Uit de Omgeving SPORT. - SOVET-RUSLAND EN DE GODSDIENST Volgens de berichten van den corres pondent van de „Times" uit Riga heeft de öovjet-Kegeering een nieuwe wet uitge vaardigd ter bestrijding van de gods dienstige invloeden in Sovjet-Rusland. Deze wet verbiedt iedere vergadering of vereeniging van vrouwen, kinderen en jon- gelingen met godsdienstige oogmerken. De bibliotheken en de leeszalen der kerkelijke en godsdienstige organisaties en vereenigingen moeten gesloten worden. De uitoefening van godsdienstige oefeningen is verboden behalve voor ziekenhuizen en gevangenissen en wordt ook daar slechts op uitdrukkelijk verlangen van stervenden toegelaten. De priesters en leden der reli gieuze orden en vereenigingen moeten op een lijst aangeteekend worden. Alle be zittingen eener kerk zijn als nationaal eigendom te beschouwenzij staan tot we- deropzeggens toe te hunner beschikking. Wordt een kerk gesloten, dan valt zij weer aan de regeering terug; do kunst voorwerpen worden in een Museum onder gebracht. Tenslotte verbiedt de wet iedere godsdienstige oefening op openbare plaat sen. Men zegt, dat deze maatregelen geno men zijn op aanstoken van de verecniging der „Goddeloozen", die voortdurend bij de regeering met klachten komt over de uit breiding der godsdienstige invloeden. De vereeniging „Bezbozhnik (Godloos) heeft bekend gemaakt, dat er op het ge bied der U.K.S.S. nog 205 godsdienstige secten bestaan, waarvan in Leningrad al leen niet minder dan 200, afgezien van de bibliotheken en scholen, wier doel is een anti-communistische propaganda. De vijandschap der Sovjet tegenover de Kerk is dus plotseling zeer verscherpt en veel brutaler geworden. En zou zij succes hebben? De grootste gruwelen hebben tot nu toe noch in Mexico noch in Rusland het katholieke geloof kunnen vernietigen. Want juist het Eussische volk is in zijn diepste binnenst oprecht geloovig. Er valt dus nauwelijks aan te twijfelen, dat een nieuwe vervolging dit volk niet zal „ver wereldlijken" integendeel, zij zal er slechts toe bijdragen, om het in zijn geloof en zijn tradities te versterken en te beves tigen Buitenl. Weekoverzicht. Konden wij verleden week ons Week overzicht beginnen met „bet" nieuws van die week, dat Nobile was gevonden, thans is het voornaamste bericht uit de Pool- zee, dat Nobile gered is en zich aan boord van de „C'itta di Milano" bevindt. Helaas heeft deze redding tengevolge gehad, dat een. andere vlieger, luitenant Lundborg, de plaats van Nobile op de ijsschots is gaan innemen. Naar de marconist van de Nobile-groep seint, vroolijkt deze nieuwe ling op het ijs de mannen, die daar reeds weken lang in de Poolzee ronddrijven, aar dig op. Hij is nog versch en het leven is er dank zij de levensmidd.-zendingen per vliegtuig tenminste dragelijk geworden. Nobile heeft thans een volledig verslag gegeven van de toedracht van de ramp met de „Italia". Onze lezers kennen de geschiedenis. Eerst stootte de machineka mer tegen den ijsberg, waardoor de meca- nicienn Pomella doodelijk gewond naar beneden viel. Zijn lijk werd later in het ijs begra ven. Toen viel de gondel, waarin Nobile en zijn acht makkers zich bevonden. No bile en C'ecione werden daarbij ernstig ge wond. Eeeds spoedig gelukte het aan prof. Malmgreen om een ijsbeer neer te leggen. Deze heeft met zijn vleesch de mannen dagen lang van voedsel voorzien. Zooals men weet heeft Malmgreen zich later met twee anderen van Nobile afge scheiden. Zij zijn nog steeds niet gevon den. Ook van de groep, welko met de „Italia" afdreef, is nog geen spoor gevon den. Nobile meent, dat zij niet ver van de plek, waar hij zelf neerstortte, moeten zijn gedaald. Ook van Amundsen en zijn metgezellen is niets meer vernomen. Het eenige wat men met eenige waarschijnlijk heid kan aannemen, is, dat hij in de buurt van of op het Beren-eiland moet DE LEIDSCHE COURANT zijn. Men heeft weinig hoop, al de vermis ten nog levend te zullen aantreffen. Het weer rondom Spitsbergen mist en sneeuw maakte dagen lang het zoe ken mot vliegtuigen onmogolijk. Volgons de laatste berichten trekt de mist weer wat op. In ieder geval zijn er thans zoo veel hulp-expedities rondom Spitsbergen geconcentreerd, dat de redding van de achtergebleven Nobile-groep slechts een kwestie van tijd mag heeten. Nieuwe Duitsche regeering. Wij beleven in de politiek wel een tijd van crisissen. In Griekenland heeft Veni- zelos een kabinetscrisis veroorzaakt, in Egypt® heeft de koning het kabinet naar huis gestuurd en in Polen heeft maar schalk Pilsoedski zijn kabinet eens een beetje doorgeschud. Wij zullen ze rustig laten modderen. Duitschland heeft eindelijk zijn nieuw kabinet gekregen. Daar de sociaal-demo craten zij de jongste verkiezingen de grootste overwinning hadden behaald, lag het voor de hand, dat aan den sociaal-de mocraat Müller Franken de vorming van een regeering werd opgedragen. Deze pro beerde aanvankelijk een kabinet te vor men op den grondslag van do groote coa^- litie (d.i. Sociaal-dcmoeraten, Democraten, Centrum en Duitsche Volkspartij), doch dat mislukte door de eischen van de Duit sche Volkspartij. Toen probeerde hij het op den basis van de z.g. coalitie van Wei- mar. Dat zijn dezelfden, doch zonder de Duitsche Volkspartij, doch ook dat mislukte. En ten slotte werd een kabinet ge- vorm van persoonlijkheden buiten ver band met de fracties. Toch bleek er wel eenig verband met de fracties te zijn, want het Centrum eischte voor zijn can- didaat dr. Wirth het vice-kanselierschap op. De. socialisten wilden echter geen vice- kanselier meer, en ook president Hinden burg wilde er niet aan. Uit wraak heeft het Centrum toen niet alleen de candida- tuur van dr. Wirth ingetrokken, maar ook het ministerie van Arbeid opgegeven, dat acht jaar lang door dr. Brauns is beheerd. Tegen wil en dank moesten nu wel de so ciaal-democraten dit voor hun agitatie zoo ondankbare ministerie aanvaarden, dat nu beheerd zal worden voor den afgevaar digde Wissell. Verder is men overeengekomen, dat het huidige ministerie zal blijven tot aan den herfst. Dan zal men wel weer verder zien. Franc-stabilisatie. Zondag j.l. heeft de officieele stabilisatie van den Franschen franc in het parlement baar beslag gekregen en daarmee is de kroon gezet op het groote hervormingswerk van Poincaré, dat een wonder genoemd wordt. Het moet een groote voldoening voor hem zijn dat de Kamer met de ontzaglijke meerderheid van 450 tegen 22 stemmen het voorstel heeft goedgekeurd waarbij de koers van den franc op 124.21 francs in het pond en op 25.52 in den dollar voor goed is vastgesteld. Hiermee is de lange lijdensgeschiede nis van den franc ten einde en eigenlijk een nieuwe munteenheid ingesteld op ongeveer een vijfde van de waarde van den ouden franc. In den oorlog was de franc kunstmatig op peil gehouden door een overeenkomst tusschen de geallieerden en binnenland- sche wetgevende maatregelen. Maar na den oorlog, toen er aan de internationale overeenkomsten een einde kwam, begon hij het hellend vlak af te gaan. Engeland was het eenige oorlogvoerende land dat ten koste van zware belastingen zijn pond betrekkelijk snel op het oude peil terug kon brengen. Frankrijk verkeerde echter in een bijzonder geval. De verwoeste streken moesten zoo spoedig mogelijk geholpen worden en het was onmogelijk een volk dat al zijn weerbare mannen gemobiliseerd had en waar, naar Poincaré in zijn groote rede in Februari in de Kamer uiteengezet had, alleen de vrouwen en de grootvaders nog thuis waren gebleven, dadelijk zwaar te belasten. Men verwachtte ook gouden bergen van de Duitsche herstelbetalingen DERDE BLAD CALLES „DE RECHT VAARDIGE" T Van. het persbureau van het Amerikaan- Bche dagblad „The New York World" dat in de stad Mexico gevestigd is ontvingen ,wij de volgende belangrijke mededeeling. Alvaro Basail, een bekend detective, op •wiens aanwijzing in de maand November vier Katholieken, waaronder ook Pater Mi chael Pro Juarez S.J., gefusilleerd werden is bij besluit van 19 Mei verbannen naaT de strafkolonie op de eilanden „Las Tres Marias" omdat hij den Katholieken geld afgeperst zou hebben. Gisteren (20 Mei) werd Basail gearres teerd toen bij juist bezig was om onder allerlei bedreigingen ook van pater Vin eent Diaz geld los te maken. Toen men getracht had een aanslag te plegen op het leven van Generaal Obregon kreeg Basail opdracht om deze zaak te onderzoeken. In zijn eindrapport conclu deerde hij, dat Pater Pro, diens broer, de ingenieur Luis Vichis en de landarbeider Francisco Tirado de schuldigen waren. Op aanwijzing van Basail werden deze rier personen gevangen genomen en ge- fusileerd. Een onpartijdig onderzoek, dat tegelijkertijd was ingesteld, had echter aan het licht gebracht, dat een man op een motorfiets op generaal Obregon had ge schoten en die zich ijlings uit de voeten had weten te maken over den landweg naar de hoogten van Chalputepec. Pater Pro was dien dag niet in de stad en zijn broer was op retraite. Op listige manier wist Basail te weten te komen, in welk huis door een priester het H. Doopsel werd toegediend of waar een huwelijk werd voltrokken. Dan liet hij het huis omsingelen en de aanwezigen ge vangen nemen, omdat ze hadden gehan deld in strijd met de wet waarbij het ver richten van godsdienstige handelingen met eenig ceremonieel verboden was. Dan eischte hij een losprijs en liet dan de ge- rangenen weer vrij. Wanneer het dan ge beurde dat er 20 of 30 menschen bij elkaar waren, dan verdiende hij meerdere duizen den Pesos. Van deze afgeperste gelden leidde hij een losbandig leven. Heden had zijn arrestatie plaats wijl door Pater Diaz bij den secretaris van het hoofdkwartier der politie, Benito Guerra Leal, 'n aanklacht was ingediend. Calles heeft willen laten zien, dat hij .rechtvaardig is. Maar hierdoor is de zaak er niet beter op geworden, dat men Basail wegens afpersing verbannen heeft, terwijl hij vrij uitging inzake de justieele moord op pater Pro en zijne drie gezellen. Want het is uit authentieke stukken overduide lijk en afdoende bewezen, dat Pater Pro en zijn gezellen, die werden terechtgesteld omdat zij een aanslag hadden gepleegd op generaal Obregon, absoluut onschuldig wa ren. Doch de groote wereldpers nam der gelijke berichten niet op, omdat ze zoo beweerde men een Katholieke propa gandistische strekking hadden. Nu bevat de New York World, die tot nu toe openlijk de partij voor Calles opnam het bericht, dat pater Pro en zijn gezellen het slachtoffer zijn geworden van een voor af beraamd moorddadig plan van 'n Mexi- caansche detective, die gezworen had hem uit den weg te ruimen. Dit geval toont weer een duidelijk aan, ;welke waarde wij moeten hechten aan de „overtuigende bewijzen" voor bet „mis dadig optreden" van „Katholieke opstan delingen". We mogen hierbij ook nog wel eens herinneren, dat een onpartijdig jour nalist kort na den moord op Pater Pro en zijn gezellen ronduit verklaarde, dat zij uit gezocht waren en schuldig verklaard aan een moordaanslag op Obregon, om de aan dacht af te leiden op de mislukking van het pogen van de handlangers van Calles, die Obregon uit den weg hadden moeten ruimen. In dit geval, evenals in zoo ontelbaar veel andere, moesten „Katholieke dweö- pers" de schuld krijgen. Maar daar bekommert zich een „Presi dent" niet om, die al lang van zijn post had moeten zijn weggejaagd. Wat geeft een dergelijk schrikbewind om den moord op onschuldige menschen? FEUILLETON. HET HUISJE IN T RAVIJN .Uit het Engelsch door antwoord al vrijwel vermoedde. U zoudt hier net zoolang moeten blij ven, als ik verkies, antwoordde Mapleton, om de eenvoudige reden, dat ik U zou verzoeken met uw gezelschap in de derde kamer daar te gaan en de deur achter U sluiten. Liever dood dan dat, zei Hector. Welke waarborg heb ik dat U hier terug zou komen? U zoudt ons immers met het grootste genoegen laten doodhongeren? Ik ben niet zoo'n dwaas om U een dergelijk absoluut hopeloos voorstel te doen, zei Mapleton met een zekeren ijver, die Hector niet ontging. Ik zal open kaart met U spelen. Ik heb zekere zaken te regelen met Lord Pur- beck. Uw leven en dat van het meisje zul len afhangen van den afloop daarvan. Ik zal zijn lordschap zoo spoedig mogelijk op zoeken. Als hij mij behoorlijk ontvangt, zal ik hier zoodra ik kan, terugkomen en U vrijlaten. Hector onderdrukte een glimlach; dacht die man werkelijk, dat hij op deze belofte uit zijn mond zou vertrouwen? En als Lord Purbeck nu eens niet toe geeft, zei hij rustig. Dan is het spel verloren. Ik zal daij moeten terugkeeren om de zaak hier in de lucht te laten vliegen. Misschien worden Uw versteende overblijfselen later dan nog wel opgegraven door den een of andere geoloog. Het was een strijd op leven en dood en Hector besloot alles op een kaart te zet ten. Eerst aarzelde hij nog even, bang dat Mapleton, zelfs zonder directe noodzaak, dadelijk zijn belofte zou breken en de zaak in de lucht zou laten vliegen. Maar het leek hem toch waarschijnlijker dat Mapleton eerst zijn schatten in veiligheid zou willen brengen. In ieder geval zouden zo daardoor tijd hebben gewonnen. In orde, zei hij. Ik neem het voorstel aan, maar zou U aanraden te gaan, voor ik van gedachten verander. Een oogenblik later ademde Hector vrijer. Wat de toekomst ook mocht bren gen, voor het oogenblik waren ze bevrijd van dien duivel. Zonder zich te bekomme ren om de lampen had Mapleton, met Her- tor's pistool voortdurend op hem gericht, zijn vrije hand gebruikt om de deur van zijn werkkamer te sluiten. Daarna was hij de eerste kamer doorgegaan en had ook deze afgesloten. Hector schoof de grendels op de deur. Daar! riep hij tot het bevende meisje, hij kan ons in de lucht laten vliegen, maar hij kan niet terugkomen, voor wij het hem toestaan! O, mijnheer Yeldham, hij zal nooit (terukoraen Daar ben ik nog niet zoo zeker van, was het grimmige antwoord. HOOFDSTUK XXVIII. Het critieke oogenblik. Lord Purbeclris consternatie toen hij vernam wien zijn bezdeker was geweest, verdween vrij spoedig weer en toen hij had gehoord dat geen van beide huurdefs van Martha dien nacht waren thuisgeko men, terwijl een vreemdeling om kamers had gevraagd, kreeg hij spoedig weer zijn oude energie terug. die met de rampspoedige ineenstorting van de mark snel wegslonken. Leeningen in het wilde weg waren de rechtstrecksche oorzaak van de daling van den franc, die onder Clemenceau, na het verstrijken der internationale overeenkom sten, was begonnen. In 1920 stond do franc reeds op 68 in bet pond en was al bijkans getiëteeerd. Millcrand werd eer- ste-minister en hij daalde tot 85 en in Januari 1924 bereikte hij onder Poincaré zelf den stand van 140, waarna hij zich herstelde op 83 dank zij de plotselinge uitvoering van de „doublé décime", een verhooging van alle belastingen met 20 pet. Hij zakte opnieuw toen hij zijn ambt neerlegde, wijkende voor het kartel van links, dat bij de verkiezing gezegevierd had. De linkerzijde heeft met een half dozijn ministers van financiën de Monzie, C'aillaux, Painlevé, Loucheur, Doumer, Péret in ruim een jaar tijds de verdere inzinking van den franc niet kunnen stui ten en in Mei 1926 werd het duidelijk, dat er drastische maatregelen noodig zou den zijn. Een niet-politieke commissie van financiecle deskundigen ontwierp de maatregelen, die zij voor herstel noodig achtten. Zij wilden geleidelijk overgaan tot een stabilisatie van 175 in het pond met behulp van leeningen en buitenlandsche credicten. De toestand was steeds verer gerd toen C'aillaux, die de aandaoht op zich gevestigd had met allerlei financieo- le hervormingsplannen, te hulp werd ge roepen en dictatoriale bevoegdheden en blanco volmacht eischte om die door te zetten. De Kamer weigerde echter zulke voorrechten aan hem te verlecnen en het. gevolg was, dat hij en de regeering- Briand verslagen werden. Herriot trachtte daarop een coalitie-regeering van natio nale eendracht te vormen, maar Poin caré wilde daarin niet als minister van financiën zitting nemen, indien hem niet tegelijk het eerste-ministerschap werd op gedragen. Herriot slaagde er slechts in uit de niet radicale partijen Loucheur en Col- vat in zijn nieuwe ministerie te krijgen. Do nieuwe regeering verscheen in een Kamer die in een paniek verkeerde toen mede gedeeld moest worden dat de schatkist vrijwel leeg was, terwijl de franc reeds op vijf cent ongeveer gedaald was. Het mi nisterie werd dadelijk omver geworpen en in den uitersten nood werd Poincaré ont boden, om het land voor een financiecle ramp te behoeden. Poincaré wist het vertrouwen te her stellen en dank zij zijn maatregelen is de franc reeds sinds December 1926 feitelijk gestabiliseerd. Een rekenkunstenaar heeft eens uitge rekend hoeveel het Franscho geld reeds in waarde gedaald is sinds de tijden van Ka rei den Grooten. Iemand, die toen een fortuin bezat v. 1000 „livres tournois" onge veer 3.650.000 francs van na den oorlog, zou het hebben zien slinken in den loop der eeuwen tot een poover 1000 francs met een rente van niet meer dan 50 francs per jaar. Hij zou van millioenair tot bede laar zijn gedaald. Gelukkig, dat niemand uit Karei den Grootens tijd dat overleefd heeft 1 VOORSCHOTEN. „Onze woning". Donderdagavond hield de woningbouwvereeniging „Onze woning" een ledenvergadering in „Het wa pen van Voorschoten", onder leiding van den heer J. Braggaar, voorzitter. Bij de opening deelde de voorzitter mede, dat er meerdere malen plannen bestaan te vergaderen, maar er steeds ge wacht is totdat het bestuur iets defini tiefs zou hebben of weten. Alhoewel do secretaris-penningmeester, de heer J. Taal uitvoerig do geschiedenis van de vereeni ging zal meedeelen, herinnert de voorzit ter in zijn openingswoord er aan wat ge daan is om goedkoope arbeiderswoningen te krijgen, dat van het gemeentebestuur geen mee-, maar tegenwoordig tegenwer king werd ondervonden. Dat het inge diende plan door een andere bouwvereeni- ging werd overgenomen. Er was niet al leen gebrek aan arbeidswoningen, maar Hij ging naar de telefoon. We moeten eens zien uit te vinden of het blik biscuits is weggehaald, zei hij, 'tor- wijl hij het postkantoor opbelde. Ja, vertelde hij, toen het gesprek was afgoloopen, een auto stopte voor den winkel en een chauffeur kwam om het blik te halen. Dus Mapleton moet toch zijn toruggekomen. Waar kan hij dan vannacht geweest zijn? Ik ben terug vader, omdat Budge me vertelde dat er een oud verhaal iB, van een ondergrondsche gang van de groeve naar Martha's huisje. Maar niemand schijnt, te weten waar die gang begint of eindigt.. Hij dacht dat U in het archief misschien een plattegrond had van de oude groeven. Ik heb zoo'n plattegrond nooit gezien, voor zoover ik weet en mocht er al een in het archief zijn, dan zou het uren duren voor we dien gevonden haddon. Maar on getwijfeld waren de oude groeven geweldig uitgestrekt. Wij hebben maar een gedeelte ervan in gebruik genomen en het is best mogelijk dat Budgo gelijk heeft en in dat geval heeft dien schurk misschiein een oude ingang gevonden. Madge sprong op. En misschien heeft Doggie vanmorgen ook wel dien ingang ontdekt! Toen ik vanochtend door Mar tha's moestuin liep, deed hij vreeselijk op gewonden over iets, dat hij gevonden had in de oude koestal. Ik dacht dat het mis schien een rat was maar Ik begrijp wat je bedoelt, we zullen dadelijk gaan kijken, viel haar vader haar in de rede. Nog geen half uur later stonden ze bij ZATERDAG 30 JUNI 1923 vooral aan goedkoope arbeiderswoningen. En zonder den drang van de vereeniging waren er nooit woningen gekomen, aldus do voorzitter. Hierna kreeg de heer J. Taal, secretaris* penningmeester gelegenheid de geschiede nis der woningbouwvereeniging te schet- sen* ij. Ongeveer een jaar of zes geleden! schreef het bestuur eene vergadering uit. Naar aanleiding van vele tegen spoeden dacht men. te liquideeren, al hoewel de voorzitter de meening naar voren gebracht, dat door intensief werken wel iets te bereiken zou zijn. De heer Taal kende Voorschoten nog niet, noch het gemeentebestuur. Spr. bad in andere plaatsen goede resultaten gezien en kon zich niet voorstellen, dat in V oorschoten zoo iets niet mogelijk zou zijn. Spr. heeft geleerd, dat zelfs bij intensief werken m Voorschoten niets is te bereiken. De wo ningbouwvereeniging heeft zich des tijds gewend tot den lieer Verschoor, hij kwam en met het bestuur word alle grond be zichtigd, die te koop was. Men kwam bij het terrein van het oude Tolhuis. Bij een persoonlijk onderhoud met de tramweg maatschappij werd de koopsom, bepaald op 700 hetgeen neerkomt op 1.50 per M2. Doordat een strook grond verkocht kon worden zou deze grond 2500 minder kosten. Deze koop is toen schriftelijk door de vereeniging bevestigd. Hierna ging spr. na wat er na dien datum is geschied met het gemeentebestuur. De woningraad had geadviseerd gelden aan te vragen bij een instelling, waarvoor de gemeente ga rant zou blijven. Wij zouden huizen bou wen, die volgens de begrooting 4 huur per week zouden doen. In een vergadering met B. en W. van Voorschoten noemde één der Wethouders het bouwen van ar beiderswoningen niet noodig. Er was geen gebrek. 3 Februari 1927 werd een plan in gediend, hierop moest prae-advies komen. Eindelijk kwam dit prae-advies. Dn argu menten waren volgens spr. zeer gezocht, en werden door spr. bestreden. Doch later, n.l. op 3 Februari 1928 komen B. en W. vertellen, dat bouwen van arbeidswonin gen wel noodzakelijk is. Thans waren er wel liefhebbers en de Voorschotenscbe bouwvereeniging kon dit beter doen. Spr. is de overtuiging toegedaan, dat de Bur gemeester niet degeno is geweest, die de plannen in den weg heeft gestaan, maar wel één der wethouders. Wij hebben wel de voldoening, zegt spr., dat er woningen komen, maar vinden de tegenwerking af keurenswaardig. Aan het einde der be spreking werd besloten de vereeniging te doen voortbestaan, daar men ten allen tijde plannen kan blijven indienen. Dit !s door den woningraad eveneens geadvi seerd. Bij de rondvraag word meegedeeld hoe de indeeling van de huizen, die thans gebouwd worden door de Voorschotensche Bouwvereeniging zal zijn, en waarvan do huurprijs ongeveer zal zijn 4.40 per weolc. Met ene woord van dank sloot de voor- Izitter de vergadering. i VOETBAL!. ";r DIOO. HAARL. BOND. De propaganda-wedstrijden te Rijpwetering en Langeraar. Bovengenoemde wedstrijden, welk© a.s. Zondag 1 Juli zullen gespeeld worden te Rijpwetering en Langeraar beloven veel belangstelling te trekken. Men bericht ons thans uit Rijpwetering, dat, behoudens goedkeuring van den Bur gemeester dezer gemeente, het muziek korps uit Rijpwetering, op het terrein van D. V. 0„ de wedstrijden met muziek zal opluisteren. De propaganda voor do R. K. Sport, in de Venen, door het Leidscho District flink ter hand genomen, wordt met kracht voort gezet. Wij betwijfelen het dan ook niet of de propagandadag van morgen zal een groot succes worden l de open deur van Martha's huisje. Ze had den afgesproken om voor Martha hun wer kelijk doel geheim te houden; ze had al opwindig genoeg gehad den laatsten tijd. Toen Martha op hun roopen verscheen, vroeg Lord Purbeck alleen maar of ze door haar moestuin aar de rots mochten loopen. Natuurlijk werd de gevraagde toestemming onmiddellijk verleend en ze stonden juist op het punt om weg te gaan, toen Lord Purbeck vroeg: Geen nieuws van je huurders zeker, Martha? Jawel mylord, van ©en van hen, was het onverwachte antwoord. Mijnheer Ma pleton kwam een oogenblik geleden bin nen. Hij zei dat hij was komen wandeleD van het station. Hij had gisterenavond den trein gemist. En hij is nu thuis? Neen mylord, hij is bijna direct weer weggegaan. Hij zag er andera vermoeid en bedrukt uit. Ik geloof dat hij ook door den moestuin is gegaan, maar ik kan me ook wel vergissen want ik was boven drulr bezig. 6 Vader en dochter liepen om het huispf heen, gevolgd door Doggie die eerst kalm achter hem aanliep, maar zoodra ze aan het voorste gedeelte van den moestuin ge komen waren, rende hij weer als een bo- zetene den koestal in. Maar dezen kcor klonk er een boos, kort geblaf, als tegor een onzichtbaren vijand. Kom mee, zei de Graaf, daar is on raad. (Wordt vervolgd). Headon HilL 40) Mijnheer Yeldham, neem me mee naar moeder, snikte ze. Daarvoor ben ik hier gekomen, knikte Hector opgewekt, terwijl hij Mapleton geen oogeblik uit het oog verloor. Rech terhand omhoog! commandeerde hij. Met genoegen, klonk het spottend te rug. Langs den muur schuivend, nam Hec tor met zijn linkerhand een van de lampen van de haak. Nu, zei hij, ga voor me uit de tun nel door. Ik zal U deze kans geven: als u eenmaal buiten bent, zult u een voorsprong hebben van net zooveel tijd, als ik noodig heb om de politie op te bellen. Het antwoord was een hoongelach. Neen mijnheer Yeldham, klonk het en hot was de doodsklok van Hector's hoop om den toestand te kunnen beheerschen door bravour. Het is aan mij, verdere instructies te geven, niet aan U. Denkt U dat ik alles hier zal achterlaten? Liever offer ik mij en uw leven op. Een van beide: U laat me alleen vertrekken, of U schiet me neer mot de U bekende gevolgen. Wat voor verschil maakt dat voor U? U denkt toch zeker niet, dat we hier rus tig zullen blijven? vroeg Hector, die het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 9