WEEKREVUE.
GAS GEVEN.
Vandaag of morgen zal er natuurlijk in
Üe Tweede Kamer wel iemand opstaan, die
nooit iets zegt, om een vraag te stellen
aan den Minister.
Zoo iemand stelt altijd vragen als hij
wat te zeggen heeft, want dat is gemakke
lijker.
Een vraag mag je van papier aflezen en
bovendien behoeft een Kamerlid hij het
opstellen van een vraag niet te gaan zitten
piekeren, hoe hij die vraag in elkaar zal
flansen, want er hestaai een standaard
model voor alle vragen.
Eerste lid. Is het den Minister bekend
jflalenz.
Tweede lid Zoo ja.
Derde lid. Zoo nee...r.
Punt. Afgeloopen. Zitten.
Dan een paar maanden wachten en dan
komt er een drieledig antwoord van den
Minister, waar je in den regel niets wij
ze- door wordt.
Nu vraag ik 11, moet ik daar nu maar op
wachten?
Moet ik nu maar geduldig, afwachten, ter
wijl niijn pen in mijn vingers trilt, totdat
een of ander kamerlid vraagt of den
Minister hekend is iets -wat de hecle
Wereld al lang weet?
Dat zou treurig zijn. Ik kan het dan
ook niet langer inhouden en ik stel u voor
li in to heelden, lezer, dat u Minister bent,
laten we zeggen van Waterstaat en ik lid
van de Tweede Kamer der Staten-Gono-
iual.
En nu schiet ik af.
Is het "den Minister hekend dat het be
keer der gasbedrijven in verschillende
plaatsen van Nederland in zulk een deso-
laten toestand verkeert, dat het Neder-
ïandsche volk, dat tot op den dag van he
den het volste vertrouwen stelde in de
werkkracht en capaciteiten van de twee
konderd vijf en dertig duizend Nederland-
sche ambtenaren, zóó in haar vertrouwen
is geschokt, dat het prestige rlor legeerïng,
'die achter de ambtenaren staat, daardoor
imet gevoelige moreele klappen wordt be-
dr°igd?
Zoo neen, is de Minister dan bereid on
verwijld een commissie te vormen, cm een
onderzoek te doen in zake de handelingen
dor verschillende gasdirecteuren opdat de
Minister van de verschillende geruchten
daaromtrent volkomen op de hoogte wor
de gebracht2
Zoo ja; is de Minister dan bereid om
onverwijld stappen te doen, die er toe zui
den leiden, dat de' gasbedrijven iii de toe
komst heter zullen worden beheerd?
Wat zou u als M: nis ter daarop nu ant
woorden?
Laten we die ambtelijke stijl nu maar
laten varen en er eens heel knus onder
alkander over praten.
Kijk eens aan! Gas is zooals u weet een
gevaarlijk artikel. Je kunt er wel niet. zoo
als rattenkruid, jo boterham mee meu-
ibilee.rcn, maar het is niettemin even ge
vaarlijk in haar gevolgen.
h Als je rattenkruid inneemt, ja, dan hen
je het leven beu, dan koop je zelf raüen-
iraicl, je slikt het zelf in en je kent van te
voren de gevolgen. En hen je het leven niet
moe. dan eet je geen rattekruid maar Leid-
Echn kaas of hamspek.
r Maar nu met gas! Je mag zoo levenslus
tig zijn als je wilt en je kunt je ook met
zooveel idealen als je wilt, voor de arbeid
van den volgenden dag, des avonds ter
ruste begeven, maar je laat de gaskraan
openstaan, of je sluit de gastoevoer in de
keuken zorfvublio- af en de poes springt
op het fornuis en draait dc kraan per
ongeluk even open, dan kan je zoo levens
lustig zijn als Tunney in de .ring, maar
<3an kg je de volgende morgen met een
ïaar stijve hecnen. zonder dat je er zelf
ook maar iets van in de gaten hebt.
En nu kunt u praten, dat er al gas-
torruptie is geconstateerd in Weesp en
Bussum en Botterdam en dat er nog een
paar dozijn gasdirecteuren op de nomina
tie staan voor werkelooze, ik zeg, het is
een gevaarlijk haantje en met gas kim je
nooit to voorzichtig zijn.
Want wordt zoo'n gasdirecleur vandaag
of morgen op te i*ecl gas vergast, dan gaat
hij voorgoed hij magere Hein te 'gast.
En daarom moeten we hel die directeu
ren maar niet la kwalijk nemen.
NIET ZOO MOEILIJK EN
TOCH ZOO ZELDZAAM.
Nu ja, ik hoor, dat gij een zeer aange
name, prettige reis hebt gehad, waarvan
gij nog menigmaal en lang zult kunnen
vertellen; het doet mij groot genoegen,
dat het jullie goed bevallen is en jc wel
behouden zijt teruggekeerd.
Bij deze woorden leunde mevrouw Schel
ler wat achterover in den hoek dor sofa.
Zij legde heide ha-nde over elkaar, liet ze
langzaam in haren schoot zinken en keek
met een milden glimlach naar liet jonge
paar, dat tegenover haar zat.
Zeker, moeder, zeide de jonge schoon
zoon, onze huwelijksreis was zeer, zeer be
langwekkend en schoon; niet waar, Em
ma 1 daarbij keek hij zijn jonge vrouw met
een blik vol van tevreden geluk In de
groote bruine oogeu.
Dc schoonste mijns levens, Frans, ant
woordde Emma en legde de hand, die se
dert. tien dagen den trouwring droeg, op
den schouder van haren man. Hoe dik
wijls reeds had zij in dezen korten tijd
den ring bekeken en zich innerlijk ver
heugd, aan de zijde van. een goeden en
godsdienstigen man door het leven te mo
gen gaan.
Glimlachend keek de moeder naar het
jonge paar. Zij herinnerde zich den dag
en het uur, toen ook zij, dertig jaar gele
den, met al de genegenheid baars harten
een edelen man de hand tot het echtver
bond had gereikt; zij dacht aan al dc
vreugde en het familiegeluk, dat God hun
had geschonken; maar tevens doemden
voor haar op al de doorwaakte nachten, al
de hittere uren aan het ziek- en sterfbed
van hare kinderen en echtgenoot. Vier vol
wassen kinderen had zij door den dood
vorloren en Emma was haar laatste. Na
veel bidden en rijp overleg had zij deze
dochter toevertrouwd aan een mau, wiens
karakter het geluk van haar kind verze
kerde. Maar het was nu de tijd niet tot
ernstige w achten aan dc toekomst cn
hare beproevingen welke geen echtpaar,
geen gezin, gq'eii sterveling bespaard blij
ven
Dp dit oógehblilc tra'd liet (LeiTst'fite'isjë
binnen con een kleine verfrisscliing ie bren
gen daarna keerde ze zich naar het jonge
paar en zeide:;
Mag ook ik u gelukwenschen. dat
gelukkig weer thuis zijt van de reis?
Dank je, Truitje, dank je hartelijk,
zeide Frans vriendelijk.
Dank je, Trui, wij hebben zeer veel
pionier gehad, voegde Emma erbij
Weet je, Frans, dat Geertrui met jul
lie zal gaan? vroeg de weduwe, nadat de
dienstbode de kamer had verlaten.
Ze schijn een flink meisje te zijn; ove
rigens laat ik deze aangelegenheid over
aan m'n vrouw, gaf Frans ten antwoord.
Laat mij van deze gelegenheid ge
bruik maken, kinderen, om jullie op iets
te wijzen, wat ik hoogst belangrijk
ik bedeel op den omgang met onze onder
geschikten. Emma heeft haar dienstmeisje
thuis en jij, Frans hebt jc employé's in <le
zaak. Het is nu eenmaal door den Schep
per zoo ingericht, dat Hij de meeste men-
schen er toe bestemd heeft, door anderen
te dienen hun brood te verdienen. Wel zou
iederen gaarne onafhankelijk zijn. maar
het grootste deel der mcnschc.n brengt zijn
leven door in voortdurende afhankelijkheid
van anderen. Naar de verhouding der
meerderen, tegenover de minderen, is het
leven, vooral van de laatsgenocmdcn, meer
of minder gelukkig cn aangenaam. Een
goede verstandhouding tusschcn meester
cn knecht, mevrouw en dienstbode be
hoort, helaas, tot dc zeldzaamheden in de
ze wereld; oiltevTëdenhcid en misnoegn
verbitteren het leven van ijverige' werklie
den, die. door ernstige plichtsbetrachting
ïccht hebben op tevredenheid en welbeha
gen in hun beroep.
Vele menschen verheeren in den waan,
dat liet iu strijd is niet hunne waardigheid,
met hunne ondergeschikten op een vrien
delijke wijze te verkceren. Ten einde hun
aanzien hoog te houden schijnt hun een
gebiedende houding en aanmatigende toon
noodzakelijk, cn vergeten ten eehen male,
dat echte meerderheid en ware zielegroot-
hcid die middelen geheel kunnen ontberen.
Waarlijk voorname cn cdelgevormde ka
rakters zullen niet vervallen in die fou
ten. Hun rechtvaardigheidsgevoel en liun-
110 waardccring van den mensch en diens
verheven, eeuwige bestemming laat het
niet op aan. V/ie aanspraak maakt op
te behandelen, wijl het noodlot of juister
gezegd, dc goddelijke Voorzienigheid, hem
op een nederige plaats gesteld heeft. Een
waarlijk edel mensch let er op hoe iemand
is, hoe hij zijn beroep vervult, zijn plich
ten na-kemt; wat hij is, komt er bij hem
niet op aan. iWc aanspraak maakt op
goedhartigheid, zal niemand het dage-
lijksch leven door krenkingen verbitteren.
Ik herhaal u echter, geliefde kinderen, zul
ke edel karakters zijn heden ten dage
zeldzamer dan echte parelen!
U heeft gelijk, moeder, antwoordde
Fi-iis ernstig, en ik dank u, dat gij ons
nog eens er aan herinnerd hebt, juist nu
wij op 't punt staan, een eigen haard to
vestigen cn zooals men zegt, meester en
meesteres over anderen te worden. Ik heb
het steeds hatelijk gevonden, ondergeschik
ten te minachten, cmdat ze niet zooveel
geld en vermogen bezitten; den rijkdom
a's maatstaf van beschaving en bekwaam
heid te beschouwen, lijkt mij onbillijk.
.Zeker, Frans, hernam de weduv, c, on
beschoftheid kenmerkt den onbeschaafde,
en wie dc weerloosheid en aanhankelijk
heid der ondergeschikten slechts gebruikt
tot een hoogmoed- behandeling, open-
baat daardoor zijn laag karakter. Z elct
d"arom uw eer er in, uw positie te deen
strekken tot zegen en nut uwer onderge
schikten, hun waarde, hun deugd, hun
trouwe vervulling der beroepsplichten ten
volle te erkennen en welwillend hun be
hulpzaam te zvji, om in do wereld vooruit
te komen. Voor vriendelijke waardeering,
voor gepaste losprijzing zijn alle mensehon
ontvankelijk, cn vooral bij flinke, sterke
karakters werken deze middelen veel ze
kerder dan vitten en onverschilligheid,
want dat kweekt slechts ontevredenheid en
belet het volle ontwikkelen hunner talen
ten en bekwaamheden. Wordt een dienst
bare met deelnemende goedheid I :han-
dehl, dan zal hij meer belang stellen in de
„zaak va.u zijn patroon en dan bloeit ook in
zijn gemoed onder de warme stralen van
wederzijdsclie waan!sering, de zeldzame,
schoor.c bloem der deugd van onbaatzuch
tigheid. AVie'-gcendioogc gedachte van zich
zeiven koestert, itf meer dan h-ij denkt.
Natuurlijk bestaan er aan'den anderen
kant ook klippen, n.l. ongepaste vertrou
welijkheid cn vatbaarheid voor vleierij:
het cene deugt zoo min als het andere,
gezien hoe het er in je ouderlijke huis toe
ging; jc verlaat mi dit huis. Doch zet in
je eigen wening voort, wat jc gezien en
gehoord hebt.
U zult over mij tevreden zijn, moe
der, zeide Emma.
En nu kinderen, genoeg van den ernst,
komt hier! Daarbij stond dc weduwe op
en vulde de glazen. Dus, op een goed be
gin, een goede voortzetting en een goede
voleinding. De glazen klonken tegen
elkaar.
Ik hoop, dat liet ons niet moeilijk
zal vallen, zeide Frans, te handelen vol
gens uwe vermaningen.
Niet zoo moeilijk, maar toch zoo zeld
zaam.
Ter zelfder ure, waarin mevrouw Schel
ler tot hare kinderen sprak, stond in een
dorp, twee uur van dc stad verwijderd,
een jong, sterk meisje voor hare moeder.
Het meisje was gekleed in een cenvoudigo
jurk zonder eenige versiering cn opschik;
dit stond haar .echter "zeer mooi, want de
bloeiende kracht der jeugd verleende haro
gestalte de bevalligheid, welke ook het
eenvoudigste gewaad waardevol doet schij
nen.
Mooi was Liesjc zoo heette het racis
jc juist niet, maar het frissclie rood der
wangen, dc heldere, vriendelijke oogen ga
ven aan liaar gelaat ccn bijzondere schoon
heid en vooral blonk daaruit een rein, on
bedorven, godsdienstig gemoed. Haar ge
laat vertoonde, wa-t zij in haar hart droeg:
hét heerlijke beeld der onschuld, hetwelk
haar grootste en cenigste sieraad uitmaa'
te en ontegenzeggelijk oneindig kostbaar
der is dan de oorringen, halskettingen,
armbanden enz. van alle goudwinkels ter
wereld.
Nu, ga dan, kind. in Gods naam en
blijf braaf, zeide moeder. Je komt nu in dc
stad, waar het veel anders is, dan hier bij
ons in 't dorp, maar ook veel slechter. Maar
dit troost mij, dat jc in een goed huis
kemt; ik zou wel is waar huizen voor jc
hebben kunnen vinden, waar je een lioo-
ger loon zoudt kunnen verdienen, maar
wat baat mij een hoop geld, als je ziel in
gevaar komt? Bij mevrouw de weduwe
Scheller zult je het zoo goed hebben, als
een dienstbode het maar kan hebben.
Het liefst zou ik bij u thuis blijven,
moeder! zei Liesje.
Ja kind, dat zou ik ook liever heb
ben, antwoordde devrouw, maar dat gaat
nu eenmaal niet; je jongero broertjes en
zusjes worden grooter cn beginnen al meer
en meer te kosten; denk alleen maar aan
de schoenen voor ons allen, welk een be
drag dat in een jaar beloopt. Je vader cn
ik werken wel is waar-nog flink, maar wij
kunnen heel best een steun gebruiken, op
dat wij ons niet zoo zeer hoeven tc behel
pen; daarin moet jij ons bijslaan: bier is
voor jou geen werk genoeg, daarom moet
je bij anderen wat verdienen. God heeft
het nu eenmaal zoo beschikt, en 'fc is zijn
KALENDER
N.B. Als niet «n.Icis wordt. 'aangegeven
diceft iu deze weck iedere H. Mis Gloria
geen Credo. De gewone Prefatie.
ZONDAG 23 Oct. Twintigste Zon
dag n a Pinksteren. MisOmnia.
2c gebed A Cunelis (om dc voorspraak der
Heiligen); 3e naar keuze v. d. priester.
C'rcdo. Prefatie v. d. Allerheiligste Dric-
cenheid. Kleur: Groen.
Ballingen zijn wij in het Babyion dezer
wereld. Rampen, kruisen, tegenspoed en
wederwaardigheden des levens omringen
ons en zijn ons deel (Offertorium). Maat
toch: Alles, wat God gedaan heeft, wat Hij
ons overzendt, 'fc is rechtvaardig, want wij
hebben niet naar Zijne geboden geluisterd.
"Wees ons echter barmhartig, Heer (Introï
tus). Wij willen onzen goeden wil toonen:
ons hart is bereid, o God! (Alleluja-vers).
Niet langer dc levensregels dezer wereld
tot richtsnoer van onze gedragingen, maar
Uwe gebeden, Uwe Wet, Uwe H.H. Wil
Moeite zul dat ons kosten, te meer or lat
onze dagen boos zijn d.i. vol gevarc-n (Epis
tel). Vertrouwvol evenwel durven wij onze
oogen opheffen tot U, die al vrat leeft,
verzadig met zegen (Graduale) cn door Je
zus Christus, onzen Heer en Middelaar, die
ook dc ömeekingen van den hofbeambte
heeft verhoord (Evangelie) vergiffenis vra-
gen van vroegere zonden; den waren har-
tevrede, do genade U voortaan getrouw tc
dienen; (Gebed en stilgcbcd) steeds ge
hoorzaam te zijn aan Uwe geboden (Poet-
communo). Dat zal ons waarlijk gelukkig
maken, want het ware geluk is alleen te
vinden in den getrouwen dienst des Hec-
rcn. (Introitus).
MAANDAC 24 Oct. Mis v. d. H. Ra
phael, AartsengelBcnedioite. Cre
do. Kleur: W i t.
DINSDAG 25 Oct. Mis v. d. H.H.
h y s an tli u s en D a r i a, Martelaren
In tr et. 2e gebed A Cunctis; 3c naar
keuze v. d. priester. Kleur: Rood.
Vele cn velerlei folteringen heeft het
heilig echtpaar Chysanthus cn Daria moe
ten verduren, omdat zij zoovele licidcrtcn
bekeerden tot hel ware geloof. Tenslotte
zijn zij lovend onder een hoop stoenen be-
gra ven.
WOENSDAG 26 Oct. Misv. <1. H.Ev a-
ristus, Paus en Martelaar: Statuit.
2e en 3c gebed als gisteren. Kleur: Rood.
DONDERDAG 27 Oct, Vigiliedag
vóór het feest v. d. H.H. Simon
heilige wil, dat jij als dienstmeisje mee
helpt ons brood to verdienen. Ik heb het
trouwens in mijn jeugd ook gedaan cn
steeds mij getroost met hetgeen de Za
ligmaker heeft gezegd: „Ik ben niet geko
men cm gediend te worden, maar om te
dienen."
Dat heeft de eerwaarde lieer pastoor
mij ook gezegd, moeder, antwoordde Lies-
je. Je gaat nu weg, Elizabeth, zoo sprak
hij lot mij, blijf zooaJs je nu bent, Jan zal
alles goed gaan. Bedenk dat steeds vele
Heiligen uit den werkenden stand zijn
voortgekomen. Dowereld wel js waar be
schouwt den dienstbaren stand als ge
ring, dcch christelijk beschouwd is hij
zeer eervol cn rijk an verdiensten, cipdat
een leven van armoede, geringschatting en
gehoorzaamheid meer overeenkomt net
het leven van den Goddelijkcn Zaligmaker,
en veiliger tot een goeden dood en ten
hemel leidt, dan een leven in rijkdom en
weelde. Wees daarom tevreden, Elizaboth,
wees tevreden met jc stand en de weder
waardigheden -daarvan, omdat dc bemel-
sche Vader het zoo met je beschikt heeft.
Den Allerhoogsten zijn do armen en
dienstbaren bijzonder lief. Hij zal al je ar
beid aanzien als godsdienst en je eenmaal
daarvoor rijkelijk beloonen!
Ja, die goede mijnheer pastoor heeft
wel gelijk, zei moeder; dienen en onder
worpen zijn bewaart voor duizenderlei ge
varen. Wees daarom in je werk gewillig,
ijverig, ordelijk, verstandig, zindelijk cn
stipt, niet alleen "wegens je mevrouw, maar
het meest, opdat God, dio toch je hoogste
en alomtegenwoordige Meester is welbe
hagen in jou zelf en in je werkzaamheden
schept. Wees derhalve steeds eerbiedig,
vriendelijk cn voorkomend jegens je mccs-
teressc, spreek vooral niet tegen; wees
nimmer doordrijvend of eigenzinnig, al
les ter cere Gods, dan zal je loon in den
hemel groot zijn.
Maar kind en nu nam het gelaat
der moeder een zeer ernstige uitdrukking
aan, wacht je voor iedere zware zonde,
want dat is het grootste ongeluk, dat jo
kan overkomen. O Liesje, beloof mij,
kind, dat je braaf wilt blijven, onderda
nig aan je meesteres op aarde, gehoor
zaam aan je Heer in den hemel!
De moeder tradon de tranen in do
oogen; Liesje geraakte zeer onder den in
druk van deze bezorgde, hartelijke woor
den.
Ja moeder, ik wil braaf blijven, zcido
de dochter ontroerd, ik wil een lrouv\
ijverige, vrome dienstbode worden, ik zal
bidden, dat Onze Lieve Heer mij voor do
zonde behoede, ik zal mevrouw ccren cn
God genoegen verschaffen, dat is toch zoo
moeilijk niet!
De oprechtheid des harten was in hare
onschuldige oogen te lezen.
Ja Liesje, zei haar moeder, bid en
blijf godsdienstig, je hebt gelijk: liet is
niet moeilijk cn toch zoo zeldzaam.
Na drie weken kruisten op de post elkaar
twee brievon. Mevrouw Scheller cn hare
dochter hadden denzclfden morgen ge
schreven. Dc brief door de weduwe afge
zonden eindigde aldus: ..Mijn nieuw
dienstmeisje liect Elizabeth Brouwer, is
zeer braaf, gehoorzaam cn gewillig, schijnt
neg c-en geheel onbedorven kind te zijn cn
verschaft mij veel genoegen."
Dc brief van Emma eindigde met do
woorden„Uw laatste vermaningen kliti-
ke ons nog steeds in dc oorenFrans zoo
wel als ik trachten tegenover onze onder
geschikten datgene tc doen. wat de cate
chismus verlangt: ze liefderijk te behan
delen. Tot nu too zijn heide partijen tevre
den. Laten wij hopen, dat het zoo blijvc.
Moeilijk is het trouwens niet."
DER WEEK.
en J u d a s, Apostelen. Mis: I n t r c t.
Geen Gloria. 2e gebed Concede (ter cero
van Maria); 3c voor Kerk cf Paus. Kleur:
1' a a r s.
VRIJDAG 28 Oct. Feestdag v. d. II.
H. 8 i m o n e li J u d a s, Apostelen. Mis
Mi hi au tem. 2e gebed voor den Bis
schop (wegens den verjaardag zijner 11.
Bisschopswijding). Zie voor dit gebed bij
de Mis op den verjaardag v. d. wijding van
een Bisschop). Credo. Prefatie v. d. Aposte
len. Kleur: Rood.
Do heilige Apostel .Simon, met den bij
naam „IJveraar", predikte de Leer van
Christus in Mesopotamia. Judas, die ecu
brief geschreven hooft, welke behoort tol
de II. Schrift n.l. dc brief v. d. H. Apostel
Judas en die ter onderscheiding van Judas
Iscnrioth, den verrader, genoemd wordt:
Juda'; Tliaddcüs, doorreisde, het Evange
lie predikend, Egypte. Later winnen bei
den in Perzië zeer velen voor het geloof in
Jezus Christus en sterven daar den martel
dood.
ZATC R D AG 29 Oct. Mis v. d. All o r li.
Maagd Maria op een Zaterdag:
Salve. 2o gebed tot den H. Geestöe
voor Kerk; (cf alleen 3e) voor den Paus.
Prefatie v. d. Allcrli. Maagd (invullen: En
U cm dc vcreering). Kleur: Wit.
In i!e kerken der E.E. P.P. Franciscanen:
Alles als in bovenstaande kalender, be
halve:
ZONDAG. 2e gebed v. d. Z. Jcsephinn
Leroux, Maagd en Martelares; 3e v. h.
octaaf van Kerkwijding.
MAANDAG. 2e gebd v. li. octaaf van
Kerkwijding.
Dinsdag. Mis van een dag onder liet oc
taaf van Kerkwijding: Tcrribilis. 2e gebed
v. d. H.H. Chrysanthus en Daria; 3e Con
cede. Credo. Kleur: Wit.
WOENSDAG. Mis v. d. Z. Bonavoli-
turi van P o t, e n z a. Belijder: O s
Justi. 2e gebed v. Kerkwijding 3c v. d.
H. Evaristus. Credo. Kleur: Wit.
DONDERDAG. Mis van een dag
onder hot octaaf van Kerkwij
ding: Terribilis. 2e gebed v. d. Vi
gilie v. d. H.H. Apostelen Simon en Ju
das; 3e Concede. Laatste Evangelie V. cl.
Vigilie. Kleur: Wit.
ZATERDAG. Octaafdag van
Kerk w ij d i n g. MisT c r r i b i 1s. 2o
gebed van den Paus. Credo.
Amsterdam. ALB. M. KOK, Pr.
Moeilijk niet, maar toch zeldzaam!
zcido de weduwe, terwijl zij den brief ba
rer dochter neerlegde.
ANECDOTEN.
Een lafaard.
Het meisje: „Papa gaat daar juist in do
biljartzaal. Vraag hot hem thansl''
De aanslaande: „Neen, neen. ik wil
liever wachten, totdat hij in de bibliotheek
gaat Boeken zijn niet zoo gevaarlijk!'1
Een mooie schoon aan.
„Beklaagde", zei do rechter, „gij zijt
reeds zevenmaal wegens inbraak, vijfmaal
wegens vervalsching en elfmaal wegens
afpers.ng aangeklaagd''.
„Acb, praat zoo hard niet, mijnheer do
rechter, mijn toekomstige schoonvader i:>
in do zaal, en het zou mijn vooruitzich
ten kunnen schaden".
Verkeerd begrepen.
„O, "Willem, daar heeft me een bij ge
stoken. "Wat moet ik doen?"
„Doe er wat zalf op!''
„Maar dat kan ik niet, de bij is wegge
vlogen".
Geen dankbare.
Vader, wijzend op een standbeeld: „Dit
was do man, dio in deze stad zoovele
scholen heeft gesticht!"
Zoon: „Zoo, was dat die vent! Had l.ij
maar nooit geleefd!''
Raak!
Boer (tol stedeling;: „Jullie inenschcn
uit do stad denken dat je knap bent. "Wel,
ik wed, dat je nog niet weet waai' deze
inelk van komt".
Stedeling: „Nou ik denk, dat een ge
deelte van de koe komt".
Anders bedoeld.
Dominé betrapte zijn dienstmeisje hij
bel stelen van taart.
„Kind'', zoo sprak hij zalvend, „er is
een wezen, dat alles ziet en alles weet en
waarvoor niets verborgen blijft. Je weet,
welk wezen dat is?"
„Ja, mijnheer, dat is mevrouw", zei
het meisje blozend.
Een kleine vergissing.
Een toerist uit New Foundland kwam
woedend prolcslccrcn hij den directeur
van een groot hotel.
„Ik voel me diep beleedigd, raasde hij.
Toen ik vanmorgen in mijn kamer kwam
om tc ontbijten, stond daar slechts een.
hak water cn ccn schoteltje met honden-
brood!''
De directeur was zeer ontdaan cn belde
het dienstmeisje op.
„Heb je water en hondcnbroorl neerge
zet in kamer 23?, vroeg hij.
„Ja zeker, meneer", was hel antwoord.
„De ober had me toch gezegd die kamer
klaar te maken voor een Now Found-
lundcr!"
Dc pantoffelheld.
„Marie, weet gij, waarheen mijn vrouw
met de vacantie gaat?''
„Naar Karlsbad, mijnheer".
„Weel gij, of zij mij meeneemt?"
Ondeugende vraag.
Professor: „Ik zal mijn hoed gebruiken
om de planeet Mars voor tc stellen. Heeft
iemand nog iels tc vragen, voor ik begin?
Student: „Ja, professor: Is 'Mars be
woond?"
LIED VAN DEZEN TIJD.
Ia onzen zeer beschaafden tijd --
Neen, 'k wil er niet mee spotten
Zoekt men zijn heil en veiligheid
Het meest hij een mascotte.
Het meest en vogue blijkt te zijn,
Haar moet u eens op letten,
Tot hulp en steun een lam konijn
Naast zich op wacht te zeiten.
Be functie die 't konijn bekleedt
Als oppermachtig wezen,
Kan men heel trouw, zooals U weet,
In sport verslagen lezen.
Vooral blijkt Jt Hollandsch elftal
t Konijn aan zich te hinden,
Dpdal de vijand met den hal
Het doel maar niet zal vinden.
Miss Frances Grayson had als
mascotte vcor haar tocht over den
Oceaan bij zich de linkerachter
poot van een konijn, dat cp een
kerkhof geschoten v/erd te mid
dernacht bij nieuwe maan en wel
door een neger, die maar één oog
had. (Courantenbericht.)
En deze dame moest 't konijn
Op d' Oceaan geleiden,
Opdat er geen gevaar zoti zijn
En 't onheil haar zou mijden.
Maar deze linkerachterpoot
Heeft niet kunnen beletten.
Dat zij, uit vreeze voor den dood,
Weer koers naar land moest zetten.
Want wie oen waagstuk onderneemt.
Zweert trouw aan een mascotte
Daar dan 't is eigenlijk wel vreemd
De zaak pas goed zal vlotten.
I Konijntje komt zelfs in de krant,
Als 't goed is afgeloopen.
Zoo niet. dan zet men hel aan kant
En gaat een nieuwe koopen.
O, hulde aan liet kuikenheen
Van Lindberg en de zijnen!
Waar moest het met de wereld heen
Zoo zonder die konijnen?
Maar wat zou mijn mascotte zijn?
Dol kunt u nimmer raden:
Wel, ik heb liefst een heel konijn
En dan goed gaar gebraden.
TROUBADOUR