Het Kellogg-pact
BUITENLAND.
19e Jaargang.
DINSDAG 28 AUGUSTUS 1928
No. 5961
k.*—
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
Lor Leiden '0 cer.t per week 12.50 per kwarta&L
teii onze Aren ten 20 cent per week (2.60 per kwartaal,
franco per poat '2-95 per kwartaal,
pet Geïllustreerd Zondagsblad ts voor de Abonné'a ver-
kriiebaar tegen betaling van 50 et. per kwartaal, bij voor-
pitiwtaling. Afzonderlijke nummers 5 ct., met Geïllustreerd
mdagsblad 9 ct.
Dit blad verschijnt eiken dag uitgezonderd Zon- en Feestdagen. U
Bureaux: RAPENBURG No. 10 - LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935 REDACTIE 15
GIRONUMMER 103003 POSTBUS No. 11
I..M—
OE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT»
Gewone advertentlën 30 oent per rOQdy
vVoor Ingezonden Mededeelingen wordt hei
a 4 dubbele ran het tarief berekend. *v
Kleine idvertontlên, ran ten hoogste 80 Troorden, waarin
betrekkingen warden aangeboden of gevraagd, huur en ver
huur, koop en verkoop f0.50.
HET GOUDEN JUBILEUM DER
NEDERLANDSCHE ST. GREGORIUS-VEREENIGING
DE NEDERLANDSCHE KERKMUZIEKWEEK
Te drie uur gisterenmiddag betrad Pa
ter G. van Kalmthout O.P. het podium, om
een zeer mooie en belangwekkende voor
dracht te houden over:
Kerkelijk orgelspel.
Het orgelspel en de begeleiding van den
koorzang zijn in de kerk geoorloofd en
daarmee is het gevaar opgeroepen, dat
de macht van het orgel een overmacht
wordt; een macht, die nog grooter gewor
den is door de moderne vindingen. Van
den anderen kant doet het orgelspel nut
tig werk tot opluistering der kerkelijke
plechtigheden. Begrijpelijk is het daarom,
dat de Kerk het orgelspel aanvaardt, even
goed als een beeld of een gebrandschilderd
venster; maar dat ze tegelijkertijd om de
mondaine of physieke overmacht te be
zweren, haar eeredienst veilig heeft ge
steld door voorschriften of vermaningen.
Die voorschriften moeten volgen uit het
doel, waarvoor het orgelspel is aanvaard,
nl. de stichting der geloovigen.
De stichting der geloovigen was voof de
Kerk aanleiding geweest om het orgel te
doen zwijgen. Onder devotie verstaat de
Kerk niet iedere sentimenteele of over
enthousiaste devotie, maar de echte, litur
gische stichting, die ze door haar ceremo
nies opwekt en daarom moeten op het or
gel zwijgen alle soort registers als vogel-
gefluit, nachtegaal, koekoek e.d. (maar
dit spreekt uit zich zelf); maar daarom
ook moet het orgel zwijgen bij diensten
en op dagen van boete en rouw. Daarom
op bepaalde tijden, Advent, Vastentijd,
Requiem-Mis verboden. Hoe juist dit van
de Kerk is gezien, illustreert spr. door te
herinneren aan de emotie, die we gevoe
len, als op Witten Donderdag na het Glo
ria het orgel opeens zwijgt en de vreug
de, die wordt gewekt, als op Paasch-Zater-
dag na den inzet van het Gloria het- orgel
weer speelt. Spr. wijst hier den organist
op de stemming door het zwijgen van het
orgel en vraagt hern van de Kerk te lee-
ren, de- geloovigeh te stichten door nu en
dan op bepaalde momenten te zvrijgen, ook
al is het geen dag van boete of rouw, bijv.
onder consecratie, communie-uitreiking,
Dornine non sum dignus, zegen des Pries
ters, ook het laatste Evangelie.
De Kerk laat om de geloovigen te stich
ten het orgel ook spreken.
Ie. Als begeleiding en dit op twee ma
nieren. Als begeleiding van Gregoriaansch
en meerstemmige muziek.
Als begeleidnig van het Gregoriaansch
heeft het orgel een zeer ondergeschikte
plaats. Gregoriaansch in zijn oloeitijd werd
altijd zonder orgel gezongen.
Den Hen Mei 1911 werd-het officieel
V toegestaan gebruikelijk was liet al lan
ger; het mocht begeleid worden behalve
t ae altaarzang van den priester, wat spre-
i her ook uitstrekt tot de antwoorden van
het koor.
Mar wijl het slechts toegestaan, niet
noodzakelijk is, daarom is de plaats van
f Gregoriaansehe begeleiding een heel be-
I- Scheidene en moet het in alles de melodie
volgen en in niets hmcietén.
Daarom: voor alles begeleiding zoo zacht
èn luchtig mogelijk. Gregoriaansch is licht
als spraakgezang en daarjni worde de be
geleiding geregistrev 1 door een licht re-
gister, dat luchtig loopt, daarom geen
tongwerk; ook geen strijk-register, Jicfst
een fluit en dan nog met Holpijp of Flute
Harmonique of •iïoeri'mu Zelfs dwarsfluit
I vindt spr. nog te dik; jachthoorn of zachte
I nic.t-striJ'!iende dole® beo meest geschikt.
I Als wijze van haruroniseeren is contra-
I punt studie het moést aan 1e bevelen;
I daar zit een horizon. ::Je lijn v-m beweging
1 Vat betreft het harmoniseeren zelf:
f ^ogenschijnlijk is dit gemakkelijker dan n
K i a ng van moderno muziek met alle
i fi!i "|Mk modulaties, maar men bedenke,
"K'tv i*6 e°eieiding den Gregoriaansehen
I pp„ n den voet moet vclgcn en dat
V moduleref°riaanSC'1 muziekstuk evenzeer
I ..i'Ï!>JncIutleerende besluit spr., dat het be-
I !L van Gregoriaansch een zeer ".wn-
u 16 vcreischt, ernstige voorbereiding,
v dip r-j°^ talent en tijd noodig is; mocht
Tnnl-JJC ta'ent) ontbreken, dan
sori..S.g^btuik. ™n de gedrukte Gre-
bnsto .~T**V/ "cs«r«iuingen, maar dan de
Guorm Mattheus of Nekes, maar Bas,
en zeker" PothaS""nenk°rt' Desnoquettes
de"eaaneteh0beevelên. WtS'e b,'iZ°n"
was hot 'ie-fc dau zoovecl eischen stelt,
g_ keter te begeleiden?
e dan op een groot voordeel. Be
geleiden maakt het rhythme meer voel
baar; het gaat detoneeren tegen; een eer
ste vereischte om van de schoonheid om
van iedere muziek te genieten, daarom
zorge de organist altijd iets vóór te zijn;
de zanger geve onder de pauze acht op
den zuiveren toon; zoo werkt, de begelei
ding thans nog mee tot een zuiverder uit
voering van het Gregoriaansch.
Over een begeleiding in meerstemmige
muziek, valt niet veel aparts te behande
len. De muziek is kerkelijk goedgekeurd,
en dus een organist, die zich op devote
wijze van zijn taak kwijt, zich inleeft in de
compositie, speelt vanzelf kerkelijk, dus
sticht. Alleen merkt spr. op, dat er één
voorschrift is in het Motu Proprio, dat
hier moet worden in acht genomen. In de
kerkmuziek overheerscht. liet vocale; het
orgel mag dus nooit overstemmen. Om
dit te bereiken controleere zich de orga
nist voortdurend of hij niet te sterk speelt
en wijl deze zelfcontrole uiteraard vol zelf
bedrog is, geeft spreker den raad, den
dirigent te laten controleeren. Conclusie:
onderwerping van den organist aan den
dirigent.
Hoe dit tusschen-spel of voor- of na
spel moet wezen? Het moet stichten als
begeleiding der ceremonie van den^ H.
Dienst en moet stichten als begeleiding
van de plechtigheid van het feest.
Daarom moet het tusschenspel zich re
gelen naar de ceremonie van hot oogen-
blik: anders onder het offertorium, anders
na *t epistel, na de consecratie. Het ideaal
was, dal iedere organist vanaf zijn plaats
de ceremonies op het altaar kan volgen en
tegelijk zijn Hollandsch Missaal voor zich
had staan om do woorden te improvisee-
ren. Wat zou na de consecratie dan het
orgelspel geen weeke adoratie, maar een
ernstigi offerzang zijn. Kan hij niet im-
pruviteeren dan gedrukte muziek: o.a.
Frcscobaldi.
Een organist moet ook opwekken naar
het karakter van het feest, anders op
feest-, anders op Zondagen, anders op ge
wone, anders op Hoogfeesten.
Spr wees op de improvisaties die kun
nen gecomponeerd worden uit de officies
der feesten.
De rhythmus van het Gregoriaansch.
Pater Dr. Caec. Huigens, directeur der
Kerkmuziekschool, hield te 4 uur een voor
dracht (met demonstratie) over het rhyth
me van het Gregoriaansch.
Die demonstratie werd niet alleen gege
ven door den Pat er-Directeur en door de
leerlingen zijner school, maar ookdoor
de bezoekers der vergadering, want Pater
Huigens wist het door zijn glasheldere
uiteenzetting zoover te brengen, dat heel
de zaal. nadat hij zelf of zijn leerlingen
een bepaalde Gregoriaansehe melodie had
den voorgezongen, deze keurig nazong, na
tuurlijk niet onberispelijk, maar toch zóó,
dat de beieekenis van het Gregoriaansch
rhythme goed begrepén te zijn.
De Vespers.
Het was wel zeer merkbaar, dat de
plechtigheid van de Vespers in den loop
der tijden gaandeweg in onbruik is ge
raakt. Merkbaar geringer was- ten minste
de belangstelling in de Kathedraal voor
de indruk wekkende plechtigheid, welke
wederom met treffenden liturgischen
luider werd gecelebreerd te 7 uur. De
plechtigheid werd geleid door Rector H.
B. Iauwaert en de gezangen werden op
welhaast onberispelijke wijze weergegeven
door het koor der heeren theologanten van
hes Groot-Seminarie te Warmond. Het was
prachtig van intonatie, heerlijk van losheid
en siorJiik-devote lenigheid.
Ttisschen kwart vóór en kwart over 8
uur hield de stadsbeiaardier J. Wagenaar
een fraaie bespeling op het Dom-carillon,
terwijl, tot besluit van den eersten feest
dag, Albert Vogel te half 9 uur in het Ge
bouw een voordrachtsavond hield. Buiten
gewoon artistiek declameerde Vogel stuk
ken van Huijgens, Jan Pruis. Grillparzer,
Multaluü, Shakespeare en Thomas Mann.
Tentoonstelling van kerkelijke mu
ziek.
Gedurende de Kerkmuziekweek wordt in
een der zalen van het Gebouw voor K. en
W. een tentoonstelling gehouden van ker
kelijke muziek. Wij waren in de gelegen
heid deze tentoonstelling heden te bezich
tigen. Dc tentoonstelling, die vooral ten
doel heeft uitgaven van goede kerkmuziek
en van werken over kerkmuziek onder de
oogen der bezoekers te brengen, is ver
deeld in de volgende afdeelingen: missen
voor één*stem; missen voor twee gelijke
stemmen; missen voor drie gelijke stem
men; missen voor vier gelijke stemmen;
missen voor twee ongelijke stemmen; mis
sen voor drie ongelijke stemmen; missen
voor vier en meer ongelijke stemmen. Ver
der: Requiems, Te Deum's en Vcni Crea
tor's voor gelijke en ongelijke stemmen;
lofgezangen ter eere van het H. Sacrament
en de H. Maagd voor gelijke en ongelijke
stemmen; missen en lofgezangen van oude
meesters in moderne uitgaven; begeleidin
gen van de officieele gezangboeken; volks
zang; orgelwerken, Kerstlieden cn Canta-
te's. In 't geheel zijn er ruim 700 stuks,
waaronder ruim 300 werken van Nederland-
sche componisten. Bovendien een volledige
rij van de Paléographie Musicale. verschil
lende gerhythmeerde uitgaven der officieele
gezangboeken, theoretische werken, num
mers van kerkmuzikale tijdschriften en ten
slotte alle uitgaven der St. Gregorius-Ver-
eeniging. De volgende HoUandsche compo
nisten zijn vertegenwoordigd: Algra, A. An-
driessen, H. F. Andrïessen, Hendrik An-
driessen, Arts, Averkainp. Van Balen, Bel-
tjens, Van Besouwen, J. Bots. G. L. Bots.
d. Boogaard, Van der Bijl, Cuypers, Die-
penbrock, Dobbelsteen. Eppink, v. d. Eisen,
Fransen, Gicsen. Haagh. Hermans, Hek-
king, Heydt, Huygens, Jansen, de Jong,
Van Kalmthout, De Klerk. Kli.in, Hosp,
Kors, Kroon Van 't K.ruys, br. Lambertus,
Lans, van der Linden, Loots, Maas, Alb.
Mosmans, Alph. Mosmans, Moortgat, Mon
nikendam, Nieland, Van Nuenen, Van Nuf
fel. Van Oers, A. Ponten, J. S. Ponten, Reij-
niers, Schefstel, Van Schaik, Schellekcns,
Schrijvers, Schuurman, Van der Sluys, Smit,
Tycker, De Vocht, Jos. Vranken. Jaap
Vranken, Wentholt-, Wierts, Van der Wiel
en Winnubst. A1&' we er enkele mochten
vergeten hebben vragen wé wel verschoo
ning. De opsomming alleen reeds toont dat
we met het aantal kerkelijke componisten
een goed figuur maken.
De tentoonstelling is uitstekend verzorgd
en een bezoek overwaard. Men ziet er o.a.
een rijke afdeeling der klassieke meesters,
de school der Nedérb ndsche en Italiaan-
sche componisten uit de 15e en 16e eeuw.
Men vindt er ook de belangrijke uitgaven
der Vereeniging van Nedcrlandsche mu
ziekgeschiedenis onder leiding van Dr.
Smijcrs, van Josquin des Pres en Obrecht.
Ieder die belang stelt in kerkmuziek be-
zoeke deze belangrijke expositie.
Een volgenden keer hopen we gelegen
heid te hebben de tentoonstelling van oude
kerkelijke noumen-handschriften, die elders
gehouden wordt, te bezichtigen.
In ons- verslag van gisteren.schreven we:
Twee pas gediplomeerde leerlingen der
Kerkmuziekschool, de heeren M. Bakker
en J. Smit, verzorgden de orgelbegeleiding,
de eerste op het groot-orgel.
Dit was oen vergissing, onze stadgenoot
J. Smit had de eervolle opdracht het
groot-orgel te bespelen.
Gisteren is te Parijs met veel plechtig
heid het z.g. Kellogg-pact geteekend, het
pact tct uitbanning van den oorlog.
Het beteekent alweer een stap verder op
den vredesweg; een vergrooting van den
afstand, welke ens scheidt van de na-oor
logschc mentaliteit van haat en wantrou
wen.
De inhoud van het verdrag bestaat
slechts uit twee artikelen. In het eerste
.'erklaren de contractanten, dat zij den
oorlog als oplossing van internationale
strijdkwesries veroordecler, en daarvan als
middel van nationale politiek afstand doen.
terwijl in het tweede de verplichting wordt
vastgelegd om in het vervolg alle conflic
ten, van welken aard ook, slechts op te los
sen langs vredelievenden weg.
Dus hebben de Staten, die het pact on
derteekend hebben, zich plechtig voorgeno
men, nooit neer oorlog te voeren?
Men spanr.e zijn verwachtingen niet te
hoog.' Want daar zijn reserves gefoimu-
leerd: en nog wel door een paar der voor
naamste onderteekenaars.
Zoo heeft Kellogg zelf (onder pressie van
Frankrijk) bij verklaring van 29 April
1.1. voor dc regeeringen het recht voor
behouden om, wanneer zij dit volstrekt
noodig en onvermijdelijk oordeclen, een
verdc ligings-oorlog te voeren, terwijl
Chamberlain Engeland's voorbehoud ver
vat heeft in een soort Monroelcer, toepas
selijk op de verdediging van het gebied
van het geheele Britsche wereldrijk met al
zijn zelfbestuur genietende en ander ter
ritoren. Men vraagt zich, af wat er bij deze
reserves van een „uitbanning van den oor
log nog overblijftDoch. zoo redeneeren
dc lofpriizers van het Kellogg-pact, men
dient vooral de betoekenis van het feit
van Amerika's deelneming aan de onder-
teekening niet te onderschatten, daar de
andere staten reeds door het Volker.bonds-
paot en het Locarnoverdrag zich ertoe ver
plicht hebben den oorlog zoover mogelijk
buiten den kring hunner mogelijkheidsbere
keningen te verbannen, waarbij dan nog
komt „de moreelo bet eekenis van deze nieu
we gemeenschappelijke, daad der mogend
heden, welke do oplossing van het ontwa
peningsprobleem zeker zal vergemakkelij
ken."
De Tsjecho-Slowaaksehe minister van
Buitenlandsche Zaken Dr. Benesj heeft
zich tegenover journalisten als volgt uitge
laten over de beteckenis van het anti-oor
logsverdrag:
„Ik ben optimistisch gestemd ten op
zichte van het Kellogg-pact. Er is een stij
gende lijn in de gesloten verdragen waar
te nomen. Men kan deze verdragen, welke
de bevordering van den vrede ten doel
hebben in drie etappes onderscheiden. De
eerste etappe was do strijd in Genève om
de veiligheid in Europa, welke zijn hoog
tepunt vond in het jaar 1924 bij de uitwer
king van het protocol van Genève. Op dit
protocol volgde de tweede etappe, die van
de Locarno-verdragen. De derde etappe is
de tegenwoordige, de etappe van Briand-
Kellogg. Dit verdrag heeft een groote ma-
tcneele, doch een nog grootere moreele be-
teekenis."
Nu is de „moreele brteekenis" van een
dergelijke stap altijd een vrij vaag begrip,
doch er dient wel degelijk rekening mede
te worden gehouden.
De groote beteekenis van het pact. ligt
voor ons daarin, dat nu eerst uitdrukkelijk
gezegd wordt wat sinds den jonasten we
reldoorlog zoo duidelijk gevoeld is in veler
harten, dat de oorlog een misdaad is en een
maatregel, waartoe men slechts noodge
dwongen zijn toevlucht moet nemen. Offi
cieel wordt thans een einde gemaakt aan
de oude barbaarschc logende van de
„frische fröhliche Krieg". En langzamer
hand zal dit idee onuitroeibaar gaan vast
zitten in de gedachtengang der volkeren en
hun rcgceringcn.
Een dergelijke algemeene mentaliteit
vormt zich evenwel slechts langzaam en er
zijn op het oogenblik nog symptomen ge
noeg, welke e?n minder optimistisch stand
punt alleszins wettigen. Zoo schrijft het
blad van het Vaticaan, de „Osservatoro
Romano", dat „de vrede, die er thans
heersoht, nog altijd den geest van den oor
log in zich draagt, waaruit hij is ontstaan
en dat daarom ook alle pogingen der
staatslieden, om dien waren vrede te
stichten, hoe edel zij ook op zich zelf mo
gen zijn geweest, uitgeloopen zijn op een
mislukking."
Dit is dan ook de reden, waarom het
blad reeds bedenkingen tegen het pact
heeft, nog voordat het is onderteekend.
Eu met bet voorbeeld van Italic voor
oogen, dat den laetsten tijd zich weer bui
tengewoon prikkcloaar toont, is 't scepti
cisme van het Vaticaansche blad niet on
verklaarbaar.
V De schoonheid der Liturgie.
Er zijn veel te veel Katholieken, die de
s c h o o n h e id der Kerk, die de schoon
heid der Liturgie niet kennen, niet waar-
deeren.
Die kennis te verdiepen en die v.aardec-
ring op te wekken behoort mede lot dc
taak van het Katholieke dagblad.
En de courant doet zulks het best door
«actueele gebeurtenissen op dit gebied in
een helder licht te plaatsen door
daarvan goede verslagen Ie geven.
In dit verband wijzen wij op de versla
gen b.v., in dit nummer van on/c courant,
van dc Liturgische Weck te Leuven «n van
dc Nedcrlandsche Kerkmuziekweek te
Utrecht.
Verslagen, door kundige medewerkers
geschreven welke de Katholieken, die
een niet-Katholiek blad lezen moeten mis-
Wij, Katholieken, moeten er van over
tuigd zijn, dat God in Zijn Kerk, in den
Godsdienst ons zooveel schoonheid heeft
geschonken, opdat wij niet alleen verstan
delijk inzien de Waarheid, maar ook
des te gemakkelijker deze kunnen lief
hebben.
De Gods-gave der schoonheid in de Li
turgie mogen wij niet achteloos voorbij
gaan
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
Het voornaamste nieuws.
buitenland.
Het Keliogg-pact gisteren te Parijs gs-
teekend.
Nieuwe gevechten in China.
Bij de jongste bedevaart naar Mekka
zijn niet minder dan 2500 pelgrims omge
komen (Ncd. O.-Indië, 2e blad).
BINNENLAND.
Benoemingen in hot Bisdom Haarlem.
(Kerkn., 1ste blad).
Een aanranding in het Haagsche Bosch.
(Gera. Berichten, 2de blad).
Verscheidene ongelukken Ynet doodelij-
ken afloop. (Gom. Berichten, 2de blad).
De photo-pagina geven wij morgen.
DE ONDERTEEKENINGS-
PLECHTIGHEID.
Rede van Briand.
Stresemann weer luide
toegejuicht.
Gistermiddag om 3 uur heeft in de z.g.
Uurwerkzaal (Salle d'Horloge) van het mi
nisterie van buitenlandsche zaken te Pa
rijs de onderteekenig van het anti-oorlogs
verdrag plaats gehad.
Reeds om 2 uur kwamen de genoodigden
bij het ministerie aan. Onder de eersten
bevonden zich de Amerikaansche gezant
met mevrouw Kellogg, die plaats namen op
de eerste rij stoelen tegenover de hoefvor-
mige tafel, waarachter de gevolmachtigden
zouden gaan zitten. Bij zijn verschijnen om
2.35 werd do lieer Kellogg door een ge
dempt applaus ontvangen.
Om 2.55 arriveerde Poincaré, die door
collega's en vrienden hartelijk werd be
groet. Alles was nu voor de plechtigheid
gereed.
Klokslag drie uur viel een stilte over de
menigte. Do gevolmachtigden namen hun
plaatsen in. Onmiddellijk werdon acht
enorme reflectors, die in d© zaal waren
aangebracht, ingeschakeld, vier tegenover
de gevolmachtigden, vier in elk der hoe
ken vin de zaal, zoodat do zaal met eoni
bijna verblindend licht werd gevuld. Gedu
rende enkele oo-genblikken hoorde men
niets anders dan het gezoem van de appa
raten voor het opnemen van gowone en
sprekende films en het geklik der tallooze
fotografie-toestellen.
De Franscho minister van Buitenland
sche Zaken, Briand, zat in het midden van
de tafel met zijn rug naar den montmen-
talon schoorsteen. Aan zijn rechterzijde zat
de Duitsche minister Stresemann en aan
zijn linkerzijde Kellogg. Rechts van Strese
mann zaten minister Hyraans (België), de
Italiaansche gezant graaf Manzoni, graaf
Oesjida (Japan), minister Zalcski (Polen)
en minister Benesj (Tsjecho-Slowakije).
Links van Kellogg zaten lord Cushendtm
(Groot-Brittannië), do Candeescho premier
Mackenzie King, McLachlan (Australië),
sir James Parr (Nieuw-Zccland), Smith
(Zuid-Afrika) cn president Cosgrave van
den Ierschen Vrijstaat.
Nadat den fotografen voldoende tijd was
gegeven om hun opnamen te maken, wer
den de reflectors uitgedraaid en cr bleef
slechts een licht gericht op Briand, die
toen, om 3.05, opstond om zijn rede te hou
den.
B r i a n d's rede.
In zijn rede zeide Briand het volgende
De plechtigheid van de grootste gemeen
schappelijke vrodeshandeling zou aan stil
zwijgendheid haar hoogste gezag' ontlee-
nen, doch ik zou mij slecht tegenover
Frankrijk .van mijn taak kwijten, indien
ik niet zei dat het het als een oer be
schouwt, de c-crste ondertcekenaars van een
algemeen pact tot het afzweren van den
oorlog te begroeten. Indien men aldus de
moreele positie van Frankrijk heeft willen
erkennen na zijn onvermoeide pogingen ten
dienste van vrede, aanvaard ik deze hul
de uit nnam van Frankrijk, dat zich geluk
kig acht in het bewustzijn, dat ten slotte
zijn nationale psychologie tot in haar diep
ste kern is begrepen.
Bri ind gaf vervolgens op* welsprekende
wijzo uiting san de dankbaarheid van alle
tegenoicr Kellogg, Chamberlain cn Strese
mann, wipt onvermoeide krachtsinspan
ning, loyaliteit, en toewijding ten aanzien
van de zaak des vredes hij verheerlijkt,
Briand betoogde, dat de gebeurteciB een