Ie [MiCHnT Tweede Blad, Het Geheim van Florise. Woensdag 17 November 1926 UIT DE PERS MGR. DR. W. H. NOLENS. Bij gelegenheid van zijn 30-jarig Ka li: Hij maatschap wijdde II e t Vader- 1, ii d gisterenavond een hoofdartikel a;:r. Mgr. dr. W. H. Nolens. Hot volgen- (j,. is eraan ontleend: ..IIij debuteerde in de Kamer met oen j\di\ waarin hij aan do hand van de En- cvcüek Rerum Novarum deze stellingen poneerde: le. dat het een natuurlijk recht van ieder mensch is, om uit de opbrengst van zijn arbeid te bestaan; 2e. dal de Toorwaarden, waaronder en de omstan digheden waarin ook in de legen woord igo productie do factor arbeid zijn dienst be wijst. niet in strijd mogen zijn met de na- tiur van den mensch, met zijne verplich tingen, en ook niet met zijne rechten als stoffelijk, intellectueel, zedelijk, gods dienstig en maatschappelijk wezen; 3e. dat het inkomen, dat hij zich door zijn arbeid verschaffen kan, voldoende moet zija om hem in staat te stellen in zijne behoeften als stoffelijk, intellectueel, ze delijk, godsdienstig en maatschappelijk wezen Le voorzien. Deze redevoering baarde veel op.-.icn; van oud-liberale zijde werd hem de ver maning gegeven, dat hij maar een enke len slap verder behoefde te gaan, om het socialisme tout court le huldigen, en een ouder geestverwant van den Hr. Nolens reageerde er in zooverre op, dat hij liet ministerie (het was het nieuw opgetre den Kabinet PiersonBorgesius) steun toezegde, mits bet zich niet zou laten dringen in den rooden hoek. En deze rede gaf Nolens den bijnaam van den roo den priester; men was heel gauw „rood" in die dagen, en men zag niet in, dat het jongste lid eigenlijk in zeer overdachte woorden, zonder eenige emphase, maar precies wetende wat hij wilde, den nieu wen koers voor do partij uitstippelen, en dat dit ook de nieuwe koers rou worden. Mocht Schaepman als lyrische Peter van Amiens van de verovering van het de mocratische Jerusalem gewaagd hebben, Nolens traceerde in weloverdachté lee- kening den weg uit om daarheen te ko men. Dat is Nolens, dat was bij en dat is hij. II s'est passé un siècle depuis et da- vantage, men leeft snel in politicis. De eenvoudige priester, die 30 jaar geleden onze volksvertegenwoordiging binnentrad is tot de hoogste waardigheden opge klommen. Hij is Minister van Staat, Pro- touotarius Apostolicus, Voorzitter van den Mijnraad, curator van do Technische Hoogeschool, enz., en hij had in 1918 als Minister-President kunnen optreden, als hij een eerzuchtige was, en niet vóór alles rekende met het belang van de Ka tholieke partij, maar hij dacht er niet aan dit te begeeren, welbewust dat de Roomscbe priester achter de Regcerings- tafel, al kon dat ook den Tborbeckiaan niet ontrusten, de Lingbeeken en de Ker- aten's zou hebben vermenigvuldigd als konijnen. De gToole kracht van Nolens ligt in zijno weloverwogonheid, medo een go- volg van zijn historische kennis. Waar om hij zich bij het zoo uiterst moeilijke vraagstuk van de steeds groeiende macht der 'Katholieken, ook daardoor dat deze een groot gezin niet uit den booze vin den, steeds afkeerig betoont van spron gen, maar den geleidelijken, zeer geleide lijken weg verkiest. Als do Katholieken dan ook bij do Grondwetsherziening niet genomen hebben wat ze konden krijgen, te weten de opheffing van het^processie verbod, herkennen wij daarin zijn beleid. En als er niets gekomen is van een initiatief-voorstel van Katholieke zijde tot verandering in de bepalingen, die het Indisch Regecringsreglement omtrent de zending stelt, dat bedoeld was als wraak over de verwerping van het gezantschap bij den Paus, behoeft men al wederom niet te vragen, wie hier don wijsvinger waarschuwend heeft opgeheven. Monseigneur, zooals hij in do wande ling heet, op welken titel hij als protouo- tarius apostolicus recht heeft, is hekend om zijne nuchterheid, en het is waar, dat deze joviale Limburger, die, hoe hoog hij ook klom, steeds de eenvoud zelve bleef, de zaken zeer objectief weel te bekijken en zich niet door pathos van de wijs laat brengen. Maar da» neemt toch niet weg, dat die nuchterheid cr cene is van de al lerhoogste soort, want door zelfbedwang verkregen, lava in ijs zou Heiurich Heine zeggen. Men kan mej Nolens verschillen in be ginsel. men kan zelfs op een bepaald punt lijnrecht tegenover hem staan, incdo- en tegenstander zullen om .-irijd erken nen, dat hij een figuur is, die do Kamer groote eer doet, en dat hel gelukkig is voor de Katholieke partij en ook voor den lande, dat de politieke leiding van zoo groot deel van ons volk in handen is van een zoo bekwaam en zoo rechtscha pen man, die het suum cuique in zijn devies schreef." HET NEDER LAN DSC H-BELG IS CH VERDRAG. Uit een brief van den Haagsclicn brief schrijver van De Tijd: ,,Do schrijver van deze brieven heeft als Hagenaar heel vaak en heel gemakkelijk gelegenheid Kamerleden te spreken en liet is hij heeft nooit daarvan een geheim gemaakt een zwak van hem, om die ge legenheid gaarne aan te grijpen. Hij schroomt niet te Zegegn, dat verreweg do meeste van hen, die hem te voren of daar na hun stem voor dit verdrag hebben toe gelicht, gezegd hebben, natuurlijk ieder met zijn eigen woorden: van het tractaat moet ik niets weten of voor het tractaat voel ik weinig of niets, maar do Minister van Buitenlandschc Zaken on do best in deze geïnformeerde ambtgenooten zien zooveel kwaad in een verwerping, kijken zoo bedenkelijk als zij aan do gevolgen daarvan spreken, dat ik de verantwoorde lijkheid van een afwijzing niet aandurf. Ik zou niet graag zeggen, dat zij, die zoo denken of spreken van hun standpunt on gelijk hebben. Als men door niet de eer sten de besten, maar door mannen met een naam hoort spreken van militaire en poli tieke cischen ons gesteld, waarvan hot los laten de prijs vraagt do aanneming van dit verdrag; als men als zeker hoort stel len, door even gezaghebbenden, dat bij verwerping hetzelfde België, hetwelk aan het feit der aanneming nauwelijks aan dacht schenkt, zich voor altijd van ons zal afwenden om zich in de armen van Frank rijk to worpen en wij aldus in die richting Vlaandercnland cn Antwerpen drijven; als men hoort te verstaan geven, dat verwer ping tegen ons dn. v/erold zal doen keeren en niet onmogelijk de overwinnaars van 1918 opnieuw zal doen samenrotten, om te dwing""! direct of indirect tot hetgeen wij vrijwillig niet. bereid zijn te doen, dan is het nog geen kleinmoedigheid, wanneer men on het gezag van hen, dio dit alles zoo, zij 't misschien in -.v-'-ic-en vnnu in moor diplomatieke taal, te verstaan ge ven, de verantwoordelijkheid niet aandurft zijn land aan zulke gevaren bloot te stel len. Men verwondert zich dan veeleer dat 47 leden desniettemin hebben tegenge stemd." DE VIJF WEEKDAGEN VAN FORD. Het Volk is niet te spreken over de werkweek van vijf dagen, dio Ford hoeft ingevoerd. Het blad heeft brieven ont vangen, die ..een duidelijk licht werpen op do voorgeschiedenis van deze econo mische wondermaatregel." Het blad schrijft naar aanleiding van deze brie ven: „Er blijkt uit, dat de Fordfabrieken reeds langen tijd meer producecren dan verkocht kon worden en do uitbreiding, die tot dat ooccnblik steeds was voortge zet, werd beëindigd. Daarna stond do gebeele fabriek gedurende conige maan den totaal stop zoogenaamd in ver band met de verkiezingscampagne. Daar na werkten de arbeiders twee of drie da gen in do week, totdat het oogenblik kwam. dat de fabriek weer full-speed draaide. Kort daarna werden eenige honderden arbeiders uit de afdeeling, waar onze berichtgever Imt' bnc-t over t- oordoelen, ontslagen. De overgebleven ar beiders kregen de boodschap: "l Zelfde aantal wagens moet vanavond er uit, anders worden jullie vervangen. Daarna kwam de vijfdaagsclio werk week, die con wereld-reclame voor het Fordsche genie maakt, doch voor do ar beiders harder werken voor minder loon bcteokent." OVER ANNEXATIE. Een rapport van prof. van der Grinten. Aan do gemeenteraden van Rijswijk on Voorburg is verzonden de memorie, waar in is neergelegd het oordeel van prof. mr. dr. J. van der Grinten, hoogleeraar to Nij megen, omtrent het door Godoputeerdo Staten van Zuid-Holland ontworpen voor stel van wet tot wijziging van de grenzen van do gemeenten 's-Gravenhage, Delft en Wateringen cn lot opheffing van do go- meenten Rijswijk on Voorburg. (Ook in anderen gemeenten zal van dit rapport met belangstolling worden kennis geno men; waarom wij er uitvoerig medcdecling van doen). Na een uiteenzetting van do betoekenis van grenswijzigingen in het algemeen on do samenvoeging cn samenwerking van gemeenten, komt do hoogleeraar in dc eor- sto plaats tot doze samenvatting: lste. Het algemeen belang moet de an nexatie vorderen, m. a. w. de noodzakelijk heid van dezen diepingrijpenden maatregel moet worden aangetoond. 2de. Noodzakelijkheid van annexatie be staat nooit, wanneer de oplossing van na- buurschapproblcmen door intercommunale samenwerking kun worden verkregen. Na dezo inleidende opmerkingon, wordt overgegaan tot do behandeling van do ar gumenten, waarmodo het voorstel tot op heffing van de gemeenten Rijswijk ou Voorburg wordt verdedigd. Zijn desbetref fend betoog samenvattend, komt prof. Van der Grinten tot do volgendo stellingen: 1. dat de aansluitende bebouwing, voor zoover die aanwezig is, geen bron van con flicten vormt, on dat daardoor geen open bare belangen worden geschaad2. dat de bewering, als zoude in Rijswijk cn Voor burg geen zelfstandig gemeentelcvcn be staan, onjuist is; 3. dat het voordeol der Haagschc nabuur schap wel is waar voor een deel do oorzaak is van den bloei van Rijswijk cn Voorburg, doch reeds daarom niet als argument voor annexatie kan dienen, omdat dit argument ten slotte neerkomt, op het ondeugdelijke fiscale motief, terwijl hot voordeel boven dien wedcrkcorig is, cn do voortdurende bloei dezer gemeenschappën na annexatie geenszins vaststaat; 4. dat het genot, hetwelk verschillende openbare diensten van 's-Gravonhage aan Rijswijk on Voorburg togen betuling ver schaffen, in geen enkel opzicht deze drie gemeenten tot een maatschappelijke een heid maakt; 5. dat do gemeente 's-Gravenhage nog voor een zeer gcruimen tijd overvloed be zit van bouwterrein binnen haar tegen woordige grenzen; 6. dat de vaststelling van aaneensluiten de plannen van uitbreiding reeds thans, met medewerking van Gedeputeerde Sta ten, door gezamenlijk overleg is te herei ken en dat cr in elk geval, in verhand ook met de op dit punt te verwachten herzie ning van onze wetgeving, geen aanleiding bestaat om, op grond van de noodzakelijk heid van een uitbreidingsplan voor de gc- hcelo streek, thans tot annexatie over te gaan; 7. dat de gemeentebesturen van Rijswijk en Voorburg ten volle voor hun taak zijn berekend, cn dat door hot feit van do zelf standigheid dezer huishoudingen geen on kel belang van do gemeente 's-Gravcnhago wordt geschonden; 8. dat de groei van Rijswijk en Voor burg niet geschiedt ten koste van 's-Gra venhage; 9. dat do annexatie aan 's-Gravcnhago geen financieele voordeelcn zal brengen. Vervolgens doet de schrijver nog enkele positieve bezwaren togen annexatie do re vue passeeren, waarhij hij dc volgende punten uitvoerig toelicht: do behartiging van do bijzondere belangen van Rijswijk en Voorburg, aantasting van het beginsel van plaatselijk zelfbestuur, het vermeende voordeel voor 's-Gravenhaec en dat de op losing slechts voorloopig zou zijn: Samen vatting. 1. dat het sumenbrengon onder één ge zag van hctcrugeno zelfstandige eenheden het democratische beginsel van plaat so- lijk zelfbestuur en daarmodo een der grond elementen van ons staatkundig leven aan tast 2. dat gegronde vrees bestaat, dat de bijzondere belangen \an Rijswijk en Voor burg, bij gcinis aan ccn eigen vertegen woordiging, ernstig zullen worden go- schaad 3. dat do voordeelcn voor 's-Gravenhage, niet slechts in financieel opzicht, doch ook in het algemeen, uitermate twijfelach tig zijn; 4. dat het beduidclijk is, waar de Haag- sclio expansie-politiek zal eindigen. Ten slotte komt prof. van der Grinten in zijn memorie tot de vaststelling van zijn eindconclusie. Daarin zegt. hij: Hot wetsontwerp, waarin do voorstellen tot inlijving zijn vervat, is onaanuemelijk. Dc wog naar dc oplosing teekent zich dui delijk af. Hot ij do weg van do samen werking. In uc/.o cultuurperiode bohoort het plompe, ruwe rechtsmiddel der an nexatie, wuar liet kan, voor do meer ver fijnde rechtsfiguur der intercommunale samenwerking plaats te maken. Do wet gever bcijvero zich, do duidclijjko aanwijs bare tendonzen in deze richting tot vrucht bare ontwikeliug to brengen. STADSKïEUWS_ DE GEMEENTEBEGROOTING. Een algemeens reserve. De bedrijven en gestichten. Verpleeggeld van „Ende geest" en „Voorgeest" zal worden verlaagd Een verlaging van de slachtgeldcn in 't zicht. De belastingen. Verschillcndo leden hebben in do Secties beschouwingen gevoerd over den finnn- cioelen toestand der genioonte. B. on W. antwoorden daaropo.m. -en in het antwoord liggen do gemaakte bemer kingen opgesloten: „Het is alleszins rationeel, om nage noeg hot geheele batig saldo van don dienst 1925 cn wol ten bedrage van f800.000.ter reserveoring aan te wen den. De begrooting kan dan scherper wor den geraamd; mochten zich bijzomicro tegenvallers voordoen, waardoor do reke ning met een nadeelig saldo zou sluiten, dan kan nog altijd uit do reserve worden gepot Behalve ter dekking van eon eventueel nadeelig saldo, zal do reserve in het- al gemeen dienen tor dekking van uitgaven met een zeer -bijzonder karakter. Voor uit gaven mot eon permanent, karakter mag de reserve niet worden aangewend, omdat zij anders Bpoedig zou zijn ingeteerd. In uiterste noodzakelijkheid kan ook tor voor koming van belastingverhooging over een gedeelte vnn do reserve worden beschikt.. Belastingvorlagirfk zal oerst mogelijk zijn, indien do gewone inkomsten en uit gaven dit toelaten. Daarvoor kan geen steun worden gezocht bij do Algemeeno Reserve, omdat deze na één of twee jaar dien steun niet meer zou kunnen geven en dan wederom tot belast ingverhooging zou moeten worden overgegaan. Een cn ander zou do zoo gewcnschtc continuïteit in de belastingheffing, d.w.z. een belastinghef fing zonder groote spronvon cn zooveel mogelijk gericht op geleidelijke verlaging, schaden cn groote ontevredenheid wekken. Trouwens, verschillende gemeenten moeten geheel of gedeeltelijk terugkomen op in den laatsten tijd genomen besluiten tot verlaging van liet percentage der gemeen- telijlco inkomst onbelast ing, hetgeen tot grPoto moeilijkheden aanleiding geeft. Temeer bestaat er nanleiding voor do overboeking naar do Algemeeno Reserve, nu hot ons gelukt is de begrooting sluitend te maken." B. en W. zetten dnn vervolgens uiteon, hoo het hun gelukt, is, tot het sluitend ma- keil van do begrooting to komen. Bij do nanbioding van do concept-begroot ing sloot do gewone dienst nog mot oen tekort van f 369.585. B. on W. bobben echter nader overleg gepleegd en tengevolge daarvan is do geraamde winst op dc Lichtfabrieken verhoogd mot f250.000.--. die op de Ge stichten met f75.000.die op het fllncht- liris met f 1O.O00.- wordt geen nadeelig saldo op het Grondbedrijf gebracht, wordt UIT DE RADIO-WERELD. Programma's voor Donderden 10 Nov. Hilversum 1030 M 12.PulUioberichlon. 3.30—4.30 l'prtje voor wec.diui' n e» zieken huizen, door Mevr. Am. Hgk 5.45—0.4") Orgelconcert door clou h-e: Cor Kee, organist te Zaandam. 0.45—7 45 Beginselen van liet Burger lijk Recht en het Handelsrecht. 7.45 Politieberichten. 10.Persberichten. 8.10 Populuir concert door liet 11. IJ 0.-orkc6t (syuiphonie-orkest) onder lei ding van Willem van WftZttOlO ftCOYZ Betty v. d. Bosch-Schmidt, sopraan, lc do pauze speelt Moj. Tu Elhorst, viool. Da ven try 1000 M 11.20 Concert door liet radioktvurta en solisten (sopraan, bas, viool). 1.202.20 ürainofooumuziok. 1.50 Schooilezing: Geographical disco vorios, North uud South polos. 3.204.05 Evensong van do We.Unvu ster Abbey. 4.20 Causerie: Books to read 4.35 Trocadero tiieeniuziek. 5.36 Kiuderuurtjo. G.20 Dansmuziek van do rad o-duns band. 7.10 LanUbuuwbericbl. 7.20 Tüdseiu Big Ben, weerbericht nieuws, lezing over Rembrandt 7.50 Muziek. 8.Lozing: The mind of the lowei animals. 8.20 „The partners", een stuk in 3 pe rioden (188019001920). 9.60 Causerie. 10.05 Piauoduetlen door Miss Dixou on V Holy Hutchinson. Werken van Schubert. J 0 20 Tijdsein, wocrbenclit, nieuws. 10.35 Do Newport musicalsociety. Concert. 10.50—12.20 Dansmuziek. „11 u d i o-i' u r i s", 1750 M. 12.50—J. 10 Concert door het orkest Locutelli. Mile. Nino, zang 6.055 55 Klassieke mutinoo 9.0510.50 Paljus, opera vnn Leou Cavallo. Orkest. K ön i g s w u s t e r h a u s e n 1300 M en B e r 1 ij n 483 9 en 500 M. 7.20 Herbert Euleubcrg leest uil eigen werken voor. 0.5011.50 Dansmuziek. brussul 205.5, A n w e r p c n 503 5 M. 5.200.20 Kindermatineo. C leur* en kinderverteliingan. 8.20 l)o radio-courant. 8.500.50 OrkoetooncurL 0.5010.50 Gramofoonmuzi' k. M ii n ster 303 M 10.50- 11.50 Orkealconcert 12 501.50 Werken van Schut)' i i door orkest. 4.205.20 Orkestwerken van IhVeh 5.20—605, 0 05—5.20, fl.iO- 7 00, 7.00 7 n> igin ran 7.20 Godichtonvoorlezin-' 1). i-na mu ziek vnn Straf WnJdtoiifoï. Ontsmetting* .icnst verlaagd inci f cn dat van de Vuilverbranding met fï' Dezo veranderingen zijn verkregen >r wijzigingen aan tc brengen in de ramin gen, welke, aldus B. en \V., te voorzichtig waren opgesteld, voornamelijk uls gevok* vun do vroogcro crisismoeilijkheden. Torloops wordt nog modogedechl, dal hot voornemen bostaat do verpleeg,velder voor „Kndegecst" en „Vonrgcrst" niet f 2> te verlagen, cn dat do rnrnininsie voor het Slachthuis zal voorstellen dc tarieven met IB pet. to verlagen (oorspronkelijk big een verlaging van 20 pet. in do bedoeling). In do Boctics is gesproken over ver!ing van enkele hoogore salnrissen. B. en \V. antwoorden hierop, dat h.i. do salarissen van do hoogere ambtennren eerder lc laag dnn te hoog zijn. Voor het ontwerpen' van een ander salarisschaal voor hot gnmeente- poreonoel, zooals gewensrht werd, neb'en B. en W. geen enkele reden nnnwerig; evenmin voor het invoeren vnn een geheel FEUILLETON. 8) Wie is die „Koningshart"? vroeg mijn heer Perdriel. Als gij mij dat kondt zeggen, zoudt B'j mij een grooten dienst bewijzen, ant woordde de kapitein. Ik weet alleen dat r'.'n popu'ariteit zonder weerga is in deze l'reek. Het bericht van zijn komst heeft ir-eoigecn de wapens doen opnemen die te- Tpr<?eefs door Rochecotto waren uitgenoo- ''iel. Is het een boer of een edelman? Dat ik eerst moeten weten. Waar verblijft "ijl Vanwaar bekomt hij kruit-, wapens en Md, want. hij heeft geld en veel zelfs? Van dat alles weten wij biina niets. Het mili- tairo bestuur van Le Mans heeft onB niet zijn signalement knnnen geven. Mijnheel Laurens werd steeds meer ge- troffen door deze bekentenissen. Om zich Hf gerust te stellen herhaalde hij telkens: Gelukkig dat gij hier zijt, kapitein! Deze ping verder: Tk heb hier eenige gevangenen die mij frissehien nuttige inlichtingen kunnen ver- ffen. Volgens het rapport vnn ccn xnij- ®°r ^rgennten is het best mogelijk dat die tt*nnën meer weten dan ik oorspronkelijk ^nnoeddo. Dit zeggende had hij zijn oogon op ■■■.te gericht. Doch hij zag dat zijn woor- rn r.p haar gelaat een uitdrukking van "rust cn vrees teweegbrachten en daarom tianderde hij plotseling van onderwerp. Enfin, dat zijn mijn zaken, besloot hij, cn ik mag u daar niet mee lastig val len. Als antwoord op uw hartelijke ont vangst drink ik op uw gezondheid mijne vrienden. Toen zijn glas dat van Florise naderde moest deze zich geweld aandoen om haar bevende hand zoo te behccrschcn dat do officier niets bijzonders bemerkte. Nadat zij een weinig van haar ontroering beko men was, trachtte zij het gesprek weder te brengen op de zending van den kapitein, hoewel deze duidelijk zijn afkeer daarvoor liet blijken en haar nicht door geheime blikken en vluchtige gebaren om voorzich tigheid smeekte. Het scheen Yvette dat het zeer onkicsch was verder bij den foficier aan te dringen na al hetgeen hij reeds zoo vertrouwvol en openhartig had verteld. Dit gevoelen poogde het meisje uit te drukken in haar blik vol verwijtingen, die zij bijna aanhou- dend oo haar tante richtte. Florise vond do inlichtingen evenwel kostbaar genoog om te veinzen alsof zij de Waarschuwingen van Yvettc niet zag of begTeep. Zij maakte zelfs gebruik van het oogenblik waarop de gastheer zijn dochter een fleseh ouden cognac liet ha len, om den huzaar te vragen: Neemt gij den gevangenen hier een verhoor af en vanavond nog? De glimlach van den kapitein verdween. Hij antwoordde met een. reserve en op een toon die zijn misnoegen uitte: Ja. in de schuur... zoo dadelijk. Dat zal wel nutteloos zijn! Wat kun nen die arme. domme, uitgehongerde boe ren u zeggen? -Vooreerst, hernam dc kapitein, wier* vriendelijke blik ernstig en scherp werd, vooreerst zijn zij niet uitgehongerdonder weg hebben zij het brood van onze soldaten geweigerd. Dan veronderstel ik dat echte boeren op hun land of boerderij werken en niet de troepen volgen en zich achter ha'gen verbergen. Maar zij droegen niet eens wapensI In ieder geval droegen zij do witte kokarde op hun hoed cn don rozenkrans door hun knoopsgat. f Is dat voor u een bewijs? Dc toon waarop Florise dit vroeg joeg Yvette, die met. een fleseh terug kwam, zooveel vrees aan dat zij zich terstond in het gesprok mengde. Niemand zegt u dat zulks een bewijs is. tante. Haar stem betoomde den huzaar die nu weer vriendelijk hernam: Mademoiselle uw nicht heeft, gelijk. Tndien ik mij vergist heb. geef ik die drie mannen weer de vrijheid. Maar bet is mijn plicht geen enkele voorzorggman'. reg'-l te verwaarloozen en dat voor ons aller veilig heid. Gij geeft hun de vrijheid, zegt gij? vroeg Florise verwonderd, en nog vóór het resultaat van het verhoor te kennen, maakt gij een gevangenis voor hen gereed Mijn bevelen heb ik slechts bij mijn oversten le verantwoorden en in deze stad ben ik 't hoofl Juffrouw Pordfiel zweeg. Deze laatste woorden lieten een» onanncenamen indruk achter. Opnieuw herstelde Yvette de stem ming. -- Mijn tante heeft? een erg goed hart, mijnheer Gilbert, zoo sprak zij, da4 zult gij spoedig bemerken. Voor alle ongcluk- kigen, hetzij royalisten of republikeinen is zij oven medelijdend. Wilt dus haar woor den alleen nan die deelnemende goedheid toeschrijven Waaraan kan ik zo anders I opschrij ven? vroog do kapitein terwijl hij Florise strak aankeek. Daarna wonddo hij zich tot de jonge dame Ik bon geneigd iedere daad van naas- teliefdo te bevorderen, indien deze niet te gen mijn plicht iodruischt. Florise, wie do maaltijd nu eindeloos lang voorkwam, werd steeds ongeduldi ger. Nu de officier zich vooral tegenover haar nicht z.oo welwillend en vriendelijk loonde, wilde zij daar tot eiken prijs ge bruik. desnoods misbruik van maken. Wijl gij dan zoo goed gestemd zijt, hernam zij vermetel, zult gij ons zekor niet de angstige onzekerheid verlengen door het verhoor dier armo gevangpnen uit te stellen. Tk hen cr van overtuigd dat zij onschuldig zijn cn dat gij hen, zonder aan uw plicht te kort te doen, van avond nog naar huis kunt zenden. De officier verborg zijn ontevredenheid achter een ironioken toon en antwoordde: Zeker ik had hen reeds eerder kunnen ondervragen, maar ik hel) zulks uitgesteld bij hot vooruitzicht van do voor mij zeld zame vreugde van een 1 ml dijken maaltijd en een hartelijke interes-.ante conversatie. Gelukkig dat gij mij aan 'le plichten van mijn dienst herinnert, j ffrouw! Moge het fameuso verhoor de wending neme en het resultaat opleveren welke gij wenscht. Dan stond bij op. Florise was te zeer ontroerd om to vreezen bij den jon een offi cier argwaan te hebben opgewekt. 7.ij vroeg zelfs op ccn toon die haar ongedul dig verlangen slecht verborg: 7.iet u er eenig bcz^ -or in <-ns lc ver oorloven bij het verhoor tegenwoordig te z.iin? Misschien kunnen wij die nrriie lie den van hel noodigo voorzien om téruc te koeren, in geval zij onschuldig mochten iljnt Dc kapitein kek hanr opnieuw scherp cn onderzoekend ann. Na ren korte aarzeling hij; Dat sta. ik u toe op voorwaarde dat gij ii op een afstand houdt cn niet spreekt, noch op eenige andere wijze mij hindert. Dan hernam hij weer zijn ironieken toon nis hij cr b:j voeg! Als gij dan zoo welwillend jt voor do armen cn ongelukkigen zult gij mij uw hulp niet weigeren, in geval zij niet onschuldig blijken. TToe dat zoo. knpi'cint TTij bleef haar aanzien, en Floriso kon ziin oren blik nauwelijks verdragen. Door mij hun namen bekend tc ma ken! Maar ik ken hen niet! riep juffrouw Perdriel verrast, uit; en zij sidderde bij dfl gedachte dat de huzaar iets vermoedde. TToe weet gij dat. indien gij hen niet gc/ien hebt? Florise stamelde nog eenige onduidelijke woorden die gelukkig te loor ging n bij het leven dat Yvettc nmt eenige stoelen mankte. Dan nam deze de lamp weg, en ging voeren loopen, om de bleekheid en zentiwaeht:'p opgewondenheid van liaar tante te verbergen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1926 | | pagina 3