Een spannende j'achf. Brutale diefstal door een, gentleman-inbreker. Te Berlijn is een inbrekersbende aan het werk, (lie het middel toepast om zich herhaaldelijk per telefoon te overtuigen op welke uren het door haar uitgekozen huis door de bewoners tijdelijk is verla ten, om dan daarna baar slag te sdaan. Juist den avond te voren hadden do heeren waarschijnlijk nog een staaltje van hun kunst en brutaliteit gegeven. Vrijdagavond, zoo lezen we in de „Voss. Ztg." is ingebroken in de woning van den „Oberrcgierungsrat" bij het rijksweerde- partement Benster. De heer Bensier was de laatste dagen herhaaldelijk opgebeld, en dan heette bet telkens, dat men verkeerd was aangeslo ten of zoo iets. Dit was hem verdacht voorgekomen, en daarom besloot hij Vrij dagavond met zijn dertienjarig zoontje in een warenhuis een dubbel veiligheidsslot voor zijn voordeur te gaan koopen. De overige huisgenooten waren ook uit, zoo dat de woning verlaten was. Bij thuiskomst togen half acht, vond de heer Benster het slot van de voordeur met stukjes lood gedeeltelijk verstopt, maar het gelukte toch de deur te openen. De deur van zijn woning zelf echter kon hij niet openen: daarvan bleek het slot geheel verstopt te zijn. Terwijl hij zelf zich ver dekt opstelde en bleef uitkijken, waar schuwde zijn zoontje ijlings de politie. Toon deze op het tooneel verscheen, wer den al'e uitgangen afgezet, daar men verwachtte dat de inbreker nog binnen zou zijn. Terwijl de heer Benster opzettelijk luid praatte, belde hij, en een oogen- b'ik later hoorde bij de stem van zijn zoon tje: houdt hem, houdt hem! roepen, waar uit bleek, dat de krijgslist gelukt was: de dief had getracht langs de achtertrap te ontkom oil maar werd toen dadelijk ont dekt. Hij zag er keurig gekleed uit en droeg een nieuw valies van den heer Benster, naar later b'eek volgeladen met tafelzilver enz., in de hand. Toen de jeug dige zoon des huizes naar hem toevloog, wierp de inbreker hem handig het koffer tje voor de voeten, zoodat de knaap viel, en hij zelf gelegenheid kreeg te ontkomen. Daarop volgde een wilde jacht door de straten plotseling was de man verdwe nen en klonken er een paar schoten, ge lost op de voortijlende agenten; de vluch teling had zich in een portiek verborgen en had van daar op zijn vervolgers ge schoten, zonder succes echter. Hij snelde een huis in, met de agenten achter zich aan, door de tuin er weer uit, klom ver volgens over een hek, om ten slotte toch in handen der politie te vallen. Iu de woning van den heer Benster bleek alles overhoop te zijn gehaald; kas ten, laden en bureaux waren opengebro ken. In het geheel was naar schatting voor een 5000 M. aan sieraden en 100 M. aan contanten gesto'en. De inbreker bleek een jas aan te hebben, die den heer Ben ster zes weken geleden was ontstolen! De meest moderne inbrekerswerktuigen wer den in zijn bezit gevonden. 's Nachts bood hij zijn bewaker 3000 M. aan als bij hem wilde laten ontsnappen. Toen dit mislukte, deed hij nog een ver- geefsche poging om uit te breken. Het gevaarlijk heerschap weigert de po litie zijn naam te zeggen of eenige inlich ting te geven. Men vermoedt, dat hij mede werkers heeft. Elf inbraken in één nacht. In den nacht van Vrijdag op Zaterdag zijn in Parijs en de banlieur niet minder dan elf inbraken gepleegd. Bij een kruidenier in de Rue Navier wercl een brandkast opengebroken, waarin zich echter niet veel Md bevond. Een geldlade werd voorts geopend en van een honderdtal francs ontdaan. Vervolgens werd ontdekt, dat er in drie magazijnen was ingebroken, waarbij voor een waarde van 50.000 francs aan bont werk en elders voor een groote waarde aan meubelen werd ontvreemd. Weer el ders waren wijnlief hebbers aan den arbeid en haalden een wijnkelder in de Rue Dulac vrijwel leeg. In verschillende particuliere wonin gen drongen, eveneens inbrekers binnen, o.a. in het huis van prins Cantacuzène, den zoon van den Roemeenschen gezant, die op zijn huwelijksreis is. Daar de die ven weinig naar hun gading vonden, sloe gen zij de meubelen kort en klein. Btcedio gevecht aan boord van een schip. Uil Manilla wordt geseind: Bij een vecht partij aan boord van een schip werden een Amerikaansche politie-beambfe en vijf Phi- lippino's gedood en zeven Philippino's ge wond. Uit de gevangenis ontsnapt. To Rangoon hebben Maandagmorgen vier gevangenen uit hun cel weten te ont snappen. Ze hadden de ijzeren pijlen van het venster doorgezaagd en waren over den hoogen gevangenismuur geklommen met behulp van hun kleederen, waaraan ze oen baak hadden bevestigd. Tof dusver hebben de vluchtelingen, die hulp van buiten de gevangenis moeten hebben gehad, hun achtervolgers weten te ontloopen. Sneeuw in Italië. Uit alle deelen van Italië komen berich ten over zwaren sneeuwval. In de Appenij- Een ligt de sneeuw op verschillende pun ten 1/4 M. hoog. De telefoon- en telegraaf- leidingen hebben ernstig geleden. Bij Ra venna is een dijk doorgebroken, waardoor een groot gebied overstroomd is. De schade [wordt op ettelijke millioenen Ii'tg geraamd. Op z'n Amerikaansch. t Uij baar bezoek aan een der torens van do kathedraal van Tours had een Ameri kaansche, zekere mevrouw Otis Hower, het öngeluk uit te glijden en zich, hoewel niet o' "tig, te bezeeren. Het ongeluk was klaar hlijkelijk te wijten aan den slechten toe- Btand van de trap. Oogenblikkelijk vroeg mevrouw het adres van den architect van de kathedraal, zocht hem op en vroeg, hoe- Veel het kosten moest, om de trappen van 'de kerk in behoorlijken staat te brengen, ïienduizend francs, ongeveer 400 dollar, zou wel voldoende zijn, werd haar geant woord, waarop de Amerikaansche hem het bcuoodigde bedrag zonder verwijl ter handf stelde. De griep in Europa. Het vijfde bulletin van de Sectie voor de Hygiëne van den Volkenhond is 26 Jan. verschenen. Het volgende is er aan ont mond. Nederland. Den 17den Januari ver toonde de ziekte te Amsterdam, Rotterdam en Den Haag neiging tot daling. Blijkens een bericht van 21 Januari bfcef do griep zeer verspreid voorkomen; haar karakter bleef goedaardig, ofschoon complicaties (in het bijzonder pneumonie) niet zeldzaam waren, voornamelijk onder heinarde per sonen. De toestand te Utrecht bleef onver- nderd. Arnhem had 1300 a. 1400 griep- lijders. D u i t s o h 1 a n d. De statistiek der doodsoorzaken in de groote steden wijst een geringe vermeerdering van de alffe- meene sterfte en van de sterfte aan ziekte der pderehelin^<;oreah,",n aan voor de week, eindigend 1 Januari. Het aantal stergeval- ien aan eriep bedroef in die steden 83 tegen 37 in de voora Fcaande week. Denemarken Tn de week eindigend 8 Januari werden 16150 gevallen aange geven. Te Kopenhagen bedroeg in de week, eindigend 15 Januari het aantal aangege ven gevallpn 5455. Engeland en Wales. Volgens de rapporten over de week eindifend 22 Ja nuari, komen grien en frienaebtige ziekten nog - veelvuldig voor. De revallpn ziin in hef algemeen goedaardig. De meeste komen voor in liet Onsten en Zuiden. De Nonf-i.. Westelijke dMricten zijn betrekkelijk /pronhoond gpbloven. Schotland. In de week eindigend 15 Januari, kwamen te Edinhnrg en te Glasgow resp. 4 en 3 sterfgevallen aan griep voor. Ierland. Hier kwamen in de week, 15 Jnnnari. slechts enkele sterf gevallen aan griep voor te Dublin en Bel fast Zwitserland. Tn den loon van de wepk, eindifend 8 Januari, kwamen in de steden met meer dan 10.000 inwoners 150 gevallen van grien voor teen 80 in de voorafgaande week; 60 daarvan werden aangegeven te Genève tegen 30 in de voor- affaande week. Italië. In de laatste daken der week. eindigend 1 Januari, kwam in enkele pro vincies de griep in goedaardigen vorm niet epidemisch voor. Spanje. Tn de week. eindigend 23 Ja nuari, nam de ziekte in alle provincies, waar zij zich vprspreid had, af Zii behield haar goedaardig karakter. De aleemeene sterfte is voor den tijd des jaars nagenoeg normaal Bulgarije. Het getal gevallen ran grien nam blijkens een 25 Januari ontvan gen bericht toe; het karakter der ziekte bleef goedaardig. Li tauen De griep breidde zich, Mil kens een on 25 Januari ontvangen mede- deëling, niet noemenswaardig uit; van 1 21 Januari werden 386 gevallen met twee stpnfgevallen aangegeven. Unie van Sovjet- en Socialis tische Republieken. Te Leningrad werden in de week. eindigend 11 Decem ber, aangegeven 310 ziektegevallen, waar van 3 met doodeliiken afloon: te"en resn raedenanasch Oost-lndië De communistische woelingen. Vertrek van geïnterneerden. Aneta seint uit Batavia: Vijf en veertig geïnterneerden met drie en dertig familie leden zijn met het s.s. „Wega" gisteroch tend om vier uur in alle stilte van Tand jong Priok vertrokken met bestemming naar Boven-Digoel. De geïnterneerden kwamen 't nachts in auto's onder politie— gGleide van de gevangenis te Glodok naar Tandjong Priok, waar zij aan boord wer den gebracht. Aan boord van de „Wega" bevinden zich tien militairen ter bewa king. RECHTZAÜEN DE MISHANDELING MET DOODELIJKEN AFLOOP TE NOORDWIJKERHOUT. (Vervolg). Hei getuigenverhoor. Getuige A. v. Eeden, bakker, stond in zijn winkel en zag van daaruit de vecht partij. Hij zag, hoe Schuring aangegrepen werd, op ongeveer 40 M. van het café, door G. v. D., G. v. D Jr., G. v. D. Sr. en P. den E., die hem allen sloegen, terwijl P. v. d. B. hem trapte. Getuige zag ver der, toen men terugkeerde naar het dorp, hoe F. v. d. B. den verslagene met een klomp sloeg. Deze getuige zegt ten slotte zeker te weten, dat de caféhouder G. v. D. niet geslagen heeft. De 15-jarige G. v. d. W. verklaart ge zien te hebben, hoe Schuring de ruit in sloeg en alle personen daarna uit het café kwamen, waarop de caféhouder S op den rug sloeg en P. den E. hem 'driemaal sloeg. Getuige G. N. Broekhof, schoenmaker, verklaart, dat er eerst grapjes verkocht werden, totdat S. een houding aannam tegenover L. alsof hij zijn jas wilde uit trekken. Zoo kwam het tot vechten en allen sloegen er op los. Wie er precies geslagen heeft weet get. niet te vertellen. Hij weet dat men vechtende naar hui ten drong en P. Heemskerk hoorde get. zeg gen, dat hij het toch erg vond, dat Sctiu- rink alleen stond tegen zoovelen. Job v. d .Weijden, los werkman, ver telt weinig nieuws, doch P. H. Heems kerk zegt pertinent, dat L. den versla- gene de laatste klap gaf. Hierna wordt gehoord de manufactu- rier P. v. Denzen, die van zijn vrouw hoorde, dat er ruzie was. Get. zorgde eerst, dat zijn kinderen, die huiten waren, in huis kwamen en daarna is hij op de vechtpartij afgegaan. Get. zag dat L. op Schuring afging. Deze bleef staan zonder een poging te doen L. te ontwijken. Hij kreeg een geduchte klap, doch hij ver weerde zich niet. Verdachte v. d. B. stond er bij te kijken. Get. protesteert vervolgens tegen de verdachtmakingen, tegen hem, dat hij te laf was om tusschen de vech tenden te treden. Get. zegt, dat hij kinde ren heeft en dat hij daaraan in de eerste plaats denkt. Verder verklaart get., dat hij den indruk kreeg, dat de toegebrachte klap doodelijk zou zijn. Get. vroeg toen aan de vechtersbazen, of die man dood geslagen moest worden voor het breken van een. ruit. „Brengt hem liever naar de politie'', aldus zeide get. Dit werd toen- gedaan door P. den E. en G. v. D. Sr. Tenslotte vraagt get. zich af, of de poli tie wel heeft kunnen vermoeden, dat deze vechtpartij zulk een noodlottigen afloop zou hebben. P. J. v. Duivenvoorden, los arbeider, verklaarde dat G. v. D. Jr. achterbleef bij zijn café toen hij Schuring losgelaten had. Get. heeft niemand gezien, die den verslagene verdedigd heeft. Get. H. Heemskerk, schipper, verklaar de heel laconiek: Als allen gedaan had den, wat ik heb gedaan, dan was er niets gebeurd. Get. had n.l. uiet aan de vecht partij deelgenomen, doch evenmin had hij het voor Schuring opgenomen. Nadat de graanhandelaar Warmerdam nog .was gehooid, was het woord aan den Officier van Justitie, mr. Polman. De eisch. De Officier noemde den dag, waarop dezo ernstige mishandeling heeft plaats gehad een d.es ater voor Noordwijker hout. Men had niet kunnen denken, dat er onder den rook van een cultuurstad als Leiden is, iemand, op wien niets te zeggen viel, doodgeslagen kon worden zonder eenige reden. De Officier zegt, dat een heel groote daad zich in een kort spanne tijds hier heeft afgespeeld. Bij het opmaken der dagvaarding had spr. het „openlijk geweld" in de aan klacht laten vallen en hij is van meening, dat de doodelij'ke klap het emst.gst is Alio verdachten verschuilen zich nu achter den zesden verdachte L. Spr. wil echter opmerken, dat de personen van deze verdachten hekend staan ais best in staat tot iels dergelijks. Meer speciaal zegt spr., dat verd. G. v. D. Sr. in weer wil van zijn ouderdom de politie zeer veel last geeft Tenslotte betoogt spr., dat vaststaat, dat ieder dezer verdachten heeft deelge nomen aan de mishandeling en de doo- delijke klap is tijdens deze mishandeling gevallen. Mede gezien de reputatie der verdach ten eis"ch t spr. tegen allen twee jaar gevangenisstraf. De verdediging. Hierna was liet woord aan de verdedi gers. Hot eers trad op mi. Bourlier, voor de gebrs. v. D. en hun vader. Pleiter vangt zijn betoog aan met te zeg gen, dat er geen enkele getuige is opge treden wiens verklaringen kloppen met die van den volgende. Daar klopt eigen lijk niets. Dat is toch de zaak, waar alles om draait. Als men nu hoort van den Officier, dat deze verdachten ongunstig hekend staan, dan wijst spr. op het politierapport, dat zegt, dat beide G. v. D.'s gunstig bekend staan. Dat ze stroopen? Maar dat is tocli geen m.sdrijf, dat is sport. De beste har ten zijn ruw, stroopers zijn de braafste menschen. Wat verd. G. v. D. betreft, tegenover de bewering, dat zij ongunstig hekend staan, legt pi. over een brief van den bur gemeester van Noordwijkerhout, waarin het tegendeel gezegd wordt. En van den ouden G. v. D. zegt een oud werkgever van hem, dat hij hem 40 jaar goed ge diend heeft. Als er gezegd wordt: er is een doode, daar moet nu voor gestraft worden, dan gaat het niet aan dezen verdachte daar maar voor te kiezen, immers, wat zij ge daan hebben, ligt niet binnen de lijn van het gevormd opzet. L. had hier ook terecht moeten slaan, maar dan wegens moord, die een an- dereü opzet eischt dan eenvoudige misJian deling. Wanneer L. nu daarvoor veroor deeld wordt, dan gaan deze verdachten vrij uit. Nu daarentegen worden zij aan sprakelijk gesteld voor hetgeen L. gedaan heeft. En bovendien, hoe kan het O. M. twee jaar vragen? We hebben toch gehoord, dat die eéne klap doodelijk is geweest? Wat zij deden was een gewone vechtpartij, die een gewoon karakter had en die niet eens vermeld zou zijn geworden als die éérie klap niet gegeven was. Twee jaar.Ze moesten een amb tenaar van het O. M. eerst eens twee jaar in do gevangenis zetten alsvorens hem toe te staan op te treden en dergelijke straffen uit te deelen. Men weet niet wat het zeggen wil twee jaar als een hond in een hok opgesloten te worden. Twee jaar voor een vechtpartij, liet geven van een klap. misschien. Ér is hoegenaamd geen heivijs. De doodelijke klap is toegebracht na dat de vechtpartij was afgeloopen. De man stond er alleen, toen kwam de schande lijke klap. Is zulks juist, dan valt de ge heele dagvaarding. U hebt eigenlijk niets .bewezen zegt pl. tot den officier. Die man is uren later op 1000 Meter afstand langs den weg gevonden. Wat is in dien tijd gebeurd? Dat weet niemand Dan moet u de lieele bende vrijspreken, L. incluis. Op grond van een en ander vraagt pl. tenslotte vrijspraak. Voor verdachte P. den G. treed vervol gens op m r. H. F. A. Donders uit Lei den. In. zaken als deze, waarin vijf personen als verdachten terechtstaan, zegt spr. is het moeilijk tot een reconstructie der fei ten te komen. Dat wil evenwel niet zeggen, dat er niets vast staat. Inlegendel, het begin en het einde staan vast. Verder weten we ech ter niets meer. Er is geen enkele gelijk luidende getuigenverklaring, dus geen hou vast staat. Integendeel, het begin en het dood is ingetreden door dien eenen klap. Er zou dus niets overblijven dan dat er 'n vechtpartij was geweest en die zou verder heelemaal geen gevolg hebben gehad. En dan die twee jaar voor een gewone mishandeling! Er is gewezen op het ongunstig verle den van verdachten, doch pl. vraagt zulks te bewijzen voor zijn cliënt, P. den E-, een man van 12 kinderen. Pl. betoogt, dat de meesten z<oo niet allen zijn geschrokken van den ernst van hun daad, doch met aandrang verzoekt pl. den rechtbank voor zijn cliënt rekening te willen houden met diens huisgezin. Tenslotte was het woord aan mr. F. D. L. Gunning, te s-Gravenhage, ver dediger van F. G. v. d. B. Pl. vangt zijn betoog aan met de ver klaring, dat hij niet gaarne een oordeel zou willen vellen over deze verdachten. Er is veel te veel onbekend in deze zaak. Bij al hetgeen pl. hierover gehoord heeft komt de wensch naar voren, dat de schuldigen gestraft zullen worden, doch daarvoor acht hij haar niet voldoende on derzocht en hij meent, dat er alle reden is om een nader onderzoek te gelasten. Vervolgens wijst pl. op het gemak, waarmede de officier over den juridische» kant van deze zaak heenloopt. Er was geen afspraak, geen overleg, geen ge meenschappelijke uitvoering. Wat der- halvo de straf maaregelen betreft, pl. acht deze onbillijk, omdat do rechtbank abso luut slecht is ingelicht. Tenslotte betoogt pl., dat zijn cliënt v. d. B. n.et ongunstig bekend staat. Na re- en dupliek wordt dan gepau zeerd tot 's middags 3 uur. De laatste verdachte. Toen verscheen voor de rechtbank F. L. L., 24 jaax, schipper to Amsterdam, wien zware mishandeling, den dood ten gevolge hebbende, was ten laste gelegd Verdachte verklaarde op een vraag van den president, nu. Cost Budde, dat hij 's morgens te half negen reeds in het café van v. D was gekomen. Zoo nu en dan had hij een glaasje gedroilken,, den ge- heelen dag door, totdat hij op het uui- der vechtpartij, Omstreeks 6 uur, niet meer wist wat hij deed.'Hij was dronken en weet. zich van hel voorgevallene tótaal niets meer te herinneren. Dr. Hulst, weer als deskundige géhoord verklaarde op een vraag van den verde diger, mr. Smeele, dat de barst in den schedel van hel slachtoffer Schuring ook kon zijn toegebracht door een slag met een vuist. De schedel van verslagene was bovendien aan den dunnen kant. Achtereenvolgens werden dan weer de verschillende getuigen uit de ochtendzit ting geboord Get. Barbiöri, de metgezel van den ver slagene, verklaarde, dat na den slag met de klomp nog verschillende personen op S. zijn aangevallen. L. was echter zoo dron ken, dat hij zeker niet wist, wat hij deed. Get. Broekhof verklaart, dat volgens I zijn meening, deze verdachte lang niet zoon groot aandeel in de mishandeling heeft gehad als de anderen. De eisch. Tenslotte nam mr. Polman requisitoir. Hij bleef van meóning, dat de klappen van L. het ergst waren, doch voor hem meer' dan voor de anderen gelden ver zachtende omstandigheden. Hij toch was zeer onder den invloed van sterken drank wat van de anderen niet gezegd kan worden. Zij konden dus hun hersenen ge bruiken, verdachte L. niet meer. Om deze reclen e:scht de Officier voor dezen verdachte een jaar en zes maanden gevangenisstraf. De verdediging. Mr. Smeele, verdachte's verdediger, was van meening, dat het moeilijk blijft om pertinent te zeggen, dat L. de oorzaak van den dood van Schuring is. De getuigen toch verklaren, dat de an deren zekgr zoo hard geslagen hebben, waarbij de deskundige verklaart, dat oen vuistslag hetzelfde gevolg kan hebben ge had en dat de schedel van verslagene zeer dun was. En. dat tegenover zulke krachtige huitenmenschen biedt genoeg ruimte voor twijfel omtrent de juiste doodsoorzaak. Pl. verwondert er zich dan ook over, dat de Officier den klap, door L. gegeven, als den doodelijken beschouwt Dan vraagt pl. wat de opzet is geweest tot alles. Alleen het feit, dat L. ten op zichte van Schuring, die zich als buiten staander in dit kringetje van bekenden nogal aanstelde, een lesje wilde geven. Komend tot zijn cliënt zelf, zegt pl., dat verd. li jaar geleden een schuit heeft gekocht, Om in zijn onderhoud te voor zien. De verplichtingen, die hij bij den koop op zich nam is hij getrouw nageko men. Na de kermis zou verd. weer naar liuia teruggaan om te gaan werken. Hij ging jammer genoeg naar de herberg, waar hij bleef plakken. 't Is waar, zegt pl., dat men verant woordelijk moet blijven voor zijn daden, ook al is men dronken. Doch, dan gelooft pl., dat de herbergier zeker zooveel aan sprakelijk is, omdat hij dien man steeds maar is blijven tappen.' Tegenover den staat van inlichtingen, die de rechtbank van verdachte heeft, legt spr. over een verklaring van een pastoor uit Amsterdam, die verdach te's familie kent en van den burgemeester van Oostzaan, voor welke gemeente ver dachte en zijn vader meermalen werken hebben uitgevoerd. Pl. voert verder aan, dat verdachte kostwinner is voor zijn moeder en zuster, wijl zijn vader in het krankzinnigenge sticht vertoeft. De hulp van de rcclasseering is voor verdachte niet #wel mogolijk, or overal zoo nu en dan met zij» Pl. hoopt echter, dal de rechters jonge leven niet zullen breken en 1 mogelijk zullen maken zijn werk zetten, weshalve hij aandringt zjjn"" niet te zwaar te doen zijn, gelet den tijd, dien hij reeds in prevee hechtenis heeft doorgebracht. Uitspraak in heide zaken zal den over 14 dagen. MALVERSATIES ZIEKENHUlSRf LEIDEN. De officier van Justitie bij de Haa- rechtbank, heeft gisteren conclusie men in de civiele procedure tusschen Staat en een vroegeren afdeelingscht cliitect bij het voormalig bureau van Rijksbouwmeester te 's-Gravenhage. eenig Men zal zich herinneren, Jat ren geleden, als gevolg van de mal° ties, gepleegd bij den bouw avn het Ai misoh Ziekenhuis te Leiden, tegen schillende personen, onder wie ook <j chef, eene strafvervolging is ingestck de toen-uitgebrachte dagvaarding wa steld, dat dezo bij dien bouw f 360.00) ontvangen, waarvan hij f 240.000 hal betaald, waarna hr verduistering u resteerende f 120.000 was ten laste gt waarvan hij echter vrijgesproken i Daarna stelde de Staat een civiele in tegen hem, tot verhaal van i door hem aan den Staat berokkend handelingen, in strijd met zijn ambt-s; verricht, terwijl beslag werd geleg zijn geheele vermogen. In reconventie vorderde de betro! toen opheffing van dat beslag en bel van de door het beslag geleden sck De officier concludeerde nu ten zien van de vordering in conventie, d Staat zal worden toegelaten om dot tuigen het door hem gestelde te bet terwijl met betrekking tot de recon; aanhouding werd gevraagd. Uitspraak 1 Maart. De treinbotsing te Ede. De machinist vr ij gesprot De Rechtbank te Arnhem heeft gii nitspraak gedaan in zake J. F., macl vroeger te Ede, thans te Amsterdac in verband met de treinbotsing op 1- 1926 op het station te Ede, ten lasti gelegd, het aan zijn schuld te wij te: ben, dat gevaar ontstond voor het i op de spoorwegen. De Rechtbank hem, conform den eisch van.den o van justitie, vrij. De verdediger ,m G. ter Laan te Utrecht. FABLLSSP" ERHEË3 Uitgesproken: G.Bouman, hotel Bellevue, te "Wt naar; cur. mr. M. v. d. Heijden. ST&eggg§EEWS R. K. Handelsreizigers. D© afd. Leiden „St. Pancralius Ned. R. K. ver. van Handelsrel ,„,St. Christoffel", heeft haar jaan dering gehouden. De Voorzitter de heer Ghr. W. sen drukt in zijn openingswoord spijt over uit, dat deze zoo belat jaarvergadering weer zoo slecht t> is Spr. hoopt dan ook dat het vei ringsbezoek in 1927 veel beter n. spr. spoort de aanwezigen aaD mogelijk propagada te maken ondt lega's opdat daardoor de toch zou vereeniging steeds meer en meer in moge toenemen. De secretaris de heer C. A. Gras alsdan de notulen der vorige vergat welke onveranderlijk worden goedge Aan ingekomen stukken worden thai kandeld de circulaires der afdee Breda en Heerlen; levens wijst de nog op het groote nut van het doori! Leiden in een ciculaire aa de vei lende afdeeiingen gedane voorstel I fende het houuen van. een conft voor afdeelingsvoorzitters of gem* den; juist, nu er een geheel nieuw bestuur moet worden gekozen, is hel kers vaste overtuiging, dat eén dó conferentie er veel too zal bijdrage de rechte man op de rechte plaats,gt wordt.. Thans wordt overgegaan tol hai van de heeren Geyer, Blansjaar en i sen (waarvan de eerste niet aanwö welke heeren met alg. stemmen worden aangenomen. De Voorzint' hen welkom m de vergadering waar eerw. heer adv. hen het insigne ovi digt. Hierna leest de secretaris de heer Gras zijn jaarverslag, in den aar moet hij tot zijn spijt al constaieereD afgeloopen jaar niet zeer gunstig de afd. wat wel hoofdzakelijk gf moet worden aan het slechte ver ringsbezoek, hij hoopt dat de leden 1)! goede wat „St. Christoffel" doet doen heter moge begrijpen en sluit dan verder aan bij den wensch var Voorzitter, n.l dat de leden in 1927 belangstelling voor de vereeniging j Op 1 Jan. 1926 lelde de ver. 26 ka- het afgeloopen jaar bedankten vier echter kwamen er weer drie nieuwe hij zoodat het ledenaantal thans draagt. Verder deelt de secr. in slag nog medo dat hel Vrijwillig l steunmgisFonds (V.O.F.) een tot."2 drag van 325 uitkeerde, reden hij de leden aanspoort deze zoo instéidng zooveel mogelijk melterib steunen. Ten slotte dankt hij den Eerw. ncö voor zijn steun aan de ver. gegef hoopt dat zijn eerw. de ver. nog» jaren met raad en daad zal bijstaan De Voorz. dankt hierna de sMg zijn keurig verslag, en verzoc» tevens als waarn rv. ingnuféss finantieel verslag voor te lezen, v

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1927 | | pagina 4