf millioen zou kun
nen fourneeren?
Dc getuige: Ja, Paardcnkoopcr had uit
gebreide relatiesdie zeker wel het be-
noodigde geld zouden kunnen bijeenbren
gen?
Dc president: Maar die relaties deden
dat toch niet om niet. Zi.i zouden daar
voor toch wel een vergoeding hebben ver
langd.
Dc getuige: Ik had toen zcor sterk den
indruk, dat Paardcnkoopcr zijn verplich
tingen zou kunnen nakomen. Dc groote
transacties die hij tot stand kon brengen
zouden hem daartoe zeker in staat stellen.
Dc president: O ja, het was immers het
plan, dat hij kasteden zou koopen voor
een beetje geld, om die dan weer met
grooto winsten te verkoopen. Dat was toch
allemaal nog maar toekomstmuziek.
De getuige: Paardcnkoopcr had toch al
een zoodanige transactie op het oog.
Dc president: Ja, het kasteel tc Wiesba
den van. do Russisobc gravin in Parijs. A!s
ik me niet vergis, is Paardcnkooper met
anderhalf millioen aan pandbrieven naar
Parijs gegaan om die als onderpand tc ge
ven.
Dc getuige antwoordt toestemmend.
De president: Hebt u cr niet aan ge
dacht dat hierdoor de koers van de pand
brieven nog meer gedrukt zou worden
^De getuige: Neen, zc werden immers
niet op dc markt gebracht, maar bij een
particulier in bewaring geven.
Dc president: Wat ik niet goed begrijp,
is dat in de voor deze transactie gemaakte
overeenkomst alleen bepaald wordt, dat de
winst, die betaald zou worden, Liebcrmann
ten goede zou komen.
Dc getuige: Staat dat er ml
Dc president: Ja, blijkbaar heeft u Lie
bcrmann en de Veemlammer vereenzel
vigd.
Dc getuige: Liebcrmann had bijna alle
macht in handen, zoowel in dc Disconto-
bank als in dc Yecndammer.
De president: Maar u zult toch moeten
toegeven, dat dc belangen van dc Veen-
dammer toch nog wcH cenigszins verschil
den van die van Liebcrmann.
De getuige weet weinig tot zijn verde
diging aan-tc voeren.
De verdediger mr. H. Giltya Veth: Weet
de getuige ook of de plannen van Liebcr
mann ernst waren
De getuige: Ongetwijfeld. Het plan
FEUILLETON.
Vrij bewerkt naar een oud Duitsch verhaal
door
P. G. HOGKS.
(Nadruk verboden;.
Dat is jammer, erg jammer. In uniform
ben je op duizend pas te herkennen. En
heb jc niets anders voor me om aan te
trekken V'
..Niets anders dan een oliejas en een
zuidwester, zooals de schippers dien dra
gen bij regen en wind."
„Voortreffelijk!" riep Frank verheueó.
..Zooiels licb ik juist noödicLaat mc
maar eens kijken, sergeant 1 u nci
me wallen leenen?"
..Heel graag. Had ik dat maar kunnen
vermoedenIk dacht eerst, dat u een gc-
kleede jas, hoogen ho.ed en handschoenen
noodig had."
„Onzinlachte Frank. „Wat zou ik
daarmee hebben moeten uitvoeren? Als u
mc een pleizier wilt doen, haal 't boeltje
dan maar gauw."
Meyers ging even weg en kwam dadelijk
mcl de jas en den zuidwester terug.
..In orde. sergeant. Leg het daar alstu
blieft maar neer. En nu zal ik u eens ver-
lellen, wat ik van plan ben. Ik. ga eerst
een uur of wat slapen, want ik kan niet
zeggen, of ik voor den nacht terug zal
zijn. Zoodra de booten op zee zijn cn 't
donker begint te worden, moet u me wek
ken. Daar dan in 't dorp zoowat alle man
nen afwezig zijn, wil ik eens" probecren, of
ik, geholpen door de duisternis, niet een
beetje meer over die smokkelarij te weten
kan komen. Voor alles moet ik eerst weer
naar de herberg van dien John Raffles."
„Neem me niet kwalijk, luitenant, maar
het is onmogelijk, dat u dat ongemerkt
zult kunnen doen. U zult zeer zeker wel
iemand op uw weg ontmoeten."
„Kan ik geen Anderen weg nemen."
„Neen,- er is maar één wgg en dat is
het pad door het bosch."
„Dan ga ik niet langs 't pad, maar een
eind verder het bosch door."
..Dat is heelemaai onmogelijk."
Frank werd een beetje ongeduldig.
„Waarom?" vroeg hij. „U maakt- me do!
met al uw bedenkingen."
„Neem me niet kwalijk, luitenant, maar
ik achtte het mijn plicht u op de gevaren
van zoo'n onderneming opmerkzaam tc
maken",antwoordde Mcyei's ietwat ge
krenkt."
„Al goed. béste vrind. Dat stel ik inder
daad op prijs. Maar wat wilde u zeggen?"
„Wel. dat voor 't bosch een moeras ligt
en dat één misstap in de duisternis u het
leven zou kosten. Ik kan me ten minste
niet voorstellen, dat u in den 'donker den
weg zult kunnen vinden."
„Vanmorgen ben ik er al heen geweest.
Er ligt een breede dam door *'t moeras cn
ik zal wel goed uit mijn oogen kijken, dat
ik dien niet mis. En nu wil ik T liefst
er niets meer van hooren, sergeant, hoe
goed u 't ook meent. Dc zaak is afgehan
deld en ik ben vast besloten vanavond den
tocht te ondernemen."
Meyerg ging naar de deur. maar alvo
rens bet vertrek tc verlaten, keerde hij
zich nog even om en zei: „Ik wil er u nog
aan herinneren, luitnant, dat mijn voor
ganger, sergeant Butler, zoo'n zelfden tocht
heeft ondernomen cn nooit meer terugge
keerd is."
„Wel Meyers, daarom heeft de regeering
mij hierheen gezonden om te kijken, of ik
't er beter afbreng dan hij. Op tijd roepen,
hoor! Vergeet het niet!"
Frank legde zich nu geheel gekleed op
?ijn bed en een minuut, of wat daarna be
wees zijn rustige ademhaling, dat hij vast
in slaap was.
De booten kozen onderwijl dc een na dc
ander zee cn dc laatste vertrok pas, toen
dc zon bijna onderging. Meyers wachtte
nog een half uur en begaf zich toen naar
boven om Frank te wekken, hetgeen hem
niet veel moeite kostte.
Frank overtuigde zich eerst, of de boo
ten vertrokken waren en of het strand leeg
was en trok toen dc oliejas over zijn uni
form en zette den zuidwester op.
„Nou zullen zc mc toch niet herken
nen?" vroeg hij aan Meyers.
Meyers haalde dc schouders op. Hei plan
stond hem niets aan.
Frank kon niet nalate^ over zijn be
zorgdheid te lachen, want- hij vertrouwde
op zijn scherpzinnigheid en vooral op zijn
kolossale lichaamskracht.
..Misschien houdt u mc wel voor wat
lichtzinnig, sergeant", /.ei hij. ..maar oui u
genoegen te doen. zal ik dit dingetje ook
nog maar bij me steken".
Dit zeggende ging hij naar zijn kof
fertje en haalde er een revolver uit, die hij
laadde en in zijn zak stak.
„U waagt veel luitenant".
„Ik dien een rechtvaardige zaak cn ver
trouw daarom ook op hulp van Boven.
Tot weerziens, sergeant cn houd ook maar
een oogje in 't zeil, want het zou best kun
nen, dat het smokkelschip hier niet ver
vandaan is".
Met deze woorden verliet hij 't station.
Hij nam evenwel niet- den gewonen weg.
maar daalde voetje voor voetje aan den
anderen kant van 't station naar beneden,
totdat hij wadend door het mulle zand dc
duinen bereikte. Op handen cn voeten klom
hij er overheen en kwam toen weer op
vlakken grond terecht. Nu werd het oppas
sen, want hij bevond zich niet ver van den
strook moerasgrond. Daar stond hij er vlak
voor. Hij voelde het aan het inzinken van
zijn voet in den bodem. Langzaam cn o
zoo voorzichtig liep hij 'er langs met den
voet tastend, of hij nog niet aan den dam
was. Niet dan nadat hij een paar malen tot
over zijn enkels in den drassigen grond
was gezakt, bereikte hij hein en hij dankte
God, dat hij zoover was, want de tocht,
waarvan hij nu, na hom volbracht tc heb
ben, ten volle het gevaar besefte, scheen
hem uren geduurd te hebben. In het bosch
gekomen drong hij een vijftigtal schreden
tusschen het hout door en vervolgde zijn
weg evenwijdig met he. voetpad. Dit ging
met groote. moeilijkheden gepaard, maar
toch liep hij, zoo vlug als dc duisternis en
de dicht bij elkaar staande boomen liet
toelieten, in dc richting van dc herberg,
die hij na een goed uur bereikte.
In dc gelagkamer verlichtte dc groote
lamp boven de tafel hot heolc vertrek.
Moeder Gritty zat op haar gewone plaats,
bij den haard tc breien en bromde daar
bij met haar versleten grove stem een oud
liedje. Op haar gerimpeld gezicht lag een
opgeruimde trek, die vooral zichtbaar
werd', als ze. even ophield met. breien, de
kous op haar knie glad streek cn daarbij
mompelde: ..Die is weer voor Dan .voor
mijn besten Dan dien lieven jongen
Bill zat in een hoek van de kamer. Hij
had zóó'n opstopper tegen zijn neus ge
kregen, dat hij niet toonbaar was. Zijn ge
zicht was opgezwollen en van zijn oogen
was bijna niets 4c zien. Zoo nu en dan liet
hij oen dof gekreun hooren en oin zijn
pijn tc verlichten, maakte hij zijn- gezicht
cn voorhoofd telkens nat met een doek.
dien hij vochtig maakte in een teilije wa
ter, dat naast hem stond. Zijn hoofd hors-
de cn als hij opstond oni een paar stapper
tc loopen, voelde hij zich duizelig en wag.
.gelde hij als een dronken man.
John Raffles had bij zijn thuiskomst da
delijk, moeten hooren, wat Bill overkomen
was cn inwendig had hij or pleizier" in: go-
had, dat dc officier den laffen ou-riYer
zoo geducht toegetakeld had. Allrvn t v:
het hem, dat het nu juist <1 ie officier had
moeten wezen, een vijand van hem. die
hem dat gelapt had. Het moest een echte
mannetjesputter zijn. want ander# wnio
het hem onmogelijk geweest Bill met éércn
slag voor de wereld tc slaan. Zc mochten
dien snuiter wal in de gaten houden, wart
die kon hen den een of anderen dag wel
eens een leclijke loer draaien.
(Wordt vervolgd/