NIEUWKOOP EN DE RIJKSWEG RONDOM KONINGIN EMMA Burgerlijke Stand Waarom vraagt Nieuwkoop, dat de Rijks weg RotterdamAmsterdam worde gepro jecteerd via het Mije-dorp door den Polder Nieuwkoop en Noorden en niet via den Ziendeweg, achter het dorp Nieuwkoop om? Aan den Polder Nieuwkoop en Noor den, ter grootte van 1975 Hectaren, woont 5/6 gedeelte van Nieuwkoop's bevolking. Hij is langwerpig van vorm, 10 K.M. lang en ruim 3 K.M. breed. In de breedte is alleen aanwezig een particulier en slecht onderhouden smal voetpad, genaamd het Kerkpad, gelegen in het Zuid-Westelijk gedeelte van den Pol der. De behoefte aan een verkeersweg, wel ke den Polder in de breedte doorsnijdt is sedert lang zeer dringend, doch de voor ziening daarin is voor Nieuwkoop niet mogelijk vanwege de kosten. Met geestdrift werd daarom kennis ge nomen van het ontwerp van den Rijksweg RotterdamAmsterdam, welke voor een gedeelte geprojecteerd was van den Goud- schen straatweg over Bodegraven via het Meije-dorp, Zuid-Oostelijk langs den Zuid- einderplas en Westelijk langs den Noord- einderplas in de richting Amsterdam. Vrijwel precies op de helft zou die weg den Polder in de breedte doorsnijden. Van het middelpunt dei gemeente Nieuwkoop op den Noordschen weg, nabij de kom van het dorp en op korten afstand van het dorp Noorden, zou hij rechtstreeksche ver binding tot stand brengen met de bewo ners van het. dorp Meije, gedeeltelijk be- hoorende tot de gemeentenn Nieuwkoop, Bodegraven en Zegveld. Van daar is men via de Ha zenkade spoedig in het dorp Zegveld en bereikt men ook weldra het stadje Woerden. De Rijksweg zou doorloopen van het dorp Meije naar het dorp Bodegraven, be kend om zijn kaasmarkt, steeds meer naam makend door zijn veemarkt, dat, ge legen op een kruispunt van een Provincia len weg, steeds meer een centrum van landbouw zal worden, waardoor ook Nieuwkoop, dat voor een belangrijk ge deelte in den landbouw zijn bestaan vindt, in een zeer gunstige conditie zou komen. Verder heeft Nieuwkoop, van ouds be kend om zijn smederijen, waarvan er nog ongeveer 40 aanwezig zijn, welke op een paar na alle in een kwijnenden, zoo niet armoedigen toestand verkeeren, dringend behoefte aan een goede vaart- en wegver binding om deze industrie weer tot nieu wen bloei te kunnen brengen. En ten slotte bestaat er voor Nieuwkoop tusschen de tot standkoming van den Rijksweg als boven bedoeld en van een uitstekende vaartverbinding op den Rijn een innig verband. Sedert geruimen tijd toch worden door Gemeente- en Polderbestuur onverdroten krachtige pogingen aangewend om de be schikking te krijgen over de afvalstoffen van een of meer groote steden, in het bij zonder van de Gemeente 's-Gravenhage, om daarmede de riet- en laaggelegen gras velden in den Polder Nieuwkoop en Noor den en naaste omgeving, in. een oppervlak te van honderden Hectaren aanwezig, op te hoogen en na afdekking en bewerking met den aanwezigen bagger om te schep pen in een cultuurrijpen grond, geschikt voor warmoezerij, bloembollenteelt, bloe misterij en boomkweekerij. Slagen deze pogingen, dan behoeven de gereedliggende plannen slechts uitgevoerd te worden en een schitterende vaartverbin ding is verkregen van den Noordcinder- plas naar den Rijn bij Zwammerdam voor het vervoer der afvalstoffen van de ge meente 's-Gravenhage, een vaartverbin ding voor schepen van 250 ton inhoud en meer, terwijl thans slechts scheepjes van nauwelijks 30 ton langs een gebrekkig vaartje het dorp kunnen bereiken. Aan bedoelde overeenkomst met 's-Gra venhage zal een sterk argument kunnen worden ontleend om den weg te leiden door den Polder, zooals wordt gewenscht, doch de aanleg van denzelfden weg zal de tot standkoming van genoemde overeen komst sterk kunnen bevorderen en ook daardoor veel kunnen bijdragen tot den opbloei van Nieuwkoop en wijdere omge ving. Al staat de Rijksweg allereerst in dienst van het snelverkeer, toch zal hij ook zijn een machtig hulpmiddel voor opbloei van handel en industrie. Nieuwkoop wil en kan hiervan profiteeren. Het paardengerij be hoeft toch niet gevreesd te wordenvóél de weg tot stand is gekomen, zal dit gerij in zijn belemmering van het grootverkeer wel tot het verleden behooren. Het leggen.van den weg midden door de rietvelden is van vitaal belang voor 6en intensieven cultuur van die gronden; het zal Nieuwkoop, gelegen midden tus schen de vier groote steden van ons lan«, in staat stellen snel zijn bodem- en in dustrie-producten af te voeren, de grond stoffen voor zijn nijverheid voordeelig aan te voeren, direct per as, indirect per schip. Is dezen weg aangelegd, dan is Nieuw koop een aangewezen ontspanningsoord tevens voor liefhebbers van watersport en ongerepte natuur, een belang zeer zeker voor de streek, doch meer nog voor dui zenden stedelingen. Reeds vóór 10 jaren ongeveer bij het droogleggen van de plassen onder Wilnis, óverwoog de Koninklijke Nederlandsche Motorclub ernstig de mogelijkheid de Nieuwkoopsche plassen te verkiezen als óbject voor haar sport, doch zag hiervan af om de slechte verbindingen. Bij een bespreking op het bureau van de Vereeniging tot Behoud van Natuurmo numenten te Amsterdam bleek de moge lijkheid, dat deze Vereeniging de Noord- éinderplds met haar eilandjes wil aankoo- pen plus 'n 50 Hectaren aan drie zijden daaromheen gelegen mooie rietkraggen. Deze aankoop, waartoe Gemeente en Pol der gaarne willen meewerken, zal een waarborg geven, dat dit reeds op zich zelf wonderschoon plekje vaderlandsche na- tuur, gelegen in het hart van Holland, aan een uitstekende vaart, aan den grootsten en voornaamsten verkeersweg van ons land, thans particulier bezit, behouden blijft. De aanleg van den Rijksweg door den Polder heeft ook andere voordeelen. Het uitzicht naar beide zijden is onbe lemmerd. Gevaarlijke overgangen van landwegen is er slechts één, n.l. in de Meije. Over den weg bij het dorp Nieuw koop is zeer doelmatig aan den voet van den aanwezigen ringdijk een tunnel te ma ken. Van het bedrijfsleven in den Polder Nieuwkoop en Noorden zal het wegver keer geen belemmering ondervinden, daar dit bedrijfsleven geheel is aangewezen op vaariverkeer. De onteigeningen ten behoeve van den weg zullen in den Polder Nieuwkoop en Noorden weinig kosten, zoowel wegens bo- demverlies als wegens bedrijfsschade. De waarde van water en rietland toch is zeer gering en de bedrijfsschade hiervan nihil, terwijl voor het graslan deze evenmin van veel beteekenis kan zijn; de boerderijen liggen ofwel aan den Nieuwkoopschen of wel aan den Meije-weg en door de aanwe zigheid van 2 of 3 bruggen kan van daar uit steeds, bij doorsnijding, het land per vaartuig bereikt worden, gelijk ook thans geschiedt. Wat dreigt nu? Dat dit tracé wordt prijsgegeven om de kosten. Een verbinding is eveneens mogelijk van den Goudschen Irtraatweg, Westelijk langs het dorp Bodegraven, rechtstreeks naar den Ziendeweg, vandaar achter het dorp Nieuwkoop om. Deze komt dan op hetzelf de punt nabij het spoorstation uit en gaat dus terzijde van den Polder heen. Zonder cijfers gezien of berekeningen gemaakt te hebben, geven wij op het, oor deel van den Rijkswaterstaat direct toe, dat deze aanleg minder kostbaar zal zijn. Wij willen echter onder het oog zien, wat dit plan voor Nieuwkoop beteekent en welke nadeelen in het algemeen daaraan verbonden zijn. Slechts in het uiterst Zuid-Westelijk ge deelte passeert deze weg den Polder Nieuwkoop en Noorden; van de zoo be geerde verbinding op de helft van den Polder blijft niets over, evenmin van een vlugge verbinding met Meije, Zegveld en Woerden en van een dito met Bodegraven is elke aantrekkelijkheid weg. Het aanlokkende van het tot stand ko men van de overeenkomst met do Gemeen te 's-Gravenhage, de vaartverbinding, zoo dringend nocdig voor fabriekswezen en bodemcultuur, komt mede in gedrang, al thans komt zij minder goed tot haar waar de, daar zij lang niet alle mogelijke voor deelen zal bieden. Immers een belangrijk gedeelte van het te cultiveeren lan blijft, hemelsbreedte 10 K.M. en meer, van den weg verwijderd. Ook voor het oord van ontspanning vervallen vele voordeelen. In de plaats van het mooie uitzicht over de plassen krijgt men ter lengte van 3 K.M. het onooglijk gezicht op de achter zijde van een rij huizen en rookendc sme derijen. Nieuwkoop zal afschrikken in plaats van aantrekken. Gevaarlijke overgangen schept men over den Meije-weg, over den Ziende-weg, wel ke voor een gedeelte wordt gevolgd, mo gelijk om een bocht te kunnen maken ook over den weg naar Aarlanderveen, over den Achttienkavelsweg, den weg achter het dorp Nieuwkoop naar Aarlan derveen en over de drukke Stationslaan. De onteigening omvat in de plaats van een gedeelte geringwaardig rietland en water, uitsluitend grasland van prima hoe danigheid, en de bedrijfsschade welke in de Gemeente wordt aangericht, is van veel grooter beteekenis. Men denke aan de boerderijen nabij de 1 Ziende, aan die in den Polder Nieuwkoop achter het dorp, en hetzij men hier den ringdijk volgt cf achter de boerderijen heengaat, deze bedrijven kunnen niet an ders dan met gerij werken en de schade zal dan ook omvangrijk zijn. Geen enkel isolement in de Gemeente wordt opgeheven, daar de geheele weg on geveer parallel loopt met reeds bestaan de wegen. Voor het dorp Aarlanderveen met zijn landbouwende bevolking ligt in dit plan eenig belang opgesloten, doch van de kom van het dorp bereikt men even spoedig den Provincialen weg langs het Aarkanaal of den Rijksweg langs den Rijn. Bruggen zullen gemaakt moeten worden over de Meijewetering, de Ziendevaart (een groote), over de Aarlanderveensche wetering, over den Ringvaart van den Pol der Nieuwkoop en over tochtslooten. Wij kunnen ons voorstellen, dat het ma ken van een Rijksweg door het Hollandsch poldergebied schatten geld kostdat men zelfs is teruggeschrokken voor de enorme bedragen en uitziet naar middelen, om deze zooveel mogelijk te beperken. Maar wat heeft zulk een bezuiniging ten slotte te beduiden tegenover de zoo ontzaglijke belangen van een geheele streek, die worden bevorderd, tegen over het veel mooier stuk werk, dat wordt verkregen, indien men door den Polder gaat en zulks in de voornaamste verbin ding, welke in ons land te stand zal ko men, tegenover de afschrijving, welke men toch veilig op 100 en meer jaren kan stellen De Gemeenteraad van Nieuwkoop, wel ker leden verspreid wonen in de' verschil lende punten van deze 3400 Hectoren groo te gemeente, heeft het streeks- en plaats- belang, dat hier gediend kan worden, ter stond ingezien. In zijn vergadering van 4 Juli j.l. werd eenparig en spontaan stelling genomen voor het tracé door den Polder Nieuwkoop en Noorden. Het dagelijksch bestuur werd opgedragen kosten noch moeiten te sparen om bij de daarvoor aangewezen Autoriteiten Nieuw koop's belang te bepleiten. Op grond van deze spontaan aanvaar de opdracht en ten bate van het onmis kenbaar en enorm belang voor onze Ge meente, doen wij thans na al het voorgaan de een ernstig beroep op de medewerking van allen, die mede geïnteresseerd zijn bij de verwezenlijking van ons ideaal, doch zeer bijzonder doen wij dit op onzen Rijks waterstaat. Moge bij nader overweging het inzicht rijpen, dat zoowel de belangen van het verkeer tusschen Amsterdam en Rotter dam, als de welvaart en toekomst van Nieuwkoop en zijn wijdere omgeving de eventueel meerdere kosten, welke het aan leggen van den weg door den Polder Nieuwkoop en Noorden zoude vorderen, alleszins rechtvaardigen. Burgemeester en Wethouders van Nieuwkoop, P. A. Th. VAN DER WIJDEN, Burgemeester. A. J. DEN HAR TOG, Wethouder. P. AUGUSTINUS, C. J. GROENENDIJK, Secretaris. De Belgische medewerker var. „De Tijd"' herinnert aan enkele bijzonderheden uit het leven van Koningin Emma, die, zooals men weet, vandaag haar 70ste ver jaardag viert. In het Slot der residentie Arolsen werd Prinses Emma van Waldeck Pyrmont den 2den Augustus 1858 geboren, als de vierde dochter van den regeerenden vorst Victor en diens gemalin Helene, geboren prinses van Nassau. De Koningin-Moeder had vijf zusters en een broer. Haar oudste zuster, prinses Sophie, stierf reeds in 1869 als meisje van vijftien jaar. Haar tweede zus ter, prinses Pauline, geboien 19 October 1855, huwde 7 Mei 1881 met den vorst Bentheim-Steinfurt. Zij overleed ini 1925. H.M.'s derde zuster, prinses Marie, was de eerste echtgenoot© van koning Wilhelm van Wurtemberg en overleed reeds in 1882. Haar vierde zuster, prinses Helene, gebo ren 17 Februari 1861, huwde in 1882 met den hertog van Albany en overleed in 1922. Haar vijfde zuster, prinses Elisabeth, geboren 6 September 1873, trad in 't hu welijk met den vorst van Erbach-Schön- berg en leeft op het slot' Schönberg in den Oderwald. Hr. Ms. eenigste broeder, vorst Friedrich zu Waldeck und Pyrmont, leeft nog heden in 't slot der residentie Arolsen met zijn echtgenoote, vorstin Bathilda, prinses zu Scha-umburg-Lippe, geb. 22 Januari 1865. Beiden hopen den 2den Augustus 1928 den 70sten geboortedag van Koningin Emma mede te vieren in Nederland. Vorstin Helene, de moeder van prinses Emma, was een hoogstaande, begaafde vrouw, die aan haar kinderen een voor treffelijke opvoeding wist te geven. Voor de opvoeding barer kinderen zicht zij per soonlijk beproefde leerkrachten uit, hield daarbij echter zelf de leiding in handen. Ook de regeerende vorst nam levendig aandeel aan de opvoeding van zijn kinde ren, had veel voor hen over en 'was be nieuwd, wie nu zijn muzikale begaafdheid geërfd zou hebben. Door zijn gezonden hu mor trok hij allen aan, en het huiselijk le ven was in elk opzicht voorbeeldig. Vooral de weldadigheidszin werd bij allen reeds vroeg tot ontwikkeling gebracht, het mee voelen en meeleven met anderen, vooral met minder bedeelden. Elk der kleine prin sesjes kreeg op haar tijd een opdracht, om met eigen handen geschenken aan zieken, gaven ter ondersteuning aan armen te brengen. Voor behoeftige kinderen hadden zij kleedingstukken te naaien en dikwijls brachten zij een offer, om met de zelfbe- heerden spaarpot anderen, die zooveel minder hadden, te helpen. Haar sterken zin voor t' leven der eenvoudigen. Haar enorme belangstelling voor zieken en nood lijdenden heeft H. M. de Koningin-Moe der stellig voor een goed deel aan deze •voortreffelijke educatie te danken. Het eerste groote verdriet voor prinses Emma was de vroege dood van Haar oud ste zuster, die in den zomer van '69 na 'n langdurig lijden te Torquay in Zuid Enge land overleed. Deze periode van huiselijk leed had de gezondheid van vorstin He lene sterk geschokt en tot herstel van ge zondheid trok de gansche familie naar zachter klimaat. Op de doorreis naar Can nes bleef men een paar weken to Parijs en hier was prinses Emma voor 't eerst in de gelegenheid, om met Haar zusters de Fransche kunstschatten te bewonderen. Bewonderenswaardig was, zoowel op reis als aan huis, de toewijding, waarmee de ouders voor de opvoeding van alle kin deren persoonlijk zorg droegen; voor hun ne kinderen hadden zij alles over, was 't beste nauwelijk genoeg. Den 27en Uuni 1874 deden de prinsessen Marie en Emma to Arolsen haar belijdenis in de Evangelische kerk onder Konsisto- rialrat Scipio. In den zomer van 1875 viel een reeds lang beraamde reis naar Zweden, waar men aan de koninklijke familie een bezoek wilde brengen. Koningin Sophie van Zwe den was een zuster van vorstin Helene. In Augustus reisde men via Hamburg naar Kopenhagen, waar men meerdere dagen verblijf hield. Door de koninklijke familie werd men hartelijk ontvangen en vooral voor de jeugd was hier veel nieuws en leerrijks. Men reisde van daar naar Stock holm, waar men door de naaste verwan ten hartelijk begroet werd. Koning Oscar van Zweden liet zijn gasten persoonlijk de belangrijkste bezienswaardigheden van re sidentie en land bewonderen en allerlei uitstapjes werden ondernomen. Ook aan Noorwegen werd een bezoek gebracht en na een tocht van twee maanden werd pas de terugreis aanvaard. Na zoo n langduri ge afwezigheid was de terugreis een dub bel genoegen, want allen hingen met hart en ziel aan de Heimat, aan 't lieflijke Arolsen, aan Waldeck met zijn uitgestrek te bosschen. Men leidde op 't slot aller minst een teruggetrokken bestaan, ontving er doorloopend bezoek van verwanten en kennissen uit alle deelen van Duitschland en Europa-. In den herfst van 1876 maakten de prin sessen Marie en Emma met haar ouders een reisje naar Zwitserland en onderweg bezocht men prinses Katherina van Wur temberg, een verwante der vorstin Helene. Prins Wilhelm, de latere regeerende ko ning van Wurtemberg, was juist aanwezig en leerde bij die gelegenheid prinses Ma rie kennen, welke November 1876 zijn ver loofde werd. Reeds 15 Februari 1877 werd 't huwelijk in de slotkapel te Arolsen inge zegend. Voor prinses Emma beteekende dit opnieuw een groot verlies, want vooral met ha-ar zuster Marie had zij van haar vroegsten jeugd aan alle lief en leed ge deeld. Een deel van den zomer bracht men in Bad-Pyrmont door, en hier was 't 1878, dat koning Willem III der Nederlanden voor 't eerst de jonge prinses Emma leerde kennen. Door haar charmante verschijning en haar intelligent optreden scheen de jonge prinses indruk te maken, want een paar weken later reeds kwam de koning naar Waldeck terug, vertoefde met zijn gevolg geruimen tijd in Arolsen en liet niets ongedaan, om de gunst van zijn bruid te winnen. Hij omgaf haar met groote zorg en begeleidde haar onder anderen naar een kinderspeelplaats, welke onder prinses Emma's protectie stond en gaf voortdu rend blijken van belangstelling voor 't werk der prinses. Om prinses Emma in staat te stellen, de Nederlandsche taal vlug te leeren, kwam professor Beynen, uit Den Haag, naar Arolsen over en gaf onderricht. Zij leerde, begaafd als zij speciaal op taalkundig ge bied was, onze lastige taal, die juist door punten van overeenstemming, maar niet minder van sterk uiteenloopend verschil, ongekende moeilijkheden biedt, verras send snel. De belangstelling was daarbij van de gansche familie niet gering. Onze laatste koning stond op een goeden mor gen niet weinig verbaasd, toen prinses Emma Schiller's „Lied von der Glocke'' hem in 'tNederlandsch declameerde Hij haalde er kennissen bij, om ook hen te laten hooren, welk een snellen vooruitgang zijn bruid op taalkundig gebied maakte. Herhaaldelijk keerde de koning in Arol sen terug, totdat 7 Januari 1879 in de slot kapel te Arolsen het huwelijk tusschen Koning Willem III der Nederlanden en Prinses Emma van Waldeck-Pyrmont werd voltrokken, een huwelijk, waaraan alle Nederlanders, die aan het Vorstenhuis en de geschiedenis van volk en vaderland ge hecht zijn, onschatbaar veel te danken hebben. LEIDEN. Geboren: Gerardus Theodorus, zoon van G. Kukler en J. T. Soneker Wilhel- mina Catharina, dochter van A. Nagtegaal en W. C. van Weerlee Hendrikus, zoon van J. C. van Kleij en P. Eveleens Ma- rinus Vincent, zoon van A. Kromhout en G. Cornelisse Pieter Cornelis Tobias, zoon van R. Pet en M. Haasbeek Rein- der, zoon van N. Schouten en H. Speelman Johan Willem, zoon van H. Spies en J. W. de Tombe Johanna, dochter van A. Bakker en H. M. van Amsterdam Jan Willem, zoon van J. W. van Beek en W. F. Wiekenkamp Willie, dochter van P. de Jong en W. F. Hofkes Jacobus, zoon van J. Annard en M. Bakker Cato, doch ter van H. Galjaard en L. Eduard Salo mon, zoon van J. van der Mee en J. van der Tuin Lena, dochter van M. van Maasdam en L. de Visser Willem, zoon van W. Lek en M. J. van der Veer Jo- zeph, zoon van M. E. J. Stevens en G. v. d. Berg Apolonia Hendrika, dochter van A. Heetveld en A. H. Nijssen Gerrit, zoon van J. Rodenburg en C. Crispijn Theodorus, zoon van J. J. Frederiks en G. T. Buckens Louise, dochter van L. Fa- vier en W. C. Stol Maria, dochter van A. J. v. d. Born en M. Heijmans Johan na Cornelia, dochter van J. van Benten en J. M. van der Mark Gerrit, zoon van P. Brouwer en A. M. de Koning Anna Ge- sina Margaretha, dochter van J. Jansen en G. Bronsgeest Dorothea Petronella, J. Brokke en W. P. Swaak Jocoba Maria, dochter van N. H. van Haarlem en M. J. Hoefnagel Cornelia Maria, dochter van J. van der Linden en C. van der Linden Wouter Gerardus, zoon van G. Hoekx en G. M. v. d. Berg Willem Frederik, zoon van W. F. Neuteboom en J. Tieleman - Mathijsia, dochter van C. W. Emke en N. van Rooijen Anna Hendrica Maria, doch ter van J. A. M. van Oijen en H. J. M. van Kerkhof Lena Catharina, dochter van J. van Son en W. Ouwersloot. Gehuwd: J. v. d. Poel jm en C. Sas sen jd A. van Houten jm en M. Valk jd C. J. van Steenbergen jm en J. Schuit- hard jd D. Schoneveld jm en A. de Wolf jd. J. C. Slimmers en W. Velthuijsen jd A. Hoek jm en J. Aren se gesch. W. Smits jm en H. Snel jd G. Kop jm en G. Rotmensen jd G. Stouten jm en M. Vijlbrief jd W. Benning jm en W. C. Hens jd G. Boesten jm en L. v. Helden jd P. Robbers jm en J. H. Molenaar jd A. de Romijn jm en M. E. J. Bousie jd. Ondertrouwd: H. Th. D. de Groot jm 24 jaar en C. J. L. van der Steen jd 20 jaar P. J. van Leeuwen gesch. 31 jaar en A. Vermeulen jd 25 jaar A. J. Huisman jm 21 jaar en J. C. van Weeren jd 18 jaar M. D. Segijn jm 27 jaar en A. M. Huner jd 29 jaar J. C. T. Pull ter Ganne jm 26 jaar en I. F. M. Emelinckx jd 24 jaar P. Zwanenburg jm 24 jaar en G. Boogert jd 21 jaar -=- .W. Duk jm 22 jaar en O. Cra- ma 28 jaar J. v. d. Keugt jm 23 jaar en C. A. M. Hendriks jd 22 jaar M. Jana'em jm 26 jaar en E. Meijers jdè 29 jaar de Vogel jm 22 jaar en A. Nievaart jd 21 jaar M. J. Wessedman jm 23 jaar en S. M. de Vrind jd 22 jaar K. F. Peters jm 26 jaar en M. de Vink jd 33 jaar A. van Tol jm 22 jaar en W. G. Zitman jd 20 jaar W. P. Demmenie jm 22 jaar en H. M, Koppesckaar jd 20 jaar. Overleden: J. van Tongeren wedr. 86 jaar P. J. van Velzen dochter 24 jaar M. Smittenaarv. Rijn weduwe 62 jaar J. M. KosterBommerson weduwe 76 jaar H. Rietmeijer man 57 jaar W. Th. van Wijngaarden man 56 jaar D. Teske man 55 jaar J. J. A. Soupart man 39 jaar C. Snijders zoon 11 jaar J. £f. SmitsKok vr. 67 jaar A. Verhoefv. d. Bosch weduwe 65 jaar A. H. Schaper—" Meijer vr. 56 jaar. In Leiden gevestigd. K. F. Peters, glazenwasscher, Blans- jaarspoort 14 K. S. Calis, dienstbode, 5e Binnenvestgracht 10 A. Kuperus, Hoogewoerd 12 C. A. Taselaar en fam., koopman, Fagektraat 2 L. Plezier en fam., mach. brei-inrichting, Voldersgrackb 5 J. P. Th. Hendriks, metselaar, Kooi- park 16 P. J. van Ivruyssen, chauffeur, Rijnstraat 24 C. A. Halvemaan, dienst bode, Donkerst-eeg 26 W. C. v. d. Blij, letterzetter, 4e Binnenvestgracht 51 R. F. A. Altman, Hugo de Grootstraat 14 - M. Pirke. dienstbode, Breestraat 48 H. Wassing, los werkman, Driftstraat 74 Al. W. Kijk in de Vegte geb. Mit-us, Voorstraat 11 A. Th. de Groot, 1.1. verpleegster, Nieuwe Brugsteeg la J. Ivnol, dienstbod© Hoogewoerd 84 M. Engelskerken, dienst bode, Rijnsburgerweg 2 C. Schol, apothe-- kers-assistent, Hoogewoerd 171 H. Th. v. d. Steen, bakker, Pieterskerkgracht 18 F. Hennig, dienstbode, Roodborststraat 3 B. E. G. Stumpel. Hooigracht 40 W. H. Hoekx, stuurman. Hoefstraat 15 J. H. Dijkstra, zendeling, OegstgeesterlaanJ 49 H. J. Boersema, kantoorbediende, Hoogewoerd 71 J. Zitman, fabrieksarbei der, 4e Binnenvestgracht 58 H. J. Visser koopman, Hoogewoerd 51a-. Uit Leiden vertrokken. Th. C. v. d. Nouland, Wassenaar, Buurt weg 30 M. Wiese, Noordwijk, Huis ter Duin J. de Ru en fam., den Haag, Dunne Bierkade 4 H. Jacobs, Noordwijk, Voor straat 12 II. Schallenberg, den Haag, Frankenslag 66 ^E. v. MunsterStratcr, Nijmegen, -Vermeerstraat 15 J. F. M. v. Munster, idem E. W. Engelen, Kampen, de la Sabloniérekade 9 M. Christiaanse, Middelburg, Achtersingel bij Gijsou C. Faas, Lisse, Schoolstraat 24 Th. L. Ver- vloet, N.-O. Indië H. Dirkzwager en fam. Wassenaar, Wavopark 23 D. Eschauzier, den Haag, Wagenstraat 111 Chr. J. M. F. J. Rosenthal en fam., Singkop (Sumatra) J. F. Abelman, Eindhoven, Tulpstraat 22 P. L. Oudshoorn en fam., Zaandam, Rustenburg 38 B. A. van der Zon, Ha- zerswoude, H. Riïndiik 10 M. van der Graafv. Duyvenboae, Uegstgeest-, Wilhol- minapark 13 W. A. C. Ligtvoet, Rotter dam. Schiedamschedijk 47 W. Fasseur— v. Leeuwen, Ned. Indië, Balik Papan M. HaasbroekKikkert, Helder, Tuinstr. 45 A. Puister van den Berg, Arnhem, a-. b. Bertha Hermina M. van MeusLancel veur, Smidslaan 44 H. Verbiest en fam.» den Haag, Eemstraat 22 J. v. Willigt Giessen-Nieuwkerk No. 134 A. Faber, Leeuwarden, Baljéestraat 17 J. W. Haa- lemeijer, Amsterdam, Veerstraat 77huis W. F. L. Doorneveld, Noordwijk, Voorstraat 51 A. E. den Boestcrt. den Haag» v- Veldestraat 102 H. W. J- Lodewijks, Alphen a. d. Rijn, Steekterweg 67 W. de Laat, Utrecht-, Rembrandtkade 13 - Gnik Djang Liem Ned. Indië Iviok Nia Han, idem A. Tusveld—Geurkink, Oegstgeest, Nassaulaan 49 L. E. J. Florisson, Rijns burg, Heerenweg 21 B. C. Sliggers, Gin- neken en Bavel, Prins Hendrikstraat- 25 N. Holswilder en fam., Heerlen, Kasteelen laan 26 L. A. Truijers en fam., Amster dam, Kabralstraat 37 II West P. Wede- meijer, Nieuwerschans, Station kantoor Rijksontvanger J- van Mourik, Winters wijk, Scholt.en Enkstraat 40 Fr. A. M. Groenewegen, Noordwijkerhout, Goorweg 74 C. W. H. Donk, den Haag, Valken- boschlaan 74a M. Szabo, Budapest P. A'. van der Poel, N. O.-ïndië. Gevonden voorwerpen. Portemonnaie met inhoud, Lipssleutel, huissleutels, damesparapluie, gouden bro che met haar, rijwielbelastingplaatje, rij- wielbelastingplaatje in étui, kosteloos r]J- wielbelastingplaatje, tasch met motorge- reedschap, vulpenhouder, doublé broche, zilveren kinderarmband met- aanhanger, kralen beusje met inhoud, pakje ink. zwar te zijde, hondenhalsband, lederen sport riem, celluloid spoeltje, heerenrijwiel, schaar, zwart vulpotlood, etui inh. tram kaart en 5 centen, nieuwe heerenpantalon in zwarte doek, lapje beddetijk, mestvork, hamer, schort, schoevendraaier, ijzeren 1 Kg. gewicht, shawl, autoband met velg, gulden, zilveren boekenlegger, lederen voetbal, paardenzweep, gouden broche met 2 paarltjes, zilveren rozenkrans, eind touw gouden ring met bruinen steen, bril in étui, kinderfietsje, groote handwagen, bruin le deren damestaschje met inhoud, peur- schuitje, pakje inh. paar kousen en een knot sajet, vaarboom, portemonnaie van v. Dijk, sleutel van een melkbus, bruin lede ren portefeuille inh. foto's, gabardine re genjas, notitieboekje met zilveren potlood, gouden dameshorloge, gummi regenjas, kralen halsketting, nikkelen polshorloge aan lederen armband, zakdoek, honden. Gevonden in het Postkantoor: Lederen portefeuille. Terug te bekomen en inlichtingen verkrijgen ten Politiebureele alhier, ®|*en werkdag, behalve Donderdag en Vrijdag* tusschen 1 en 3 uur nam. 4-2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 8