STROO HOE! P.WANNEt Sint ile Kal Pers VOOR ONZE KINDEREN. Allerlei. I Iedereen profiteere van deze gelegenheid. BA' do igei ■ger engd CORRESPONDENTIE. Xante Lous, Leiden. Hartelijk jnk voor deze mooie bijdrage. Ik had de )f2ge week geen plaats, anders had ik Ituurlijk dit mooi en diepgevoelde vers plaatst. „Bietebomneus" wacht ook, iar moet nog even rusten blijven tot na uitslag van den wedstrijd. Mij aanbe- lend en bij voorbaat dankendMet hand groet Tante Cor, Leiden. Het doet plezier te hooren, dat u bezig bent n een nieuw verhaal, dat weer met vele ervolgen" kan worden tegemoet gezien. iar, wat is dat ellendig papier, tiet ieit door en er is bijna niet op te schrij- D. Hebt u geen ander? Ik reken op u! ig Tante„Het Moedertje" zou ik niet iag van de deur wijzen. Kijk na den dstrijd eens! Theodora. De oogst was niet zoo ag dezen keer! Ik kom van de week is aan. De versjes worden natuurlijk ilaatst. Kijk vandaag eens! Tot ziens! wedstrijd is weer een succes. 5 C a d i e r, Leiden. Wat is dat leuk rzonnen Cadier „Toen de stok niet slaan 1de". Binnen veertien dagen hoop ik dit kje in zijn geheel te plaatsen. En dan ik erg benieuwd het nieuws te hooren! het maar wat goeds isJe weet, ik - met veel interesse het lot van al mijn J dewerkers en medewerksters en vooral j ar het 't geluk behelst van mijn Neef dier! Met de stevige vijf! ONZE RAADSELWEDSTRIJD. Ju zal ik jullie eens gauw gaan vertel- hoe het met onzen wedstrijd staat. Dit ik nu al, om daardoor den volgenden wat ruimte te winnen, ofschoon ik jr alles in één nummer geplaatst zag. n? Iet getal is definitief vastgesteld. De ni ten zijn afgesloten en de Jury ter hand iteld. Voor de volgende week is alles end. Dan laat ik ook de namen plaat van hen en haar, die meedongen. In geheel zijn er 303 geweest. Hiervan zijn 14 uitgevallen. Het waren er, die versjes tuurden, die letterlijk overgeschreven ren of die een vies vel papier instuur- i met potlood volgekrabbeld, niet ooge- alsof het met den bezemsteel geschre- was. Zoo'n vies werk gaat de papier- fd in en daar kan bij mij heel wat in. at verzeker ik u. Ik begrijp niet, hoe mogelijk is, dat men zich zoo „ongo ed" aandient. Het getuigt noch van op- iding noch van fatsoen. Ik zou me amen aan een uwer zoo'n potloodkrab- te sturen. Leert dat nu eens voor nu en p ijd, „schrijf altijd netjes en neemt een oi vel papier en dito enveloppe; men ibl iördeelt den persoon, naar 't uiterlijk den brief, zoowel als naar den inhoud", eh Jeeloten mogen voor groep A: 119 me- mjjlingers. Soor groep B: 124 mededingers, hor groep C: 51 mededingers. 1 róor groep C onze bijdragen heb heel aardige dingetjes gekregen. Natuur- zijn er ook bij, die nu niet zoo precies de puntjes waren, maar dat geeft niets, j zijn allen geen geboren schrijvers. OJ ïtwaar? Ik neem den goeien wil voor daad enwaar ik kan, zal ik hier daar wel in een versje een woordje ïicl ht zetten, tot het heel goed te genieten rdt. 'Pofxeen enkelen brief heb ik dezen keer ;vangen, die niet voldoende gefrankeerd Dat is een verblijdend en verheugend 1. Men moet nu eenmaal den brief vol- S1[|ende frankeeren. Waarom zouden we niet doen! Het is toch stelen, als men t opzet te weinig frankeert en dan >et ik zoo'n brief weigeren of strafport alen. En nu doe ik beide niet graag, 'kt!snaPPen jullie wel. Een pluimpje verdiend Flink zoo 'an liggen er 62 brieven voor me te be woorden. Ze lachen me toe en kijken zoo glunder aan, dat ik niet kan nala- ze af en toe eens over te lezen. Ik zal deze brieven bij beurten beantwoorden begin na de volgende week aan dit zierig werkje. Tot de volgende week danDan is alles ar en liggen de prijzen op 't Rapen- 'B 10 op de gelukkigen te wachten. Met hand en groet, voor u allen, lij buigen en knikken Jullie liefhebbende Oom WIM. ku k;\V he foe moeilijk 't is om zich te beteren. Innie was een levenslustig ding, met inde krullen en diepe, donkerblauwe kij- s, die o zoo ondeugend rondblikten. Ze s ongeveer, veertien jaar en zat in de tinei it$te klas. Dat schoolleventje was heel t voor vroolijke Annie. Dat stilzitten dan vooral „niet praten". Want, dat odje van Annie, geen oogenblik stond 't Ze had er al heel wat straf en slechte iten mee gekregen, waarover Vader tuurlijk heelemaal niet te spreken was. lar 't hielp niet veel. 't Was niet omdat niet wilde zwijgen, maar omdat ze er t aan dacht, 't Was zoo moeilijk voor o'n spring-in-'t-veld om drie uur achter rwfl aar haar mond te houden. m Dikwijls had ze vader beloofd om stil :anl zijn, maar 't lukte haar niet. iMaar als ik ook praat", zei ze dikwijls, i zj in kijkt de Zuster ook alleen, als ik stil bifiM ziet ze 't niet." 'nien Annie wilde toch heusch 't praten aflee- 'tefl; lederen morgen vroeg ze aan Onze t zij ve Vrouw, of Zij haar helpen wou en had- ivonds moest ze dan dikwijls weer be- ■Men, dat ze er in 't geheel niet* aan lacht had. Vooral onder sommige lessen 'do 't haar niet. 't Waren van die les- tersj er vanzelf aanleiding toe gaven en "02 ^Was 'b °°k zo° moeilijk voor Annie, j ue Zuster bromde dan op haar en J ze niet wikle, dat 't heusch geen ver- 'lnS kon zijn, als je zoo den heelen dag I atte en dat ze 't zelf maar weten als ze weer slechte punten wilde "b. Annie was daar dan verdrietig om en 's avonds in bed, kon ze dikwijls haar tra nen niet meer inhouden. Ze deed toch heusch aar best, maar 't zou en moest beter worden. En dan begon ze weer op nieuw en na heel veel moeite lukte 't haar wel eens en langzamerhand lukte 't meer, totdat ze zich ten laatste goed kon be dwingen. Want eens had ze tot zichzelf ge zegd: „lederen keer als je praat, bidt je vanavond, voor je in bed stapt, drie wees gegroetjes". En in 't begin moest ze wel een heele rozenkrans bidden, maar 't ging beter en na heel veel moeite had ze 't zoover gekregen, dat ze 's avonds niet meer dan één tientje behoefde te bidden, maar dan deed ze er nog een extra tientje bij om haar lieve Moeder te bedanken, dat deze haar zoo goed hielp. Litta. Studeeren. Studeeren't Is mijn ideaal, Waarvoor ik leef, waarvoor ik werk 't Zij lezen, rekenen, schrijven, taal, De lust, die maakt mij sterk Studeerenmet opgeAvekten zin Nooit zeggen dit of dat wat naar. Maar neem uw werken en dan begin Dan zijt ge er ook bijtijds mee klaar. Wat baat u rijkdom, eer of faam? 'n Ongeluk, 'n lasterend woord. Weg is uw geld, Uw roem, uav. naam En toch moet ge maar voort. Maar kenniswijsheid in den kop Ge hebt lak aan geld en goed KennisWijsheid, 't raakt nimmer op Steeds houdt ge uw recht, steeds hebt ge moed. Gebruik dus goed uw studietijd, Weet wel, hij is om voordat ge 't denkt. En veel te laat zucht ge dan met spijt: „Ach had ik maar", dat slecht u zelve krenkt. Litta. Anneke's droom! Zij ligt zoo stil en luistert Naar de tonen, liefelijk zacht, Die trillen door het duister In den stillen zomernacht. Ik hoor zacht en liefelijk zingen, Zoo teer door boom en woud Van mooie wonderlijke dingen Van verlangen, groot en stout. Er zal eens een ridder komen, Een prins, zoo rijk en schoqn En zie al die hooge boomen Zijn de dienaars van zijn troon. De struiken zijn de paarden Getooid in goud en zilvergloed De dauwdroppels zijn de teekens Van 's prinsen heldenmoed. De bloempjes zijn prinsesjes Zoo mooi, zoo lief en teer, Zij buigen en zij knikken Gracieus en op en neer. De wind dat zijn de tonen Van de muziek, zoo rijk en schoon, De maan en sterren glansen Op des prinsen rijken wöon. En ik in stil verlangen Voor wat er komen gaat, Ik hoor AVond're zoete zangen In muzikale maat. Eii zie ginder in de verte O wat een schopp gezicht Daar treedt een rijke ridder Zijn oog op mij gericht. Hij buigt dan voor mij neder Strekt de handen naar mij uit Ik daal van de hooge treden: En Avord aen prins zijn bruid. De bloemetjes zij komen In bonte rijendans Daar in het rijk der droomen In zilver maneglans. De hooge deftige boomen Dansen mee in het rond Weg zijn mijn mooie droomen 't Is weer vroege morgenstond. Ik ben nu geen prinsesje Geen Ridder's bruidje meer! Maar neem vlug blik en stoffer En 'doet de kamer van Menheer. Theodora. De eerste H. Communie door Tante Lous. De vroege lentezon klom uit het Oosten En zond haar lach de drukke straten over; De nevel sloop voor 't gouden licht- getoover Langs de huizen weg; daar als een koningsbruid Verhief zich in gewaad van teere stralen D' ontwakende aard; een koor van nachtegalen Begroette haar en 't groen getakt geboomt Van zilverglans en zoet gekweel doorstroomf, Scheen met den geur, die oprees uit de bloemen Om strijd de pracht der jeugdige aard te roemen. Heerlijk rust dien morgen, die lente zonnelach Op 't slapend kind in witte legerstede, Waarbij ik in mijn geest een jonge Moeder zag. Haar voorhoofd sprak van reinen ziele- vrede; Van moederweelde sprak haar oog, Dat dankbaar stralend naar haar kindje boog. Een vreugdeblos zag 'k op haar wangen komen Een zoeten glimlach spelen om haar mond Zij droomde van haar kind en d' afgebeden stond Dat zij voor 't eerst aan Jesus disch zou komen. Een Engel stond daar aan haar spond Met leliekroon en hagelblanke schachte Met gouden band om 't blonde haar d' Engel sprak: „De dag is daar, de lang verwachte!" En nood het kindje op te gaan, tot .Gods altaar. Het kaarslicht verspreidde door den tempel Een wolk van licht, terwijl een kinderstoet In 't vroege morgenuur der Godgewijden drempel Betreden kwam, met feestelijken spoed. Toen dacht men aan al die lievelingen, Die voor 't eerst aan Jesus tafel gingen. De reine witte bloemen stonden voor 't beeld Van Jesus Hart, die neerzag als gestreeld Op iedere blanke kinderziel, Waar de warme gouden lentezon op viel. O Heilige stond! de Engelenscharen Bedekten 't oog, in diepe aanbidding stom Sidderend om 't wonder aan te staren, Dat plaats greep in 't ZAvijgend heiligdom. Bekleed met Christus' Alvermogen Stond een priester cn-er Brood en Wijn gebogen En sprak 't Woord: dat in Jezus Vleesch en Bloed De stoffelijke offerand' veranderen doet. Eén woord.... zooals de morgenzonne straalt In menschenhand Gods eeniggeboren Zone Hét eeuAvig Woord, van d' ongenaakb're trone Was God op aard, verborgen neergedaald! O blanke bloem, van Hemelmanna- bloeiend In Zonneglans, op tgoudblad der pateen! O purper Bloed in heiligen beker vloeiend O Liefde, door al die kleintjes aangebêen, Toen kindjelief, waart gij van zielsverlangen gloeiend.... Maar toentoen het diep en teer geheimenis Toen bruidjelief, genoot gij voor 't eerst van Jezus liefdedisch. HISTORISCHE BIZONDERHEDEN EN ANECDOTEN. Vóór honderd jaren. V. haalt in de „Ned." eenige feiten op, waardoor het jaar 1828 zich kenmerkte. Een der grootste gebeurtenissen van 1828 was de afschaffing va nde Test-Act in Engeland, die vroeger was inge\-oerd in de dagen van Karei II, die steeds door zijn onderdanen van sterke Roomsche smpaythieën is „verdacht". Feitelijk sloot zij allen, die niet tot de Anglikaansche Kerk behoorden, van alle openbare amb ten, burgerlijke en militaire, uit. Ook de Puriteinen werden daardoor getroffen, maar vooral de Katholieken. De afschaf fing beteekende dus in de eerste plaats, emancipatie der Katholieken. De tAveedc belangrijke gebeurtenis was de oorlog tussehen Rusland etn Turkije. Feitelijk was dat nog een nasleep van den zeeslag bij Navarino van het vorig jaar. De Russen bezetten Moldavië en Walla- chye, het tegenwoordige Roemenië, en vervoerden Varna. Diebitsch, hun aan voerder, toonde zich een groot veldheer en niet minder succes had een ander Rus sisch aanA'oerder Paskeaitz, die in Klein- Azië opereerde. De Grieken zetten ook hun a'rijheidsoorlog voort en werden daar bij geholpen door Fransche troepen on der generaal Maison, die de Turksche troepen uit Morea verdreven. Ook in Portugal hadden er belangrijke gebeurtenissen plaats. De koning, Jolian VI, was in 1826 gestorven. Zijn oudste zoon, Don Pedro moest hem opvolgen maar deze was keizer geworden van Bra zilië. Hij kon dus niet tegelijk koning zijn van Portugal, want Brazilië had zich van Portugal losgemaakt. Hij stond dus den Portugeesche troon af aan zijne dochter Maria da Gloria, en daar zij nog minder jarig was, zou haar oom, Dom Miguel, de broeder van Don Pedro, regent zijn. Die regent evenwel verdrong de minderjarige koningin, liet zichzelf tot koning uitroe pen, terwijl hij de grondwet terzijde schoof. Een burgeroorlog brak toen latei- uit en na een 2-jarigen strijd, die van 1832 tot 1834 duurde, werd Dom Miguel ge dwongen, het land te verlaten. Don Pedro, die inmiddels de kroon van Brazilië aan zijn zoon had moeten afstaan, landde mftt geivorven huurtroepen in Portugal. Enge land en Frankrijk steunden hem daarbij en ten slotte werd Maria da Gloria weer in haar rechten hersteld. Don Pedro zelf stierf kort daarna. Een reis in de 18e eeuw. In het jaar 1739 za bh den Haagschen uitgever en boekhandelaar Van Cleef aan het Spui een in het Fransch geschreven werkje het licht va neen arroniemen auteur oa'er een reis, door hem te dien tijde in ons land gemaakt, en waarbij o.a. Den Haag het doel van zijn tocht was. Het eerst kwam hij, naar v. Z. in het „Vad." aan het reisverhaal ontleent, te 's-Hertogenbosch, en daar het winter was. was de stad oa'erstroomd en moest hij deze met een bootje bereiken. Het was voor hem een vreemd gezicht. Omdat het Zondag was hadh ijreeds moeilijkheden gehad bij de sluitboomen, waar men hem niet had willen doorlaten. Van den Bosch uit gin ghij, per schuit naar Den Haag. Levendig beschrijft hij dan hoe het toegaat in zoo'n schuit; hij vindt dat de geriefelijkste wijze van rei zen. Alle verschil in stand en rang is daarin opgeheven. Wanneer een min of meer deftige dame het zou wagen een beetje tegen een naast haar zittende boerin aan te dringen, zou ze al gauw te hooren krijgen „je betaalt niet meer dan een ander en ik ben ook op mijn gemak gesteld. In de geheele Republiek 'is er niets zoo republikeinsch als zoo'n schuit. Aan boord maakte hij kennis met zekeren Philander, een alleszins beschaafd Ne derlander, die vloeiend Fransch sprak en die hem later tot gids strekte en hem ook in zijn huis in Den Haag gastvrijheid aanbood. Want Philander zelf had in Gor- kum nog eenig zaken te doen en kon niet direct met hem mede reizen naar Den Haag. Onze schrijver vertrouwde Philan der, en niet ten onrechte, volkomen en deelde hem mede, dat hij in Den Haag eenige zake nhad op te knappen, waarop Philander hem zeide, dat dat wel niet zoo heel gauw gaan zou, waarop de schrij- a'er repliceerde, dat hem di tvenvonderde „in deze wijze Republiek, waar Themis „in de zetel heeft". Den Haag vond de reiziger het mooiste en prettigste „dorp" van de wereld. De mooie pleinen, onregelmatig gebouwd, de goed onderhouden geplaveide en zindelij ke straten maken als nog heden ten dage grooten indruk op den vreemdclinc. En vooral ook de modern gebouwd huizen. Ook de grachten met haar rijen boomen laten niet na indruk te maken. Hij geeft een uitvoerige beschrijving van het Hof, gelegen tussehen twee pelinen, het Buiten hof en het Plein. Vooral het huis van den Graaf van Nasau (het tegenwoordige Mau- ritshuis) en dat van de heeren van Am sterdam (ministerie van Buitenlandsche Zaken) vindt hij prachtig. Verbaasd is hij ove rhetgeen de Hollan ders en Hagenaars doen op philantropisch gebied. Mn heeft er, schrijft hij, de mooi ste instelingen van weldadigheid, weeshui zen en gestichten voor ouden van dagen. Er was echter ook veel misbruik van den dran kgemaakt, met messen-gevechten als gevolg. Wat den reiziger ook bizonder opAnel Avas, dat eDn Haag verscheiden bibliothe ken had, hetgeen voor hem'het beAvijs was dat het een cultuur-centrum was. Maar het meest maakte indruk op hem de Haagsche Kermis, die in de eerste week van Me ibegon, 8 dagen durude, en waar omtrent hij allerlei bizonderheden geefts o.a. deze, dat de gauwdieven er door den scbout, die anders zoo streng tegen hen optrad, werdeln toegelaten en ontzien. In de morgenuren werd de kermis be zocht door de deftige leiden, die in de kra men aan het Voorhout allerlei aardige snuisterijen gingen koopen. En terwijl aan de cene zijde van de kermis deze deftige Ilaagsche menigte zich bewoog, zag men aan den anderen kant een troep comedi- anten, die zich op allergekste wijze had den töegetakold. Van Don Haag begaf de ongenoemde reiziger zich naar Amsterdam.» De directie van het TRIANON THEATER - LEIDEN heeft de eer het geachte publiek te berichten, dat zij in navolging van het TUSCHINSKI THEATER, AMSTERDAM, ge durende de Zomermaanden 1928, en wel geldig vanaf I JUNI TOT 16 AUGUSTUS beschikbaar stelt: Een beperkt aantal Couponboekjes tegen sterk verminderde Entree-prijzen. Deze zullen zijn gedurende bovengemeld tijdvak. PER COUPONBOEKJE VAN 3 STUKS: 3de Rang 2de Rang Iste Rang Zaalloge Balcon Baicon Loge (Couponboekje van idem idem idfm id 4 f 0.80 f 1.20 f 1.60 f 2.50 f 2.00 f 2.50 Wij willen geheel Leid/n in de gelegenheid'stellen voor weinig geld van het besfe op Amusfmentsgebied te profiteered De verkoop der Couponboekjes begint a.s. Maan dag 21 Mei en eindigt onherroepelijk 4 Juni. De Cassa is geopend dagelijks van II3 uur, De Couponkaarten zijn alle dagen geldig, dus ook'ZATERDAG en ZONDAG J. DIKS, Directeur Trianon Theater. DE BE LEIDEN: 10709 J. G VIN DEENE, P. VAf/TOL. A. MULDER. A. KUIPER Zn., Breestraat 12 Hooigracht 54 Kort Galgewater I Aalmarkt 14 ER IS GESTICHT EEN BISSCHOP HAMER STUDIEFONDS voor jongelingen met vejfeïscjto hoedanigheden, dio Priester- Missionaris verlangen te worfflnn in de Congregatie van het Onbovlekt Hart van Maria /Schout), wier zeer uitgestrekte Missiën steeds meer Averkliediri vragen. - Voor verdere inlichtingen^ kan menj zictt wenden mrlt motto Studiefonds, tot: Het Missiehuis Sparrendaftl, Vucht, of Het Mi^idehuis Bi Hamer, Nijmegen, Verlengde Groonestraat WIJ BEHANGEN Loon 25 ct. A>er ról. Behangsel papieren vanaf 6l/7ct. De e-r«te Leids<\e Papierhandel, Hooigr. 37, C'onrurrVnl tegen Idles op. Over tuigd U. Zie Etabge. Behanger korting. Conditiën eontaut, 2ölbb A TE KOOP 10fi89b 1"> Duizend holle rootle dakpan nen. 280 M. grove puin, te bevra- g. n bij H. BINNENDIJK, Zuid- singel No. 2, Lei len. Zomer Ondergoedera in groote sorteeriiu BOTERMARKT 17 TEL. 186 N aastt. Francigcus-liefdow erk PRIMA VL OERV ERVEN (sneldrogenH) Grondverf 70 ct. per Klio. Glansver/ 80 ct. per Kilo, Prima Standgroen en Carbolineum, Parafine, Vuurlak. Drogisterij de JONGH. Verfhandel Nieuwe Rijn 10693b a-a j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 11