HERDENKING VAN CHRISTIAAN HUYGENS TE LEIDEN UIT DE OMGEVING veede blad DE LE1DSCHE COURANT ZATERDAG 13 APRIL 1929 TER GELEGENHEID VAN ZUN 300sten GEBOORTEDAG Vanwege de Leidsche "Universiteit, iraan hij tal van jaren is verbonden veest, de Koninklijke Academie van tense-happen te Amsterdam, de Hol- dsche Maatschappij der Wetenschap- te Haarlem en het Instituut Neder- dsch Historisch Natuurwetenschappe- Museum te Leiden heeft hedenmiddag het groot auditorium der Leidsche uni citeit een plechtige bijeenkomst plaats lad ter herdenkinng van Christiaan lygens op zijn 300sten geboortedag. 3nder de talrijke aanwezigen waren i. de minister van onderwijs, kunsten wetenschappen, mr. Waszink, prof. ïile Picard als vertegenwoordiger van Académie des Sciences te Parijs, waar- q Hnygens een der eerste leden ia ge est; voorts waren tegenwoordig curato- i der Leidsche universiteit, tal van le- van de hierboven genoemde weten- Lappelijke instellingen, alsmede vele enz. Rede prof. dr. L. van I tall ie. Pc nemende rector magnificus, >f. dr. L. van Itallie,'heette namens den idschen academischen senaat allen wel- In eerbiedige bewondering, aldus zien wij op naar Huygens' werk. Met erkennen wij in hem den voorganger reeks natuurkundigen, die den roem- :en naam van Nederland op weten- appelijk gebied tot ver over onze gren- hebben gebracht. De Leidsche Senaat jst zich gelukkig mede te kunnen wer- aan dit eeuwfeest. Spr. wees vervol- op de banden, welke de Leidsche iversiteit met Huygens bindt. Voor den I iaat dezer universiteit is het een aan- ime gedachte, dat de Groote Zon hier izen is en dat de Senaat ook daaraan recht ontleenen kan aan deze plechtig- id mede te werken. ach vervolgens in het bijzonder tot of. Picard wendende, wees hij op de ede betr kkingen, welke er steeds tus- hen de Académie des Sciences en ons hebben bestaan, betrekkingen, die n aanrvang hebben genomen bij Huygens tot op onze dagen zijn voortgezet door tl reeksgeleerden, waarvan spr. hier ichts meende te moeten noemen Lorentz Kamerlingh Onnes. T;::-, Rede prof. mr. C, van Vollenhoven. Hierna heeft de algemeene voorzitter de Koninklijke Academie van Weten- •ppen, prof. mr. C. van Vollenhoven, mens deze Academie Hnygens in een rte rede herdacht. Dit feest der gedachtenis, aldus spr., eft voor de Kon. Academie een bekoring meer, als geldende een man, die is blij- n leven; die niet behoeft opgeroepen, t halve vergetelheidwiens geest nog den onder wiskundigen, natuurkundigen, irrekundigen, werkt. Het is met Huygens dien aanzien gelijk het in 1925 was met in Hollander van een generatie eerder, uig de Groot; al was Grotius georiën- erd op het denken van het verleden, nygen6 daarentegen op dat moderne den- iti, dat had ingezet met Bacon, Mer- nne, Descartes, Grotius en Huygens, pa- icische vaderlanders uit dien grooten d. staan met hoofdfiguren in 's lands sfcorie, allereerst met het prinsenhuis, in durig verband; het doet goed den eer ie ene^' ^en 01126 levenstijd hem toedraagt, j rug te vinden bij dien veelzijdigen staats- an, die in Huygens den hoogeren vakge- >ot mocht eeren en die aan den zoon van •denrofclus goedmaakte wat den vader ont- r raden was, bij De Witt, maar het va- irlandsch karakter van hun persoon en erk wordt gedragen, van den aanvang af, oor een breede internationaliteit, die st verrijkt en adelt. Ten slotte wendde spr. zich tot- prof. Icard, waarbij hij deed uitkomen dat inder de vertegenwoordiging van de iCademie dep Sciences deze bijeenkomst avolledig zou zijn geweest, omdat twee roote vaderlanders, de verbannen Grotius Huygens, vele jaren in Frankrijk gast ei hebben vertoefd. De Kon. Academie Wetenschappen is er trotsch op, je- ens de Fransche wetenschap op dit feest Huygens haar steeds jonge en leven- ige dankbaarheid te kunnen uitdrukken. Herdenkingsrede prof. dr. P. Zeeman. Prof. dr. P. Zeeman te Amsterdam hield hierna de officieele herdenkingsrede. Hnygens' wetenschappelijk werk, aldus ving Prof. Zeeman aan, rust op een merk waardig breede basis: wiskunde, astrono mie, mechanica en natuurkunde. Bewon derenswaardig praotisch opticus in het be gin van zijn loopbaan, zien wij hem groeien tot een diepzinnig theoreticus en Stichter van de golftheorie van het licht. Om zijn werk te begrijpen, moeten we ons verplaatsen in den stand der natuur wetenschap, toen Huygens begon met zijn studie in de vakken die hij met nieuwe ontdekkingen en uitvindingen zou verrij ken, en waarin hij een omwenteling zou teweegbrengen. In bijzonderheden kan men den gang van zijn ontdekkingen en onderzoekingen, alsmede den oorsprong bijna van dag tot dag nagaan, zooals dat bij geen enkelen natuuronderzoeker het ge val is. Zijn dagboeken, met piëteit be waard, bevatten in chronologische volg orde een schat van gegevens, die ver werkt zijn in de Huygens-uitgave der Holl. Maatschappij van Wetenschappen. In IQ lijvige deelen is Huygens' corres pondentie gepubliceerd, daarop volgen de niet uitgegeven werken, terwijl tenslotte zijn werken in de editie van 's Gravezam- de bijeengebracht, zullen worden opgeno men en een wetenschappelijke biographie van Huygens de reeks zal sluiten. Christiaan was de tweede zoon van den staatsman, diplomaat en dichter Huygens. Zijn moeder Suzanna van Baerl-e, stierf toen hij 8' jaar oud was. Toen Christiaan juist 16 jaar geworden was, werd hij als student aan de Leidsche academie inge schreven tegelijk met zijn één jaar ouderen broei- Constantijn. Aanvankelijk studeer den beiden in de rechten. Zij volgden beiden de lessen in de wiskunde van prof. Van Schooten, bevriend met Descartes. Reeds op 17-jarigen leeftijd gaf Chris tiaan blijk van een wiskundig vernuft. Zeer grooten invloed hadden op de ont wikkeling van zijn geest de geschriften van Archimedes en in andere richting die van Descartes. Een merkwaardig onder zoek van Huygens, toen 21 jaar oud, han delt over drijvende balken; heb bevat nieuwe uitkomsten en werd eerst door prof. Korteweg in zijn waarde erkend en uitgegeven. Naast Archimedes is Descar tes van den grootsten invloed op Huygens' ontwikkeling geweest. Later kwam de eigen meening van, Huygens over de wet ten der botsing geheel in strijd met die van Descartes. Na verschillende wiskundige onderzoe kingen begon Huygens zich te interes seeren vqor de verbetering der verrekij kers. De methode, die hij en zijn broer gebruikten om de lenzen der kijker§ te slijpen was zoo Uitstekend, dat zij meer details konden zien dan hun voorgangers. Hij ontdekte in 1656 een nieuwe satelliet van Saturnus, en kort daarop den ring van Saturnus, ontdekkingen die uitslui tend door het grooter oplossend vermogen van de nieuw geslepen lenzen mogelijk werden. Ook de constructie der microsco pen had zijn aandacht, en daarmede heeft hij een reeks merkwaardige waarnemingen verricht. Gedurende al de jaren van zijn practische' werkzaamheid met de lenzen hield hij zich met de theorie daarvan be zig. Zijn werk daarover, de Dioptrica, kwam eerst na zijn dood in druk. Het ligt voör de hapd dat hij voor zijn astronomische waarnemingen behoefte had nauwkeurig den tijd te kennen en te meten. Daarmee hangt zijn uitvinding van het slingeruurwork in 1656 samen. Zijn be roemde boek hierover, Jlorologium Oscil- latorium, bevat een schat van diepzinnige beschouwingen over de theoretische me chanica en vormt een der grondslagen voor Newton's Principia. Zijn roem was inbusschen voortdurend gestegen en het is begrijpelijk dat hij in 1665 door den grooten Golbert in naam van Lodewijk XIV werd uitgenoodigd naar Parijs te ko men om mede telwerken aan de oprichting der Kon. Academie van Wetenschappen. Zijn verblijf in Parijs heeft van 1666 tot 1681 geduurd, onderbroken door 2 reizen naar Holland. In Parijs heeft hij zijn „Traité de la Lumiere" geschreven en ook de spiraal veer aan de onrust van onze horloges ontdekt. Hij had groote macht over de taal. In zijn helderheid kunnen wij hem met Lorentz vergelijken. De on sterfelijkheid van Huygens naam, is aldus besloot spr., gewaarborgd door zijn in 1690 te Leiden uitgegeven Traité de la Lumière, waardoor de trillingstheorie van het' licht werd geboren en waarmede de physica va-n den wereldaether een aanvang heeft genomen. Rede prof. E. Picard. Na» de rede van prof. Zeeman heeft prof. Emile Picard uit Parijs namens de Académie des Sciences het woord ge voerd. Hij bracht dank voor de uitnoodi- ging, de herdenking van Huygens, den grooten Nederlander, wiens herinnering nog steeds in Frankrijk voortleeft, te mo gen bijwonen. Na de veelzijdige talenten van Huygens te hebben geschetst, stond hij stil bij zijn wetensehappolijken arbeid tijdens zijn verblijf te Parijs. Zijn onder zoekingen beoogden een dubbel doel: Eenerzijds het practische nut voor de menschheid, anderzijds het opbouwen van een natuurwetenschap, waarbij de kennas van de verschijnselen aan die van de oor zaken dient vooraf te gaan. Op het graf van Newton in de West minster Abbey leest men: „Het is een eer voor de menschheid dat zoilk een man heeft bestaan". Op het graf van Huygens zou men kunnen schrijven: „Het is een eer voor Holland dat zulk een man zulke nieuwe gezichtspunten voor de wetenschap heeft geopend". Hij is het, dien Newton noemde:. „Srnnmus Huyghenius". Hienia was het woord aan prof. dr. A. J. Holleman, secretaris van de Holland- sche Mij. der Wetenschappen te Haarlem. Rede prof. Hollemaa In zijn holographisch testament ver maakte Huygens aan de Leidsche Univer siteitsbibliotheek zijne onuitgegeven ver handelingen alsmede zijne correspondentie en uitte den wensch, dat de professoren de Volder en Fullenius zijne manuscripten zouden doorzien en er datgene van zouden publiceeren wat him daarvoor geschikt leek, zoo begon spr. Genoemde geleerden namen de taak op zich en gaven dientengevolge in 1703 Christiapi Hugeni opera posthuma uit. Eene eerste uitgave van Huygens' ver zamelde werken, die echter geenszins volle dig is, bezorgde van 's-Gravezande in 1724, in 1728 gevolgd door de opera re-li qua. Meer dan eene eeuw na de uitgave van de Volder en Fullendus bestudeerde het eerst weder J. H. van Swinden Huygens' geschriften en gaf cr uittreksels van in het licht. Zijn voorbeeld werd gevolgd jor Uylenbroek, dio een gedeelte van Huy gens' briefwisseling openbaar maakte. De verzameling manuscripten werd in- tusschen uitgebreid met brieven, door Koning Willem I aangekocht, alsmede door andere die door Rojte* «en geschenke wer den gegeven. In 1882 benoemde de Koninklijke Aca demie van Wetenschappen eene Commis sie om de uitgave van al deze geschriften voor te bereiden. Zij heeft zich in de eer ste plaats bezig gehouden met het opspo ren van manuscripten van Huygens. zoo wel hier te lande als in het buitenland, waardoor nog zeer waardevolle bijdragen voor do reconstructie van zijne werken werden verki Jgen. Daar echter de Kon. Acad. V. W. geen middelen b&zat, om eene zoo uitgebreide publicatie te ondernemen, wendde de Cie. zich tot de Holkwidsche Mij. der Wetenschappen, die deze taak welwillend op zich nam en de Firma Joh. Enschedé eu Zonen bereid vond, het werk te drukken. De Cie. is begoniteu met de publicatie der briefwisseling; het eerste deel ver scheen in 188S. Zij was toen van meening, dat de geheele correspondentie 8 deelen taai 600800 bladzijden zouden beslaan; ook achtte zij, dat de voltooiing der ge heele uitgave der Oeuvres complètee een tiental jaren zoude vereischen. Deze ra mingen zijn ver beneden de werkelijkheid gebleven. De briefwisseling alleen was eerst in 1905, dus 17 jaar na de verschij ning van het eerste. el voltooid en heeft een omvang van 10 deelen groot qua-rto formaat. De brieven loopen vanaf 1638, dus toen Huygens 9 jaar oud was, tot aan zijn dood in 1695 en vormen, mede door de vele en bijgevoegde aanteekeningen een ware cultuurgeschiedenis van dat tijd vak; hun belang gaat ver uit boven het enkele vakbelang. Na de voltooiing van de uitgave der correspondentie kwamen Huygens' werken aan do beurt. Ook hier heeft de Cie. hare taak breed opgevat. Wanneer men dan ook b.v. de Dioptrica, zooals die thans is uit gegeven, vergelijkt met de editie van de Volder en Fullenius. zal men kunnen zien, hoeveel omvangrijker het thans uitgegeven werk is en met hoeveel zorg alle daarop betrekking hebbende bijzonderheden zijn Van Huygens' werken zijn tot op heden de deelen 11 tot en met 15 verschenen; deel 16 is nagenoeg gereed. Hiermede is echter de volledige uitgave nog lang niet voltooid; in het geheel zal deze uit 22 deelen bestaan; het bestuur der Holl. Mij. hoopt dat zij in 10 jaar compleet zullen zijn. Het spreekt van zelf, dat eene zoo grootsch opgezette uitgave zeer aanzien lijke kosten met zich brengt: dankbaar is het Bestuur aan de Regeering die gedu rende 9 jaar eene subsidie heeft verleend en rpet minder aan de firma Enschedé, voor wie deze uitgave eene alles behalve voordeelige zaak is. Zonder verdere re- geeringssubsidie zal de voltooiing van dit waarlijk nationale standaardwerk niet mo gelijk zijn. Maar vooral gaat de dank van het be stuur uit naar hen, die in dit tijdvak van ruim 40 jaar geheel belangeloos aan deze uitgave nebben medegewerkt en meer in het bijzonder aan prof. I^orteweg, die ge durende tal van jaren op niet genoeg te loven wijze de leiding heeft gehad. Door zijn hoogen leeftijd heeft hij zich verleden jaar genoopt gezien, die aan dr. Vollgraff over te dragen. Het Bestuur hoopt en ver trouwt, dat het hem zal gelukken, deze taak tot een goed einde te brengen. Inleiding dr. Crommelin. Dr. O. A', Crommelin, adjunct-directeur van het Natuurkundig Laboratorium te Leiden, gaf hierna een inleiding tot de door hem in de Sterrewacht georganiseer de tentoonstelling van Huygeniana. Met een kort woord sloot hierna prof. Van Itallie de plechtigheid. De aanwezigen begaven zich hierop naar de Sterrewacht ter bezichtiging van de tentoonstelling. Morgein wordt een bezoek gebracht aan ..Hofwijck" te Voorburg, waar Huygens an zijn kinderjaren heeft gewoond. TER AAR. EERSTE PLECHTIGE H. MIS. Het zal de Parochianen van Langoraar misschien allen nog niet bekend zijn, dat de Welecrw. Pater Ephrim Slof, van de Orde der Benedictijnen, Zondag 21 April zijn eerste H. Mis te Langeraar in de pa rochiekerk van de H. Adrianus zal opdra gen. Het bestuur van de K. S. A. zal zich niet onbetuigd laten om hiervan een grootsch feest te maken en den neomyst. Zaterdag 20 April met eenige plechtigheid inhalen. Daar zal zeker ongetwijfeld niemand zijn die daar niet aan mee doet. De Veilingen. Na het stugge weer van de laatste week was de aanvoer op do vei lingen toch nog flink cn de prijzen van de spinazie liepen op het laatst hoe langer hoe hooger. HILLEG0M. Personalia. Met ingang van 1 Mei is de heer Th. van der Burgt, Commies der Ned. Spoorwegen alhier, overgeplaatst naar het Station Zandvoort. Geboren: z. van AL J. C. Gerritsen- Been. van J. van der Zwan-Klinken- berg. d. van M. Noordermeer-Barnhoorn. d. van S. Damen-van Rijn. z. van W. M. Slobbe-Kapiteijn. Ondertrouwd: C. P. Weijers en P. Spreeuw. P. Schavemaker en M. van Ma- ris. Getrouwd: G. van Haaften en J. N. Ras. H. Raaphorst en J. P. van Leeu wen. J. Colijn en E. Koegler. Overleden: C. de Jong-Meuzelaar, vr. 56 jaar. KATWIJK AAN DEN RIJN. Personalia. Een onzer vroegere paro chianen, de heer O. P. Grimbergen te Poel dijk slaagde te Zwolle voor het Directeuren examen voor zangkoren, speciaal voor het Gregoriaansch. Hanze. Maandag 15 April zal „de Hanze" een belangrijke ledenvergadering houden in het Parochiehuis. Aan de orde komt o.m. verkiezing van een geheel nieuw bestuur, wegens aftreding van het vorig bestuur, en vasgtellen der contributie. N00RDWIJKERH0UT. Hanze. Gisterenavond 12 April hield de R. K. Middenstandsvereeniging „St. Joseph" alhier een vergadering in café „De Zwaan". De opkomst was slecht. Te 8 uur opende voortzitter, de heer L. van Hens- bergen, de vergadering met den chr. groet en gaf het woord aan den spreker van dezen avond Mr. Bach, directeur van het Centraal Bureau. Spr. herdacht, dat het de afdeeling Noordwijkerhout was waar zijn voorganger Chris Janssen voor de laatste'maal aanwezig was. Hij begon toen aan te toonen, dat hot noodzakelijk is voor de Middenstanders zich door ver- eeniging sterk te maken. Zoolang de Mid denstand ongeorganiseerd blijft is ze de vijand van zich zelf. Allerlei middelen staan den propagandisten nu ten dienste. Vooreerst het geven van een goed begrip van de organisatie en van de organisatie geest. Men heeft beweerd, dat de Hanze nergens toe deugt. Dat is niet waar. De Middenstandsorganisatie is wel dege lijk van groote beteekenis. Stoffelijke, geestelijke en zedelijke belangen vragen om behartiging, 't Gaat dus om belan gen! En als sociaal-economische organi satie staan vooral de stoffelijke belangen in het brandpunt van actie. En het groote algemeen maatschappelijke belang moeten we zien in het licht van onze Katholiek- sociale beginselen. Volgens die beginselen moeten wij handelen zoowel in ons parti culier als in ons organisatie-leven. Orga- ganisatie is tegenwoordig noodzakelijk voor iedereen, óók voor den middenstan der. Alle andere personen, ambtenaren, arbeiders, onderwijzers, officieren, enz., allen begrijpen hun belang. De midden stander naar 't schijnt nog niet voldoende. Eens was de middenstand de machtig ste der standen. Die tijd is geweest. Thans overheerschen het groot-kapitaal en het arbeiderswezen. En waardoor? Door de organisatie van de massa. Daartegenover moet de middenstander ook georganiseerd zijn, om haar zelfstandigheid te behouden. Het socialisme wil 't zelfstandig bedrijf opruimen. Daartegen moet de middenstan der zich weren, 't Zuiver stoffelijk eigen belang eischt dit reeds. 't Gaat om 't bestaan van den Midden stand als zoodanig! De arbeidsklasse heeft door haar massale organisatie reeds zeer veel bereikt. Dat zal do Middenstand moe ten inzien en leering eruit trekken. Veel kleine middenstanders staan er helaas slechter voor dan menige arbeider. Dat kan toch wel anders. Spr. zette vervol gens het doel van de Middenstandsorgani satie nader uiteen, zoowel van den Bond als vau de afdeelingen. Buiten het plaatselijk verband houdt de Bond zich bezig met bet weerbaar maken van de middenstandsorganisatie, vooral door de verschillende instellingen. De»ze zijn niet altijd een succes geweest. Toch moet men niet de moed lateü zak ken. Tóch moet men blijven samenwerken op economisch èn op financieel gebied. Daarin ligt de eenige methode tot het ver krijgen van positieve verbetering. Onder de verschillende instellingen noe men we: het Fonds U. B. O. (uitkeering bij overlijden), het Santos-Fonds (voor Lb-c^lijders), het Informatie- en Incasso bureau, de Glasverzekering en de Brand verzekering. Nog altijd wordt van deze instellingen te weinig gebruik gemaakt» De nieuwe ziektewet is op komst. De Mid denstandsorganisatie wil nn een bedrijfs- vereeniging oprichten tot een voordeelige uitvoering van die wet. Er is dos nog veel te doen. De positie als stand vraagt ook werken en blijven strijden voor verheffing van het peil en de waardeering als stand. Er is een duistere tijd geweest, besloot 8pr„ vóór de oorlog ging alles goed. Daar na kwam er verslapping, maar toch heeft de organisatie stand gehouden. Nu gaat 't weer boter. Een'nieuwo geest komt op. Het ledental stijgt en de feiten toonen verbetering van positie. Moge oók hier de juiste geest hèerschon en blijven heer- schen. Hierna rondvraag, waarvan gebruik werd gemaakt. Dan werden do notulen van de vorige vergadering voorgelezen en goedgekeurd. Nu volgden nog enkele me- dedeelingen van het bestuur cn wederom rondvraag waarvan het resultaat was. dat het bestuur met den R. K. Volksbond zal trachten overeen te komen buiten-plaatse lijke concurrentie zooveel mogelijk t«e weren. Te 11 uur volgdo sluiting pp dc gebruikelijke wijze. N00RDWIJK. Coöp. Boerenleenbank. Vrijdagavond had in Hotel Royal do 17e Algemeene le denvergadering plaats der Coöp. Boeren leenbank alhier, waarbij een vijftigtal leden waren opgekomen. De voorz., de heer C. G. J. Alkemade Sr., opende met een welkom deze bijeenkomst en deelde mede, dat het afgeloopen jaar voor de Bank een zeer goed verloop heeft gehad en deze in een zeer goede positie verkeert. Uit het verslag over het 17e boekjaar der afdeeling ontleenen wij bet volgende: Het ledental op 31 Dec. 1928 bedroeg 170; in het dagboek werden in 1928 ingeboekt 574 pos ten, in het spaarbankbook 721 posten. Het totaal der inkomsten bedroeg 778.589.02 1/2 en die der uitgaven 772.028.17, zoodat het kassaldo op 31 De cember bedroeg 6560.85 1/2. Gedurende 1928 waren 22 spaarbankboekjes uitgegeven en waren 31 Dec. 225 boekjes in omloop. Het totaal der spaargelden bedroeg op 31 Dec. 1927 240.489.13, bijgestort gedurende 1928 252.928.01, terugbetaald in 1928 202.987.29, zoodat bet totaal der spaargel den op 31 Dec. 1928 bedroeg 290.429.85, aan rente werd bijgeschreven 9287.86 en uitbe taald 40.18. Op 31 Dcc. 1927 waren uit staande 85 voorschotten tot een bedrag van 77.881.15, in 1928 werden 23 nieuwe voor schotten tot een bedrag vau 34.360 en 6 le hypotheken tot een bedrag van 14.050 verstrekt. Gedurende 1928 worden 19 voor schotten geheel en 49 voorschotten gedeel telijk terugbetaald tot een bodrag vau ƒ32.425, zoodat op 31 Dec. 1928 nog uit stond aan voorschotten cn hypotheken 93.866.15, terwijl aan rente en onkosten werd ontvangen ƒ5054.60. Loopeijde reke ning met leden 31 Dec. 1927 totaal debet 19.768.58, totaal crediet 2530.95, uitbe taalt gedurende 1928 32.533.63 en ontvan gen 27.339.87, zoodait de stand dezer re kening op 31 Dec. 1928 bedroeg totaal de bet 23.652.17 en totaal crediet 1220-78. Over 1928 is aan rente en provisie door deu Bank ontvangen 1435.63 en door den Bank aan rente betaald 63.10 Centrale Bank. Op 31 Dec. 1927 nog te vorderen 145.676.59, in 1928 naar de Centraio Bank gezonden 192.950.07, opgenomen gedurende 1928 162.986.38, zoodat op 31 Dcc. 1928 bij de Centrale Bank het bedrag was te vorderen van 175.640.28. Aan rente word van de Centr. Bank ontvangen 5942.37, terwijl do bijdrage van de Centr. Bank over 1928 be droeg 64.10. Dc winst over 1928 bedraagt 1701.56. Deze bescheiden van den kassior waren bereids door het bestuur gecontroleerd en goedgekeurd, waaraan tevens de goedkeu ring der vergadering word bijgevoegd. De voorz. bracht namens allen hartelijk dank aan don kassier voor zijn omvangrijk verslag en zijn zeer accuraat beheer. De bestuursverkiezing, wegens periodiek aftreden van den heer H. Hock Jr., had tot uitslag dat deze met 44 van do 48 stemmen werd herkozen. Dc verkiezing van een lid voor den Raad van Toezicht wegens perio diek aftreden van den heer A. Balkenende had tot gevolg, dat deze met 46 van de 5U stemmen werd herkozen. Nog decide de voorz. mede, dat dc afd. zich had doen vertegenwoordigen bij de feestelijke herdenking van hot 25-jarig be staan der afd. Voorhout. Vervolgens bracht do voorz. een overzichtelijk verslag van de. Centraio vergadering op 14 Juni, gehouden te Utrecht, waaruit wij als voornaamste punten aanstippen dat 31 Dec. 1927 er 719 afdeelingen bestonden met een reserve vau 9 millioen, terwijl do reserve van de Centr. Bank bedroeg 3.300.000 en een winst was gemaakt van ruim 461.000. De rondvraag leverde geen bespreking op, waarna de voorz. dank bracht aan do leden van den Raad van Toezicht en het overige bestuur, voor dc aangename samenwerking steeds ondervonden. In het bijzonder sprak hij een warm woord van dank en waardeering tot. den kassier, den heer S. Hiep, voor do groote nauwgezetheid in het beheer dor bank en hij hoopte dat het hem gegeven moge zijn, deze functie nog velo jaren tc vervullen. Hierna sluiting. VOORHOUT. Land- en Tuinbouwschool. Gistermor gen had in dc R. K. Land- on Tuinbouw school, alhier, de openbare eindle9 plaats. Deze les werd door don Zeereerw. heer Rector Kok uit Bloemondaal met een korte toespraak geopend. Onder de aanwezigen merkten we, behalve vele ouders.van leer lingen, op, verschillende leden van het Hoofdbestuur van den L. T. B., het plaatse lijk bestuur van den L. T. B. mot haar Gees telijk Adviseur, den Burgemeester, den Se cretaris, dr. H. A. G. Bots, verschillende leden van do Commissie van den Raad van Toezicht der school, den directeur en leera ren. De les had een vlot verloop, waarna aan de navolgende leerlingen der school het einddiploma, word uitgereikt t.w.: R. de Boor, Scharncgoutum (Fr.); J. van den Burg, Schiedam; Th. Halserma, Eenrum (Gr.), E. Granneman, Haarlemmermeer, H. öroenewegen (met lof), Zoeterwoude, Q. Onderwater, Lisse; H. Smal, Spierdijk; L. van Steijn, Haarlemmermeer; Th. Smid, Mensigeweer (Gr.); J. Scholtens, Klooster buren (Gr.); C. Verkleij, Hazej-swoude, cn H. Veldman, Koegras. Met één leerling, die wegens ziekte niet aan het examen kon deelnemen, zal liet examen worden voortgezet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1929 | | pagina 5