'ELI
n g,
in di*
gaan
't Is reeds meer dan 60 jaren geleden;
een Bisschopstad zaten op zekeren avond
,ec hooge kerkvorsten in druk gesprek.
De gastheer voegde zijn hoogberoem-
,n gast toe. dat deze zich mocht veiheu-
bbeo |n over hef loon, dat hém stond te waeh-
i11 wi n voor het vele goede wat hij tot stand
vrit ,d gebracht heel het vaderland door, ver
er de grenzen van zijn eigen diocees,
U vergist zich zeer gaf z'n gast licm
e jei arop ten antwoord.
t, in Ik ben er vast van overtuigd, dat ik het
ede, hetwelk ik niet Gods hulp misschien
ingei b volbracht, doelen moet met iemand
naai dors, en dat mij zeil veruit het geringste
loord rt ten deel valt."
vei ,.Dat begrijp ik niet goed", bemerkte de
rste.
rhaal iJk ^an zoove(?d zeggen", antwoövcl-
de ander, dat ik weet, hoe iemand ge-
a w e' z'n ieveh voor m,i aan God heeft op
bel) ófferd en aan dat offer heb ik het tG dan-
n, dat ik nog den geestelijken stand ben
rctrederi.
I '-.'Eenigszins verrast cn vragend zag z'n
voo enc* 'iem aan-
"jDoze echter vervolgde: „Ik zal U hot
">roe\al vertellen: gij kunt er over oordeelcn
bals ge wilt, ik noem het een wonder,
'imie ik waSj zooals U weet geen Theologant,
aard bad mijn staatsexamen gemaakt on
nen 1de nu, zoo spoedig mogelijk vooruit ko-
lPenlj:n, in de wereld een belangrijke posif 10
liemen, eorgenot. aanzien en geld verwer-
n.
len, Maar ziet, op zekeren avond, derAd-
atvio nt was begonnen, de Christenwereld bo
dde zich voor op Kerstmis was ik al
Ion in een donker^schemero kamer en
to t den vrijen loop aan mijn eer- en gen jt-
chtige droomen en toekomstplannen. Ik
rder n'e^' wtinkte of sliep, of ik in
iet J rkelijkheid of in een droom zag, wat
leef geschiedde; maar dit weet ik, dat het-
ën ik gezien heb, een keerpunt bracht
mijn leven. Geheel en duidelijk heb ik
ra tien, hoe de Zaligmaker, Zijn goddelijk
^et, irt toonond, boven mij stond in een strv
ide wolkvoor Hem knielde een klooster-
iter en hief weenend de handen tot Hom
terwijl ik uit Zijn mond de woorden
p
nt v
ende
aP v ende te hóoren: „Zij bidt zonder op-
uden voor U".
and De gestalte der biddende zag ik heel
bet idelijlc, en hare gelaatstrekken hebben
e di h zoo in m'n geest geprent, dat ik vr
ïdg heden in m'n herinnering bewaar. Het
iten ieen mij een heel gewone leekenzuster re
iet. i. Haar kleed was zeer armoedig en
>f, haar handen waren rood en eeltig
»"dig i van zwaren arbeid.
hoed Het moge nu zijn, zooals het wil, het
ipr een droombeeld zijn geweest of niet,
voor mij in ieder geval iets bui-*
ophiihgcwoonsWant ik werd er zoo tot
vviei in merg door geschokt, dat ik van toen af
pe sloot me geheel aan God en Zijn heilige
;esla enst te wijden.
Ik trok mij terug in een klooster, om
ii retraite te houden en besprak alles
el m'in biechtvader.
I Hij billijkte mijn besluit, om priester
worden. Ik was drie en twintig jaar
en d, toen ik begon theologie te studeeren;
po» het overige wept 17.
En als ge nu meent, dat door mij op een
andere manier iets goeds wordt vec
ht, dan weet ge nu ook, wie er eigenl-jk
de eerste plaats de verdienste van heeft.
Het is die kloosterzuster, die voor mij
eft- gebeden, wellicht zonder mij te ken-
n. Want ik ben er van overtuigd, dat
or mij gebeden is, en nog in 't geheim
beden wordt, en dat ik zonder dat gebed.
doel, dat God mij heeft gesteld niel
n bereiken".
„Hoe oud zou die kloosterzuster naar
r schatting nu zijn, als ze nog leëfdo
„Toen ik ze op dat geheimzinnige
genblik zag, scheen zij mij zoowat 30 ja-
en vjn te tellen".
Dan zou ze nu een oudje zijn van 70
ma ir. Het is de vraag of ze nog leeft. En
bt ge er eenig vermoeden van, waar
of door wie voor U is gebeden?
Nooit van m'n leven; ik kan God
ichts bidden, dat Hij haar, als ze nog op
rde is, zegenen en haar duizendvoudig
rgelden moge, wat zij voor mij heeft ge
vrie
>esta
in z
hij
eleg
ij d< 'ei
beeldige wijze.
Ik zóu graag die zuster willen zien;
gaf de Bisschop ten antwoord.
Toen eenige oogenblikken later de ge
roepene voor hem knielde, verbleekte de
Bisschop opnieuw, en een huivering ging
hem door de leden.
Hij nam haar ter zijde: „Kijk mij eens
aan! zei de Bisschop, kent ge mij?"
Rustig blikte dc zuster hem aan, en
antwoordde toen kalm„Ik heb Uwe Door
luchtige Hoogwaardigheid nog nooit ge
zien.
Kent- ge me niet van portoet?
Neen, Monseigneur.
Hebt go ooit voor me gebeden of goe
de werken voor mij opgedragen?
Ik ben mp daarvan niet bewust, wijl
ik van Uwe Doorluchtige Hoogwaardig
heid nog nooit heb gehoord.
Een oogenblik stond de Bisschop spra
keloos maar vroeg clan opnieuw verder:
Zuster Zitta, welke devotie beoefent
go het liefst cn het dikwijlst?
De devotie tot liet goddelijk Hart van
Jezus, was haar antwoord,
Ge hebt, geloof ik, den zwaarste» ar
beid in het klooster!
O neen, Bissc' oppolijke Hoogheid,
maar ik kan niet ontkennen, dat. die arbeid
me wat t.cgen staat, omdat ik niet nederig
genoeg benzeide zuster Zitta.
Dan zweeg Ze plotseling, als wilde ze
iets nog onderdrukken, wat haar al op do
trng lag.
En wat doet ge dan, als zulke beko
ringen komen'? vroeg de Bisschop.
Vragend richtte de zuster haar blik op
den Bisschop, als wilde ze hem smeeken
haar het antwoord te besparen.
Maar deze bemoedigde:
Zeg het maar, zuster, ik vraag het
niet uit nieuwsgierigheid.
Ik heb me gewoon gemaakt, om alles,
wat ine zelfoverwinning kost, ter liefdo
van het Goddelijk Hart van Jesus juist
zeer gaarne on i' crig aan to vatten. En
ik offer dat dan op voor oen of under ar
me ziel op deze wereld, die liet bijzonder
noodig heeft.
Aan wien de goede God die genade wil
geven, dat heb ik geheel aan Hem overge
laten, en ik wil liet niet weten. Ook het
uur van aanbidding telken avond van 8
tot 9 uur, offer ik op tot die intentie
En hoe lcomt ge op do gedachte, >il
uw vérdiensten op te offeren voor 'n U
tótaal onbekende ziel?
Dat heb ik altijd zoo gedaan, reeds
toen ik nog daarbuiten in de wereld was.
Toen ik school ging, leerde ons mijnheer
Pastoor, dat wij voor onze familie moesten
bidden.
En daarenboven, zoo meende hij, behoor
de men ook veel te bidden voor anderen,
die in gevaar zijn, hunne gelukzaligheid ie
verliezen. Wijl echter God alleen weet, wie
het bijzonder noodig heeft, daarom ware
hot ook bet best zijne verdiensten te stel
len in de handen van het Allerheiligste
Hart van Jezus, opdat die het ten goede
zcu laten komen van dongenc voor wie Zijne
alwetendheid en wijsheid het goed zou vin
den. Zoo heb ik gedaan, en immèr heb ik
gedacht: God zal de juiste ziel wel vin
den".
Hoelang zijt ge in 't klooster?
Drie en dertig jaar, Monseigneur
Wanneer zijf ge geboren?
Den Deceiiibeï', van het jaar
Monseigneur.
De Bisschop ontstelde: wat.... die dag
was do juiste datum van zijn bokcering.
Toen had hij haar gezien, precies zooals
zo nu daar voor hem stond.
En weet ge in 't geheel niet of uw
gebed en uw offer succes heeft gehad of
niet?
Neen, Monseigneur!
En wenscht ge het niet te weten?
De goede God weet het, als er iets
goeds gebeurt, en dat is voldoende.
Welnu zot dan in Godsnaam dat werk
voort, sprak de Bisschop.
Zegenend strekte hij de handen over
haar uit: Ik zegen uw ziel. ik zegen uw
handen cn uw arbeid, zegen uw geboden
en offers, uw zelfoverwinning en gehoor
zaamheid, ik zegen heel bijzonder uw laat
ste uur en *ik smeek God, dat Hij u met
al Zijn vertroosting moge vervullen.
Dat geve God den Vader, den Zoon en
den H. Geest.
DE CENTRALE
De Weledelgestrenge Heer Max Zimmer
stond van tafel op belde het meisje, liet
haar het ochtendblad brengen en maakte
zich, na het vluchtig te hebben doorgeke
ken, gereed om naar de Elecfcr'sche Cen
tral o te gaan.
De Centrale, dat was zijn trots. Daar
had hij een half menschenleven aan be
steed, daar had hij honderden brieven
voor getypt, ettelijke hooge' ambtenaren
hun ontslag gegeven en even zooveel be
tere krachten in dienst gesteld. Daar had
hij groote,. vermoeiende reizen voor ge
maakt, met beroemde geleerden dagen
lang geconfereerd, twee huwelijkskansen
laten schieten en grijzende haren aan op
gedaan.
Maar vandaag zou ze in gebruik geno
men worden.
Daar zouden komen: vijf ministers,
twaalf afgezanten van groote rijkssteden,
een deputatie van buitenlandsche inge
nieurs. ettelijke geleerden en professoren,
een leg'oen journalisten. Daar zou om hem
staan het. hecle edelachtbare gezelschap
van burgemeester, wethouders en raadsle
den met hunne dames en heel zijn staf van
hcogerc en lagere beambten.
De zon straalde. Het water in den parfc-
vijver weerspiegelde het zwaar geboomte
de wit betonnen brug lag met een sierlijke
welving over de breede singelgracht. Daar
overheen gleed geruischloos des Wethou
ders auto, om een oogenblik later stil te
staan voor het reusachtige, door vlaggen
omwimpelde gebouw. Hij pakte behoedzaam
zijn actetasch waarin was opgeborgen
zijn speech, (de beste, die hij oo't gemaakt
had) en toen hij uitstapte, viel stilte en
eerbied over de massa nieuwsgierigen aan
de poort.
nieuwe motoren. Daar in 't midden de
groote turbine met de dynamo, twee ge
vaarten van koper en staal, van waaruit de
kabels met bijna een halven meter door
snee, die heel de groote wereldstad moes
ten voorzien van licht, kracht en energie.
De speech van deh Weledelgestrengen
Heer Max Zimmer was getiteld: „De evo
lutie- en orde-idee toegepast op de mo
derne stadsoeconomie". En zij eindigde op
do volgende, sublieme wijze:
Aldus, mijne heoren, beleven wij
den triomf der cultuur. De wereldverove
ringen der techniek kennen geen grenzen
meer. De orde, dat is de veelheid, tot een
eenheid teruggebracht, de organisatie der
krachten heeft hier haar culminatiepunt
bereikt.
Ziet, mijne heeren, daar staat de chef-
mecanicien. Over een paar minuten zal hij
dezen eenen hefboom omwerpen eh de stad
zal beginnen te leven. Het leven zal or van
alle kanten uitstralen, uitspatten! De fa-
breken zullen haar producten leveren in
massale hoeveelheden. Dc honderden
e'ectrische treinen zetten zich in bewe
ging en zullen ambtsnaren, de arbei
ders heenbreng li en terugvoeren naar
hunne villa's cn waniagon. De duizenden
villa's, won!' - cn kantoren zullen zoo
wel in- als uifvvor.dig bad;'» n het helder
ste licht. Als de zen hedenavond, de straten
niet meer verlicht zuIIpd oze zonne-lam-
pen op de boulevards en op de pleinen het
gemis ruimschoots vergoedenWat zeg
ik? We zullen nog de:i tijd beleven, dat de
zon zelve zal overbodig geworden zijn!
Beziet nogmaals deze wijdsche hal, mijne
hoeren, hiOriïl klopt do hartslag van dc
maatschappij; zet deze enorme kabels: zo
Zijn de slagaders van ons grootste leven,
ze zijn de triomf der centralisatie, ze zijn
de kanalen, waardoor de mchschheid wordt
foegezonden licht en kracht, leven cn
welvaart. Deze nieuwe Centrale, mijne hee
ren, zal ons brengen een groot en stap
dichter fiaar den ideaalstaat der toe
komst
De pastoor van de eenige katholieke
kerk, die nog in de stad over was (de an
deren waren Overbodig geworden) zat
rbenzelfdcn avond te cor.fereeren met den
Weledelgestrengen Heer Max Z;mmcr
Wethouder van Bedrijven
Zij haddon gepraat over onteigening
van kerk en pastorie, die wijken moest
voor den kolenops'ag der Centrale. Daar
was niets meer aan te doen, ook dc laat-
ite kerk moest verdwijnen.
,'t Is bovendien niet meer de moeite
waard voor dat handjevol Katholieken",
zei de Wethouder
De na stoor zweeg.
„Alleen uw kerk leverde nog een klein
obstakel in de volvoering mijner plannen".
De pastoor zei. mets-, en trok aan zijn si
gaar.
„Toch geloof ik", vervolgde de edctachl-
tvare peinzend, dat nog niet alles in orde
is. Tk hob we] eons gedacht, dat er iets
kapot is. Maar ilc weet niet wat. Wat
dunkt. U, Eerwaarde?"
„Daar is bijna niets meer heel", ant
woordde de paftoor droogweg.
.Kern. kom! U ziéf hèt al te somber inI"
,.Zo bobben a'jes gecentral'seerd en ge-
systemm'soTd cn geórdend, behalve den
mecsoh zelf".
„Maar, we hebben toch prachtige wetten
op den dvankhsndel, op het dansen, op de
openbare zedelijkheid".
Ja, op de openbare", helhaalde de pas
toor laconiek.
,Maar om nu eens op een ander thema
te komen ik zou misschien uw kerk eens
mogen zien Voor bouw- en beeldhouw
kunst heb ik me altijd geinteresseevd".
„O. zeer vereerd, met genoegen, mijnheer
de Wethouder!"
Zij traden binnen. In de schemerdonkere
ke-k brandde rustig het eeuiwg iamnje.
De heil'gen in Jt rond verroerden zich
niet bij het binnenkomen van den be
roemden organisator en redenaar Max
Zimmer.
Op het altaarkleed stonden de woorden:
Ik ben de Weg, de Waarheid en het Le
ven".
De Weledelgestrenge keek zeer strak.
De pastoor leidde hem rond. Aan de
Communiebank gekomen, knielde hij even
neer en bad. De Wethouder voelde zich
voor 't eerst van zijn leven verlegen wor
den.
Toen de pastoor onstond leek hij wel
twintig jaar ouder geworden. Hij wees on
't tabernakel: .Kijk mijnheer, dat is onzo
Centrale. U breekt 'm af. Weet wel wat
doet!"
,Sint, Franc'scus"
DE GESCHIEDENIS VAN DE
AUTOMOBIEL.
Wij lezen in „Auto-leven":
Win meent, dat de geschiedenis van de
automobiel, het mechanisch, door middel
van don explosiemotor voortbewogen voer
tuig, slechts een veertig jaren oud is ver
gist zich. Misschien zijn wij, met heel onzo
geschiedkundige en wetenschappelijke ken
nis niet eens in staat om ten volle na te
gaan. hoe oud .wel de automobielgeschie-
denis isHoeveel te moeilijker is het om
na te gaan hoe oud de geschiedenis van
het verkeer is Wat leert ons in dat op
zicht de geschiedenis? We moeten er ook
maar zoo'n beetje naar raden, weten
zelfs dat. in de heel oude geschiedenis
gens met wielen bestonden, maar minder,
zeker zijn wc er van hoe die wagens en
die wielen er uitzagen, ook al wordt ons
daar door historici in woord en beeld wel
het een en ander van verteld.
Zeker is, dat de drang om zich op
dere wijze dan loopend voort te bewegeu,
den mensch steeds iu hét bloed heeft ge
zeten. Gelukkig waren er paarden op
wier ruggen het gemakkelijk zitten was.
In de woestijn waren er weer andere die
ren, n.l. kameelen, en wie garandeert ons,
dat niet in Afrika de oude zwartjes de
leeuwen als vervoermiddel gebruikten
Noach moet als de uitvinder van het
schip of de trekschuit worden beschouwd,
En het feit, dat onze voorouders liever
tenwa-
gen gingen, levert het bewijs, dat ook de
oude Hollanders aan andere vervoermid
delen dan de beencn de voorkeur gaven.
In ieder geval kwam het er vroeger niet
op aan, hoe snel men zich voortbewoog en
ook aan het gemak en comfort, waarmede
het vervoermiddel den mensch voortbe
woog. werd weinig of geen aandacht ge
schonken. In dat opzicht was men toen
dus wel heel wat minder verwend dan te
genwoordig.
Maar toch.... onder de velen voor wie
toen tor tijd, toon tij-d nog geen geld was,
en voor wie het woord comfort nog niet
bestond, waren et die, onbewust vermoe
delijk, den drang in zich voelden om an
ders te zijn en anders to doen dan an
deren. Evenals de raenflch, het paard of
den kameel of den olifant gebruikte om
zich gemakkelijker vooruit te bewegen,
evengoed peinsden rustelooze geesten naar
andere middelen om genoemde dieren te
kunnen vervangen.
Do mythologie is vol van dergelijk ge
peins en deszelfs gevolgd», maar wan
neer wij op wat. begaanbaarder terrein
komen, en dat is toch wel het eerste dat
wij op verhuisgebied noodig hebben, dan
'inden wij eên welgemeende poging tot
uitvinding van de automobiel in den jarc
420, toen in plrnts van de tnoderne coupe
of cabriolet, slechts oen vierkant houten
obnuwtje op iets dat op wielen geleek
op ingenieuse wijze v.crd voortbewogen.
Wielen is een groef ach woord voo: de
whijven, welke >'olfs naven noch spaken,
toch velgen, cn laat staan ballonbandcn
rertoonden. En die ingenieuse voortbewe
ging! Zij bestond uit een soort touw, dat
over een rol liep en in verbinding stond
met dc primitieve as der achterwielen.
Het geheel herinnerde achteraf flauw aan
.le overbrenging zooals zulks bij fietsen
gebeurt, met dit verschil, dat de bestuur
der met de handen het touw in beweging
moest brengen in plaats van met de voe
ten. Men kan zich eenigszins indenken hoe
lot dit voertuig, waarvan de wrijving
der bewegende deelen heel groot was, zich
voort be worg c:i welk een genot het ge
weest moet zijn voor den bestuurder. Of
hel ding veel suc-ces heeft gehad, en of de
uitvinder er schatrijk mee geworden is,
■ertelt de geschiedenis niet.
Een latere poging om totstandkoming
an dc automobiel te geraken, werd om
streeks de helft van de zeventiende eeuw
ondernomen door niemand minder dan
Isaac Newton, die feitelijk als de uitvin
der van de fameusc vuurpijlauto moet
worden beschouwd. Hij ontwierp toch Vol
gens zijn stelling van de gelijkheid van
werking en tegenwerking den stoomstoot-
vvf.gon'.
Het zou ons Lc ver voeren in den
breede allo pogingen to bespreken welke
in den loop der jaren werden onderno
men om tel den automobiel van heden te
geraken. Het zou ook niet overeenstem
men met onze bedoeling om de geschiede
nis van het verkeer in een nötedop weer
te geven.
Springon wij daarom over tot het be
gin der negentiende eeinv, toen hot men-
schelijk vernuft do stoomkracht had uit
gevonden en vastgelegd. Toen maakte de
mensch el ij ke voort bewegineskracht plaats
voor de mechanische. Wellicht begreep
men aanvankelijk nog niet ten volle de
beteekenis van de stoomkracht, staarde
men zich blind op de versiering en den
pompeuze» bouw van het voertuig, dat
door die kracht moest worden voortbewo
gen. Zulk een stoomwagen onderhield
reeds vóór het ontstaan van den trein
zoo omstreeks 1R14 den dienst tusschen
Londen en Birmingham.
Weer wat later, zoo omstreeks het jaar
1840, ontstond dc beroemde „Enterprise",
een sierlijke wagen, waarvan de herinne
ring levendig is gebleven door de beken
de Engelsche prenten. Sedert dien ver
schenen als spotternij op al de pogingen
om het- stoomvcrkoersmiddel te verbete
ren, vele Engelsche caricaturen, welke
ons op eigenaardige wijze lieten zien hoe
onze overgrootvaders lachten om de mo
derne pogingen om zich gemakkelijk voort
te bewegen.
Het ontstaan der spoorwegen, de vele
pogingen om tot den echten bonzincwagen
te geraken, dat 'alles behoort tot de jongste
geschiedenis. Marcus Trehitvick, Benz.
Daimler, Dunlop, ziedaar namen welke on
afscheidelijk aan de werkelijke geschiede
nis van het automobilisme en het moderne
verkeer verbonden zijn.
LOSSER HUWELIJKSBANDEN.
Hot Centraal Bureau voor do Statistiek
publiceert de bevolkingsstatistiek over
1927.
Wij ontleenen daaraan eenige cijfors,
welke een kijk geven hoe bedenkelijk het
ook in ons land met dc huwelijksmoraal
berg-afwaarts gaat. Het bedenkelijke daar
bij is dat de cijfers vrij goed het böeld ver-
toonen van den sneeuwbal, die verhoudings
gewijze meer in omvang toeneemt-, naar
mate hij langer rolt.
Ziehier oen paar droeve getallen, welke
oen waarschuwende taal spréken.
Van 1840 tot 1849 kwamen op 1000 ge
huwde paren 0.10 echtscheidingen voor,
doch in 1927 bedroeg dit. cijfer 1.79 of 17.9
maal zooveel.
Deze. cijfers zeggen echter nog niet alles
want daarnaast staat nog, dat het aantal
scheidingen van tafel en bed, dat van
18501859 0,04 op 1000 gehuwde paren be-
roeg, over 1927 0.30 beliep, dus ook nog
ruim 7 maal zoo groot is.
Het is niet alles even fraai, wat de mo
derne beschaving ons brengt!
Over 1927 scheidden in Noord-Brabant
87 personen van echt:
in Limburg 90 personen;
in Noord-Holland 16S8 personen;
in Zuid-Holland 2064.
Ook zonder nadere toelichting zeggen
deze cijfers voldoende.
N.B. Als niet anders wordt aangege
ven, in deze week dagelijks Gloria, geen
Credo. De gewone Prefatie.
ZONDAG 27 Jan. Zondag genaamd Sep
tuagesima. Mis: Circumdederunt. Geen
Gloria. 2e gebed v. d. H. Joannes Cbrysoa-
tomus, Bisschop Belijder on Kerklecro :r.
Credo. Prefatie v. d. Allerh. Drieëenheid.
Kleur: Paars.
Met de gelijkenissen van Christus
(Evangelie) en van den H. Panljis (Epis
tel) herinnert de IJ. Kerk er ons aan op
dezen eersten Zondag van voorbereiding
tot den H. Vastentijd, dat wij ons moeten
insnannen en moe'te getroosten om den
prijs te behalen n.i een onvergankelijke»
kroon in den hemel. Die isnanning cn
moeite moet hierin bestaan, dat wij ons
lichaam kastijden on dienstbaar maken
aan den geest (Epistel). Omringd van de
doodende hartstochten ónzer bedorven
natuur uit ons zolvsli hiertoe riiet in
staat, moeten wij den Heer aanroepen.
Hij is onze sterkte, onze toevlucht (Tntroi
tuaGebed). Hij is onzo Helper, Die den
armen mensth, uit de diente zijner zon
digheid om hulp smeekend, niet vergeet
(Graduale: Tractus). Daarom met ver
trouwen wederom den weg der boete be
treden. Gocl zal ons om wille van Zijn
door ons aan Hem geslacht-offerden Zoor,
vorhooren en helpen, (Stil,gebed) Zijn aan
schijn weer over ons laten lichten, d.w.z
Hij zal weer voor ons zijn de Goedertie
rens pp Barmhartige (Communio).
MAANDAG 28 Jan. Feestdag v. d. H
Agrss, Maacd en Martelares (voor d
twceclö ninnl): Vultum tuut». ?e gebed v
d H Maagd3e vöor Kerk of Pöüf
Kleur: Rood.
„AlJe volken stemmen samen in den lc
der H. Agnes, die zoowel 'over de zwak
beid harov jaren als over de woede dc
tvrannen de overwinning heeft, behaald.
(H Ambrosiu8).
DTNSDAG 29 Jan. Mis v. tl. H. Frar
rdseus vön Sa'es, Bisschop Belijder c
TverkleeruarIn medio. Credo. Kleui
Wit.
FranciscuS. de zoon van de grafelijk
familie van Sales, trad na volbrachte
studie in den geestelijken stand. Ais prie
ter beiiverde hij zich vooral om de dw;
londe Calvinisten tot het ware geloof t
bekeeren, waarvoor hij ve'e vérvolginge
moest verduren. 72990 dwalendén, zn
verhaalt men, wist hij door zijn heili
woord, stichtend voorbeeld en vurige gt
beclen tot de Katholieke Kerk terug I
brengen. Franc:scus is ook de stichter va
de Orde der Visitandinnen, (Zusters va
O. L. Vrouw bezoeking) din arbeiden aa
de novocding der jeugd. Franciscus stiei
aV Bisschop van Gelieve in 1622, 55 jare
oud.
WOENSDAG Sn ;lan. Mis v. d. H. Mar
tina, Maagd en Martelares: Loquebcr.
ën 3e gebed als op Maandag. KIqui
Rortd.
De H. Martina is om hare standvastii
beid in het geloof gegeesclcl en aan ee
soort galg opgehangen. Over haar ruc
ijzeren haken verscheurd lichaam wer
kokende pek en olie uitgegoten. Zij i
voor de wilde dieren geworpen, welke ecl.
ter in Merlina's nab!;heid hunne wreed
hoid vergelen. Ton s'otte is zij onthoofd
Op hetzelfde oogenblik deed een hevig
aardbeving de geheele stad schudden e:
weden afgodsbeelden omvergeworpen. D
bekeering van vele heidenen was daarvai
bet gevolg Martina was een kind van der
tien jaren.
DONDERDAG 31 Jan. Mis v. d. H. Pe
trus Noiascus, Belijder: Justus. Kleur:
Wit. fZie ?3 Januari).
VRTJDAG 1 Februari. Mis v. d. H. ig
natius, Bisschon en Martelaar: Mih
autcm. Kleur: Rood.
Onder keizer Trajanus werd de H. Tg
natius naar Rome gevoerd om voor d
wilde dieren te worden geworpen. Eo
gloeiend verlangen naar den mnrteldoo
bezielde hem, zooals blijkt uit zijne bric
ven on weg naar Rome aan vcsehdlend
parochies geschreven. Toen hij dc leci
wen hoorde brullen, zeide hij deze bec
lijko woorden: „Tarwe ben ik voor Chri
tus. Door de tanden der wildé dieren z:
ik worden gemalen, opdat ik een zuiv<
brood worde". (Communio). Hij stierf i
107. N.B. Vandaag is geoorloofd de Votie
mis v. h. Goddelijk Hart van Jezus: Mis
rebitnr O'oria en Credo. Prefatie v. 1
H. Kruis. Kleur: Wit.
ZATERDAG 2 Fcbr. Feestdag van M
ria's zuivering. (Maria Lichtmis). Mi
Suscenimtis. Credo. Prefatie van Kers
mis. Kleur v. cl. Mis: Wit.
Vandaag worden kaarsen gewijd c
ontstoken in de processie moegedrage
a's eerbetoon en llefdebëwüs aan Chri:
tus. Dien Simeon voorspelde als he
„Licht ter verlichting van het Heicler
dom."
„De wortel van Jesse heeft gebloeid
de ster uit Jacob is opgegaan een M^ag
bracht den Zaligmaker ter wereld. (Voo
dit alles) loven wij U o God. (Kerk. Gel.
IN DE KERKEN
DER E.E. P.P. FRANCISCANEN.
Alles als in bovenstaande kalender, be
halve
MAANDAG. Rogerius van Todi. Mie
v. cl. Z Z. Odoricus van Pordenono er.
Egidius van Laurenzana. Belijders: Con-
fiteantur. ?o eobed v. d. H. Agues'; 3e tei
ee'-e v. d. H Maned. Kleur: Wit.
WOENSDAG. Mis v .d. H. Hyacintha
van Maris-Cotti. Maagd: Dilexisti. 2e ge
bed v. d. H. Martina. Kleur: Wit.
DONDERDAG M:s v. d. Z. 7. Ludovïca
Albertoni en Paula Oarrbara-Co-ta. We
duwen: Domine. 2e gebed v. d. H Petrus
Noiascus.
VRTJDAG. Mis v. d. Z.Z. Eustochium en
Veridiana. Maagden: Vireines. 2e gebed v.
d. H Tgnntius Kleur: Wit.
Votiefmis v. h. Godde'iik Hart van Je
zus: Ecwedimini. Geen Gloria. 2e cebed
v. d. Z.Z. Eusrochium enz.3e v. d H. Ig
natius; Prefatie van Kerstmis.
ALB. AI. KOK.
Amsterdam.