binnenland. J DE TWEEDE MOEDER. TWEEDE blad „de leidsche cooramt" DINSDAG 20 september financieele verhouding rijk en gemeenten. Verslag Staatscommissie. Verschenen is het verslag van de bij K. B van 18 Augustus 1921 ingestelde Staats commissie inzake de Financieele verhou ding tusschen het Rijk en de Gemeenten, welke Commissie tot opdracht had „te on derzoeken hoe op de meest doeltreffende uijze de financieele verhouding tusschen tet Rijk en de Gemeenten zal zijn te re gelen". Het lijvige verslag bevat als aanhangsel: een ontwerp van een wet tot regeling aan uitkeeringen door het Rijk aan de gemeen ten, en een ontwerp van wet tot regeling van den steun door het Rijk aan in nood verkeerende gemeenten. De denkbeelden en voorstellen der Com missie kunnen aldus worden samengevat: 1. De wet van 24 Mei 1897 sub 156 ver valt; 2. De tegenwoordige bepalingen ten aanzien van de financieele verhouding van het Rijk én de gemeenten, zooals deze in onze wetgeving verspreid zijn. behoeven herziening om tot eenheid van stelsel te komen. 3. Waar in de tegenwoordige wetgeving een gemeente door de wet of een op de wet steunend Koninklijk besluit tot' uitgaven ivordt verplicht, zonder dat haar deswege etnige vergoeding door het Rijk (buiten de wet vaü 24 Mei 1897. sub. 156) wordt toe gekend. verleent het Rijk aan de gemeenten iijksuitkeeringen, overeenkomstig het aan het verslag toegevoegde ontwerp-Rijks- iiitkeeringswet. 4. In de toekomst mogen wettelijke voor schriften, waarbij maatregelen worden ge troffen. welke de gemeenten tot uitgaven verplichten, niet worden vastgesteld, zon der dat regeering en wetgever zich reken schap geven van de daarbij betrokken financieele verhouding tusschen Rijk en Gemeenten. 5. Met erkenning van het beginsel dat aan de gemeenten, krachtens nieuwe wet telijke regelingen rijksbijdragen behooren te worden toegekend tot vergoeding van diensten door de gemeenten aan het Rijk hewezen, waartoe de gemeenten weliswaar niet wettelijk zijn verplicht, maar waartoe de gemeenten feitelijk zijn genoopt, worde nader onderzocht op welke wijze en in welke mate dit beginsel zal worden uitge werkt 6. Het Rijk kent aan de gemeenten een nadere rijksrnfkeering toe tot vergoeding m de kosten van het Lager Onderwijs, overeenkomstig net aan het verslag toege voegde ontwerp- Rijksuitkeeringswet. 7. Het Rijk staat aan de noodlijdende gbmeenten op haar verzoek voor algemee- ne doeleinden rijkssteun toe, overeenkom stig de bepalingen van bet laatstbedoelde ontwerp der wet. Ingesteld worde een Permanente Commissie vor de gemeente-financiën met raadgevende bevoegdheid ter voorbe reiding van de verdere regeling van de financieele verhouding van Rijk en Ge meenten. Aan deze Commissie zal het recht moeten worden verleend ook zelfstandig ',f aan de regeeTing voorstellen te doen. Het secretariaat dezer Commissie worde k waargenomen door het Bureau, hieronder k Vermeld onder 9. 9. Aan het Ministerie van Financiën in worde een afdeeling of permanent ambte lijk bureau voor de gemeente-financiën ingesteld. lei vt De in het Verslag vermelde beslissin- r gen of voorstellen der Staatscommissie zijn niet steeds eenstemmig genomen. Een ,JX lid der commissie, nl. de heer A. van Doorninck hoeft gebruik gemaakt van de rc- hom verleende vrijheid om van zijn afwij kend gevoelen bij een afzonderlijke nota ,2J ic doen blijken. Sedert hare instelling onderging de com- pnissie eenige wijziging. Zij bestaat thans 81 [uit de hoeren: F. A. L. van Lynden van ■e' Bandenberg, Voorzitter; J. van den Tempel, '"j 'J. A. de "Wilde, R. J. H. Patijn. A. van on Doornick, S. J. L. van Aalten, A. Jonker, Ci-' H van Boeijen, J. A. H. Steinweg, C. W. de. Vries (secretaris) en A. J. N. M. fci Bfnnjcken (adi secretaris). FEUILLETON. u ui f— oil L Naar het Franseh, v. H. GREVILLE te rb) ei tra, HOOFDSTUK IV. 11'. n,R-ek kasteel les Pignons straalde licht üit al zijn vensters den October-avond waarop Richard Brice daar zijn jonge schfcgenoote binnenleidde. Mevrouw Brice deed wat in haar ver- Mogen was om die feestelijke gebeurtenis aa: tooveol mogelijk op te luisteren. Zij had :rc. ai haar familieleden en de meeste harer s 'nenden uitgenoodigd voor bet diner dat n 2e gaf ter e,ere van de jonggehuwden, die - ran hun huwelijks-reis terug kwamen. Z<ij 'J1'j zichzelf overlegd, dat het voor de ca onge bruid en tevens ook voor haar zelf om [eniaklcelijker was kennis te maken in een go A rijk gezelschap, zoodat intiemere ge el prekken tot later moesten worden uitge- lao tela. oi houden die intieme gesprekken tusschen 1 °Uouw Ricliard Brice en baar schoon- k i er ooit tot stand komen? Deze laat- 1'; ,^|W3S n_°g geenszins zeker van en ;n L i. zji zich voorgenomen iedere be- aD Cr leiden moest tot een com- K.?1,13' voorkomen of af te leiden; wel c0'Kir nl- ze na" over mogelijkheid haar tC fee d" 9 S oon^ocbter eens en voor altijd k^fcrr.n ^>en °P te somomn waaraan de jonge nt m jr 7-0u moeten verzaken. 1 c1tio bV;^aSi ^wee dagen voor 't huwelijk dat 0 dames elkander voor 't eerst ont- ONZE HANDELSPOLITIEK. Tn het Hotel „De Twee Steden" te 's-Gravenhage werd, zooals gemeld, gister voormiddag onder groote belangstelling het „Economisch Urgentie-Congres" dor Alge- meene R. K. Wlerkge versvereeniging ge opend. Onder de aanwezigen werden opgemerkt Mgr. Dr. Nolens, die namens do R. K. Kamerfractie aanwezig was, de heer He ringa, chef van de afdeeling handel van het departement van handel als vertogen- we o; üger van de regeering, mr. Meiers, chef van de afdeeling invoerrechten van het do. rtement van financiën, mr. Koo ien- lid. van Raad van State, leden van de t i en Tweede Kamer, afgevaardigden v. do Noderlands-che Werkgeversvereeni- ging, van den Hoogen Raad van Arbeid, de R. K. Vrouwenbond, de Christ. Werkge versvereniging, de Haagsche Kamer van Koophandel, de R. K. Universiteit e.a. Na de openingsrede van don voorzitter was de heer Hermans aan het woord. Rede Kamerlid Hermans. De heer Hermans wees er op, ook met citaten uit den laatsten tijd van politieke tegenstanders, dat onze nationale arbeid sinds 1919 met een abnormale concurren tie heeft te worstelen. Speciaal wees hij op den noodtoestand in het Zuiden en haalt aan wa-t minister Beelaerts op do achtste Volkenbondsvergadering heeft ver- Haard. Or ral zien wij groote wolken drijven: de valuta's in Frankrijk en Italië zijn nog niet gestabiliseerd; wij staan nog in bange verwachting van de gevolgen der jongste of nog. voorgenomen tarief verhoogingen van België, Duitschland, Frankrijk, Hon garije, Noorwegen en Oostenrijk. Do uitzonderingspositie van ons land leidt tot dumpingspraktijken op de binnen- landeche markt wat spreker met feiten aantoonde. De eenige fabriek van houtschroeven in ons land wordt het bestaan onmogelijk ge maakt doordat Duitsche fabrieken hier le veren aan prijzen, waarmede nauwelijks grondstoffen en kapitaal-lasten kunnen worden betaald. Een Nederlandsche spijkerfabriek, be- hoorende tot de best geoutilleerde van Europa, werkende met machines van eigen vinding, die andere ver overtreffen, wordt door een Fransche concurrent in ons eigen land van de markt gestooten. Die concur rent heeft aan Nederlandsche afnemers be richt, dat hij zijn prijzen 10 procent lager noteert, dan de offerte van die spijkerfa^ briek, onverschillig hoe laag deze offerte mocht zijn. Amerikaanscho concurrenten van een Ned. stijfeelfa-briek verkoopen in Neder land tegen f 13.50 per 100 K.G. mot inbe grip van vracht, terwijl de prijs in Ame rika f 18 per 100 K.G. bedraagt. In de venster- en draad-, ruw- en orna- mentglasindust.rie, zijn vele millioenen ge steken en. een duizendtal arbeiders zouden er werk in gevonden hebben, als niet deze tak van nijverheid door de dumpingstak- tiek van het buitenland ter dood was ver oordeeld. Ten aanzien van de koperletlerijen wordt in het verslag van de Kamer van Koop handel en Fabrieken voor Rotterdam opge merkt, dat de achteruitgang hoofdzakelijk moet worden toegeschreven om buitenland- sche concurrentie, ,waarop het dumpmgs- systoem der Duitsche fabrieken van groo- ten invloed is." De Fransohe zijde-industrie wil k tout prix een monopolie op de Nederlandsche markt. Zij betaalt bier 5 pot. invoerrecht voor haar product, maar geeft den Neder- landschen importeur nog tot 35 pet. rabat om onze eenige zijde-fabriek cr uit te wer ken. Van de Belgische fabriek van schoenve ters is den laatsten tijd vastgesteld, dat zij schoenveters naar ons land levert k 85 ct. per gros, waarvan zij vracht en invoer rechten, welke samen 10 pet. van de waar de bedragen, voor hare rekening neenxt, terwijl hetzelfde product in België niet minder dan 40 procent duurder wordt ver kocht. De kostprijs in ons land bedraagt f 1.15, blijft dus iets benetien den ver koopsprijs in België, maar het product kan daarheen niet worden uitgevoerd, om dat de invoerrechten te hoog zijn. Hier komt bij een uittocht vair ons ka- moet hadden. Ondanks haar despotisme laad de grootmoeder toch allo plichten der wellevendheid vervuld en dat zelfs tegen over mijnheer Montaubray nog wel met een zekere achting die den bejaarden heer zeer ingenomen had. Zoo welsprekend als dat zonder woorden mogelijk was, scheen zij den vader harer schoondochter te ken nen te geven: „Ik begrijp volkomen de eer die u ons bewijst, mijnbeer!" Anders was het gesteld niet haar hou ding tegenover de bruid. Tot aan het hu welijk scheen deze in do oogen der oude dame slechts een handig meisje dat juist op tijd den weg van haar zoon gekruist had, ofschoon men wol buiten haar ha<l kunnen leven! Richard's moeder was be leefd, zelfs met een zekere neerbuigende vriendelijkheid„ welke moest dienen om den afstand tusschen haar en Odilia te overbruggen. Als deze echter maar niet romantisch of sentimenteel zou zijn! In zoo'n gespannen toestand toch, zou het iets ondraaglijks worden als Odilia ge makkelijk meende en onder tranen de kin deren van haar man kwam vragen. Deze vrees werd echter geen werkelijk heid en mevrouw Brice coiistateerdo dat met plezier. Na het huwelijk verwonderde het groot moeder Brice niet te hoeren spreken over do kinderen. Eenige oogenblikken vóór dat de jonggehuwden voor lnm huwelijks reis vertrokken, bevonden zij zieh alleen met haar en toch werd er over niets ge sproken. Alleen zei Riohard, toen hij het rijtuig instapte.: Geef de kinderen voor ons een fermen kus, hé! Deze aanbeveling ,werd door Odilia. met pitaal naar het buitenland, terwijl door de eigen industrie maar weinig kapitaal wordt opgenomen. Spreker behandelde uitvoerig de kwestie van het duurtepeil in vorband met de vaak uitgesproken bewering, dat de consumen ten van den toestand profitceren: dit doen do groothandelaars en de vertegenwoordi gers van buitenlandsche firma's. Do heer Hermans ging na wat allerlei raadgevers zooals de heer Vleeschhou- wer en anderen hebben aan de hand ge daan tot betering van don toestand. Hij besluit met deze aansporing tot de regeering: Weet weL dat een groot en toenemend deel van het volk in nood verkeert of nog gevaren ziet dreigen voor zijn bestaan, De groote veranderingen, welke plaats grij pen in de economische constructie aan Europa, waarvan wij niet weten of zij werkelijk zullen gaan in de richting van den vrijhandel of in die van een door trust en kartels georganiseerde en gereglemen teerde productie, kunnen ïiog verergeren do uitzonderingspositie, waarin ons land verkeert. Maar hoe het zij, wij verklaren met de redactie van „Het Volk": Er is maar één ding, dat ons redden kan uit liet moeras, waar wij sinds vier, vijf jaar reeds dieper in wegzinken: werk! Werk is wel vaart, tegenover de ontbering, die hot lot van den weTklooze is Werk is orde. Werk is geluk en veerkracht, de verheffing van den man en zijn gezin. 'Naar werk reiken de handen van een onafzienbare menigte en achter haar gaan even zooveel vrouwen en een heirleger van slecht geHeed3 en on dervoede kindoren". Én toen „Het Volk" dit neergeschreven had, riep het met verontwaardiging uit: „En wij, Hollanders, lammelingen, geven dat werk uit naar het buitenland ,.Het Volk" heeft hier gelijk. Het heeft met andere woorden geschre ven, dat wat ik drie maanden te voren in Maastricht heb gezegd en wat ik hier tot slot herhaal: „Wat wij vragen is toch redelijk. Wij vragen geen aalmoes, geen ondersteuning; wij vragen arbeid Wij willen meebouwen aan de welvaart der Nederlandsche maatschappij, en zijn er van overtuigd, dat wij hierdoor het best ons Vaderland kunnen dienen, dat onze nuttige arbeid moet worden beschouwd en gewaardeerd als een goede nationale daad! Rede mr. Steenberghe. Mr. Steenberghe ging in zijn rode ach tereenvolgens nale wat de aanleiding der Internationale Economische Conferentie is geweest; 2e wat zij heeft gebracht; 3e wel ke de perspectieven zijn van de conferen tie; 4e welke voor Nederland de conclu sies zijn uit de conferentie. Ad 1 um betoogde spreker, dat verschil lende oorzaken, speciaal voortvloeiende uit don wereldoorlog in het vredesverdrag, do laatste jaren de handelsbelemmeringen tot zulk een hoogte hebben opgevoerd, dat een internationale voorziening noodzakelijk werd geacht. Op de tweede plaats betoogde mr. Steenberghe, dat de conferentie van den Volkenbond slechts een eerste internatio nale toenadering heeft kunnen bereiken en dat de resoluties der conferenties zich niet verzetten tegen wederkeerigheid en be scherming tegen abnormale concurrentie. Op de derde plaats wees spreker aan, dat algemeeno toepassing van den vrijen uitvoer, een ruime tolunie of een verhoo ging van beteckenis der invoerrechten in do eerste jaren niet te verwachten is: zelfs op de zeer gematigde resoluties der confe rentie is door verschillende landen in breuk gemaakt. Op de vierde plaats kwam mr. Steen berghe de vraag beantwoordendwelke voor Nederland de consequenties van Ge- nèvc zijn, tot het bescheid, dat ons econo misch ontwapende land rekening zal moe ten houden met een blijvende bewapening van het buitenland. Het zal, zonder daardoor met de reso luties der Economische Conferentie in strijd te komen, zoo spoedig mogelijk moe ten overgaan tot het instellen van een dub bel tarief van invoerrechten en tot het ne men van maatregelen tot afweer van ab- noraxalen invoer, voortvloeiend uit dum ping, valuta-concurrentie en andere tijde lijke en abnormale oorzaken. oen glimlach goedgekeurd en versterkt. Richard's moeder moest dus wel van vreugde en voldoening jubelen. Doch dat stilzwijgen, die gereserveerdheid deed haar beklemd, angstig aan. Zou het moge lijk zijn dat de jonge vrouw, door haar man gewaarschuwd, in stilte verzaakt had aan de rechten welke Richard zoo uitdruk kelijk voor haar had opgeëischt? Was dat dus een stil toegeven, een bewijs van af stand doen? Terwijl mevrouw Brice aldus moest be kennen dat zij zeer tevreden was, wachtte zij met zenuwschokkenden angst het oogenblik af, waarop zij haar kleinzoon Karei aan die vreemdelinge, dio indring ster moest voorstellen. Tevergeefs trachtte mevrouw de la Rauveraye haar te kalmee- ren; al haar woorden waren niet in staat het bange ongeduld van haar vriendin te doen verdwijnen. Op het oogenblik dat het rijtuig, dat het jonge paar naar huis terug reed, voor de deur stil stond, nam Richard de hond van zijn vrouw en sprak: Moed, m'n Odilia, wij zullen den goe den strijd strijden. Odilia, daar is nu mijn zoon! Deze had de hand van zijn vader niet losgelaten en drong tegen hem aan alsof hij bescherming zocht tegen een naderend gevaar. Hij sloeg op zijn tweede moeder een blik vol toorn en schrik. Odilia word er door getroffen als door stak men haar liart. Die oogslag van het kind welke iets hatelijks, ietsafsckuwe- veol op die van Ricliard geleken, veroor zaakte Odilia een onbeschrijfelijk leed. Op haar beurt keek zij het kind aan en tracht te te lezen in dat jonge gemoed, reeds zoq OVERDRACHT RECTORATEN. Overproductie op het terren der gestudeerden. Prof. dr. A. Noordtzij, recbor-magnificus van de Utrechtscbe faculteit wees cr in zijn overdrachtsrede op, dat zich niet min der dan 2332 studenten hebben doen in- sehrijvon. En vervolgde dan: Maar deze stijging van het aantal stu denten heeft toch anderzijds iets bonau- wepds. Waar moeten zo allen oen plaats krijgen? Evenals in andere landen hecrscht ook in Nederland overproductie op het ter rein der „gestudeerden". Maar al te veel moeten advocaten het werk doen van een jongste bediende en ingenieurs tevreden zijn als trambestuurder, terwijl menig ge neesheer nog minder verdient dan een stu- cadoor. Dit dringt tot dc vraag, of we wel op den goeden wog zijn. Waarom moet do zoon van een „gestudeord" man ook „op studie gaan", ook al mist hijor voor een niet onbelangrijk deel de capaciteiten voor? Waarom de zoon van een arbeider of landman, die op de lagere school geen al te slecht figuur slaat? In een een zoo samengesteld organisme als ons gemeen schapsleven werkt het funest, wanneer al len, wier verstandelijke vermogens hen desnoods in staat zouden stellen om bin nen den kring der „gestudeerden" een plaatsje in te nemen, in die richting wor den godrongen, ook al moeten zij straks vergeefs naar een plaats zoeken. De rector is dan ook van oordeel, dat er geen roden is tot louter juichen, nu we in Nederland op bijna 11.000 studenten mogen bogen. Misschien lijden we aan in tellectualistische bypertrophie. Graad van natuurkundig ingenieur. Prof. ir. W. H. L. Janssen van Rooy deelde in zijn overdrachtsrede mede, uit goede bron vernomen te hebben, dat thans aan het Departement van Onderwijs de noodige voorbereidingen zijn getroffen tot do instelling van den graad van natuur kundig ingenieur. Het z.g. „repeteeren". Spr. heeft voorts de aandacht nog eens gevestigd op het euvel van het z.g. „repe teeren". Spreker logt den nadruk op het praedicaat „zoogenaamd", omdat inder daad te Delft in het dagelijksoh spraakge bruik de woorden „repeteeren" en „roptoti- tor" in ©en beteckenis worden genomen, ten eencnmalo verschillend van him letter lijken zin. Repeteeren in den werkelijken zin des woords, herhalen dus, is een dringende eisch voor elke studie, dio iets zal betee- kenen. Maar dit wordt bij ons niet met repeteeren bedoeld. Eer het tegendeel. Al les ter zijde laten, wat niet voor het exa men ter zake dienende wordt geacht; zich niet in te spannen of te begrijpen, waar men meent met een van buiten geleerd re cept te kunnen volstaan; dus doende do leerstof niet tot oen min of meer harmo nisch geheel af te. ronden, maar zich met haar vruchtbaar skelet tevreden te stellen; daarvoor hulp te zoeken buiten de hooge- school en de uren, voor het college be stemd, ongebruikt te laten, ziedaar wat algemeen onder repeteeren wordt verstaan, daar zeer velen in praktijk gebracht en door te velen als een waardige voorberei ding tot den zoo moeilijken, vceleischen- den en verantwoordelijken werkkring van ingenieur beschouwd. Het is voor niemand een geheim, dat de Technische Hoogeschool voor den omvang van het „repeteeren" berucht is, zelfs aan de andere hoogescholen, hoewel daar het zelfde verschijnsel, maar met kleinere af metingen, ook wel voorkomt. Uit de schoenindustrie. Dat hot spook der werkloosheid steeds dreigender rondwaart en dc malaise in de schoenindustrie ruimer afmetingen aan neemt moge blijken uit hot feit dat onder de 116 werkzoekenden die als zoodanig in geschreven staan bij het correspondent schap Waalwijk der intercommunale Ar beidsbemiddeling zioh 111 lederbewerkers bevinden. Ten einde middelen te beramen om in dezen noodtoestand te voorzien, heeft de burgemeester de fabrikanten opgeroepen tot eeno vergadering ten gemeentehuize op Vrijdagavond 23 September as. verworden..De knaap sloeg do oogen neer en week een pas terug, als wilde hij zich verborgen. Ach, dacht do jonge vrouw met diepe droefheid, 't zou nog weinig zijn dat liij mij haat, als men liem nog maar niet ge loerd heeft zijn ware govoelens te vorbcr- gon! Zij boog zich tot hem over, nam zijn tweede hand die hij terug trok, en drukte een kus op het blanko wat smalle, maar hooge voorhoofd. Weer week Karei te rug. daarna veegde hij zijn voorhoofd met zijn mouw af. Karei, zei Richard, die a-U os nauwlet tend had gadegeslagen, geef mijn vrouw een leus; kom jongen zij is je tweede moe der, ik houd yoel van haar en jij zult ook van haar gaan houden. Do knaap bleef onbeweeglijk staan. Kom, Kareltje, sprak nu dc grootmoe der die kleurde om zijn handelwijze, geef mevrouw oen kus. Dwing hem er niet too mevrouw, ant woordde Odilia minzaam, 't is misschien beter to wachten totdat hij het uit zich zelf doet. Ik heb hem een kus gegeven en dat is voor 't oogenblik voldoende. Hij weet dat ik van hom houd en hij zal ook van mij wel gaan houden Mevrouw Brice, Richard's moeder, was in verlegenheid geraakt en bleef zwijgen. Mevrouw do la Rouverayc kwam haar ter hulp. lijks had en dat in die oogen welke zoo- 't Is misschien het beste mevrouw dat u zich zoo spoedig mogelijk gaat omklco- den, zei ze; over een half uur zullen de laatste gasten aangekomen zijn en 't huis uit de RADIO-WERELD. Programma's voor Woensdag 21 Sept. Hilversum, 1060 M. 12.00 Politieberichten, 12.352.00 Lunchmuziek door hel trio D. GoroneL viool. J. Drukkor, cello. L. Kapper, piano. 5.006.00 Concert door het A.N.R.O.- orkest o. 1. v. Nioo Troep. "Willem Hercke- math, bas-bariton. E»b. Veen, a. d. vlcu- gOl; 6.006.30 Lezing door J. Vincent, over: Klokken en klokkenisten. 6.307.15 Voortzetting van het Concert 7.157.45 Gezondheidshalfuurtje. Dr. R. N. M. Eykel, Hoofdinspecteur vau de Volksgezondheid te Nijmegen. 7.45 Politieberichten. 10.30 Persberichten. 8.10 K.R.O.-uitzending. De Harmonie „rUnion" te Heithuysen. M Kooien, or ganist. Het Heibloemsche jongenskoor la. Marcho militaire, Alford. b Psal- mes et Lauriers, ouvort., L&nglois. (Har monie). 2. Rede van den burgemeester van Heithuisen. de heer L. Mertens 3. Dan- ses Ilongroises no. 5 en 6, Brahms (Har monie). 4. Causerie over „De Heibloem", door Br. Mathias. van het gesticht „De Heibloem''. 6. Adagio et Rondo, saxofoon- tenor, piano, Singeléo (piano). 6a. Ilei- blocmscho Volkslied, Thuysscn, b. Ave Ma ria. Theobaldus. c In memoriaal (Frag ment Jubilé cantate, van Br. Theodorus), Br. Theodorus. d. Roomscho Blijdschap, Sicking, c. Potp. van populaire liederen (Heibloemsche jongenskoor). 7. Solo do Concert (Clarinet en piano), Avoor 8. Samenspraak tusschen A. Braat on H. van Beek, Heibloemsche jongens. 9 Inter mezzo do l'Arlésienne 2e suite. Bizot (Har monie). 10 Rede van den heer H. Terra, lid v. d. Gemeenteraad te Blcrick, als oud- leerling van „De Heibloem". 11. The Mid day, Alforce (Harmonie) Orgelconcert door Martin Kooien. 1 Adagio, solo voor fluit en orgel, Kling. 2. 3e Sonote. 3. Prc- ludio, b. Adagio mo'lo, Guilmant. 3. Fuga in G-moll, Cacb. 10 3012.00 ('s avonds) Cabaret Willy Corsary, levensliedjes a. d. piano. Alex do Haas, conferencier. The Russian Bala laika Orchestre Daventry 1600 M 12.20 Dansmuziek. I.202.20 Orkestconcert. 3.20 Licht klassiek concert. Davenlry- kwartet en solisten (alt, tenor, piano). 5.35 Kinderuurlje. 6.20 Concertorgelbespeling 6.40 Tuinbouwpraatje. 6.50 Tijdsein, weerbericht, nieii\ 7.05 Concert-orgelbespeling. 7.20 Lezing: Flying over Europe 7.35 Orgelconcert. 7.50 Orkestconcert. D. Jones, tenor. P. Cochrane., viool 9.20 Weerbericht, nieuws. 9 35 Lezing: The National radio Exhi bition 9.40 Actueele causerie. 9.50 Nieuwsberichten. 9.5511.20 „The Liars", orig. eomedio in 4 acten van II. A. Jones. II.2012.20 Dansmuziek. R a d i o-P a r i s 1750 11 10.5011.20 Concert. 12 502.10 Orkestconcert. 5.055.55 Kamermuziek (piano, viool, cello). 8 5010.50 Orkestconcert. Populaire muziek. Langenberg, 469 M. 1.302 50 Orkestconcert. 5.506.20 Orkcslconccrt. 8.50 „Muiter Mews", nederduitsch drrT- ma in 5 acten van F. Stavenhagen. Daar na tot 12.20 Dansmuziek. Hamburg, 395 M 4.35 Gedichtenvoorlezing. 5.20 Dansmuziek. 6.20 Orkostconcert 7.20 Orkestconcert. 8.20 Voorlozing uit de werken van Herman Löns. Orkestmuziek. Daarna tot 11.10 Dansmuziek. Brussel 509 M. 5.206.20 Orkestconcert. 8.3510.35 Opera fragmenten. Orkest en soli. ii is reeds volMen waoht waarlijk mot ongeduld op u.... Goed, ik zal spoedig terugkomen, ant woordde Odilia. En Richard nam haar mee. Zoodra zij alleen waren nam hij zijn vrouw in zijn armen en sprak: Het is begonnen; wanneer zal 't ein digen Maak je niet ongerust; als ik niet wist dat al die dingen je verdrieten, zou ik er in 't geheel niet over peinzen, dat verzeker ik je. Richard ging vervolgens naar zijn ka mer, waar hij don trouwen Piet aantrof. Terwijl Ricliard zijn toilet maakte, vor- tede do knecht do kleine gebeurtenissen der laatste dagen. Noch do oen, noch de ander gewaagde van do vorandcringop welke hot pae gesloten huwelijk op hot kasteel kon aanbrengen. Drie flinke bonzen op de deur onderbraken het gesprok: Piet, riep do stem van Karei, waai ben je. Op oen teeken van zijn meester deed Piet open en do knaap kwam naar bin nen. Bent u hier, papa? zei hij verraet, waarom niet op uw kamer? Dit ie voortaan mijn kamer, ant- woörddo Richard, terwijl hij het kind tot zich trok. En dio dame woont hiernaast hét Welke dame? vroeg zijn vader met een geveinsd, nict-begrijpen. De dame die bij u wasm'n m'n stiefmoeder! stamelde hij alsof hij het woord met moeite uit zijn keel trok (Wordt vervolgd),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 3