Tweede Blad.
MIJ IS DE WRAAK
Woensdag 10 Maart 1926
VEPRTIENüE NEOERLANDSCHE
JAARBEURS.
n.
Dé aanhouder wint.
l£et is dan weer als andere jarenl
De Jaarbeurs is gisteren geopend en
van lieinue en verre heeft Utrecht hare
(denkbeeldige) poorten geopend voor han-
deldrijvcnden en industrieelen. die een
gang naar de oude Domstad zeker zullen
ondernemen, indien zij hun eigen belang
weten te begrijpen.
Het is eigenaardig, dat hoe langer hoe
xneer bij het groote publiek de idee inwor
telt, dat de Jaarbeurs „niet meer gaat".
Niets is echter minder waar en de feiten
zijn daar, om het te bewijzen. Maar men
vergeet, dat de Utrechtsche Jaarbeurs
zooals overal elders, behoort te zijn en
zulks dan ook inderdaad is een zaken-in
stituut, waar alle schijn van tentoonstel
ling vermeden wordt.
Men weet het, dat de eerste, de tweede,
misschien ook de derde beurs stonden in
het teeken van een zekere nieuwsgierige
belangstelling van de zijde van den zaken
man, die eerst nog eens wilde afwachten,
wat dit instituut voor Holland zou betee-
kenen. Daarnaast stond de groote belang
stelling van het publiek, die echter spoe
dig getemperd was, wijl de Jaarbeurs
uiet is voor het publiek, doch voor den
randel. Zoo verwijderde het publiek zich
langzaam van do Jaarbeurs en doordat
men er thans zoo weinig meer van ziet is
men geneigd te gelooven, dat de belang
stelling vermindert.
Niets echter is minder waar en het feit,
dat men telken jare opnieuw talrijk velen
steeds opnieuw ter beurze terugvindt is
een onomstootelijk bewijs, dat men zaken-
succes kan boeken, ondanks do wellicht
hooge deelnemingskosten. De Jaarbeurs is
aldus geworden een niet meer te missen
schakel tusschen handel en industrie.
De groepen-vorming.
We hebben gisteren reeds een overzicht
gegeven van hetgeen de Jaarbeurs in
groote trekken dit jaar biedt.
Er is gestreefd naar centraliseering,
tengevolge waarvan verschillende bran
dies thans in groepen zijn ondergebracht.
Zulks heeft onschatbaar groote voor
dooien.
Immers hot vergemakkelijkt het werk
van den zakenman in hooge mate, indien
hij, belangstellend alleen in de branche,
die hij uitoefent op één plaats tezamen
vindt alle exposanten van dezelfde soort.
De concurrenten komen hierdoor welis
waar bij elkaar te staan, doch zulks mag
geen bezwaar zijn. Immers eerlijke con
currentie verdraagt zich wel en geeft we-
derzijdscke waardeering, maar liet voor
naamste is wel, dat de oneerlijke con
currentie in den vorm van een minder
goed product zich niet zal durven ver-
toonen.
Als dat bereikt 'wordt,, dan verliest de
oneerlijke concurrent het machtig strijd
middel, dat de Jaarbeurs werkelijk kan
zijn.
Tentoonstelling Ned. Gem.-
Werken.
Een bijzonderheid, die dezo Jaarbeurs
biedt, mogen we wel noemen do Tentoon-
elelling van Nederlandsche Gemeentewer
ken. 't Is misschien cenigszins toevallig,
doch deze tentoonstelling kan, indien do
teekenen niet bedriegen bij de noodige
samenwerking aan beide partijen veel
voordeel brengen.
't Is begrijpelijk, dat deze tentoonstel
ling, ondergebracht in de bal, die oor
spronkelijk voor machinerieën was be
stemd, een minder demonstratief karak
ter bezit dan de overige exposities ter
FEUILLETON.
door EDW. HALLIWELLS.
(Nadruk verboden).
Mijn onpeilbare vriend had met opzet
Edith gelegenheid gegeven, bom onge
merkt haar goheim toe te fluisteren, dit
stond bij mij vastZij wachtte dus in
doodelijko benauwing een bericht, dat
Biet inkwam... Yan iemand uit New
work... Waarover?...
Harry vischte nu, maar ik zag, dat hij
ever den dobber langs de lichtende golfjes
»taarde.
De toeschouwers verdwenen langzamer
hand en wandelde door de Beukenlaan
dieper het park in. Zo<f bleef enkel de
hertog van Oackland met Alice en Edith
Bij ons. Telkens zag ik Harry's dobber on-
(fgaan, doch bij gaf er geen acht op: ik
al twee keer een snoek opgehaald; dit
ad een oogenblik van smakelijke vroolijk-
r'd gegeven, doch. er was klaarblijkelijk
1 drukkends, dat ons allen bohccrsch-
te.
Alice stond nu vlak bij Harry en fluis-
hem eensklaps in liet oor. „Vraag
Hertog
gezelschap kan nog wel ccn schie-
straks,'deed Harry onverhoeds.
I De Lady wil het niet meer zien, Mijn-
J*r bould, ik waarschuw U liever," ant-
«ordde de Hertog snel.
«oosten «lank, Hertog."
k ȟcf i? laatst op haar aandringen ge-
beurze. Zij bedoelt te zijn een leerzame
tentoonstelling zonder het zuiver zakelijke
cachet der beurs. Toch heeft deze ten
toonstelling deze eigenschap, dat zij op de
belangstelling van ieder bezoeker aan
spraak mag maken.
Zij geeft weliswaar een beknopten en
onvolledrgon indruk vwan hetgeen in de
vele vooruitstrevendegemeenten van ons
land gebeurt om aan de steeds grooter
wordende eischen van het gemeentelijke
leven te beantwoorden eu een goeden gang
van zaken in do verschillende gemeenten
to bevorderen, doch ondanks die onvolle
digheid biedt deze tentoonstelling genoeg
leerzaams en als dit door een druk be
zoek vooral door gemeentebesturen wordt
uitgedragen naar de vier windstreken,
dan kan het niet anders, of zij zal prac-
tisch nut afwèrpen.
Het initiatief tot deze tentoonstelling is
genomen door de Vereeniging van ge
meentelijke bouwtechnische ambtenaren,
bestaande uit directeuren van gemeente
werken, bouw- en woningtoezicht, woning
dienst en hun adjuncten in gemeenten van
meer dan 20000 inwoners of ook minder,
wanneer de functionarissen persoonlijk
voor het lidmaatschap in aanmerking ko
men.
Uver deze eerste tentoonstelling, door
de vereeniging georganiseerd, wordt in
de inleiding van den catalogus het vol
gende gezegd:
De tentoonstelling echter kon onmoge
lijk een zoodanigen omvang verkrijgen,
dat een volledig overzicht wordt gegeven
van het gcheele gebied, waarover de werk
kring der leden van de voreeniging zich
uitstrekt; men denke slechts aan do ten
toonstelling van uitbreidingsplanen, op
het laatste congres voor stedenbouw ie
Amsterdam gehouden.
Wat de groote steden voor belangrijks
op het gebied van gemeentewerken als
havens, rioleeringen, bestratingen, brug
gen, ziekenhuizen, badinrichtingen, par
ken, enz., te veel om te noemen, kunnen
tentoonstellen, zou vele zalen vullen.
Het voornemen is echter, om mot enkele
grepen uit hetgeen de bouwkundige dien
sten voor de gemeenten presteeren, hun
veelzijdige beteekenis te doen uitkomen en
daarvan voorbeelden te geven, evengoed
van de kleinere als van de groote gemeen
ten.
De belangstelling, welke de vereeniging
wenscht te wekken voor het werk van
haar leden, meende zij to kunnen bevor
deren, door contact mogelijk te maken met
die afdeeling van de jaarbeurs, waar in
het bijzonder de bouwmaterialen worden
tentoongesteld
Wat deze tentoonstelling dan zoo al
biedt? Zij brengt nfaquettes, kaarten, gra
fieken, uitbreidingsplannen, haven- en
brugontwerpen, allerlei gegevens inzake
bevolking, grondbedrijf, woningen, bestra
ting, rioleering enz., zulks uit A'dam,
R'dam, Den Haag, Utrecht. Groningen,
Enschede, Eindhoven, Breda. Tilburg,
Haarlem, Leiden enz.
't Gaat natuurlijk niet aan een uitvoe
rige beschrijving te geven van al hetgeen
hier geëxposeerd wordt.
Wijzen we er slechts op, dat door de
Gemeentewerken van Leiden zijn ingezon
den foto's en teekeningen van het abat
toir, de Blauwpoortsbrug, de Gemeentelij
ke H. B. S. en van den Rijnsburgerweg
zooals hij was voor en na de verbreeding.
Ook de bronwater-zweminrichting aan de
Zijl, die met zijn kostbaro machine-inrich
ting een fraai stuk werk genoemd mag
worden, is hier in beeld gebracht.
We gelooven gerust te mogen zeggen, dat
Leiden met dezo enkele grepen uit het
veelzijdig "verrichte werk geen slecht fi
guur zal maken.
Voor de opening dezer tentoonstelling
bestond begrijpelijkerwijs veel belangstel
ling onder de gemeentelijke autoriteiten.
Uit Leiden zagen we o.m. burgemeester de
Gijselaar, wethouder Sanders, de raads
leden Oostdam en Splinter en den direc
teur van bouw- en woningtoezicht, den
heer Kiers.
Behalve dezo tentoonstelling bezocht de
burgemeester met „zijn gevolg" ook de
exposities der standhouders uit Leiden.
Hierover echter in een volgend artikel
meer.
schied. Het was eigenlijk dwaas, onder ons
van schietoefeningen te spreken. Daarom
had Alico den toestand ook trachten te
redden met er prijsschieten van te maken,"
verklaarde Harold.'
„Het is alles zeer verwonderlijk," lachte
Harry door. „De Lady is toch een der
oudate vriendinnen van Dokter Kurtey."
„LT raadt mijn gedachten, Mijnheer
Gould. De moordenaar moet hebben gewe
ten, dat de dokter bij het doel zou staan,"
fluisterde de ander.
Onze hengels lagen nu in het wator, zon
der dat wij er de minste aandacht aan
schonken.
„Ik heb de mensehen van liet gezelschap
aan liun verstand gebracht, dat men ons
rustig alleen moest laten vissclicn, dat an
ders de kans, snoek te betrappen, te go-
ring is. Enkel Cecil is in het geheim. Zeg
nu, Harold, wat je denkt," drong Alice
aan. Edith stond op, streek zenuwachtig
met de handen door het haar en langs het
voorhoofd.
„Moeder heeft gezegd, dal ze het dwaas
vend," viel zij ongevraagd in. Ik zag de
tranen in haar oogen springen. „Neen, het
zou al te afschuwelijk zijn", sprak zij
angstig en staarde doelloos voor zich uit.
Wij zwegen allen verBtard, als voelden
wij een schrikwekkend spooksel ons naar
de keel kruipen. Harry herstelde zich het
eerst
„Weet U zeker. Miss Fashbend, dat uw
moeder heb dwaas vond? En dat dit oor
dcel betrekking had op de schietpartij in
de Beukenlaan?"
Edith knikte bevestigend. „Ik hoorde
het haar zeggen in het park bij den
stal."
ÜIT ÖE PERS
OUD-MINISTER COLIJN OVER DE
SAMENWERKING DER RECHTSCHE
PARTIJEN.
Oud-Minister H. Colijn heeft het hoofd
redacteurschap van De Standaard
brug" schrijft hij o.a.:
brug" schrijfth hij o.a.:
„De Standaard" is niet veranderd, al is
hij grooter geworden, en ik ben dezelfde
gebleven, met eenigo toeneming in ervaring
op het terrein der Staatszaken.
Zo.o gaan we dan samen voort, den
ouden koers zeilend.
Op dat laatste leg ik nadruk.
Steeds sterker voel ik, dat moeilijke lij
den naderende zijn.
De zichtbare afbrokkeling van het par
lementaire stelsel do verwording daar
van tot parlementarisme, zooals Benoist
het onlangs uitdrukte in de meeste lan
den van Europa, plaatst voor uiterst moei
lijke vragen.
Hot wegvallen ten onzent van de samen
werking der rechtscho partijen, en daar-
meo voorshands van de mogelijkheid van
een normalen toestand op rcgeeringsler-
rein, roept tot zeer ernstige bezinning. Ik
blijf welbewust voorstander van dio samen
werking en zal haar ook in ons blad naar
vermogen bevorderen. Alleen tegen over
haasting waarschuw is thans reeds.
Toen ik in 1920 als leider onzer partij
optrad, vond ik een toestand die reeds veel
verschilde van dien van 10 jaren vroeger.
Het coalitiegebouw vertoonde onmisken
baar ernstige scheuren.
Hot jarenlang samengaan van partijen,
waarvan de oen dit, do ander gindsch of
fer had moeten brengen; het tot een goed
einde brengen van den strijd om do school;
het niet klaar en gaaf gereed zijn met de
oplossing voor allerlei andere vragen
waarop Kuyper mot zijn vragend „wat
nu?" reeds heengewezen had dat alles
was oorzaak, dat met een uiteenvallen van
do Coalitie te eeniger tijd ernstig gerekend
moest worden.
Wat te duchten viel, is dan nu geschied
Maar nu moet dan ook de eenheid weer
groeien. Gemaakt mag ze niet!
Bezinning is noodig. Bij alle drie.
Ook hierom, wijl de onmiskenbaar ster
ke stroomingen, van onzen tijd tot ernstige
overweging van ons standpunt ter zako
nopen.
Men heeft het van den kant der moder
ne democratie wel willen doen voorkomen,
alsof do anti-revolutionaire partij haar
verleden in de laatste jaren heeft verloo
chend en in een verstard conservatisme, hij
voorkeur reactie geheeten, was vervallen;
maar ook dat gaat voorhij.
Op zijn tijd zal men toestemmen, dat ren
gezonde financieelo toestand de onmisba
re voorwaarde is voor een progress iero
politiek die duurt.
Onze financieelo toestand was in 1922
zeer ongezond geworden en is, ondank? al
les wat ter verbetering is gedaan, nog
geenszins zooals hij behoort te zijn.
Gelijk over een paar jaar wel blijken
zal!
Wie dien toestand klaar voor oogen
heeft, wijst eonorzijds'don drang tol daden
waarvoor de tijd nog niet gekomen is, te
rug en werpt aan den anderen kant den
blik vooruit naar het oogenblik, dat het
juiste tijdstip wèl aangebroken zal zijn. Om
dan gereed te zijn voor hetgeen uitvoer
baar is.
Dat óók hierbij eenstemmigheid onder
de groepen der rechterzijde Verkregen
moet worden, vóór men weer saam het ro-
gcoringsschip gaat bemannen, slaat voor
mij vast.
Daartoe mede te werken, zal mij oorzaak
van vreugde zijn. Vooral om hot te doen
zoo als het Calvinisten betaamt en zooals
het bij onze geaardheid past.
Den hemel in het hart en beide voeten
stevig op den grond!
UIT EEN VRAGENBUS.
Het Centrum schrijft:
Het Kamerlid Lingbeek is redacteur
van een weekblad „de GereJr imccr 'o
Kerk" en daarin geeft hij geregeld ant
woord op vragen, hem in zijn redacteurs-
hoedanigheid gesteld.
Van welken aard die vragen zijn kan
blijken uit hetgeen, naar de „N. R. C."
meldt, in de vragenbus van het jongsto
I nummer te lezen staat.
„Waar was je toen, Edith?" vroeg Alice
verwonderd. „Je hebt er me niets van ver
teld"; het klonk als ccn zacht verwijt.
„Ik hechtte er toen geen waarde aan...
Ik was bij Blanche in den stal om haar
klontjes te geven," sprak zij zacht.
„En vorder lette U niet op die woor
den?" vulde Harry aan. „U hechtte er
toen werkelijk geen gewicht aan?" Scherp
klonk do vraag.
„Neen," kwam er toonloos uit Edith's
mond.
„Was het niet beter als we samen naar
binnen gingen, lieveling?" naderde haar
Alice.
„Neen," sprak Edith vast, „ik wil Alles
weten."
„Miss Fashbend, het is toch voor U to
pijnlijk," sprak Harold.
„Wat?" er lag uitdagende tarting in
haar slem.
„Het raakt uw moeder, Miss," mengde
ik mij in het gesprek.
„Of een ander," braveerde zij. „Als ik
maar gissen kon, wie met haar langs den
stal ging Zondagmorgen;" zij sidderde.
„Waarom hebt U het uw moeder giste
ren of lieden niet gevraagd?" drong Ilarry
aan.
Weer streek Edith langzaam door het
haar, langs haar immer blocker voorhoofd;
nu vouwde zij de,handen achter zich, stond
strak voor zich uit te staren over het wa
ter, de tranen sprongen weer in haar
oogen; zij antwoordde niet.
„Kom, lieverd, ga met mij mee," om
armde haar Alice, „het is al te verschrik
kelijk voor je, dat aien we toch allemaal."
Droevig zag Edith lang haar boezem-
Een juffrouw vraagt daar: „Zijn do
Boonischen te beschouwen als Christe
nen.'"
En de redacteur antwoordt, volgens ge
noemd blad, na ccn inleiding over de drie*
ledige beteekenis van het woord „chis-
ten":
„Wij durven wel de Roomscho kerk de
valscïïe kerk noemen. Wij duïven wel
zeggen, dat de Christus in de Roomscho
kerk onder een dikke puinlaag van nien-
sclndijke lecringen ligt bedolven en dat
het dus voor een lid van de Roomscho kerk
al zeer bezwaarlijk zal zijn om te komen
tot een oprecht geloof in den Zaligmaker."
Wat daarop dan volgt, blijve achter
wege.
Het betreft dc H. Eucharistie.
Vermelden we alleen nog, dat de schrij
ver eindigt met te zeggen:
„Maar wat elk afzonderlijk hart betreft,
daar blijven wij af. Over de harten oor
deelt alleen do Hcerc. En wij hebben ge
noeg te doen mot ons eigen gebrokkig
Christendom."
Dit laatste is ten minste goed gezien en
juist gezegd.
BIltaNEIslUIND
Bewijzen van Nederlanderschap
De voorwaarden
Gelijk reeds gemeld is, had dc minister
van liinnenlandsche zaken en landbouw be
paald, dat bij de aanvrage van een bewijs
van Nederl.schap aan den aanvrager do
vraag moest worden gestold, of hij zich in 't
buitenland ging vestigen en zoo ja, <Jat or
dan een onderzoek moest worden ingesteld
of de belanghebbende zijn belasting (rijks-
en gemeente-) hier te lande geheel had vol
daan. Wanneer dit laatste niet hel geval
was dan mocht aan belanghebbende, on
der opgave van die reden, het gevraagdo
bewijs niet worden uitgereikt, voor dio
schuld was betaald.
In een anderen brief aan de commissa
rissen der Koningin, doelt do minister nu,
naar do G'elderl. verneemt, mede, dat bo
venbedoeld onderzoek nopens de vraag of
belanghebbende zijn belastingen bier to
lande geheel heeft voldaan, kan achterwege
blijven wanneer ligt betreft: a. personen,
die voornemens zijn zich in de Nederland
sche koloniën tc vestigen, aangezien de wet
van 4 Augustus 1917 (Staatsblad uo. 507)
do gelegenheid opent tol invordering van
belastingschuld in de koloniën, b. werkloo-
zg Nederlandsche arbeiders, die zich in 't
buitenland willen gaan vestigen,
Ook met betrekking tol de afgifte van
bewijzen van Nederlan-bHiap voor het
kleine grensverkeer met Duitschland kan
vorenbedoeld onderzoek omtrent belasting
schuld van belanghebbenden achterwege
blijven.
Mot het oog op de uitbreiding, welke do
afgifte van lx-wijzen van Nederlanderschap
als reispapier allengs heeft verkregen, acht
dc. minister het zeer gewenscht, dat dio
stukken, af te geven voor bovenomschre
ven doeleinden, in het bijzonder wat den
hoofdinhoud betreft, volgens een door den
minister vastgesteld uniform model wor
den opgemaakt.
Op liet bewijs zal in de verschillende
gevallen, uitdrukkelijk hot doel zijn te ver
melden, waarvoor het wordt afgegeven, mot
name onderscheidenlijk voor reizen naar
of verblijf of vestiging in België en of
Luxemburg, dan wel voor grensverkeer
naar Duitschland.
Op de in liet grensverkeer naar Buitsch-
lancl' te gebruiken bewijzen van Nederlan
derschap belmoren signalement, do hand-
teekening en het portret van den houder
(de houdster) te worden aangebracht.
Voor reizen naar of verblijf in België of
Luxemburg kan invulling van hel signale
ment achterwege blijven.
Alle loden hoven den leeftijd van 15 jaar
van een naar België of Luxemburg reizend
Nederlandse!) gezin moeten een indivi
dueel bewijs van Nederlanderschap bezit
ten, voorzien van hun portret en lmnne
handtcekening. Hetzelfde geldt met Intrek
king tot alleen naar die landen reizende
kinderen beneden den leeftijd va 15 jaar.
Reizen kinderen beneden dien leeftijd in ge
zeischap van hun vader of moedor naar
België of Luxemburg, dan kunnen zij op
het bewijs van Nederlanderschap van hun
vader of moeder (of van beiden! worden
1 vermeld.
UIT DE RADIO WERELD.
Programma's voor Oonderdag 11 Taart
H i 1 v c r s u m. 1050 M.
12.en 7,40. Politieker.
3.301.30. Radio-uurtje voor de i ken
on weeshuizen, met medew. mevr Vut.
v. Dijk en solisten v. h. H. 1). ü.-orkc
5—6.30. Vooravondconcert door het II P
O.-orkest, o. 1. v. Fr. Lupgcns.
6.307.30. Franschc taalles duur dot.
heer Ch. Miclio uit Lausanne, leeraar
Franscli M. O.
7.45 en 10. Persberichten.
8.15. Uitzending van het Caecilia con
cert uit dc Stadsschouwburg te Amster
dam (aangeb. door de N.V. Philips-Ra
dio-), o. 1. v. Willem Mengelberg. Solisten.
Di Moorlag, sopraan. 1 Symphonic no. 4
Bes gr. t. (op. 60), Beethoven. 2. Sympho
nic no. 4 G. gr. t., Mahler, Sopraanso'o van
Di Moorlag
D 6 v c n t r y. 1-600 M.
10.50. Tijdsein, weorbor.
11.20. Concert door het radiokw en
solisten, (contra alt, tenor, viool).
12.20. Orgelconcert v. d. St. Stephens.
1.202.20. Tijdsein, gramofooneonccrt.
3.35. Lezing: The ranaissance an 1 tho
reformation.
4.20. Tijdsein, causerie.
•1.35. Trocaderoconcert.
5.35. Kinderuurlje.
6.20. Dansmuziek.
7.I.andbouwbulletin.
7.20, Tijdsein Beg Bon, weorbor.. nieuws
Lezing: Doings and personalities in par
liament.
7.50. Derde acte scènes 1 en 2 van Lo
hengrin. Wagner. Orkest, koor en zang
solisten.
8.2010.10. Orkestmuziek, solisten- en
koorzang.
10.10. De miserere-scène uit II Trovato-
ro, Verdi. Orkest, koor en mannenkoor.
R a d i o-P a r i s, 1750 M.
12.50. Concert Lucien Paris (piano,
viool, cello).
2.05. Nieuws.
5.05. Klassiek uur.
8.35. Esperantobericht en bockhoudles.
9.4010.50. Operettcf ragmen ten „T.o
comte de Griolet". Opera-comfquc Nor
mand en orkest.
K ünigswusterhausQ n, 1300 M
7.50. ,,I)io Kutastrophe", radio-romnn
van II. .T. Gramatzki.
8.20. Orkest. W. Weisz, tenor. Daarna
nieuwsber.
9.5011.20. Dansmuziek door do dar,-
kapel.
B r u s s o 1, 262 M.
5.20. K indermatinéo.
8.20. Orkestconcert.
8.50. Causerie: l'rojios féminins
9.05. Hervatting v. li. concert.
9.30. Dansmuziek.
10.-20. Nieuwsber.
Mii nstor, 410 M.
12.351.50. Werken van Haydn i
orkest.
3.20. Strijk -orkest.
d.%>. Liedjes bij do luit.
5.20. Declamaties uit „Dreizehnliiidi u".
5.50. Lezing: Pioichsgesundheitswociie,
0.40. Voorlezing uit eigen werken d r
II. MiillerSchlösser.
7.20. Spaanscho les.
7.50. Goneort.Werken van Brahms, M ux
Mozart on Puccini.
8.55. Populaire operamelodieën door or
kest. Daarna her-uitzending van nnler©
stations.
Dezelfde regelen gelden met betrekking
tot de afgifte van bewijzen van Nederlan
derschap heslemtl voor grensverkeer naar
Duitschland, waarbij echter nog valt op Is
merken, dat naar Duitschland rr izcnflo
kinderen beneden don leeftijd van 15 jaar
steeds ook kunnen volstaan met een z.g.
„K i n d erau s wcis'
De R.-IC Vakbeweging.
Do s l ij g i n g in ledental.
Naar dc „Volkskr." vernoemt, mag de
Katholieke vakbeweging over het vierde
kwartaal 1925 wederom in totaal een Mij-
ging hoeken van 8 a 900 leden.
vriendin aan... Dan liet Alice haar lang
zaam los en zuchtte diep.
„Het is zoo treurig... zoo intrcurig,"
fluisterde zii.#
„Maar het gaat niemand nun," viel
Edith in, „niemand," herhaalde zij angstig.
„Alico, je mag het niemand vertellen, want
het heeft er niets moo uit to staan!"
/onder verder een blik of een woord,
keerde zij zich snel om en liep hel [>:odjp
tusschen het kreupelhout dooi1, Alice wïiiïe
lia.tr volgen, doch Edith beduidde haar
met een smcckend gebaar, to blijven, waar
ze was.
Na eenige oogenblikken hoorden we
haar een woest-harlstochtelijk lied zingen,
dal zij zelf op do piano in liet salon bege
leidde.
„Zooveel ik er van begrijp," verbrak do
Hertog van Oackland do benauwende stil
te, die na Edith's vertrek gevallen was,
„beangstigt het nobele kind zich over haar
moeder; zij bemerkt..."
„Zwijg Harold... zwijg... ik bid het
je," smeekte Alice.
De Hertog voleindde, zijn zin niet...
Wij waren mogelijk op het punt den /.wa
ren sluier te zien aflichten, althans liet
goheim van dc B-yikenlaan iels nader to
komen, daar greep Alice de hand vast, die
roekeloos wilde ontbloot en wat tot eiken
prijs bedekt moest blijven!...
„Het is altijd edel, als een dochter
strijdt voor haar moeder," deed Harry
achteloos, en haalde zijn snoer in, „vooral
is dit edel, als het kind
Alice vloog op hem toe, legde snel de
hand op zijn mond.
„U bent een toovenr.arHoe weet U
dat?"
„ik weet bet, omdat ik het zag. M-wit
ik zal zwijgen, Alice."
Ik was versteend, welke geheimen om-
spookten mij, geheimen, die Harry bad
doorgrond met zijn allcsdoorborendo
schranderheid
Do muziek had* eenigon* tijd gezv. ogen
van do wilde liodcrcn, dio tot ons ovei
hadden geklonken: Edith had ongetwijfeld
rust gevonden in haar stormachtige uit
barsting.
Nu was hot bltulsiil in hot huis, in lu t
park; zwijgend wouden wij do snoeren om
de Iicngcls, maakten ons gereed, do som
bero vischpartij or» te breken.
Daar snerpte eensklaps uit het huis een
schelle, hartverscheurende kreet, die ons
elkander in ademloozo beklemming <!c 1
'vastgrijpen, door doodsangst verkild, ver
stard, versteend. Wezenloos staarden wij
in dc richting vau hot lo-is, ufwachtend ui
slcmino ontzetting... Maar het was nu
weer stil, stil als hot graf...
Dan herwon Harry zich; hij stiet mij
wild mot de elleboog van zich af, wierp
1 et vischtuig op den grond, sprong a! c<-n
Fat door het kreupelhout, ijlde als ecu
stormwind over het gazon, sprong den op
rij over, rechts do steepen bank op naast
het bordes, groep zich vast aan do ven
sterbank, slingerde zicli met oen geweldi
gen zwaai het open raam in cn stond in
dc kamer...
Dit alles ging tien maal sneller dan ik
bet verhalen kan; men moet dc lenig
heid, de acrobaten-vlugheid van Ilarry
hebben aanschouwd, om er zich een flauw
begrip van te vormen.
(Wordt vervolgd). I