BINNENLAND.
Rechtzaken.
U
LIEFDE'S
JEUGDDROOM
DONDERDAG 11 OCTOBER 1926
TT- TWEEDE BLAD
24! WETTELIJKE REGELING VAN DE
30 uit WERKLOOSHEIDSVERZEKERING.
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Niet „gekleed".
P. F. te Noord wijk aan Zee was
vcrbaliseerd wegens het feit dat hij zich
zonder badmantel op het strand te hebben
bevondm na te hebben gebaad.
Verdachte was niet verschenen.
Als getuige werd gehoord mej. H. W.
Kool, onderwijzeres, die verklaarde, dat
verd. uit zee komend, nauwelijks den tijd
had gehad zich te kleeden. Hij had de bad
mantel cm gehad, maar nog niet vast kun
nen maken.
Verdediger was Mr. J. W. Frowijn, die
betoogde dat de dagvaarding wegens net
gemis van een integreerend deel nietig
moe3t worden verklaard en verd. van
rechtsvervolging moest worden ontslagen.
De kantonrechter bepaalde de uitspraak
op heden over 14 dagen.
Een verzetje.
B. D. te Leiden was in verzet geko
men tegen een vonnis, waarbij hij was ver
oordeeld tot 4 of 4 dg. wegens het feit,
dat hij in de Kuipersteeg baldadig tegen
een dear had geschopt. De verbalisant ver
klaarde dat verdachte dronken was ge
weest, waarop de kantonrechter het vonnis
bevestigde.
Gestolen appeltjes smaken het
best.
J. J. M. B. te L e i d e n had op den Haag-
weg uit een boomgaard appels en peren ge
stolen.
Gehoord werd de verbalisant, die verd.
op het feit had betrapt.
De ambt. van het O. M. eischte 5 subs.
5 dg., wa.arop de kantonrechter verd tot 2
subs. 2 dg. veroordeelde.
Te haastig.
D. T. te Leiden had op het bruggetje
op den Haagweg met zijn auto ecu aanrij
ding veroorzaakt en daarbij een rijwiel in
elkaar gereden.
Als getuigen werden gehoord La Booy en
Bloemink, die verklaarden dat verd. te
vroeg was doorgereden en geen notitie van
den aangeredene had genomen.
La Rooy eischte 10 schadevergoeding.
De ambt. vroeg daarop 10 boete subs.
10 dg. hechtenis.
De kantonrechter veroordeelde verd.
daarop conform den eisch met toewijzing
van de civiele vordering tot een bedrag
van 10.
Hoe zit dat?
J. B. te K a t w ij k zou t« Noordwijker-
hout te snel en onvoorzichtig hebben gere
den met een vrachtauto, waardoor hij een
autobus had aangereden.
De chauffeur van de aangereden wagen
verklaarde, dat ^erd. geen signalen had ge
geven en na het ongeval was doorgereden.
Een andere getuige J. Aartman ver
klaarde dat verd. veel te snel om den hoek
heen reed, terwijl volgens hem de chauffeur
van de autobus langzaam had gereden.
De chauffeur diende een eisch tot scha
devergoeding in.
Verd. verklaarde langzaam te hebben ge
leden tn signalen te hebben gegeven. Hij
had zelfs ever den stoep gereden.
De ambt. eischte 10 subs. 10 dg., waar-
ahield tot
uigen te
iren.
vingers.
C a t w ij k
eplukt en
Duyn, die
5 3ubs.
verd. con-
hoek van
een auto
Vrouwan-
1 de fiets
[et meisje
verklaarde dat verd. geen signalen had ge
geven en snel reed. Stoppen kon zij niet
meer.
Nog twee getuigen werden gehoord, die
verklaarden, dat verd. snel reed en te laat
signalen gaf, n.l. toen hij de steeg reeds ge
naderd was.
De ambt. van het O. M. eischte 10 boe
te subs. 5 dg. hechtenis.
De kantonrechter veroordeelde verdachte
tot 5 boete subs. 2 dg. hechtenis, met toe
wijzing van de civiele vordering ad 7.75.
GERECHTSHOF TE 'S GRAVENHAGE
Het Hof heeft vandaag uitspraak ge
daan in de volgende zaken:
J. P. B., expediteur te S t o m p w ij k,
is door de Haagsche Rechtbank, wegens
een zedenmisdrijf, veroordeeld tot 2 maan
den gevangenistraf. Het Hof legde deze
straf voorwaardelijk op met een proeftijd
van 3 jaren.
Verder heeft het Hof bevestigd:
het vonnis van de Haagsche Rechtbank
waarbij G. H., kooman te Leiden, we
gens oplichting is veroordeeld tot 3 maan
den gevangenisstraf;
het vonnis van den Haagschen Politie
rechter, waarbij H. J. J„ monteur te Lei
den, wegens mishandeling, is veroor
deeld tot 10 dagen gevangenisstraf;
het vonnis van den Haagschen Politie
rechter, waarbij L. J. v. d. M., electricien
te Leiden, wegens, mishandeling, is ver
oordeeld tot 25 boete sub. 25 dagen
hechtenis.
VOOR DEN POLITIERECHTER.
Een tolkwestie.
Zoo heeft A 1 p h e n a. d. R ij n dan ook
zijn tolkwestie. Al werd deze kwestie dan
ook uitgevochten niet, zooals bij Muiden,
met behulp van auto's en claxons, maar
met vuisten en een bierfleschje op des tol
gaarders aangezicht, en door de3 tolgaar
ders ruiten.
„Ongeveer voor 's nachts twee uur" ver
telde, niet al te logisch, het slachtoffer L.
H. de G., „was alles gebeurd.
Want toen ik weer naar bed ging,
vroeg ik nog aan m'n vrouw hoe laat het
was".
Vier fietsers met licht hadden voor den
tol gestaan, er aan gebeld, en toen hij op
stond om den tol te openen, gingen er
twee achterom zonder te betalen dat
mocht 's nachts. De andere twee bleven
staan.
„De namen kende ik zoo niet", vertelde
hij verder, „maar 't leken me nette jon
gens. Ik zet den tolboom half open en de
een die wil er al met zoo'n stijven gang,
zonder te betalen door. Wat denk je wel,
zeg ik; nou en toen kreeg ik een klap op
mijn gezicht en ik wou de tweede nog te
gen houden, maar toen lag ik al op den
grond. Met z'n drieën zaten ze me op m'n
lijf".
De drie gebroeders, het waren A., H. en
P. J. M., hadden het alle drie bij de po
litie bekend. En de twee thans verschenen
berouwvolle tolbestormers bekenden het
nu nog eens. De een had met een bier
fleschje, de ander met zijn vuist en geza
menlijk hadden ze ruiten ten bedrage van
vijf gulden en veertig cent stuk geslagen.
Ze hadden de schade willen vergoeden,
maar v. G. had gemeen dat 't, zoolang de
zaak nog bij de politie was, niet mocht.
Omdat hij reeds eenmaal veroordeeld
was, kreeg de oudste der drie gebroeders
40 boete, de twee anderen zullen elk 25
moeten betalen.
UIT DE WAOIO-WERELD.
Programma's voor Vrijdag 12 October.
Huizen, 340 9 M N a 6 u u r 1870 M.
12.301 30 Concert door het K.R.O.-Trio.
3.001.00 K.R.O. Vrouwenuurtje door
Mevr. J. Kaller-Wigman.
4.005.00 Gramofoonmuziek. N.C.R.V.
5.006.45 N.U.R.V. Concert.
7.007.30 K.R.O. Cursus paedagogic door
Dr. J'. v. Da el.
8.15 V.P.R.O. Concert.
Hilversum, 1071 M.
12.302.00 Lunchmuziek door het Trio
Sjouwerman.
6.007.15 Dinermuziek door het kwartet
Rentmeester.
7.157.45 Lezing vanwege het Onderwijs
fonds voor de Binnenvaart. Schippersles.
8.059.30 Kamermuziek door het Ara-
sterdamsch Strijkkwartet en J. Hymann:
piano.
9.50 Persber.
10.00 Aansluiting van de Stadsschouw
burg te Arnhem. Concert door het Omroep
orkest o. 1. v. Nico Treep. Hélène Cals:
sopraan.
11.00 Sluiten.
Daventry, 1600 M.
10.35 Kerkdienst.
11.20 Gramofoonmuziek.
12.20 Socatenccncert (viool, piano).
12.50 Orgelconcert.
I.202.20 Orkestconcert.
2.45 Berichten.
2.50 Voor de scholen.
3.15 Muziek.
3.20 Lezing.
3.40 Muziek.
3.45 Lezing.
4.00 Muziek.
4.05 Concert voor de scholen.
4.50 Orkestconcert.
5.35 Kinderuurtje?.
6.20 Lezing.
6.35 Nieuwsber.
6.50 Landhcüwber.
7.05 Liederen van Schubert voor so
praan.
7.20 Muziekcritiek.
7.35 Muziek.
7.45 Lezing: Religion as Law.
8.05 H. Henschel:sopraan.
8.20 Sympbonieconcert.
9.20 Nieuwsber.
10.25 Causerie.
10.40 Vaudeville.
II.04 Een verrassing.
11.2012.20 Dansmuziek.
,,R ed i o-P a r i s", 1750 M
12.502.10 Orkestconcert.
4.055.05 Orkestconcert.
8.50 Symphonieconcert. Daarna
rouf", opera van Rabaud.
Laogenberg, 469 M
11.30 Mechanische muziek.
12.251.50 Orkestconcert.
4.205.05 Concert, Zang en declamatie
5.05—5.50 Orkestconcert.
7.20 Concert door het Klein-Werag-or-
kest.
7.50 De oude klassieken: Platon. Daarna
tot 11.20 Dansmuziek.
Königswusterbausen, 1250 M.
(Z e e e n).
11.20—4.20 Lezingen.
4.205.20 Orkestconcert.
5.207.05 Lezingen.
7.20 OrkestcoBcert.
7.50 Dialogen der wereldliteratuur. De
Klassieken: Platon. Met muziekbegel.
22 OCTOBER EN DE VOORSPELLING
VAN „DE TELEGRAAF".
De K.R.O. schrijft ons:
Op bovengenoemden datum een jaar ge
leden, werd de zender van Huizen in ge
bruik gene men.
Het was een merkwaardige dag voor het
geloovig deel van ons volk, en met name de
N.C.R.V. tn de K.R.O. mochten zich ver
heugen in een eigen zendstation. Van dit
oogenblik af konden wij ruim drie dagen
in de week onze Katholieke luisteraars be
reiken om hen van alles mede te deelsn,
wat dienstig was tot hun godsdienstige en
maatschappelijke ontwikkeling.
Het is onnoodig terug te komen op de
moeilijkheden, die overwonnen moesten
worden cm tot de exploitatie van een eigen
zendstation te géraken; ook niet op die,
welke ons daarna gedurende het afgeloopen
jaar in den weg werden gelegd.
Toch willen wij even memoreeren den
strijd, die vooral van dien datum af tegon
ons gevoerd is door het dagblad. „De Te
legraaf", en die met allerlei middelen werd
volgehouden tot op heden. Welke de inner
lijke motieven zijn, die het blad voortdu
rend hebben aangezet om tegen ons maar
steeds de krijgsklaroen te blazen
Zonder twijfel de levensbeschouwing, die
het er op na houdt, en die diametraal te
genover de onze staat, maar zeker óók nog
andere beweegredenen, welke het tevens
aanspoorden speciaal het voor den A.V.R.
O. op tenemen. Wij willen ons echter daarw
in niet verdiepen, doch alléén wijzen op
twee curieuse feiten.
Het eerste is, dat de A.V.R.O. steeds de
uiterlijke allures aannam, alsof er niet de
minste relaties bestonden tusschen hem en
het blad. Zóó zelfs, dat de heer
Westerveld eenmaal publiek „do Tele
graaf" desauvoueerde met betrekking tot
haar radio-strijdmethodes.
Het tweede, dat de „Telegraaf" desniet
tegenstaande in haar artikelen duidelijk op
de hoogte bleek te zijn van wat er in den
A.V.R.O. omging en wat zijn intiemste stre
vingen waren. In de verkiezingen voor de
provinciale besturen voor den A.V.R.O,
trad zelfs het Telegraaf-element op bijzon»
der sterke wijze naar voren.
Welke conclusies, gezien daarenboven
nog de ultra-gepassionneerde wijze, waarop
d© „Telegraaf" het voor de A.VJR.O. op
nam, uit een en ander moeten getrokken
worden, laten wij aan onze lezers over en
zal de tijd trouwens wel leeren. Maar nie
mand. zal ooit in staat zijn ons wijs te ma
ken, dat tot grondslag van den strijd door
A.V.R.O.-Telegraaf gevoerd niet een vast
omlijnd programma ligt, dat stuk voor stuk
wordt uitgevoerd, en dat misschien zelfs
buiten verschillende A.V.R.O.-bestuurders
om en tot him verwondering tut een orv-
verwachte oplossing komen kan.
Doch dit alles is niet heb voornaamste,
waarop wij onze luisteraars attent wilden
maken, wel op een voorspelling voor een
jaar door „de Telegraaf" gedaan n.l. dab
dc sectarische omroep, en hiermede
werd op ons gedoeld het geen jaar meer
zou uithouden en z'n eigen dood zou ster
ven.
Tot ons innerlijk genoegen kunnen wij un
het jaar verloopen is op deze sinistere voor
spelling, het volgende antwoorden: Op dit
oogenblik vooral, verheugt zich de K.R.O,
in een ongekenden bloei. Onze Stichting
staat minstens tweemaal zoo sterk op haar
fundamenten dan een jaar geleden.
Talrijk zijn de nieuwe leden en abonnó'a,
die dagelijks aan onze bureaux op de Hee-
rengracht binnenkomen. Giften wordon
ontvangen van menschen, die ons ronduit
verklaren, dat zij door de agitatie van „de
Telegraaf" meer dan ooit overtuigd zijn
van het nut en de noodzakelijkheid van een
katholieken omroep. Ons ledental is se
dert 22 October 1927 van 1000 tot 1500 per
maand toegenomen, de oplage van de „Ka
tholieke Radio Gids" vervijfvoudigd,
kortom, degenen, die binnen een jaar den
rampzaligen dood door uitputting zoadm
gestorven zijn, bevinden zich in blakende
toestand van gezondheid en welvaren.
Mocht er soms iemand onder ons zijn,
die daar nog aan twijfelt dan sla hij mtar
eens aandachtig gade met welk een furieuze
hartstocht „de Telegraaf" ons in de laatste
weken vooral aanvalt. Artikel op artikel te
gen ons, plaat op plaat om ons belachelijk
te maken.
Ten slotte is haar passie zoo sterk ge
worden, dat zij alle maat en perk uit het
cog verloor, zocdat de justitie zich ver
plicht achtte haar ambtshalve te moeten
aanklagen van smaad den minister van
Waterstaat aangedaan.
De situatie, een jaar na de beruchte
voorspelling, is dus als volgt: De K.R.O. ia
blakenden welstand, „de Telegraaf" om
haar radio-artikelen voor den rechter ge
daagd.
Wij gunnen onzen vijand zelfs geen
kwaad, maar wij kunnen toch tevreden zijn.
den rug naar Je auue*en gekeerd, tuurde
hij naar buiten.
Monsieur Marcel fluisterde zijn neef
slechts enkele woorden in 't oor, maar
deze woorden waren voldoende om den.
jongen man doodsbleek te doen worden
van ontzetting.
Daarop riep monsieur Marcel Dick
weer en zei:
Toen ik daarnet zei dat ik niets weet
van Kalfians doen en laten op het oogen
blik, was dat volkomen overeenkomstig de
waarheid. Maar ik weet wel dat er van»
avond een vergadering van het genoot
schap is en dat deze waarschijnlijk spe
ciaal belegd is om zijn rapport te hoorei*
Ik ga er heen en zal je op de hoogte
brengen van het resultaat. Waar logeer je Si
De jonge man noemde een klein hotel
in de Rue St. Honore, en daarna liet mon
sieur Marcel, nadat hij zich eerst o ven-
tui gd had dat de kust vrij was, zelf d©
beide vrienden uit. Zij laatste woorden, op
gejaagden toon en terwijl hij schuw over
zijn schouder keek, uitgesproken waren:i
Ga naar Uw hotel terug en verlaat
het niet, voordat U van mij gehoord hebt.
Ik zal mij in verbinding stellen met Tecf,
dat ii minder gevaarlijk. Ik zal U helpen
zooveel als in mijn vermogen is, fluisterde
liij in Dick's oor, al brengt dat ook
groote gevaren voor mij mee. Maar daar
tegenover vraag ik Uw plechtige belofto
dat U hier nooit meer zult komen en dat
U mij goen boodschappen of brieven zult.
sturen. Denk er aan, wat éénmaal gebeurd
is, kan nogmaals gebeuren en het zal ge
beuren als ooit iemand argwaan krijgt
■~t iV me met de zaak heb in gelaten.
(Wordt vervolgd).
„DE LEIDSCHE COURANT"
ïctobt
Advies van den Hooge Raad van Arbeid
omtrent drie vragen van den minister.
Geen premies voorniet
verzekerde arbeiders.
Tieergi
r weel: pe Hooge Raad van Arbeid heeft in zijn
NCW 8 o otober gehouden vergadering zijn ad-
[vies vastgesteld omtrent de drie volgende
door den minister van Arbeid, Handel en
lllllllIÈNijverhaid aan den raad voorgelegde vra-
i gen betreffende de wettelijke regeling der
3KeHLWericloosheidsverzekeriug:
1. Indien, naast verplichte premiebetaling
door alle werkgevers voor alle in hun
dienst zijnde arbeiders, de vrijwilligheid
in zake de toetreding tot de werklooz.m-
I kassen der vakorganisaties gehandhaafd
blijft, zullen de werkgevers bijdragen ook
voor arbeiders, die niet tegen werkloosheid
verzekerd zijn. Is zoodanige regeling te
mvaarden
2. Aan welke organen kan het innen
Sder premiën van de werkgevers het doel-
matigst worden opgedragen?
I 3. Wordt langs dezen weg in voldoende
5 mate bereikt dat het aantal verzekerden
zich belangrijk zal uitbreiden, welk doel
met de wettelijke regeling mede wordt na-
gestreefd?
Wat de eerste vraag betreft, heeft een
meerderheid in den raad aannemende, dat
de minister bedoeld heeft, dat elke werk
gever, voor eiken, al of niet verzekerden
in zijn dienst zijnd en arbeider een premie
zou moeten betalen, gemeend, de vraag
ontkennend te moeten beantwoorden. Daar
bij golden als voornaamste overwegingen,
dat het niet aanvaardbaar is, dat werkge
vers voor arbeiders zouden betalen, terwijl
die arbeiders geen recht op uitkeering zou
den hebben, jjovendien werden principieele
bezwaren geopperd tegen een regeling,
waarbij do werkgevers verplicht zouden
worden, hun bijdragen te storten, zij het
'middel ijk, in de werkloozenkassen der vak
organisaties, terwijl laatstgenoemden,
strijdvareenigingen zijn, gericht tegen de
werkgevers. Een minderheid in den raad
achtte echter een zoodanige regeling wel
aanvaardbaar. Omtrent de wijze waarop
een dergelijke regeling getroffen zou moe
ten worden, bestond geen volledige over
eenstemming onder de leden, die deze min
derheid vormden. In enkele trekken is aan
gegeven hoe een dergelijke regeling er zou
kunnen uitzien.
Een aantal leden van don raad was van
van oordeel, dat er wat do redactie van de
eerste vraag betreft nog een ander suppo
sitie mogelijk is. Leest men „voor" in den
zin van „over", dan zouden de werkgevers
evenveel kunnen bijdragen als de verzeker
de arbeiders betalen, maar dan zou de to
tale bijdrage van eiken werkgever berekend
moeten worden over (in verhouding tot)
alle in zijn dienst zijnde arbeiders. Vat
men de vraag aldus op, dan bleek er een
meerderheid in den raad te zijn, die de
vraag bevestigend beantwoordde. Sommi
ge dezer leden spraben als hun meening
uit, dat op grond van de bestaande werk
loozenkassen en met gebruikmaking van
jfe andere bestaande organen (bedrijfsvereeni-
gingen, risicovereenigingen en dergelijke)
het mogelijke is, een regeling zij het niet
voor alle bedrijven bedrijfsgewijs op to zet
ten en van de werkgevers dus niet een al-
gemeene premie te heffen, maar verschil
lende premies gevarieerd naar de risico, de
loonhoogte, de uitkeeringsbedragen, de uit-
keeringsteimijnen enz.
Tegenover laatstgenoemde meerderheid
stond een aantal andere leden, dat als zijn
meening uitsprak, dat de door de meerder
heid gegeven interpretatie van de eerste
vraag gewrongen is en niet in overeenstem
ming met de duidelijke bedoeling van den
minister.
Een aantal leden van den raad heeft zich
van de beantwoording van de tweede en de
derde vraag onthouden, omdat deze b'eant-
waar het antwoord op de eerste vraag in
woording naar hun meening overbodig was,
den doDr den minister bedoelden zin, ont
kennend luidde.
De overige leden van den raad hebben
op de tweede vraag geantwoord, dat de in
ning van de premies der werkgevers het
doelmatigst kar. worden opgedragen aan
de bestaande organen der sociale verzeke
ring.
De derde vraag was bevestigend beant
woord.
Koloniale vraagstukken.
Een brochure.
Op verzoek van belangstelleren in ko
loniale vraagstukken verschijnt deze week
bij de Drukkerij „t' Kasteel van Aenistel"
te Amsterdam: „De Koloniale Politiek van_
Nederland", een critiek op het boek v^n
den Oud-Minister H. Colijn, overgedrukt
uit „De Tijd" van den 21en September tot
den 2en October 1928.
op do kantonrechter de zaak aai
12 December om nog eenige get
hooren, die momenteel op zee va
Zij prikken zich in de
J. H. N. G. en B. v. d. V. te
hadden in de duinen zeedorens g
waren deswege geverbaliseerd.
Als getuige werd gehoord S. v.
de overtreding bevestigde.
De ambt. van het O. M. eischte
5 dg., waarop de kantonrechter 1
form dien eisch veroordeelde.
Geen signaal gegeven.
R. P. te Leiden had bij den
de Vrouwen steegAalmarkt met
een meisje aangereden, dat uit de
steeg kwam fietsen. De auto ha<
sreerenen en in elkaar gereden. H
FEUILLETON.
Uit het Engelsch van
EFFIE A. ROWLANDS
Nadruk verboden.
23)
Zou U 't niet als Uwe plicht beschouwen
om verdere heiligschennis te voorkomen,
om weer terug te krijgen wat schennende
handen hebben weggehaald? Zou U zich
in mijn plaarts in deze schande schikken
door het leven gaan met deze altijd duren
de verschrikking voor oogen, opgejaagd
door de gruwelijke herinnering? Neen, U
zoudt doen als ik, U zoudt Uw leven op
het spel zetten als het moest om uw doel
te bereiken.
De ander maakte een lichte handbewe
ging.
Op uw leeftijd, jonge vriend, ant
woordde hij, zou ik waarschijnlijk pre
cies geredeneerd hebben als U, maar het
verstand komt met de jaren en de tijd
leert de mensch om zich in het onvermij
delijke te schikken. Hoe ik ook met U
sympathiseer, hoe 6terk ik ook de juist
heid voel van wat U daarnet zei, ik lean
mijn oogen niet sluiten voor het feit dat
de taak die U op U wilt nemen, hopeloos
is. Veronderstel dat U Aram R-'.ian vindt
denkt U dat hij goedschiks ■rT_r ufstaan,
wat hij met zooveel gevaar handen
heeft gekregen? Hij kan het niet het
zou zijn eigen doodvonnis bcteekenen. Als
U de hulp van de politie inroept, wordt de
heele miserabele geschiedenis publiek en
ten slotte wat kunt U als eenling beginnen
tegen een hecht>georganiseerde samen
zwering! Die menschen zijn steeds op hun
hoede: bij den eersten argwaan zou het
geen U zoekt door den een aan den ander
worden overgegeven en zoo uit uw bereik
verdwijnen. Uw eenige kans is te pogen
door slim overleg, te bereiken wat u
door geweld nooit gelukken zal. Kalfian
kent U van gezicht, geloof ik? voegde hij
er nadenkend aan toe.
Ja, ik denk niet. dat hij mij vergeten
zall Bij onze laatste ontmoeting had ik
hem in mijn macht, mijn pistool was op
zijn hoofd gericht. Zonde en jammer dat
ik hem niet naar de andere wereld heb
geholpen.
Dank den hemel liever dat die U
voor zoo'n dwaasheid heeft behoed, zei
monsieur Marcel ernstig - Als U aan
deze krankzinnige opwelling gehoor had
gegeven, zoudt U nu in de geangenis zit
ten en Uw naam zou geschandvlekt zijn!
En mijn neef, giug monsieur Marcel voort,
kent Kalfian dien ook?
Neen, ze hebben elkaar nooit gezien.
Dan moet hij de leiding nemen!
Op dat oogenblik richtte Bevan, die
zich voorovergebogen had en zijn oor vlak
bij de deur hield, zich- op en kwam op
en kwam op hen toe, één hand waarschu
wend omhoog.
Dus er is niets, Ted, zei monsieur
Marcel met een luid-klinkcnde stem,
dat jou en U ook, mr. Franks zoo aan
trekt als een reis om de wereld? Wel, ik
maak U mijn compliment, voor Uw goe
den smaak. Laten we drinken op het wel
slagen van de tocht. Beste jongen, jij zit
het dichtst bij de bel, wil je er even op
drukken
Er verliep eenigen tijd voor er iemand
kwam en monsieur Marcel gebruikte die
tussclienpoos om opgeslagen atlassen en
Baedekers op de tafel op te stapelen. Ten
slotte verscheen een bediende, zooals
beide bezoekers direct opmerkte, niet de
zelfde die hem had opengedaan. Het was
een knappe jonge man, met donkere
oogen die dich bij elkaar stonden en er
was niets verdachts in de manier waarop
hij de orders van zijn meester in ont
vangst nam en uitvoerde, behalve mis
schien een soort katachtige steelschheid
in zijn bewegingen, die geheel bij zijn per
soon scheen te hooren, en het feit, dat hij
toen hij wijn en glazen op tafel zette, de
bezoekers aanmerkelijk langer aanstaarde
dau noodig of beleefd was.
Zoo is het goed, Jean, zei monsieur
Marcel, Laat de deur open als je weg
gaat, het is hier afschuwelijk warm in de
kamer.
Toen ze hun glazen hadden leeggedron
ken, hoorden ze Jean's sluipend zachte
voetstappen in de verte wegsterven.
Voor het oogenblik zijn we veilig,
zei de heer des huizes haastig, juist
toen we gestoord werden, Ted, zei ik dat
jij, omdat Kalfian je niet kent. degene
bent die hem naderen moet.
Emberson viel den ouden man snel in
de rede.
Uw neef Sir, is de beste vriend dien
ik in de wereld heb. Maar hij is absoluut
niet op de hoogte met deze heele vreese-
lijke geschiedenis en ofschoon hij bereid is
voor mij te vechten, weet hij niet eens of
het een rechtvaardige of onrechtvaardige
zaak is, waarvoor ik strijd.
Het is jou zaak, beste jongen zei
Ted. hartelijk en dat is mij voldoende.
Maar uit hetgeen hier besproken is, meen
ik het volgende begrepen te hebben. In de
eerste plaats dat Kalfian dingen in zijn
bezit heeft, die van jouw hooren en die
jc met alle middelen wilt zien terug t3
krijgen; in de tweede plaats dat het om
bijzondere redenen niet gewenseht is de
hulp van politie of justitie in te roepen.
Heb ik dat goed begrepen? Dick knikte
ernstig.
Dan hoef jij me alleen het gestolen
voorwerp te beschrijven en mijn oom moet
me zeggen hoe de man er uit ziet, dan
zal ik wel voor de rest zorgen. Ik zal hem
volgen als een jachthond en goedschiks of
kwaadschiks hij zal teruggeven wat hem
niet toebehoort.
De beide anderen keken Ted Bevan
ernstig aan. Ze schenen zijn optimisme
niet te deelen.
Het is niet onmogelijk, zei monaieur
Marcel ten slotte nadenkend tot Dick,
dat mijn neef slaagt, waar U falen zou,
maar om dit te ondernemen moet U here
vorder in vertrouwen nemen. Voor U is
het onderwerp misschien te pijnlijk, maar
vindt U het goed dat ik Ted, zonder te
veel in bijzonderheden te treden, het al
lernoodzakelijkste meedeel?
Wéér knikte Diek zwijgend; daarna
stond hij op, liep naar het venster en mM