T®£EBE BLAD
„DE LEIDSCHE COURANT"
DONDERDAG 15 SEPTEMBER
BIMIBEHLAND.
dienstplichtwet.
Voorloopig versing ontwerp wijziging.
j; c z vr aren i.z. het instituut der
v o o r o o f e n i n g.
Blijkens het K. V. der Tweede Kamer
in zake het wetsontwerp tot wijziging van
tic Dienstplichtwet betreurden verschei
dene leden het, dat uit het ontwerp-1925
niet overgenomen is do daarbij voorgestel
de beperking van de oefeningen ter - n-
wervïng van het bewijs van voorgeoefend
heid tot h«n, die tot gewoon dienstplichti
ge zijn bestemd. Verschillende andere le
den war.n echter met de regeering van
meening, dat zoo veel mogelijk aan alle
jongelieden, die zich vrijwillig wenschen
te oefenen om eenigo militaire bekwaam
heid te verkrijgen, daartoe de gelegenheid
moet worden verschaft.
Tegen het terugbrengen van de verkor
ting van den eersten oefentijd, waarop dc
houders van liet diploma van voorge
oefendheid recht zullen kunnen doen gol
den, bestond eveneens bij verschillende le
den ernstig bezwaar. Daarmede toch wordt
h.i. het voordeel, aan het volgen van de
vooroefeningen verbonden, belangrijk ver
minderd, hetgeen uiteraard niet zal nala
ten de belangstelling te doen dalen, en ve
len van de deelnemers zal terughouden.
De wijze van opleiding.
Vele leden gaven uiting aan de vrees,
dat de regeering bij de beantwoording van
de vraag, op welke wijze de voorgeoefen-
den hun aanvankelijke militaire opleiding
zullen moeten ontvangen, een weg heeft
ingeslagen, die tot bedenkelijke gevolgen
zal kunnen ledden! Doordat de mogelijk
heid wordt geopend, de opleiding, zij het
onder militair toezicht, te doen plaats heb
ben door gemeentebesturen, vereenigingen
of particulieren, wordt het gevaar niet
denkbeeldig geacht* dat de oefeningen in
handen komen van vereenigingen van een
uitgesproken richting, hetzij op religieus,
hetzij op staatkundig gebied. Voorts zal
het gevaar bestaan, zoo werd geoordeeld,
dat de militaire waarde van deze oplei
ding ovoldoende wordt. Bovendien zou ver
snippering in de hand gewerkt worden en
het gevaar bestaan, dat geen oefenklassen
van voldoende sterkte zullen kunnen wor
den gevormd of vergroot.
Bestaat vroegen sommige leden voorts
naast de genoemde bezwaren nog niet
een vierde gevaar van het ontworpen stel
sel daarin, da.t het meebrengt, dat ook
aan revolutionnair gezinde vereenigingen,
die zich uiterlijk legaal voordoen, een pre
mie van f 30.per voorgeoefende zal wor
den gegeven, terwijl haar de vrije beschik
king over uitrusting en wapenen zal wor
den verleend?
Medewerking der militaire
autoriteiten?
Verschillende leden meenden verder, niet
te mogen nalaten bij herhaling te wijzen
op en hun afkeuring uit to spreken over
liet gebrek aan inzicht en het gebrek aan
medewerking, welke van do zijde van vele
militaire autoriteiten ten aanzien van het
vooroefeningsinstituut zijn gebleken.
Sommige leden verklaarden het onjuist,
dat het ontwerp omtrent het vooroefe
ningsinstituut en den kaderlandstorm zoo
weinig regels geeft. Vele vragen rijzen
waarop het ontwerp geen antwoord geeft.
Zoo zwijgt het geheel over do positie van
hen, die aan de vooroefeningen deelnemen.
Staan dezen onder militaire tucht en val
len zij onder de militaire jurisdictie?
.Worden zjj van Rijkswege gekleed e be
wapend
Bij vele leden bestond ernstig be
zwaar tegen de verlenging van den dienst
tijd bij de zeemilitie.
Aangedrongen werd op verlaging van
het contingent van 19500 man.
Toediening van het H. Vormsel aan
verpleegden uit een Rijks*
opvoedingsgesticht.
Men schrijft ons uit Dedemsvaart:
Tot degenen, aan wie Z. D. H. Mgr. Van
de Wetering 14 dezer in de -kerk te De
demsvaart het H. Vormsel toediende, be
hoorden ook 30 verpleegden van het Rijks
opvoedingsgesticht „Veldzicht" te Balk
brug, over wie als peter fungeerde de
hoofdcommies ter directie van dat ge
sticht, de heer A. J. Oostdam.
Na afloop der plechtigheid verzamelde
de rector van het gesticht, de WelEerw.
heer I. v. d. Berg, de verpleegden voor de
deur der pastorie, waar zij door Z. D. H.
hartelijk werden toegesproken. Mgr.
spoorde hen aan, steeds Katholieken van
de daad te wezen en reikte hun, na hun
Zijn bisschoppelijken zegen to hebben ver
leend, ten afscheid allen do hand een
eer, welke stellig onvergetelijk voor hen
zal wezen.
De jongens hadden bloemen medege
bracht, welke zij nedorlegden op de gra
ven van twee hunner makkers op het R.
K. Kerkhof.
Na het spoorwegongeluk bij „De Vink"
„De Avondpost" meldt, dat ir. Pantha-
leon baron van Eek to Rotterdam, do sec
tie-ingenieur van het baanvak Leiden—
Rotterdam der Ned. Spoorwegen, bekend
geworden na het spoorwegongeluk bij „De
Vink", geen dienst meer doet. Hem is ziek
teverlof verleend.
NEDERLAND IN LOTUSLAND.
Dat is het motto van de groote reclame
campagne, door Ant. Jurgens' margarine-
fabrieken te Oss op touw gezet.
Reclame is toch maar alles, mogen we
wel zeggen, 't Is slechts de kunst om haar
op afdoende wijze te benutten.
Dat do Jurgensfabricken daarin ten vol
le geslaagd zijn, strekt haar reclame tot
eer.
Heel Nederland toch is op het oogon-
blik vol van Lotus, een gevolg van de
groote nationale prijsvraag voor dit arti
kel uitgeschreven. We behoeven eigenlijk
niet verder uit te weiden over deze prijs
vraag. Huis aan huis zijn de postbestellers
getrokken om do formulieren voor de prijs
vraag te bezorgen en weinigen zullen er
zijn, die er geen notitie van genomen heb
ben als men ziet hoe voor doze prijsvraag
niet minder dan f 20.000 in contanten, w.o.
een hoofdprijs van f 5000, is beschikbaar
gesteld.
Dc verbruikers van „Lotus zoet als
room" kunnen bij hun winkeliers Lotus-
landkaarten, benevens dc Lotus-tijdschrif
ten 09 en 70, waarin alle bijzonderheden
omtrent de prijsvraag zijn vermeld, ver
krijgen bij aankoop aldaar van Lotus-mar
garine.
Do inzendingen op deze prijsvraag moe
ten voor 18 October 1927 worden ingezon
den aan do N.V. Margarinc-Verkoop-Com-
binatié, afdcoling Reclame te Oss.
53E OHRSEVIING
DE AUTOBUS-CONCESSIES
LEIDEN—HAARLEM.
Een advies aan de Kroon.
Gedeputeerde Staten van Noord-Hol
land en van Zuid-Holland hebben bij hun
besluiten van 13 en 20 April vergunning
verleend tot het in werking brengen van
autobus-diensten tusschen Leiden en
Haarlem, resp. Leiden en Lisse.
Het hoofdbestuur van dc Nederlandsche
Vcreeniging van Spoor- en Tramwegperso
neel heeft zich thans tot de Kroon ge
wend met een adres, waarin verzocht
wordt deze besluiten le vernietigen. In de
uitvoerige memorie van toelichting bij dit
adres komt do Ned. Ver. tot do conclusie,
dat do instelling van een autobusbedrijf
HaarlemLeiden de bestaansvoorwaarden
van de lijn HaarlemLeiden der Noord-
Zuidi Hollandsche Tramwegmaatschappij
op zeer ernstige wijze in gevaar brengt* de
belangen van die streek daardoor eer ge
schaad dan gediend zullen worden, terwijl
dit* door de te verwachten opheffing van
deze onderneming buitendien het ontslag
van tientallen personen, die in dienst van
dezo maatschappij zijn, tot gevolg zal
kunnen hebben.
HAARLEMMEH TEER.
G e boeren: Gerrit z. v. G. Oudshoorn en
G. Bochoven. Trijntje d. v. D. Dekker en
P. G. Witte. Willem Hendrik z. v. H
Kooi en N. Wesselius. Neeltje d. v. A.
van Os en G. G. Bax. Cornelia Johanna
«Maria. d. v. Th. Straathof en G M J.
Ruigrok. Gerrit z. v. P. C. Griekspoor
en S. J. Schreuders. Pieter z. v. H. M.
v. d. Sar en G. de Ridder. Lucia The-
resia d. v. J. v. d. Helder en M. S. Sleur.
Overleden: Jacob van Kooten 59 j.
geli. met E Oussoren. Cornelia Rood-
zant 55 j. gehl. met G Maliepaard.
KATWIJK AAN DEN RIJN.
Van de trap gevallen. De landbouwer
J. Sch. Jr. was in zijn schuur in de Peper-
steeg zijn vee gaan voederen en is toen
zeer waarschijnlijk van den zolder komen
de, van den trap gevallen. Althans eenigen
tijd later werd hij door den slager Jac. R.
die oenzelfde werkzaamheid had in dien
schuur., bewusteloos onder aan de trap
gevonden. Een ontboden geneesheer hoeft
S. weer tot bewustzijn gebracht cn zijn
wonden die hij tegelijkertijd had opge-
loopen, verhonden. Gelukkig dat hij nog
tijdig word gevonden.
OUDE WETERING.
Holl. Mij. van Landbouw. Gisteren
vergaderde in het Café Van den Bosch de
af deeling Rijnsaterwoude en omstreken
van de Holl. Mij. van Landbouw, onder
voorzitterschap van den heer Kempenaar
uit Ter Aar. Uit de ingek. stukken bleek,
dat er door een groot aantal afdeelingen
adhaesie betuigd was op het afdeclings-
adres betreffende de wijziging der vel-
grens van volvette kaas, gericht aan het
hoofdbestuur van de H. M. v. L. Dank zij
de actie, o.a. gevoerd door onze afdeeling
en enkele andere, zal voorloopig do vet-
grens der volvette kaas niet gewijzigd
worden.
Bij de daaropvolgende besuursverkie
zing werden do beeren Jac. van Egmond
uit Leimuiden, en Jac. Visser uit Ter Aar
bij acclamatie herkozen als lid van liet
afdeelingsbestuur.
Bij de rondvraag doelde de Secr. mede,
dat bet in de bedoeling ligt gedurende de
aanstaande winter in deze afdeeling en
kele cursussen to organiseeren. Er bestaan
n.l. plannen te Rijnsaterwoude een cursus
in pluimveeteelt en te Leimuiden en Oude-
Wetering een algemeeno Landbouwcursus
te geven.
Nadat nog enkele zaken o.a. de onvol
doende postbestelling op vele plaatsen ten
platte lande, besproken waren, werd de
vergadering gesloten.
0£ RIJMSTREEK
ALPHEN AAN DEN RIJN.
„Missionarissen". Deze week ver
voegden zich langs de huizen onder Ka
tholieke ingezetenen een tweetal personen,
die voorgaven te komen van de Ivruishee-
ren te Voorburg met het doel werkzaam
te zijn ten bare van de Missie. Zij boden
daartoe boekjes ten verkoop aan, waar
van de opbrengst aan bovengenoemd doel
ton goede zou komen. Bij nader'onderzoek
is echter gebleken dat deze boekjes, waar
van er een getiteld was „De wachter op
Sions muren", niets meer dan onzin be
vatten, waarbij de schrijver zich zelfs niet
ontzien heeft met datgene den spot te drij
ven, wat ons Katholieken heilig is. "Wij
raden daarom ieder ernstig aan, dergelijke
personen te weren.
HAZERSWOUDE.
De dieven op 't spoor. Naar wij ver
nemen, is men de daders van den in Juli
gepleegden diefstal van een drietal schrijf
machines ten nadeele van de firma K. We
zelenburg en Zoon. op bet spoor. De ma
chines zijn te Rotterdam in beslag geno
men.
ZEVENHOVEN.
De pest. Tot poststationhouder is be
noemd de heer G. van Trigt. kruidenier
alhier.
FINANCIEN EN ÜEÖOHOKSIE.
BUITENLAND.
DE TOEKOMST VAN DEN
ENGELSCHEN KOLENUITVOER.
Canada als afzetgebied.
De kolenindustrie in Engeland heeft, :n
tegenstelling tot de staal- en andere in
dustrieën, eigenlijk geen terrein verloren,»
aldus schrijft de ,,Msb." Uit do statistie
ken van den Board of Trade blijkt, dat de
uitvoer op weg is den ouden omvang
weder aan te nemen en dat de invoer we
der tot liet minimum is gereduceerd.
Mstar deze statistieken geven nooit een
vtflk'dig en zuiver beeld van den toestand
in een bedrijf, aangezien zij de binncn-
landsche markt veronachtzamen. En het
is juist onder de verminderde binnenland-
sche vraag, een gevolg van de indus-
trieele stagnatie dat dc kolenmijnen ge
bukt gaan. Deze hangen af van den algc-
meenen cconomischen bloei, welke ook
door de langdurige mijnwerkerscrisis ge
fnuikt is geworden. Deze crisis is niet
het werk geweest van extremisten, gelijk
men zoo vaak beweert. Extremisten heb
ben slechts gepoogd er misbruik van te
maken om hun eigen doeleinden te bevor
deren. De slaking was de onvermijdelijke
consequentie van wanverhoudingen, aan
welker ontstaan allo betrokken partijen,
en zeker niet in de laatste plaats de mijn
eigenaren, schuld hadden. Maar andere
bedrijven blijven do nawerking der mijn
werkersstaking veel langer voelen dan de
mijnen zelve., die er nog slechts indirect
onder lijden. Zeer zeker hebben de mijn-
magnaten, die zooveel verzuimd, en door
hun starhoofdigheid een crisis in de hand
gewerkt hebben, een plicht te vervullen
tegenover de industrie in 't algemeen, en
zij zijn niet in de eerste plaats geroepen
om andere industrieelen op hun patrioti-
sche plichten te wijzen.
Alleen consequente en doelbewuste sa
menwerking tusschen alle groote indus
trieën, met een nalionaal-economisch doel
voor oogen, cn, onder nationale leiding,
kan voeren tot een algemeene cn krach
tige herleving der Britsche industrie, en
hiervan zullen de steenkolenmijnen in de
eerste plaats den gunstigen invloed ou
dervinden.
Zoo dus het propagandistische deel van
de campagne, waarvoor de „Daily Ex
press" zulle een geestdrift aan den dag
legt, niet op hechten., en zelfs niet op mo-
reel-onaanvechtbaren grondslag berust,
kan het zuiver-industrieele deel meer ver
trouwen inboezemen.
De mijneigenaren werken n.l. aan de
snelle modernisatie der cokes-ovens. Ge
durende de maandenlange staking van t
vorige jaar zijn vele dier ovens onklaar
geworden, zoozeer zelfs dat zij t reparee-
ren niet meer waard zijn. Thans worden
op groote schaal de meest moderne ovens
gebouwd, die do wetenschap kent, en men
verwacht dat binnen afzienbaren tijd de
invoer van cokes geheel zal kunnen wor
den stopgezet, terwijl daarentegen de uit
voer zich krachtig zal ontwikkelen.
De cokes-ovens hebben van 1906 tot
1925 een steeds belangrijker plaats inge
nomen: thans gaat de productie met nog
grooter snelheid vooruit. Britsche cokes
zijn reeds goedkooper geworden dan vóór
de staking; de omzet neemt met den dag
toe; de bijproducten worden steeds talrij
ker. Deze zijn per ton verbruikte steen
kool of vervaardigde cokes in twintig ja
ren lijds met 500 procent toegenomen.
In do buitenlandsche afzetgebieden zijn
de vooruitzichten gunstig.
In die deelen van Duitschland, welke
zoover van de Duitsche mijnen verwijderd
zijn, dat bet transport per trein te duur
wordt, (plaatsen als Hamburg en zelfs
Mannheim) begint Engeland 't verloren
terrein te herwinnen. Op de Italiaanscho
markt, waar buitenlandsche concurrentie
den Engelschen mijnen veel afbreuk had
gedaan, hebben de Duitsche, Poolsche,
Tsjecho-Slowaakschc, Amerikaansche en
andere importeurs steeds meer moeite
stand le houden tegenover de Britsche.
De electrificaliewerken hebben, sinds de
steenkolenprijzen verlaagd zijn geworden,
niet de uitbreiding gekregen, welke men
ze aanvankelijk had willen geven.
"Wat Frankrijk betreft, zijn do mijn
eigenaars met hulp van de regcering erin
geslaagd, een zoodanige wijziging van hot
nieuwe vergunniugs-sysleem te verkrij
gen, dat vergunningen verleend zullen
worden, voor minstens drie maanden,
voor den invoer van meer Britsche steen
kool dan Frankrijk voor de invoering van
dit systeem betrok.
Aan de kolenstations aan weerszijden
van t' Kanaal van Suez herovert de Brit
sche steenkoolindustrie, nu zij tot concur
reerenden prijs leveren kan., het verloren
torrein. Dc kwaliteit liarer producten is
zoodanig, dat men aan de stations in den
Indischen Oceaan gaarne 'n paar shil
lings meer per ton betaalt dan genoteerd
wordt voor steenkool uit Britsch- en Ne-
derlandsch Indië, Japan, Natal cn
Australië.
In Lalijnscb-Amerika Argentinië,
Brazilië, Chili worden goede vorderin
gen gemaakt. De Yereenigde Staten ont
namen na den oorlog, tot 1926 toe, Enge
land een groot deel van zijn markten,
maar thans verliezen zij weder terrein.
De transportkosten van Engeland naar de
Zuid-Amerikaansche markten bedragen
tweederde van de vrachten, die betaald
moeten worden voor het vervoer van ko
len uit do vèr in 't binnenland gelegen
mijnen van Noord-Amerika.
De meest belovende markt is, volgens
de „Express",, evenwol Canada. De Brit
sche mijnen kunnen zich daar een afzet
gebied van 15 millioon ton per jaar ver
zekeren. Zij kumien goedkooper naar deze
Dominion exporteeren dan bet aangren
zende Amerika, welks mijnen op grooten
afstand gelegen zijn van de havens en
van de Canadeescbe grens. Het vervoer
van een ton steenkool van een Britsche
mijn naar een Canadeesche stad kost, al
les inbegrepen, ver beneden de 12 shil
lings. Maar de transportprijs kan nog
aanmerkelijk verlaagd worden, indien er
steeds gezorgd wordt voor ladingen van
Ncwfoundlandsch ijzererts, Ganadcesch
hout of graan, enz. voor de huisreis.
Daarentegen kost het overland transport
van do naastbijgelegen Amerikaansche
mijnen naar do voornaamste Ganadeesciie
steden minstens 19 shillings per ton, en
't gemiddelde zal wel 22 shillings bedra
gen. Neemt men in aanmerking dat Brit
sche steenkool de Amerikaansche in kwa
liteit overtreft, dan is 't duidelijk dal do
groote Canadeesche markt kan worden
veroverd
Mijneigenaren, handelaren en reedera
plegen reeds overleg, en nemen domaat
regelen die noodig zijn., om aan de eischen
der Canadeesche afnemers te voldoen.
Specialo inrichtingen voor 't laden in En
geland, en voor 't lossen in Canada, zul
len worden gebouwd, en de kwestie van
dc huis-vrachten zal op zoodanige wijze
worden geregeld dat Newfoundland en
Canada cr van profitceren. Zoo is het
mogelijk dat de Canadeesche graanuitvoer,
die voor 't grootste doel door de havens
der Vereenigde Staten gaat, naar die van
St. Lawrence zal worden verlegd.
Gelijk men ziet biedt dit deel van 't pro
gram zeer groote mogelijkheden, en 't is
bovendien bevorderlijk voor de intcr-im-
periale economische samenwerking.
FfllLLISSEiaEWïEK
G. van der Leodo, rijwielhandelaar,
Veldstraat 21, Lisse. Gur. mr. F. M.
Hagemcyer, Haarlem.
HET KRANTENBERICHT.
door F. M.
Sinds zijn vrouw plotseling gestorven
was in bet tweede jaar van hun hu
welijk dat kinderloos was gebleven
was hij een rusteloos voortgejaagde zwer
ver geworden.
Maanden nog had hij het daarna in
bet huis, waar hij met haar twee korte
snelle jaren gelukkig was geweest, kunnen
volouden. Toen was het hem te sterk ge
worden, dorst ie niet langer, had hij moe
ten wijken voor de zinneloozo stilte der
vertrekken en gangen waaruit haar ge
stalte cn haar stem plotseling, en voor
altijd verdwenen waren.
Eerst had hij het niet kunnen gelooven
had hij zich niet kunnen realiseeren dat
het ontzettende dat onverhoeds en
heviger groeiend zich in enkele da-
•gen voltrokken had, realiteit was, dat
deze vier dagen over gansch zijn leven nu
hadden beslist; maar toen was het onher-
t roepelijke langzaam met de dagen waar
van géén hrt vroegere herstelde, met de
dagen dio allen zwijgend en leeg voorbij
gingen, tot hem doorgedrongen, oen on
dragelijke pijn, een angstige beklemming in
hem achterlatend, 'n zinneloos z'n her-
sens-stukdenken op „hoé hot mocht
hoe het mogelijk mocht zijn, waarom zij....
waarom zij.vragen waarop hij en
niemand antwoord wist. Het was in die
dagen dal men hem zei, dal-ie nu, nu
vooral, z'n kracht moest putten uit zijn ge
loof Maar dal wilde-io niet, wilde-n io
niet absoluut, niet geheel omdat.om
dat hij eigenlijk niet in zijn geloof geloof
de. Ilij dorst niet vertrouwen. Hij
peinsde zijn hersens moe op het hevig ge
luk dat-ie in een roes had doorleefd, dat-ie
nauwelijks had beseft waarvan bij zicb
nog nauwelijks rekenschap had gegeven
en dat hem, nog voor het algeheel tot hem
was doordrongen, alweer ontnomen was.
Toen was er een tijd gekomen dat hij
het groote portret aan den wand had
willen wegbergen dat hij geen van haar
portretten meer in zijn hand dorst nemen
om dat stille starende glimlachen niet
meer le zien, die cynische herinnering
aan, die stomme „albeelding" van wat
zijn „leven" geweest was. Maar dat had hij
toch niet gedurfd; toen dc gedachte om
haar beeltenis weg te bergen in hem op
kwam, voelde hij dit aanstonds als een
lafhartige, bezoedelende ontrouw aan zijn
liefde, aan haar die hem eens het
grootste geluk van zijn leven gegeven
had. Neen, hij mocht haar niet uit zijn
leven laten verdwijnen, haar niet wegsnij
den uit zijn leven als een melaatsch ge
zwel. Hij moest zijn moeheid, zijn pijn, zijn
angst en de stilte dezer verlaten vertrek
ken dragen, dragen, iederen dag op
nieuw, tot hij er aan bezwijken zou.
Hij had gedacht was het een laffe
hoop geweest, deze hoop.... reeds der
eerste dagen? dat de tijd dit verdriet
zou heelen, dat hij cr wel langzaam aan
voorbij zou groeien, maar het tegendeel
was waarheid gebleken. Met iederen dag
vrat het eenzaam verdriet dieper zijn ziel
binnen. "Want altijd waren zijn gedach
ten rond haar onverhoedse hen dood blij
ven zwerven, en week het gebeurde een
oogonblik naar don achtergrond van zijn
denken, plotseling stond alles weer groot
en wreed, folterend en onbarmhartig in
zijn geest; het was een kwelling die bleef,
monsterlijk en onvermurwbaar waarte
gen geen stormloopen en geen vluchten
hielp. Want ook al had hij haar uit zijn
denken kunnen wegbannen, de trieste res
ten die haar streven in zijn leven had
achtergelaten, had hij daarmede niet kun
nen ontwijken of te niet doen. Hij stond
in een groote koude leegte, grijs en roer
loos om hem heen. En dio zou blijven, ook
al rukte bij iedere herinnering uit zich
weg. Hij voelde zich een eenzame onder de
menschen, een dio een te zwaar en onbe
grepen leed te hulpeloos alleen moest dra
gen. Nimmer had hij kunnen denken dat
dit zijn deel zou worden, dit alles ontberen
in het besef dat allen langs hem heen leef
den, dat een mensch zóó weerloos, zoo
arm alleen zou kunnen staan.
Nooit had hij kunnen denken dat iets
dat zoo groot en schoon was geweest,
zoo kortstondig en ijdol mocht worden.
Hij was zoo zeker geweesC 200 geluk
kig, zooonvoorbereidin de hoo-
ge wijde lichte kamer die, met haar, z'n le
ven geworden was. 'n Aardschok en al
les was vernietigd;'hij was alleen achter
gebleven. Als oen illusie, een droomgezicht
was het voorbij geweest.
t Overal waar hij nu ging was bet leed;
't week niet moor van ziju zijde, het werd
zijn onbarmhartige gezel. liet was bij
hem als hij ging door de kamers, 't was
bij hem als hij ging door de straten,
werkte op zijn kantoor, bet was bij bom
als de treinen vreemde verre verten voor
zijn oog ontrolden: want achter de hoek-
van een stil huis dook liet plotseling op,
joeg hem terug, naar huis, terug naar
haar die hij hier laf ontvluchten wildo;
of plotseling werden de vorten al te ein
deloos en al to diep stond hij met zijn
smart hierin verloren: was niet, toch niet
de stilten der kamcren thuis vertrouwder,
veiliger?.... En een avond opende hij
weer de voordeur en moe cn angstig ging
hij binnen. E11 zijn verwezen vraag: waar
en hoe het 't einde moest zijn. 'n Huive
rende man, eenzaam-verloren.
Toen, een avond dat de storm de blade-
ren neersloeg tegen den drassigen grond
had hij zich losgerukt. Het moest. Lan
ger dorst hij niet alleen to blijven: do
herinnering werd te slopend, vermoeiend,
moordend. A's een haat was het plotse
ling en onverzettelijk over hem gekomen,
haat tegen die doode dio hem niet moer
losliet, zich op 'hem had vastgezet als 'n
fret die het leven uit hem opzoog,
haat, redeloos en wild. tegen baar dio
zijn ondergang ging worden.
Hij wilde bevrijd worden van die leegto
in hom. van zijn stilte, van al zijn pijp
nieuwe rust, een nieuw geluk, een
nieuw doel vinden niet meer omzien,
heengaan, breken!
Zoo zocht hij. 'n Rusteloos-voortge-
jaagdo zwerver sinsdien; die steden en
dorpen en landen en werelddeelen door
kruiste en nergens rust vond De were'd
bleef hem vreemd: nergens vond hij 'n
opening die hem weer toegang zou geven
tot do aarde, tot het leven. liet einde,
dat hij de stillen zocht der Ganadeesclio
wouden. Maar ook hier dreef 'm do onrust
weg: overdag joeg zijn auto in strakke
woeste vaart naar de stad on diep in do
nacht joeg hij terug naar zijn groot woon
huis in de stillo wouden van Canada
Overviel hem een groote vermoeidheid,
een norsch, zuur verzot later, oen zieke
walg daarna.
Hij voe'de. wist; het was geen rouw
meer om zijn vrouw, allang niet moer:
hij wilde nog alleen die ondempbare stil
te vullen, die leegte ontvluchten, hij wi'do
nog alleen een.contact, een belangstel
ling.... voor iets, voor wio en wat dan
ook. als hij zichzelf maar erin ver'iczon
kon; maar toen dat niet ging, toen dio
brug tusschen hem en hot loven onher
roepelijk schoon weggeslagen, verteerde
hem oen zieke wrok, een zure walg, een
verlangen naar verderven, zichzelf vernie
tigen, ten ondergaan, vergeten
Zij zal naast hem. bij het stuur In
strakke vaart joeg de auto vooruit naar
Parijs. Nog cnke'e oogenblikken. Tlij tuur
de strak voor zich uit, ingespannen, oen
woeste gloed fonkelde donker in zi.in oogen
Do vrouw naast hem praatte luid, lachto
overmoedig, maar soms schrok ze plotse
ling om die oogen die haar niet meer
schenen te zien
Hij dacht:
Dit wordt het nieuwe. Dit wordt 't
einde. Niet zij maar dit, zij is, wordt
onder velen....! Maar dit: deze zMfsver-
woesting.
Maar zijn engel-bewaarder g'ced dich
ter naast hem neer en draaide ,mild-glim-
lachende en snol bet stuur om. Tegelijk
weerklonk het zwaar geraas van in een-
drukkend en scheurend metaal en dc be*
stuurder sloeg zijn schedel te pletter.
De vrouw word bewusteloos weggedragen.
Den volgenden morgen las men in do
kranten:
„Gistermiddag had op Boulevard Clichy
een ernstig auto-ongeluk plaats dat een
der beide inzittenden hot leven kostte. TIoo
het gebeurde weet men niet, maar men
vermoedt dat door een ongelukkig toeval
hot stuur aan do hand van den bestuurder
ontglipte. De wagen snelde voort lang*
het opengebroken plaveisel maar plotse
ling zwenkte de wagen, om in do diepe
kuil neer te storten. Met het bekende nood
lottig gevolg. De inzittende dame werd be
wusteloos weggedragen, maar is intusschcn
weer volkomen hersteld. Ook volgens baar
moot het ongeval aan een plotselinge on
gesteldheid te wijten zijn, daar andcro oor
zaken totaal zijn uitgesloten de wagen is
geheel verbrijzeld." „Tijd."
ALLERLEI
Hel meesterschap.
Stiefel gaat op jacht.
Met drie honden.
Een poosjo later is hij al terug.
Wat zegt vrouw Stiefel, zijn je patronen
nou al op?
Neen, zegt Stiefel, maar ik moet nicu*
wo bonden hebben.
Getroefd. J
Hij: Het huwelijk is een loterij.
Zij: Dat is zoo. Ik lolerde een hansr
worst.
Hij: Ik was gelukiger; op mijn lot
viol ccn gans.
Een uitkomst.
Theaterdirecteur: Wien zal ik nu en-*
gageeren den jongen of den ouden kapel
meester.
Secretaris: Wel directeur, natuurlijk'
den jonge, dio laat in zoo'n vlug tempoi
spelen, dat do voorstelling minstens oen
half uur vroeger afgeloopcn is en reken
eens uit, wat dat beteekent aan besparing
van licht en verwarming. „\A