i
DENKT U
RESTANTEN
LUCHTVAART.
ken in een tweetal doelpunten (42). De
Lissenaren beginnen zich ook nu weer be
ter te roeren en hun zwoegen wordt be
loond als zij 10 minuten voor het einde
een «schot weten te lossen dat doel treft
(43). Als het eindsignaal weerklinkt is er
in den stand geen verandering meer ge
komen en heeft V. V .L. de overwinning
behaald. De uitslag geeft de verhouding
der partijen goed weer. Door deze zege
zal door de Langeraarsche Voetbalvereeni-
ging S. D. O. aan V. V. L. een medaille
worden toegezonden als herinnering aan
het winnen van dezen strijd.
Tot slot bonden daarna S. D. O. II en
Onze Gezellen 4 II met elkaar den strijd
aan. De uitslag van dezen wedstrijd is ons
niet bekend, maar wat wij er van zagen
wees er op dat beide elftallen niet veel
voor elkaar onderdeden. Het was een aar
dig partijtje, een waardig slot van dezen
dag te Langcraar.
Resumeerende kunnen wij concludeeren
dat deze propagandadag in de Venen een
waar succes is geworden voor het Leidsche
District van den D. H. V. B., waarop met
trots kan worden teruggezien en de R. K.
Voetbalbeweging ten goede zal komen. De
leuze: „Roomsch in alles, óók in de Sport"
zal er door verwezenlijkt worden, nu, of in
de naaste toekomst, want de fundamenten
voor een hechte R. K. Sportbeweging in
de Venen zijn gelegd!
VOETBAL.
R. K. FEDERATIE.
VenloWilskracht 2—3.
Nadat Wilskracht onder een toepasselijk
woord een prachtige mand bloemen heeft
aangeboden, stellen de volgende ploegen
zich op:
Venlo: van Rijn, Campstein, Beurskens,
de Regt. Meelkop, Goumans, Stikkelbroek,
Vallen, Schatoye, de Wit, Hovens.
Wilskracht: Ruyter, van Lennen, Tulle-
kens, Bus Gere, Strevel, Schoots, Librands,
Verheijen, Keek, Stuvel.
Scheidsrechter is de heer Jansbeken.
De Amsterdammers winnen den toss en
verkiezen tegen den wind in te spelen.
Bij een Venlo-aanval mist Verheijen en
Stikkelbroek stormt alleen op Stuvel af.
Juist op het laatste moment wordt hij even
wel van den bal geloopen, waarvoor de
scheidsrechter een strafschop toekent en
hetgeen Venlo de leiding bezorgt. Hierdoor
blijkbaar geprikkeld nemen de Amsterdam
mers nu het offensief over en reeds aan
stonds wordt een corner geforceerd, die
evenwel niets oplevert. Een vrije schop
voor Wilskracht wordt door Stuvel achter
geplaatst. Het spel golft nu eenigen tijd op
en neer. De voorhoede van Wilskracht, die
goed samenspeelt, blijft een voortdurend
gevaar voor de Venlosche achterhoede,
waarin evenwel de beide backs een schitte
rende partij blazen. Een gevaarlijk schot
van den actieven van Leursen kan van Rijn
nog vallende wegslaan, waarna de Regt
voor de rest zorgt. IJyen later krijgt deze
speler den bal tegen den arm gespeeld in
de gevaarlijke zone en de toegestane straf
schop brengt de partijen op gelijken voet.
De Amsterdamsche aanvallen zijn heel wat
gevaarlijker dan de Venlosche, welker
voorhoede door het gemis van Cool veel
verzwakt, is.
Er ontstaat dan een schermutseling voor
het Venlo-doel en na eenig geharrewar be
landt de bal tenslotte in de touwen, i2.
De Venlonaars geven geen krimp en een
corner is het eerste resultaat van hun her
nieuwde aanvallen. De bal belandt, zooals
gewoonlijk, achter het net, maar toch komt
ook hier weldra de gelijkmaker en weer
uit een strafschop wegens aangeschoten
hands van Schoots, 22. (Rust).
Na de hervatting blijkt bij Venlo dat
Vallen vervangen is door Hendriks, welke
linksbuiten staat, terwijl Hovens rechtsbin
nen speelt.
Wilskracht dab thans het windvoordeel
1 heeft, valt direct heftig aan, doch de back-
linie CampsteinBeurskens is vandaag in
prima conditie, terwijl van Rijn verschil
lende schoten niet onverdienstelijk stopt.
Wilskracht forceert diverse corners en dik
wijls zw eft de bal gevaarlijk dicht voor
den VeiJoschen doelman. De Venlosche
voorhoede probeert tallooze malen er tus-
schen uit te trekken maar de Wilskracht-
halflinie weet bijna iederen aanval in de
kiem te smoren en steeds weer komt de bal
op de Venlosche helft terug. Een doelpunt
kan haast niet meer uitblijven en uit een
pass vn-n Van Leunen schiet Tulleken ineens
en keihard in. 23. Een fraai doelpunt.
Nog geeft Venlo niet gewonnen en weet
zelffc nog een 2-tal corners te forceeren,
waarbij Schatoye eenmaal rakelings langs
kopt. De Amsterdammers blijven evenwel
he/b beste van het spel behouden en steeds
moet de Venlosche achterhoede op haar
<^;ui vive zijn. Het einde komt tenslotte met
•een verdiende Amsterdamsche overwinning.
„Mndmorg."
Schorsingen fn Engeland.
Wegens vergoeding voor
loonderving.
De Football Association heeft 327 ama
teurs geschorst, de meesten tot 31 Decem
ber, wegens inbreuk maken op de ama
teursbepalingen. Twaalf clubs, alle in
Durham, waaronder welbekende als Bishop
Auckland, Cockfield, South Shields,
Hartlepool United en Darlington werden
beboet en haar beste leden werden ge-
Bchorst. Acht-en-twintig spelers werden tot
professionals verklaard. Dit alles is het
gevolg geweest van een onderzoek in
Noord-Engeland naar de betaling voor
loonderving aan amateurs. „Hbld."
CRICKET.
Uitslagen 1e klasse.
Phoenix—A.C.C. Gewonnen door A.
C. C. met 41 runs op de le innings.
A.C.C. le innings 121 (H. Selles 52), Grei-
mering 845.
Phoenix le innings 80 (Greimering 31),
Beuth 8—35.
H.D.V.S.V.O.C. Gewonnen door H.
D. V. S. met 2 wickets.
V.O.C. le innings 252 (T Gibb 79, T.
Brans 44; K. v. Everdinge 41; G. de Bruyn
41), J. Engering 6—93, G. Nolet 2—16.
H.D.V.S. le inning9 256 voor 8 (J. Enge
ring 140; G. Nolet 50), Th. Gibb 1—7; G. de
Bruyn 112.
WATERPOLO.
De uitslagen.
le klasse (Dames).
Zignea—H. Z. P. C. 04
2 e klasse.
L. Z. C.-H. D. Z. II &-i
le klasse (Heeren).
G. Z. C.—L. Z. C. 0—1
Res. le klasse.
U. Z. C. II—Het Y II 11—2
G. Z. C. II—L. Z. C. II 0—2
G. Z. C. II—L. Z. C. II 0—2.
Evenals verleden week in Leiden, heb
ben de Gouwenaars thans op eigen terrein
een verdiende nederlaag geleden. Hét spel
had heel weinig om het lijf en stond op
laag peil. Na een wederzijdsche verken
ning komt L. Z. C. er beter in om dan
door Buijs het eenige doelpunt van den
strijd te scoren. Het verdere verloop de
monstreert het slechte schieten van beide
partijen, hoewel de Goudsche attaques
het meest van gevaar ontbloot zijn. Het
eindsignaal van scheidsrechter Tordoir
maakte een met verlangen tegemoet gezien
einde aan deze oninteressante ontmoeting,
waarin de G. Z. C. volledig en L. Z. C. me
twee invallers uitkwamen.
ATHLETIEK.
Een nieuw wereldrecord.
Naar uit Detroit wordt gemeld heeft de
kampioen der Olympische spelen 1924
Morgan Taylor een nieuw wereldrecord
Hordenloop over 400 M. gevestigd; hij leg
de den afstand op deze wijze in 53.1 sec. af.
WIELRENNEN.
Linart triumfeert te Rijswijk.
Een succes voor Olympia.
Ondanks het goede programma dat ge
annonceerd werd, was de belangstelling
maar matig. Er werden clubwedstrijden
verreden om tot een zekere selectie te ko
men van de wielerclubs in Nederland,
waarvoor een drietal klassen worden ge
formeerd. De Amsterdamsche wielerclub
Olympia behaalde de beste resultaten en
zal daardoor te zijner tijd met nog eenige
andere vereenigingen aan het clubkam
pioenschap van Nederland kunnen deelne
men. Voor den sprintwedstrijd over 800 M.
startten voor genoemde vereeniging Piets,
Slesker en Westerveld, terwijl voor den
achtervolgingswedstrijd uitkwamen Bril-
mann, Hoevens en v. d. Heijden. Beide
combinaties voldeden goed en vormden
een fraai geheel.
De race achter motoren werd in het to
taal-klassement een overwinning voor den
Belg Linart, hoewel hij slechts één van de
drie ritten over 30 K.M. wist te winnen.
Het fraaiste werk verrichtte de Hagenaar
Asberg, die, hoewel hij ten slotte no. 4
werd, voor de meeste spanning zorgde;
motorpech verhinderde een betere plaat
sing. Parisot die tweede werd ont
wikkelde af en toe een groote snelheid,
doch had meermalen momenten van inzin
king. Leene behaalde vrijwel hetzelfde re
sultaat als Parisot, doch had een groote
ren achterstand en werd derde. De resul
taten zijn:
Selectiewedstrijden clubkampioenschap
pen sprint over 800 M. le serie: 1. Germa-
nia (Amsterdam) 10 pnt. 2. De Kampioen
(Haarlem) 11 pnt.; 2e serie: 1. Olympia
(Amsterdam) 6 pnt., 2. Vooruit (Nijmegen)
15 pnt.; 3e serie: 1. De Bataaf (Halfweg) 9
pnt., 2. Rijswijk (Rijswijk) 11 pnt.; 4e serie:
1. Excelsior (Den Haag) 8 pnt.; 2. D. O. S.
(Enschede) 13 pnt.; le demi-finale: 1.
Olympia 6 pnt., 2. Germania, 15 pnt.; 2e
demi-finale: 1. De Bataaf 10 pnt., 2. Ex
celsior, 11 pnt.; finale: 1. Olympia, 1 pnt.,
2. De Bataaf 2 pnt.
Achtervolgingsrace. Maximum tijd 6 mi
nuten. le serie: 1. Excelsior, 2. Germania
op 25 M.; 2e serie: 1. Kampioen, 2. D. O. S.
op 20 M.; 3e serie: Olympia haalt Rijswijk
in na 1 min. 58 sec.; 4e serie: D, Bataaf
haalt Vooruit in na 5 min. 24 sec.; le demi
finale: 1. Excelsior, 8 Kampioen op 60
M.; 2e demi-finale: Olympia haalt Excel
sior in na 4 min. 32 sec.
Wedstrijd achter motoren over 90 K.M.,
verdeeld in 3 manches van 30 K.M.: le
rit: L. Leene (Ceurremans Jr.) in 24 min.
58.8 sec., 2. Linart (Pasquier) op 235 M., 3.
Parisot (Guérin) op 750 M., 4. H. Asberg
op 2540 M.; 2e rit: 1. Linart on 24 min. 33.2
sec., 2. Parisot op 50 M., 3. Leene op 910 M.
4. Asberg op 2000 M.; 3e rit: 1. Asberg in
25 min. 55 sec., 2. Linart op 40 M. 3. Parisot
op 100 M., 4. Leene op 450 M., Totaal klas
sement: 1. Linart 5 pnt., 2. Parisot 8 pnt.,
3. Leene 8 pnt., 4. Asberg 9 pnt. „De Crt."
AUTOMOBILISME.
Wedstrijden In de Nenyto.
Op de terreinen van de Nederl. Nijver-
lleidstentoonstelling te Rotterdam zijn gis
teren automobielenwedstrijden gehouden,
waaraan verschillende prijzen waren ver
bonden. De uitslagen zijn:
Behendigheidswedstrijd heeren: 1. Jaco-
bi op Ficet met 9 strafpunten; 2. Reinders-
ma op Chevrolet met 23 strafpunten; 3.
Herzberger op F. N. met 33 strafpunten;
4. Schoonheim op Pearders met 33 straf
punten; 5. Van Ditmar op Studebaker met
40 strafpunten.
Dames: 1 mej. van Delden op Ford, met
22 strafpunten; 2. mevrouw Vintges op
Studebaker met 25 strafpunten; 3. mevr.
Geijsenheimer op Citroën met 32.5 straf
punten.
Ster-rit: Hoofdpremie A. Reuser, Rot
terdam. Deze heeft dus de uitgeloofde
ohevrolet ontvangen.
ürijs voor den grootsten afgelegden af
stand H. M. Wittenaar, Groningen.
Uur-prijzen: P. Lissone, Rotterdam; J.
L. van den Burg, Rotterdam, H. M. Witte
naar, Groningen en O. van Kerckhoven,
Li s 8 e.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
aan onze
OPRUBË3S9ÜG
TEGEN ONGEKEND
LAGE PRIJZEN.
EC LEE DINGDAG.
KOREVAARSTR.
Bloemencorso: Klasse A: 1. A. J. Wolff;
2. J. van Delden.
Klas B. 1. Jan Verhoef; 2. G. Udo.
Klas C.: Mevr. De Man, 2. Berkhout.
„Mndmrg."
POSTDUIVEN.
„De Zwaluw" (Hillegom).
Door de leden van deze vereeniging zijn
op het Nationaal concours vanaf Pont St.
Mascence (Fr.) de volgende prijzen be
haald: 15e prijs J. Reeuwijk, 26e prijs Gebr
Zwaneveld, 29e prijs J. Reeuwijk, 52e prijs
P. v. d. Reep, 57e prijs M. Koek, 63e prijs
S. Warmerdam; 73e prijs J. Reeuwijk, 95e
prijs S. Warmerdam, 97e prijs M. Koek.
In aanmerking nemende het groot aan
tal mededingende volgels heeft „De Zwa
luw" in dezen een zeer goed figuur ge
maakt.
MACHINE BRANDEND NEERGESTORT.
Vliegongeval te Vincennes.
Op een vliegdag, welke te Vincennes
werd gehouden, vloog een der vliegtuigen
in brand. De beide vleugels raakten los en
het vliegtuig plofte tusschen de menigte
neer. De bestuurder, Braeger, kwam om
het leven. Zijn lijk werd geheel verkoold
gevonden. Ingenieur Tapy, die bij Braeger
in het vliegtuig zat, werd ernstig gewond.
Overigens liep het ongeval nog vrij goed
af, daar slechts één toeschouwster werd
gewond.
Vliegtuig over den kop.
Geen persoonlijke ongelukken
Zaterdagmorgen moest het vliegtuig „S
8", thuis beboerende op het vliegkamp
„De Kooi" en bemand met den korporaal-
vliegtuigmaker Van Ommen, ten gevolge
van een motordefect een noodlanding doen
in een weiland te Koegras. Door het aan
wezig zijn van diepe kuilen sloeg het toe
stel over den kon. Persoonlijke ongeluk
ken gebeurden niet; alleen werd aan het
vliegtuig eenige schade veroorzaakt. Door
omwonenden, alsmede door personeel van
het vliegkamp werd het vliegtuig aan den
vasten wal gebracht, waarna het gede
monteerd naar „De Kooi" getranspor
teerd werd.
MISDADIGE ROEKELOOSHEID.
Geen courant kan men openslaan of on
der de rubriek ongevallen leest men de
risten dooden en gewonden die ten offer
vielen aan de razende rijders, die wegen en
paden per auto of motorfiets onveilig ma
ken.
Steeds sneller is de leus. De vaart moet
immer verhoogd worden. Al zal men over
de lijken van anderen rennen of zichzelf te
pletter vliegen.... spoed, spoed, spoed!
Vlugvlug!
Het record voor automobielen is pas ge
bracht op 333 kilometer per uur, doch een
ander is alweer bezig om met een rakets-
auto de snelheid van een kanonskogel te
krijgen.
Zoo juist viel ons in handen een schetsje,
dat een Parijsch priester schreef, toen hij
op Pinkster-Maandag voor de zooveelste
maal geroepen werd bij een ongelukkige
stervende, vermorzeld door het snelverkeer.
De ontboezeming is zóó treffend, zóó
schrijnend, dat nooit beter de dwaasheid
en de misdadige roekeloosheid belicht kan
worden.
Abbé Loutil laat zich als volgt uit:
„Leunend tegen het venster zag ik den
nacht invallen.den ernstigen, kalmen
nacht.
Het een na het ander, verstomden de
geluiden van veld en boschAlles in
Gods natuur zeide: „Stervelingen, neemt
rust". Maar tegen negen uur kwam de „be
schaafde" weer op en dat gaf een ander
schouwspel. Driehonderd meter ligt het ter
rein van het huis van den grooten weg van
Fontainebleau verwijderd.
Uit den nacht schieten, de een aandrin
gend achter den ander meteoren toe met
schitterende oogen. Enkelen hebben er
tweeanderen drievier.... vijf! De
hooge boomen langs den berm komen, plot
seling verlicht, bleekachtig fantastisch op,
verdwijnen in den nacht, om opnieuw te
worden verlicht, zonder ophouden.
De wagens passeeren over den geteorden
weg, zwaar, stootend, trillend, slingerend.
Men voelt dat zij aan alles worden bloot
gesteld. Enkele, die der ouderwetschen,
loopen schuchter 506070. Anderen
8090Maar vele rennen als projec
tielen, dulden geen wagen vóór zich
halen alles in, rennen alles voorbij. Zij hui
len, krijschen, brullen brutaal en wild: „Aan
den kantmaak plaats!" Snelnog
sneller. En zij verdubbelen nog hun vaart.
De kiezelsteenen van den pas geasfalteer-
den weg breken onder den druk en springen
als kogels in de carosseries. Te erger voo*-
dezen! 100!.... 110!120. De meteorc:i|
schieten door het dorpje, jagen het deiij
schrik op het lijf, vullen het met stof, ter-'
wijl niemand zich meer op straat durft te
vertoonen.
Wee de rijtuigen die zich op dit uur inj
de richting Fontainebleau wagen! Zij k<r
men angstig vooruit, dooven onophoudei:'®
hun lichten in de hoop op wederkeerigheid.
Maar de projectielen schieten schaterend,
verblindend voorbij, met achter hun ruiten
een vale vlek, dat een menschelijk gelaat
schijnt te wezenEn ik, staande tus
schen dit jonge lijk, waarop het licht v.-t
enkele kaarsen valt, en die open graven, die
ginds hun ontstellenden zwerftocht
zetten, vraag mij af: ,Welk nut heeft het
toch zóó snel te rijden1 Sneller!
Altijd sneller...."
Hoe onverantwoordelijk het leven van zich
zelf, van de zijnen ,van zijn vrienden te wa
gen voor het ijdele genoegen een half uur
te winnen en dan, als men uit den wagen
springt, te kunnen uitroepen: „Wat hebben1
we gereden". En als het ongeluk geschied,
is deze Pinkster-Maandag was de nood-1
lottigste dag van het geheele jaar dan'
kijkt men elkander aan zonder een wooil
te kunnen zeggen. Waartoe dient het ook?'
.Hij is dood
Voor de levenden schrijf ik hier voor
de vrouwen en kinderen, voor de voetgan
gers.... die toch het recht hebben uit te
gaan om hun brood te verdienen, zonder
dat een door een dwaas bestuurde machine
komt toeschieten en alles onder den voet
rent. zooals de woesteling, die onlangs een
grijsaard 25 kilometer ver aan zijn spat-
scherm meetrok. Welke zal de snelheid
de waanzin van morgen wezen 1 Ik herinner
INGEZONDEN MEDEDEELING.
ledereen spreekt over onze
en geen wonder,
want wij geven werkelijk
buitengewone koopjes.
Indien U nog niet bij ons was, vraagt
Uwe kennissen en wij zijn overtuigd dat
U dezer dagen ook van onze bijzondere
aanbiedingen zult profiteeren.
Eiken dag nieuwe koopjes
Rotterd. Engrosmag. v. h.
HAARLEMMERSTRAAT 116-120
mij den vijfden kring van Dante's Hel,
waarin de helsche orkaan, die nooit tot stil
stand komt, hen in een steeds toenemende
duizeling meesleept, die de rede aan hun
begeerte ondergeschikt makenZou de
snelheidswaanzin nog eens onze kleinkinde
ren slingeren in deze duizeling, om van an
dere nog te zwijgen?"
Ligt er in dit schetsje geen vreeselijk»
aanklacht? „Centrum".
BRIEVEN VAN EEN STEDELANDER.
Het „recht van placet".
Dit „recht", in de eerste helft der vorige
eeuw door de koning uitgeoefend, hield in,
dat Z. M. goedkeuring moest verleenen op
Pauselijke beschikkingen, alvorens deze in
Nederland mochten worden afgekondigd
en ten uitvoer gelegd.
Een feitelijk „recht" is 't intusschen
nooit geweest, al werd gedurende de re
geering van Willem I geen enkele pause
lijke afkondiging of benoeming toegelaten
zonder „placet". Zelfs de bekendmaking
van een jübilé-aflaat werd geplaceteerd en
nog wel met de verplichting: dat ook het
placet vanaf den kansel zou voorgelezen
worden. Dit ging de kerkelijke overheid
toch te ver en zij besloot onder die voor
waarde geen gebruik te maken van de ko
ninklijke toestemming, zoodat de afkondi
ging niet plaats vond en het jubeljaar 1826
als zoodanig voor de Nederlandsche Ka
tholieken niet bestond.
Kon dat zoo maar? vraagt men zich nu
onwillekeurig af. „Och", zoo schrijft de
eerw. heer Commissaris in zijn meerge
meld geschiedkundig werkje, „men paste
eenvoudig de onrechtmatige organieke ar
tikelen uit het Concordaat van 1801 op
onwettige wijze toe in het voormalige Na
poleontische rijk" en de Katholieken wa
ren zoozeer aan onderworpenheid ge
woon, dat zij deze schennis der grondwet
telijke vrijheid van godsdienst geen
enkele wet schreef zelfs het placet voor
stilzwijgend toelieten.
Wat boven vermeld werd omtrent de
jubilé-afkondiging toont intusschen aan,
dat er verzet groeiende was en dit nam
openbare vormen aan, toen onder koning
Willem II dreigde, dat het placet zou
worden opgenomen in het Wetboek van
Strafrecht. Nu de Katholieken klaarblijke
lijk moediger werden rook de „Protestant-
sche natie" gevaar en meende zich te
moeten veilig stellen tegen „de intriges*
en de heerschzucht van het Hof van Ro
me" door zware straffen te bedreigen tegen
eenieder, die beschikkingen en afkondigin
gen van den Paus zonder voorafgaande
koninklijke goedkeuring zouden durven
uitvoeren. Aldus werd ten jare 1842 voor
gesteld in het ontwerp Wetboek van
Strafrecht.
Maar toen werd onzerzijds ook niet lan
ger gezwegen. Niet alleen traden de
Roomsche bladen en tijdschriften in het
geweer, maar ook de negen katholieke ka
merleden (6 uit Brabant, 3 uit Limburg)
traden eensgezind op om het dreigend on
heil te keeren. 't Was toen voor het eerst,
dat de katholieke politici him eensgezind
heid vonden, zóó ernstig werd het gevaar
ingezien, zóó diep werd het gevoeld.
Ook de kerkvoogden we hadden toen,
behalve mgr. C. L. baron van Wijkerslooth
die bisschop i. p. i. was zonder bisschop
pelijke rechtsmacht (Nederland stond
rechtstreeks onder den Paus), zes Aarts
priesters boven den Moerdijk en drie
Apostolische vicarissen daar beneden
ook de kerkvoogden richtten zich geza
menlijk tot den koning, van wien, wel
gezind als Z. M .jegens de Katholieken
was, een rechtvaardige oplossing werd ver
wacht.
Deze verwachting bleek niet ijdel: zon
der dralen liet de koning aan mgr. Zwijsen,
den Bosschen vicaris, met wien Z. M. per
soonlijk bevriend was, weten: dat het pla
cet n i e t in het wetboek van strafrecht zou
worden opgenomen. Het geheele ontwerp
van het tweede boek werd dan ook inge
trokken.
Hiermede was het onweer echter nog
lang niet van de lucht. Integendeel: 4 jaar
later, in 1846, bereikte den Ministerraad
weer een ontwerp-Strafwetboek, dat aan
vankelijk weer bet placet in zijn schrep-
sten vorm bevatte.
Aanvankelijk, want vóór het ontwerp
publiek werd had de kranige minister van
R. K. Eeredienst, J. B. van Son in een uit
voerige nota den koning erop gewezen, dat
het placet ongrondwetttig was, onnoodig,
hatelijk en verderfelijk in zijn gevolgen.
Hij bleef op dit aambeeld hameren en had
het succes, dat Z. M. den minister van
justitie gelastte dit kon nog in het tijd
perk der „koninklijke kabinetten" het
placet-artikel uit het ontwerp te lichten.
Den minister van Hervormden Eere
dienst en zijn niet-Roomschen collega's
minister van Son was de eenige Katholiek
in het kabinet was zulks niet naar den
zin, maar.... 't artikel bleef eruit, want
de koning, die zelf den ministerraad bij
woonde, hield er een rede tegen het placet,
den vrijheid van godsdienst noemde. Z. M.
dat hij „absurd" en indruischend tegen
besloot,,'t Is niets dan hatelijkheid, ik wil
daar niets mee te doen hebben.. Adieu"»
Was hiermede in den ministerraad het
pleit gewonnen, in de Tweede Kamer werd
het 21 Juli 1847 verloren. Na felle, zij het
waardige, debatten, werd het wetboek, om
dat er het placet niet instond, verworpen
met 41 tegen 15 stemmen, zijnde deze van
de 9 Katholieken en 6 andersdenkenden.
Dit zag er leelijk uit! Zelfs de koning
meende: „Er zal iets aan het placet moe
ten gedaan worden", maar, zoo voegde Z.
M. er tot van Son bij: „De R. K. geeste
lijkheid zij echter gerust; ik wil desnoods
een besluit uitvaardigen, waarbij ik van
dit oogenblik af, bij voorbaat, al hare in
de toekomst te doene afkondigingen van
bullen en breven placeteer."
Zoo zou het placet toch nog tegen ons
gericht geworden zijn, zij 't in zachten
vorm, indien niet de rumoerige tijdsom
standigheden een krachtig woordje meege
sproken hadden. Er kwam immers een vrij
zinnige Grondwetsherziening vrijzinnig
in de nog niet verwrongen beteekenis van
heden genomen
Thorbecke 't ontwerp maakte. En dit
schafte in art. 162 het placet af.
Elf April 1848 werd het ontwerp publiek
entoen had men 't lieve leventje gaan
de. Heel „Protestantsch Nederland" stond
op zijn achterste beenen! Het regende pe
tities, waartegenover de onzen zich niet on
betuigd lieten in dien veelbewogen tijd
werd de R. K. Staatspartij geboren, waar
over later en in den Raad van State
vond het verzet zijn weerklank. Men wilde
er het gansche hoofdstuk „Over den Gods
dienst" buiten de herziening laten, om
dat „de spanning van een groot gedeelte
der natie met opzicht tot dit punt tot een
treurige hoogte geklommen is." Bovendien
bleef de meerderheid vasthouden aan het
denkbeeld, „dat de koning het zooge
naamd recht van placet niet moest losla
ten."
De koning zelf dacht er evenwel anders
over. Hij weerlegde in den Raad de argu
menten vóór het placet, wond zich op en
eindigde toornig: „Enfin, messieurs, vous
vouler m' imposer un röle injuste et même
ridicule et enfin, messieurs, enfinik
verdhet". („Eindelijk, mijne heeren,
wilt gij mij een onrechtvaardige en zelfs
belachelijke rol opleggen, en eindelijk,
mijne heeren, eindelijk...." de rest is Hol-
landsch).
19 Juni ging het ontwerp naar de Twee
de Kamer. Er stond o.a. in wat nu nog
zoo is dat de openbare godsdienstoefe
ning beperkt zou zijn „binnen gebouwen en
besloten plaatsen" behalve daar „waar zij
thans naar de wetten en reglementen is
toegelaten", maar het placet-werend arti
kel was behouden. .ijl*
In de Kamer natuurlijk weer fel debat-,
doch de Juli-revolutie te Parijs had ook
hier indruk gemaakt en zoo geviel het, dat
het Lagerhuis zich met 42 tegen 14 stem
men bij de afschaffing van het placet neer
legde, wat wel een heele ommekeer was
sinds één jaar te voren. De Eerste Kamer
volgde dit voorbeeld met 22 tegen 4 stem
men en de daarna bijeenkomende dubbele
Kamer aanvaardde de herziening met
groote meerderheid.
Vreugde natuurlijk in het katholieke
kamp, vermengd met dankbaarheid^ jegWBS
den koning, zonder wiens juist inzicht de
strijd ontzaglijk zwaarder zou zijn geweest^
ja allicht verloren ware. De Roomsché kerk
was nu bevrijd van „het stigma harer ver
drukking" en niets stond het vrije verkeer
met Rome nog in den weg.
Om ons wèl in te denken in de hitte van
den toen gevoerden strijd, behoeven wq
slechts even te overwegen, hoe onmogelijk
het vooralsnog schijnt om het „processie
verbod", in 1848 gehandhaafd, in onze da
gen afgeschaft te krijgen. We schrijven nu
toch 60 jaren later, zoodat men veronder
stellen mocht, dat al wat onze vrijheid be
lemmert het placet al lang zou gevolgd
zijn. Maar jawel! Het „Protestant-sche Ne
derland" met zijn anti-Paapschen aanhang
is daarvoor allerminst te vinden.
Dit beschouwend, moeten we concludee
ren: onze vaderen hebben onversaagd
voor een beet vuur gestaan en aan koning
Willem II zij onze hulde niet onthouden.
AJO.