It leidsche Courant"
lerde Blad.
IR ME FAMILIE.
mderdag 14 April 192 7
KRUISLIED.
uoschouwt Gods Zoon aan 't kruise
gedaan
0 zegt: Wie zal Hem nu nog verachten,
Hij» niet onze schulden belaan
Rem zeiven heeft voor ons laten
slachten?
Neen, neen, wij gaan
volgen voortaan
meer ende meer
't kruis van den Heer.
Sanschouwt dit bloed, die nagels,
die kroon,
in al dat onuitsprekelijk lijden,
in zegt: o ziel, hoe dierf ik, voor loon,
mij nog in zonde en schande verblijden?
Neen, neen, wij gaan
volgen voortaan
meer ende meer
't kruis van den Heer.
Kruis van den Heer, de tijden zijn
kwaad,
jij draagt het opperste Goed in
uw handen;
reest ons een wapen, den vijand
verslaat,
to brengt zijn Satansche listen tot
schande;
immers wij gaan
volgen voortaan
meer ende meer
't kruis van den Heer.
Kruis van den Heer, rondom uw stam
staan wij vereend, bij de Moeder
uws herten;
zijt ons genadig, o Goddelijk Lam,
bid voor ons, o Koninginne vol smerten,
terwijl wij gaan
volgend voortaan
meer ende meer
't kruis van den Heer.
Zielen van al die gestorven zijn eens,
lijdende Kerke van Christus, vol
rouwen,
't is door het kruis dat wij hebben
gemeens,
tn met U ook op den Hemel betrouwen;
immers wij gaan
volgend voortaan
meer ende meer
't kruis van den Heer.
Kruis, dat de Rechter van al dat bestaat
was in de lucht zult verkondigen
komen,
tegent en teekent ons allen, en laat
geen die U volgt uw verschijning
schromen;
immers wij gaan
volgen voortaan
meer ende meer
't kruis van den Heer.
Sleutel des Hemels, triomph winnend
Kruis,
stiert onze vaart naar de hemelsche
zalen;
üij3t ons den weg naar het vaderlijk
huls,
floor al 't gevaar van de wereldsche
dalen,
immers wij gaan
volgen voortaan
meer ende meer
't kTuis van den Heerl
Dit lied werd door Guido Gezelle ge
lakt in Februari 1880 in het ouderlijk
lis van Hugo Verriest. Het moest gezon-
d worden tijdens de Vasten ter gelegen-
lid van de meditaties. Het werd gemaakt
de melodie van de bekende „Ambro-
ansche Lofzang", waarop in de kerken
1 het lied „Lieve Moeder van den Heer"
irdt gezongen. S.
FEUILLETON.
Komun door Compton Mackenzie.
Vertaald door Ellen Russe.
John's bespiegelingen over het nutfce-
Ke en ledige van succes kwamen ten
ïde door het binnenkomen van Maud,
I tweede meisje, een kolossale, maar
«darmo verschijning, waaruit keurige
^eid sprak. Voor zijn vertrek naar
-orika had liij, behalve het haastig meu-
loa van zijn nieuw huis, bij zijn kleer-
|ker een collectie kleeren besteld, ge-
"ikt om buiten te dragen. Maud met
w vrouwelijke intuitio, tezamen met
- zij van het vak van oppasser verstond,
Jdo die pakken onmiddellijk te voor
in voor do reis naar Ambles; toen John
half dozijn gloednieuwe, naar turf rui
fde pakken zag, verwierp hij eiken twij-
I omtrent het aangename van succes en
to hij zijn opgewektheid teruggevonden
•Wilde hij Maud er in laten deelen.
je, dat m'n nieuwe pakken £>gal
waagd zijn, Ma-ud?" vroeg hij, miss*ien
te opgewonden. In ieder geval strekte
r verstand van het oppassers vak niet
0 ver. Dus overtoog een zwak rood haar
^oleeke wangen.
;Ze lijken me wel geschikt, Mijnheer,"
•ze met den nadruk op het werkwoord,
ohu voelde dat hij te ver was gegaan
hield zich verder in. Hij had willen uit
te dat zijn vraag alleen maar in 't ab-
toto bedoeld was en dat bij er absoluut
-aan gedacht had haar opinie over die
UIT DE PERS
ZELFMOORD GEEN MISDAAD?
Het Huisgezin schrijft:
Dat het aantal zelfmoorden toeneemt,
zóó dat van een epidemie kan worden ge
sproken, is geen wonder.
Wie het kompas van het geloof mist,
vaart zonder stuur op de levenszee, en wie
het leven een onduldbaren last voelt wor
den, wie geen moed en kracht meer heeft
om te strijden, maakt er een eind aan.
Het is alles begrijpelijk.
En begrijpelijk is ook, dat do ongeloovi-
ge wijsgeer en, die hun levensleer in een
andere school dan die van liet Christen
dom hebben opgedaan, den zelfmoord
goedkeuren en verdedigen, toejuichen en
verheerlijken.
Geen God, geen leven na dit leven,
waarom zou men van het leven, tot een
kwelling geworden, geen afscheid nemen,
zooals men een willekeurige zaak vernie
tigt, die geen waarde meer heeft?
Al moge dit alles natuurlijk schijuen,
toch hindert het, als een liberaal blad, dat
niet geacht wil worden het ongeloof en net
heidendom te propageeren, Ue christelijke
opvatting van den zelfmoord als een ver
ouderde meening voorstelt en afwijst.
Het H b 1 d. doet dit.
In de rubriek „Recht en Onrecht"
schrijft het:
Vóór het Kanonieke recht gold vrij al
gemeen de meening, dat de mensch de vrij
heid had om over zijn eigen leven te be
schikken. Door den invloed van het Chris
tendom, met het veranderde Godsbegrip,
veranderde ook de geheele zedenleer. Het
geloof aan een leven hiernamaals deed het
leven op aarde uit een geheel ander oog
punt beschouwen, 's Menschen leven is
volgens de Christelijke leer in Gods hand.
Het leven op een zelf gekozen oogenblik af
te snijden, zou een ingrijpen zijn in Gods
raadsbesluit, dus een zonde. Dus verklaar
den de kerkvaders zich tegen den zelf
moord en strafte de kerk den zelfmoorde
naar. Dit kerkelijk recht heeft een ver-
strekkenden invloed gehad op de wetgevin
gen in alle landen; nog lang in den Nieu
wen Tijd weruen de goederen van den zelf
moordenaar verbeurd verklaard en de straf
op het lijk geëxecuteerd.
Het „Hbld." wil te verstaan geven, dat
het kerkelijk recht door het moderne straf
recht als onhoudbaar is op zij geschoven
en daarmee de opvatting van de christelij
ke leer en van het Christendom.
Maar heeft nu inderdaad het geloof aan
een leven hiernamaals afgedaan, heeft men
wel vrijheid om naar willekeur over zijn
eigen leven te beschikken?
Of is, anders dan het „Hbld." vindt, de
Engelsche wetgeving nog zoo dwaas niet,
die den zelfmoord als een misdaad be
schouwt en de poging daartoe strafbaar
stelt?
Het blad moge den draai. steken met de
dwaze consequenties van d „Engelsche
leer", Jie de leer van het Christendom is,
wij vinden het niet onbedenkelijk, dat een
invloedrijk Nederlandsche blad do straffe
loosheid van den zelfmoord predikt en
hieraan allo misdadigheid ontzegt.
Er blijven ook naar de meening van het
„Hbld." nog misdaden genoeg over: dief
stal, moord, brandstichting, enz., maar als
men de christelijke leer wegcijfert, ont
breekt de vaste norm voor hetgeen mis
daad is.
De wisselende inzichten worden dan
maatstaf v n goed en kw-ad: diefstal,
moord en brandstichting kunnen bepaalde
gevallen lofwaardige daden l.eeten.
Het onteigenen der millionnairs vindt
een communist een goed werk, het dooden
van koningen en „reactionmire" ministers
een prijzenswaardige onderneming.
Men zij een weinig voorzichtig met het
kanoniek recht en de kerkelijke leer voor
ouderwetsche dingen uit te maken en de
straffeloosheid van den zelfmoord als een
„Errungenschaft" van den modernen tijd
te vieren.
Minder dan ooit is het thans de tijd om
de pijlers, waarop de samenleving rust, los
te wr'kken, tenzij men er vrede mee heefr,
dat we tot de heidensche maatschappij in
do nieuwe gedaante van het revolution-
naire communisme te^ugkeeren.
pakken te vragen met betrekking tot zijn
persoon, maar hij begreep dat een poging,
om dat uit te leggen haar verlegen zou
maken, dus begon hij te neuriën onder 't
bekijken van zijn dassen, net als een bij,
die zoemend van de eene bloem naar de
andere vliegt, onverschillig voor den tuin
man, die vlak bij planten staat op te bin
den.
„Ik zal deze dassen meenemen," kondig
de hij aan, onder het zingen van do laatste
strophe van „a fine old English gentle
man".
Maud nam er ernstig nota van.
„En ik zal ook een paar boeken meene
men. Is er nog plaats voor?"
„Er zal geen plaats meer voor zijn in
uw tasch met de nécessaire."
„Ja, ik weet wel, dat er daar geen
plaats is," zei John bitter.
Die toilet-nécessaire kon wel beschouwd
worden als de prijs, dien hij gewonnen had
met „De val van Babyion". Hij was er da
gelijks langs geloopen op weg naar de re
petities en al droomende over het succes,
dat hij spoedig hoopte te behalen, zwoor
hij het ding te koopen, indien hij werkelijk
een triomf beleefde. Het had 75 pond ge
kost, leeg was het zwaar genoeg om zijn
pols te verrekken en gevuld zou het zijn
rug door midden breken, hot bevatte meer
nuttelooze toilet- en schrijfbenoodigheden,
dan men mogelijk zou hebben geacht.
Iedor van dio nuttelooze voorwerpen had
zijn eigen, speciaal passende woning in het
étui, zoodat men er niets bij won door ze
eruit te laten, teneinde werkelijk noodige
artikelen zooals pyama's te kunnen leggen
in de afgeschoten, met blauwe zijde ge
voerde ruimte, waarop ze allemaal ncerke-
BiMNENLMSigJ
KOSTEN LAGER ONDERWIJS.
£3 gelijkstelling.
Men zal zich herinneren, dat in het
Voorloopig Verslag der Eerste Kamer door
enkele leden do stijging van de kosten
van het Lager Onderwijs voor „een groot
gedeelte" is toegeschreven aan „do gelijk
stelling". Wij hebben toen onze verbazing
er over uitgedrukt, dat een dergelijke
klacht in het verslag van den Senaat een
plaats kon vinden, zonder onmiddellijk te
genspraak uit te lokken. Bij de mondelin
ge behandeling van do begrooting van on
derwijs is deze tegenspraak dan toch go-
komen. Het was wel noodig, want ook de
heer Mendele (S. D. A. P.) had de on
juiste bewering zóó maar klakkeloos over
genomen.
Een der katholieke leden, de heer P. W.
de Jong, kwam als volgt hiertegen op:
„Ook in deze Kamer schijnt nog een ge
lijke meening over die gelijkstelling te
heerschen. Immers, heeft niet de heer
Mendels in zijn rede bij de algemeene be
schouwingen over de Staatsbegrooting op
bladz. 525 van de „Handelingen" over hot
bijzonder onderwijs gesproken, alsof het
met ettelijke millioenen begunstigd is?
Hij zegt daar het volgende:
„Als ik echter zie, dat van 1916 tot
1923 de uitgaven ziin gestegen van 76>/3
millioen tot 157 millioen, dus meer dan
verdubbeld, dan komt dat door de paci
ficatie."
Die cijfers zijn evenwel aanvechtbaar.
Ik zal die nu niet bestrijden, doch mij
hcelemaal houden aan zijn cijfers.
Dus do heer Mendels trekt af 76 J4 mil
lioen van 157 millioen en zegt dan: dat
zijn de kosten, veroorza"' 1 dor het bij
zonder onderwijs.
Mijnheer de Voorzitter I Ik kan niet be
grijpen, hoe een overigens zoo scherpzin
nig man als de heer Mendels tot een zoo
oppervlakkige conclusie is kunnen ko
men. De heer Mendels vergeet, dat b.v. in
de jaren 19111916 de onkosten voor het
onderwijs meer dan verdubbeld zijn, en
toen was er nog geen gelijkstelling. In 1919
waren de uitgaven reeds naar ik meen 109
millioen. Toen was er ook nog geen gelijk
stelling. In 1920' waren ze 126 millioen cn
werkte de gelijkstelling alleen ten opzich
te van art. 97 der Lager-onderwijswet, dat
handelt over de salarissen.
„En als de hoeren van rechts er niet
tegen op hebben gezien in den loop van
enkele jaren 17 millioen meer uit de
schatkist te halen, past het niet zoo'n
hoog woord te voeren".
Ik zou willen vragen: wie heeft dat uit
de schatkist gehaald voor het onderwijs?
Wij hebben van 1920 af, ik herhaal het,
ons evenredig deel ekregen in de onder
wijsuitgaven en wij hebben niet een hoog
woord gevoerd. Wij zijn z?er bescheiden
geweest en mij dunkt, dat het onder deze
omstandigheden den heer Mendels niet
past ons tot meer dan gewone bescheiden
heid aan te nemen. Van begunstiging r.
hier absoluut geen sprake. Aa*1 het bijzon
der onderwijs is alleen gegeven waarop
het recht had.
Meent do heer Mendels en meenen an
deren, die denken als de heer Mendels, dat
de uitgaven voor onderwijs, gesteld dat
er geen bijzondere scholen waren en het
geheele onderwijs Rijkszaak was, dat do
.Staatsuitgaven voor onderwijs dan min
der zouden bed. gen?
Ik heb genoeg vertrouwen in hun
scherpzinnigheid om te mogen veronder
stellen, dat het antwoord or'kennend zal
luiden.
De meerdere uitgaven, Mijnheer de Voor
zitter, zijn niet aan het bijzonder onder
wijs toe te schrijver. Zij komen op reke
ning van het onderwijs in zijn geheel cn
met hetgeen daarmede verband houdt".
De heer Jong sprak ten slotte eens en
vooral den wcnsch uit, in dagbladen, in
openbare vergaderingen en in do Statcn-
Generaal de suggestie te laten varen alsof
de hoogero begrootingen van onderwijs
uitsluitend een gevolg van de gelijkstel
ling zouden zijn.
Niet uitsluitend, zelf niet voor oen
groot gedeelte. Met cijfers is de onjuist
heid van deze bewering nu voldoende aan
getoond.
Zal het helpen? „Tijd".
ken als ongerieflijke huizen op een def
tig plein. Vandaar, dat overal, waar John
ging, de reis-nécessaire meetrok, een
glinsterende, onhandige verzameling van
kristal, varkensleer, schildpad en ivoor.
„Maar," hield John vol, „is er geen ruim
te in mijn koffer?"
„Ik kan ze daar misschien wel ergens
tusschen stoppen," gaf Maud toe, „hot
hangt ervan af, welke laarzen U mee
neemt, Mijnheer."
„Laat maar," zuchtte John, „ik zal er
wel een apart pakje van maken."
„We hebben nog een mand, die we voor
de poes klaar hebben, Mijnheer."
„Dank je, ik wikkel ze liever in oen stuk
bruin papier," besloot John. Hij achtte
het hoogst ongeschikt om de boeken,
waaruit hij de historische gegevens voor
Jeanne d'Arc moest putten, te laten rei
zen in de toekomstige kraamkamer van
de poes.
John liet Maud dus verder alleen inpak
ken en ging naar beneden naar zijn biblio
theek. Deze mooi geproportioneerde dub
bele kamer, was, zooals te verwachten viel
van de bibliotheek, toebehoorendc aan een
populair schrijver, de „clou", het werkelijk
middelpunt van het huis, met. z'n slanke
pilasters, roomkleurige paneclen en pla
fond-engeltjes, de uitgestrekte stad en he
mel zichtbaar door drie rustige ramen aan
de zuid-zijde en een kijkje op een drukke
Hampsteadstraat aan den noordkant, om
niet te spreken van do kleurige rijen boe
ken, was deze kamer ten volle den groot
sten triomf der kunst waardig, do wieg
der ingeving, en behoudens een enkele
aanduiding, dat de muzen cr soms 's mid
dags thee dronken, was het. 'i vertrek van
NOG EENS: DE STEMBUS VAN DE
PROV. STATEN.
Na al hetgeen over don uilslag der
Prov. Staten verkiezing in Noord-Holland
leeds is geschreven, is het wellicht niet
onaardig hier af te drukken, hetgeen mr.
Bomans over den uitslag nog in de „Msb."
schrijft:
De Katholieken verliezen twee zetels,
niettegenstaande zij bijna 12000 stemmen
méér hebben uitgebracht dan in 1923. Een
flink accres, gelet op de totalen: 1121G8
iü 1923, en 123.877 in 1927, het is immers
ruim 10 pet., weliswaar blijvende onder de
fotaaltoenamo van hot aantal Provinciale-
Stalen-kiezers in het land (2.914.400 in
1927, 2.600.000 in 1923), maar men ver-
gete niet, dat de N Holl. Katholieken met
Amsterdam te kampen hebben, waar ook
een toename van ons stomcijfer valt op to
merken, maar bij lange na niet evenredig
met de snelle toename van de geheele Am-
sterdamsche bevolking.
Er zit een tragische noot in deze histo
rie: degene, die in woord en geschrift het
meest zich roerde in do N.-Hollandsche
Statenverkiezingen is tevens de adviseur
van het lastenstelsel: Amsterdam en do
rest van de Provincie. Al zijn zwoegen is
als het ware vernietigd door zijn advies
Het geeft stof tot velerlei beschouwing.
Bijv.: Had de lijst „Rest van do Provin
cie" (72.243 R. K. stemmen) een paar hon
derd méér besomd en had de lijst Amster
dam (45.634) hetzelfde beeld vertoond, do
R. K. Staatspartij zou 19 zetels behaald
hebben, dat is: Geen verlies hebben gele
den. De gokzetel van 1923, de 19de. zou
dan zelfs gehandhaafd zijn. De verdeeling
in twee lijsten zou dan een schitterend
staaltje van een verkiezingstechniek ge
weest zijn En wat zijn een paar honderd
steramen op zoovele duizenden.
Een voorbeeld: Thans is de laatste rest
zetel, de 77e dus, toegewezen aan de Vrijz.
Dem. Plattelanders, gemiddelde per zetel
6525 De Amsterdamsche lijst nu telt een
eindcijfers van 45634 voor de R. K. Toege
wezen: 6 zetels. Bij zeven zetels is het ge
middelde 6520. Ergo: 37 stemmen méér
op de 45.634 en de 18de zetel was ons. Met
iets grooter marge geldt dit voor onzo lijst
„Rest van de Provincie" (78.248) wat aan
gaat den 76en Statenzetel, onzen 19den
thans toegewezen aan de V. D Partij, ge
middelde per zetel 7001. Een paar honderd
stemmen dus toegevoegd aan ons stemcij-
mer van 123.877 en de R. K Staatspartij
zou onverzwakt uit den strijd zijn geko
men, men had dan gesproken van een de
bacle der Vrijz. Democraten, die met be
doelde twee zetels op het kantje af gewon
nen tóch nog verliezen (vroeger 9 V.D plus
1 plattelander, nu 6 V D plus 2 plattelan
ders) hadden wij een paar honderd stem
men meer gehad, dan waren du rose partij
gangers op 5 V.D. plus 1 plattelander te-
ruggeloopen, een verlies feitelijk van vier
zetels op de tien).
Indien er ooit reden tot nabetrachting is
over een stembusuitslag, dan is het wol
bier. want 't wordt nog veel schooner.
Had de S. D. A. P. in Noord-Holland
2871 méér uitgebracht dan zij deed, zij
zoude 22 zetels in plaats van24 ver
overd hebben. Het gemis van 2871'stem
men bracht haar twee zetels winst.
Bewijs: indien do R. K. Volkspartijers
rood gestemd hadden zou de S D. A. P
met deze ruim 3000 stemmen dadelijk 22
zetels toegewezen hebben gekregen. Rest
0 of van geen beteekenis. Maar gevolg: 69
zetels waren bij eerste toewijzing bezet. Art
300, 3de lid Kieswet treedt niet in wer
king. Art. 100 2c lid geldt: de grootste
overschotten: de 8 overige zetels zouden
toegewezen zijn aan het Middcnstandsblok,
de Vrijz. Democr. Plattelanders, de A. R
Partij, de Comm. partij Holland, de Vrijz.-
Dem., den Vrijheidsbond, de G. II. Unie,
de Comm. Partij Wijnkoop. De Katholie
ken zouden dan maar 16 zetels gehaald
hebben en er dus drie verloren hebben! En
wij zouden er niets bij gewonnen hebben
als wij één lijst voor heel de Provincie ge
maakt hadden: immers, dan zou zeker liet
stolsel der overschotten en niet van liet
grootsto gemiddelde gegolden hebben.
Dit laatste is liet billijkste en Limburg
en Brabant kunnen in de toekomst steeds
winnen, als zij, door zelfstandig 5 of 6
lijsten, die ieder op zich nog 'n flink ge
middelde geven, do werking van art 100
derde lid der Kieswet fstolsel d'Hondt. ee-
wzigd) afdwingen, do S. D. A. P. in Lim-
Ilurg zon verlies geboekt hebben, wij winst.
Men late zich m i niet afschrikken door
pen hoogst 'lovniliT-n irtTf»nsifig in NnoH-
een verstokt vrijgezel.
Toen John zijn voet zette op dc slin
gers, linten cn bloeiende rozen van het
versleten Aubusson-kleed, dat als herfst
draden glansde op het dikke, groeno Ax-
minstertapijt, zach en malsch als een
grasveld, was hij ervan overtuigd, dat suc
ces geen leeg iets was. In zijn nu optimis
tische stemming hoopte hij, dat Ambles
hem ten slotte datzelfde zegenrijke geluk
zou schenken, dat zijn studeerkamer in
Church Row hem steeds gaf. Had hij niet
zoo herig naar zijn buiten verlangd, dan
ware 'fc hem onmogelijk geweest deze bi
bliotheek zelfs maar een week lang te
verlaten, nu de twee haarden lustig brand
den en de rook van zijn Partaga traag in
de stille Lmosfeer wolkte. John bezat ook
een bibliotheek te Ambles, maar liij luid
slechts gelegenheid gehad, de standaard
werken orin te plaatsen, die nu eenmaal
op elk landhuis hooren. Zijn Londenscho
bibliotheek daarentegen was do vrucht
van zijn geschiedkundige navorschingen,
voorafgaande aan het schrijven zijner ro
mantische 6tukken, en aangezien do wer
ken van populair-historiachen aard veel
kleuriger en weelderiger ingebonden zijn
dan zelfs romans (waaraan zo nauw ver
want zijn) leken John's boekplanken uiter
lijk meer op een verzameling van heraldie
ke wapens dan van boeken. Er waren na
tuurlijk ook veel boeken, wier kostbare
inhoud hun sjofel uiterlijk vergoodde,
maar die stonden niet in hot front, waar
roman na roman van verbannen vorstin
nen, biecht na biecht van morganatische
cclil.genooten, gedenkschrift na gedenk
schrift van hoog en laag en zoo meer prijk
ten.
UIT DE RADIO-WERELD.
Programma's voor Vrijdag 15 April.
Hilversum, 1 0 5 0 M.
12.00 Politieber.
5.006 45 Concert door den H.D.O.*
kwartet. Annio Licman, sopraan.
6.457.15 Engelsche les voor bo-
ginners.
7.157.45 Engelsche les voor iots ge
vorderden.
7.45 Politieber.
8.10 Concert door hot H.D.O.-orkedL
Goede-Vrijdag programma.
9.30 Gewijde muziek in de Zendinga-
kapel to Amsterdam. To van der Sluya,
sopraan. Nico Treep, viool. Willem Hse-
pe's a capella-koor. Wouter Westerhoudt
orgel.
10.30 Persbcr.
Da ven try 1600 M.
3.504.20 Kinder-kerkdieost.
4.25 Evensong van do Christ-Kerk Ox
ford.
5.20 Kamermuziek door de Aoolian-
Playera.
6.357.20 Kerkdienst.
7.35 „The Dream of Gerontius''. Het
Symphonie-orkest. Koor. O. Haley-mczzo
sopraan. S. Wilson, tonor. H. Williams,
bariton.
8.20 Tijds., weerber., nieuws.
8-35 9 50 „The Dream of Gerontius",
vervolg.
„li a d o-P a r i b" 1750 M.
9.5010.20 Concert.
11.501.10 Orkostconcert.
4.05.455 Concert Vocale solisten en
piano- en vioolmuziek.
7.5010.00 Fragmenten van „La Sa-
maritaine", Edm. Rostand. „Les sopt pa
roles du Christ". Solisten, koor en orkest.
Langenberg 469 M
3-209.20 Morgenwijding. P. Mania,
orgela A. Holz, sopraan.
10.2011.20 Goede-Vrijdag declamai es
Dr. Weller.
6.359.30 „Jephta,'', oratorium voor
soli, gem. koor en orkest van Handel.
Königsi usterbaudon. 1250
en Berlijn 484 en 566 M
8.20 Morgenwijding Koor. I. Blank,
sopraan. L. Lohmann, alt.
3.20—5.20, 5.5l>—7.20, 7.50—9 JU
„Paraifal", opera in 3 acton van Rich
Wagner.
Hamburg 394 7 M
8.3510.15 Morgenwijding.
4.206.20 Rathjé-kwartet.
7.20 Pianoconcert.
8-2011.10 „Dio Bordesholmer Marion
klago''. Relig, tooneelspel
Brussel 509 M
4.205.20 Orgelconcert.
7.209.20 Gnlaconcort. Orkest
Holland, waar trouwe us do R. K. Partij do
werking van hot stelsel d'Hondt niet in do
nand heeft en in haar optreden, door twee
overschotten en twee zware lijsten, zich
ivilde dekken naar twee zijden, naar e
lang minder of méér dan 69 vnl'o I.
lerzelels gehaald zouden worden
Het zoude mij spijten als bijv tiet hoofd
bestuur van onzo R K. Staatspartij uii het
voorgevallene in Noord-Holland de con
clusie trok. dat reeds met één liist over 'e
18 Kieskringeu moet opgetrokken w< r u
hij de Kamerverkiezingen fwaar de nn -n
85 kicsdceler-zetels geldt) Do zaa'. is nog
steeds alle overleg en studie wanrd
Wat Noord-Holland n-"> tot: n-
valler brengt den meevaller in zi:n schoot
En juist dit oogenblik lijkt ons het meest
geschikt om to verklaren: de 24 zetels d r
S D. A. P hebben nu eenmaal de groot
ste gemiddelde waarde. Zij komen haar t' e
volkomen toe. Zij zijn een gevolg van de
juiste en billijke doorwerking der Even •-
digo Vertegenwoordiging Zij geven ons
een les: onjuist is het voor de R. K Stm's-
partij dertig zetels te bezetten met ern
waarde voor elk van circa don landelij' - n
kiesdeeler, terwijl 30 andere er zitten nv t
gemiddeld 5000 stemmen m;rr v ze*
TTpf t-»n ook ende*"
Ten cin noodigo materia v i
een stuk over Jcanno d'Arc te verzame
len, bekommerde do schrijver zich niet in
oorspronkelijke doe inenten. Hij ging uit
van het standpunt, terecht miss ien, dat
een Camambert-chaos genie' baarder en
zeer zeker makkelijker te vervoeren is,
dan oen kudde ongemolken koeien. Om
dus het leven van Jeanne d'Arc te drama-
tiseeren nam hij uit zijn kaal: Heiligen
en Zondaars der vijftiende Eeuw.. doch
een catalogus is onnoodig; het zij genoeg
te vermelden, dat toen do verzamoling uit
gezochte boeken op zijn schrijftafel prijk
te, zij glinsterde als do maagd zelf voor
de wallen van Orleans.
„Per slot van rekening," had John eens
in een oogenbli1 van vorbitterii tegen
zijn broer James, den critic gez d,
„zat .Shakespeare toch niet den heelen dag
in do looskamer van het British Museum."
Een uur later zat de schrijver, uitmun
tend toegerust voor buitcnwandelingcn
dichterlijke uitstapjes, in ecne eerste klas
coupé van de London-South Western Maat
schappij; twee uur later zat hij in het rij
tuig uit Wrottersford cn reed tusschen
goudbruine hazelaarehagen.
„Ik zal toch voor een dogkar moeten
zorgen," zei hij, toen hij er eindelijk na
rijf minuten goworsteld te hebben mot
een riem, zoo breed als een An^'kaanschL
stola, om heb raampje neer te taten,
slaagde het portier te openen en hij bijna
hals over kop in de laan was geduikeld.
(Wordt vervolgd).
i
mGEZONDEH MEDEDEELBSHG
erhagen's Parijsche Wafels ItoZëlï'