HET GOUDEN JUBELFEEST DER
EERW. ZUSTERS
TE ROELOFARENDSVEEN
'5
Buitenl. Berichten.
DERDE BLAD
DE LEIDSCHE COURANT
VRIJDAG 16 NOVEMBER 1928
UDINQ
4
OOK?
)F BETEt
AKJE
ZElfJ
EN
IEH
lieren was het voor de Eerw. Zusters
H. Gezelschap J. M. J. alhier een
m feestdag, want het was 50 jaar gele-
|dat zij naar hier gekomen waren. De
»rw. heer Jac. van 't Roodt, pastoor
parochie had in 1878 in de maand No-
een huis voor de Zusters opgericht,
loei van deze stichting was het ver
van degelijk godsdienstig onder
aan de vrouwelijke jeugd. De nieüw-
iwde school bevatte 5 localen, waar
twee bestemd waren voor leerschool,
.oor bewaarschool en een voor speel-
Tot woonhuis der Zusters diende de
pastorie; een locaal daarvan werd in-
iht tot naaischool. Een mooi kapelletje
gebouwd tegen de parochiekerk en
aede door een deur verbonden. Al
lig genoten de Zusters het voorrecht
H. Sacrament in haar eigen kapel te
pn bewaren.
et aantal Zusters bedroeg bij den aan-
ig 11. Na een 27-tal jaren maakte het
e aantal leerlingen de uitbreiding der
noodzakelijk. Er werden 4 nieuwe
jllocalen gebouwd, terwijl de drie vrij-
men oude lokalen gebruikt werden voor
,arschool, naaischool en muziekkamer,
het jaar 1911 gaf Pastoor W. Her-
ieit z.g. nogmaals uitbreiding aan de
lolen door het bouwen van nieuwe lokalen
b nieuwe gebouw bevatte twee lokalen
jr de leerschool, drie lokalen voor de be-
larschool, een ruime speelzaal, een naai-
iol met paskamer, een muziekkamer en
pergkamer. De oude pastorie en oude
illokalen werden afgebroken en daar
in 1914 een prachtig monumentaal
het huidige St. Jacobusgesticht,
om zijn schoone architectuur een sie-
en om zijn bestemming van tehuis
ouden van dagen en verpleging van
in een weldaad voor de gemeente Al-
e mag genoemd worden.
1927 is een begin gemaakt met een
voor meisjes. Het streven is. om deze
[te breiden tot een volledige school voor
rheidsonderwijs, die geheel voldoet aan
ichen des tijds.
dit korte overzicht komen we thans tot-
Èigenlijke feestviering. Des morgens om
uur werd in de Parochiekerk alhier een
tgen H. Mis tot dankbaarheid aan God
'.ragen tot intentie der eerw. Zusters
toofdaltaar was voor deze gelegenheid
versierd en het groote kerkgebouw
[geheel gevuld met leerlingen en oud-
Ingen der eerw. Zusters en verdere he
rtellenden. Het zangkoor voerde op de-
wijze uit de Missa in laudem et ado-
,em SS. Oordis Jesu van J. Schild-
5.00
het Evangelie richtte Pastoor Onel
woorden tot de geloovigen, God
pnde voor de groote weldaden, die de
Ichie door de Zusters heeft ontvangen.
Ialleen weet, aldus de gewijde spr., hoe-
goeds de Zusters hier in de Veen heb-
j£tot stand gebracht.
f dankbaarheid van vandaag mag op de
plaats uitgaan van de Zusters zelf,
Et de kleine plant, in 1S78 gepoot, is op-
peid tot een grooten boom, die wijd zijn
pn uitspreidt. Dankbaar zijn de oud-
ingcn der Zusters gestemd voor het
25® ide onderwijs dat ze op school hebben
toten. Vervolgens richt pastoor Onel zich
W de kinderen, die door de ouders aan de
Zusters zijn toevertrouwd. Zij worden
nniiimm Eevormd tot degelijke burgeressen van
Baatschappij, en al wordt het vele. goede
- <*oor Zusters voor deze kinderen
gedaan niet d or hen beseft, de pas-
i vraagt slechts van hen dat zij hun
cbaarheid hedenmorgen zullen betoonen
jjjjjjjjggl r een vurig gebed.
lok is de pastoor dankbaar gestemd te-
ver de vele weldoeners van het ge-
it, want jaar in jaar uit is men in de
1 rondgegaan tot het inzamelen van
"j&n ter dekking van den schuldenlast,
heeft de offers der ouders gezegend in
i kinderen.
predikant stelde de Zusters tot voor
van de geheele parochie. Hoe heerlijk
pen zij ons steeds gesticht in de kerk,
hoevel hebben zij een voorbeeld gege-
■A in het trouw naderen tot de H. Tafel,
pvelc roepingen zijn er van hen uitge-
an! God heeft juist door de stichting der
prs de roeping in de harten van vele
gestort. Spr. bidt dat de Heer
bij deze Zusters moge blijven, opdat
uer meer mogen werken tot eer van
[en heil dezer platas.
erna werd het H. Misoffer voortgezet,
ader de H. Mis naderden de kinderen
1 vele andere parochianen tot intentie der
rw. Zusters ter H. Tafel; hierdoor werd
er zeker het grootste geschenk aan de
isters gegeven-
Na de H. Mis zaten de leerlingen van de
Zusterschool aan een gemeenschappelijk
ontbijt.
Om 10 uur had in de speelzaal de feeste
lijke huldiging plaats. De zaal was voor
deze gelegenheid in feestdos gestoken. Op
een rijk met bloemen gesierd podium had
den plaats genomen de zeereerw. heer Pas
toor Onel, als voorzitter van het Schoolbe
stuur^ de overste van het Gesticht, do over
ste uit het Moederhuis te Den Bosch, die
speciaal voor deze geestelijke gelegenheid
was overgekomen. Verder merkten we op
Kerk- en Armbestuur met hunne echtgenoo-
ten, de geestelijkheid der parochie, do zeer
eerw. heer Pastoor Kwakman uit Bijpwete-
ring, de inspecteur van het lager onderwijs
uit de inspectie Leiden, de burgemeester,
de gemeente-secretaris en dokter met hun
respectievelijke dames. Ook de kinderen
van leer- en naaischool waren present.
Pastoor Onel opende met een kort wel
komstwoord de plechtigheid, waarbij zijn-
eerw. woordenhulde en dank aan de Zus
ters bracht voor het vele goede in de afgé-
loopen 50 jaren alhier verricht en overhan
digde aan de eerw. Overste namens de pa
rochie als stoffelijk blijk van waardeering
een couvert met inhoud.
Hierna werd door de leerlingen een wel
komstlied gezongen. Na dit lied trad een
leerlinge van de hoogste klasse naar voren
tot het houden van een toespraak. Vervol
gens kwam een drietal andere leerlingen,
die in passende woorden een samenspraak
hielden betrekking hebbende op het gouden
jubileum. Ah' gevolg van het programma
kregen we een komisch duet te hooren van
twee oud-leerlingen, die in ouderwetsch cos-
tuum waren gestoken en samen de oprich
ting van de school bespraken met wat er
sinds dien aan de school was uitgebreid en
aangebouw. Zij lieten o.a. nog zien de eer
ste naailap die op die school was vervaar
digd en al die 50 jaren was bewaard geble
ven.
Een bizonder mooi nummer van het pro
gramma volgde nu. Zestien meisjes kwamen
op de maat der muziek, marcheerende, bin
nen. Elk had van goud papier een letter op
de borst, welke letters tezamen vormden:
„Welkom in ons midden', terwijl de cos-
tuumpjes van crêpepapier waren vervaar
digd. Ieder meisje zegde op haar beurt een
versje, telkens uitleggende van welk woord
haar letter 't begin vormde. Tusschen dit
versjesopzeggen door kregen allerhande
fraaie vrije en ordeofeningen te zien, zoo-
als de Lyonsche opstelling, het maken van
heele en halve kringen in cirkelgang enz.
Een versje van al die 16 mag wel even af
zonderlijk worden genoemd, 't Trof dat een
der meisjes, een kleindochtertje van den
voorzitter van het Armbestuur, een O als
letter droeg. En zij kondigde, dat haar O 't
begin was van Opa, haar Opa. Het hoeft
natuurlijk geen vermelding, dat een luid ap
plaus haar beloonde. Nadat allen nog ge
zamenlijk gezongen hadden verlieten ze on
der luiden bijval de zaal.
Het woord was thans aan den burgemees
ter, die in zijn kwaliteit van hoofd der ge
meente een woord van gelukwensch richtte
tot de Zusters en het Schoolbestuur, daarbij
tot zijne groote voldoening erop wijzende,
dat de meisjesschol op gebied van onderwijs
zeer hoog staat aangescheven. Als vader
kan hij hier van ondervinding spreken. Spr.
uit de beste wenschen voor de toekomst en
vertrouwt dat Gods Zegen steeds op deze
stichting zal mogen rusten.
Vervolgens trad naar voren de inspecteur
van het lager onderwijs, de heer Baak. die
allereerst dank zegde voor de vriendelijke
uitnoodiging tot hem gericht. Spr. dankte
namens het Bijksschooltoezicht de Zusters
onderwijzeressen voor hetgeen zij in het be
lang van het onderwijs hebben gedaan.
Voor 1921 was hun taak dubbel zwaar.omdat
zij meestal met bescheiden middelen hebben
moeten werken. Het succes van deze school
schrijft spr. toe aan de goede onderwijs
krachten, want zoo de onderwijzeressen zijn
zoo is ook de school. Spr. wijdt eenige waar-
deerende woorden aan de liefde waarmede
de Zusters haar taak vervullen, want zij
werken utsluitend voor hoogere idealen.
Het heeft spr. getroffen hoe de Zusters
steeds met weinig middelen veel weten tot
stand te brengen getuige het smaakvol aan-
kleeden der meisjes, de toch slechts jurkjes
van papier droegen. Spr. eindigde zijn rede
met de Zusters Gods besten zegen toe te
wenschn.
Namens de Zusters dankte de heer Pas
toor voor de gebrachte hulde en de ge
sproken woorden, waarna de genoodigden
zich verzamelden in de groote spreekzaal
tot het gebruiken van eenige ververs chin gen-
In den ra-middag van 24 uur was er ge
legenheid voor de parochianen om de Zus
ters geluk te wenschen, waarvan een zeer
druk gebruik werd gemaak. Ook het plaat
selijk muziekgezelschap „Liefde voor Har
monie" liet zich niet onbetuigd en bracht
aan de Zusters een muziekhulde. Vermeld
dient nog te worden, dat de kapel der eerw.
Zusters voor deze gelegenheid schitterend
was versierd. De versiering was geheel be
langloos geschied door de heeren P. Loos,
O. Loos en Koek.
ONGELUKKEN.
DE LOTGEVALLEN DER GROEP
MARIANO.
Een schokkend relaas.
De tocht over het ij s was oen
kruisweg.
De tragische lotgevallen van de groep-
Mariano, waartoe behalve Mariano do zoo
tragisch om het leven gekomen Zwoedscho
geleerde Malmgren en ook Zappi behoor
den, en die zooals men zich herinneren zal
de roode tent van de gestrande Nobile-
expeditie verliet om te pogen land te berei
ken en tenslotte door den Russischen ijs-
breker Krassin werd opgenomen, zullen
voor de eerste maal in het eerstvolgend
nummer van de „Rassegna Italiana" wor
den verhaald.
Het artikel is een antwoord op een nieu
wen aanval op Italië en het fascisme, dien
men wilde ondernemen door de uitgave te
Parijs van een schandelijk boek getiteld
„Un drame polaire. Le Krassin au secours
de ritalia" van een zekeren Maurice Pa-
ryanine, die in dienst van den communis-
tischen internationalen staat is, aldus het
Italiaansche Stefani-agentschap, dat ons de
volgende mededeelingen zendt.
Paryanino valt vooral kapitein Zappi aan
onder herhaling Van bekende beschuldigin
gen.
In het antwoord-artikel zijn deze be
schuldigingen geheel weergegeven tot groo
te schande van dengene, die het gewaagd
heeft ze te verzinnen, zegt Stefani. De
schrijver van het artikel wil door het weer
geven der waarheid dc lafheid van Parya-
nine aantoonen.
Op den avond van 30 Mei, na de laatste
pogingen van Biagi om met de Citta di
Milano verbinding te krijgen, begonnen de
drie mannen den vooral door Malmgren
aanbevolen tocht.
Zij hadden in 't geheel de volgende
levensmiddelen, die voor een maand toe
reikend konden zijn: 33 K.G. pemmicaan,
15 K.G. chocolade, 3 K.G. melk, 11/2 K.G.
boter.
De uitrusting was armoedig, slechts een
enkele wollen deken voor alle drie, oen bijl,
drie messen en enkele andere voorwerpen
en instrumenten.
Malmgren zou den weg verkennen in do
zone, die wegers de daar ondervonden
marsch-moeilijkheden de „hel" wordt ge
noemd.
De marsch op het pakijs bleek spoedig
een kruisweg te zijn, waarop, zoo vertellen
de overlevenden, slechts het geloof aan God
en de heiligheid der te volbrengen taak
zielerust en de noodige kracht om verder
te komen konden geven.
Den twaalfden dag begon de toestand,
die reeds van het begin af ernstig was,
hopeloos te worden, ook doordat het ijs
vaak van het vasteland werd weggedreven
deed.
Malmgren, die reeds was uitgeput, leed
aan koorts en koude rillingen. Zijn rechter
voet begon te bevriezen en zijn nagels vie
len af.
Mariano had nog gezonde voeten, maar
zijn handen vertoonden reeds eenige won
den. Alleen Zappi was nog zonder gebre
ken en hielp zijn kameraden. Voor Malm
gren heeft hij absoluut als een moeder ge
zorgd, zooals Mariano later zal vertellen.
Op 11 Juni gaf de Zweedscho geleerde
zich aan het noodlot gewonnen. Ondanks
alle aansporingen wilde hij niet meer ver
der. Tot sterven besloten, wilde hij, dat de
anderen verder zouden gaan.
Hij ontblootte zijn voeten, toonde de ge
zwollen huid en zijn gewond vlcesch en
zeide: „Vertelt in Zweden, waarom Malm
gren is blijven steken".
Hij wilde geen levensmiddelen aannemen
en daar de Italianen wilden blijven wach
ten spoorde hij hen aan, geen tijd te ver
liezen.
Op 12 Juni begon het tweede deel van
den dooltocht over het ijs, dat steeds slech
ter werd. De marsch werd steeds meer
uitputtend en de lotgevallen der twee man
nen werden steeds verschrikkelijker, b.v.
toen Zappi in een spleet viel en dreigde te
verdrinken en Mariano plotseling door
blindheid overvallen werd.
Nadat Zappi zijn kameraad een tijdlang
aan de hand over de witte eindelooze vlakte
geleid had, stond hij met hem stil in af
wachting van wat er komen zou.
En zie, daar was het eerste vliegtuig.
Mariano had weer het gezichtvermogen
teruggekregen, hetwelk hij een tweede
maal, kort voor de redding, opnieuw zon
verliezen.
Op een kilometer afstand van het vaste
land zag men weer andere vliegtuigen,
waarvan echter geen enkel de verloren
mannen bemerkte.
De schildering van den toestand der
beide officieren in de daaropvolgende da
gen is dramatischer dan men zich ooit zal
kunnen voorstellen.
Op 29 Juni te middernacht aten de belde
lotgenooten het laatste stuk pemmicaan.
Onder den indruk van hun toestand na dit
laatste kostbaar maal, verhieven zij hun
geest tot God in gebed.
Er volgden 13 dagen, zonder dat ze het
geringste kruimeltje voedsel gebruikten, tot
op den dag, toen zij, reeds in den greep
van den dood verkeerend, gered werden.
Hij is een officier die het corps, waartoe
hij behoort, en zijn land eer aandoet."
DE RAMP VAN DE „VESTRIS".
Was het schip zeewaardig?
Tegenstrijdige verklarin g c n.
Volgens een der Berlijnsche ochtendbla
den heeft de kapitein van een Hamburg-
schen Oceaanstoomer, die met den toe
stand van de „Vestris" nauwkeurig op de
hoogte is, verklaard niet te gclooven, dat
de „Vestris" is vergaan tengevolge van
het werken der lading, maar veeleer ten
gevolge van haar eigen onzecwaardigheid.
Het schip behoorde reeds sedert langer
dan tien jaar niet meer tot de Lloydklas-
so Ia. Hij had den laatsten tijd veel per
sonen, ook Duitschers, gesproken, die op
de „Vestris" hadden gewerkt. Allen had
den eenstemmig verklaard ,dat het schip
een „oude rammelkast" was.
Herhaaldelijk waren op de laatste vaar
ten behalve eenige ernstige defecten aan
de machine vele lekken ontstaan, die ten
deele onder de waterlijn lagen. Het hout
werk was oud en ten deele niet sterk. Het
schip .had zelfs ceif matigen storm niet
kunnen doorstaan.
Reeds vóór den oorlog had het schip
eens tengevolge van een paar lekken
slechts met moeite een haven kunnen be
reiken.
Naar de scheepvaartinspectie to Npw-
York mededeelde, is aan den kapitein
van de „Vestris" vijf dagen voor het ver
trek een certificaat voor zeewaardigheid
voor zijn schip verstrekt
Lijnrecht in strijd met de talrijke be
schuldigingen zijn ook de verklaringen van
de 64 overlevenden, die gisterenochtend
met het Eransche tankschip „Myriam" te
New York zijn aangekomen. Naar zij voi>
klaarden, was er geen sprake van een
paniek aan boord van de „Vestris", toen
de ramp plaats vond, evenmin als van on
willigheid aan de zijde der bemanning bij
het te water laten der sloepen. Do be
manning liet, naar zij mededeelde, de pas
sagiers het eerst in de booten plaats no
men. Over het optreden van den kapitein
van de „Vestris" waren deze geredden
oveneens volloL
De bond van kapiteins bij de groote
vaart., aan het hoofd van welken bond do
prins van Wales staat, heeft telegrafisch
tegen do geuite beschuldigingen geprotes
teerd. In het telegram wordt gezegd, dat
allereerst dient te worden afgewacht, werk
resultaat het officioele onderzoek naar de
oorzaak van de ramp zal opleveren.
Overigens worden treffende staaltjes
van heldenmoed en offervaardigheid go-
meld. Vooral de steward Licorica, die het
commando over reddingsboot nr. 14 voer
de, heeft zich onderscheiden en alleen
20 personen het leven gered. Hij begaf zich
telkens te water, om personon, dio in hot
water lagen, aan boord te Iielpon. Slechts
over de houding van enkele matrozen
wordt geklaagd.
De marconist O'Loughlin is tot het laat
ste oogenblik bij zijn toestel gebleven en
met het schip ondergegaan.
15 mannen met reddingsboot ondergegaan.
Zij wilden een schip in nood
hulp brengen.
Reuter seint uit Londen d.d. 15 dezer:
Vijftien manschappen, zijnde do totale
bemanning van een reddingboot, die het
schip „Alice", afkomstig uit Riga, te hulp
wilde varen, welk schip hedenmorgen in
nood verkeerde, zijn verdronken.
De bemanning van de „Alice" werd ge
red door het Duitsche s.s. „Smyrna".
Volgens latere berichten werden do
noodsignalen, welke van de „Alice" afkom
stig waren, afgezonden na een botsing
met het Duitsche s.s. „Smyrna".
De bemanning van de „Alice" is naar
Folkestone gebracht.
Groote fabrieksbrand te Mannheim.
Schade 2 d 3 millioen Mark.
Gisterenmiddag om 1 uur is te Mann
heim bij do Vereeniging van Duitsche
Oliefabrieken een brand uitgebroken, die
in een oogwenk geweldige afmetingen
aannam en den gchcelen voorraad olieën
aantastte. Do geheele brandweer is ge
alarmeerd, doch daar het niet mogelijk is,
het vuur te blusschen, beperken de man
schappen zich er toe, de belendende ge
bouwen tegen het overslaan van den brand
te beschermen. Twee brandweerlieden lie
pen rookvergiftiging op, zoodat zij naar
het ziekenhuis moesten worden overge
bracht.
Nader wordt gemeld, dat bij den brand
een persoon om het leven is gekomen. De
materieelo schade bedraagt 23 millioen
mark.
Ontploffing in Hollywood.
Een doode.
Naar uit Hollywood gemold wordt heeft
aldaar in do National Studio's oen ontplof
fing plaats gehad, waarbij een persoon ge
dood en vcrscheideno anderen gewond
werden. Een groot aantal films ging verlo
ren.
Treinoverval.
Naar do Luebeck-Buechenscho Spoor
weg Mij. mededeelt, is Dinsdag tusschen
do stations Kupfermuchle en Bad-Oldeslco
op de baan LuebeckHamburg een mis
dadige overval gepleegd op den om 20 uur
6 in Oldeslee aankomenden personentrein.
Door onbekende daders werd een tele
graafpaal over de rails gelegd, welke ech
ter gelukkig door de locomotief wegge
duwd kon worden, zonder dat er eenige
schade werd aangericht. De spoorweg Mij.
heeft een belooning i 15C0 Mark uitge
loofd voor het gevangen nemen der da
ders.
Kasteel door brand verwoest.
Door brand is het uit de vijftiende
eeuw datccrende kasteel Varvasso bij
Chanonat (Frankrijk) verwoest.
Oude meubelen, tapijten en kunsttvoor-
werpen zijn verloren gegaan. De schade
bedraagt meer dan een millioen franc».
Door zijn familie vermoordL i 1
Onlangs werd to Praag de kasloopor
Jarouscck, die met 140.000 kronen ver-
dwenon was, dood in een kanaal gevon
den.
Deze zaak heeft thans een eigenaardi-j
gen keer genomen door een verklaring,
welke door de dochter van don kasloopcr
is afgelegd. Het meisjo zegt nl., dat Ja-
rouscek met zijn familie een plan had ge
maakt voor een gefingeerden roofovervaL
Overeenkomstig dit plan liet Jarouscek
zich door zijn familieleden binden. Zo
deden dit echter zóó stevig, dat de kaa-
looper het bewustzijn verloor, waarna zijn
verraderlijke medeplichtigen hem in hot
water wierpen.
De politie kwam do zaak-Jarouscek op
het spoor, doordat kort na do verduisto-
ring van het geld een der crediteuren van
Jarouscek 12.000 kronen ontving. Zijn
vrouw, zijn dochter en haar verloofde, die
allen gearresteerd waren, hadden eenstem
mig verklaard, dat Jarouscek het slacht
offer van een roofmoord was geworden.
Onschuldig veroordeelden.
Een moordzaak, die reeds negen jaren'
oud is, heeft plotseling een opzienbarende
wending genomen.
In October 1919 werd in een bosch, tus
schen Horrem en Habbelrath de bediende
van een aannemersfirma uit Elsdorf ver
moord en beroofd, waarbij den daders een
bedrag van Mk. 10.300, voor de uitbetaling
van loon bestemd, in handen viel.
Destijds werden drie arbeiders uit Kei<-
pe«n van den moord verdacht en gearres
teerd. Een hunner stierf in de gevangenis,
vóórdat het proces plaats had, de twee
andere werden niettegenstaanade zij
hardnekkig alle schuld ontkenden, tot 5
en 7 jaren tuchthuis veroordeeld, welko
straf zij ook ondergingen.
In de laatste weken is thans do politio
ter oore gekomen, dat twee andere inwo
ners van Kerpen den moord zoudon heb
ben begaan. Deze twee personen zijn nu
in hechtenis genomen en naar het huis van
bewaring te Keulen overgebracht. Eon
hunner moet reeds hebben bokend.
De vermoedelijk onschuldig veroor
deelden, die reeds herhaaldelijk om her
ziening van hun proces hebben gevraagd,
hebben thans opnieuw een desbetreffend
verzoek ingediend.
Geplunderde schatten der Keizerin.
Yoor 75 millioen gulden
verdwenen!
Het vergrijp, dat roovers hebben ge
pleegd aan de rustplaatsen der Chince-
scho keizers, do bcrooving van een Mand-
sjoc-graf van een groot deel der zich
daarin bevindende juweelen, heeft zoo
meldt een medeworker te Sjanghai aan
do „Times" con opmerkelijke inventa-
riseering mogelijk gemaakt van de schat
ten aan goud, parels, jade en andere kost
baarheden, waarin hot overschot van dc
keizerin-weduwe Tsoo Hsi, de „Oude
Boeddha", zooals zij wel genoemd word,
letterlijk was verpakt. Die opsomming van
schatten voert do verbeelding terug naar
de verhalen uit Duizend-en-één-Nacht.
De vroegere keizerin had een vertrouw
den bediende, gonaamd Li Lien-ying. Hi.
verzamelde oen enorm fortuin, bezat moei
macht dan een onderkoning, en hield een
uitermate interessant dagboek. Een bloei
verwant van hem Li Jing-tsjou, heeft thanr.
dc omstandigheden van do begrafenis dei
keizerin weduwe gepubliceerd, met een
lijst van do in haar kist gedeponeerd^
schatten. Dc juistheid van dio lijst kan
nauwelijks betwijfeld worden.
Op den bodem der kist, onder het li
chaam, lag op oen 20 c.M. dikko matrn.s
van gouddraad, doorweven met parels. Op
do matras bevond zich weer een gebor
duurd klcod, eveneens mot parels bezet.
Deze parels vormden de gelaatstrekken
van den Boeddha. Aan het hoofd was eon
jade diadeem in don vorm van lotosbla
den neergelegd en aan het voeteneind
eenzelfde diadeem maar dan in den vorm
van een lotosbloem. Hoofd on voeten rus
ten op do twee diademen. Do lijkwade was
rijk met gouddraad geborduurd, het „vest'
dat daarover was aangetrokken, zwaar
bezet met parels. Negenmaal liep een pa
relsnoer om bet lichaam, en 18 in parels
gevatte afbeeldingen van Boeddha lagen
langs do armen. Dit waren allen doodsge-
schenkcn van particulieren en komen niet
voor in do officicclo sicradenlijst!
Naast het hoofd lagen gouden jado cn
diamanten Boeddha-figuurtjes ten gctalo
van 108. Verder bevonden zich aan de zij
den van het lichaam 200 vruchten (o.a. me
loenen, perziken, pcron, abrikozen) uit
jade cn andero edelgesteenten geslopen.
Links bevond zich een juweel in den vorm
van een lotoswortel, met bladen en bloe
men spruitend uit het boveneind. Rechts
was een koraaltak van zeldzame schoon
heid neergelegd. Tot do volle dikte van
het lichaam was do «wrt der ruimte met
edelstcenen opgevuld, en over het geheel
lag vervolgens een weefsel vol parels. Juist
toen de kist gesloten zou worden, depo
neerde een ongenoemde prinses er nog een
diadeem van acht galoppcercnde paarden
en een tweede van 18 Boeddha-fignren in.
Li Lien-ying heeft de waarde van al
deze kostbaarheden trachten te schatten.
Omgerekend, komt die van de gouden ma
tras neer op 125.000 gulden, dc juweelen
die daarin waren verwerkt, zijn 1.620.CM)
gulden waard. Het lotcsbladcn-diadeem
is getaxeerd op 1.275.000 dat van de lotos-
bloem 1.125.000 gulden, maar deze ramin
gen blijven eerder beneden do waarheid.
Dc waarde der overige juweelen beliep 18
millioen, drie „officiccle" parclsnooron
belichaamden de kleinigheid van 3.5 mil
lioen. Een parelsnoer om het hoofd was
15 millioen gulden waard. Alles te zamon
komt Li Lien-ying tot een geraamde waar
de van 75 millioen gulden. Het zou zekor
interessant zijn, te weten in wier handen
al deze wonderen zijn overgegaan sinds
het lichaam der „Oude Boeddha" is ge
roofd cn piëteitloos op de koude aardo
achtergelaten....