V
V
BUITENLAND.
STADSNIEUWS.
20ste Jaargang
ZATERDAG 26 JANUARI 1929
No 6088
ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
or Leiden 19 cent per week .f2 50 per kwartaal
onze Agenten 20 cent per week .f2.60 per kwartaal
,nco ppr postf2.95 per kwartaal
Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
ghaar tegen betaling van 50 ct. per kwartaal, bij voor
etaling. Afzonderlijke nummers 5 ct., met Geïllustreerd
idagsblad 9 ct.
Dit blad varschijnt eiken dag uitgezonderd Zon- en Feestdagen. II
Bureaux: PAPENGRACHT 32 LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935 REDACTIE 15
GIRONUMMER 103003 POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone advertentiën 30 c«nt per regel
Yoor Ingezonden Mededeelingen wordt het
dubbele van het tarief berekend. n
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en ver
huur, koop en verkoop f 0.50.
t nummer bestaat uit vijf
bladen waaronder het
Geïllustreerd Zondagsblad.
["er gelegenheid van de herdenking van
50 jarig verblijf in ons Vaderland ont-
jg Ik zoo ontelbare blijken van liefde en
ijding in woord en daad, dat het Mij
mogelijk is alle Mijne landgenooten te
reiken om hun Mijne erkentelijkheid per-
•nlijk te betuigen.
Daarom wensch Ik op deze wijze hun,
hier te Lande, in de Overzeesche Ge
sten en in den Vreemde, hoe dan ook, er
bijdroegen deze herinneringsdagen voor
zóó schoon en gelukkig te maken,
jnen diepgevoelden, innigen dank uit te
•eken.
De indrukken van dit feest, Mij door ons
Ik bereid, staan diep in Mijn hart go-
iit
EMMA.
IVERHEIDS-ARMENZORG
EN ONS IDEAAL
De Protestantsche, althans Gereformeer-
gedachte omtrent de plaats der Overheid
het terrein van armenzorg loopt vrij-
jl evenwijdig aan de onze.
Het anti-revolutionaire Kamerlid J.
•houten, die met mi] te Utrecht praead-
seerde en dien ik in deze als woordvoer-
r van die groep mag beschouwen, liet
:b in zijn knap en sterk-principieel prae-
vies aldus uit: „De geldende Armenwet
it uit van de grondgedachte, dat de ker-
lijke en particuliere armenzorg den voor-
ng hebben en de Overheids-armenzorg
die van de burgerlijke instellingen) een
cundair karakter draagt. De Overheid
:edt eerst op als de steun aan den arme
et verschaft wordt door hen, die daartoe
houden zijn, of door kerkelijke en bij-
ndere instellingen. Dit beginsel is juist".
En even verder: „Het gelding geven aan
opvatt ing welke alle armenzorg van kerk
particuliere instelling veroordeelt, welke
menschen plicht tot betoon van barm-
.rtigheid loochent welke van alle armen-
rg staatszorg maken wil, zou tot gevolg
bben de verhindering der werking van
!t recht en den plicht van familie, kerk en
.rticuliere armenzorg. Op handhaving van
rechten, op het scheppen, aanwezig
len blijven en versterken van de voor
aarden tot effectieve vervulling van die
ichten behoort te worden gestaan".
En op een andere plaats, Waar hij zijn
ivatting steunt door woorden van oud-
inister Th. Heemskerk (gesproken bij" de
handeling der tegenwoordige wet in de
weede Kamer) zegt hij onomwonden:
ïen en ander klemt te meer, omdat ar-
lenzorg in den vollen zin van het woord
iet door de Overheid en hare organen kan
orden gegeven, wat zij ook mogen doen
cd hun werk met den geest der naasten-
efde te vervullen. De volle ontplooiing
&n de barmhartigheid kan niet uitkomen
het werk der Overheid".
Met deze rangorde kunnen wij ons wel
et heelemaal vereenigen omdat het
aconaat (door Kuyper, op Calvijns voor
leid, als dienst van de „daad" gesteld
last den dienst van het „woord") bij ons
iet de beteekenis bezit, welke het bij de
rotestanten heeft maar hierin zijn wij
et toch eens: op het gebied van armen-
5rg komt do Overheid op de laatst6
laats 1
en dat de particuliere instellingen haar
taak successievelijk overgeven aan de
Overheid.
Het een zoowel als het ander bevordert
verzwakking van de werking der liefde,
uitslijting van het besef der persoonlijke
verantwoordelijkheid en verdorring van rle
gezonde krachten in het volksleven. In
geestelijken en in stoffelijken zin beteekent
dit verarming en achteruitgang".
Deze klachten kunnen wij ten volle on
derschrijven. Maar wanneer het er op aan
komt uit te zien naar middelen, die in dezen
bedroevenden toestand verbetering kunnen
brengen, dan gaan onze wegen uiteen.
Wat Schouten wil, zegt hij in zijn zesde
stelling: „De bestaande toestand op het
gebied van de armenzorg is niet in over
eenstemming met de goede beginselen en
in strijd met de grondgedachte van de Ar
menwet. Het streven van allen dient gericht
te zijn op herstel van de goede verhoudin
gen. Familie, kerk en particulieren behoo-
ren te worden herinnerd aan hun roeping
en de noodzakelijkheid van het gehoorza
men daaraan. De Overheidsarmenzorg ge-
drage zich naar de voorschriften der wet.
De „dubbele bedeeling" worde
opgeheven".
Den laatsten zin heb ik laten spatieëeren
om goed te doen uitkomen het markante
verschil met mijn stelling IV
„Ideaal is dat de overheid het particulier
initiatief aanvult. Waar tengevolge van de
Armenwet subsidieering vrijwel onmogelijk
is, kan dat ideaal benaderd worden langs
den weg der dubbele bedeeling,
krachtens diezelfde wet".
Scherper tegenstelling is haast niet mo
gelijk.
Tusschen haakjes wil ik hier even aan
toevoegen, dat de „dubbele bedeeling",
waarvan hier telkens sprake is heel een
voudig dit beteekent, dat een arme van
twee kanten gesteund wordt, nl. èn door
een kerkelijke of (en) een particuliere in
stelling, èn door de overheid.
Onder de oude wet 1854 werd er nog al
eens kwestie van gemaakt, of dergelijke
dubbele bedeeling wel geoorloofd was. De
Armenwet 1912 heeft aan alle onzekerheid
een einde gemaakt. Dubbele bedeeling is
wettelijk geoorloofd enwordt zeer, zeer
druk toegepast I
Nu wil de heer Schouten die dubbele be
deeling voor de behoeftige leden van zijn
kerk opheffen: zij worde „uitgebannen".
Alleen dèn verwacht hij dat het besef van
verantwoordelijkheid in de kerk zal op
leven dat zijn beter-gesitueerde geloofsge-
nooten hun plicht van werkdadige naasten
liefde weer ten volle zich zullen bewust
worden. Door afwijzing van den overheids
steun wil hij een oplossing ten goede for-
ceeren. „De dubbele bedeeling worde uit
gebannen. Brengt dit voorshands met zich,
dat vele kerken niet al haar armen den
door hun toestand geboden steun kunnen
geven dan bepalen zij zich tot afdoende
hulp aan al die armen in haar midden,
waartoe geestelijke kracht en geldmiddelen
haar in staat stellen. Het helpen van velen
met te weinig moet desnoods aanvankelijk
plaats maken voor het helpen van weini
gen met genoeg".
Dit is principieel zeer mooi, maar, afge
zien van de vraag of schifting der noodlij
dende geloofsgenooten praktisch wel altijd
uitvoerbaar is meen ik te mogen opmerken:
dit middel is tè radicaal!
Vruchtbaarder lijkt mij de oude wijs
heid: het eene doen en het andere niet
laten.
Op de eerste plaats moeten wij voor onze
gebreklijdende geloofsgenooten trachten te
doen wat wij kunnen. Den weldadigheidszin
van ons katholiek volk gezond en levendig
houden; het natuurlijk gebod van naasten
liefde met de daad, door Christus' liefde
gebod nog onderstreept, daar waar het
niet meer voldoende mocht worden nage
leefd weer inprenten, inhameren desnoods.
Tegelijkertijd echter ook onze katholieke
armenzorg aanpassen aan de eischen van
den modernen tijd, willen wij niet door an
deren, vooral door de Overheid, omver
worden geloopen. Mijn innige overtuiging
is het, dat onze rijke roomsche caritas door
organisatie, door methodisch werken cn
door royale samenwerking vooral, nog méér
zou kunnen prestoeren dan zij nu God
zij dank reeds doetl
Maar daar naast: een open oog voor de
realiteit! Momenteel schijnen wij, Katho
lieken, al onze arme broeders en zusters
in Christus me* afdoende te kunnen hel
pen De overheids-armenzorg, machtig door
haar geldmiddelen en sterk door haar outil
leering, staat gereed om bij te springen
(dubbele bedeeling). Welnu: laten wij
dan in de hoop op betere tijden, wan
neer ons ideaal van armenzorg kan wor
den verwerkelijkt voor het oogenblik die
hulp van de Overheid aanvaarden, maar
zóó, dat het nadeel wat dubbele
bedeeling en overheid s-z org
onmiskenbaar met zich bren
gen, tot de kleins t-m o g e 1 ij k e
afmetingen worde terugge
bracht!
Laten wij trachten to make the best of it.
En dat kèn!
Hoe? Eenvoudig: door volledige toe
passing van art. 31 van onze Armenwet.
Mr. E. VAN DER HELM O.F.M.
VOLKENBOND.
DE OPIUM-COMMISSIE.
Neüerlandsche openhartigheid.
Groote handel van
verdoovende middelen.
Zooals men weet heeft de Volkenbonds
commissie voor den opiumhandel de vinger
gelegd op een grooten handel in verdoo
vende middelen door de chemische fabriek
te Naarden.
De Nederlandsche gedelegeerde legde
gisteren de commissie een uitvoerig rap
port over, waaruit blijkt, dat weliswaar
de fabriek te Naarden met haar handel
in verdoovende middelen de bepalingen
der Nederlandsche tfpibm wetgeving niet
geschonden had, doch toch stellig tegen
den geest van onze wet gezondigd heeft
door op reusachtige schaal verdoovende
middelen uit Duitschland en Zwitserland
in te voeren en deze daarna naar het
Verre Oosten en vooral naar China uit te
voeren, ofschoon de fabriek toch moet
aannemen, dat al deze vergiften zeker niet
uitsluitend voor medische en we ter schap
pelijke doeleinden zouden worden gebruikt.
De heer Van Wettum gaf ronduit toe,
dat hier een zware verantwoordelijkheid
op Nederland rustte dat voor langen tijd
een zoo groote leemte in zijn opium-wet
geving had laten voortbestaan, waardoor
de practijken van Naarden mogelijk wa
ren gebleken.
Nadat de heer Van Wettum aldus voor
Nederland de zonden had beleden, poogde
ook de Zwilsersche gedelegeerde, dr. Ser-
rière, goed te doen met de erkenning,
dat ook op Zwitserland een deel der schuld
rust dat de wereld aldus met een reusach
tige hoeveélheid verdoovende middelen be
giftigd werd.
Hoe reusachtig de door Naarden in om
loop gebrachte hoeveelheid verdoovende
middelen geweest is, bleek uit de verkla
ring van den Engelschen gedelegeerde sir
Malcolm Delevingne, die de moeite had
genomen aan de hand van de mededee
lingen der Nederlandsche regeering uit te
rekenen, wat al door Naarden was uitge
voerd.
De cijfers luiden: 955 K.G. morfine, 3040
K.G. heroine en 90 K.G. cocaine. De groote
meerderheid daarvan was naar China ge
zonden.
Bijzonder ergerlijk noemde de Engel-
sche gedelegeerde liet, dat één enkele
Bazelsche fabriek niet minder dan 1600 Kg.
heroine en 300 K.G. morfine aan Naarden
had geleverd. Dit is meer dan gedurende
12 jaren in geheel Engeland noodig is
voor de voorziening in de medische en we
tenschappelijke behoeften.
De commissie heeft naar aanleiding van
het geval-Naarden nog algemeene beschou
wingen over de opium-politiek gehouden.
ENGELAND
De toestand des konings.
Men ziet thans vooruitgang.
Blijkens het bulletin van gisterochtend
hield de vooruitgang des konings sinds
het vorige bulletin aan. Het bacteriolo
gische onderzoek heeft doen zien, dat de
rechterborstzijde thans vrij is van het in
fecteerend organisme.
De vooruitgang sinds het vorige bulletin
is inderdaad, ofschoon langzaam, toch be
vredigend geweest. De verandering kan
nog altijd slechts met dagen tusschenpoos
gemeten worden. De medische bladen noe
men in hun beschouwingen 's konings toe
stand geruststellend en gunstig. „The
Lancet" oordeelt, dat men thans hopen
mag, dat herstel spoedig zal zijn bereikt.
Dit blad noemt het bijzonder bemoedi
gend, dat de patiënt thans vast voedsel
gebruikt, dear hot sen publiek geheim ja
dat langen tijd de koningin persoonlijk er
bij haar gemaal op moest aandringen, dat
hij eenig voedsel gebruikte. Het „British
Medical Journal" zegt, dat men slechts de
bulletins van nu met die van voor eenige
weken behoeft te ve:gelijken om te zien
hoe groot de vooruitgang is geweest.
Slechts het samengaan van een sterk ge
stel, den wil om te leven cn de volmaakte
medische bijstand heeft dit resultaat kun
nen bereiken.
SPANJE
Primo de Rivera ziek.
Volgens de Spaansche bladen geeft de
toestand van Primo de Rivera, die aan
griep lijdt, aanleiding tot bezorgdheid.
AFGHANISTAN.
Een echec voor Habib Oellah.
Troepen van den emir op de
vlucht gedreven.
Volgens berichten uit Kaboel via Mos
kou heef het eerste treffen plaats gehad
tusschen de Vereenigde Stammen van Jal-
lalabad, die naar Kaboel oprukken en een
trcepenafdeeling van den nieuw a heer-
scher Habib Oellah. Het gevecht had
plaats op ongeveer 40 K.M. van Kaboel in
de richting van Jallalabad. De troepen van
den emir léden zware verliezen en werden
op de vlucht gedreven.
CHINA.
0NTZETENDE NOOD IN SJANSI.
Lijken kunnen niet worden begraven.
Door den honger tot banditisme
gedreven.
Personen, die uit Sjansi te Peking arri-
veeren, vertellen dat de hongersnood in
Saratsi vreeselijk heeft gewoed. Het aan
tal dooden is zóó groot, dat het onmogelijk
is een kuil te graven, groot genoeg om alle
lijken te bevatten. Stapels doode lichamen
liggen buiten de stad en worden door hon
den en wolven verslonden. Vorige weck
zijn veertig menschen op straat bezweken.
Velen worden door den honger tot bandi
tisme gedreven. Drieduizend bandieten
hebben te Saratsi verscheidene landbou
wers gemarteld, om te weten te komen
waar zij hun graan verborgen houden.
AMERIKA
De onrust in Midden-Amerika.
Kleine revolutie in Honduras.
De te Tegucigalpa, de hoofdstad van
Honduras, gevestigde correspondent van
de „Diario del Salvador" meldt, dat een
revolutionnaire beweging van geringen om
vang is uitgebroken. Naar het centrum van
den opstand zijn reeds regeeringstroepen
onderweg. De president der republiek is
ervan overtuigd, dat aan de beweging
spoedig de kop zal zijn ingedrukt. In de
overige deelen des lands beerscht rust.
Nieuwe gevechten in
Nicaragua.
Bij een gevecht met bandieten in het
Noordelijk deel van Nicaragua zijn drie
Amerikaansche marinesoldaten gesneuveld.
De Amerikanen dreven de bandieten, die
zich in het struikgewas verborgen hadden,
op de vlucht, waarna zij hun dooden be
groeven en zich weer bij de hoofdpatrouille
op eenige K.M. vandaar aansloten. De
operaties om het Noorden des lands van
bandieten te zuiveren, zijn in voHen gang.
AFRIKA.
Werkloozen-excessen te Kaapstad.
Verscheidene bakkerswinkei s
geplunderd.
Gisteren werd te Kaapstad een betoo
ging van werkloozen gehouden, die leidde
tot ernstige ongeregeldheden van obscure
elementen in de armenwijk, waar verschei
dene bakkerswinkels werden geplunderd.
Een politieagent werd aangevallen en be
wusteloos geslagen. Afdeelingen van de be-
roden politie, die direct gerequireerd wer
den, slaagden er met veel moeite in de orde
te herstellen, doch konden niet verhinde
ren, dat nog meer winkels werden geplun
derd.
Gisterenmorgen vfoeg waren 300 werk
loozen naar het regecringsgebouw getrok
ken en hadden een petitie overhandigd, dio
door meer dan 1000 werkloozen was onder
teekend. Daarna trokken zij in optocht
door de stad.
Het voornaamste nieuws.
BUITENLAND.
Groote uitvoer uit Nederland van ver
doovende middelen.
Ontzettende hongersnood in China.
BINNENLAND.
Z. D. H. Mgr. Aengenent over de orga
nisatie van Katholieke Middenstanders.
(2de blad).
Tweehonderd menschen na een feestdiner
te Rotterdam ongesteld. Ze werden ziek
in het theater. (Gem. Berichten, 2de blad).
Een bond van R. K. Kraamverzorgsters
(4o blad).
Wijz:"ing n cn rijwielreglement.
Rijden c":ler toczL t in de bebouwde kom
toegestaan. (4de blad).
Twee schiderijen uit Londen naar het
Rijksmuseum te Amsterdam. (L. en K. 4e
blad).
Over een sprekende en musiceerende
film. (3de blad).
GENOOTSCHAP VAN DEN STILLEN
OMGANG.
De afd. Leiden van het Genootschap van
den Stillen Omgang vergaderde gisteren
avond in de zaal der St. Jozef-gezellenver-
eeniging. Do belangstelling was zooals
gewoonlijk zeer groot.
Na opening met gebed door den geeste
lijk directeur, pater P. O. Frigge, sprak de
voorzitter, de heer Schrijvers, een woord
van welkom tot den geest, directeur, tot
den spreker van dezen avond, pater Mul
der O.FJI., uit Woerden, en tot den pas
toor van Voorschoten, den zeereerw. heer
Meijer. Spr. spoorde allen aan o dit jaar
weer op te gaan naar Amsterdam ter ver
eering van het H. Sacrament.
De heer Th. B. van Vrost las daarna de
notulen en het jaarverslag. Uit dit laatste
bleek, dat 1350 mannen verleden jaar aan
den Stillen Omgang hadden deelgenomen.
Spr. gaf uitvoerig weer het verloop van
de vorige bedevaart.
Het totaal aantal leden bedraagt thans
1725, verleden jaar 1625, een vooruitgang
dus. Hiervan ressorteeren onder Lei
den 512, onder de buitengemeenten 1202,
verdeeld als volgt: Warmond 151, Voor
hout 130, Noordwijkerhout 200, Sassenkciin
164, Katwijk 60, Voorschoten 18, Wasse
naar 117, Leidschendam 72, Zoeterwoude
71, Groenendijk 51, Hazorswoude 54, Kou
dekerk 44, Stompwijk 70.
De financiën, onder beleid van den gees
telijk-directeur, wijzen een batig saldo aan.
Dank werd gebracht aan den directeur, pa
ter Frigge, voor zijn onvermoeiden ijver,
en aan allen die hebben medegewerkt, om
de omgang zoo ordelijk te doen slagen.
Medegedeeld werd, dat de pastoors van
Leidsohendam en Voorschoten hun volle
medewerking hebben verleend tot oprich
ting van een onderafdeeling in hun paro
chies.
Dit jaar zal de Leidsche groep in twee
deelen worden gesplitst, groep-Noord en
groep-Zuid. De groep-Zuid vertrekt te on
geveer 11 uur uit Leiden, groep-Noord een
uur later. Overvol te in deMozes-en Aaron-
kerk is thans niet meer to vreezen. De
groep-Leidsohendam heeft besloten aan <lo
tramdirectie een extra-tram aan te vra
gen, waarbij Voorschoten zich kan aan
sluiten.
Bij de bestuursverkiezing wegens perio
diek aftreden van den heer J. Schouten
werd deze functionaris bij acclamatie hor-
kozen.
De geest, directeur zeide, dat het werk
voor den secretaris te omvangrijk was. Een
vergadering kan voor deze aangelegenheid
niet bijeen worden geroepen, waarom het
bestuur den heer Bergsma als tweeden se
cretaris had benoemd, (applaus).
Hierna werd het woord verleend aan pa
ter Mulder. De vrome schrijver Thomas a
Kempis, zeide spr., schreef in zijn „Navol
ging van Christus", dat men zelden heili
ger wordt door bedevaarten. Had deze
groote schrijver onzen Stillen Omg. goed
gekend, dan had hij daarvoor zeker een
loffelijke uitzondering gemaakt. Want deze
bedevaart is een en al opoffering en heeft
tot heerlijke vrucht de vermeerdering van
de liefde voor het H. Sacrament.
Pater Mulder wilde dezen avond spreken
over het geloof en de liefde, in verband met
de geschiedenis van den Stillen Omgang.
Wonderlijk spreken hemel en aarde
elkaar tegen bij de instelling van het F.
Sacrament Toen Christus de woorden
sprak: „Ik zal u mijn vleesch te eten ge
ven," zeiden de Joden: „die taal is hard;
wie kan haar aanhooren".
Dat is de taal, die nog steeds over het
H. Sacrament wordt gebruikt, zoowel door