KALENDER
N.B. Als niet anders wordt aangegeven,
heeft in deze week iedere H. Mis Glor.a
en Credo en de gewone Prefatie.
ZONDAG Febr. Vijfde Zondag na
Driekoningen. Mis: Adorate. 2e
gebed v. d. H. Tilus, Bisschop en Marte
laar; 3o v. d. Dorothea, Maagd en Mar
telares; 4e voor den Paus (wegens den ver
jaardag zijner Pauskeuze). Prefatie v. d.
AJIerh. Drie enheid. Kleur: Groen.
Tarwe en onkruid groeit er in het Rijk
van Christus, d. w. z. in do Kerk van
Christus zijn goede en slechte menseben.
(Evangelie). De goeden moeten de slech
ten verdragen en hebben in ben een gele
genheid do naastenliefde te Jieoefenen.
(Epistel). Dikwijle trachten de slechten
het deugdzame leven der goeden te ver
stikken, gelijk het onkru d de tarwe. Daar
om vragen wij vandaag Gods bescherming
tegen het slechte voorbeeld (Gebed en St.l-
gebed). God, Dio Koning is der volken.
(Graduale; Alleluja-vers) en almachtig
(Offertorium!) kon ons helpen. En in ons
loeft een krachtige hoop, dat Hij ons door
do gevaren heen brengen zal tot ons
eeuwig heil. Do heilige Geheimen, door
ons in liet H. Misoffer gev.erd, zijn ons
een waarborg (Poslccmmunio).
MAANDAG 7 Febr. Mis v. d. Ro-
Mualdue, Abt; Os Justi. Geen Credo.
Kleur: W i t.
In 956 werd Romualdus to Ravenna ge
boren uit ouders, moer de beginselen der
wereld dan die van Christus genegen. In
weekheid werd dan ook Romualdus op
gevoed, do lust naar do vermaken der
wereld was in hem steeds sterker ge
maakt. De wrange vrucht was dan ook:
Romualdus lic-t z ch door jsijüo hartstoch
ten geheel meesleepen. Toch werkte do ge
nade in hc-m. Zijn hart joelde het ijdole
van hetgeen hij zoo h aids toch tel ijk najoeg
en hij wilde de wereld verlaten, docli
miste den moed. Een tweegevecht- waarin
zijn vader den tegenstander doodde deed
Romualdus veertig dagen zich afzonderen
in een klooster om voor dien misdaad te
boeten. Toen was hij „er door heen". Die
dagen van kloosterleven maak to hem ge
heel los van de wereld en hij verzocht
voor goed in het klooster te worden op
genomen. Ten slotte werd zijn verzoek
ingowill gd. Zijn ijver brachten hem er al
spoedig toe den Regel, welko door som
migen lnksch werd nageleefd te hervor
men, wat hem na veel tegenstand ook ge
lukte. Romualdus stierf na een arbeid
zaam leven, vol van moeilijk hod en op 71-
jarigen leeftijd.
DINSDAG 8 Febr. Mis v. d. H. Jo
annes do Matbn, Belijder: Os Justi.
Geen Credo. Kleur: Wit.
Met den H. Felix van Valois stichtte
de H. Joannes do Orde van Triiiitari rs
d.i. v. d. Allerh. Drieëenhcid, met "spe
ciaal doel: do gevangen slaven to bevrij
den.
WOEHSOAG 9 Febr. Mis v d. II.
C y r i 11 u s van Alexandria, Bis-
DER WEEK.
ecbop, Belijder cu KarkJèera-irJLn medio
2o gebed v. d. H. Apollonia. Kleur: W i L
Do H. Cyrillus is de grootste tegenstan
der geweest van den ketter Nostoriuf,
d o de wezenlijke Godheid van Christus
loochende. In boerlijke go-schriften heeft
Cyrillus Christus' Godheid en daarmee
samenhangend ook Maria's goddelijk
Moederschap verdedigd.
DONDERDAG 10 Febr. Mis v. d. H.
Scholastica, Maagd: Pilosisti. Geen
Credo. Kleur: \V i t.
Do H. Scholastica was het hoofd van
een klooster, waar de regel gevolgd werd
van haren heil gen broeder Beucdicius.
Om diens raad in te winnen bezocht zij
hem jaarlijks. Eens gebeurde het, dat
Benedictus na het gewone jaarlijkse» e.
onderhoud wilde heengaan. Scholastic:',
bad hem te blijven, maar, getrouw aan
zijn kloosterregel, weigerde Benedictus.
Scholastica bad toon tot God en op haar
gebed begon het opeens to onweoren en to
regenen, zoodat het Benedictus onmogelijk,
was heen to gaan. Toen liet dag was
keerde do heiiigo naar zijn klooster te
rug. Drie dagön later st erf Scholastica,
wier selioono ziel do H. Benedictus in do
gedaante cencr duif ten hemel zag gaan.
VRIJDAG J1 Febr. Feestdag der
v e v s c h ij n i n g der H. Maagd na u
Bernad c11o to Lourdea. Mis:
V i d i. Prefatie v. d. Allerh. Maagd
(invullen: Eu U om do Onbevlekte On:-
vangonis). Kleur: W i t.
Vandaag herdenkt de H. Kerk de ver
schijn ng van do Onbevlekte Ontvangon:s
aan Bernadette. Achttien malen is Mafia
aan hel nederige herderinnetje vcrscne-
nen; den eersten keer op 11 Febr. 18Ö8,
voor het laatst op 1(5 Juli 1858. Ep sinds
dien is Lourdcs een der beroemdste bede
vaartsplaatsen geworden der geheole we
reld. Soms meer dan een inillicen bede
vaartgangers komen knielen en bidden,
aan den voet van do gezegende grot Bui
zende wondoren zijn daar gebeurd, op
versch llcndo wijzen cn op verschillend'
plaatsen n.l. vóór do grot, in de baden, in
de hospitalen, maar vooral tijdens do lï.
Sacramentsprocessie, wanneer de urm
zieken één voor één worden gezegenl met
onzen verborgen God iu Zijn H. Sacra
ment.
ZATERDAG 12 Febr. Mis v. d Zes
den Zondag na Driekoningen:
Adorate. 2e gebed v. d. zeven II. H. Stich
ters der Orde van de Diensknechten vau
Maria; 3e 'voor den Paus. Prefatie der
Allerh. Dricor.he d. Kleur: Groen.
In de kerken der E.E. P.P. Franciscanen.
Alles als iu bovenstaande kalender, be
halve:
MAANDAG. Mis v. d. Z. Z. Rizze
r i u s v a n M u c i a, E g i di u s M a r i u
van den II. Jozef e u A n t-o n i »i s
van S tr one one, Belijders: Confitean-
tur. 2e gebed v. d. II. Romualdus.
Amsterdam. Al.B. M. KOK, Pr
WEEKREVUE.
r SUGGESTIE.
Nou kunt U zeggen, wat U wilt, maar
Éuff-cstie is toch maar een mooi ding, dat
ondervinden we dagelijks
Ja, allemaal, TJ net zoo goed als ik, ("Wij
jiet, Red. L. Crt., U ook, Daniël), want 't
heelo. leven is toch zeker niets anders dan
iuctcstie.
Nu moet U goed onderscheid maken tus-
ichen suggestie en auto-suggestie, welk
Tcrscln'l hierin besta-,t, dat men zich 2clf
je's k3n suggereeren ofwel je eigen hela.,
tafelen ófwel dat men door een ander
ffordt gesuggereerd, dus dat een onder je
voor den gek houdt.
Ik zal het U met een paar voorbeelden
du'delijk maken. U zit bijv. 's avonds to
«pringcn om uw krant, dio wat laat bij U
gordt bezorgd omdat de looper last had
van ziin eksteroogen.
Eindelijk komt er een krant, beslaande
oil lien, twaalf of nog .moer pagina's.
Nu wordl U gesuggereerd, dat er een
massa nieuws is en als U de krant eens
goed inziet, dan 6laat U blad na blad met
groot hwaai om en gooit zo dikwijls onte
vreden op zij brommend: „Der staat niks
jo" Kijk de advertentie-pagina eens door.
Wat is dat anders dan suggestie, niets dan
Buggestie Twaalf firma's tegelijk bieden
U de s'erkste -sokken, de fijnste oude klare,
en de snelste auto aan Etalage-poppen In
de meest onmogelijke houdingen toonon' U
de laatste mode, absoluut do laatste 1 of
schoon er ieder half uur weer een nieuwe
aelsle mode bij komt.
gaat de stad eens in om eenige nood-
takelijke inkoopen te doen en U zie' 'n de
étalage ecu schat van een japonnetje of
een paar dotten van schoentjes of een
beeldje van een hoedje en bij voorbaat ver-
heird. daar de vreugde om die te bezitten
reeds bij voorbaat door uw boezem kuiert,
;aa( U den winkel binnen met do vasle he
keling om die schoentjes, flat japonnetje
oi dat hoedje en geen ander to koopen
Maar de winkeljuffrouw laat U iets an
ders zien wat zij graag kwijt wil en
praat net zoolang, totdat zo II suggereert
da.t dit toch beeldig is, een snoeperig pa
troontje en U gelooft het en koopt het.
Neem als U wilt de heelo mode zelf, van
daag loopt u met schoenen, zóó puntig,
dat U moet zwenken en lavecron _om zon
der ongelukken den hoe?: van de straat om
tp komen, en morgen zijn uw schoenpun--
ten v/eer zoo vierkant als een kubus en
uw smaak wordt door de heerschende mode
gesuggereerd, want loopt U vandaag met
ichoenen, die gisteren nog modern waren,
dan zegt men van U, dat U schoenen
draagt, waarmee Adam het paradijs is
Jilgejaagd of iets dergelijks.
Hoe dikwijls Mevrouw suggereert U zich
migraine, omdat IJ een onpleizirige bezig
heid zou moeten doen en hoe vaak ook
Buggereer» U zich een bloeiende welstand,
terwijl ge aan migraine lijdt, oodat eon
gezellige bezigheid U niet zal ontgaan.
En in beide gevallen gevoelt gij IJ dik
wijls. zooals gij denkt U te moeten gevoelen.
Allemaal suggestie dus.
Het is nu winter.
Waaraan merkt ge dat? Niqt aan de
■oude, want het is niet kouder, dan het in
September of April zou kunnen 2ijn. Niet
Mn sneeuw of ijs, want die hebben we nog
'iet noemenswaardig gehad. Toch is het
Kinier. Hoe weet ge dat?
Wel ge suggereert U winter, door win-
frsch te doen.
Ge loopt in een bontjas, stookt de kachel
tóodgloeicnd en neemt twee borrels in
plaats van een, tegen de kou.
Eees de krant maar eens goed na,
dan ziet go herhaaldelijk verslagen van
feestavonden van Jjsclubs, die in plaats
van op het ijs, nu in een goed verwarmde
zaal bun winterlust botvieren en in het
notulenboek van zulke vereenigingen
wordt met veel ophef gewag gemaakt i£in
den gezelligen winter in 1927 ofschoon er
rog geen vollen dag ijs geweest is.
Dat doet de suggestie.
Wc kunnen niet leven zonder suggestie
on met suggestie is het leven zoo gelukkig,
daar men zioh zelf nog een vroolijkc stem
ming kan suggereeren als het humeur zoo
veel graden onder nul 's.
Ja,* suggestie is een goed ding.
voed; het kan ons derhalve nauwelijks
verwonderen, dat hij, een echte bijbelken-
nor als hij was, zelf de tekst voor den
„Messias?' uit don Bijbel, do Profetiön,
de Psalmen en het Nieuwe Testament sa
menstelde.
Hij had c-r toen natuurlijk nog geen
flauw vermoeden van, welke triomphen
hij door dit werk v eren zou, dat vooral
in het Kerkelijk leven van Engeland een
zoo beteekenisvolle plaats zou gaan krij
gen. Ook moet men den ondernemings
geest van Handel bewonderen, die of
schoon de vijftig reeds gepasseerd, zich
op een geheel ander genre muziek gaat
toeleggen als de opera, en zich daarin
la er ook nog een meester toont.
Door do voorspraak van Lord Pem
broke werd „Saul" vaak uitgevoerd en
spoedig populair
Handel was juist tijdens do repel'tie
met zijn orkest bezig, teen Lord Pembro
ke binnentrad
„En, Sir, zoo ijverig?'
Handel wenkte hem plaats to nemen.
„II basso marcato, heeren'', do bas
treedt in dit gedeelte sterk op den voor
grond. De bazuinen fortissimo; het tre
molo der pauken iets levendiger", zoo
sprak hij dc orkestleden toe.
Hij liet dc menschen dan, na hetzelfde
meerdere malen te hebben herhaald, ver
trekken en wendde zich lachend tot den
Lord. „Ik groet Mylord met alle hoogach-
t-'ng. Is u weder teruggekeerd van de
reis?"
„Sedert gisteren. Ik kon des avonds in
•Gigantic-Hull de 27o opvoering van „Saul'
bijwonen. Mijn bewondering voor dit
werk!'Maar nu ben ik eigenlijk gekomen,
ora iets naders to vernemen over uw jong
ste schepping „De Messias'', waarvan ik
eigenlijk door mijn invitatie, mij te ver
gezellen bij oen bezoek aan do gevangenis,
do aanleiding ben geweest."
„Mylord, uwe .oelangstelliug is zeer vor
eerend voor mijl" •-
Hierop werd het gezicht van don mees
ter, waarop toch steeds zooveel ^els-uit
drukking. lag, als met zonlitfit overgoten,
zijn oogen werden vuriger en zijn zachlo
stem klonk nog sympathieker dan anders,
terwijl bij vervolgde:
,„Ik geloof, Mylord, dat do composit'o
vlugger van stapel loopt, dan ik aanvan
kelijk had durven verwachten. Het we?k
zal uit drie deelen bestaan: Het verlan
gen naar den Verlosser en de Belijdenis
"an het Verlossingswerk. Het eerste deel
js reeds klaar; het tweede nadert zijn
voltooiing. Ik hen 't alleen nog niet eens
over het „Halleluja5', waarmede ik dit
deel besluiten wilde."
„Uw Gen us zal u ook bier niet in den
steek laten! Wilt u me een eindje ver
gezellen?"
„Zeer gaarne, Mylord."
Beiden gingen huiswaarts, druk in ge
sprek over de kunst, tof bun wegen zich
scheidden. Na weinig tijds had Handel zijn
solied gebouwd en comfortabel ingericht
huis bereikt.
„Goeden morgen, Roboitsgroetto onze
meester den volgenden morgen den ijver;-,
gen copiist iu zijn werkkamer. Deze zag
even op en bemerkte als het ware een zon
neschijn op bet hooge voorhoofd des
meesters, dio tengevolge van zijn hard
werken gedurende de laatste dagen eenigs
zins overspannen was.
„Goeden morgen Sir," antwoordde de
copiist en schreef weer. door.
„Rolioits, ik heb 'tl gaf Handel ver
heugd te kennen
„Wat eigenlijk, Sir?"
„Het groote „Halleluja5' voor het slot
van het tweede deel van ,-Do Messias".
„Olil"
Roboits was' tamelijk kort van geheu
gen.
Plotseling zot Handel zich aan 't schrij-
TROUBADOUR.
ven an schreef de noten zóó vlug neer, dat
hem het zweet van bet voorhoofd liep, en
de man, die andera zeer cp uiterlijke vor
men gesteld was, schoof zijn groote allon-
gepruik achteloos voor- en achterover, om
ze daarna naast zich op de schrijftafel te
leggen.
Eindelijk was het klaar.
„Sir, wenscht u nu uw chocolade?" riep
David, de oude huisknecht, door de even-
geopende deur.
„Ja, David, maar vlug, want ik merk,
dat ik nog nuchter ben".
De oude man bracht bet ontbijt, dat
Handel, terwijl hij de partituur nazag,
met smaak verorberde.
Vaak neuirdo hij een of ander gedeelte
cn veranderde hier en daar wal met een
enkele pennenstreek.
Nu was alles af en de meester vleide
zich gemakkelijk in een leunstoel neer.
„Wilt ge gelooven, Roboits, dat ik dc
compos tie vannacht gedroomd heb?"
Roboits keek hem aan.
„S r, ik begrijp nauwelijks, hoe u zulke
muJek zonder een enkel instrument neer
schrijven kunt, laat staan hoe het moge
lijk is, dat u ze droomt"
„Dat is niet zoo bijzonder, liisler maar
eens. Ik droomde, dat ik oud, blind ge
worden was en een stem, 't scheen mij
de stem van den Alcrhoogste liep mij
toe: „Gij moet eterven, uw tijd is omt" En
ik voelde, hoe ik dit aardsche lichaam af
legde, als een kleed, dat men uitstrekt bij
bet ter ruste gaan.
Ik voelde mij liebt en alsof ik vleuge
len had en ik kon weer het beele zonlicht
zien.
Een engel met blanke vleugelen cn ge
huld in een wit gewaad, voerde mijaun
zijn hand door het luchtruim, duizenden
gioene werelden voorbij, van welker be
staan ik nooit gehoord had, tot aan den
zetel van het Hoogste Lich' Daar zag ik
oen stralende wolk, gelijk do zon, als zij
opgaat en door de nevelen breken wil.
Toen kwam ik niet Dijn geleider in den
eersten hemel. Daar zalen grijsaards en
mannen en tusschen hen engelen met har
pen en allen zongen hier hun „Halleluia",
wij stegen hoog?r op Daar oitvingen ons
de jongelingen met cm jubelend: „Geloofd
zij de Heer"
„Is het bier?'' vroeg ik. Djch mijn ge
leider wees mij zwij'gend naar omhoog.
Wij stegen booger en booger door on
afzienbare ruimten en hier Klonk ons liet
koor der vrouwen tegemoet: Halleluja,
loofi den Heer, want hij regeert met Ge
rechtigheid
Maar wij hadden het stralende licht nog
niet here kt en vonden daarna het koor
der maagden en kinderen, die eveneens
liefelijk hun Halleluja aanhieven
Dan knielden wij voor een goude: roon
maar Hij, Die daarop zetelde, was in een
wolk gehuld; wij zagen slechts zijn voet
bank, do aarde, en de zoom vaD zijn man
tel, die blauw was als de hemel ep schit
terde als met duizenden sterren be.aaid.
„Maar, Sir, dat is .'n werkelijkheid, zou
ik haast zeggen, do wederopstanding,'5 viel
de copiist hem in de rede.
„Ja, dat is zoo! Toen ik met Dengene,
Wiens naam onuitsprekelijk is en d e in de
wolk verborgen was, spreken wilde, klonk
opeens het viervoudig koor en hooger en
booger eteeg do loon. Ziet u, dat heb ik
hier in do partituur vastgelegd, van loon
lot toon, stijgend en aanzwellend. En juist,
zooals het door de eindelooze ru mten
galmde, zoo heb ik het hier neergeschre
ven"
„ICn sprak Jlij uit de wolk niet met u,
Sir?5'
„Zeker! EeD zalvende stem uit do wolk
zeide mij :„E.ffeta, wees ziende". En of
schoon ik tevoren meende, dat ik zag,
gingen eerst op dat oogenblik mij de
oogen open en ik zag nog duizenden cn
duizenden engelen meer, met harpen en
cymbalen, die allen in het Halleluja me
dezongen, met welks slotaccoord ik ont
waakte
Hier is 'net werk, dat u dus iu de hoofd-
partituur kunt schrijven, Roboits'.
Handel stond op en ging ontroer! naar
buiten.. De copiist staarde hem hoofd
schuddend na.
De „Messias'' was gereed gekomen. Het
werk werd onder luide bijvalsbetuigingen
van het talrijke publiek de eerste maal
uitgevoerd ten bate der gevangenen, ge
heel overeenkomstig de bepalingen, welke
de componist destijds had gemaakt. Na
dien volgde de eene u'tvoering de andere
De Koningin hoorde van dit geweldige
succes en liet Handel door Lord Pem
broke verzoeken ook in Londen een uit
voering te geven. Bezwaren waren hier
aan niet verbonden, zoodat in Osborn-Hall
spoed g het juichende „Halleluja" weer
klonk Op bijzonderen wensch van Z. M.
Koning George moest dit koor tot drie
maal too. herhaald worden.
Het oratorium maakte 'n waren zege
tocht door geheel de beschaafde wereld en
beleefde in Engeland alleen in enkele
jaren tijds eenige uitvoeringen.
Handel componeerde nog 18 andere
oratoria; géén hiervan echter overtrof
in diepere beteekenis „De Messias", het
lievelingswerk van Engeland, 't Is zeer
njerkwaardig, dat de droom van Handel
in vervulling is gegaan. Acht jaar vóór
zijn dood werd hij blind en vanaf dien tijd
dicteerde hij zijn werken aan zijn copiist.
De groote meester lag op zijp sterfbed
en de el te van Londen verdrong zich in
de hal van zijn huis om nieuws omtrent
zijn toestand.
Toen David over hem heenhoog en
vroeg: „Hoe gaat het, Sir?" antwoordde
hij: „ik heb geslapen, David, cn in mijn
droom het Halleluja u't „De Messias" ge
hoord! Heden roept de Heer mij'tot
zich! Kom, mijn Messias, kom
spoedig!''
Den avond van dien dag verkondigden
do klokken den dood van den grooten man
die Engeland onder de voomaamsto dra
gers van zijn roem rekent.
Hot was den Men April 4759.
Handei's stoffelijk overblijfsel vond in
de "Westminster-Abdij waar Albion's
groote zonen rusten een eereplaais.
(Hsgz.) (Uit 't Duitsch door 1'. G.)
DE EERSTE VERREKIJKER.
In liet begin der 17c eeuw had reeds een
brillenmaker ontdekt, dat verwijderde
voorwerpen door do brillen, dio in zijn
winkel hingen, zich omgekeerd en teven-
vergroot vertoonden. Hij maakte, hiervan
echter geen gobfuik. Een zekero Zacha-
rias Jansen, brillenslijper to Middelburg,
richtte een verzoekschrift tot de regeering
inzake een verrekijker, dieii hij ven twee
brillenglazen gemaakt Jiad» De regeering
bestelde hem con drietal togen den prijs
van negenhonderd gulden, achter op voor
waarde, dat men cr met beide oogen tege
lijk door zou kunnen zien. Sedert dien tijd
werden enkele kijkers door dé aanzienlij
ken gebruikt totdat Galilei er medo be
kend werd. Na dozen werden zij nog veel
verbeterd door Cliristiaan Huygens, van
Alkmaar, en wel in het jaar 1656. Eerst in
1758 werden ro weder verbeteringen aan
gebracht door den En gelachman Dolland.
MAR! A-HYMNEN.
Do edele protcsthnt Hengstenberg las
eenige lofzangen ter ccre van Maria uit
den ouden tijd en riep dan uit: „Deze
oude gezangen zijn bewijzen, die on3 doen
blozen van schaamte. Zij getuigen van dc
vreugd en het naievo vertrouwen waar
mede dc Christen Kerk, in overeenstem
ming met het Evangelie, eertijds dc Ma-
na-feesten vierde. Zo sporen ons aan, do
nalatigheid tohorstellen, die reeds zoo
lang als ecu misdaad op ons drukt,
namelijk dc eerc des Heeren niet langer
to scheiden van dio zijner Moeder, welko
do Engel „vol van genade" groette, cn die
door allo geslachten moot, zalig geprezen
worden. Welaan, willen wij niet onder
dezo geslachten gerangschikt worden'I Of
meenen wij, ons ver to moeten houden van
hen, dio Maria valig prijzen'!"
REBUS.
Do oplossing van de rebus en de na
men der prijswinners vindt de lezer op de
tweede pagina van het tweede blad.
ANECDOTEN.
Een tevreden meester.
Is de meester over je tevreden, "VVim?
Nou, óf ie, moeder! Weet u wat-ie giste
ren zei tegen me? Jongen, ze:-d-ie, als ze
allemaal zoo waren als jij, dan kon ik dc
school wol sluitén!
Nuchter.
Marie, wat hebben v?o noodig voor het
eten vandaag?"
„Een nieuw servies, mevrouw, ik ben
daar net over do mat gestruikeld."
Ook sporl.
Een eclito sportsman geelt z-jn stroohoed
vijftig meter vóór, alvorens hem achterna
te rennen
Geven en nc -en.
Zij: Het huwelijk is een kwestie van,
geven en nemen
Jlij: Lat is het. Ik geef jc wat ik mis
sen kan en do rest nóórn je!
DaTs waar.
We), Jantje, cn wat denk je nl zoo te
zijn tegert den tijd dat jé meerderjarig
wordt?
- Een en twintig jaar, oom!
Liefde en oeid
Vereerder van schatrijke jonge weduwe:
Ik ruin u méér dan ik u >'u woorden au.
uitdrukken! z
Onbewogen weduwe: Druk het dan in
cijfers uil!
Anders gezegd.
A.: „Waar ia mijn gulden gebleven, dien
ik daar op tafel ~elcgd heb?"
B.: „Denk je, dat ik hem heb?"
A.: „Neen, dat nu iroct niet. Maar il.
ben cr van overtuigd, dat, als jij daar
niet gezeten had, hij er nog wel zou -
gen."
Gevat.
Een exuminalor wilde cctt leerling, die
cr niet erg alim uitrag, bij ec- examen
erin laten loopen cn vroeg, toen do aard
rijkskunde aan dc beurt kwam: „Hor
breed is wel de Seine bij Lon 'en?"
Do jonger antwporddo zon Ier eenige
aarzeling: „Even broed ala dé'Theems'bij
Parijs."
Een onmogelijkheid.
Kleine Jantje vraagt des nachts, ala hij
wakker wordt, altijd om een. 'botorhTn.
De kinderjuffrouw tracht hom dit af Us
leeren, door er op to wiizcn, dn? zij
's nachts toch ook geen boterhammen eet.
„Dat zou toch niet kunnen," zegt Jant:u,
„want uw tanden liggen in een glü3 wa
ter."
Advertentie.
Een trkoono, v.elorppv< jon- dan«-\
met eenig vermogen, tevens bckwitme
huishoudster, zoekt langs dozen meer cn.
meer gebmikelijken weg. voor haar ou !c,
gebrekkigo moeder, con notion schoon
zoon.' Brieven, enz.
Zoo gaat het.
Hij: Wie is toen dio blonde meneer
daar in smoking?
Zij: Dat ia m;n nicht Loehy.
En die donkere, met -i n monocle?
Dat is in n jongste zuster Mary.
Dan veronderstel ik, dat dio derde
jonge, man je oudste zuster
Nee, da's m'n grooiuiocdcr!
In de laatste plaats.
Hij: „X IcatBto gedachte, voor ik da-
pen ga, is steeds aan jou!"-
Zij: „Natuurlijk, ik kom bij jou altijd
in do laatste plaats."
Niet willen begrijpen.
„U kunt hier niet stilstaan mot di.
auto, meneer!"
„Zoo, kan ik niet? Non, ma:-»- io be
dien wagen niet, agent."
LIED VAN DEZEN TIJD.
WEG MET DE KROTWONINGEN.
Zij klaagt:
jjnufrouw hehbie 't al fernome,
•ft mot uit me buis fandaan.
Want so gaan me woning sloope,
Zu ik kom op straat te staan.
Gisl'ren sijn se komme kijke,
fttèn is 't oneehik gebeurd;
Ld me ouwe fijne huiesie
ft toen soo maar afgekeurd.
JJ'ds, ik heb een achterkamer
een reuse fijn alcoof.
Gaarin staan een tafel, stoelc,
Seve bedde en een stoof,
'k Heb gewoond, me beele lefc,
ftiar in frijheïd en geluk;
Lb nou is 't ineens niet goed meer
ze slaan i»e buissie stuk.
Naai' aanleiding van oen voor
dracht van B. en W. van Am
sterdam tot het opruimen van
kelder- cn krotwoningen.
De buurvrouw antwoordt:
Nou buufrouw, 't zal je gebeure,
Ook mijn huissie mot eraan
Gist'rc sijn se wese kcure,
'i Sal er nou niet lang meer staan.
Mins, dan krijge we een woning,
Reusedeftig, sjiek en net:
Maar als we geen huur belale,
Worre wc op straat gezet.
Nou motte we gaan verhuissc.
Nou dat is heel .gauw gebeurd!
"Wil je niet dan word je bjj je
Haren uit je huis gesleurd.
In dio groote kale kamers
Kijk je op je armoe neer;
Buufrouw, dat vindt ik het ergste,
'k Ben dan niet jo buurfrouw meer.