i DENKT U RESTANTEN LUCHTVAART. ken in een tweetal doelpunten (42). De Lissenaren beginnen zich ook nu weer be ter te roeren en hun zwoegen wordt be loond als zij 10 minuten voor het einde een «schot weten te lossen dat doel treft (43). Als het eindsignaal weerklinkt is er in den stand geen verandering meer ge komen en heeft V. V .L. de overwinning behaald. De uitslag geeft de verhouding der partijen goed weer. Door deze zege zal door de Langeraarsche Voetbalvereeni- ging S. D. O. aan V. V. L. een medaille worden toegezonden als herinnering aan het winnen van dezen strijd. Tot slot bonden daarna S. D. O. II en Onze Gezellen 4 II met elkaar den strijd aan. De uitslag van dezen wedstrijd is ons niet bekend, maar wat wij er van zagen wees er op dat beide elftallen niet veel voor elkaar onderdeden. Het was een aar dig partijtje, een waardig slot van dezen dag te Langcraar. Resumeerende kunnen wij concludeeren dat deze propagandadag in de Venen een waar succes is geworden voor het Leidsche District van den D. H. V. B., waarop met trots kan worden teruggezien en de R. K. Voetbalbeweging ten goede zal komen. De leuze: „Roomsch in alles, óók in de Sport" zal er door verwezenlijkt worden, nu, of in de naaste toekomst, want de fundamenten voor een hechte R. K. Sportbeweging in de Venen zijn gelegd! VOETBAL. R. K. FEDERATIE. VenloWilskracht 2—3. Nadat Wilskracht onder een toepasselijk woord een prachtige mand bloemen heeft aangeboden, stellen de volgende ploegen zich op: Venlo: van Rijn, Campstein, Beurskens, de Regt. Meelkop, Goumans, Stikkelbroek, Vallen, Schatoye, de Wit, Hovens. Wilskracht: Ruyter, van Lennen, Tulle- kens, Bus Gere, Strevel, Schoots, Librands, Verheijen, Keek, Stuvel. Scheidsrechter is de heer Jansbeken. De Amsterdammers winnen den toss en verkiezen tegen den wind in te spelen. Bij een Venlo-aanval mist Verheijen en Stikkelbroek stormt alleen op Stuvel af. Juist op het laatste moment wordt hij even wel van den bal geloopen, waarvoor de scheidsrechter een strafschop toekent en hetgeen Venlo de leiding bezorgt. Hierdoor blijkbaar geprikkeld nemen de Amsterdam mers nu het offensief over en reeds aan stonds wordt een corner geforceerd, die evenwel niets oplevert. Een vrije schop voor Wilskracht wordt door Stuvel achter geplaatst. Het spel golft nu eenigen tijd op en neer. De voorhoede van Wilskracht, die goed samenspeelt, blijft een voortdurend gevaar voor de Venlosche achterhoede, waarin evenwel de beide backs een schitte rende partij blazen. Een gevaarlijk schot van den actieven van Leursen kan van Rijn nog vallende wegslaan, waarna de Regt voor de rest zorgt. IJyen later krijgt deze speler den bal tegen den arm gespeeld in de gevaarlijke zone en de toegestane straf schop brengt de partijen op gelijken voet. De Amsterdamsche aanvallen zijn heel wat gevaarlijker dan de Venlosche, welker voorhoede door het gemis van Cool veel verzwakt, is. Er ontstaat dan een schermutseling voor het Venlo-doel en na eenig geharrewar be landt de bal tenslotte in de touwen, i2. De Venlonaars geven geen krimp en een corner is het eerste resultaat van hun her nieuwde aanvallen. De bal belandt, zooals gewoonlijk, achter het net, maar toch komt ook hier weldra de gelijkmaker en weer uit een strafschop wegens aangeschoten hands van Schoots, 22. (Rust). Na de hervatting blijkt bij Venlo dat Vallen vervangen is door Hendriks, welke linksbuiten staat, terwijl Hovens rechtsbin nen speelt. Wilskracht dab thans het windvoordeel 1 heeft, valt direct heftig aan, doch de back- linie CampsteinBeurskens is vandaag in prima conditie, terwijl van Rijn verschil lende schoten niet onverdienstelijk stopt. Wilskracht forceert diverse corners en dik wijls zw eft de bal gevaarlijk dicht voor den VeiJoschen doelman. De Venlosche voorhoede probeert tallooze malen er tus- schen uit te trekken maar de Wilskracht- halflinie weet bijna iederen aanval in de kiem te smoren en steeds weer komt de bal op de Venlosche helft terug. Een doelpunt kan haast niet meer uitblijven en uit een pass vn-n Van Leunen schiet Tulleken ineens en keihard in. 23. Een fraai doelpunt. Nog geeft Venlo niet gewonnen en weet zelffc nog een 2-tal corners te forceeren, waarbij Schatoye eenmaal rakelings langs kopt. De Amsterdammers blijven evenwel he/b beste van het spel behouden en steeds moet de Venlosche achterhoede op haar <^;ui vive zijn. Het einde komt tenslotte met •een verdiende Amsterdamsche overwinning. „Mndmorg." Schorsingen fn Engeland. Wegens vergoeding voor loonderving. De Football Association heeft 327 ama teurs geschorst, de meesten tot 31 Decem ber, wegens inbreuk maken op de ama teursbepalingen. Twaalf clubs, alle in Durham, waaronder welbekende als Bishop Auckland, Cockfield, South Shields, Hartlepool United en Darlington werden beboet en haar beste leden werden ge- Bchorst. Acht-en-twintig spelers werden tot professionals verklaard. Dit alles is het gevolg geweest van een onderzoek in Noord-Engeland naar de betaling voor loonderving aan amateurs. „Hbld." CRICKET. Uitslagen 1e klasse. Phoenix—A.C.C. Gewonnen door A. C. C. met 41 runs op de le innings. A.C.C. le innings 121 (H. Selles 52), Grei- mering 845. Phoenix le innings 80 (Greimering 31), Beuth 8—35. H.D.V.S.V.O.C. Gewonnen door H. D. V. S. met 2 wickets. V.O.C. le innings 252 (T Gibb 79, T. Brans 44; K. v. Everdinge 41; G. de Bruyn 41), J. Engering 6—93, G. Nolet 2—16. H.D.V.S. le inning9 256 voor 8 (J. Enge ring 140; G. Nolet 50), Th. Gibb 1—7; G. de Bruyn 112. WATERPOLO. De uitslagen. le klasse (Dames). Zignea—H. Z. P. C. 04 2 e klasse. L. Z. C.-H. D. Z. II &-i le klasse (Heeren). G. Z. C.—L. Z. C. 0—1 Res. le klasse. U. Z. C. II—Het Y II 11—2 G. Z. C. II—L. Z. C. II 0—2 G. Z. C. II—L. Z. C. II 0—2. Evenals verleden week in Leiden, heb ben de Gouwenaars thans op eigen terrein een verdiende nederlaag geleden. Hét spel had heel weinig om het lijf en stond op laag peil. Na een wederzijdsche verken ning komt L. Z. C. er beter in om dan door Buijs het eenige doelpunt van den strijd te scoren. Het verdere verloop de monstreert het slechte schieten van beide partijen, hoewel de Goudsche attaques het meest van gevaar ontbloot zijn. Het eindsignaal van scheidsrechter Tordoir maakte een met verlangen tegemoet gezien einde aan deze oninteressante ontmoeting, waarin de G. Z. C. volledig en L. Z. C. me twee invallers uitkwamen. ATHLETIEK. Een nieuw wereldrecord. Naar uit Detroit wordt gemeld heeft de kampioen der Olympische spelen 1924 Morgan Taylor een nieuw wereldrecord Hordenloop over 400 M. gevestigd; hij leg de den afstand op deze wijze in 53.1 sec. af. WIELRENNEN. Linart triumfeert te Rijswijk. Een succes voor Olympia. Ondanks het goede programma dat ge annonceerd werd, was de belangstelling maar matig. Er werden clubwedstrijden verreden om tot een zekere selectie te ko men van de wielerclubs in Nederland, waarvoor een drietal klassen worden ge formeerd. De Amsterdamsche wielerclub Olympia behaalde de beste resultaten en zal daardoor te zijner tijd met nog eenige andere vereenigingen aan het clubkam pioenschap van Nederland kunnen deelne men. Voor den sprintwedstrijd over 800 M. startten voor genoemde vereeniging Piets, Slesker en Westerveld, terwijl voor den achtervolgingswedstrijd uitkwamen Bril- mann, Hoevens en v. d. Heijden. Beide combinaties voldeden goed en vormden een fraai geheel. De race achter motoren werd in het to taal-klassement een overwinning voor den Belg Linart, hoewel hij slechts één van de drie ritten over 30 K.M. wist te winnen. Het fraaiste werk verrichtte de Hagenaar Asberg, die, hoewel hij ten slotte no. 4 werd, voor de meeste spanning zorgde; motorpech verhinderde een betere plaat sing. Parisot die tweede werd ont wikkelde af en toe een groote snelheid, doch had meermalen momenten van inzin king. Leene behaalde vrijwel hetzelfde re sultaat als Parisot, doch had een groote ren achterstand en werd derde. De resul taten zijn: Selectiewedstrijden clubkampioenschap pen sprint over 800 M. le serie: 1. Germa- nia (Amsterdam) 10 pnt. 2. De Kampioen (Haarlem) 11 pnt.; 2e serie: 1. Olympia (Amsterdam) 6 pnt., 2. Vooruit (Nijmegen) 15 pnt.; 3e serie: 1. De Bataaf (Halfweg) 9 pnt., 2. Rijswijk (Rijswijk) 11 pnt.; 4e serie: 1. Excelsior (Den Haag) 8 pnt.; 2. D. O. S. (Enschede) 13 pnt.; le demi-finale: 1. Olympia 6 pnt., 2. Germania, 15 pnt.; 2e demi-finale: 1. De Bataaf 10 pnt., 2. Ex celsior, 11 pnt.; finale: 1. Olympia, 1 pnt., 2. De Bataaf 2 pnt. Achtervolgingsrace. Maximum tijd 6 mi nuten. le serie: 1. Excelsior, 2. Germania op 25 M.; 2e serie: 1. Kampioen, 2. D. O. S. op 20 M.; 3e serie: Olympia haalt Rijswijk in na 1 min. 58 sec.; 4e serie: D, Bataaf haalt Vooruit in na 5 min. 24 sec.; le demi finale: 1. Excelsior, 8 Kampioen op 60 M.; 2e demi-finale: Olympia haalt Excel sior in na 4 min. 32 sec. Wedstrijd achter motoren over 90 K.M., verdeeld in 3 manches van 30 K.M.: le rit: L. Leene (Ceurremans Jr.) in 24 min. 58.8 sec., 2. Linart (Pasquier) op 235 M., 3. Parisot (Guérin) op 750 M., 4. H. Asberg op 2540 M.; 2e rit: 1. Linart on 24 min. 33.2 sec., 2. Parisot op 50 M., 3. Leene op 910 M. 4. Asberg op 2000 M.; 3e rit: 1. Asberg in 25 min. 55 sec., 2. Linart op 40 M. 3. Parisot op 100 M., 4. Leene op 450 M., Totaal klas sement: 1. Linart 5 pnt., 2. Parisot 8 pnt., 3. Leene 8 pnt., 4. Asberg 9 pnt. „De Crt." AUTOMOBILISME. Wedstrijden In de Nenyto. Op de terreinen van de Nederl. Nijver- lleidstentoonstelling te Rotterdam zijn gis teren automobielenwedstrijden gehouden, waaraan verschillende prijzen waren ver bonden. De uitslagen zijn: Behendigheidswedstrijd heeren: 1. Jaco- bi op Ficet met 9 strafpunten; 2. Reinders- ma op Chevrolet met 23 strafpunten; 3. Herzberger op F. N. met 33 strafpunten; 4. Schoonheim op Pearders met 33 straf punten; 5. Van Ditmar op Studebaker met 40 strafpunten. Dames: 1 mej. van Delden op Ford, met 22 strafpunten; 2. mevrouw Vintges op Studebaker met 25 strafpunten; 3. mevr. Geijsenheimer op Citroën met 32.5 straf punten. Ster-rit: Hoofdpremie A. Reuser, Rot terdam. Deze heeft dus de uitgeloofde ohevrolet ontvangen. ürijs voor den grootsten afgelegden af stand H. M. Wittenaar, Groningen. Uur-prijzen: P. Lissone, Rotterdam; J. L. van den Burg, Rotterdam, H. M. Witte naar, Groningen en O. van Kerckhoven, Li s 8 e. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. aan onze OPRUBË3S9ÜG TEGEN ONGEKEND LAGE PRIJZEN. EC LEE DINGDAG. KOREVAARSTR. Bloemencorso: Klasse A: 1. A. J. Wolff; 2. J. van Delden. Klas B. 1. Jan Verhoef; 2. G. Udo. Klas C.: Mevr. De Man, 2. Berkhout. „Mndmrg." POSTDUIVEN. „De Zwaluw" (Hillegom). Door de leden van deze vereeniging zijn op het Nationaal concours vanaf Pont St. Mascence (Fr.) de volgende prijzen be haald: 15e prijs J. Reeuwijk, 26e prijs Gebr Zwaneveld, 29e prijs J. Reeuwijk, 52e prijs P. v. d. Reep, 57e prijs M. Koek, 63e prijs S. Warmerdam; 73e prijs J. Reeuwijk, 95e prijs S. Warmerdam, 97e prijs M. Koek. In aanmerking nemende het groot aan tal mededingende volgels heeft „De Zwa luw" in dezen een zeer goed figuur ge maakt. MACHINE BRANDEND NEERGESTORT. Vliegongeval te Vincennes. Op een vliegdag, welke te Vincennes werd gehouden, vloog een der vliegtuigen in brand. De beide vleugels raakten los en het vliegtuig plofte tusschen de menigte neer. De bestuurder, Braeger, kwam om het leven. Zijn lijk werd geheel verkoold gevonden. Ingenieur Tapy, die bij Braeger in het vliegtuig zat, werd ernstig gewond. Overigens liep het ongeval nog vrij goed af, daar slechts één toeschouwster werd gewond. Vliegtuig over den kop. Geen persoonlijke ongelukken Zaterdagmorgen moest het vliegtuig „S 8", thuis beboerende op het vliegkamp „De Kooi" en bemand met den korporaal- vliegtuigmaker Van Ommen, ten gevolge van een motordefect een noodlanding doen in een weiland te Koegras. Door het aan wezig zijn van diepe kuilen sloeg het toe stel over den kon. Persoonlijke ongeluk ken gebeurden niet; alleen werd aan het vliegtuig eenige schade veroorzaakt. Door omwonenden, alsmede door personeel van het vliegkamp werd het vliegtuig aan den vasten wal gebracht, waarna het gede monteerd naar „De Kooi" getranspor teerd werd. MISDADIGE ROEKELOOSHEID. Geen courant kan men openslaan of on der de rubriek ongevallen leest men de risten dooden en gewonden die ten offer vielen aan de razende rijders, die wegen en paden per auto of motorfiets onveilig ma ken. Steeds sneller is de leus. De vaart moet immer verhoogd worden. Al zal men over de lijken van anderen rennen of zichzelf te pletter vliegen.... spoed, spoed, spoed! Vlugvlug! Het record voor automobielen is pas ge bracht op 333 kilometer per uur, doch een ander is alweer bezig om met een rakets- auto de snelheid van een kanonskogel te krijgen. Zoo juist viel ons in handen een schetsje, dat een Parijsch priester schreef, toen hij op Pinkster-Maandag voor de zooveelste maal geroepen werd bij een ongelukkige stervende, vermorzeld door het snelverkeer. De ontboezeming is zóó treffend, zóó schrijnend, dat nooit beter de dwaasheid en de misdadige roekeloosheid belicht kan worden. Abbé Loutil laat zich als volgt uit: „Leunend tegen het venster zag ik den nacht invallen.den ernstigen, kalmen nacht. Het een na het ander, verstomden de geluiden van veld en boschAlles in Gods natuur zeide: „Stervelingen, neemt rust". Maar tegen negen uur kwam de „be schaafde" weer op en dat gaf een ander schouwspel. Driehonderd meter ligt het ter rein van het huis van den grooten weg van Fontainebleau verwijderd. Uit den nacht schieten, de een aandrin gend achter den ander meteoren toe met schitterende oogen. Enkelen hebben er tweeanderen drievier.... vijf! De hooge boomen langs den berm komen, plot seling verlicht, bleekachtig fantastisch op, verdwijnen in den nacht, om opnieuw te worden verlicht, zonder ophouden. De wagens passeeren over den geteorden weg, zwaar, stootend, trillend, slingerend. Men voelt dat zij aan alles worden bloot gesteld. Enkele, die der ouderwetschen, loopen schuchter 506070. Anderen 8090Maar vele rennen als projec tielen, dulden geen wagen vóór zich halen alles in, rennen alles voorbij. Zij hui len, krijschen, brullen brutaal en wild: „Aan den kantmaak plaats!" Snelnog sneller. En zij verdubbelen nog hun vaart. De kiezelsteenen van den pas geasfalteer- den weg breken onder den druk en springen als kogels in de carosseries. Te erger voo*- dezen! 100!.... 110!120. De meteorc:i| schieten door het dorpje, jagen het deiij schrik op het lijf, vullen het met stof, ter-' wijl niemand zich meer op straat durft te vertoonen. Wee de rijtuigen die zich op dit uur inj de richting Fontainebleau wagen! Zij k<r men angstig vooruit, dooven onophoudei:'® hun lichten in de hoop op wederkeerigheid. Maar de projectielen schieten schaterend, verblindend voorbij, met achter hun ruiten een vale vlek, dat een menschelijk gelaat schijnt te wezenEn ik, staande tus schen dit jonge lijk, waarop het licht v.-t enkele kaarsen valt, en die open graven, die ginds hun ontstellenden zwerftocht zetten, vraag mij af: ,Welk nut heeft het toch zóó snel te rijden1 Sneller! Altijd sneller...." Hoe onverantwoordelijk het leven van zich zelf, van de zijnen ,van zijn vrienden te wa gen voor het ijdele genoegen een half uur te winnen en dan, als men uit den wagen springt, te kunnen uitroepen: „Wat hebben1 we gereden". En als het ongeluk geschied, is deze Pinkster-Maandag was de nood-1 lottigste dag van het geheele jaar dan' kijkt men elkander aan zonder een wooil te kunnen zeggen. Waartoe dient het ook?' .Hij is dood Voor de levenden schrijf ik hier voor de vrouwen en kinderen, voor de voetgan gers.... die toch het recht hebben uit te gaan om hun brood te verdienen, zonder dat een door een dwaas bestuurde machine komt toeschieten en alles onder den voet rent. zooals de woesteling, die onlangs een grijsaard 25 kilometer ver aan zijn spat- scherm meetrok. Welke zal de snelheid de waanzin van morgen wezen 1 Ik herinner INGEZONDEN MEDEDEELING. ledereen spreekt over onze en geen wonder, want wij geven werkelijk buitengewone koopjes. Indien U nog niet bij ons was, vraagt Uwe kennissen en wij zijn overtuigd dat U dezer dagen ook van onze bijzondere aanbiedingen zult profiteeren. Eiken dag nieuwe koopjes Rotterd. Engrosmag. v. h. HAARLEMMERSTRAAT 116-120 mij den vijfden kring van Dante's Hel, waarin de helsche orkaan, die nooit tot stil stand komt, hen in een steeds toenemende duizeling meesleept, die de rede aan hun begeerte ondergeschikt makenZou de snelheidswaanzin nog eens onze kleinkinde ren slingeren in deze duizeling, om van an dere nog te zwijgen?" Ligt er in dit schetsje geen vreeselijk» aanklacht? „Centrum". BRIEVEN VAN EEN STEDELANDER. Het „recht van placet". Dit „recht", in de eerste helft der vorige eeuw door de koning uitgeoefend, hield in, dat Z. M. goedkeuring moest verleenen op Pauselijke beschikkingen, alvorens deze in Nederland mochten worden afgekondigd en ten uitvoer gelegd. Een feitelijk „recht" is 't intusschen nooit geweest, al werd gedurende de re geering van Willem I geen enkele pause lijke afkondiging of benoeming toegelaten zonder „placet". Zelfs de bekendmaking van een jübilé-aflaat werd geplaceteerd en nog wel met de verplichting: dat ook het placet vanaf den kansel zou voorgelezen worden. Dit ging de kerkelijke overheid toch te ver en zij besloot onder die voor waarde geen gebruik te maken van de ko ninklijke toestemming, zoodat de afkondi ging niet plaats vond en het jubeljaar 1826 als zoodanig voor de Nederlandsche Ka tholieken niet bestond. Kon dat zoo maar? vraagt men zich nu onwillekeurig af. „Och", zoo schrijft de eerw. heer Commissaris in zijn meerge meld geschiedkundig werkje, „men paste eenvoudig de onrechtmatige organieke ar tikelen uit het Concordaat van 1801 op onwettige wijze toe in het voormalige Na poleontische rijk" en de Katholieken wa ren zoozeer aan onderworpenheid ge woon, dat zij deze schennis der grondwet telijke vrijheid van godsdienst geen enkele wet schreef zelfs het placet voor stilzwijgend toelieten. Wat boven vermeld werd omtrent de jubilé-afkondiging toont intusschen aan, dat er verzet groeiende was en dit nam openbare vormen aan, toen onder koning Willem II dreigde, dat het placet zou worden opgenomen in het Wetboek van Strafrecht. Nu de Katholieken klaarblijke lijk moediger werden rook de „Protestant- sche natie" gevaar en meende zich te moeten veilig stellen tegen „de intriges* en de heerschzucht van het Hof van Ro me" door zware straffen te bedreigen tegen eenieder, die beschikkingen en afkondigin gen van den Paus zonder voorafgaande koninklijke goedkeuring zouden durven uitvoeren. Aldus werd ten jare 1842 voor gesteld in het ontwerp Wetboek van Strafrecht. Maar toen werd onzerzijds ook niet lan ger gezwegen. Niet alleen traden de Roomsche bladen en tijdschriften in het geweer, maar ook de negen katholieke ka merleden (6 uit Brabant, 3 uit Limburg) traden eensgezind op om het dreigend on heil te keeren. 't Was toen voor het eerst, dat de katholieke politici him eensgezind heid vonden, zóó ernstig werd het gevaar ingezien, zóó diep werd het gevoeld. Ook de kerkvoogden we hadden toen, behalve mgr. C. L. baron van Wijkerslooth die bisschop i. p. i. was zonder bisschop pelijke rechtsmacht (Nederland stond rechtstreeks onder den Paus), zes Aarts priesters boven den Moerdijk en drie Apostolische vicarissen daar beneden ook de kerkvoogden richtten zich geza menlijk tot den koning, van wien, wel gezind als Z. M .jegens de Katholieken was, een rechtvaardige oplossing werd ver wacht. Deze verwachting bleek niet ijdel: zon der dralen liet de koning aan mgr. Zwijsen, den Bosschen vicaris, met wien Z. M. per soonlijk bevriend was, weten: dat het pla cet n i e t in het wetboek van strafrecht zou worden opgenomen. Het geheele ontwerp van het tweede boek werd dan ook inge trokken. Hiermede was het onweer echter nog lang niet van de lucht. Integendeel: 4 jaar later, in 1846, bereikte den Ministerraad weer een ontwerp-Strafwetboek, dat aan vankelijk weer bet placet in zijn schrep- sten vorm bevatte. Aanvankelijk, want vóór het ontwerp publiek werd had de kranige minister van R. K. Eeredienst, J. B. van Son in een uit voerige nota den koning erop gewezen, dat het placet ongrondwetttig was, onnoodig, hatelijk en verderfelijk in zijn gevolgen. Hij bleef op dit aambeeld hameren en had het succes, dat Z. M. den minister van justitie gelastte dit kon nog in het tijd perk der „koninklijke kabinetten" het placet-artikel uit het ontwerp te lichten. Den minister van Hervormden Eere dienst en zijn niet-Roomschen collega's minister van Son was de eenige Katholiek in het kabinet was zulks niet naar den zin, maar.... 't artikel bleef eruit, want de koning, die zelf den ministerraad bij woonde, hield er een rede tegen het placet, den vrijheid van godsdienst noemde. Z. M. dat hij „absurd" en indruischend tegen besloot,,'t Is niets dan hatelijkheid, ik wil daar niets mee te doen hebben.. Adieu"» Was hiermede in den ministerraad het pleit gewonnen, in de Tweede Kamer werd het 21 Juli 1847 verloren. Na felle, zij het waardige, debatten, werd het wetboek, om dat er het placet niet instond, verworpen met 41 tegen 15 stemmen, zijnde deze van de 9 Katholieken en 6 andersdenkenden. Dit zag er leelijk uit! Zelfs de koning meende: „Er zal iets aan het placet moe ten gedaan worden", maar, zoo voegde Z. M. er tot van Son bij: „De R. K. geeste lijkheid zij echter gerust; ik wil desnoods een besluit uitvaardigen, waarbij ik van dit oogenblik af, bij voorbaat, al hare in de toekomst te doene afkondigingen van bullen en breven placeteer." Zoo zou het placet toch nog tegen ons gericht geworden zijn, zij 't in zachten vorm, indien niet de rumoerige tijdsom standigheden een krachtig woordje meege sproken hadden. Er kwam immers een vrij zinnige Grondwetsherziening vrijzinnig in de nog niet verwrongen beteekenis van heden genomen Thorbecke 't ontwerp maakte. En dit schafte in art. 162 het placet af. Elf April 1848 werd het ontwerp publiek entoen had men 't lieve leventje gaan de. Heel „Protestantsch Nederland" stond op zijn achterste beenen! Het regende pe tities, waartegenover de onzen zich niet on betuigd lieten in dien veelbewogen tijd werd de R. K. Staatspartij geboren, waar over later en in den Raad van State vond het verzet zijn weerklank. Men wilde er het gansche hoofdstuk „Over den Gods dienst" buiten de herziening laten, om dat „de spanning van een groot gedeelte der natie met opzicht tot dit punt tot een treurige hoogte geklommen is." Bovendien bleef de meerderheid vasthouden aan het denkbeeld, „dat de koning het zooge naamd recht van placet niet moest losla ten." De koning zelf dacht er evenwel anders over. Hij weerlegde in den Raad de argu menten vóór het placet, wond zich op en eindigde toornig: „Enfin, messieurs, vous vouler m' imposer un röle injuste et même ridicule et enfin, messieurs, enfinik verdhet". („Eindelijk, mijne heeren, wilt gij mij een onrechtvaardige en zelfs belachelijke rol opleggen, en eindelijk, mijne heeren, eindelijk...." de rest is Hol- landsch). 19 Juni ging het ontwerp naar de Twee de Kamer. Er stond o.a. in wat nu nog zoo is dat de openbare godsdienstoefe ning beperkt zou zijn „binnen gebouwen en besloten plaatsen" behalve daar „waar zij thans naar de wetten en reglementen is toegelaten", maar het placet-werend arti kel was behouden. .ijl* In de Kamer natuurlijk weer fel debat-, doch de Juli-revolutie te Parijs had ook hier indruk gemaakt en zoo geviel het, dat het Lagerhuis zich met 42 tegen 14 stem men bij de afschaffing van het placet neer legde, wat wel een heele ommekeer was sinds één jaar te voren. De Eerste Kamer volgde dit voorbeeld met 22 tegen 4 stem men en de daarna bijeenkomende dubbele Kamer aanvaardde de herziening met groote meerderheid. Vreugde natuurlijk in het katholieke kamp, vermengd met dankbaarheid^ jegWBS den koning, zonder wiens juist inzicht de strijd ontzaglijk zwaarder zou zijn geweest^ ja allicht verloren ware. De Roomsché kerk was nu bevrijd van „het stigma harer ver drukking" en niets stond het vrije verkeer met Rome nog in den weg. Om ons wèl in te denken in de hitte van den toen gevoerden strijd, behoeven wq slechts even te overwegen, hoe onmogelijk het vooralsnog schijnt om het „processie verbod", in 1848 gehandhaafd, in onze da gen afgeschaft te krijgen. We schrijven nu toch 60 jaren later, zoodat men veronder stellen mocht, dat al wat onze vrijheid be lemmert het placet al lang zou gevolgd zijn. Maar jawel! Het „Protestant-sche Ne derland" met zijn anti-Paapschen aanhang is daarvoor allerminst te vinden. Dit beschouwend, moeten we concludee ren: onze vaderen hebben onversaagd voor een beet vuur gestaan en aan koning Willem II zij onze hulde niet onthouden. AJO.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 8