DE SCHIJNHEILIGHEID STRENGER DAN DE WARE HEILIGHEID Allerlei. door Gr. .welke ook Zaterdag den heelen dag voort duurde, het karakter van miniatuur-Olym pische Spelen en i3 in elk geval een goede voorproef voor de spelers te Amsterdam. Aan de 220 yards namen, behalve de be kende Engelsche looper Rinkel, Butler en yerscheiden anderen, ook deel de winnaars van dit nummer in 1927 H. Houben uit 'Bochum en de andere Duitschers K. Kör- nig en S. W. Wichmann. Verder van de Zuid-Amerikaansche Olympische ploeg de Z.-A. kampioen Legg, H. P. Kinsman, die dit mirnmer in 1926 won en A. S. Berton Durham en verder de kampioen van Australië Carlton en onze kampioen Van den Berge. Er waren veertig inschrijvers en er werd in zeven afdeeliugen geloopen. Die werden gewonnen door Houben, Rinkel, Legg, de kampioen van Middlesex Gill, den Noor delijken kampioen Rangele, Körnig, Kins man en Van den Berge. De tijd van Van den Berge, die onder anderen Barton Durham versloeg, was 22 4/10. Houbens tijd ■was 22 7/10, die van Legg en Rangeley was 22 sec. 9 In de tweede ronde, waarvan de vier winnaars der vier afdeelingen in den eind strijd van Zaterdag kwamen, werd Van den Berge in de laatste heat verslagen door Ringe-ley, die schitterend won, weder 'in 22 seconden. Van den Berge was goede tweede en Carlton derde. Bingeley was de eenige Engelsohman die won. Butler werd 'in de eerste heat door Houben geslagen met Kinsman als derde, 22.1 sec. In de tweede afdeeling sloeg Körnig Rinkel (tijd 21.5) en in de derde sloeg Wichmann Gill in 22 sec. Drie Duitschers en één Engelsch- mam zijn dus in dit nummer aangebleven. J Verder zijn de afdeelingen voor de hal ve mijl geloopen, waarin D. G. A. Lowe, de Olympische kampioen van 1924, die dit 'nummer hier ook won in 1925, 1926 en 1927, zijn afdeeling gemakkelijk won in 1.51 3/5. De verdere uitslagen van Vrijdag zijn: Peters won het nummer hink-stap- sprong, met 14.93 meter, voor Winter (Australië) met 14.51 M. en Blankers (Ned.) met 14.33 M. Broos werd tweede in de serie 440 yards achter Lowe (Engeland) en derde in de halve beslissing achter Rinkel (Enge land) met een tijd van 51 3/5 seconde. Van den Berge won de serie 220 yards in 22 4/5 seconde en werd tweede in de ihalve beslissing aohter Rangeley (Enge land) met 22 sec. De Boer, Peters en Blankers bereikten de finale vèr-springenvan der Zee de finale polsstok. De resultaten der Hollanders op Zater dag luiden: De Boer won in het nummer versprin gen met aanloop met 7.38 M. In het nummer hardloopen 4 mijl gaven Gerbrands en Klaasse op. Van den Berghe werd in de 220 yards tweede in zijn serie en in de halve finale in 10 seconden achter Rangeley (Enge land) en Wichmann (Duitschland). In de finale bezette hij de zesde plaats. Van Welsenes en Peters werden vijf en ges bij het verspringen. Bij het polstokhoogspringen bereikte v. d. Zee een hoogte van 3.20 Meter. Stedenwedstrijd DelftGoudaLeiden. Gisteren werd op het D. H. C.-veld te Delft de athletiekwedstrijd tusschen Delft .—Gouda en Leiden gehouden. De uitslag was Delft 86 punten, Lei den 64 en Gouda 62 punten. De beste prestaties waren: 100 M. hard loopen: L. P. Beyen (Gouda) 11.4 sec. 800 M. hardloopen: A. Boere (Gouda) 2 min. 11 sec. 1500 M. hardloopen: P. Timmers (Delft) 4 min. 10 sec. Verspringen met aan loop: H. Boute (Leiden) 6 M. 11. Hoog springen: L. de Haan (Delft) 1 M. 65. HinkstapsprongN. v. d. Helm (Delft) 12 M. 91. Kogelstooten1. W. Kronhorst (Delft) 10 M. 76. Speerwerpen: 1. S. Meer burg (Leiden) 47 M. 17. Discuswerpen: 1. W. Kronshorst (Delft) 38 M. Vier maal 100 M. estafette: 1. Gouda (47 sec.). Gemeng de estafette Delft 7 min. 53 sec. VOETBAL. Om het kampioenschap van de R. K. Federatie. Gisteren werd op het terrein van Wils kracht te Amsterdam de wedstrijd gespeeld om het kampioenschap van Nederland der R. K. Voetbalfederatie. Er was veel be langstelling, zoowel autoriteiten als vele geestelijken bevonden zich onder de aanwe zigen. In totaal waren 2500 toeschouwers aanwezig. De tweede wedstrijd tusschen Wilskracht en Venlo, eindigde in een gelijk spel (11). Daar Wilskracht de vorige te Venlo met 3 2 had gewonnen, en thans gelijk speelde, is Wilskracht kampioen. De D. H. V. B. voorzitter. De voorzitter van den D. H. V. B., cfë heer IL Putter zal zioh met Juli a.s bij de alg. jaarvergadering geheel uit de R. K. Sportwereld terugtrekken, zooals we de zer dagen berichten. Reeds met Januari j.l. werd zijn besluit officieel ter kennis van het bondsbestuur gebracht, sindsdien zijn talrijke pogingen aangewend den heer Putter voor de Roomsche sportzaak te behouden, hetgeen echter niet mooht gelukken. Met zijn heengaan verdwijnt een geacht en stoer arbeider uit het organisatieleven. Putter was een initiatiefnemer, een goed schrijver en handig spreker. Zijn optreden als leider dateert reeds uit den tijd, toen in het Bisdom nog geen eigen Roomsche Voetbalbond bestond. Als bestuurslid van de toenmalige R. K. Voet balclub „Olivio", streefde Putter reeds naar een eigen R. K. sportorganisatie. In den zomer van 1919 gaf Putter den eersten stoot, door in Amsterdam een R. K. Voetbalbond te stichten. In September van dat jaar werd de D.H.V.B. opgericht en de heer Putter werd tot praeses geko zen, welke functie hij tot heden toe ver vulde. Jarenlang maakte de D.H.V.B. prae ses deel uit van het federatieve bestuur, waarin hij zich deed kennen als een finan- cïeelen specialist, door zijn arbeid kwa men de financiën der R.K.F. in evenwicht, de exploitatie der Sport-Blustratie had zijn bijzondere aandacht. Met een onder breking van 2 jaren had de heer Putter als voorzitter de leiding in het district Amsterdam, alwaar hij vooral de belangen der R. K. sportzaak behartigde door be langstelling te verkrijgen van geestelijke en wereldlijke autoriteiten. Met voldoening kan de scheidende prae ses op zijn arbeid terugzien. De Katho lieke Sportbeweging neemt momenteel een belangrijke plaats in het organisatieleven in, waartoe Putter een groot deel heeft bij gedragen. Een voldoening zal hem zijn te kunnen constateeren, dat hij vcor de Roomsche jongelingschap iets heeft weten te bereiken. Een opvolger voor deze belangrijke functie is ons nog niét bekend, doch wan neer de nieuwe praeses van den D.H.V.B. in de voetsporen treedt van zijn voorgan ger, dan kunnen wij ten opzichte van die leiding gerust zijn. Om een „Miss Blanche'-beker. Door de „The Vittoria Egyptian Cigaret te Company" te Rotterdam, is een zilveren „Miss Blanche" wisselbeker beschikbaar gesteld, te verspelen door het 6e Reg. Veld. Art. te Leiden en het Leidsth Politie-elftal. Deze wedstrijd zal op een nader te bepalen tijd plaats vinden. De „Miss Blanche'-beker is uitgestald in de étalage van den beken den sigarenwinkelier, den heer Couprie, Breestraat. CRICKET. Cricketuitslagen. Ie klasse. QuickA.C.C. Gewonnen door A.C.C. met 31 runs op de 2e innings. Rood en WitH.D.V.S. Gewonnen door H.D.V.S. met 88 runs op de le innings. V.O.C.—V.V.V. Gewonnen door V.O.C. met 50 runs op de le onnings. H.C.C. IIAjax. Gewonnen door H.C. C. II met 121 runs op de le innings. HaarlemP.W. Gewonnen door Haar lem met 40 runs op de le innings. 3e klasse C. EencetsiorH.C.C. IV. Gewonnen door Excelsior met 18 runs op le innings. L.C.C.Ajax II. Gewonnen door Ajax II met innings en 78 runs. H.C.C. II—Ajax. Eigeman wint den toss en om 11 u. 15 trkken Ir. L. Schilthuizen en H. Meyer naar de wickets. In de eerste over heeft Sodderland reeds succes als Schilthuizen een bal in handen van den wicketkeeper E. Jansen speelt. Met Eigeman op de mat gaat dan 30 op. Op 34 wordt Meyer zeer dubieus uitge geven, caught E. Jansen op het bowlen van W. v. d. Bosch. Op 51 ziet Eigeman zijn palen tuimelen na. een goede 24 runst te hebben gescoord. L. Jansen staat zeer kalm te spelen en maakt 11 runs voor hij door Sodderland gevangen wordt op het bowlen van Tony de Beuö. I. Dozy scoort vrij snel 11 runs en wordt dan achter het wicket ingerekend op het bowlen van Sodderland. Na de lunch wordt de Ajax-innings voortgezet met Hofsteenge en R. Mac Pherson op de mat. Eerstgenoemde wordt dan spoedig uitgerund na 6 runs te hebben gescoord. Ir. G. Chambers ziet spoedig hierop voor 0 zijn wicket vallen. Mac Pherson wordt hierna aan de hand gewond en moet zich het verder meespe len ontzeggen. Ph. Rice scoort 3 runs en wordt dan ge bowld door v. d. Bosch. J. Goslings en R. Josson houden nog eenigen tijd stand, totdat eerstgenoemde run out gaat. R. Josson bleef met een nuttige 10 not out. Het totaal werd 91. De bowlingdercijfers der Hagenaars wa ren: L. Sodderland 3—3S. Ir. J. v. d. Berg 015. \V. v. d. Bosch 231. A. de Beus 2—7. De innings der Hagenaars leverde 212 runs op voor het verlies van 8T wickets. Ir. E. Neuerburg sco'orde 40 runs voor hij eindelijk l.b.w. was op Rice. Sodderland verdween spoedig gevangen door Chambers op het bowlen van Eige man. Bouwmeester scoorde snel 33 runs voor hij run out ging na een goeden ingooi van Schilthuizen. W. v. d. Bosch was vrij onzeker, maar scoorde desondanks nog 31 runs voor hij fraai door L. Jansen op point gevangen werd. E. Jansen werd in de slips ingerekend op het bowlen van Chambers. J. van den Bosch en Tony de Beus ston den zeer vrij te spelen tot eerstgenoem de door L. Schilthuizen op mid-off werd gevangen. Hij scoorde 22 runs. De Beus bleef met een zeer hard gesla gen 28, waaronder 2 formidabele zessen not out. Ajax stond dus voor de taak om 121 runs te maken of tijd uit te spelen. L. Schilthuizen en Meyer openen weer en weten ruim een uur stand te houden, waarna de Beus opgeeft. Beide batslui hadden uitstekend gespeeld. Ir. Schilthui zen bleef met 27, H. Meyer met 17 not out. H.C.C. II won derhalve met 121 runs op de eerste innings. Bowlingcijfers van Ajax: W. Eigeman 255. H. Rice 160. G. Chambers 350. G. Hofsteenge 010, H. Meyer 011. L. Schilthuizen 010. Bowlingcijfers der Hagenaars in de 2e innings: W. v. d! Bosch 08. L. Sodder land 0—9. A. de Beus 09. J. v. d. Berg 06. G. Bouweester 05. W. Kalff 07. L.C.C.—Ajax II. Ajax begint, te batten en opent met van Goor en H. de Vrind op het bowlen der gebr. van Es. Als het totaal 24 is, kan d« laatste voor 9 runs verdwijnen. F. v. d. Mey scoort 6 runs en wordt dan door T. van Es gebowld. P. de Vrind legt er flink het hout op en zet met van Goor een stand van meer dan 100 runs op. Op 150 wordt van Goor door A. van Schie gevangen op het bowlen van H. van Wel zen, na een uitstekende 52 te hebben gescoord. Hierna verdwijnt P. de Vrind na een hardgeslagen, hoewel lang niet kanslooze 82 te hebben bijgedragen. S. de Jongh slaat 19 runs en wordt dan door J. Heemskerk gebowld. Van de overigen moet nog A. de Vrind worden genoemd die een harde 36 runs bij elkaar sloeg en daarna ongelukkig den run out-dood stierf. A. van Es 030. H. v. Weizen 478. F. van Es 316. C. Laman 028. J. Heems kerk 260. Het totaal werd 241, waarvan 29 extra's. De eerste innings der L.C.C. leverde slechts 62 runs op, waarvan nog 13 extra's. A. Eichhorn, J. Segaar, Heemskerk en H. den Holder zorgen, door respect. 10, 13, 10 en 10 runs te scoren, dat het totaal nog 62 werd: 5 der L.C.C.-ers hadden een 0 achter him naam. De bowlingcijfers waren uit den aard der zaak zeer fraai P. de Vrind 625. S. de Jongh 424. De tweede innings der L.C.C. bracht 101 op, dank zij het uitnemende batten van captain Metsch die voor 21 runs zijn bat door de innings droeg en A. van Schie die een stevige 3 runs scoorde, voor hij ge bowld werd door F. v. d. Mey. Van de overigen kwam alleen H. den Holder met 11 in de dubbele cijfers. De bowlingcijfers waren nu als volgt: P. de Vrind 322, F. v. d. Mey 419, S. de Jongh 220. Ajax II won dus met innings en 78 runs. WIELRENNEN. De Tour de France. Gisteren werd de 15de étappe van. den Tour de France verreden, t.w. EvianPon- tarlier (213 K.M.). Veel groote moeilijkhe den bood deze etappe den renners niet. P. Magne eindigde als eerste in den tijd van 6 u. 43 min. 37 sec.; 2. M. Bidot; 3 Moineau; 4. A. Magne, allen zelfden tijd als de win naar; 5. Leducq; 6. Frantz; 7. Dewaele; 8. Rebry; 9. Mertens, allen in 6 u. 49 min. 28 sec.; 10. Van de Casteele, 6 u. 57 min. 47 sec. Het algemeen klassement onderging door dezen uitslag geen groote verande ringen: Frantz behoudt de leiding. Het klassement luidt thans volgens de „Crt.": 1. Frantz, 144 u. 11 min. 47 sec.; 2. Leducq, 145 u. 26 min. 54 sec.; 3. Dewaele, 145 u. 39 min. 10 sec.; 4. Mertens, 145 u. 49 m. 1 sec.; 5. Vervaecke; 6. A. Magne; 7. Foutin; 8. Bidot; 9. Van de Casteele; 10 Huot. SCHIETEN. België—Holland. Te Brussel heeft de jaarlijksche wed strijd plaats gehad tusschen een Belgisch en Nederlandsch team om den door de Union de Sociétés de Tir de Belgique, uitge loofden beker. De Nederlandsche deelnemers, de heeren A. en H. Bouwens, U. Vuurman, C. A. Du- rang en J. P. Scheuter, voor geweer en de drie eerstgenoemden met H. F. Troll en P. Wijn op pistool stonden onder leiding van den heer v. d. Berg voorzitter van de K. V. v. N. S., De resultaten luiden: wedstrijd geweer: Nederland: A. Bouwens, staande 314, knielende 344, liggende 358, totaal 1016; H. Bouwens 318—323—351, totaal 992. U. Vuur man 318—340—352, totaal 1010; J. P. Scheu- teu 296—344—333, totaal 973; C. A. Durang 296—333—361, totaal 990. Nederland behaal de in totaal 4981. België: P. v. Asbroeck 344337339, to taal 1020; Maricq 313—312—3322. totaal 957; F. La Fortune 326—336—346, totaal 1008; M. Lafortue 338—328—356, totaal 1022; Delbarre 310—321—325, totaal 956. België behaalde in totaal 4963 punten. Doordat de Nederlandsche pistoolploeg zeer gehandicapt was door het niet deelne men van drie onzer beste schutters en bo vendien een der deelnemers geblesseerd was werd hier verloren. De resultaten op dit wapen waren: België met de heeren Andrière, M. Lafortune; Thuriaux, Beyek- man en Asbroeck 2553 punten en Nederland 2194 punten. Hierdoor werd de totaal uit slag: België 7496 en Nederland 7175 punten De beker werd dus dit jaar gewonnen door de Belgische deelnemers, die den on zen ter herinnering een fraaie verguld zil veren plaquette aanboden. Teeken des tijds? Hij kwam met een ontsteld gezicht de kamer binnen en viel kreunende op een sofa. Zijn vrouw stond verstijfd van schrik. „O, lieve," klaagde hij, „heb medelijden met me." „Maar wat is er toch," vroeg ze, adem loos. „O", ging hij voort, „het is mijn schuld, niet, maar al ons geld is weg." „Óns geld weg?" herhaalde zij. „O, mijn man ik ben een trouwe vrouw, ik zal wel weer naaister worden en de kost ver dienen voor ons beiden verzeker mij slechts dat je niet gespeeld of gespecu leerd hebt, dat je eer niet is bezoedeld.. „Neen," riep hij uit, „mijn eer is onge rept," en terwijl hij zijn arm om zijn vrouw tje sloeg, voegde hij er bedroefd aan toe: „ik heb zoo juist de rekeningen betaald van je modiste en je costumière." In- en uitval. Een hoogleeraar aan de Londensche uni versiteit werd onlangs tot lijfarts van den koning gepromoveerd. De hooggeleerde, niet weinig trotsch op deze onderscheiding, vond het noodig op het zwarte bord, waarop hij den studen ten mededeelingen a- "de zijn colle ges deed, onder zijn .ui den nieuwen titel te vermelden. Heel veel wordt er in de wereld bedor ven door kleinzieligheid en betweterijen het moet helaas erkend, dat op die wijze ook in de gemeenschap, welke door Chris tus gesticht is, de Kerk, ook veel goeds wordt tegengehouden, en zelfs bedorven. Het is ook zoo moeilijk voor velen, zich eigen te maken de gedachten van anderen, die hooger staan, die meer weten, die die per zijn doorgedrongen (in die geheime nissen Gods, die beter kijk hebben gekre gen door studie en ervaring op het men- schenleven. Er zijn nu eenmaal meer men- schen met bekrompen geest dan met bree- de opvattingen, omdat er minder men- schen zijn, die ontwikkeld genoeg zijn door een algemeene ontwikkeling. Men moge het betreuren, het feit verandert er niet mee, en met feiten moet men reke ning houden. Door deze waarheid echter heeft de volgzaamheid ook zeer veel te lijdenen het schijnt een averechtsch resultaat van een betere opleiding op de school en in het vak. Nu meent men met de weinige kennis, die werd opgedaan, al genoeg we tenschap te bezitten, om over alle voorko mende vraagstukken te oordeelen. Het is een averechtsch resultaat van de zooge naamde betere cultuur der volkeren. Ten slotte moet het verstand toch win nen, maar welke moeilijkheden zullen aan die overwinning vooraf moeten gaan? Wie zal het kunnen zeggen? Het is immers geen ontwikkeling of we tenschap af te geven op de instellingen van God, op de inrichting van het natuur lijke leven van den mensch. Het getuigt niet van een breede opvatting, als men het kwaad goed noemt, feitelijk omdat men geen uitkomst ziet, en zich niet in staat acht om het kwaad met het goed te over winnen maar het is de kleinzieligheid van den peuterigen mensch, die nog niet eens begrijpt, dat het goed het positieve en het kwaad het negatieve is, op hetwelk geen levenshouding op te bouwen is. En een ander gevolg van de kleinzielig heid en betweterij is gewoonlijk ook, dat de meest eenvoudige voorschriften stren ger worden uitgelegd, dan ze ooit bedoeld zijn; dat men, niet voldoende ontwikkeld, toch oordeelt over anderen, en zelfs ver oordeelt hen, tot wier hoogte men zich niet kon opwerken, en wier handelingen men dus niet begrijpt. Tot zulke betweters waren in de dagen, dat Christus rondging in Palestina, ook gaan behooren de leerlingen van Joannes den Dooper, toen deze hen niet meer had onder zijn dagelijksche leiding, omdat hij, ook al uit kleinzieligheid, in de gevange nis gezet was. Zoo kwam het dat die Joan- nes-leerlingen zich meer één voelden met de farizeeën, dan met de volgelingen van Christus, op Wien hun meester hen toch met allen nadruk gewezen had. Overal volgden de farizeeën, met haat in het hart en gift op de tong, listig en sluw den grooten Jesus van Nazareth, Die zoovelen achter zich kreeg door Zijne leer en door Zijne wonderen. Nu weer hadden de benijders Hem ge zien aan een feestmaal met de tollenaars, die als zondaars bekend waren aan allen ook de Christusleerlingen hadden aange zeten. De Joannes-leerlingen begrepen er niets van; Joannes had hen steeds aangespoord tot vasten en gebed, en ook de farizeeën leerden dat en deden het voor het uiterlijk althans, en hier gaat nu Christus feest maal houden met de zijnen. Is dat dan niet juist het tegenovergestelde? Hier blijkt duidelijk het kleinzielige, een zijdige en onduldbare van een sectegeest, zooals ook wij het nog wel meemaken bij hen, die altijd wat te fitten hebben op de kerk en hare bedienaren, van wie men tel kens weer wat weet te veroordeelen met de grootst mogelijke stelligheid. Gij moet die farizeeërs uit Christus' da gen kennen; zij leefden alleen braaf voor het uiterlijk. Was dat dan goed Hun vas ten hielp hen niets tot vervolmaking van hun zieleleven; want vasten en bidden is niet de volmaaktheid, doch slechts een oefening, om tot het volmaaktere te ko men. Hun vasten was een protest tegen de onderwerping aan een vreemde heer schappij het was als een treuren van de Bruid van Sion over het uitblijven van haar Redder, den beloofde. In hun grenzeloozen eigenwaan was al leen hetgeen zijzelf deden een bewijs van heiligheid, en wie anders deed, handelde niet juist. We moeten daarom in deze om standigheden, waarover we spreken, wel in het oog houden, dat er op dien dag, dat Christus met de zijnen aanzat aan het feestmaal geen sprake was van een voor geschreven vasten, hetgeen alleen het ge val was op de verzoeningsdagen en enkele later ingestelde tijden. We moeten dus niet gaan denken, dat Christus de voorge schreven wetten niet onderhield wat be treft het vasten. Maar de farizeeën vonden nu eenmaal, dat alle anderen moesten doen, wat ook door hen gedaan werd, en stelden zich op zulk een standpunt^ dat iemand, die zich Als hij dan in den loop van den dag de collegezaal binnenkomt glijden zijn oogen onwillekeurig naar de gewichtige plaats. Ja naam en titel staan er nog, maar daar onder heeft een grappenmaker geschre ven: God save the King. In de dagen toen Felix Hollander be halve romanschrijver ook intendant was in Frankfort a/Main had hij op een ochtend een belangrijke repetitie uitgeschreven. Iedereen was op het afgesproken uur pre sent behalve Hollander zelf. Men wacht, men wordt ongeduldig, met wacht nog. Dan eindelijk komt de lang verbeide de verstoutte er anders over te denken dan zij, een soort minderwaardigheid aan den dag legde, en zoodoende traden ze op te, gen Christus, toen Hij deelnam aan een feestmaal. Daarom zeiden zij tegen Christus: „Hoe komt het, dat de leerlingen van Joannes dikwijls vasten en gebeden doen, en die der farizeeën eveneens, terwijl de uwe ia, tegendeel eten en drinken?" Wij mogen het gelukkig noemen, dat Christus zelf omtrent deze wel vanzelf sprekende zaak toch een uitleg en ant«j woord heeft gegeven. In zijn antwoord ligt opgesloten, dat,' men met vasten en gebeden letten moetl op de omstandigheden van tijd en van per.t sonen terwijl Hij het vasten op zich na-I tuurlijk niet heeft veroordeeld, maar aan-l bevolen als een middel tot vervolmaking,! Christus maakt het duidelijk door een[ vergelijking te gebruiken. „Kunt ge dan! de bruiloftsgasten laten vasten", zoo zegt' Hij hun, „zoolang de bruigom bij hen is Dat wil met andere woorden zeggen,j dat, als er reden is om feest te vieren, hetfc ook zeker geoorloofd is, en men dan nietl moet gaan vorderen, uit verkeerd begre-j pen zucht naar volmaaktheid, dat men ia- plaats van het feest de vasten moet zoe ken. Uit dit antwoord ook reeds kan men opmaken, dat Christus op andere tijden de vasten zeker wil. Het was nu toch als een bruiloftsfeest voor de leerlingen van Christus, zoolan Hij, als de Bruidegom, in hun midden was en dus was er reden, om feestelijk gestemd te zijn. En rechtstreeks beveelt Hij de vasten a an in zijn volgend woord: „Er zullen dagen ko men, waneer de bruigom van hen is wegge- nomen: en dan, in die dagen zullen ze vas ten". Dan is de tijd anders geworden, en is de reden tot feestelijkheid weg, en volgt de tijd van droefenis en vasten. Maar Hij geeft nog een verderen uitleg in verband hiermee, dat in de nieuwe heils orde, die Hij brengen komt, andere voor* schriften omtrent boetepleging en eere- dienst zullen gelden, dan in de orde van het Oude Verbond. „Niemand zet een lap van een nieuw kleed op een oud kleed; anders zou hij èn het nieuwe stuk maken, èn bij het oude zou de lap van het nieuwe niet passen" Onder het oude kl*ed hebben we hier te verstaan het Jodendom, dat Christus^ niet komt hervormen door er iets nieuws in te brengen: een nieuwen lap op te zetten; maar Christus komt een geheel nieuw kleed brengen, terwijl het oude heeft afgedaan. „En", zoo vervolgt de Heer, „niemand giet verschen wijn in oude zakken (men bewaarde de wijn in leeren zakken): anders zou de versche wijn de zakken doen barsten en hij zou wegvloeien en de zakken zouden verloren gaan. Maar versche wijn giete men in nieuwe zakken, en beide blijven samen bewaard. En niemand, die ouden gedronken! heeft wil aanstonds verschen, want hij zegt a J De oude is beter.,. De oude zakken en de oude wijn, het Jo dendom, zal dus ophouden te bestaan als de door God gewilde heilsorde, en daarvoor in de plaats zal komen nieuwe wijn in nieuwe zakken, een nieuwe heilsorde, met nieuwe gebruiken en nieuwe offer- en eeredienst. Maar de oude wijn is toch beter, zoo zegt menigeen, en daaraan hielden ook veel Jo den vast. De nieuwe heilsorde zal dan ook eerst mettertijd haar zegenrijke werking toonen, en dan zal deze nieuwe wijn weer beter smaken dan de oude. Door die opvatting, dat de oude wijn toch' beter smaakt, is tevens verklaard waarom vele Joden den Heer ongunstig gezind wa ren. We moeten dus voorzichtig zijn in ons oordeel, wanneer iets nieuws onder onzö oogen gebracht wordt door hen, die de lei ding hebben in Gods kerk, niet wat de leef betreft, want dat kan natuurlijk niet, maar wel wat aangaat de gebruiken, en maatre gelen van orde en tucht, aangezien dit veel van de omstandigheden van tijden en perso nen afhangt. Zoo zal een ieder begrijpen, dat in onzen tijd wel eens andere maatre gelen kunnen noodig zijn, dan een duizend jaar geleden. We moeten hier weer bewonderen de wijsheid van Christus in het uitleggen van zijne leer en opvattingen; en ook de wijze, waarop Hij duidelijk tracht te maken, dat de opvattingen der farizeeën en Joannes- leerlingen niet overeenstemden met de waar heid omtrent de eischen voor het geestelijk leven. En niet minder prijzenswaardig is de zachtheid, waarmee de Meester optreedt te gen hen, die Hij kende als zijn verklaarde tegenstanders. Het blijkt weer, dat de farizeeën overdre ven en dus verkeerde opvattingen huldig den, en dat zij den menschen veel zwaardere lasten wilden opleggen, dan overeenkwam met de bedoelingen van den goddelijken Wetgever. De schijnheiligheid is altijd veel strenger dan de ware heiligheid. De wijsheid der Kerk, die de wijsheid is van Christus, is de ware wijsheid. zaal binnenstormen en dadelijk buldert hij: „Wat is dat hier voor een bende? Wordt er nooit begonnen? Waar wachten juillie eigenlijk op?" „Wel nu nog mooier," roept woedend een eerste rol, ,,'t wachten is nota bene op meneer den intendant." En Hollander steeds woedender: „Neen maar die is goed. Dan zullen wij dien meneer den intendant straks toch eens terdege vertellen waar het op staat." 4-i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 8