It leidsche Courant" lerde Blad. IR ME FAMILIE. mderdag 14 April 192 7 KRUISLIED. uoschouwt Gods Zoon aan 't kruise gedaan 0 zegt: Wie zal Hem nu nog verachten, Hij» niet onze schulden belaan Rem zeiven heeft voor ons laten slachten? Neen, neen, wij gaan volgen voortaan meer ende meer 't kruis van den Heer. Sanschouwt dit bloed, die nagels, die kroon, in al dat onuitsprekelijk lijden, in zegt: o ziel, hoe dierf ik, voor loon, mij nog in zonde en schande verblijden? Neen, neen, wij gaan volgen voortaan meer ende meer 't kruis van den Heer. Kruis van den Heer, de tijden zijn kwaad, jij draagt het opperste Goed in uw handen; reest ons een wapen, den vijand verslaat, to brengt zijn Satansche listen tot schande; immers wij gaan volgen voortaan meer ende meer 't kruis van den Heer. Kruis van den Heer, rondom uw stam staan wij vereend, bij de Moeder uws herten; zijt ons genadig, o Goddelijk Lam, bid voor ons, o Koninginne vol smerten, terwijl wij gaan volgend voortaan meer ende meer 't kruis van den Heer. Zielen van al die gestorven zijn eens, lijdende Kerke van Christus, vol rouwen, 't is door het kruis dat wij hebben gemeens, tn met U ook op den Hemel betrouwen; immers wij gaan volgend voortaan meer ende meer 't kruis van den Heer. Kruis, dat de Rechter van al dat bestaat was in de lucht zult verkondigen komen, tegent en teekent ons allen, en laat geen die U volgt uw verschijning schromen; immers wij gaan volgen voortaan meer ende meer 't kruis van den Heer. Sleutel des Hemels, triomph winnend Kruis, stiert onze vaart naar de hemelsche zalen; üij3t ons den weg naar het vaderlijk huls, floor al 't gevaar van de wereldsche dalen, immers wij gaan volgen voortaan meer ende meer 't kTuis van den Heerl Dit lied werd door Guido Gezelle ge lakt in Februari 1880 in het ouderlijk lis van Hugo Verriest. Het moest gezon- d worden tijdens de Vasten ter gelegen- lid van de meditaties. Het werd gemaakt de melodie van de bekende „Ambro- ansche Lofzang", waarop in de kerken 1 het lied „Lieve Moeder van den Heer" irdt gezongen. S. FEUILLETON. Komun door Compton Mackenzie. Vertaald door Ellen Russe. John's bespiegelingen over het nutfce- Ke en ledige van succes kwamen ten ïde door het binnenkomen van Maud, I tweede meisje, een kolossale, maar «darmo verschijning, waaruit keurige ^eid sprak. Voor zijn vertrek naar -orika had liij, behalve het haastig meu- loa van zijn nieuw huis, bij zijn kleer- |ker een collectie kleeren besteld, ge- "ikt om buiten te dragen. Maud met w vrouwelijke intuitio, tezamen met - zij van het vak van oppasser verstond, Jdo die pakken onmiddellijk te voor in voor do reis naar Ambles; toen John half dozijn gloednieuwe, naar turf rui fde pakken zag, verwierp hij eiken twij- I omtrent het aangename van succes en to hij zijn opgewektheid teruggevonden •Wilde hij Maud er in laten deelen. je, dat m'n nieuwe pakken £>gal waagd zijn, Ma-ud?" vroeg hij, miss*ien te opgewonden. In ieder geval strekte r verstand van het oppassers vak niet 0 ver. Dus overtoog een zwak rood haar ^oleeke wangen. ;Ze lijken me wel geschikt, Mijnheer," •ze met den nadruk op het werkwoord, ohu voelde dat hij te ver was gegaan hield zich verder in. Hij had willen uit te dat zijn vraag alleen maar in 't ab- toto bedoeld was en dat bij er absoluut -aan gedacht had haar opinie over die UIT DE PERS ZELFMOORD GEEN MISDAAD? Het Huisgezin schrijft: Dat het aantal zelfmoorden toeneemt, zóó dat van een epidemie kan worden ge sproken, is geen wonder. Wie het kompas van het geloof mist, vaart zonder stuur op de levenszee, en wie het leven een onduldbaren last voelt wor den, wie geen moed en kracht meer heeft om te strijden, maakt er een eind aan. Het is alles begrijpelijk. En begrijpelijk is ook, dat do ongeloovi- ge wijsgeer en, die hun levensleer in een andere school dan die van liet Christen dom hebben opgedaan, den zelfmoord goedkeuren en verdedigen, toejuichen en verheerlijken. Geen God, geen leven na dit leven, waarom zou men van het leven, tot een kwelling geworden, geen afscheid nemen, zooals men een willekeurige zaak vernie tigt, die geen waarde meer heeft? Al moge dit alles natuurlijk schijuen, toch hindert het, als een liberaal blad, dat niet geacht wil worden het ongeloof en net heidendom te propageeren, Ue christelijke opvatting van den zelfmoord als een ver ouderde meening voorstelt en afwijst. Het H b 1 d. doet dit. In de rubriek „Recht en Onrecht" schrijft het: Vóór het Kanonieke recht gold vrij al gemeen de meening, dat de mensch de vrij heid had om over zijn eigen leven te be schikken. Door den invloed van het Chris tendom, met het veranderde Godsbegrip, veranderde ook de geheele zedenleer. Het geloof aan een leven hiernamaals deed het leven op aarde uit een geheel ander oog punt beschouwen, 's Menschen leven is volgens de Christelijke leer in Gods hand. Het leven op een zelf gekozen oogenblik af te snijden, zou een ingrijpen zijn in Gods raadsbesluit, dus een zonde. Dus verklaar den de kerkvaders zich tegen den zelf moord en strafte de kerk den zelfmoorde naar. Dit kerkelijk recht heeft een ver- strekkenden invloed gehad op de wetgevin gen in alle landen; nog lang in den Nieu wen Tijd weruen de goederen van den zelf moordenaar verbeurd verklaard en de straf op het lijk geëxecuteerd. Het „Hbld." wil te verstaan geven, dat het kerkelijk recht door het moderne straf recht als onhoudbaar is op zij geschoven en daarmee de opvatting van de christelij ke leer en van het Christendom. Maar heeft nu inderdaad het geloof aan een leven hiernamaals afgedaan, heeft men wel vrijheid om naar willekeur over zijn eigen leven te beschikken? Of is, anders dan het „Hbld." vindt, de Engelsche wetgeving nog zoo dwaas niet, die den zelfmoord als een misdaad be schouwt en de poging daartoe strafbaar stelt? Het blad moge den draai. steken met de dwaze consequenties van d „Engelsche leer", Jie de leer van het Christendom is, wij vinden het niet onbedenkelijk, dat een invloedrijk Nederlandsche blad do straffe loosheid van den zelfmoord predikt en hieraan allo misdadigheid ontzegt. Er blijven ook naar de meening van het „Hbld." nog misdaden genoeg over: dief stal, moord, brandstichting, enz., maar als men de christelijke leer wegcijfert, ont breekt de vaste norm voor hetgeen mis daad is. De wisselende inzichten worden dan maatstaf v n goed en kw-ad: diefstal, moord en brandstichting kunnen bepaalde gevallen lofwaardige daden l.eeten. Het onteigenen der millionnairs vindt een communist een goed werk, het dooden van koningen en „reactionmire" ministers een prijzenswaardige onderneming. Men zij een weinig voorzichtig met het kanoniek recht en de kerkelijke leer voor ouderwetsche dingen uit te maken en de straffeloosheid van den zelfmoord als een „Errungenschaft" van den modernen tijd te vieren. Minder dan ooit is het thans de tijd om de pijlers, waarop de samenleving rust, los te wr'kken, tenzij men er vrede mee heefr, dat we tot de heidensche maatschappij in do nieuwe gedaante van het revolution- naire communisme te^ugkeeren. pakken te vragen met betrekking tot zijn persoon, maar hij begreep dat een poging, om dat uit te leggen haar verlegen zou maken, dus begon hij te neuriën onder 't bekijken van zijn dassen, net als een bij, die zoemend van de eene bloem naar de andere vliegt, onverschillig voor den tuin man, die vlak bij planten staat op te bin den. „Ik zal deze dassen meenemen," kondig de hij aan, onder het zingen van do laatste strophe van „a fine old English gentle man". Maud nam er ernstig nota van. „En ik zal ook een paar boeken meene men. Is er nog plaats voor?" „Er zal geen plaats meer voor zijn in uw tasch met de nécessaire." „Ja, ik weet wel, dat er daar geen plaats is," zei John bitter. Die toilet-nécessaire kon wel beschouwd worden als de prijs, dien hij gewonnen had met „De val van Babyion". Hij was er da gelijks langs geloopen op weg naar de re petities en al droomende over het succes, dat hij spoedig hoopte te behalen, zwoor hij het ding te koopen, indien hij werkelijk een triomf beleefde. Het had 75 pond ge kost, leeg was het zwaar genoeg om zijn pols te verrekken en gevuld zou het zijn rug door midden breken, hot bevatte meer nuttelooze toilet- en schrijfbenoodigheden, dan men mogelijk zou hebben geacht. Iedor van dio nuttelooze voorwerpen had zijn eigen, speciaal passende woning in het étui, zoodat men er niets bij won door ze eruit te laten, teneinde werkelijk noodige artikelen zooals pyama's te kunnen leggen in de afgeschoten, met blauwe zijde ge voerde ruimte, waarop ze allemaal ncerke- BiMNENLMSigJ KOSTEN LAGER ONDERWIJS. £3 gelijkstelling. Men zal zich herinneren, dat in het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer door enkele leden do stijging van de kosten van het Lager Onderwijs voor „een groot gedeelte" is toegeschreven aan „do gelijk stelling". Wij hebben toen onze verbazing er over uitgedrukt, dat een dergelijke klacht in het verslag van den Senaat een plaats kon vinden, zonder onmiddellijk te genspraak uit te lokken. Bij de mondelin ge behandeling van do begrooting van on derwijs is deze tegenspraak dan toch go- komen. Het was wel noodig, want ook de heer Mendele (S. D. A. P.) had de on juiste bewering zóó maar klakkeloos over genomen. Een der katholieke leden, de heer P. W. de Jong, kwam als volgt hiertegen op: „Ook in deze Kamer schijnt nog een ge lijke meening over die gelijkstelling te heerschen. Immers, heeft niet de heer Mendels in zijn rede bij de algemeene be schouwingen over de Staatsbegrooting op bladz. 525 van de „Handelingen" over hot bijzonder onderwijs gesproken, alsof het met ettelijke millioenen begunstigd is? Hij zegt daar het volgende: „Als ik echter zie, dat van 1916 tot 1923 de uitgaven ziin gestegen van 76>/3 millioen tot 157 millioen, dus meer dan verdubbeld, dan komt dat door de paci ficatie." Die cijfers zijn evenwel aanvechtbaar. Ik zal die nu niet bestrijden, doch mij hcelemaal houden aan zijn cijfers. Dus do heer Mendels trekt af 76 J4 mil lioen van 157 millioen en zegt dan: dat zijn de kosten, veroorza"' 1 dor het bij zonder onderwijs. Mijnheer de Voorzitter I Ik kan niet be grijpen, hoe een overigens zoo scherpzin nig man als de heer Mendels tot een zoo oppervlakkige conclusie is kunnen ko men. De heer Mendels vergeet, dat b.v. in de jaren 19111916 de onkosten voor het onderwijs meer dan verdubbeld zijn, en toen was er nog geen gelijkstelling. In 1919 waren de uitgaven reeds naar ik meen 109 millioen. Toen was er ook nog geen gelijk stelling. In 1920' waren ze 126 millioen cn werkte de gelijkstelling alleen ten opzich te van art. 97 der Lager-onderwijswet, dat handelt over de salarissen. „En als de hoeren van rechts er niet tegen op hebben gezien in den loop van enkele jaren 17 millioen meer uit de schatkist te halen, past het niet zoo'n hoog woord te voeren". Ik zou willen vragen: wie heeft dat uit de schatkist gehaald voor het onderwijs? Wij hebben van 1920 af, ik herhaal het, ons evenredig deel ekregen in de onder wijsuitgaven en wij hebben niet een hoog woord gevoerd. Wij zijn z?er bescheiden geweest en mij dunkt, dat het onder deze omstandigheden den heer Mendels niet past ons tot meer dan gewone bescheiden heid aan te nemen. Van begunstiging r. hier absoluut geen sprake. Aa*1 het bijzon der onderwijs is alleen gegeven waarop het recht had. Meent do heer Mendels en meenen an deren, die denken als de heer Mendels, dat de uitgaven voor onderwijs, gesteld dat er geen bijzondere scholen waren en het geheele onderwijs Rijkszaak was, dat do .Staatsuitgaven voor onderwijs dan min der zouden bed. gen? Ik heb genoeg vertrouwen in hun scherpzinnigheid om te mogen veronder stellen, dat het antwoord or'kennend zal luiden. De meerdere uitgaven, Mijnheer de Voor zitter, zijn niet aan het bijzonder onder wijs toe te schrijver. Zij komen op reke ning van het onderwijs in zijn geheel cn met hetgeen daarmede verband houdt". De heer Jong sprak ten slotte eens en vooral den wcnsch uit, in dagbladen, in openbare vergaderingen en in do Statcn- Generaal de suggestie te laten varen alsof de hoogero begrootingen van onderwijs uitsluitend een gevolg van de gelijkstel ling zouden zijn. Niet uitsluitend, zelf niet voor oen groot gedeelte. Met cijfers is de onjuist heid van deze bewering nu voldoende aan getoond. Zal het helpen? „Tijd". ken als ongerieflijke huizen op een def tig plein. Vandaar, dat overal, waar John ging, de reis-nécessaire meetrok, een glinsterende, onhandige verzameling van kristal, varkensleer, schildpad en ivoor. „Maar," hield John vol, „is er geen ruim te in mijn koffer?" „Ik kan ze daar misschien wel ergens tusschen stoppen," gaf Maud toe, „hot hangt ervan af, welke laarzen U mee neemt, Mijnheer." „Laat maar," zuchtte John, „ik zal er wel een apart pakje van maken." „We hebben nog een mand, die we voor de poes klaar hebben, Mijnheer." „Dank je, ik wikkel ze liever in oen stuk bruin papier," besloot John. Hij achtte het hoogst ongeschikt om de boeken, waaruit hij de historische gegevens voor Jeanne d'Arc moest putten, te laten rei zen in de toekomstige kraamkamer van de poes. John liet Maud dus verder alleen inpak ken en ging naar beneden naar zijn biblio theek. Deze mooi geproportioneerde dub bele kamer, was, zooals te verwachten viel van de bibliotheek, toebehoorendc aan een populair schrijver, de „clou", het werkelijk middelpunt van het huis, met. z'n slanke pilasters, roomkleurige paneclen en pla fond-engeltjes, de uitgestrekte stad en he mel zichtbaar door drie rustige ramen aan de zuid-zijde en een kijkje op een drukke Hampsteadstraat aan den noordkant, om niet te spreken van do kleurige rijen boe ken, was deze kamer ten volle den groot sten triomf der kunst waardig, do wieg der ingeving, en behoudens een enkele aanduiding, dat de muzen cr soms 's mid dags thee dronken, was het. 'i vertrek van NOG EENS: DE STEMBUS VAN DE PROV. STATEN. Na al hetgeen over don uilslag der Prov. Staten verkiezing in Noord-Holland leeds is geschreven, is het wellicht niet onaardig hier af te drukken, hetgeen mr. Bomans over den uitslag nog in de „Msb." schrijft: De Katholieken verliezen twee zetels, niettegenstaande zij bijna 12000 stemmen méér hebben uitgebracht dan in 1923. Een flink accres, gelet op de totalen: 1121G8 iü 1923, en 123.877 in 1927, het is immers ruim 10 pet., weliswaar blijvende onder de fotaaltoenamo van hot aantal Provinciale- Stalen-kiezers in het land (2.914.400 in 1927, 2.600.000 in 1923), maar men ver- gete niet, dat de N Holl. Katholieken met Amsterdam te kampen hebben, waar ook een toename van ons stomcijfer valt op to merken, maar bij lange na niet evenredig met de snelle toename van de geheele Am- sterdamsche bevolking. Er zit een tragische noot in deze histo rie: degene, die in woord en geschrift het meest zich roerde in do N.-Hollandsche Statenverkiezingen is tevens de adviseur van het lastenstelsel: Amsterdam en do rest van de Provincie. Al zijn zwoegen is als het ware vernietigd door zijn advies Het geeft stof tot velerlei beschouwing. Bijv.: Had de lijst „Rest van do Provin cie" (72.243 R. K. stemmen) een paar hon derd méér besomd en had de lijst Amster dam (45.634) hetzelfde beeld vertoond, do R. K. Staatspartij zou 19 zetels behaald hebben, dat is: Geen verlies hebben gele den. De gokzetel van 1923, de 19de. zou dan zelfs gehandhaafd zijn. De verdeeling in twee lijsten zou dan een schitterend staaltje van een verkiezingstechniek ge weest zijn En wat zijn een paar honderd steramen op zoovele duizenden. Een voorbeeld: Thans is de laatste rest zetel, de 77e dus, toegewezen aan de Vrijz. Dem. Plattelanders, gemiddelde per zetel 6525 De Amsterdamsche lijst nu telt een eindcijfers van 45634 voor de R. K. Toege wezen: 6 zetels. Bij zeven zetels is het ge middelde 6520. Ergo: 37 stemmen méér op de 45.634 en de 18de zetel was ons. Met iets grooter marge geldt dit voor onzo lijst „Rest van de Provincie" (78.248) wat aan gaat den 76en Statenzetel, onzen 19den thans toegewezen aan de V. D Partij, ge middelde per zetel 7001. Een paar honderd stemmen dus toegevoegd aan ons stemcij- mer van 123.877 en de R. K Staatspartij zou onverzwakt uit den strijd zijn geko men, men had dan gesproken van een de bacle der Vrijz. Democraten, die met be doelde twee zetels op het kantje af gewon nen tóch nog verliezen (vroeger 9 V.D plus 1 plattelander, nu 6 V D plus 2 plattelan ders) hadden wij een paar honderd stem men meer gehad, dan waren du rose partij gangers op 5 V.D. plus 1 plattelander te- ruggeloopen, een verlies feitelijk van vier zetels op de tien). Indien er ooit reden tot nabetrachting is over een stembusuitslag, dan is het wol bier. want 't wordt nog veel schooner. Had de S. D. A. P. in Noord-Holland 2871 méér uitgebracht dan zij deed, zij zoude 22 zetels in plaats van24 ver overd hebben. Het gemis van 2871'stem men bracht haar twee zetels winst. Bewijs: indien do R. K. Volkspartijers rood gestemd hadden zou de S D. A. P met deze ruim 3000 stemmen dadelijk 22 zetels toegewezen hebben gekregen. Rest 0 of van geen beteekenis. Maar gevolg: 69 zetels waren bij eerste toewijzing bezet. Art 300, 3de lid Kieswet treedt niet in wer king. Art. 100 2c lid geldt: de grootste overschotten: de 8 overige zetels zouden toegewezen zijn aan het Middcnstandsblok, de Vrijz. Democr. Plattelanders, de A. R Partij, de Comm. partij Holland, de Vrijz.- Dem., den Vrijheidsbond, de G. II. Unie, de Comm. Partij Wijnkoop. De Katholie ken zouden dan maar 16 zetels gehaald hebben en er dus drie verloren hebben! En wij zouden er niets bij gewonnen hebben als wij één lijst voor heel de Provincie ge maakt hadden: immers, dan zou zeker liet stolsel der overschotten en niet van liet grootsto gemiddelde gegolden hebben. Dit laatste is liet billijkste en Limburg en Brabant kunnen in de toekomst steeds winnen, als zij, door zelfstandig 5 of 6 lijsten, die ieder op zich nog 'n flink ge middelde geven, do werking van art 100 derde lid der Kieswet fstolsel d'Hondt. ee- wzigd) afdwingen, do S. D. A. P. in Lim- Ilurg zon verlies geboekt hebben, wij winst. Men late zich m i niet afschrikken door pen hoogst 'lovniliT-n irtTf»nsifig in NnoH- een verstokt vrijgezel. Toen John zijn voet zette op dc slin gers, linten cn bloeiende rozen van het versleten Aubusson-kleed, dat als herfst draden glansde op het dikke, groeno Ax- minstertapijt, zach en malsch als een grasveld, was hij ervan overtuigd, dat suc ces geen leeg iets was. In zijn nu optimis tische stemming hoopte hij, dat Ambles hem ten slotte datzelfde zegenrijke geluk zou schenken, dat zijn studeerkamer in Church Row hem steeds gaf. Had hij niet zoo herig naar zijn buiten verlangd, dan ware 'fc hem onmogelijk geweest deze bi bliotheek zelfs maar een week lang te verlaten, nu de twee haarden lustig brand den en de rook van zijn Partaga traag in de stille Lmosfeer wolkte. John bezat ook een bibliotheek te Ambles, maar liij luid slechts gelegenheid gehad, de standaard werken orin te plaatsen, die nu eenmaal op elk landhuis hooren. Zijn Londenscho bibliotheek daarentegen was do vrucht van zijn geschiedkundige navorschingen, voorafgaande aan het schrijven zijner ro mantische 6tukken, en aangezien do wer ken van populair-historiachen aard veel kleuriger en weelderiger ingebonden zijn dan zelfs romans (waaraan zo nauw ver want zijn) leken John's boekplanken uiter lijk meer op een verzameling van heraldie ke wapens dan van boeken. Er waren na tuurlijk ook veel boeken, wier kostbare inhoud hun sjofel uiterlijk vergoodde, maar die stonden niet in hot front, waar roman na roman van verbannen vorstin nen, biecht na biecht van morganatische cclil.genooten, gedenkschrift na gedenk schrift van hoog en laag en zoo meer prijk ten. UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Vrijdag 15 April. Hilversum, 1 0 5 0 M. 12.00 Politieber. 5.006 45 Concert door den H.D.O.* kwartet. Annio Licman, sopraan. 6.457.15 Engelsche les voor bo- ginners. 7.157.45 Engelsche les voor iots ge vorderden. 7.45 Politieber. 8.10 Concert door hot H.D.O.-orkedL Goede-Vrijdag programma. 9.30 Gewijde muziek in de Zendinga- kapel to Amsterdam. To van der Sluya, sopraan. Nico Treep, viool. Willem Hse- pe's a capella-koor. Wouter Westerhoudt orgel. 10.30 Persbcr. Da ven try 1600 M. 3.504.20 Kinder-kerkdieost. 4.25 Evensong van do Christ-Kerk Ox ford. 5.20 Kamermuziek door de Aoolian- Playera. 6.357.20 Kerkdienst. 7.35 „The Dream of Gerontius''. Het Symphonie-orkest. Koor. O. Haley-mczzo sopraan. S. Wilson, tonor. H. Williams, bariton. 8.20 Tijds., weerber., nieuws. 8-35 9 50 „The Dream of Gerontius", vervolg. „li a d o-P a r i b" 1750 M. 9.5010.20 Concert. 11.501.10 Orkostconcert. 4.05.455 Concert Vocale solisten en piano- en vioolmuziek. 7.5010.00 Fragmenten van „La Sa- maritaine", Edm. Rostand. „Les sopt pa roles du Christ". Solisten, koor en orkest. Langenberg 469 M 3-209.20 Morgenwijding. P. Mania, orgela A. Holz, sopraan. 10.2011.20 Goede-Vrijdag declamai es Dr. Weller. 6.359.30 „Jephta,'', oratorium voor soli, gem. koor en orkest van Handel. Königsi usterbaudon. 1250 en Berlijn 484 en 566 M 8.20 Morgenwijding Koor. I. Blank, sopraan. L. Lohmann, alt. 3.20—5.20, 5.5l>—7.20, 7.50—9 JU „Paraifal", opera in 3 acton van Rich Wagner. Hamburg 394 7 M 8.3510.15 Morgenwijding. 4.206.20 Rathjé-kwartet. 7.20 Pianoconcert. 8-2011.10 „Dio Bordesholmer Marion klago''. Relig, tooneelspel Brussel 509 M 4.205.20 Orgelconcert. 7.209.20 Gnlaconcort. Orkest Holland, waar trouwe us do R. K. Partij do werking van hot stelsel d'Hondt niet in do nand heeft en in haar optreden, door twee overschotten en twee zware lijsten, zich ivilde dekken naar twee zijden, naar e lang minder of méér dan 69 vnl'o I. lerzelels gehaald zouden worden Het zoude mij spijten als bijv tiet hoofd bestuur van onzo R K. Staatspartij uii het voorgevallene in Noord-Holland de con clusie trok. dat reeds met één liist over 'e 18 Kieskringeu moet opgetrokken w< r u hij de Kamerverkiezingen fwaar de nn -n 85 kicsdceler-zetels geldt) Do zaa'. is nog steeds alle overleg en studie wanrd Wat Noord-Holland n-"> tot: n- valler brengt den meevaller in zi:n schoot En juist dit oogenblik lijkt ons het meest geschikt om to verklaren: de 24 zetels d r S D. A. P hebben nu eenmaal de groot ste gemiddelde waarde. Zij komen haar t' e volkomen toe. Zij zijn een gevolg van de juiste en billijke doorwerking der Even •- digo Vertegenwoordiging Zij geven ons een les: onjuist is het voor de R. K Stm's- partij dertig zetels te bezetten met ern waarde voor elk van circa don landelij' - n kiesdeeler, terwijl 30 andere er zitten nv t gemiddeld 5000 stemmen m;rr v ze* TTpf t-»n ook ende*" Ten cin noodigo materia v i een stuk over Jcanno d'Arc te verzame len, bekommerde do schrijver zich niet in oorspronkelijke doe inenten. Hij ging uit van het standpunt, terecht miss ien, dat een Camambert-chaos genie' baarder en zeer zeker makkelijker te vervoeren is, dan oen kudde ongemolken koeien. Om dus het leven van Jeanne d'Arc te drama- tiseeren nam hij uit zijn kaal: Heiligen en Zondaars der vijftiende Eeuw.. doch een catalogus is onnoodig; het zij genoeg te vermelden, dat toen do verzamoling uit gezochte boeken op zijn schrijftafel prijk te, zij glinsterde als do maagd zelf voor de wallen van Orleans. „Per slot van rekening," had John eens in een oogenbli1 van vorbitterii tegen zijn broer James, den critic gez d, „zat .Shakespeare toch niet den heelen dag in do looskamer van het British Museum." Een uur later zat de schrijver, uitmun tend toegerust voor buitcnwandelingcn dichterlijke uitstapjes, in ecne eerste klas coupé van de London-South Western Maat schappij; twee uur later zat hij in het rij tuig uit Wrottersford cn reed tusschen goudbruine hazelaarehagen. „Ik zal toch voor een dogkar moeten zorgen," zei hij, toen hij er eindelijk na rijf minuten goworsteld te hebben mot een riem, zoo breed als een An^'kaanschL stola, om heb raampje neer te taten, slaagde het portier te openen en hij bijna hals over kop in de laan was geduikeld. (Wordt vervolgd). i mGEZONDEH MEDEDEELBSHG erhagen's Parijsche Wafels ItoZëlï'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 7