Ie [MiCHnT
Tweede Blad,
Het Geheim van Florise.
Woensdag 17 November 1926
UIT DE PERS
MGR. DR. W. H. NOLENS.
Bij gelegenheid van zijn 30-jarig Ka
li: Hij maatschap wijdde II e t Vader-
1, ii d gisterenavond een hoofdartikel
a;:r. Mgr. dr. W. H. Nolens. Hot volgen-
(j,. is eraan ontleend:
..IIij debuteerde in de Kamer met oen
j\di\ waarin hij aan do hand van de En-
cvcüek Rerum Novarum deze stellingen
poneerde: le. dat het een natuurlijk recht
van ieder mensch is, om uit de opbrengst
van zijn arbeid te bestaan; 2e. dal de
Toorwaarden, waaronder en de omstan
digheden waarin ook in de legen woord igo
productie do factor arbeid zijn dienst be
wijst. niet in strijd mogen zijn met de na-
tiur van den mensch, met zijne verplich
tingen, en ook niet met zijne rechten als
stoffelijk, intellectueel, zedelijk, gods
dienstig en maatschappelijk wezen; 3e.
dat het inkomen, dat hij zich door zijn
arbeid verschaffen kan, voldoende moet
zija om hem in staat te stellen in zijne
behoeften als stoffelijk, intellectueel, ze
delijk, godsdienstig en maatschappelijk
wezen Le voorzien.
Deze redevoering baarde veel op.-.icn;
van oud-liberale zijde werd hem de ver
maning gegeven, dat hij maar een enke
len slap verder behoefde te gaan, om het
socialisme tout court le huldigen, en een
ouder geestverwant van den Hr. Nolens
reageerde er in zooverre op, dat hij liet
ministerie (het was het nieuw opgetre
den Kabinet PiersonBorgesius) steun
toezegde, mits bet zich niet zou laten
dringen in den rooden hoek. En deze
rede gaf Nolens den bijnaam van den roo
den priester; men was heel gauw „rood"
in die dagen, en men zag niet in, dat het
jongste lid eigenlijk in zeer overdachte
woorden, zonder eenige emphase, maar
precies wetende wat hij wilde, den nieu
wen koers voor do partij uitstippelen, en
dat dit ook de nieuwe koers rou worden.
Mocht Schaepman als lyrische Peter van
Amiens van de verovering van het de
mocratische Jerusalem gewaagd hebben,
Nolens traceerde in weloverdachté lee-
kening den weg uit om daarheen te ko
men.
Dat is Nolens, dat was bij en dat is hij.
II s'est passé un siècle depuis et da-
vantage, men leeft snel in politicis. De
eenvoudige priester, die 30 jaar geleden
onze volksvertegenwoordiging binnentrad
is tot de hoogste waardigheden opge
klommen. Hij is Minister van Staat, Pro-
touotarius Apostolicus, Voorzitter van
den Mijnraad, curator van do Technische
Hoogeschool, enz., en hij had in 1918
als Minister-President kunnen optreden,
als hij een eerzuchtige was, en niet vóór
alles rekende met het belang van de Ka
tholieke partij, maar hij dacht er niet
aan dit te begeeren, welbewust dat de
Roomscbe priester achter de Regcerings-
tafel, al kon dat ook den Tborbeckiaan
niet ontrusten, de Lingbeeken en de Ker-
aten's zou hebben vermenigvuldigd als
konijnen.
De gToole kracht van Nolens ligt in
zijno weloverwogonheid, medo een go-
volg van zijn historische kennis. Waar
om hij zich bij het zoo uiterst moeilijke
vraagstuk van de steeds groeiende macht
der 'Katholieken, ook daardoor dat deze
een groot gezin niet uit den booze vin
den, steeds afkeerig betoont van spron
gen, maar den geleidelijken, zeer geleide
lijken weg verkiest. Als do Katholieken
dan ook bij do Grondwetsherziening niet
genomen hebben wat ze konden krijgen,
te weten de opheffing van het^processie
verbod, herkennen wij daarin zijn beleid.
En als er niets gekomen is van een
initiatief-voorstel van Katholieke zijde
tot verandering in de bepalingen, die het
Indisch Regecringsreglement omtrent de
zending stelt, dat bedoeld was als wraak
over de verwerping van het gezantschap
bij den Paus, behoeft men al wederom
niet te vragen, wie hier don wijsvinger
waarschuwend heeft opgeheven.
Monseigneur, zooals hij in do wande
ling heet, op welken titel hij als protouo-
tarius apostolicus recht heeft, is hekend
om zijne nuchterheid, en het is waar, dat
deze joviale Limburger, die, hoe hoog hij
ook klom, steeds de eenvoud zelve bleef,
de zaken zeer objectief weel te bekijken
en zich niet door pathos van de wijs laat
brengen. Maar da» neemt toch niet weg,
dat die nuchterheid cr cene is van de al
lerhoogste soort, want door zelfbedwang
verkregen, lava in ijs zou Heiurich Heine
zeggen.
Men kan mej Nolens verschillen in be
ginsel. men kan zelfs op een bepaald
punt lijnrecht tegenover hem staan, incdo-
en tegenstander zullen om .-irijd erken
nen, dat hij een figuur is, die do Kamer
groote eer doet, en dat hel gelukkig is
voor de Katholieke partij en ook voor
den lande, dat de politieke leiding van
zoo groot deel van ons volk in handen is
van een zoo bekwaam en zoo rechtscha
pen man, die het suum cuique in zijn
devies schreef."
HET NEDER LAN DSC H-BELG IS CH
VERDRAG.
Uit een brief van den Haagsclicn brief
schrijver van De Tijd:
,,Do schrijver van deze brieven heeft als
Hagenaar heel vaak en heel gemakkelijk
gelegenheid Kamerleden te spreken en liet
is hij heeft nooit daarvan een geheim
gemaakt een zwak van hem, om die ge
legenheid gaarne aan te grijpen. Hij
schroomt niet te Zegegn, dat verreweg do
meeste van hen, die hem te voren of daar
na hun stem voor dit verdrag hebben toe
gelicht, gezegd hebben, natuurlijk ieder
met zijn eigen woorden: van het tractaat
moet ik niets weten of voor het tractaat
voel ik weinig of niets, maar do Minister
van Buitenlandschc Zaken on do best in
deze geïnformeerde ambtgenooten zien
zooveel kwaad in een verwerping, kijken
zoo bedenkelijk als zij aan do gevolgen
daarvan spreken, dat ik de verantwoorde
lijkheid van een afwijzing niet aandurf.
Ik zou niet graag zeggen, dat zij, die zoo
denken of spreken van hun standpunt on
gelijk hebben. Als men door niet de eer
sten de besten, maar door mannen met een
naam hoort spreken van militaire en poli
tieke cischen ons gesteld, waarvan hot los
laten de prijs vraagt do aanneming van
dit verdrag; als men als zeker hoort stel
len, door even gezaghebbenden, dat bij
verwerping hetzelfde België, hetwelk aan
het feit der aanneming nauwelijks aan
dacht schenkt, zich voor altijd van ons zal
afwenden om zich in de armen van Frank
rijk to worpen en wij aldus in die richting
Vlaandercnland cn Antwerpen drijven; als
men hoort te verstaan geven, dat verwer
ping tegen ons dn. v/erold zal doen keeren
en niet onmogelijk de overwinnaars van
1918 opnieuw zal doen samenrotten, om te
dwing""! direct of indirect tot hetgeen wij
vrijwillig niet. bereid zijn te doen, dan is
het nog geen kleinmoedigheid, wanneer
men on het gezag van hen, dio dit alles
zoo, zij 't misschien in -.v-'-ic-en vnnu
in moor diplomatieke taal, te verstaan ge
ven, de verantwoordelijkheid niet aandurft
zijn land aan zulke gevaren bloot te stel
len. Men verwondert zich dan veeleer dat
47 leden desniettemin hebben tegenge
stemd."
DE VIJF WEEKDAGEN VAN FORD.
Het Volk is niet te spreken over de
werkweek van vijf dagen, dio Ford hoeft
ingevoerd. Het blad heeft brieven ont
vangen, die ..een duidelijk licht werpen
op do voorgeschiedenis van deze econo
mische wondermaatregel." Het blad
schrijft naar aanleiding van deze brie
ven:
„Er blijkt uit, dat de Fordfabrieken
reeds langen tijd meer producecren dan
verkocht kon worden en do uitbreiding,
die tot dat ooccnblik steeds was voortge
zet, werd beëindigd. Daarna stond do
gebeele fabriek gedurende conige maan
den totaal stop zoogenaamd in ver
band met de verkiezingscampagne. Daar
na werkten de arbeiders twee of drie da
gen in do week, totdat het oogenblik
kwam. dat de fabriek weer full-speed
draaide. Kort daarna werden eenige
honderden arbeiders uit de afdeeling,
waar onze berichtgever Imt' bnc-t over t-
oordoelen, ontslagen. De overgebleven ar
beiders kregen de boodschap: "l Zelfde
aantal wagens moet vanavond er uit,
anders worden jullie vervangen.
Daarna kwam de vijfdaagsclio werk
week, die con wereld-reclame voor het
Fordsche genie maakt, doch voor do ar
beiders harder werken voor minder loon
bcteokent."
OVER ANNEXATIE.
Een rapport van prof. van der Grinten.
Aan do gemeenteraden van Rijswijk on
Voorburg is verzonden de memorie, waar
in is neergelegd het oordeel van prof. mr.
dr. J. van der Grinten, hoogleeraar to Nij
megen, omtrent het door Godoputeerdo
Staten van Zuid-Holland ontworpen voor
stel van wet tot wijziging van de grenzen
van do gemeenten 's-Gravenhage, Delft en
Wateringen cn lot opheffing van do go-
meenten Rijswijk on Voorburg. (Ook in
anderen gemeenten zal van dit rapport
met belangstolling worden kennis geno
men; waarom wij er uitvoerig medcdecling
van doen).
Na een uiteenzetting van do betoekenis
van grenswijzigingen in het algemeen on
do samenvoeging cn samenwerking van
gemeenten, komt do hoogleeraar in dc eor-
sto plaats tot doze samenvatting:
lste. Het algemeen belang moet de an
nexatie vorderen, m. a. w. de noodzakelijk
heid van dezen diepingrijpenden maatregel
moet worden aangetoond.
2de. Noodzakelijkheid van annexatie be
staat nooit, wanneer de oplossing van na-
buurschapproblcmen door intercommunale
samenwerking kun worden verkregen.
Na dezo inleidende opmerkingon, wordt
overgegaan tot do behandeling van do ar
gumenten, waarmodo het voorstel tot op
heffing van de gemeenten Rijswijk ou
Voorburg wordt verdedigd. Zijn desbetref
fend betoog samenvattend, komt prof. Van
der Grinten tot do volgendo stellingen:
1. dat de aansluitende bebouwing, voor
zoover die aanwezig is, geen bron van con
flicten vormt, on dat daardoor geen open
bare belangen worden geschaad2. dat de
bewering, als zoude in Rijswijk cn Voor
burg geen zelfstandig gemeentelcvcn be
staan, onjuist is;
3. dat het voordeol der Haagschc nabuur
schap wel is waar voor een deel do oorzaak
is van den bloei van Rijswijk cn Voorburg,
doch reeds daarom niet als argument voor
annexatie kan dienen, omdat dit argument
ten slotte neerkomt, op het ondeugdelijke
fiscale motief, terwijl hot voordeel boven
dien wedcrkcorig is, cn do voortdurende
bloei dezer gemeenschappën na annexatie
geenszins vaststaat;
4. dat het genot, hetwelk verschillende
openbare diensten van 's-Gravonhage aan
Rijswijk on Voorburg togen betuling ver
schaffen, in geen enkel opzicht deze drie
gemeenten tot een maatschappelijke een
heid maakt;
5. dat do gemeente 's-Gravenhage nog
voor een zeer gcruimen tijd overvloed be
zit van bouwterrein binnen haar tegen
woordige grenzen;
6. dat de vaststelling van aaneensluiten
de plannen van uitbreiding reeds thans,
met medewerking van Gedeputeerde Sta
ten, door gezamenlijk overleg is te herei
ken en dat cr in elk geval, in verhand ook
met de op dit punt te verwachten herzie
ning van onze wetgeving, geen aanleiding
bestaat om, op grond van de noodzakelijk
heid van een uitbreidingsplan voor de gc-
hcelo streek, thans tot annexatie over te
gaan;
7. dat de gemeentebesturen van Rijswijk
en Voorburg ten volle voor hun taak zijn
berekend, cn dat door hot feit van do zelf
standigheid dezer huishoudingen geen on
kel belang van do gemeente 's-Gravcnhago
wordt geschonden;
8. dat de groei van Rijswijk en Voor
burg niet geschiedt ten koste van 's-Gra
venhage;
9. dat do annexatie aan 's-Gravcnhago
geen financieele voordeelcn zal brengen.
Vervolgens doet de schrijver nog enkele
positieve bezwaren togen annexatie do re
vue passeeren, waarhij hij dc volgende
punten uitvoerig toelicht: do behartiging
van do bijzondere belangen van Rijswijk
en Voorburg, aantasting van het beginsel
van plaatselijk zelfbestuur, het vermeende
voordeel voor 's-Gravenhaec en dat de op
losing slechts voorloopig zou zijn: Samen
vatting.
1. dat het sumenbrengon onder één ge
zag van hctcrugeno zelfstandige eenheden
het democratische beginsel van plaat so-
lijk zelfbestuur en daarmodo een der grond
elementen van ons staatkundig leven aan
tast
2. dat gegronde vrees bestaat, dat de
bijzondere belangen \an Rijswijk en Voor
burg, bij gcinis aan ccn eigen vertegen
woordiging, ernstig zullen worden go-
schaad
3. dat do voordeelcn voor 's-Gravenhage,
niet slechts in financieel opzicht, doch
ook in het algemeen, uitermate twijfelach
tig zijn;
4. dat het beduidclijk is, waar de Haag-
sclio expansie-politiek zal eindigen.
Ten slotte komt prof. van der Grinten in
zijn memorie tot de vaststelling van zijn
eindconclusie. Daarin zegt. hij:
Hot wetsontwerp, waarin do voorstellen
tot inlijving zijn vervat, is onaanuemelijk.
Dc wog naar dc oplosing teekent zich dui
delijk af. Hot ij do weg van do samen
werking. In uc/.o cultuurperiode bohoort
het plompe, ruwe rechtsmiddel der an
nexatie, wuar liet kan, voor do meer ver
fijnde rechtsfiguur der intercommunale
samenwerking plaats te maken. Do wet
gever bcijvero zich, do duidclijjko aanwijs
bare tendonzen in deze richting tot vrucht
bare ontwikeliug to brengen.
STADSKïEUWS_
DE GEMEENTEBEGROOTING.
Een algemeens reserve. De bedrijven
en gestichten. Verpleeggeld van „Ende
geest" en „Voorgeest" zal worden verlaagd
Een verlaging van de slachtgeldcn in
't zicht. De belastingen.
Verschillcndo leden hebben in do Secties
beschouwingen gevoerd over den finnn-
cioelen toestand der genioonte.
B. on W. antwoorden daaropo.m. -en in
het antwoord liggen do gemaakte bemer
kingen opgesloten:
„Het is alleszins rationeel, om nage
noeg hot geheele batig saldo van don
dienst 1925 cn wol ten bedrage van
f800.000.ter reserveoring aan te wen
den. De begrooting kan dan scherper wor
den geraamd; mochten zich bijzomicro
tegenvallers voordoen, waardoor do reke
ning met een nadeelig saldo zou sluiten,
dan kan nog altijd uit do reserve worden
gepot
Behalve ter dekking van eon eventueel
nadeelig saldo, zal do reserve in het- al
gemeen dienen tor dekking van uitgaven
met een zeer -bijzonder karakter. Voor uit
gaven mot eon permanent, karakter mag de
reserve niet worden aangewend, omdat zij
anders Bpoedig zou zijn ingeteerd. In
uiterste noodzakelijkheid kan ook tor voor
koming van belastingverhooging over een
gedeelte vnn do reserve worden beschikt..
Belastingvorlagirfk zal oerst mogelijk
zijn, indien do gewone inkomsten en uit
gaven dit toelaten. Daarvoor kan geen
steun worden gezocht bij do Algemeeno
Reserve, omdat deze na één of twee jaar
dien steun niet meer zou kunnen geven en
dan wederom tot belast ingverhooging zou
moeten worden overgegaan. Een cn ander
zou do zoo gewcnschtc continuïteit in de
belastingheffing, d.w.z. een belastinghef
fing zonder groote spronvon cn zooveel
mogelijk gericht op geleidelijke verlaging,
schaden cn groote ontevredenheid wekken.
Trouwens, verschillende gemeenten moeten
geheel of gedeeltelijk terugkomen op in
den laatsten tijd genomen besluiten tot
verlaging van liet percentage der gemeen-
telijlco inkomst onbelast ing, hetgeen tot
grPoto moeilijkheden aanleiding geeft.
Temeer bestaat er nanleiding voor do
overboeking naar do Algemeeno Reserve,
nu hot ons gelukt is de begrooting sluitend
te maken."
B. en W. zetten dnn vervolgens uiteon,
hoo het hun gelukt, is, tot het sluitend ma-
keil van do begrooting to komen. Bij
do nanbioding van do concept-begroot ing
sloot do gewone dienst nog mot oen tekort
van f 369.585. B. on W. bobben echter nader
overleg gepleegd en tengevolge daarvan
is do geraamde winst op dc Lichtfabrieken
verhoogd mot f250.000.--. die op de Ge
stichten met f75.000.die op het fllncht-
liris met f 1O.O00.- wordt geen nadeelig
saldo op het Grondbedrijf gebracht, wordt
UIT DE RADIO-WERELD.
Programma's voor Donderden 10 Nov.
Hilversum 1030 M
12.PulUioberichlon.
3.30—4.30 l'prtje voor wec.diui' n e»
zieken huizen, door Mevr. Am. Hgk
5.45—0.4") Orgelconcert door clou h-e:
Cor Kee, organist te Zaandam.
0.45—7 45 Beginselen van liet Burger
lijk Recht en het Handelsrecht.
7.45 Politieberichten.
10.Persberichten.
8.10 Populuir concert door liet 11. IJ
0.-orkc6t (syuiphonie-orkest) onder lei
ding van Willem van WftZttOlO ftCOYZ
Betty v. d. Bosch-Schmidt, sopraan, lc
do pauze speelt Moj. Tu Elhorst, viool.
Da ven try 1000 M
11.20 Concert door liet radioktvurta
en solisten (sopraan, bas, viool).
1.202.20 ürainofooumuziok.
1.50 Schooilezing: Geographical disco
vorios, North uud South polos.
3.204.05 Evensong van do We.Unvu
ster Abbey.
4.20 Causerie: Books to read
4.35 Trocadero tiieeniuziek.
5.36 Kiuderuurtjo.
G.20 Dansmuziek van do rad o-duns
band.
7.10 LanUbuuwbericbl.
7.20 Tüdseiu Big Ben, weerbericht
nieuws, lezing over Rembrandt
7.50 Muziek.
8.Lozing: The mind of the lowei
animals.
8.20 „The partners", een stuk in 3 pe
rioden (188019001920).
9.60 Causerie.
10.05 Piauoduetlen door Miss Dixou
on V Holy Hutchinson. Werken van
Schubert.
J 0 20 Tijdsein, wocrbenclit, nieuws.
10.35 Do Newport musicalsociety.
Concert.
10.50—12.20 Dansmuziek.
„11 u d i o-i' u r i s", 1750 M.
12.50—J. 10 Concert door het orkest
Locutelli. Mile. Nino, zang
6.055 55 Klassieke mutinoo
9.0510.50 Paljus, opera vnn Leou
Cavallo. Orkest.
K ön i g s w u s t e r h a u s e n 1300 M
en B e r 1 ij n 483 9 en 500 M.
7.20 Herbert Euleubcrg leest uil eigen
werken voor.
0.5011.50 Dansmuziek.
brussul 205.5, A n w e r p c n 503 5 M.
5.200.20 Kindermatineo. C leur* en
kinderverteliingan.
8.20 l)o radio-courant.
8.500.50 OrkoetooncurL
0.5010.50 Gramofoonmuzi' k.
M ii n ster 303 M
10.50- 11.50 Orkealconcert
12 501.50 Werken van Schut)' i i door
orkest.
4.205.20 Orkestwerken van IhVeh
5.20—605, 0 05—5.20, fl.iO- 7 00,
7.00 7 n> igin ran
7.20 Godichtonvoorlezin-' 1). i-na mu
ziek vnn Straf WnJdtoiifoï.
Ontsmetting* .icnst verlaagd inci f cn
dat van de Vuilverbranding met fï'
Dezo veranderingen zijn verkregen >r
wijzigingen aan tc brengen in de ramin
gen, welke, aldus B. en \V., te voorzichtig
waren opgesteld, voornamelijk uls gevok*
vun do vroogcro crisismoeilijkheden.
Torloops wordt nog modogedechl, dal
hot voornemen bostaat do verpleeg,velder
voor „Kndegecst" en „Vonrgcrst" niet f 2>
te verlagen, cn dat do rnrnininsie voor het
Slachthuis zal voorstellen dc tarieven met
IB pet. to verlagen (oorspronkelijk big een
verlaging van 20 pet. in do bedoeling).
In do Boctics is gesproken over ver!ing
van enkele hoogore salnrissen. B. en \V.
antwoorden hierop, dat h.i. do salarissen
van do hoogere ambtennren eerder lc laag
dnn te hoog zijn. Voor het ontwerpen' van
een ander salarisschaal voor hot gnmeente-
poreonoel, zooals gewensrht werd, neb'en
B. en W. geen enkele reden nnnwerig;
evenmin voor het invoeren vnn een geheel
FEUILLETON.
8)
Wie is die „Koningshart"? vroeg mijn
heer Perdriel.
Als gij mij dat kondt zeggen, zoudt
B'j mij een grooten dienst bewijzen, ant
woordde de kapitein. Ik weet alleen dat
r'.'n popu'ariteit zonder weerga is in deze
l'reek. Het bericht van zijn komst heeft
ir-eoigecn de wapens doen opnemen die te-
Tpr<?eefs door Rochecotto waren uitgenoo-
''iel. Is het een boer of een edelman? Dat
ik eerst moeten weten. Waar verblijft
"ijl Vanwaar bekomt hij kruit-, wapens en
Md, want. hij heeft geld en veel zelfs? Van
dat alles weten wij biina niets. Het mili-
tairo bestuur van Le Mans heeft onB niet
zijn signalement knnnen geven.
Mijnheel Laurens werd steeds meer ge-
troffen door deze bekentenissen. Om zich
Hf gerust te stellen herhaalde hij telkens:
Gelukkig dat gij hier zijt, kapitein!
Deze ping verder:
Tk heb hier eenige gevangenen die mij
frissehien nuttige inlichtingen kunnen ver-
ffen. Volgens het rapport vnn ccn xnij-
®°r ^rgennten is het best mogelijk dat die
tt*nnën meer weten dan ik oorspronkelijk
^nnoeddo.
Dit zeggende had hij zijn oogon op
■■■.te gericht. Doch hij zag dat zijn woor-
rn r.p haar gelaat een uitdrukking van
"rust cn vrees teweegbrachten en daarom
tianderde hij plotseling van onderwerp.
Enfin, dat zijn mijn zaken, besloot
hij, cn ik mag u daar niet mee lastig val
len. Als antwoord op uw hartelijke ont
vangst drink ik op uw gezondheid mijne
vrienden.
Toen zijn glas dat van Florise naderde
moest deze zich geweld aandoen om haar
bevende hand zoo te behccrschcn dat do
officier niets bijzonders bemerkte. Nadat
zij een weinig van haar ontroering beko
men was, trachtte zij het gesprek weder
te brengen op de zending van den kapitein,
hoewel deze duidelijk zijn afkeer daarvoor
liet blijken en haar nicht door geheime
blikken en vluchtige gebaren om voorzich
tigheid smeekte.
Het scheen Yvette dat het zeer onkicsch
was verder bij den foficier aan te dringen
na al hetgeen hij reeds zoo vertrouwvol
en openhartig had verteld. Dit gevoelen
poogde het meisje uit te drukken in haar
blik vol verwijtingen, die zij bijna aanhou-
dend oo haar tante richtte.
Florise vond do inlichtingen evenwel
kostbaar genoog om te veinzen alsof zij
de Waarschuwingen van Yvettc niet zag
of begTeep. Zij maakte zelfs gebruik van
het oogenblik waarop de gastheer zijn
dochter een fleseh ouden cognac liet ha
len, om den huzaar te vragen:
Neemt gij den gevangenen hier een
verhoor af en vanavond nog?
De glimlach van den kapitein verdween.
Hij antwoordde met een. reserve en op een
toon die zijn misnoegen uitte:
Ja. in de schuur... zoo dadelijk.
Dat zal wel nutteloos zijn! Wat kun
nen die arme. domme, uitgehongerde boe
ren u zeggen?
-Vooreerst, hernam dc kapitein, wier*
vriendelijke blik ernstig en scherp werd,
vooreerst zijn zij niet uitgehongerdonder
weg hebben zij het brood van onze soldaten
geweigerd. Dan veronderstel ik dat echte
boeren op hun land of boerderij werken
en niet de troepen volgen en zich achter
ha'gen verbergen.
Maar zij droegen niet eens wapensI
In ieder geval droegen zij do witte
kokarde op hun hoed cn don rozenkrans
door hun knoopsgat. f
Is dat voor u een bewijs?
Dc toon waarop Florise dit vroeg joeg
Yvette, die met. een fleseh terug kwam,
zooveel vrees aan dat zij zich terstond in
het gesprok mengde.
Niemand zegt u dat zulks een bewijs
is. tante.
Haar stem betoomde den huzaar die nu
weer vriendelijk hernam:
Mademoiselle uw nicht heeft, gelijk.
Tndien ik mij vergist heb. geef ik die drie
mannen weer de vrijheid. Maar bet is mijn
plicht geen enkele voorzorggman'. reg'-l te
verwaarloozen en dat voor ons aller veilig
heid.
Gij geeft hun de vrijheid, zegt gij?
vroeg Florise verwonderd, en nog vóór het
resultaat van het verhoor te kennen, maakt
gij een gevangenis voor hen gereed
Mijn bevelen heb ik slechts bij mijn
oversten le verantwoorden en in deze stad
ben ik 't hoofl
Juffrouw Pordfiel zweeg. Deze laatste
woorden lieten een» onanncenamen indruk
achter. Opnieuw herstelde Yvette de stem
ming.
-- Mijn tante heeft? een erg goed hart,
mijnheer Gilbert, zoo sprak zij, da4 zult
gij spoedig bemerken. Voor alle ongcluk-
kigen, hetzij royalisten of republikeinen is
zij oven medelijdend. Wilt dus haar woor
den alleen nan die deelnemende goedheid
toeschrijven
Waaraan kan ik zo anders I opschrij
ven? vroog do kapitein terwijl hij Florise
strak aankeek.
Daarna wonddo hij zich tot de jonge
dame
Ik bon geneigd iedere daad van naas-
teliefdo te bevorderen, indien deze niet te
gen mijn plicht iodruischt.
Florise, wie do maaltijd nu eindeloos
lang voorkwam, werd steeds ongeduldi
ger. Nu de officier zich vooral tegenover
haar nicht z.oo welwillend en vriendelijk
loonde, wilde zij daar tot eiken prijs ge
bruik. desnoods misbruik van maken.
Wijl gij dan zoo goed gestemd zijt,
hernam zij vermetel, zult gij ons zekor
niet de angstige onzekerheid verlengen
door het verhoor dier armo gevangpnen uit
te stellen. Tk hen cr van overtuigd dat zij
onschuldig zijn cn dat gij hen, zonder aan
uw plicht te kort te doen, van avond nog
naar huis kunt zenden.
De officier verborg zijn ontevredenheid
achter een ironioken toon en antwoordde:
Zeker ik had hen reeds eerder kunnen
ondervragen, maar ik hel) zulks uitgesteld
bij hot vooruitzicht van do voor mij zeld
zame vreugde van een 1 ml dijken maaltijd
en een hartelijke interes-.ante conversatie.
Gelukkig dat gij mij aan 'le plichten van
mijn dienst herinnert, j ffrouw! Moge het
fameuso verhoor de wending neme en het
resultaat opleveren welke gij wenscht.
Dan stond bij op. Florise was te zeer
ontroerd om to vreezen bij den jon een offi
cier argwaan te hebben opgewekt. 7.ij
vroeg zelfs op ccn toon die haar ongedul
dig verlangen slecht verborg:
7.iet u er eenig bcz^ -or in <-ns lc ver
oorloven bij het verhoor tegenwoordig te
z.iin? Misschien kunnen wij die nrriie lie
den van hel noodigo voorzien om téruc te
koeren, in geval zij onschuldig mochten
iljnt
Dc kapitein kek hanr opnieuw scherp cn
onderzoekend ann. Na ren korte aarzeling
hij;
Dat sta. ik u toe op voorwaarde dat
gij ii op een afstand houdt cn niet spreekt,
noch op eenige andere wijze mij hindert.
Dan hernam hij weer zijn ironieken toon
nis hij cr b:j voeg!
Als gij dan zoo welwillend jt voor do
armen cn ongelukkigen zult gij mij uw hulp
niet weigeren, in geval zij niet onschuldig
blijken.
TToe dat zoo. knpi'cint
TTij bleef haar aanzien, en Floriso kon
ziin oren blik nauwelijks verdragen.
Door mij hun namen bekend tc ma
ken!
Maar ik ken hen niet! riep juffrouw
Perdriel verrast, uit; en zij sidderde bij dfl
gedachte dat de huzaar iets vermoedde.
TToe weet gij dat. indien gij hen niet
gc/ien hebt?
Florise stamelde nog eenige onduidelijke
woorden die gelukkig te loor ging n bij
het leven dat Yvettc nmt eenige stoelen
mankte. Dan nam deze de lamp weg, en
ging voeren loopen, om de bleekheid en
zentiwaeht:'p opgewondenheid van liaar
tante te verbergen.
(Wordt vervolgd.)