BEEKMAN
Gem. Berichten.
loet isoleeren. Men moet ze verdeelen
ver verschillende bouwvereenigingen.
■Stemmen: Dat spreekt vanzelf).
Spr. hoopt, dat zijn voorstellen door B.
:n W. zullen worden overgenomen.
Verder vraagt hij of de gemeente niet
an toestaan, dat sommige woningen van
ouwvereenigingen die voortdurend leeg
Laan, wat lager in huur worden gesteld,
aar er dan kans bestaat dat zij later
erhuurd worden. Dat kan best, omdat
e vereenigingen hun annuïteiten ge-
rouw afbetalen. Verder is spr. niet te
reden over het antwoord van B. en W.
uzake de bevoeging van een 7e lid aan
iet bestuur der gemeentewoningen. B. on
V. berichten, dat het bestuur geen aan
beveling kan doen en zijn zullen zich na-
Ier beraden. Vier jaar geleden is die toe-
oeging n.b. aangevraagd en nog weten
dj niet wat te doen. Indertijd is door don
beer Huurman do toezegging gedaan, dat
'iet bestuur geen bezwaar had tegen die
oevoeging, als de heer v. Stralen maar
-•en geschikten man kon aanwijzen.
De heer Huurman: Daar hebben wij
het.
De heer Kooistra: Ja, men kan al-
Lijd wel zeggen, dat iemand niet ge
schikt is.
Wij hebben iemand aangewezen en het
bestuur zal nu moeten aantoonen, dat
leze man niet geschikt is. Spr. spreekt
:ijn ontstemming uit over het gebrek aan
nedeworking zoowel van het bestuur als
van B. en W.
Het is kwart voor 6 en de voorzitter
-.chorst de vergadering tot 's avonds
•iwart over 8.
AVONDZITTING.
Zorg voor de industrie.
Aan het woord is thans de heer Man-
Iers. Spr. is niet geheel voldaan over het
vntwoord van B. en W. op de wenschen
ot verbetering van de stad. Aan de meest
iroductieve werken moet de meeste aan
lacht worden geschonken. Er zijn vele
oorstellen ingediend, waarvan de grond-
.edachte spr.'s sympathie heeft, zooals de
oorstellen tot belasting- en tariefverla-
;ing en het voorstel tot omzetting van
./eiland in tuinland. Maar practisch aeht
pr. ze niet uitvoerbaar. Speciaal het
aatstgenoemde voorstel onderwerpt spr.
an critiek. Er heerscht op het gebied van
'e tuinbouw een overproductie. Desniette-
oin wil hij het voorstel steunen, omdat
oorgesteld wordt een onderzoek in te
tellen en dat kan men allicht doen.
De heer Wilbrink: En je weet al,
lat het niks is.
De heer Manders komt thans tot zijn
oorstellen. De Voorz. heeft gezegd, dat het
ollege van B. en W. er niet op zal ant
woorden. Doch er zijn meer voorstellen, die
liet bij de sectievergaderingen besproken
ijn, zooals het voorstel-Sijtsma.
De Voorz.: Dat is om praeadvies ge
daan.
De heer M a n d e r sDan stel ik voor
lat ook op mijn voorstellen praeadvies ge
geven zal worden.
Spr. wijst daarna op het nut van de be
mesting met stadsvuil, waaraan Leiden ook
ets behoort te doen. Wij hebben verder
bier in Leiden als industrie-stad behoefte
tan goede verbindingswegen. De industrio
noet zorgen, voor de inkomsten en de stad
noet dus de industrie aanlokken. Verschil-
ende steden geven een goed voorbeeld, la-
en wij oppassen niet achteraan te komen.
Sr valt hier nog heel wat te doen en spr.
beveelt daarom zijn voorstel tot instellen
/an een studie-commissie met warmte aan.
Daarin moeten ook vertegenwoordigers van
landel en industrie zitting hebben naast
vertegenwoordigers der burgerij. Men moet
liet alleen letten op goede verkeerswegen
m de stad, maar ook op goede toegangswe
gen tot de stad, en ook daaraan mankeert
heel wat, hetgeen spr. met voorbeelden toe
licht. Er zijn voor verbetering van .het
stadsverkeer verscheidene voorstellen inge
diend, doch op dit gebied moeten wij het
aitbreidingsplan eerst afwachten. Zoolang
zal het niet meer duren. De voorstellen tot
verbetering van de volkshuisvesting zal
spr. gaarne steunen. Wat de werkloozen-
stoun betreft, zegt spr., dat hij de beste
steun vindt: bevordering van handel en
industrie.
Spr. treedt daarop in een gedetailleerde
beschouwing van de onderwijsbegrooting
speciaal wat de schoolgeldheffing betreft,
welke hij onlogisch en onbillijk vindt.
Wie het maximum betaalt, betaalt eigenlijk
dubbel. Spr. beveelt een herziening drin
gend aan.
Omtrent de kwestie politie-brandweer
kan spr. zich met B. en W. vereenigen.
Wat de wethouderssalarissen betreft,
deel ik
De heer Wilbrink: Wou je deelen!
(Gelach).
De heer Mandersde meening van
hen, die de salarissen der wethouders veel
te laag vinden.
Spr. zou een salaris van minstens 5000
wenschen zoolang het particulier salaris van
den wethouder 2500 bedraagt of minder.
Spr. zal geen voorstel in dien geest
doen
De heer Wilbrink: Waarom niet
De heer Mandersmaar zou het
denkbeeld wel willen aanbevelen.
De financieele specialiteit
De heer de Reede meent, dat het
woord: bezuiniging, wel gehoord wordt,
maar dat daarvan weinig uit de begrooting
blijkt. Dat is geen verwijt aan B. en W.,
want. de begrooting van Leiden is uiterst
moeilijk naar beneden te krijgen. Spr. zou
echter gaarne zien aangegeven 'n richting,
waarin men bezuiniging zou kunnen zoe
ken. Thans blijft het een tasten in het duis
ter. Toch blijkt het dat spr.'s opmerkingen
indertijd goede diensten hebben gedaan.
Zoo was het een goede gedachte om in den
begeleidbrief een overzicht te geven van
den vermoedelijken financieelen stand in
1929. Daaruit blijkt, dat de toestand achter
uit gaat. In 1927 was er een tekort van
40.0.00, in 1928 van 90.000 en voor 1929
van 160.000. En. het ziet er naar uit, dat
er nog grootere tekorten zullen komen. Er
is geen voldoende overschot om de steeds
-stijgende tekorten te dekken. Het karakter
ider uitgaven is constant en rit voor lange
jaren vast tengevolge van de leeningspoli-
tiek, welke men niet w i 1 loslaten, wat zeg
gen wilniet kan loslaten. Spr. citeert
daarbij de thesaurier-generaal der Neder
landen, die de leeningspolitiek der gemeen
ten eveneens bespreekt en een ernstig
woord van waarschuwing laat hooren, en
den heer A. Colijn. Deze bevrorenheid der
gemeentefinanciën maakt het steeds moei
lijker om tot normale toestanden terug te
keeren. Hoe zal do gemeente in de toekomst
haar taak behoorlijk kunnen financieren
Er valt geen vaste lijn te onderkennen in
de financieele politiek der gemeente. Spr.
ziet slechts twee zwakke lichtpunten, n.l.
de winsten der lichtfabrieken in de gas
fabriek zit geen voortgang meer en ten
tweede de mogelijkheid van tot standko-
ming van een betere financieele verhouding
tusschen Bijk en gemeente. iPammer dat B.
en W. niet hebben medegedeeld, wat dat
wetsontwerp voor Leiden zal kunnen be-
teekenen.
Maar afgezien van de totstandkoming
van die wet, wil spr. nagaan of do finan
cieele politiek niet in andere banen kan
worden geleid. Van een wijziging der belas
tingen is in dezen raad geen sprake. De
voorstellen van den heer v. Eek hebben
geen andere strekking dan om de ge-
meente-financiën volkomen te ontwrichten.
Het voorstel tot verhooging van den aftrek
van het onbelastbaar inkomen hoeft spr.'s
sympathie, evenals de andere verlagingen,
maar zij zijn practisch ondoorvoerbaar, om
dat daardoor veel te veel verlies geleden
zal worden, tezamen meer dan 5 ton, waar
tegenover de heer v. Eek een heel geringe
compensatie heeft gesteld. Wijziging van
de progressie kan niet, deze is toch al
scherp genoeg. Er staan alle mogelijke ver
beteringen op het programma, maar waar
moet het geld vandaan komen
Een technische herziening van de tarie
ven der lichtfabrieken kan gunstig wer
ken op de winst dezer fabrieken. De heffing
der opcenten op de personeele belasting
kan niet verlaagd worden. Alles bij elkaar
concludeert spr. dat de bolastingpolitiek
niet gewijzijigd kan worden en dat men de
nieuwe regeling tusschen Rijk en gemeente
moet afwachten.
Komende tot zijn voorstellen verdedigt
hij de onderbrenging van de uitgaven voor
de Leidsche Hout onder den gewonen
dienst en een wijziging van de berekening
van de vermoedelijke opbrengst der plaat
selijke belasting.
Verder vestigt spr. de aandacht op de
onvoldoende salarieering van het secreta
rie-personeel, waardoor Leiden de goede
krachten wegjaagt.
Tegen een wethouderssalaris in 't alge
meen is spr. niet, wel tegen de pensioen
regeling die eraan verbonden is, welke tot
allerlei excessen, zooals cumulatie van pen
sioenen, aanleiding geeft. Spr. is niet voor
een verhooging der bestaande wethouder-
lijke salarissen.
A. R. princiepen.
De heer Parmentiei vindt, dat de
Algemeene Beschouwingen zoo „algemeen"
zijn geworden, dat er heel wat kostbare tijd
verloren gaat. Toch kan spr. het niet over
zich verkrijgen om de beschouwingen van
den heer v. Eek onbestreden te laten. De
heer v. Eek heeft als geneesmiddel tegen
de nooden der tijden aangegeven het weg
nemen van het kapitalisme door uitbrei
ding van de overheidsbemoeiing. Spr. ont
kent niet de bestaande ellende, maar hij
gelooft niet dat het kapitalisme daarvan
de oorzaak is, doch de zondeval van den
mensch. Dat leert den A. Rev. de H. Schrift,
welke voor hem de kenbron en richtlijn is
voor het werkelijke leven. Spr. zet nader
de A. R. levensbeschouwing uiteen. Een der
voornaamste oorzaken der ellende is het
aangeboren individualisme van den mensch.
Om dat individualisme in te perken is do
overheid ingesteld.
Dat geeft tevens de grenzen aan van de
overheidsbemoeiing, die het particulier ini
tiatief zooveel mogelijk vrijheid behoort te
laten.
PRAAT-POËZIE
UIT HET DAGBOEK VAN EEN
LUISTERAAR.
Maandag.
Nummer één is dus begonnen,
Sijtsma opende de rij,
En hij sleepte 't is zijn stokpaard
Er het Levendaal weer bij.
'k Zou hem even willen vragen,
Eed'le democraat hoe is 't?
Zeg, hoe komt het, dat U altijd
In zulk troebel water vischt?
Heer van Eek, esdeapeër,
Strijder tegen kapitaal,
Maakt zoo gauw men gaat begrooten,
Economisch groot-kabaai.
En precies als Poot, de dichter,
Droomt hij in een ver verschiet,
Van den Leidenaar, die 't onkruid
Uit zijn eigen tuintje wiedt.
Heer van Eek, als in de toekomst
Elk zijn eigen piepers poot,
Dat is dan toch democratisch
Zijn dan ook die piepers rood?
Nee maar, dat is toch wel erreg
Als je hoort waar 't over gaat,
Alsmaar wordt er over 't luchtje
Van het Levendaal gepraat-.
Verder over rioleering
En het dempen van een gracht,
Want dat hebben ze vergeten,
Niemand heeft er aan gedacht.
Raadsheer Schüller hield een rede
Waarin hij vertelde, dat
't Was toen hallef zes geworden
Burgemeester 'k ben het zat.
Wellicht kreeg hij van het spreken
Over al dat water, dorst
En dus werd de middagzitting
Tot den avond toen geschorst.
De heer v. Eek gelooft in een hoogere
maatschappij, maar hoe dat rijmt met het
beginsel van den klassenstrijd begrijpt spr.
niet. Do A. R. stellen daar tegenover de ge
hoorzaamheid aan den wil Gods. De voor
stellen der S. D. A. P. komen alles bij
elkaar neer op een meerdere uitgave van
circa een half millioen. Hoe kan men ver
wachten, dat deze voorstellen uitvoerbaar
zijn, als men den slechtx financieelen toe
stand der gemeente kent. Het tuinbouw-
voorstel van den heer v. Eek heeft spr. al
heel erg verwonderd. Waarom heeft de
heer v. Eek juist het tuinbouwbedrijf uit
gekozen, dat zoo slecht rendeert. Waarom
geen gloeilampenfabriek, of stofzuigersfa-
briek of kunstzijdefabriek? Het voorstel
is werkelijk het toppunt van idealistische
theoretica.
Verbetering v. d. Haarlemmerweg.
De heer v. T o 1 wenscht geen breed be
toog op te zetten. Hij bespreekt den toe
stand aan den Haarlemmerweg en dringt
aan op spoedige verbreeding wat heel goed
mogelijk is, daar do helft der tuintjes eigen
dom is van de gemeente.
Spr. heeft in dien geest een voorstel in
gediend.
Ook demping van de Mare acht spr.
noodzakelijk. Ingaande op een opmerking
van den heer v. Eek, dat de Christel, ar
beiders steeds hebben meegewerkt om de
voorstellen van de S. D. A. P. te verwer
pen, merkt spr. op, dat de Christel, arbei
ders de voorstellen steeds uit het oogpunt
van hot algemeene belang beschouwen en
niet uitsluitend van het klasse-belang.
Onderwijswenken.
De heer V erwey wil een lans breken
voor meerder overleg met do onderwijzers-
organisaties. Dat is toch een eisch van den
modernen tijd, en hier wil men er nog stee-Is
niet ran. Een onderwijzer heeft ook een
reel -oei en hee't behoefte om dat te
uiten. Ueerder overleg is een eisch van
rechtvaardigheid en heeft niets te maken
met revolntie of sociaal-democratie. Spr.
heeft er geen voorstel van gemaakt, doch
doet een beroep op de democratische ge
voelens, welke in een tegenwoordig gemeen
tebestuur aanwezig behooren te zijn.
Daarna komt spr. tot het bewaarschool-
onderwijs. De heer v. Es heeft zich een
voorstander getoond van uitsluitend bijzon
der bewaarschoolonderwijs met subsidie van
de gemeente, doch spr. is een voorstander
van openbaar bewaarschoolonderwijs. Er
is een groote achterstand op dit gebied.
Waarom wacht men nog steeds met den
bouw van een openb. bewaarschool in de
Kooi, terwijl er toch een raadsbesluit in
dien geest is genomen.
Ten slotte dringt spr. aan op spoedige
regeling van het medisch schooltoezicht.
Meer zorg voor de werkloozen.
De heer Baart constateert, dat de uit
voering van groote werken ten bate der
werkloozen achterwege blijft en dat er in
't algemeen bitter weinig voor de werkloo
zen wordt gedaan. Het eenige is de voort
zetting van de omvormingscursus en de
instelling van een cursus in autogeen las-
schen. Maar dat brengt geen wijziging in
de algemeene werkloosheidstoestand, wan
neer daarnaast geen meerdere werkgelegen
heid wordt geschapen. Wat B. en W. voor
werkverruiming hebben gedaan is practisch
niet meer dan steunverleening met ver
plichting tot arbeiden. Spr. doelt op de
werkverschaffing aan de Leidsche Hout,
waarbij veel te lage loonen worden uitge
keerd. Hij meent, dat de gemeente andere
middelen moest aanwenden en hij wijst in
dit verband op de voorstellen tot demping
van de Mare en Levendaal, waarbij ver
scheidene werkloozen tewerk gesteld zou
den kunnen worden. Spr. erkent, dat er
eenige verbetering in de steunverleening
is aangebracht, doch een algemeene verbe
tering is dat niet en aan den anderen
kant is weer een verslechtering aange-
En met veel enthousiasme
Met geweldig feu sacré
Werd er weer opnieuw begonnen
Heel de raadszaal deed weer mee.
Eerst wat nieuwe praat-voorstellen
Kondigde de praeses aan,
't Kwik der voorstel-thermometer
Ging ineens op veertig staan.
'k Heb aandachtig toen geluisterd
Naar wat raadsheer Schüller zee;
't Ging toen g'loof ik over erfpacht,
'k Wou nog roepen: Ik doe mee!
Want wat grond te gaan verpachten,
Dat brengt centjes op gewis,
En 'k wil ook heel graag present zijn,
Als er wat te erven is.
Overheid en onderdanen,
Was het volgende recept,
Een vermaning tot de burgers:
Menschen, houden wat je hebt.
Werkeloosheid, Zondagsoptocht,
Stonden toen weer voor de deur
En„je mag op straat niet zingen"
Geeft politie-willekeur.
Toen kwam 't wethouderssalaris
Tn 't raadsheerlijke debat,
Eentje zei er: da's een baantje
Voor de lolHoe vindt u dat?
Dat salaris moet niet hoog zijn,
Dat salaris blijve kag,
Anders wordt het veel te lollig
En dan zijn ze 't veel te graag.
Zoo, nou gaan we eens verhuizen,
Want die markten zijn we moe,
En dus gaat de groenteveiling
Voortaan naar de kaasmarkt toe.
Verder nog wat boomen rooien
En wat nieuwe weer geplant,
Maar we gaan geen weiland maken
Tot een stadstuinierdersland.
En de vollegende spreker
Was bijzonder goed gebekt,
Alles wat er voorgesteld was
bracht, hetgeen spr. met cijfers aantoont.
Spr. stelt voor, voor de wachtdagen van
werkloozen gemeentelijke steun uit te kee
ren, wat spr. billijk acht en uitvoerig ver
dedigt.
Verder meent spr. dat de plantsoenwacht
niet zooals B. en W. willen, moet worden
vervangen door politie-controle.
Dat is weer een gelegenheid om een
werklooze aan werk te helpen. Ook is spr.
het niet eens met den heer Bosman, die
den plantsoendienst aan particulieren wil
overlaten. De plantsoendienst moet in han
den van de gemeente blijven, evenals de
uitvoering van het straatwerk, dat in zeer
vele gemeenten in eigen beheer is. Uitbe
steding van het straatwerk is misschien
wel goedkooper, maar daarom nog niet be
ter. Dat geeft bem aanleiding om erop aan
te dringen dat de z.g. „jonge" straatmakers,
in vasten dienst worden genomen. Verder
vraagt spr. wanneer het algem. werklieden
reglement nu eens verwacht kan worden.
Deze zaak is urgent en ondanks alle toe
zeggingen zit er maar geen schot in.
Spr. is het niet eens met de opvatting
van den heer Wilmer over de medezeggen
schap. De socialistische opvatting gaat veel
verder en wil medezeggenschap in de be
drijven, niet alleen over de arbeidsvoor
waarden.
Zelfs in de Christel, vakbeweging dringt
het besef door dat medezeggenschap niet
langer is tegen te houden. De geschiede
nis bewijst, dat de S. D. A. P. steeds als
sleepboot fungeert.
De heer Wilbrink: Ja, je bent een
stoomboot, hoor.
De heer Baart: Het is toch maar een
feit dat onze beweging steeds groeit.
De heer Eikerbout: En toch zullon
wij jullie nog wel eens op sleeptouw nemen.
De heer Baart gaat voort met te voor
spellen dat de medezeggenschap later door
allen zal worden aanvaard. Verder bepleit
spr. het meer gebruik maken van de ar
beidsbeurs bij vacatures. Laat men eerst
gaan zoeken onder de werkloozen.
De heer Wilbrink: Moet men dan
eerst werkloos zijn, om een baantje bij
de gemeente te brijgen?
De heer Baart: Neen, maar er staan
toch geschikte krachten ingeschreven.
Verder bepleit spr. de openstelling van
de zweminrichting de Zijl op Zondagmor
gen. De L. Zwem-Inr. is 's Zondagsmorgens
wel open.
Spr. heeft een voorstel ingediend om een
werklooze aan te stellen voor de werk
zaamheden op Zaterdagmiddag aan het
badhuis. Thans wordt daar de 48-urige
werkweek wederrechtelijk overschreden.
Spr. kan dat niet kleinzielig vinden, zoo
als de heer Wilmer dat voorstel noemde.
Een wetsovertreding is toch een ernstige
zaak. Het betreft hier iemand, die reeds
48 uur gewerkt heeft en er nu iets bij ver
dient.
De heer Wilmer: U moet een proces
verbaal uitlokken.
De heer Baart: Ja, dat zou zeker ge-
wenscht zijn. Spr. haalt zelfs een uitspraak
van den Hoogen Raad aan, om te bewijzen,
dat zulk een handelwijze in strijd is met
de wet.
Nalatigheid?
De heer Meynen wenscht in te gaan
op hetgeen de heer Verwey gezegd heeft.
Spr. kan niet inzien, dat hij persoonlijk als
wethouder nalatig is geweest in het ple
gen van overleg met de onderwijzers en
vraagt den heer Verwey om dat nader aan
te toonen.
Een geforceerd einde.
Verscheidene stemmen gaan op om de
beraadslagingen te schorsen. Heb is reeds
half 12. Een desbetreffend voorstel van
den heer v. Eek wordt aangenomen met 16
tegen 13 stemmen. De raad heeft er genoeg
van.
De vergadering wordt geschorst tot
Woensdagmiddag 2 uur.
Door Van Eek werd nu genekt.
't Was de allerlaatste acte
Die hiermee was ingezet,
Daarna gingen alle leden
Afgemat en schor naar bed.
Dinsdag.
Dinsdagmiddag ten twee ure,
Was de Raad opnieuw bijeen,
Over al wat was behandeld
Gleed de heer Romijn toen heen.
En het vreugdevolst cadeautje
Wat niet één lid had verwacht,
Was de baby-jubilaris,
Die „ter tafel" werd gebracht.
En weer rook ik toen de geuren
In 't raadsheerlijke lokaal
Van het kabbelende water
Van 't aloude Levendaal.
„Dertig dikke stratenmakers"
Kwamen toen op het tapijt,
Raadsheer Bosman zuchtte luide:
Waren wij ze maar weer kwijt.
En wat nieuwe industrieën
Konden er dan nog wel bij,
Voor de heeren in de raadszaal
Een sigarenmakerij.
De politie en de brandweer
Worden één, wist u daarvan?
'fc Schijnt dus, dat je met een sabel
Ook een brandje blusschen kan.
5t Vuur van brand of oproer blusscher
Ligt toch in dezelfde lijn
En het voordeel is, zij zullen
„Gedresseerde mannen" zijn.
„Dat de Zijlpoort veel te nauw is
Heeft nu lang genoeg geduurd",
Maar dat vind ik geen bezwaar hier,
't Kerkhof is toch in de buurt.
Straataanleg en woningbouw is
Nu voor heden het besluit.
Morgen ga ik wel weer verder
Maar nou schei ik er mee uit.
TROUBADOUR.
(Wordt vervolgd).
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Korevaarstraat
5352
ONGELUKKEN.
SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER.
Jongen door een auto aangere
den. De bestuurder beschonken.
Maandagavond omstreeks 7 uur heeft
een automobiel, die in de richting Amster
dam reed, op den Amsterdamschen Straat
weg, te Zuilen, met een zeer groote snel
heid een jongen uit die gemeente, een ze
keren S., aangereden, waardoor de knaap
ernstig verwond werd.
De bestuurder van den auto heeft zich
van het voorgevallene niets aangetrokken
en is met dezelfde snelheid voortgejakkerd
in de richting Maarssen. Hij heeft zijn snel
heidswoede echter niet lang kunnen bot
vieren. Even vóór Maarssen, ter hoogte van
het gebouw van den A. B. T. B. is hij met
groote vaart tegen een der langs den weg
staande boomen gebotst, tengevolge waar
van het voorste deel van zijn auto geheel
vernield werd. De bestuurder liep toen
meteen in de val. Hij is door de verkeers
politie uit Utrecht naar Zuilen overge
bracht, daar men te Zuilen aanhouding had
verzocht. Bij onderzoek bleek de man he
vig beschonken te zijn.
Hij was de eenige passagier van den
auto.
De aangereden jongen is naar de Rijks
klinieken te Utrecht vervoerd en aldaar
ter verpleging opgenomen.
Twee wielrijders onder een autOu
Gisteravond omstreeks half elf is op
het Bezuidenhout te Den Haag bij de
blauwe tram, een ongeluk gebeurd. Een
heer en dame kwamen per fiets uit de
richting Scheveningen en werden door
een auto, die hen tegemoet kwam en
waarin een heer en dame gezeten waren,
overreden. Volgens ooggetuigen reed de
auto verkeerd. Beide wielrijders sloegen
tegen den grond en werden gewond. De
dame was o.a. aan een der beenen ge
kwetst, doch de heer scheen er ernstiger
aan toe te zijn en werd door den Ge-
neesk. Dienst naar het Ziekenhuis aan
den Zuidwal gebracht.
De bestuurder van den auto werd door
de politie aangehouden.
Doordat de fietsen onder den auto za
ten moest de wagen worden weggesleept.
Auto-botsing.
Toen gisterenmorgen de autobus van
Dostvogels nabij het grenskantoor Wern-
houtsburg kwam om daar in de buurt
meisjeB voor de dagploeg der Kunstzijde-
fabrik te Breda op te halen, passeerde
daar ook juist de tram welke machine een
dikke rookmassa uitliet. Tezelfdertijd na
derde van over de Belg. grens een per
sonenauto. De bestuurders konden echter
tengevolge van de gezichtsbelemmerende
rook elkaar niet zien en het gevolg was
dan ook dat beide auto's met elkaar in
botsing kwamen en de autobus naast den
weg in de sloot kantelde. Beide voertui
gen bekwamen belangrijke schade. Ge
lukkig echter hadden geen van beide be
stuurders passagiers, terwijl wonder bo
ven wonder ook verder geen persoonlijke
ongelukken voorkwamen.
DE BRAND TE HELMOND.
Vier personen in het tijdelijk onderdak
van de tweede verdieping gevallen.
Men meldt uit Helmond aan de „Msb.":
Wegens den plaats gehad hebbenden
brand is het kantoorpersoneel der firma
Carp op verschillende plaatsen in de stad
ondergebracht. Een gedeelte heeft thans
hare lokalen in de Cartonnagefabriek „Het
Zuiden". Gisterenmiddag is hen daar een
ongeluk overkomen. Vier personen vielen
nJ. door een ballustrade van de 2e verdie
ping en kwamen op de binnenplaats
terecht. Mej. v. W. en de heer van Z. be
kwamen hierbij ernstige verwondingen
en inwendige kneuzingen, zoodat zij naar
het R. K. Gasthuis vervoerd moesten wor
den. De twee anderen kwamen er af met
lichte ontvellingen en konden ter plaatse
behandeld worden.
Doodelijke val.
De 33-jarige veehouder J. de Groot te
Grouw is bij het snoeien uit een boom
gevallen en kort daarop overleden.
De heer P. A., wonende a. d. Haag-
dijk te Breda viel, naar het „D. v. N.B."
meldt, zoodanig van de trap, dat de dood
na enkele uren intrad.
Verdronken.
Maandagavond is in de Ringvaart op de
grens van Heemstede en Haarlemmermeer
de 29-jarige Th. van R. verdronken. Men
vermoedt dat hier misdaad in het spel is.
Het onderzoek is in vollen gang.