UIT HET VATICAAN.
WEEK-END
LIED VAN DEZEN TIJD.
Door Prof. ANDREAS RASETSCHNIG (Rome)
ROME, 14 Januari 1929.
Uit alle oorden der geheele wereld ko
men er bij het algemeen secretariaat voor
de regeling der feestelijkheden, bij gele
genheid van 's Pausen Jubeljaar, berichten
binnen over do groote bedevaarten naar
Rome. waarvoor thans reeds in de ver
schillende landen de voorbereidende maat
regelen worden genomen. Bij het bureau
van het Jubileumcomité, dat gevestigd is
Via della Scrofa Roma III, kan men z.g.
Pelgrims-kaarten verkrijgen, die aan alle
bedevaartgangers als een onderscheidings-
tceken worden uitgereikt, en die recht ge
ven, om zich aan te melden voor een
audiëntie bij den H. Vader, en die ook
toegaixg gever, tot het Vaticaansche Mu
seum, de Pauselijke Paleizen, de Cata
combe»), enz.
Ook ligt het in de bedoeling van dit
comité, om ten gerieve van de pelgrims
een speciale gids uit te geven, waarin alle
mogelijke inlichtingen, historische beschrij
vingen van monumenten en paleizen in de
Eeuwige Stad te vinden zullen zijn.
Van de ltaliaansche Spoorwegen heeft
het comité verkregen, dat aan groepen pel
grims van 2530 personen een korting
wordt gegeven van 30 pet., en voor bede
vaarten van meer dan 50 personen 50 pet.
Ook aan afzonderlijke personen wordt een
korting van 30 pet. en in de maand De
cember 1929 zelfs een reductie van 50 pet.
gegeven.
In het voorjaar zullen er twee groote
bedevaarten uit Frankrijk naar Rome ko
men, van de Fransche Jeugdorganisaties
en van de Werklieden-vereenigingen.
Z. H. de Paus heeft bij gelegenheid van
de herdenking van Zijn Jubelfeest een
Constitutio Apostolica afgokondigd, om
allo kindei-en der Kerk te doen deelne
men aan de geestelijke goederen, die de
H. Vader ter beschikking heeft. Z. H. de
Paus heeft het voorbeeld nagevolgd van
Zijn roemruchtige voorgangers, vooral van
Leo XIII en een buitengewoon Heilig Jaar
voorgeschreven, voor heel de Katholieke
wereld en wel in den vorm van een alge
meen jubilé.
Daar het doel van het Heilig Jaar voor
na melijk gelegen is in de bevordering van
den groei en bloei van het geloofslevon
onder het volk, in overeenstemming met
de zedewetten van het Evangelie, meenen
wij zoo schrijft de H. Vader dat de
herdenking van den dag onzer H. Priester
wijding een groote vermaning moet zijn
voor allen die tot dezelfde waardigheid
verheven zijn, om hun leven steeds heiliger
cn volmaakter in overeenstemming te bren
gen met de verhevenheid hunner voorname
zending. En ten slotte vertrouwt Z. H. de
Paus, dat de veelvuldige vrucht van dit
jubilé, dat aan heel de maatschappij en
aan elk der burgers afzonderlijk ten goede
zal komen, tevens zal brengen het lang
verwachte herstel van den volledigen vre
de van Christus' in Christus Rijk.
Daarom verleent de H. Vader, volgens
Gods groote barmhartigheid, vertrouwende
op het gezag der Heilige Apostelen Petrus
en Paulus, krachtens de macht tot binden
en ontbinden, aan alle geloovigen een vol
len aflaat in den vorm van eeix jubilé, om
hierdoor de groei van het geloofsleven, de
verbetering der zeden en bijzonder de
heiliging van de geestelijkheid te bevorde
ren.
Zoo zullen duizenden en tienduizenden
pelgrims optrekken naar de Eeuwige Stad
om den Jubilé-aflaat te gaan verdienen.
In Italië zal elk bisdom een afzonder
lijke bedevaart naar Rome organiseeren.
In de maanden Mei en Juni zullen de
zaligverklaringen van 's Pausen jubeljaar
gehouden worden. De eerste zal zijn die van
Don Bosco, de stichter der Salesiancn,
daarna die van een leekebroeder der Oa-
pucijnen, Francesco van Camporoso, en
van de Carmelietes Tlieresia Redi van Flo
rence, terwijl ook de zaligverklaring van
Pater de la Colombière, de zielsbestuur-
der van do H. Margaret1- a Maria, zoo goed
als zeker zal geschieden.
Talrijke Oostersche prelaten en autori
teiten zullen de reis naar de Eeuwige Stad
ondernemen, om de zaligverklaring van
den Armeenschen priester Gaumida te
kunnen bijwonen.
De Katholieken van Rome zullen den
H Vader een rijken troon aanbieden voor
de Sixtïjnsche kapel. Het is zeker dat Z.
H. aan de Romeinsche bevolking oen plech
tige audiëntie zal verleenen. Volgens de
bewering van sommigen zou het tijdstip
en de plaats van deze audiëntie in ver
band staan met de onderhandelingen die
er op het oogenblik plaat-s hebben tusschen
•Ie ltaliaansche regeering en den H. Stoel,
waarvan ook gezegd wordt dat de voorloo-
pige besprekingen reeds geëindigd zouden
zijn. Maar van officieele zijde werd om
trent deze onderhandelingen vooralsnog
geen enkele mededeoling gedaan, en alle
persberichten berusten enkel en alleen op
vage vermoedens en mogelijke veronder
stellingen; want wij, die dan toch gere
geld in Vaticaansche kringen verkeeren,
wij konden ondanks onze journalistieke on
bescheidenheid geen enkele officieele be
vestiging verier ij gen omdat zooals wij eer
der schreven, hot Vaticaan absoluut geen
uitlatingen wenscht te doen omtrent de
verschillende mogelijkheden van de oplos
sing' der Romeinsche kwestie.
Tegen het einde van het jaar zal aan Z.
H. den Paus de groote offergave van de
ltaliaansche Katholieken aangeboden wor
den. Dit geschenk bestaat in een som gelds
voor het stichten van pastoriën die in som
mige streken van Italië geheel cn al ont
breken.
In de maand December zal ook het
nieuwe altaar in San Carlo te Rome, waar
aan Z. H. de Paus de eerste H. Mis op
droeg, gereed zijn en onthuld worden.
Dit altaar is een geschenk waaraan alle
bisschoppen der geheele wereld een bij
drage hebben geschonken.
Op den 20sten December1929, den dag
van 's Pausen gouden Priesterfeest, zal in
de Sint Pieter een Solemncele Oapella Pa-
pale plaats hebben.
Aan de Universiteit Gregoriana zal ge
durende dit jaar iedere week een voor
dracht gehouden worden over den Paus en
het Pausschap. De eerste lessen die in
dezen cursus voor hooger godsdienstonder
wijs gegeven zullen' worden, zijn getiteld
„Gij zijt Petrus", de volmaakte monarchie
der Kerk en Rome, de zetel van het Paus
schap.
Z. H. de Paus heeft iu de Sixtijnsche
kapel de Bisschopswijding toegediend aan
Kardinaal Luigi Sincero.
Vergezeld door den hofstoet ging de H.
Vader te voet naar de Sixtina, omgeven
door een afdeeling der edelwacht en de
bevelvoerders der verschillende pauselijke
garden.
Onmiddellijk na den H. Vader kwamen
de kardinalen Vannutelli, Laurenti en
Merry del Val binnen.
Boven het altaar hing een schitterend
gobelin mot een voorstelling van de aan
bidding door de Drio Koningen.
Z. H. de Paus werd geassisteerd door
Mgr. Cremonesi en Mgr. Zampini, terwijl
de studenten van het Lombardijnseh Semi
narie en van het College der Propaganda
de verschillende diensten aan het altaar
verrichtten.
Mgr. Don Lorenzo Perosi' had de leiding
over de zangers, die de liturgische gezan
gen uitvoerden.
De bloodverwanten des Pausen en de
familileleden van Kardinaal Sincero, tal
rijke diplomaten, vertegenwoordigers va a
alle Oostersche Ritussen, bovendien een
groot aantal prelaten cn leeken woonden
deze indrukwekkende plechtigheid bij.
Bij de toediening van deze Bisschops
wijding waren ook tegenwoordig twee Indi
sche vorstenfamilies die in him schilder
achtige bonte, kleurrijke kleeren gehuld, de
aanwezigen stichtten door de groote vroom
heid, waarmede zij deze liturgische plech
tigheden volgen.
Nadat de Apostolische Nuntius te
Praag eenigen tijd in Rome heeft doorge
bracht, om rapport uit te brengen aan de
Kerkelijke Commissie, die is ingesteld in
gevolge de modus vivendi tusschen Tsje-
cho-Slowakije en den H. Stoel, is Mgr.
Civiaci thans weer naar zijn post terugge
keerd.
Te Rome is aangekomen de Aartsbis
schop van Tripoli, die ontzaggelijk veel ge
daan heeft voor do inwoners van Tripoli
en omliggende streken. Gedurende den
hongersnood, die het land geteisterd heeft,
deelde Mgr. Arida alles uit wat hij bezat.
Hij verkocht zelfs zijn gouden Bisschops-
kj'uis met ketting om de noodlijdenden te
helpen.
In de Vaticaansche archieven heeft men
weer nieuwe ontdekkingen gedaan. Men
heeft namelijk de authentieke stukken ge
vonden die betrekking hebben op de re
volutie van 1831 in de Pauselijke Staten,
waardoor een geheel nieuw liclit gewor
pen wordt op de gebeurtenissen die zich ia
die rumoerige dagen in de Pauselijke Sta
ten hebben afgespeeld.
HET GEHEIM VAN STRADIVARIUS
ONTDEKT!
Aan een keerpunt!
Zooals gemeld, werd door een antiquair
een zeer merkwaardige biografie gevonden
van Stradivarius (1645—1737), welke docu
menten thans in het bezit zijn van een be
kend vioolbouwer te Milaan, den heer Bi-
siach.
Een commissie, bestaande uit enkele
vooraanstaande ltaliaansche persoonlijkhe
den, heeft de documenten onderzocht en
do authenticiteit ervan vastgesteld. Door
deze stukken zijn thans verschillende pun
ten duidelijk geworden, in het bijzonder wat
betreft de samenstelling van de gebezig
de laksoort, waaraan juist het zoo uitmun
tend klankvermogen van de beroemde vio
len van Stradivarius te danken was, en
welk uiterst belangrijk procédé twee
eeuwen lang was geheim gebleven, dat nu
eindelijk is ontdekt geworden.
Reeds jong zou Stradivarius in dienst
zijn getreden van den beroemden Nicola
Amati; in een door Arnati in 1667 uitgege-
acii viool gelooft men reeds met zekerheid
de hand van Stradivarius te herkennen.
Dc oudste violen van Stradivarius zijn ont
staan tusschen de jaren 1668 en 1670. Wel
doen deze nog sterk denken aan de Amati-
sehool, doch zij vertoonen reeds een zeld
zame begaafdheid. Met enorme werklust
gaf Stradivarius zich geheel aan zijn ar
beid. Men verdeelt zijn werk in drie perio
den. In den eersten tijd legde hij zich nog
weinig op de mooie houtsoort toe; een goed
geluid was hem voldoende. In de tweede
periode verbetert hij het Amati-modcl,
maakt de viool iets grooter, snijdt de F-
gaten mooier uit en versiert verscheidene
instrumenten met ivooi\ Verschillende vio
len levert hij o.a. aan het Spaansche Hof.
Omstreeks 1693 is de viool ongeveer 35.8
c.M. lang, bovenaan 16.8 en onderaan 20.9
c.M. breed. In zijn derde periode, die be
gint na 1695, behaalt Stradivarius zijn
hoogtepunt; uit déze eigenlijke glans
periode stammen de beroemdste werken
van den intusschen reeds 50-jai'igen mees
ter; het Stradivarius-model is nu volko
men.
In verband met het bovenstaande lijkt
liet ons niet van belang ontbloot hier een
kleine beschouwing te laten volgen over
den bouw van de viool. Over het ontstaan
van de viool is zeer weinig bekend. Van zeer
ouden datum dagteelcent een instrument,
vervaardigd van hout van een vijgenboom,
overtrokken met slangenhuid en bespannen
met twee darmen, welk instrument met
een strijkstok bespeeld werd en dat als
de voorlonper van de latere viool kan be
schouwd worden.
In de zestiende eeuw leeren wij de lta
liaansche viool kennen van de bekende
bouwers: Gasparo Bertolotti da Salo en
Giovanni Paolo Maggini.
Andrea Amati, de befaamde vioolbou
wer te Cremona, is het, die in dc zeventien
de eeuw grooten roem oogstte. Hij wordt
in zijn w.erk opgevolgd door zijn beide
zonen Anjtonio en Hieronymus cn later dour
Nicola Anlati den zoon van Hieronymus.
De oude ltaliaansche viool kenmerkt zich
naast fraaien vorm en mooi lak door haar
helderen klanlc. De vioolbouwers van Cre
mona schiepen de viool, welke tot heden,
wat klank en vorm betreft, nog niet is
overtroffen.
De viool krijgt een cenigszins grooteren,
duch minder gewelfden vorm door den ver
maarden bouwer Antonio Stradivarius en
zijn beroemden tijdgenoot Giuseppe Guar-
nerï del C'esu. De prachtige diepe kleuren
van de mooiste instrumenten der oud-Ita-
liaansche moesters boeien het oog haast
evenzeer als de aanblik van de „Nacht
wacht" van Rembrandt Holland's groot-
sten schilder. De draagkracht van het ge
luid der betere instrumenten van de oude
meesters is buitengewoon en onderscheidt
zich aanmerkelijk van instrumenten van
mindere kwaliteit.
Als houtsoort, hetwelk door de oude
meesters ter vervaardiging van het oo-
venblad van de viool werd aangewend, ge
bruikte men pijnboomhout. Deze houtsoort
wordt ook heden nog voor dit doel gebe
zigd, doch ook ahornhout. Geprefereerd
wordt het hout van den Zuidkant van den
boom, daar dit minder hard is dan het
hout van den Noordkant. Ook de oude Ita
lianen voelden als eersten grondslag Voor
den vioolbouw de keuze van het houtsoort,
zoowel wat kwaliteit aangaat als uit aesthe-
tisch oogpunt. Het juiste hout werd toen
tertijd aangetroffen in Noord-Italië, en
wordt ook heden nog wel daar gevonden,
doch ook in Roemenië.
Het onderblad, de krul en de hals van
de viool worden vervaardigd van het hout
van den ahornboom.
De vioolbouw is zich meer en meer moe
ten gaan aanpassen aan den grooten na
vraag van instrumenten hetwelk verband
houdt met het verval der oude ltaliaan
sche kunst in het midden der achttiende
eeuw. Er heeft zich als het ware een in
dustrie gevormd voor vervaardiging van
instrumenten van mindere kwaliteit. Bui
ten de industrie-centra, zooals Duitsck-
land, Bohemen en Frankrijk worden er
echter in de groote steden toch wel viool
bouwers gevonden, die zich geheel en al toe
leggen op den bouw van violen, zooals dit
door de oude meesters werd beoefend, dus
zonder eenige machinale bewerking. Slechts
de heilige ernst en liefde voor het werk zal
dien vioolbouwer bezielen, die in zijn po
gen om de karakteristiek der oude mees
terwerken in vorm en klank nabij te ko
men, hieraan een gansch menschenleven
vol gestagen arbeid, overlog en eindeloos
geduld besteedt in dienst van een artistiek
ideaal.
ZONDER GEVAAR AANZETTEN VAN
MOTOREN.
We zijn met de moderne auto zekor
veel beter af dan met de oudere model
len en het gemak van het electrisch aan
zetten wordt dagelijks ondervonden. Toch
werkt die electrische starter niet altijd
goed; de accu kan wat uitgeput zijn, of de
motor is te koud geworden om snel aan
te loopen, etc. etc., waardoor gebruik ma
ken van den ons ouderwctsch toeschijnen-
den slinger onafwijsbaar wordt.
Die slinger heeft bij auto's (en vooral
ook bij allerlei motorbooten) reeds heel
wat ongelukken op zijn geweten, omdat
het terugslaan van den slinger, b.v. bij te
vroege ontsteking, met groote kracht
werkt en in ontelbare gevallen de oorzaak
is geweest van het breken van pols of
handwervels, terwijl ook vóórkwam, dat
als gevolg van de lastige houding waarin
men bij het gebruik kan staan, kwetsuren
van de kaak en zelfs buikorganen ont
stonden. Er werden wel steeds niet terug
slaande aanzotsslingers gevraagd, maar
deze bestonden feitelijk niet, zoodat de
voorschriften wel doode letters moesten
blijven.
Een nieuw model aanzetter, die niet te
rug kan slaan, leek ons het beschrijven
wel waard, daar hierdoor niet alleen veel
leed voorkomen kan worden, maar ook in
talrijke, gevallen de productieve kracht
behouden blijft en schade wordt voorko
men.
Natuurlijk wordt met voorstaande be
doeld het geheel apparaat en niet de slin
ger op zichzelf; 't apparaat is op zeer een
voudige wijze overal aan auto's of moto
ren aan te brengen. Wij zullen de construc
tie niet in details beschrijven, maar ons
beperken tot de werking in het algemeen.
Bij het draaien naar rechts grijpt de
slinger de onderdeelen zoo vast, dat het
verloop geheel normaal is en de motor
wordt aangezet; slaat deze echter terug,
dan wordt door de inwendige constructie
van den motor en die van het apparaat
in de eerste plaats gezorgd, dat de as
losraakt van den slinger, zoodat de motor
door kan gaan loopen, zonder dat de slin
ger beïnvloed wordt. Het plotseling los
laten van den slinger zou echter ook ge
vaarlijk kunnen zijndaarom is gezorgd
voor het aanbrengen van een remkonus,
waarop de slinger dan blijft werken, zoo
dat men b.v. niet voorover kan vallen. We
gelooven, dat dit nieuwe aanzetmechanis-
me zeker de aandacht verdient van alle
■uto- of motorboot gebruikers en we ver
moeden, dat de prijs niet hoog zal zijn.
ZORGT VOOR DE VOGELS.
Sneeuw en ijs brengen weer hongers
nood onder onze vogels. Als de winter
lang aanhoudt, zullen wij in de volgende
maanden veel lentezang moeten ontberen,
veel bondgenooten in den strijd tegen in
secten moeten missen. Onafwendbaar is
dat verlies niet, integendeel, met eenigen
goeden wil kan het grootendeels voorko
men worden.
Nu de natuur den vogels tijdelijk het
noodige niet kan verschaffen, moeten jong
en oud zich beijveren het ontbrekende aan
te vullen. Een eenvoudig voertafeltje is
spoedig in elkaar getimmerd, een luw
plekje is iu een ommezien sneeuwvrij ge
maakt; zelfs de allereenvoudigste voerge-
legenheden verheugen zich in dezen tijd
gewoonlijk in een druk bezoek.
Wat den kleinen gasten voorgezet moet
worden? Veeleischend zijn zij niet en een
korst bruin brood geldt reeds als een lek
kernij. Wie dc vogels in de Nederlandsche
gastvrijheid wil doen deelen en wie zou
dat niet willen! kan nog allerlei ander
voedsel beschikbaar stellen. Pinda's, zou-
nepitten, hennepzaad, en in het algemeen
oliehoudende zaden, vallen in den smaak.
Spekzwoerd en kaaskorst neem zwoord
en korst niet te dun! tafelafval en alle
dierlijke en plantaardige vetten worden
met graagte verorberd. Laat in deze da
gen niets eetbaars verloren gaan!
Vetkoeken, vetbollen, voer voor insecten
etende en voor zaadetende vogels, zooals in
den handel verkrijgbaar, het zijn alle uit
stekende middelen, om den nood onder de
igels te lenigen.
Nu kunnen wij onze kinderen in aanra
king brengen met vogels. Laat die gelegen
heid niet ongebruikt voorbijgaan en oor
deelt dan zelf, of niet de dienst, aan uw
kinderen bewezen, even groot is, als die,
aan de vogels verleend.
Ook aan een drink- en badgelegenheid
hebben de vogels bij vorst behoefte. Een
ondiep bakje met water zoo mogelijk eeni-
germate verwarmd, voorziet in dezen nood.
Laat het water vooral niet te warm wor
den!
STIJi
We doen tegenwoordig alles in stijl,
is heel gezellig.
We bouwen huizen in stijl, wij schilde
in stijl, driehoekige gezichten en bee
zonder kuiten, we schrijven in stijl, de
mes loopen in stijl do slanke lijn -
koken in stijl, zoodat de maaltijd nati
lijk niet te genieten is, verder is al
waarmede wij in ons dagelijksch leven
aanraking komen in stijl gehouden,
meubelen van onze huizen, de damespa
pluies en zelfs de groote lappen beha
in onze huiskamers vermogen niet aan <1
drang der tijden te ontkomen.
Zonder dat we er ook maar
hebben gemerkt, heeft de stijl ons le
doordrongen, want zei men vroeger all ;n
van een auteur, dat hij een goede stijl hade
tegenwoordig is dat anders.
Een huismoeder heeft nu een goede
van koken, een baanveger en een werks
hebben een reuzen stijl van vegen,
glazenivasscher heeft stijl, een provii
reiziger heeft stijl, een boekhouder,
reclame-agent-, een sneeuwruimer en
strijkster hebben allemaal stijl.
Als wij wandelen langs onze straten
grachten, dan zien wij om ons heen
menschen meer en geen huizen, geen
bouwen, geen schitterende reclamepla !Ct
of grootsche étalage's, dan zien wij slee int-
stijl, niets anders dan stijl.
Wij zien niet meer de flikkerei
schoonheid van de electriciteit, die lai
govels van gebouwen in tallooze kle
lampjes opklimt naar omhoog totdat
heel hoog alleen staat en als het ware
B.
ief;
'oor
it j
and
ank
En
ich
icli
irtf
i-nu
v s
S< ng
To
hangt in de lucht, wij zien slechts stijlu
Er zit stijl in de verkeers-agenten,
als een paal op hun verhooging staan,
steil en stijlvol zich wenden en keeren
zelfs met een zekere stijlvolle stijl in
plooien van hun gelaat, hun armen st
vol bewegen in alle richtingen, want
duidelijkst bewijs, dat alles wat met
verkeersgebaren samenhangt, stijl is, vii
U in de bioscoop in een versnelde film,
het verkeer van het drukste punt in
grootste wereldstad in beeld brengt.
Er zit stijl in de groote letters der
clame-afbeeldingen, die electrisch verlic
als het ware op ons schijnen toe te spr
geil en de figuren, die dienen om het
schreven Avoord duidelijker tot ons te do
spreken en die in hun stijl meestal
profanatie zijn, van het meesterstuk
schepping, den mensch.
Er zit stijl in de lucht om ons heen,
als er stikstof en zuurstof in de lucht zit.
Zal dit stijl-drama zich voltrekken,
zullen we tijden beleven, dat er geen
reld meer is en dat er geen menschen m<
zullen zijn, maar dat alles zal zijn opf^(
lost in stijl.
Hoe heerlijk zal het dan zijn te lev
wetend en voelend het geluk, dat wij
in ons zullen omdragen, dat wij gelijk?
mig zullen zijn geworden aan datgei
wat nu als hoogste ideaal in de kui
wordt gepropageerd.
Wij zullen dan als het ware ijle weze
geworden zijn en verre zullen
blijven de vele menschonteerelKle dad
die heden ten dage de wereld bezoe<
lcn" inl
Geen oorlogen zullen dan onze stijl be
gen en er zal een spitse en hoekige vre
de heerschen in het rijk van den stijl.
Dan zullen we vergeestelijkt rondwant n^-
len langs 's Heeren wegen, met handt
waarvan zeven spitse vingeren zich st
vol zullen richten naar den grond,
saamgetrokken smalle en stijlvolle gezic
ton, in kaarsrechte houding, dan zal
zondig zijn en misdadig bij het loopen
knieën te buigen, omdat daarmede de et
heid in stijl gebroken zou worden.
Maar voor het zoover komt, moeten
ons Avapenen en ons te weer stellen teg;j(
die stijl-stijve invasiewant dan
moeten rondwandelen als een levend st
stijlnee, da's geen stijl..
Dé
nd
DANIËL.
VERPLICHT PENSION.
Mt
De cipier spreekt:
Dag, mijnheer! Ik kom eens kijken,
Hoe U het hier bij ons maakt!
k Zou U even willen vragen,
Hoe 't ontbijt U heeft gesmaakt?
Enneheeft U goed geslapen?
Was het bed wel naar uw zin?
Niet te hard? Nee, nee, er zit pas
Weer een nieuwe vulling in.
Hoe Avas gisteren de biefstuk?
Was zij malsch genoeg en gaar?
En U krijgt toch na het eten
Steeds uw vijftien-cents-sigaar?
Was de soep wel goed gebonden
Niet te dik en niet te, nat,
En U hebt toch voor het eten
Een paar borreltjes gehad?
Wij vernemen, dat Liebermaj
gedurende de zeereis zeer wel
spreken Avas en dat hij zich
lunch goed liet smaken. Ook m an
de frissche zeelucht hem Avelda<»n,
hebben aangedaan.
(Courantenbericht iar
!1'
(Motto: Er zal meer op goede behandel ec
dan op hoog salaris Avorden gelet).
Zi;
iele
ho
Vindt U het niet wat bedompt hier, iraa
En wat eenzaam en benauwd?
rt Is hier toch wel goed verwarmd en
EhU hebt het toch niet koud.
Als U zich soms mocht vervelen
Kom ik bij U met pleizier,
Om een uurtje heel gezellig
Wat met U te praten hier.
Wilt U soms niet eens naar buiten
In de frissche, vrije lucht.
Maar, ehneemt U mij niet kwalfidc
U gaat toch niet op de vlucht?
Want dan zou ik 't zou mij spijten set
En mij zeer ter harte gaan
U uw verdere verblijf hier
In de boeien moeten slaan.
ik
m!
Dc gedetineerde antwoordt:
Nou ik heb hier niet te klagen
De behandling is heel fijn,
De verzorging en het eten
Nou, dat mag er ook wel zijn.
Eén ding vind ik te betreuren,
Da's beslist een groot tekort-
En dat is:
dat 'k hier vandaan moet,
Als ik vrijgesproken word.