Onze Telefoonnummers Balans-Opruiming DE OTBE8CEÜDE 19e Jaargang DE LEIDSCHE COURANT, Dinsdag 3 Januari 1928. Tweede Blad No. 5761 y«r BINNENLAND. ifijw WIJZIGING DER ARBEIDSWET 1010. Een wetsontwerp ingediend De memorie van toelichting. Bij de Tweede Kamer is een ontwerp van •wel ingediend tot wijziging der Arbeidswet 1919. Aan de Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: Artikel 10 der Arbeidswet 1919 bepaalt, dat bij algemeenen maatregel van bestuur F wordt voorgeschreven, dat, bepaalde soor- I ten van arbeid of arbeid onder bepaalde om standigheden door jeugdige personen of door vrouwen op grond van gevaar voor de ge zondheid, de zedelijkheid of hel leven niet mogen worden verricht of slechts mogen worden verricht onder de bij dien algemee nen maatregel gestelde voorwaarden. De algemeene maalregel van bestuur, ter uitvoering van dit artikel tot stand gekomen, is het Arbeidsbesluit 1920. Ingevolge art. 59 eerste lid, onder G. van dat besluit mag een jeugdig persoon of een vrouw geen arbeid in een winkel of in een apotheek verrichten, indien niet is nageleefd wat door het dis trictshoofd is geëischt ten aanzien van de verwarming van den winkel of de apotheek. Bij zijn arrest nu van 25 Januari 1926 be sliste de Hooge Raad, dat bij een eisch, welke krachtens bedoeld artikel van het Ar beidsbesluit gesteld was, geen sprake is van een bij algemeenen maalregel gestelde voor waarde betreffende de wijze van verwar ming, maar van een regeling dienaangaan de, afkomstig van een ambtenaar, wien de algemeene maatregel dit heeft overgelaten, en dat, waar artikel 10 der Arbeidswet we! toor het stellen van voorwaarden betref fende de door genoemde punlen naar een algemeenen maatregel van bestuur verwijst, maar niet aan de districtshoofden bevoegd heid geeft ten deze eischen te stellen, een eisch als bedoeld in genoemd artikel 69 eer ste lid, onder C. van het Arbeidsbesluit niet steunt op artikel 10 der wet, terwijl even min eenig ander wetsartikel daarvoor den grondslag vormt. De Hooge Raad overwoog daarbij voorts, dat de wetgever hier kennelijk een algemeen geldenden regel heeft gewild -en niet een regeling, afhankeljjk^an de inzichten der verschillende districtshoofden, i Hoewel de Arbeidswet 1919 zwijgt over de J bevoegdheden van den Minister en de dis- Itrictshoofden tot het stellen van voorwaar- j den, eischen e.d. zooals verschillende uit die wet voortgevloeide algemeene maatregelen van bestuur die kennen, is in de praclijk de behoefte van zoodanige bevoegdheden van !het begin onzer arbeidswetgeving gebleken. Bedoeld arrest van den Hoogen Raad heeft •alleen betrekking op het zeer bijzondere ge val in het Arbeidsbesluit, dat aan het dis trictshoofd de bevoegdheid is gegeven in den I vorm van een eisch voorwaarden te stellen, I zonder dat dit besluit een materieel voor schrift bevat, ter uilwerking waarvan de eisch slrekt. Toch kan, naar de meening van den Mi nister, na dit arrest, ter voorkoming van rechtsonzekerheid, een volledige regeling der delegatie, voor zoover betreft de bevoegdheid van den Minister en de ambtenaren der ar beidsinspectie om krachtens een algemee nen maalregel gebods- en verbodsbepalin gen te slell,en, niet achterwege blijven. Met het oog daarop is het betreffende wetsont werp in hoofdzaak samengesteld. Het brengt verschillende wijzigingen in de Arbeidswet, welke beoogen buiten twijfel te stellen die bevoegdheid om krachlens een 'algemeenen maatregel van bestuur bepaalde ■beslissingen te nemen. De met de uitvoering der Arbeidswet be laste organen moeten recht behouden, om dat een materie, als in de Arbeidswet gere geld, een toepassing moet kunnen vinden, welke met de behoeften in een concreet ge val rekening houdt. En daartoe kan met het vaststellen van algemeene regelen niet wor den volstaan. Een regeling bij algemeenen maatregel van bestuur immers zal in het eene geval te ver gaan en onnoodig bezwa rend'zijn, in het andere geval niet ver ge noeg gaan of niet werken daar waar het het meest noodig 13. Ln de artikelen van het wetsontwerp welke op bovenbedoelde delegatie betrekking hebben, is telkens de aard der beslissingen, die krachtens een algemeenen maatregel van bestuur-genomen kunnen worden (voor-' waarden, eischen enz.) aangegeven. Daarbij is aansluiting gezocht aan den bestaandeii toestand, daar het geenszins in de bedoeling ligt, nieuwe bevoegdheden voor al met de uitvoering der wet belaste organen te schep pen, noch zoodanige bevoegdheden to ver- lcenen aan andere organen dan die, welke zc thans bezitten, te welen de minister, de districtshoofden en in sommige gevallen een geneeskundig ambtenaar der arbeidsinspec tie of een door den minister of het districts hoofd aangewezen geneeskundige. De beslis singen. die zij mogen nemen, zijn als regel beperkt tot de toepassing van den algemee nen maatregel van bestuur in een bepaaid geval. Het arrest van den Hoogen Raad heeft geen betrekking op dispensatie van bepaliijpen van algemeene maatregelen van bestuur. Toch acht de minister ook een na dere regeling hiervan noodig. De bevoegd heid om bij wijze van overwerkvergunning of machtiging tot overwerk afwijking toe te staan van de voorschriften der algemeene maatregelen van bestuur, die de arbeid9- en rusttijden van arbeiders in winkels, apo theken, koffiehuizen en hotels en verplc- gingsinrichtingen zullen regelen kan niet worden gemist. Mede in verband met het arrest van den Hoogen Raad is het onzeker of de veelvul dig in de wet voorkomende term „behou dens in de gevallen bij (dien) algemeenen maatregel van bestuur bepaald .(of ge noemd)" toelaat afwijkingen van de voor schriften der wet of van een algemeenen maalregel van bestuur afhankelijk te maken van voorwaarden, goedkeuringen of aanwij zingen door den minister of het districts hoofd krachtens den algemeenen maatregel van bestuur gesteld of gegeven. Behalve de hier bedolde wijzigingen, verband houdende met het arrest van den Hoogen Raad, zijn in het wetsonlwerp nog eenige andere wijzigingen en aanvullingen van de Arbeidswet, welke gewcnscht sche nen, opgenomen. LEVERANTIE VAN SCHOOLBANKEN. In verband met de mededeeling van den Minister van Onderwijs aan de besturen der gesubsidieerde bijzondere Hoogere Bur gerscholen, Gymnasia, Lycea en Handels scholen, en aan de beBturen der gemeente, die van rijkswege gesubsidieerde handels scholen in stand houden, waarin gezegd wordt, dat in het vervolg de banken, welke noodig zijn voor de Rijkshoogere burger scholen door middel van den gestichtsar- beid zullen worden aangeschaft en dat die banken tegen den zelfden prijs voor ge noemde-scholen kunnen worden betrokken door tu8echenkomst van het departement van justitie, heeft een aantal fabrikanten van schoolbanken een vergadering belegd, teneinde tegen dit h.i. voor deze industrie noodlottig besluit te pmtesteeren. UIT DE KLEEDINGINDUSTRIE. De C. A. O. loopt 15 Februari af. Namens de samenwerkende vakbonden in de kleedingindustrie schrijft men Op 15 Februari 1923 eindigen zoowel de Collectieve Arbeidsovereenkomst, gesloten door de vakbonden met den Bond van Kleedermaker-Patroons (maatzaken), als do overeenkomsten aangegaan met de maateonfectie-zaken. Do firma's in het maat-confectiebedrijf zijn niet georgani seerd. De vakbonden hebben voorstellen tot wijziging .der bestaande overeenkom sten - bij de werkgevers ingediend. Deze voorstellen behelzen hoofdzakelijk een ver hooging der uurloonen met vijf cent; een verbetering der twee laagste series der ta rieven; vacantia voor de thuiswerkende kleermakers en een vergoeding door de werkgevers aan de thuiswerkers voor de bedrijfskosten die deze hebben. Met het hoofdbestuur van den Bond van Kleermaker Patroons is reeds een bespro king over deze voorstellen gehouden. Het antwoord van dezen Bond op de voorstellen was een indiening bij de patroonsbonden van een aantal punten, welke de bestaan de collectieve arbeidsovereenkomst minder gunstig willen maken. Zoo willen de ma.at- patroons de uurloonen met vijf cent ver lagen, de garantiebepalingen voor de kleer. makers, die op atelier werken, laten ver vallen de vergoeding van één cent per uur, die dé thuiswerkers voor de verhitting van persijzers ontvangen, moeten even eens vervallenten slotte doen zij een voorstel om een kltermakerspatroon in de gelegenheid te stellen, van de voorwaarden in .do overeenkomst vervat, af te wijken, wanneer kan worden aangetoond, dat leden der kleermakersborden op voorwaarden in strijd met de overeenkomst werk hebben aanvaard. De vertegenwoardigers der hoofdbesturen der arbeidsbonden hebben een voorloopige bespreking gehouden over de voorstellen van den Bond van Kleermaker-Patroons. Besloten werd tot een regelmatige samen werking; bet bleek, dat alle bonden van meening zijn, dat geen ongunstige collec tieve arbeidsovereenkomst kan worden aanvaard, doch dat verbeteringen noodig zijn. Op 11 Januari £al opnieuw een con ferentie worden gehouden. INGEZONDEN MEDEDEELING. )RA!5tflA-vAN'VALKEftBURC e- A ••iLEVERTR/W GEMENGD NIEUWS. DE VERDWENEN ROÏTERDAMSCHE AMBTENAAR. Hij zon over eenige jaren met pensioen gaan. Omtrent den chef van de administratie van den gemeentelijken geneeskunigen dienst te Rotterdam, den 56-jarigen C. K., die sedert Vrijdagmorgen verdwenen is met f25.0000, wordt nader gemeld; De heer K. is indertijd bg de spoor wegen geweest. Bg de staking in 1903 heelt hij een rol gespeeld en dientenge volge is hij toen uit deze betrekking geraakt. Aan politiek heeft hij daarna niet meer gedaan. De heer K. is later in dienst geweest bjj het gemeentelijk abattoir en hij was in den distributietijd algemeen boekhouder van het distribuliebedrglhonderdduizenden zyn •toen door zijn handen gegaan. De heer K. heelt twee brieven gesohr> ven, een aan zijn vrouw, waarin hij haar mededeelde, dat hij uitging en 's avonds, te 10 uur zou thuiskomen; de andere aan 'de juffrouw van het kantoor, waarin hij er haar kennis van gaf, dat hg wegging. Was met den heer K. niet het geld verdwenen, dan zou men aan een ongeluk moeten denken. Maar de brandkast, waarin zich trouwens nooit een bedrag van be- teekenis bevindt, bevatte slechts ongeveer f200 Het van de bank gehaalde geld was weg. Aangaande den verdwenen administratie- chef is sinds Vrijdagmorgen niets verno men. Nader is gebleken, dat de heer K. ver schillende schulden had. Zoo was hij f4000 aan een familielid schuldig en aan enkele collega's totaal een bedrag van f3000. Deze verschuldigde bedragen heeft hij Vrijdag aan zijn crediteuren overgemaakt. Ook an dere schulden blijkt hg toen nog voldaan to hebben. Men veronderstelt, dat hg van het verduisterde bedrag nog ongeveer f 15.000 hoeft overgehouden. De heer K., die geen kinderen heeft, zou over eenige jaren met pensioen s$n gegaan. Hij zou dan een pensioen van on geveer f3200 hebben genoten. SPOORWEGONGELUK VOORKOMEN. Een waakzame brugwachter. Toen do brugwachter J. van VVestc gis termorgen de trein van 8.12 van Purme- rend naar Enkhuizen liet passeeren, meen- do hij een vreemd geluid te hooren boven het leven wat den trein maakte, die over do VVherebrug ging. Toen hij na het passeoren op onderzoek uitging, bleek, dat een stuk rails, aan sluitende aan de brug, doorgebroken was, n.l. het dek was van het voetstuk der rails afgeknapt. Daar de machinist niets had bemerkt^ is dit denkelijk door een der volgwagens gedaan. Wonder boven wonder liep geen der wagens uit het spoor. Onmiddellijk ging de brugwachter den volgenden trein met de roode vlag tege moet en zette het sein onveilig. De trein van 8.50 richting naar Amster dam werd opgehouden en de reizigers gin gen te voet naar 't station Purmerend, waar inmiddels een ostra trein werd aan gevraagd. Met vereende krachten is er direct een stuk rails ingelascht, zoodat de trein zeer langzaam over deze plek kon rijden om do passagiers naar Amsterdam na eenig op onthoud te vervoeren. Een woord van hulde dient zeker te wor den gewijd aan brugwachter Weste, die een groot ongeluk heeft voorkomen, daar do trein van Enkhuizen zonder zijn maatrege len zeker naast de brug en op het ijs zou zijn gereden. BRAND. In den nacht van Zondag op Maandag is het huis Kanaalweg 35, te Helder, bewoond door den heer Vermeul, waarin een lijs tenmakerij i9 gevestigd, totaal uitgebrand. De bewoners waren niet thuis en verbleven buiten de stad. EEN INBREKER GEARRESTEERD? Als. verdacht van de inbraak in den nacht van Vrijdag op Zaterdag in een kan toor te Nijmegen, waar een brandkast werd geforceerd en een bedrag van f 2400 gestolen werd, is aldaar aangehouden H van G., die ter beschikking van den commissaris van politie te Nijmegen is gesteld. SLACHTOFFERS VAN HET IJS. De 16-jarige Joh Start te Hcsselingen bij Meppel is Zondag bij het schaatsenrijden in het Meppelerdiep verdronken. To Drempt zakten Zaterdagmiddag de Iwee gebroeders E. door het ijs en kwamen in een kolk terecht. De heer S uit Doesburg zag het ongeluk en slaagde er in een der drenkelingen te redden. De andere verdronk; zijn lijk werd spoedig gevonden. INGEZONDEN MEDEDEELING. VULCJU Flanellen Japonslöffen Wollen Randsfoffen, 130 bi 25 ets. br. 98 ets. 3923 RADIO-PROGRAMMA VOOR WOENSDAG, 4 JANUARI. Hilversum, 1060 M. 12.00: Politieber 12.352.00: Lunchmuziek door hel ANR0- Trio 3.004.00: Maak het zelf! Rubriek v. Mevr. SchaakeVerkozen 6.007.15: Pinermuziek door het ANRO Trio 7.15 7.45: Gezondhcidshalfuurtje door Dr. Joh. L v Lier: Arbeidstherapie 8 I T Concert door het ANRO-orkest o. I. v. Nico Treep. Hélène Cals, zangeres 8.30:0.30: Brand in „De Jonge Jan". Monologenspel in 1 l edr. door Herman Hcyermans. Alle rollen wor den vervuld door Henri de Vries Personen De officier van Justitie. Een bode Jan Arend Ansing Arend, zijn broer. Gijs Blankhorst, zijn schoonvader. Putten herbergier. Nico- laas Post. kruidenier Bik. verver. Hel too- neel stelt voor hel parket van een Officier van Justitie 9.30: c.a. Voortzetting van het concert 10 00: Persber. Huizen. 1840 M Na 6 uur 1950 M. 12.80—1.45: NCRV. Concert. P. A. Koelt, viool. H v. d. Horst Jr., cello. R. v. d Horst, piano 5.156.15: NCRV Kinderuurtj Mej. S. Groeneweg te R'dam. Mej. C. v. d. Voorde zang 7.00—7.30: NCRV Sor. W Dirkse: Voortzetting der causerie over het Nut en Doel van het Handelsregister, speciaal v. d. Middenstand 7.30: NCRV. Spr.: Oud-Minister J. J. C v. Dijk: De rari teit tusschen I.inks en Rechts in den Omroep Mr A. v. d. Deuré, Voorz. NCRV. Opening en sluiting van den avond Ds. C. v. d. Zaal. Chr. Ger. Pred. Ie Deventer: Biddende Luis teraars. Ds K. Schilder, Geref. Pred. te Oegstgeest: Van niet Ov°r-Zee". Ds. L. J. v. Leeuwen Herv. Pred. te Haarlem: Week der Gebeden. Ds. K. H. Wallien. Ev Luth Pred te Weesp: Voorwaarts Het Amst. Vocaal Kwartet, bestaande uit: Mevr. W. Canté v. Amerongen. Sopraan Mej. N. Ungues, Alt. J. Stroomenberg, Bas. Tabe, Bas-Tenor. A. Adema, piano. Daventry, 1600 NT. 11.20: Daventry- kwarlet en dansband met variété 1 20 2.20: Orkestconcert 3.20: Balladencon- cert. M. Ingham, mezzo sopraan W. Carl- zell. tenor. R. Sahrpe, cello 4.20: Licht klassiek concert. Strijkkwartet en soli (so praan, piano) 5.35: Kinderuurtje 6 20: Concert, orgelbespeling 6.40: Tuinpraatje 6.50: Nicuwsber. 7.05- Concertorgel- bespeling 7.20: Gezondheidspraatje 7.35: Beethoven's liederen (bariton) S.05. „The merry wives of Windsor", kom. opera in 3 aclen van Nicolai 9.20: Nicuwsber. 9.35: Lezing: Print collecting 9.50: Nicuwsber. 965: Vervolg ..The merry Wives of Windsor" 11.0512.20: Dans muziek. Parijs „Radio-Paris", 1750 M. 10.50 11.00: Concert 12.502.10: Orkestconcert 4.054.65: Orkestconcert 8.5011.20: .Concert met medew. van den 2en „Prix du Concours Musical". Langenber;?. 469 M. 12.251.50: Or- 'keslconcert 6.206.20- Kwartetconcert 7.308 00: Essener Kamertrio (Cither, guitaar, Schoszgeige) 8 00: „Der Tole Gast" een mysterie u d. goeden ouden tiid. van Nolten. Daarna tot 1120: Dansmuziek. Königswusterhausen. 1250 M. 11.20 7.05: Lezingen en lessen 8.20: Spiwn- kowslcy, viool. E. JekeliusLissman, so praan H Jekelius, bariton 9.5011.50: Dansmuziek. Hamburg 395 M. 4.20: Cabaret 7.20: Concert Kieler k capella Koor van 1901 8.40: Orléntalisch intermezzo 1050 11.50: Dansmuziek Brussel, 509 M. 5.206.20: Trioconcert 8.35: Gramofoonmuziek 8.3510.35: Orkeslconcert. Administrz 925 Red! te..,. 15 FIUILLETON. Door S. Uit de Almanak voor he* Schoone en Goede van 1856. Dit verhaal speelt Leiden. 5) SLOT. Hij had op gezegden avond reeds eenige oogenblikken gezelen, toen hij zijn voornemen ten uitvoer wilde brengen. Eens klaps werd er driftig aan de deur geklopt, en toen Francois ging opendoen, vond hij een bediende uit „De Roode Leeuw" 1), die hem uitnoodigde terstond in die herberg te komen, dewijl er iemand uit den Haag was, die hem oogenblikkclijk moest spreken. Zonder zijn vrouw van zijn vertrek kennis te geven, volgde hij den knecht, niet anders denkende of een of ander ongeluk hing hem boven het hoofd. Auguste liet den schrik der beide vrouwen over dit plotselinge ver trek een weinig bedaren, en daar hij toch zijne plannen wilde doordrijven, begon hij op onstuimige wijze Marguerite zijne liefde te belijden, en Marie om hare voorspraak bij Francois te verzoeken. Marguerite bedekte haar gelaat met de handen en verliet haastig en hevig weenende het vertrek; Marie zag Auguste ernstig aan en zeide: Jonge vriend! gij hebt geen gehoor aan mijne bede gege ven, door weder over die dwaze liefde ttf spreken; ik zeg het u nogmaals, er kan nim- nipr iets van komen; vraag mij niet naar de red^n, die kan en mag ik u thans niet zeggen. Dan zal ik u die zeggen, zeide Francois, die nu de deur opende en het laatste ge zegde gehoord had: Augpste, de vondeling, kan nimmer de echtgenoot worden van Marguerite, Herloging van Montmorency, omdat haar schoonbroeder Henry, Prins van Condé en Hertog van Enghien het ver- God in den hemel welk ecne onvoorzich tigheid gilde Marie. Ne.en, Mariel het is geen onvoorzichtig heid, want ik mag nu weder vrij voor mijn naam uitkomen. In „De Roode Leeuw" vond ik een ijlbode uit Den Haag, met een pak ket voor mijonze vijand, Hendrik IV, is den 14den dezer vermoord, en ik ben in mijne rechten hersteld, zoodat ik mij nu niet langer onder een valschen naam be hoef le verbergen. Marguerile was intus9chen ook weder bin nengekomen, doch stilzwijgend had zij zich in een hoek nedergezet en weende. Het armé meisje verheugde zich niet ever den omme keer in haren toestand. Zij had gewenscht arm en onbekend te blijven, ten einde aldus hem, dien zij liefhad, te kunnen huwen, want zij had Auguste lief, zoo als een hart zulks alleen doen kan, dat nog nimmer lief de gevoeld heeft. Ik bid u, kinderenl zeide haar schoon broeder, gedraagt u verstandig, het zal u moeite koslen om elkander te vergeten; doch gij begrijpt beiden, dat het moet. Ik hoop, Auguste! dat uwe liefde voor mijne zuster slijten zal, al9 wij over eenige dagen dit Land verlaten zullen hebben; blijf ons ech ter uwe vriendschap schenken, wan! steeds zal ik mij de diensten herinneren, die gij ons bewezen hebt. Auguste sprak niets, maar ijlde plotseling de deur uit: in zijne woeste vaart liep hij baas du Bois haast omver, die juist de voor deur intrad. Zijn vroegere knecht verhaalde hem den ommekeer in zijn lot; doch geene pen is in slaat de verbazing le schilderen, waarmede du Bois hem aanhoorde, en de bijpijzen voor zich zag, dal Francois een Prins van Condé was. Na vele uilroepen van verwondering, kon hij eindelijk vragen: Maar waarom moest gij u verbergen? Dal zal ik u zeggen, zpide de Prins, in het begin van het vorige jaar huwde ik te Pa rijs, en na mijn huwelijk hoorde ik, dat onze Koning mijne vrouw beminde en haar overal in zijne strikken trachtte te lokken; zekerd was, wilde ik haar aan geene ver leidelijke aanbiedingen bloot stellen, en be sloot daarom Frankrijk tc veriaten en in Holland te gaan wonen. Vóór mijn vertrek ondervond ik nog vele onaangenaamheden door de schandelijke intrigues van den Ko nings, doch meende nu in den Haag ge heel onbekend, zooals ik dacht, en dus van alle hinderlagen bevrijd, te kunnen gaan wonen.Opeens hoorde ik daar dat de Fran- sche gezant last had gekregen om mij hei melijk op le sporen, op te lichten en mij met de mijnen naar Parijs terug le laten bren gen; tevens vernam ik ook, dat spionnen mij reeds op het spoor waren; in aller ijl vluchtte ik dus naar Leiden, waar.... doch hel overige weet gij. Nu heb ik dezen avond de tijding verkregen, dat ik in mijn rechten hersteld ben, want de koningin-weduwe heeft aanstonds het beslag van mijne goe deren opgeheven en mij laten aanbieden, om naar Frankrijk terug te keeren, hetgeen ik over eenige dagen denk le doen. Men bleef nog eenigen tijd over dezen gelukkigen ommekeer van zaken praten, terwijl de Deken zich dikwijls in zijne ti tulatuur met Francois en Marie vergiste, hetgeen beiden lachende beantwoordden. Marguerite sprak in dit alles geen woord; menige stille traan viel op haar werk, waarover zij met gebogen hoofd zat neerge bukt; gelukkig voor haar, vroeg Du Bois niet wat haar 9cheelde. Den volgenden morgen ontstond er plot seling een groote oploop op Je Vest, die nergens anders zijn oorsprong aan ontleen de, dan dal de Stedelijke Raad. door een vendel Schutterij geleid, zich naar de wo ning van Francois begaf. De eerste bur- gomeesler trad binnen, maakte zijn com pliment en verzocht den hoog Edelgeboren Heer. dien hij kort te voren nog achler slot I had willen houden, om eene woning in het Prinsenhof aan le nemen De prins sloeg j zulks beleefdelijk van de hand daar hij j nog slechts weinigp dagen te Leidpn dacht I zijne deelneming en deze trok nu even sta tig weder af, als hij gekomen was. Daags daarop deed Francois aan den Deken du Bois eene behoorlijk geschrevene akte toekomen, waarbij hij het huis, dat hij bewoond had, aan het gilde, waarin hij zoo lang als knecht gewerkt had, ten geschenke gaf. Het huis werd later doelmatig ingericht, en sedert 1615 als gildehuis gebruikt VIII. Daags daarop ontving ,nu de Prins van Condé eene menigte bezoeken en brieven van gelukwensching. Wat hij ook daartegen mocht inbrengen, hij had steeds eene eere- wacht van Schutters voor zijne deur; van Brouckhoven had dit willen doordrijven, misschien om daardoor goed te maken, wal hij vroeger tegen den Vorstel ijken timmer mansknecht mocht misdreven hebben. Auguste had zich niet meer op de Vest vertoond; de Prins liet bij den Heer van Veen naar hem vernemen, doch kreeg ten antwoord, dat hij sedert eenige dagen onge steld was. Twee dagen voordat de familie Condé Holland dacht te verlaten, kreeg de Prin3, onder andere brieven, er ook een van een oud vriend zijns vaders, den Generaal Laroche Jacquelin, opende dien en las na de gelukwenschingen daarin het volgende: „Nu gij nog in Holland zijt. is het u mis- „schien mogelijk uw ouden vriend de rust „en het geluk weder te geven; zie hier op „welke wijze: om staalkundige redenen, „waarover ik nu niet zal uitweiden, moest „ik in 1588 mijn huwelijk geheim houden, „en dus ook den zoon verbergen, die mij „een jaar laler geboren werd: mijne vrouw „stierf in hel kraambed Ep?ie oude dienst bode. die de zorg van het kind op zich had ..genomen, overleed eenige maanden na „zijne geboorte pn dp meodnogmlooze bloed verwanten legdpn, zonder mij daarvan „kennis te geven, hel kind Ip vondeling bij „hel Hótel Pieu Lafpr heb ik alleen verno- „men. dal men een briefje met den naam „en dat een Hollandsch schilder, van Veen „genaamd, hem waarschijnlijk gevonden en „medegenomen heeft. Welke moeite ik ook „gedaan heb, nimmer heb ik het spoor vau „dierl man hier of in Holland kunnen lerug „vinden; maak gij dus nu. bid ik u, eens „van uwen invloed gebruik, om naar hem „en mijn kind te onderzoeken; mijne dank baarheid zal eeuwig duren als gij een zoon „bij zijnen treurenden vader kunt terug brengen." De brief viel den Prins uit de handen; overstelping van verschillende gewaarwor dingen belette hem verder te lezen; wat was ook duidelijker: Auguste, de student in de medicijnen, was in 1589, met een briefje op do borst, bij het Hótel-Dieu door den schilder van Veeg gevonden, die het kind aan zijn broeder te Leiden gezonden had. Dat de oude Laroche Jacquelin hel spoor van Octavius van Veen niet had kunnen ontdekken, is zeer natuurlijk, als men weet, dat deze, na 1589, achtereenvolgens in dienst was geweest bij den Duitschen Kei zer Rudolph, bij den Hertog, van Beijeren en laatstelijk bij den Bisschop van Keulen, waar hij nu nog was. Toen de gekomene tijding aan Marguerite werd medegedeeld, zonk zij bewusteloos or> een stoel neder. Wat behoeft er meer tc worden bijgevoegd? zij ontwaakte in de armen van Auguste, die spoedig zijne ziekte vergelen had. Hij werd erkpnd als Auguste Duvergier, Heer de Laroche Jacquelin, en keerde een paar dagen later mol de familie Condé naar zijnen vader terug, die hom zeker spoedig daarop met zijne Marguerite zal verbonden hebben. 1) Een herberg op de Brecdeslraat. bijna op dezelfde plaats als de latere ..Lion d'Or". s) liet Prinsenhof slond op den hock van het Rapenburg en de Lange Brug, toen Vol dersgracht peheeten. Hef huis met vele beelden versierd, is nog te zien, op de Oude Vest, bij de Mart;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1928 | | pagina 5