t H
politie alleen kan hieraan een einde
door streng op te treden. Door
en schande enz. Die niet lezen wil
dan maar heialen.
NOORDWIJKERHOUT.
Auto-ongeluk. Op den Heerenweg
de Gorneliabrug heeft tusschen een
juto en een dame op rijwiel een aanrij
ding plaats gevonden. Van ,de richting
Vogelenzang kwam een club fietsers en
van Noordwijkerhout kwamen twee- auto's
jraarvan de laatste de eerste wilde pas-
jeeren. Do bestuurder lette niet op de
gem toegemoetkomëndo fietsen en reed
daardoor een fiets aan. De daarop zit
tende dame werd tegen den grond ge-
Lakt en bekwam ernstige inwendige
Per auto werd de patiente
Hillegom gebracht waar dr. do We
duwe geneeskundige hulp verleende. Het
rijwiel werd gedeeltelijk vernield. Proces
verbaal werd opgemaakt.
Ongeval. Het zoontje van den land
bouwer J. P. aan den Schulpweg, was
Maandagmiddag in het weiland aan hot
rpelen, toen het van het in het weiland
loopende paard een trap tegen het lichaam
kreeg. Terstond moest geneeskundige hulp
van dokter Romijn worden ingeroepen.
Baldadigheid. De politie heeft pro
cesverbaal opgemaakt tegen P. D. alhier
wegens het vernielen van een houten
bloempot, hangende in do waranda van
bet café „De Nachtegaal".
Eveneens moest proces-verbaal worden
opgemaakt tegen P. en A. D. wegens het
versperren van den openbren weg (Goo-
iveg) bij nacht, tengevolge waarvan door
de politie nog op het laatste moment een
ernstig ongeluk moest worden voorkö-
Dien.
WARMOND.
Geboren: Johanna Gatharina d. van
van Schie en G. P. van der Poel
Cornelia Theodora d. van M. Kool en G.
der Leeden Hendrikus Johannes
-:i. van A L. Bellekom en M. J. Kroon
Cornells Johannes z. van W. G. Roest en
J. Verkaik.
Gehuwd: Klaas van der Struis 25 j.
ren Hillechien Scheltens 20 j.
i- Overleden: Gerardus Johannes de
sttaas 24 j.
t« Gevestigd: S. van Ark van Bus-
pium A. Eisenberger en gezin van den
i-iïaag J. H. Zorn van Leerdam Th.
tC. Rotteveel van Sassenheim A. Greu-
teier van Duitschland Ghr. P. Montau-
iben van Amsterdam C. J. Lensen van
li Heemstede Ghr. Th. M. de Gouw van
iOien Haag G. P. Meijer van Voorscho-
Kien Th. H. Witteman van Alkemade
- A. Onderwater van Haarlemmermeer,
Vertrokken: G. B. Woudman
naar Baarn G. Schavemnaker
at naar Lisse Ghr. J. van Gendt naar
ei Amsterdam M. A. Aardweg naar Roo-
ensendaal L. P. Krantz naar Oegstg
ei- G. J. A. M. Ruijgrok naar Eindhoven
Jac. Webbers naar Leiden M. E.
en Schrier naar den Haag W. Henst naar
Gedurende den wedstrijd was het nage
noeg windstil en de jachten hadden veel
moeite met den start. Sir Thomas' Liptons
Shamrock liep op het zand bij Gowes vast
maar kon een paar uur later, hij het intre
den van den vloed, met eigen kracht vrij
komen.
In den wedstrijd over 16 zeemijlen voor
do internationale achtmeter-klassc won de
.Hollandia" van de heeren Doedes en De
Wit met 4 min. 35 sec. voorsprong op no.
de „Norn", 3. „Emilie".
SPORT
VOETBAL.
DIOC. HAARL. BOND.
1e Lustrum District Leiden.
w In verband met het te vieren le lustrum
ran het District Leiden van den D. H. V.
'di S op 18 September a.s. kunnen wij berich-
m dat behalve het spelen van een Dis-
rictwedstrijd, op het programma geplaatst
^''tullen worden athletiek-wedslrijden voor
31 ienioren zoowel als Junioren. Verschillen
voorbereidingen tot het organiseeren
de athletiekwedstrijden zijn reeds ge-
boffen en aan den D. H. A. K. is verzocht
zijn medewerking te verleenen.
Daar het de eerste maal is dat derge-
'z{: ijke wedstrijden op het programma van
iet Leidsche District zullen komen te staan
lertrouwen wij dat hiervoor de noodige
elangstelling zal bestaan van de zijde der
eer'it K. Sporters uit onze omgeving, welke
Ts.e oor a n deze wedstrijden deel te nemen
■'Set ons willen medewerken om de athle-
iek in onze omgeving te bevorderen er
eé "gang te rï°en v^n'^en-
Aan deze wedstrijden kan worden deel-
eU] [enomen door R. K. Voetbalclubs- en R. K.
arl:Iurnvereenigingen uit onze omgeving ter-
oi »>jl voor haar leden de gelegenheid zal
irorden opengesteld voor de persoonlijke
volstrijden in to schrijven.
liet programma voor deze Athletiek-wed-
ilrijden zal Woensdagavond 10 Augustus
vastgesteld, waarna onmiddellijk
a{sl publicatie zal volgen. De vereenigingen
,^jg! leven wij echter in overweging zich nu
leeds voor te bereiden opdat op 18 Sept.
e beste resultaten bereikt kunnen worden.
Vermoedelijk zullen op het athletiek-
nj w gramma komen te staan a. a.: Estafette
X 100 M.; 100 M.; 200 M.; 400 M.; 800
Speerwerpen; hoog- en vèrspringen.
In training zij dus het parool!
D. HAVERKORN,
Secretaris-Penningmeester.
ATHLETIEK.
Paulen en v. d. Berge in Keulen.
Paulen won gisterenavond te Keulen de
00 M. in 48.9 sec. van Wiese en Engel-
iard.
t gj v. d. Berge werd achter Houhen op 100
vei tweede, echter voor Bomer, Schüller en
ieCji «iogmann.
ijzer?
•liaV.
ZEILEN.
De zeilweek te Cowes.
„De Ho 11 andia" wint.
De jaarlijksche zeilweek is Maandag te
cu Ai begonnen. Den eersten dag regende
m e' bijna onafgebroken en de publieke be-
,k op lnSstelling was gering, doch gisteren
i, nii '59 het mooi weer en de wedstrijden trok-
di rcn eqn groot aantal toeschouwers.
In de handicap-klasse voor groot© jacb-
-W011 'a Konings totter Britannia, Lord
icfl taring's "White Heather was tweede en
pni Hworth, van Sir Mortimer Sinjer, werd
M &de.
LUCHTVAART
EEN NIEUWE OCEAANVLUCHT.
Binnenkort proefvluchten op Schiphol.
De Engelsche kolonel Minchin is voorne
mens met een driemotorigo Fokkermachi
ne, welke in Amsterdam voor hem gereed
staat-, een tocht van Engeland naar Ame
rika over den Atlantischen Oceaan te ma
ken. Binnenkort wordt Minchin te Amster
dam verwacht, om op Schiphol proefvluch
ten te houden.
Uitbreiding der K.L.M.-vloot.
Onderhandelingen met de
Ned. Vliegtuigenfabriek.
De Engelsche vlieger, kapitein Mae In-
tosh, heeft zich in verbinding gesteld met
de K. L. M. om van haar aan te koopen
F. Ta, om daarmede over den Oceaan
te vliegen. De directie der K. L. M. heeft
nog geen besluit genomen, hoewel zij in
principe, tot verkoop bereid is. De K. L. M.
heeft onderhandelingen aangeknoopt met
de Nederlandsche Vliegtuigenfabriek voor
den aankoop van 5 vliegtuigen van het
type F. 8. Het koopcontract is echter nog
niet geteekend.
Ernstig vliegongeluk in Frankrijk.
Uit Saint Gaudens (Haute Garonne)
wordt gemeld:
Gisterenavond is een vliegtuig neerge
stort, dat in brand vloog toen het do aarde
raakte. De bestuurder en twee passagiers
kwamen om 't leven. Hun stoffelijk over
schot was bijna geheel verkoold.
RECHTZAKEN
HAAGSCHE RECHTBANK.
Geëischt ia tegen J. H. G. S., kleermaker
zonder vaste woonplaats, gedetineerd, die
den nacht van 5 op C Juni j.l. ingebro
ken heeft in een perceel aan do Emmalaan
te Oegstgeest met de bedoeling een
ander uit dat perceel weg to nemen,
doch, voordat hij daartoe de gelegenheid
had, op heeterdaad werd betrapt, wegens
poging tot diefstal, 1 jaar gevangenisstraf.
VOOR HUIS EN HOF.
EEN PRAATJE OVER DE BESTUIVING
DER BLOEMEN.
In den tegenwoordigen tijd, nu de
plantkunde een van de vakken van iedere
onderwijsinrichting is, weet ieder, dat
men nooit zaden van de bloemen kan
krijgen, alvorens daar bestuiving en be
vruchting aan is voorafgegaan. Weliswaar
heerschen er nog wel verkeerde begrip
pen over de wijze waarop die bevruchting
en bestuiving plaats heeft, maar die be
grippen zijn gemakkelijk in het rechte
spoor te leiden, als men een voorbeeld
neemt aan de dierenwereld; in principe
komt toch de bevruchting in het planten
rijk op het zelfde neer.
Evenals in de dierenwereld moet ook
in het plantenrijk een mannelijk en een
vrouwelijk individu samenwerken om do
bevruchting tot stand te brengen en ook
iü de dierenwereld gaat men over het al
gemeen van het standpunt uit, dat fami
lierelaties bij de bevruchting zooveel mo
gelijk moeten vermeden worden. Ook in
het plantenrijk leidt zellbev ruck ting of be
vruchting door een individu dat te na
verwant is tot verzwakking der soort. Al
les is er in de plantenwereld dan ook op
ingericht, zooveel als mogelijk is te voor
komen, dat het stuifmeel van dezelfde
bloem op de stamper van datzelfde exem
plaar terecht komen kan en dus zoo zelf-
hevruchting plaats zou 'hebben. De plan
ten, waar zelfbevruchting zoo ongeveer
regel is zijn ver in de minderheid en zijn
er alleen om den regel to bevestigen.
In dezen tijd van het jaar, wanneer alle
bloemen hun best doen ons een weinig op
te, vroolijken door hun vroolijke kleuren
kan men het beste eens rondkijken en
trachten eenige van die mysteri&i uit do
natuur te doorgronden, men zal zien, dat
de variations enorm zijn en zeer voor-de-
hand-liggend, maar daarom juist zoo
mooi.
Om uw geheugen wat op te frisschen
(we willen de beleedigende veronderstelling
niet uiten dat U het vergeten is) willen
we even van begin af aan het proces der
bestuiving en bevruchting beschrijven.
Een volledige bloem bevat mannelijke
en vrouwelijke geslachtsorganen. De man
nelijke organen bevinden zich rondom het
vrouwelijke en er zijn meestal eenige man
nelijke (meeldraden).
Er is meestal maar een vrouwelijke ge
slachtsorgaan (stamper), dat precies in
het hart van de bloem to vinden is. Het
geheel is omgeven door bloembladen cn
kelkbladen, welke laatste meestal groen
zijn. De mannelijke geslachtsorganen of
de meeldraden leveren dus de mannelijke
hevruchtingsorganen (stuifmeel) dat op de
vrouwelijko geslachtsorganen (do stempel
pel) het bovenste deel der stamper(s) ge
bracht moet worden om een bevruchting
teweeg te grengen. Dit wat de volledige
bloemen betreft, maar dan komen de on
volledige bloemen, dat zijn bloemen, die,
ook al om zelfbestuiving te voorkomen ge
separeerd zijn, zooals b.v. bet geval is bij
de zoogenaamde eenhuizige planten en de
«enslachtige bloemen,
i Bij wilgen b.v. vindt men alleen man-
nelijko of vrouwelijke bloemen op den
zelfde boom, zoo is het ook bij andere kat-
jesdragenden, o.a. de bekende populieren,
waarvan in ons land alleen mannelijke
bloemen te vinden zijn.
Bij anderen, b.v. de noten en do. hazel
noten enz. vindt men wel de verschillende
geslachten op denzelfden boom vertegen
woordigd, maar dan zitten do geslachten
toch weer apart, in do eeno bloem vindt
men namelijk alleen vrouwelijke en in de
andere bloem vindt men aleen mannelijke
geslachtsorganen. Do mannelijke bloemen
zijn hier veel in het oogloopender dan do
vrouwelijke, die men haast niet ziet. De
mannelijke bloemen zitten namelijk in kat
jes en de vrouwelijke zitten in pluimpjes.
deze twee verschillende soorten, hij
de eenhuizige en eenslachtigen is zelfbe
stuiving dus reeds uitgesloten, alleen
kunnen bij de eenhuizigen hoogsten de
bloemen van eonzelfden boom elkander
nog bestuiven of bevruchten. Bij de twee-
huizigen is alle zelfbestuiving uitgesloten.
De meest ingenieuse manieren om zelf
bestuiving te voorkomen treft men echter
aan bij de volledige bloemen. Hier toch
zitten zoowel mannelijke als vrouwelijke
organen op of in dezelfde bloem en is hét
dus minder eenvoudig om to voorkomen.,
dat het stuifmeel van dezelfde bloem op
de stamper van diezelfde bloem terecht
komt en zoo bevruchting teweeg brengt.
Heel dikwijls oefent eigen stuifmeel niet
eens een werking uit en noemt men zulke
bloemen zelfbestuiving aangewezen. Bij de
bloemen, die op kruisbestuiving aangewe
zen zijn, en dat zijn er, zooals reeds ge
zegd, vele, treft men het meest aan, dat de
meeldraden niet tegelijk rijp zijn met den
stamper van dezelfde bloem. Dus, of het
stuifmeel is reeds voltrokken voor de
stamper stamper ontvangrijp is, of de
stempel kleeft niet meer als de meeldra
den rijp zijn. Bij de planten heeft men
dus, evenals dit bij vele dieren het geval
is, een zeer scherp afgescheiden periode,
waaran de plant ontvangrijp is. Dit treft
men bij vele bloemen aan, o.a. bij Chry
santhemums, zonnebloemen, Geraniums
(de echte) en bij vele lipbloemigen (doove-
netel enz.)
De volgende groep is wel zoo interes
sant., hierbij zijn de stampers en de meel
draden zoo geplaatst ten opzichte van el
kander, dat, hoewel de beide geslachts
organen tegelijk rijp zijn, toch geen be
stuiving plaats kan hebben zonder vreem
de hulp. Hier zijn b.v. de meeldraden
veel korter dan de stamper, of andersom.
Dit vindt men heel mooi bij de primula's
of sleutelbloemen, die welbekend zijn. Hier
treft men zelfs hij de verschillende
planten der zelfde soort nog verschillen
aan. Zoo kan men b.v. twee planten heb
ben, die heiden geel bloeien, maar dan
heeft de eene plant korte meeldraden en
de andere plant heeft lange meeldraden en
een lange stamper vanzelf. Nu kan een
bij, die van een bloem komt met lange
meeldraden'wel een bloem bestuiven mot
korte meeldraden maar niet een met lan
ge meeldraden. Komt hij van een bloem
met korte meeldraden, dan kan hij alleen
een bloem met lange meeldraden van
dienst zijn. Zoo treft' men bij sommige
planten zelfs drie verschillende lengten
van meeldraden en stampers aan cn dan
wordt het nog ingewikkelder.
Veelal zijn de bloemen echter zoo in
gericht, dat ze zichzelf in geval van nood
wel bestuiven kunnen, dit is dan echter
een uiterste redmiddel.
Om dit alles goed te kunnen begrijpen
doet men goed, eens eenige bloemen
bekijken en ook, om de manier, waarop
ze door de bijeen of andere insecten be
stoven worden., te bestudeeren.
Soms, als b.v. bij de berberissen kan
men zelf de besluiving goed nabootsen,
door met de punt van een speld onder aan
de meeldraden, waar ziqh de honig be
vindt, te prikken en dan slaan de meel
draden tegen de speld aan alsof liet de
kop van de bij was.
Zooals hekend, zorgt de natuur zelf
wel voor bestuiving, mits er slechts indi
viduen van dezelfde soort in de buurt
staan en die overbrenging van het sluif-
meel geschiedt, zooals ook bekend geacht
wordt, door insecten, slakken, torren, ke
vers, vlinders en bij de bloemen met een
niet in het oogloopend bloemdek (granen,
grassen enz.) door den wind.
v. H.
ALLERLEI
Congonegers om het kampvuur.
Gesprekken over alles en no
wat.-
A. de B., Congomissionaris, schrijft i
Kerk en Missie over Avondgesprekken
met negers uit de missie van Boyange.
Over Europa en Sterrenkunde. Ik had
na een lastigen namiddag mijn avondmaal
verorberd en schoof mijn langstoel hij het
vuurtje, waar een groep mannen zat
keuvelen. Midderwijl stopten de boy's alles
terug in de keukenmalle en droegen ze in
in mijn hut. De mannen de katechist en
eenige getrouwde christenen, die rondom
de kapel woonden gaven wat plaats,
en verkneukelden zich reeds in do hoop
allerlei interessante dingen te hooren over
Mputu, Europa. Geen aangenamer uurtje,
na drukke bezigheden en bekommeringen,
dan de avondvergadering rondom het
vuurtje. De lucht is friscb en verkwik
kend. Sint Pieter heeft de groote lantaar
uitgehangen, ginder ver, hoog boven de
hoornen, van waar ze alle dorpen be
schijnt. Half achteroverliggend kijk
haar vlak in 't gelaat.
Mist is langzaberhand opgerezen
bedauwt gulzig grashalmpjes en bladeren.
Verder c.» het plein ontwaar ik nog vuur
tjes en zwarte menschelijke gestallen,
Half gedempte stemmen treffen mijn
oor, en op grooten afstand het krijschend
geschreeuw van de ebea, den lialf-aap, die
op dit oogenblik het hol in den boom ver
laat, dat hem tot dagleger heeft gediend
Ik heb mijn pijpje aangestoken en kijk
maar door naar de maan. De zwarten
hebben ook hun pijp: een hoorn of iets
dergelijks in den vorm van een elleboog
met aan weerszijden een opening waar ik
drie vingers kan insteken. Aan den eenen
kant hebben ze wat vezels er in geduwd en
daarop tabak. Het andere eind zetten ze
aan den mond, halen diep adem en blazen
daarna een wolk naar omhoog, best te ver
gelijken met den rook van een geweer dat
afgaat. De pijp gaat over aan den volgen
de en doet de heele ronde.
Dan beginnen de vragen. Hoe maken zo
dit en hoe maken zo dat? Dat weet ik
nietdat heb ik nooit gezien!?
Watl dat komt toch uit Europal.-.» Ze
begrijpen het niet. En hoe gaat men naar
Europa en hoe lang duurt dat? Wat?
zoolang? En schepen?.... En zooveel
menschen! En een vertelt het nog eens
voort aan den andere: „Hebt gij 't ge
hoord? Dag en nacht varen! (Op den Gon-
gostroom varen de schepen 's nachts niet).
Drie weken! Geen mokiri, geen land zien!
Ja, en schepen met twee of drio dui
zend menschen er op!" Ge moet dan den
toon hooren, en do uitroepingen, onmoge
lijk op 't papier weer te geven. „Is daar
het einde van den grond (van de aarde)?
vraagt er een. Waar? In Europa.
En is daarachter niets meer? voegt een
ander er bij.
Op zekeren dag gaf ik een les in de ster
renkunde. „Maar, zei er een, indien de
sterren dan toch zoover van ons zijn en do
hemel dar nog boven, hoe geraken wij
dan ooit in den hemel? Geen nood,
vriend, bij God is alles mogelijk; en onze
ziel en ook ons verheerlijkt lichaam
vaart door de afstanden heen als onze ge
dachte, welke in één oogenblik naar
Europa gaat en zelfs naar den hemel!"
Als ge dan eindelijk geen vragen of op
werpingen meer hoort, dan is 't tijd dat go
het gesprek op een lager peil zet; want
hun verstand is in een „straatje zonder
eind" geraakt.
Doch laat ik mij toch nog even verwij
len bij het thema van sterrenkunde.
Acht of negen uur ten Noorden van Li-
sala stelde men mij 's avonds dadelijk do
vraag die onmiddellijk mijn aandacht
trok of wij in Lisala ook het licht ge
zien hadden, dat daar op zekeren avond
boven hun hoofd gepasseerd was in de
richting van het Zuiden. Dezelfde vraag
hoorde ik de volgende dagen in verschei
dene dorpen Zuidwaarts. Het was een
langwerpig vuur, dat een klaarte verspreid
de, zeiden ze, gelijk aan den maneschijn
bij het eerste kwartier. Nadat het aan den
gezichteinder verdwenen was, hadden ze
een knal gehoord en ze meenden dat het
in. Lisala gevallen was. Ze waren allen fel
bang geweest en wisten niet wat er van te
denken. Ik moest hun derhalve de verkla
ring van dit verschijnsel geven.
In Lisala hadden wij niets gezien en
m zoo een verschijnsel ook niets ge
hoord. Het was zoo wat veertig dagen ge
leden, zeiden ze, en het kwam mij toch
te binnen, dat ik rond dien tijd op Tïen
avond, dat het reeds donker was, een ge
weerschot had mcenen te hooren.
Volgens mijn verdere opsporingen moet
die bolide een eerste maal ontploft Zijn ten
N.W., dicht bij Lisala. Daarna Hepen de
inlichtingen uiteen. Geen mijner zegslie
den had den lichtsteen zien ontploffen of
zien vallen, wat mij mijn opzoekingen deed
staken Naar men zegt zijn zulke ver
schijnselen in de tropen niet zeldzaam.
Uit het verleden. Laten we even terug-
keeren tot den fantastischen tropen
avond boven vermeld. We zaten dus bij 't
nachtvuurtje, en terwijl men, om zoo to
zeggen naar een gesprekdraad zocht, nam
ik zelf het woord om hun ook eenige
vraagskens te stellen. Ik vroeg hun naar
hun verleden, cn of het waar was, wat
ik gehoord had, dat er weleer zooveel hun
ner waren vermoord.
Het verkoolde brandhout werd dichter
in het vuur geschoven, het knetterde wat
en er danste eèh vlammetje omhoog, dat
een fletschen schijn wierp op de zwarte
spookgedaanten er rondom en op de nabij-
staaiide hutten.
Toen begon er een het verhaal, dat af
en toe door de anderen werd beaamd en
aangevuld, en hetwelk ik u slechts in het
kort zal trachten weer le geven.
Voor zoo ver ze hadden hooren vertel
len van hun vader want zelf hadden ze
het niet beleefd hadden ze vroeger ver
scheidene uren hooger op gewoond, in 't
noorden Daar hadden ze verwoede ge
vechten moeten leveren met de Ngbandi's
die al verder naar het Zuiden wilden af
zakken. 't Waren hun middeleeuwen, toen
de volksstammen elkander verdrongen
van Noord naar Zuid en oorlog een ge
wone bezigheid was, zooals thans de jacht
en de vischvangst. Zij waren „Bobaio",
familie van de „Bwela", een tak vau den
grooten ,.Ngombe"-stam. Al die takken
waren elkander op de hielen gevolgd en
hadden de landzaten Zuidwaarts verdre
ven.
Van de groote verhuizing van eertijds
wisten ze niet veel, doch van de „Ngban-
di" hadden ze 't niet vergeten en de
schrik voor deze woeste „Noordmannen"
zat hun nog in 't lijf.
Rondom hun dorp, zeiden ze, hadden ze
grachten gegraven, en met zware en hooge
staken een omheining aangelegd. Was do
vijand in aantocht, dan werden in allerijl
water en levensmiddelen in 't dorp gedra
gen en de boom die als brug over de gracht
dienst deed, binnengehaald. Die tactiek
was hun redding geweest. De aanvallers
moesten onverrichter zake terug.
Sporen van zulke versterkingen bestaan
hier en daar nog in de bosschen. Meer wis
ten ze te vertellen van de laatste gruwelen
uit den hangen caoutchouctijd. De moes
ten hadden dit nog als kind beleefd. Een
oorlog was dat niet, want tegenover de ge
weren der blanken stonden ze weerloos,
verlamd door den schrik en half waanzin
nig. Als roofdieren werden ze opgespoord,
achtervolgd en neergeveld door den ko
gel. Bleven mannen achter in het dorp
of zagen soldaten hen in 't bosch werke
loos,, of was dc hoeveelheid aangebrachte
vederhars niet verdoende, zij waren ge
wis kinderen des doods. Pijnigingen met
mes en vuur werden sommigen niet ge
spaard. „Dat heb ik met eigen oogen ge
zien", bevestigde hij, die de bijzonderhe
den ervan aanhaalde, en in zijn blikken
las ik bij den valen schijn van het vuurtje
het afgrijzen, welke de herinneringen aan
deze akelige tijden bij hem nog verwekte....
Een nachtuil Erasto ïn het Loscli ach ley
de hutten.
Maar konden zo zïcïï niet n n door do
Vlucht? Ook verder werden y gevat en'
zelfs niets zelden door naburige vijandigo
stammen in de pan gehakt. Toch hadden
vele vluchtelingen zich weten lo verber
gen. Later werden ze door toedoen van
©en blanke van den Staat wederom opge
zocht en bijeengebracht in de drie dorpen
hunner famiüe, die thans bestaan. Rond
dien tijd werd de missio van Boyange ge
sticht. „Ja, voegde er een naief bij, wa
ren de paters in de streek niet gekomen,
er zou voorzeker van onze bloeiende dor
pen niets zijn overgebleven.
En ze vertelden nog van 't rechtsge-*
ding, dat daarna had plaats gehad in Bo-
ma en hoe de zoon van hun populairen
hoofdman hij die de verstrooide over
blijfselen weer verzameld had als ge
tuige was opgeroepen en- onderweg was go
s torven
DE GEZELLIGE PASSAGIER.
Met een vredig gangetje, achterna ge
zeten door 'n onnoozelo stofwolk, rolde
do autobus door do aardige omgeving van
Westelijk Noord-Brabant.
Indien men het voorthobbelende vehi
kel beschouwde, kroeg men den indruk*
dat geen der inzittenden met do kwaal
van gejaagdheid geplaagd werd en dat
het den man, dio het motor-dier mende,
absoluut niet aan voorzichtigheid ontbrak
en bij hem „safety first'' hoofdzaak was.
Vandaag bestond do lading uit eon
tiental pasasgiers.
De man, met een zeer slim uiterlijk,
had op dit oogenblik het woord.
Do man experimenteerde, manipuleer
de, oreerde.
De bus keek, raadde, luisterde.
Zo zaten er in 'n goedwillige aandacht:
do overbekende, omvangrijko juffrouw met
de mand vol boodschappen van allerlei
aard; do monteur met een geheimzinnig
in zeildoek gewikkelde verzameling in
strumenten en olie-geuren; het onvermij
delijke, magere, vermoeide vrouwtje met
het slaperige kind; de heer,, die steeds een
bolhoed draag, zwart-garen handschoe
nen en de onmisbare parapluio; twee bab
bel-lachende dienstmeisjes; 'n handels
reiziger en een keurig jongeheer met
roodbruine schoenen, blauw costuum, roo-
den das, witten stroohoed, lila sokken en
gris-perle handschoenen.
Buiten gleden weilanden, hofsteden en
groote boomgaarden in lieflijke afwisse
ling voorhij.
Binnen deinden do reizigers gezellig
op liet rythme van den motor.
En het ^middelpunt der kleurige gezel
ligheid was de man dio experimenteerde,
manipuleerde, oreerde.
„Alzoo" lichtelijk vibreerde z'n slem
„nemen avo dit kwartje en brengen dat
in het doosje. Zoo. Wo sluiten het doosjo
en u hoort, als ik mijn hand beweeg, dat
het geldstukje zich nog in het doosjo be
vindt. Alzoo. Dan nemen we er behoed
zaam het dekseltje af en (tot een der
dienslmeisjes)als de juffrouw eens
wil zoeken in dat taschje op haar schoot"
Het meisje kleurt doch zoekt en vindt
het kwartje.
Verbazing, gelach; goedkeuring .op alle
banken.
De bus kijkt, raadt, luistert.
Aller aandacht gaat naar den man met
het zéér slimme uiterlijk, die zoo prettig
goochelen kan en gezellige afleiding
brengt. Alleen de kleurrijke lieer doet als
of hij de voorstelling niet volgt, maar met
half gesloten oogen mist hij niet veel van
de gratis séance.
De bus-arlist, nu lot den man met den
bolhoed:
„Alzoo, als u zoo vriendelijk wil zijn
me even die dasspeld tc leenen. Dank u.
Alzoo, ik steek de dasspeld op dit papier
tje. Dan draai ik dit papiertje tot ccn rol
letje. Zóó Vervolgens nemen wo een lu
cifertje en steken liet rolletje aan. En nu
ziet u, de dasspeld is verdwenen. Weg.
Alzoo, zeg ik: een, twee, zeventien! En
kijk nu allen naar mijn hoed."
En daar prijkte do betooverde speld.
Met een „dank u vriendelijk'' kreeg, do
„bolhoed'' zijn eigendom terug.
De bus-genooten zijn sprakeloos. En
genieten van deze gul geboden afleiding.
Kortte men zich even fijn den tijd!
Intusschen rolt dc bus over de mooie
Brabantschc wegen. Langs aardige, rui
me boerderijen en weilanden, waar het
vee drooinerig to kijken staal.
Zevenbergen is achter den rug. Nu gaat
het op Tcrhcijden aan.
De passagiers, men ziet het, zitten to
wachten op de hervatting der voorstel
ling.
De slimme man stolt niet te leur.
„Alzoo", trilt zijn stom, „laat ik u
thans mijn raooisten, nooit geimilecrden
toer zien. Hiermede behaaldo ik den eer
sten prijs op het gewestelijk congres van.
Handenarbeid te Bergen op Zoom in 1903
Alzoo, indien do heeren me even hun
horloge met ketting ter hand willen stel
len. Ik zal die voorwerpen dan doen ver
dwijnen, naar keuze van het geacht gezel
schap, op zichtbare of onzichtbare wijze."
De handelsreiziger en de man met den
bolhoed leggen alsdan hun gouden uur
werk met ketting in handen van den gc-
zelligen medepassagier.
Na eenig heen en w.eer praten viel do
keus op de zichtbare verdwijning. Inmid
dels verontschuldigd! do monteur zich,
dat hij in zijn werk geen uurwerk draagt,
en de kleurige lieer beweert, dat hij zijn
horlogo thuis heeft laten „leggen".
Men is Terhcijden genaderd.
Het gezelschap staat onder hoogspan
ning.
„Alzoo", herneemt de onderhoudende
medereiziger, „bevestig ik dezo beide ket
tingen aan elkaar. Hang ze om mijn hals,
Alzoo bevindt zich een horloge op elko
rcA'ers. En nu goed opletten en zitten
blijven. U ziet ze zichtbaar vordwijnon.
Een twee.
Hij is opgestaan en heeft achter zich,
behoedzaam, liet portier geopend.
Halte Tcrhcijden.
Als de bus stils laat.. stapt hij dooi!.alm
en achterwaarts gaande uit en zegt