[fiÏHË FAMILIE. TWKESE BLUB „DE LEIDSCHE COURANT" MAANDAG II JULI do Communie aan het altaar minstens een geestelijke Communie te doen, een verlan gen daarnaar in ons op te wekken. De „Postcommunio" gebeden zijn dank gebeden voor de genoten H. Communie. Dö' liturgische plechtigheid der n. Mis wordt besloten met den zegen aan de aanwezigen en in den regel met het begin van het St. Joannes-Evangelie. Deze verhevene woorden, in geheimnis- volle taal de grondwaarbeden omvattende van ons H. Geloof, besluiten bijna elke H. Mis. In dien zin vormen Credo, Praefatie en Joannes-Evangelie weder een eenheid. Zoo vormt de H. Mis een vast aaneenge sloten geheel van gebeden en handelingen, in elkander overgaande en door eenzelfde stemming verbonden, echter vol afwisseling en tegenstelling en aaneengesnoerd door een geleidelijke stijging der stemming wel ke met do Consecratie en Communio haar beide hoogtepunten bereikt en dan weer afdaalt in symmetrische terugslag op den aanvang. Moge aldus onze geest en ons hart me deleven met de verheven Geheimen, die op het altaar worden voltrokken. A. BOEKEL, Kapelaan. SI^ISEMLaMO Vragen van Kamerleden. Het dansen op Zondag. De heer Duymaor van Twist heeft aan den Minister van Justitie gevraagd, of hij kennis genomen heeft van het antwoord, dat de heer Duymaer van Twist heeft ont vangen van B. en W. van 's-Gravenhage nopens het verleenen van dansvergunnin- gen op Zondag te Den Haag en of de Mi nister het standpunt an burgemeester en wethouders, dat op den Zondag des mid dags mag worden gedanst, mits na het vol komen eindigen der middagdiensten niet in strijd acht met artikel 4 der Zondagwet en wel in tweeërlei zin door: a. de uitzondering, welke het artikel voorschrijft, tot regel te maken; b. het pertinente voorschrift van het ar tikel, dat openbare vermakelijkheden hij uitzondering kunnen worden toegestaan, mits niet dan na het volkomen eindigen van alle godsdienstoefeningen, ter zijde te stellen en daarvan te maken, dat reeds na de middaggodsdienstoefening mag worden gedanst? Zqo deze vraag bevestigend wordt beant woord, vraagt de heer Duymaer van Twist of de Minister dan bereid is, overeenkom stig zijn toezegging, maatregelen te treffen ter handhaving van do Zondagswet. Vrijwillig bijbetaalde belasting. In vijf jaar tijds ruim 18 ton. In April j.l. verscheen een mededeeling in de bladen, waarbij werd aangekondigd, dat zij, die door onjuiste belastingaangifte den fiscus hadden benadeeld, alsnog in de legenhcid worden gesteld om hun opgaven to verbeteren en het verschuldigde vrijwil lig te voldoen, zonder dat boete wordt op gelegd. Deze „amnestiebepaling" heeft tot gevolg gehad dat tal van bedragen, waar onder ook aanzienlijke sommen de Staatscourant getuigt zulks aan gewe- tensgeld zijn ontvangen van personen, dio verlangend hun belastingschuld aan to zui veren, schoon „schip" hebben willen ma ken. Nu was deze bepaling niet nieuw, want ook vroeger zijn al eens dergelijke aankondigingen verschenen, maar toch acht men van hooger hand een dergelijke fiscale opfrissching voor degenen die zulks noodig hebben, blijkbaar wel van tijd tot tijd gewenscht. "VVij hebben eens nagegaan, aldus de „Tel.", wat in de afgeloopen vijf jaar aan gewetensgelden enz. zijn ontvangen, waar hij ons de gegevens met groote welwillend heid van de zijde van het Departement van Financiën zijn verstrekt. Aan vrijwillig bijbet. belasting werd in 1922 totaal ontvangen 247.179.12i, in 1923 285.118.90, in 1924 362.037.75i. Het jaar 1925 vertoont een groote stijging, want in dat jaar werd ontvangen 503.736.99, doch in 1926 was het vveer minder, n.l. 352.917.69, totaal in vijf jaar tijds 1.750.989.86. Aan eigenlijke gewetensgelden kwam vee] minder binnen, n.l. 26.872.03, ver- 1 deeld als volgt: in 1922 407.35, in 1923 f 1.198, in 1924 ƒ6.832.91, in 1925 slechts 941.27, doch in 1926 ruim achttien maal zooveel, n.l. 17.492.50. Dan is er nog de categorie van gelden van onbekenden oorsprong, die van 1922 tot 1926 het bedrag van 59.477.44 op brachten. De opbrengsten in die jaren zijn, even als die der gewetensgelden, nog al uiteen loopend. Wij laten ze hier volgen: 1922 15.648.85, 1923 f 10.062.62, 1924 9.817.37, 1925 6.743.33 en in 1926 niet minder dan 17.205.27. Met elkaar was de opbrengst van al deze gelden ruim 18 ton, n.l. Vrijw. bijbetaalde belasting 1.750.989.86 Gewtensgeld 26.872.03 Gelden van onbekenden oor sprong 59.477.44 Totaal 1.837.339.33 Volks- en schoolbaden. In de vergadering van de Nederl. ver- eeniging voor volks- en schoolbaden, on der leiding van den voorzitter, dr. N. M. Josephus Jitta, te 's-Gravenhage gehou den, hield dr. M. D. Horst, directeur van den gemeentelijken geneeskundigen dienst te L e i d o n, een rede over: den invloed van het schoolbad op de frequentie van het volksbad. Hij noemde de kwestie niet zoo eenvoudig, omdat het oorzakelijk ver hand moet worden aangetoond, waartoe statistisch materiaal met de grootste voor zichtigheid dient te worden gebruikt. Plaat selijko en tijdsomstandigheden moeten he kend zijn en in aanmerking genomen wor den. Men moet dus beschikken over een grooten tijdsduur, men moet nagaan of er zich schommelingen vertoonen enz. Het was dan ook onmogelijk voor spr. een on derzoek in te stellen, zich uitstrekkendo over het gekeele land. Hij heeft zich dan ook tot Leiden bepaald. Tot 1895 werd er zeer weinig gebaad in Leiden, maar in dat jaar werd door een bekend fabrikant een hadhuis gesticht, eerst voor mannen, later ook voor vrouwen, waarvan een vrij nauw keurige statistiek werd bijgehouden. In het eerste jaar bedroeg het aantal baden van 6 cent voor mannen 17000, voor vrouwen 6000. Bij deze goedkoopste baden zag men daarna een voortdurende daling In do duurdere baden zag men aanvankelijk een rijzing, daarna ook 'n daling, in de school baden was de daling over vijf jaren oven eens zeer merkbaar. Alleen de baden van 't garnizoen namen na een daling, plotseling sterk toe. Tengevolge waarvan de totalon in het vijfde jaar na de oprichting 44.410 waren, tegen 4-3.600 in het eerste jaar. Van invloed zijn verschillende tijdelijke omstan digheden. In Leiden neemt tegen de 3 Oc- toberfeesten het aantal baden af omdat men dan zijn geld in den zak wil houden voor het feest. Ook de seizoenen doen hun invloed gelden, in den zomer neemt het aantal af, in den winter bereikt het zijn hoogtepunt. Een andere factor is de sa menstelling der bevolging. Is er een garnizoen dan is het aantal baden grooter; in Leiden nam het aantal vollcsbaden toe tijdens den oorlog door de invasie van Duitscke fabrieksmeisjes, die aan baden gewend waren. Voorts doen be diening, inrichting van het bad, tarieven, enz. hun invloed gelden. Spr. ging de cijfers van het bezoek aan het fabrieksbadhuis na tot 1921. Tot dat jaar was dit badhuis het eenige. In 1922 bouwde de woningbouwvereniging De Eendracht een hadhuis en tevens werd een gemeentelijk badhuis ingericht, waar schoolbaden genomen worden. Van toen af zag men een regelmatige stijging in hot totaal aantal baden. In 1921 werden in het fabrieksbad 36.000 baden genomen, dit jaar meende spr. zou in de gezamenlijke hadhuizen het aantal van 100.000 bereikt worden. De vraag is nu welken invloed de school baden op het bezoek aan het volksbad heb ben. Is die invloed inderdaad aanwezig, dan moet tot een zeker maximum een regelma tige stijging der volksbaden worden waar genomen door het toevoegen ieder jaar van een generatie schooibaders aan de volks baders. Deze regelmatige stijging is inder daad aanwezig. En dit zou nog geen bewijs zijn als daarnaast niet in Leiden geconsta teerd was, dat ongeveer 30 pet. van de schoolbaders na afloop van den schoolleef tijd „voor eigen geld" door blijft baden. Voor de vereeniging vloeit, volgens spr. hieruit voort, dat de propaganda voor de [iluryisaiie scliGanheid iii den Bouw der H. Hts. |De schoonheid der Liturgie schittert in lje stralen. Hen eerste is haar wezen schoonheid L pik afzonderlijk oogenblik. Hen tweede is zij schoonheid in den Lnv der- H. Mis. Hen derde straalt haar schoonheid inde van het kerkelijk jaar. Hike liturgische handeling en vooral de 1 Vis laat zich ontleden in een onbepaald Mal momenten, waarin oen reeks van ïboono zinrijke handelingen zich voor het Ij der aanwezigen ontrolt. Het centrale punt, dat alles beheerscht, vaar alles uitgaat en waartoe alles te- |cgkeert, is natuurlijk het Allerheiligste |H. Hostie en de Kelk, het H. Lichaam Bloed des Heeren. rget H. Misoffer is het middelpunt der *prk en behoort ook het middelpunt te La voor de geloovigen, de goddelijk mag- Kpt, die de Katholieke harten tot zich Mi, 't geloovige volk reeds bij het dagen ii liet eerste morgenlicht naar de Kerk (et stroomen. IDeS. Mis begint met een ingangsgehed, Lt direct en helder der stemming opent, het geheel zal beheerschen. volgt een nederig bewustzijn van wij durven het offer nog niet vol lekken en verootmoedigd bidden wij met 4n Priester: „Kyrie eleison, Heer ont- u onzer". ■Met vertrouwen op Gods barmhartigheid dan de jubelende aanbidding van id in het „Gloria". «Xa gebeden en lezingen uit de H. Schrift ■Epistel en Evangelie) uit zich de H. Mis een plechtige geloofsbelijdenis, het ma de offerande van brood en wijn bidt 4priester: „Kom, Heiligmaker, almachti- Xen eeuwige God en zegen dit offer, ten Eren heiligen Naam bereid". Jin de Praefatie, de inleiding tot de hei- La offerhandeling, roept de Priester de fSpovigen op, om met alle Engelen God te ■Voort de verschillende tijden van jaar en iLg zijn er 12 verschillende Praefaties, alle tXtüjk schitterend door statigen latijn- iwen stijl en niet minder schitterend door diepen dogmatischen inhoud, waarin siftrsckillende geloofsgeheifen beurteling (■heerlijkt worden. [Bij de Consecratie, de heilige offerhan- Hing moeten wij Jezus niet alleen aan- maar in vereeniging met Hem en mester, het Goddelijk offer aan den he- nikhe Vader aanbieden en opdragen. a|De Hemel jubelt hij de Consecratie om 1.1 oneindige hulde en dank welke de Al- g ■hoogste, de Hemolsche Vader ontvangt; ontspringt er op aarde een bron van made. dan daalt er verkwikking en ver- vRi'n? neer in het vagevuur. VjËef is een stijging, een climax, geleido- onafgebroken als de treden vaneen welke vanaf den Introitus over ijtie, Gloria, Oratio, Epistel, Graduale, efftngelie, Credo, Offerande, Praefatie en Mmetus tót de Consecratie en Opheffing ■Maar dan moet in het heilige drama- „Offerspel" der H. Mis een over lig van dit hoogtepunt, de Consecratie ge- otsfclen worden tot het tweede hoogtepunt I Communie. |Ed onze Moeder de H. Kerk heeft een keililengewoon waardige en gelukkige oplos- lig gevonden, door tusschen de conse- öjatie en Communie te plaatsen het Pater filer, het Gebed rles Heeren, 't Onze ifamieer Jezns Christus op het altaar leowoordig is, dan bidden wij het Gebed, ngi# de Zaligmaker Zelf ons heeft geleerd r I voorgeschreven, da.t Onze Vader, dat wij met den Priester, die ons ■rhidt. La een paar gebeden als voorbereiding h| de Communie klopt de Priester drie- i Jal op de horst ten teeken van ootmoed de altaarschel wordt die akte van aan de geloovigen vertolkt, op- t If zij zich vereenzelvigen met de H. >ekpmwiie, die aanstonds geschiedt, Pd is schoon en heerlijk, wanneer aan |H. Communie van den Priester die der fn''igPn zich aomsluit. Passend is het hij Bomen door Compton Mackenzie. zo| hertaald door Ellen Kusse. noodig je mij dan uit er geld vediezen?" 'Thence glimlachte medelijdend. dacht, dat je blij zou zijn een kans Sibben, om je belangelooze waardeering 6 'cu.nBt t0 toonen. Na verloop van c^jJn je trotsch zijn, wanneer je je ui:V hoe jij een van de eersten go- "r't bent om een werkelijke getuigenis cl ®r Thomas af te leggen." Jar misschien ben ik even sceptisch ;<1J^lcgd als je held. Ik geloof misschien ffs*m onsterfelijkheid van je stuk." Vjirence fronste z'n wenkbrauwen, frerfi m'n beste kerel, wees nu niet ssil eesti(g' We rekenen allemaal op je. •eg|b0tl t0Ck n*et Prett^ vinden, als i#ï?Cer<* wer<*> iQ u^t jaloezie ge- et® k e8n concurrent-dramaturg te ^ftsboomen. Maar ik moet oppassen, dat ^Verontwaardiging niet do overhand Fjjgt en je moet m'n heftigheid verge- •t® i ovevsPannen. De grootheid van cnl verP bijna te overweldigend mo geweest. Bovendien, had ik da- ;ijjj ®°°tcn uitleggen, dat ik van plan P-W i- Wa^ no^ van miitt ezgen klein jij '3. overgebleven, in Thomas te -k ken daar zelf toe bereid. Dan ecn iaar als tooneelspeler doorbren- ■t JT» miïn meer wereldschen bevredigen, door een paar echt commercieele stukken te schrijven, alvo rens aan mijn volgend groot treurspel te beginnen „Paulus". John kwam tot de slotsom, dat z'n zwa ger krankzinnig was geworden, en daar hij niets meer afdoend bedenken kon in een dergelijke crisis, belde hij. Maar toen Maud kwam vragen, wat hij wenschte, kon hij niets anders verzinnen, dan haar te zeggen, dat mijnheer Armitago bleef lun chen. Het was een allerakeligste maaltijd, om dat miss Hamilton, wilde ze niet hardop lachen, zich onnatuurlijk ernstig voor deed, en John zelf was in een doorloopen den toestand van zenuwachtige ergernis ten opzichte van Laurence, die alles koud liet worden op z'n bord, terwijl hij onop houdelijk voortdreunde over den eenvoud van de mooiste kunst. Het was een ware Tantaluskwelling, to zien, hoe hij al pra tende een hap op z'n vork opbouwde, de zen, steeds door pratende, naar z'n lippen bra-cht; en dan al pratende do overladen vork heen en weer zwaaide. Maar het was een ware wanhoop te zien, hoe de met zooveel moeite bijeengebrachte hap weer stuk voor stuk op z'n bord terugviel, tot dat hij eindelijk, heel langzaam in z'n geduldigen mond stopte, zoo'n ldein stuk je, dat het hem niet belette om al kau wende voort te praten. „Ik vrees, dat de lunch je -niet erg smaakt," zei z'n gastheer. „Wacht niet op mij, beste kerel; als ik ergens belang in stel, kan ik m'n eten niet naar binnen slokken. Ofschoon ik toch in ieder geval indigestie zal krijgen, vervolg de hij op gelaten toon. Men kan nu een maal geen stukken als Thomas schrijven. zonder zich bloot te stellen aan de kwa len des vleezes." Zeer tot John's opluchting kondigde z'n zwager na den lunch aan, dat hij een af spraak met Eleanor had en daarom niet langer kon blijven, zelfs niet om een si gaar te rooken. „Ja," zeide hij, „Eleanor en ik zullen met een paar van haar tooneelvrienden spre ken. Ongetwijfeld zal ik me zelf binnen kort een snaak en een zwerver kunnen noemen. Och ja, die arme Edith was er vanochtend bepaald van streek over, toen ik haar dit bij wijze van grapje zei. Doch zij zal vanavond gelukkig zijn, als zo bij mijn terugkomst verneemt, hoe royaal en gul haar broer geweest is." „Wat zeg je?" „Niet dat Edith ooit iots anders van hem verwachtte. Neen, neen, m'n beste ke rel, Edith schat je bijzonder hoog, even als ik dat doet, indien je me dit toesbaat. Goeden middag, John, en wel bedankt. Wie weet? Onze kleine lunch wordt mis schien nog eens 'n gulden dag in de ge schiedenis van het Engelsck tooneel. Laat mo eens zien, het „tube"-station is immers links af, als ik de deur uit ga? Adieu, John ik wou, dat ik vannacht bij je kon blijven logeeren, maar ik heb een goed koop ééndaagsch retour, hetgeen mo be let mijn plannen uit te breiden." Toen John in dc bibliotheek terugkwam, keerde hij zich onthutst naar zijn secre taresse. „Zegt U nu eens. Ik heb hem toch nooit den minsten indruk gegeven, dat ik z'n be roerd stuk ging steunen, of wel?" „Integendeel, U bracht hem duidelijk aan 'fc verstand, dat U er niet aan dacht." schoolbaden ijverig moet worden gevoerd. Spr. vestigde de aandacht op Den Haag waar men de leerlingen van de kopscholon kosteloos gelegenheid geeft te baden. Dit zou tot andere onderwijsinrichtingen uit gestrekt kunnen worden cn zelfs zou het zoo'n gek idee nog niet zijn, kosteloos kaar ten te verstrekken voor ieder beneden den 18-jarigen leeftijd. De heer Fischer te 's-Gravenhage, maak te do opmerking, dat men, gezien de erva ring, niet zoo angstvallig behoeft te zijn ten aanzien van de tarieven. Het bezoek aan het badhuis in de Hemsterhuisstraat alhier is n.l. sterk teruggeloopen en do be zoekers zijn voor een deel overgegaan naar het nieuwe hadhuis aan de Torenstraat, dat duurder is. Spr. waarschuwde voorts to gen het invoeren van gratis baden tot den 18-jarigen leeftijd. De ervaring daarmee in Den Haag is droevig; tal van jongens kwa men gratis baden en maakten zoo'n lawaai dat de gewone bezoekers er den grootsten hinder van hadden. De heer Blokpoel te 's-Gravenhage vroeg welke do oorzaak was van de daling der schoolbaden te Leiden van 1100 tot 49 tus schen 1895 en 1900 en voorts of er in Lei den onderscheid gemaakt wordt tusschen z.g. armenscholen en andere, wat betreft het verstrekken van schoolbaden. Do heer van Vucht uit Amsterdam wees op den invloed van de tarieven. Tariefsver hooging te Amsterdam heeft geleid tot erlaging van het aantal bezoekers, maar tot verandering van het gehalte der baders, zoodat een categorie werd uitgeschakeld. Dr. Horst, de sprekers beantwoordende, sloot zich hij do laatste opmerking aan en wees erop, dat de klasse, die het 't meest noodig heeft, door hooge tarieven wordt uitgesloten. Van de daling der schoolba den tusschen 1895 en 1900 was spr. geen oorzaak bekend. Dr. Gichner te Baltimore, wees nog op de heteekenis van kinderbaden voor het baden in het algemeen en deelde mee hoe in Baltimore de propaganda onder de moeders gevoerd wordt, n.l. door een bad- kaart als prijs voor goede leerlingen to ge ven, enz. Vervolgens hield dr. Francis E. From- zak, health commissioner of Buffalo N. Y., director of the American Association for promoting hygiene and public baths, een redo. Na ds opheffing der Huurwetten. B. en W. van Haarlem stellen voor een verordening vast te stellen ter voorkoming van onredelijke opdrijving van huurprij zen van woningen met lage huurwaarde. Een minderheid van het collego kan zich met het voorstel niet vereenigen. Mr. P. J. Troelstra. Uit de naaste omgeving van mr. Troel stra wordt gemeld, dat op medisch ad vies, na uitvoerig onderzoek naar aanlei ding van do vele gevallen van slapeloos heid, waaraan mr. Troelstra lijdt, besloten is liem gedurende een bepaalden lijd geen geneesmiddelen toe te dienen en zijn kuur te beperken tot het versterken van zijnal- gemeenen toestand. De aandacht wordt vooral gevestigd op vermeerdering van voeding, rust en slaap Men hoopt, dat op deze wijze in li da gen de patiënt voldoende is versterkt om de gevolgen van de altacque te kunuon be strijden. De uitzichten op zijn herstel blijven ove rigens bemoedigend. De Nijmcegscho S. D. A. P. en do welhouderskwestie. Do afd. Nijmegen der S. D. A. P. heeft in algemeene vergadering met 80 stemmen voor, 5 tegen en 5 blanco besloten in te gaan op het voorstel der R. K. Raadsfrac tie, en besloot zoodoende een der soc. dem. raadsleden aan te wijzen voor wethouder. Als zoodanig word aangewezen de heer G. A. Corduwener, hot soc. dem. raadslid dat het langst do S. D. A. P. in den Nijmceg- schen raad vertegenwoordigde. Men is daar toch blijkbaar van royaler opvatting dan te Leiden. Verhooging Ceintuurspoorbaan te A'dam. B. en W. van Amsterdam vragen een crediet van drie ton voor verhooging van de Centuurspoorbaan aldaar tusschen Nieu we Meer en Amsteldijk. ,,'t Doet me genoegen, U dit te hooren zeggen, omdat hij blijkbaar hier vandaan ging onder den verkeerden indruk, dat ik het wel van zins was. Hij zal er vanmid dag tegen Eleanor over opsnijden en voor ik 't weet, zal zij mij vragen, George een etal met renpaarden te geven." Eleanor ging niet zoo ver, maar wel schreef ze aan John en wees hom er op, dat het geschikte oogenblik nu gekomen was, om de kwestie van George's gezond heid onder de oogen te zien en hem op een reis om de wereld te sturen. Zij voeg de erbij, dat zo niets voor zichzelf vroeg, maar John had het onbehaaglijk gevoel, dat zo meende door niets te vragen, meer dan wie dan ook, te zullen krijgen. „Wilt U al3 't U blieft twee brieven op nemen, miss Hamilton," zei John onver biddelijk. Beste Laurence, Ik vrees, dat je me gistoren verliet on der den indruk van con misverstand. Ik zie geen mogelijkheid om financieel bij te dragen in do opvoering van je stuk. Ik Leb zelf een lange leerschool moeten doormaken, voordat het mij gelukte een van m'n stukken vertoond te krijgen en ik geloof niet, dat jij iets anders moogt verwachten. Denk niet-, dat ik twijfel aan de uitmuntende hoedanigheden van Thomas. Als het zoo goed is, als jij denkt, zul jo je belooning ontvangen, zonder mijn hulp. Jo voornemen om de praktijk van het tooneel te leeren ken nen is uitstekend. Als je in hot najaar nog geen verbintenis hebt, kan ik jo een van de kleinere bisschopsrollen in Jean- no d'Arc aanbieden. Je toegenegen Zwajser. UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Dinsdag 12 Juli. Hilversum *1050 M. 12.Politieber. 12.352.Lunchmuziek door het trio-» D. Groeneveld, viool. A. van Leeuwen, cello. P. Jochemse, piano. 5.6.30 Dinermuziek door het Kling-en-» semble van het „Hof van Holland". 6.457.45 Dc laatste A. N. R. O.-taal* lessen van het seizoen'. Gevarieerd pro gramma met muziek en zang. 7.45 Politieber. 8.10 „Walsdroomen", operette in 3 bodr. van Osc. Strauss. Algem. voorher. Chris, do Vos. Prinses Helène, Helèno Gala. Franzi, Betty v. d. Bosch Schmidt. Frcde- rike, Annie v. Beek Rist jouw. Luitenant Niki, Jules Moes. Graaf Lothar, Louis de Bree. Joachim XIII, Jan Grootvcld. Lui tenant Monschi, Herre do Vos. Sigismundtf A. Alexanders. Wendolin, J. Jansen. De groote trom, Mevr. Coordes. Het zeer verst. A.N.R.O.-orkest o.l.v. J. J. v. Amerom. 10.30 Persher. Da ven try 1600 M. 11.20 Het Daventry-kwartet en solisten. I.202.20 Carelli Windeall's orkest en I. Walters, tenor. 3.15 Voorlezing. 3.20 Muziekles. 4.05 Fransche les. 4.35 Orkestconcert. 5.20 Lezing: In the footsteps cf Wiliiom the Gonqueron. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Dansmuziek. 6.50 Tijds., weerber. 7.05 Dansmuziek. 7.20 Lezing: „Tho mystery of Wans- dyke". 7.35 Liederen van Brahms door D. Smith. 7.45 Lezing: Nature and her limita tions (5). 8.05 „Zee en lucht", voorlezing door L. Regnis. „Ectasy", gedicht van Turner. Or kest en zang. 9.20 Weerber., nieuws. 9.40 Lezing: Music and the ordinary listener. 10.„L'Hisloire du so'dal", in 2 dcc-' len, van Strawinsky. II.12.20 Dansmuziek. „R a d o-P a r i s". 1750 M. 10.5011.20 Concert. 12.502.10 Orkestconcert. 5.055.55 Trioconcert (piano, viool, cello). 8.5010.50 Fragmenten u. d. opera- coiniquo „Lakmó", van Dolibcs. Langenberg 469 M. 1.252.50 Orlcestconccrt. 5.506.50 Concert. Kapel Farkaa Mi ska. 8.50 Concert door liet Werag-orkest. Mu< ziek van Ooslenrijksche Componisten! o.l.v. Otto Julius Kühn. Opera-opcrelle en dans. 10.40 Sluiten. Königswusterhausen 1250 M. en Berlijn 484 en 566 M. 12.208.05 Lezingen en lessen. 8.30 „Die Strossensangeriug", oporelto in 3 acten. Orkest, koor en solisten. 10.50 Sluiten. Hamburg 394,7 M. 4.35 Kamermuziek. 5.20 Voorlezing door R. 0. Binding, 8.20 „Flachsmann als Erzieher", comc- die in 3 acten van Otto Ernst. Het stuk speelt in een kleine provinciestad. Daarna dansmuziek. Brussel 509 M. 5.206.20 Dansmuziek. 8.2010.20 Orkestconcert v. tl. Stó Royale de Zoölogie. Dc Koninginnebrug te Rotterdam. B. en W. vg.n Rotterdam stellen den raad voor, op zijn besluit betreffende do aanvaarding van de bijdrage in het subsi die voor de Koninginnebrug terug to ko men en blijken thans unaniem voor gun ning aan de Vereinigle Stahlwerke te zijn. Besto Eleanor, lk moet je beslist mccdeelen, dat ik niet inzie, dat George's gezondheid erg vooruit zou gaan door een reis om de wereld. Indien hij govaar loopt om slaapziekte te krijgen, zou het onverant woordelijk zijn hem aan ecn tropisch klimaat bloot te stellen. Als z'n lever traag is, zal het hem geen goed doen in rooksalons te toeven, ongeacht hun hoogte of breedtegraad. Ik heb George herhaaldelijk geholpen in zijn plannon om in zijn eigen levensonderhoud te voorzion en hij heeft nooit nagelaten mijn geld aan wispelturige renpaarden te verspillen. Je weet wel, dat ik steeds genegen ben ten behoeve van Bertram cn Viola op te treden; maar hun vader moet toonen zichzelf te willen helpen, voordat ik iets meer »oor hem doe. 't Spijt me, dat ik je geen geschikte rol in Jeanne d'Arc kan aanbieden; er is werkelijk niets, dat jo goed ligt, want ik veronderstel, dat je er niet voor voelt de rol van Johanna's moeder tv aan vaarden. Het is intu8schen vastgesteld, dat Lucrotia in April gegeven wordt en ik zal m'n best doen, om Grohmann over te halen je daar een rol in aan te bie den. Jo toegenegen Zwager. Op geen van die twee brieven ontving John een antwoord en uit de stemming van pijnlijke stilte maakte hij zeer optimis tisch op, dat Lawrence en Eleanor de juistheid van zijn standpunt inzagen. (Wordt ycrvolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 3