ONS MODEBLAD. huisvest is), werd zo grondig hersteld- wat in latere eeuwen nog wel een paar malen zal gebeurd wezen. Bij de verbou wing in 1915 werden onder den vloer ver schillende zerken blootgelegd, welke naar do Lakenhal werden overgebracht. In het Groot-auditorium staat nog opgesteld een zerk van het geslacht Van Adricbem. Wie het gebouw bezoekt, kan tor dego waarnemen, hoe men (wat ook do ven sters reeds uitwendig toonen) de hooge ruimte met een vloer in tweeën heeft ge- dfceld om de noodige zalen te bekomen. Nog altijd is de kapel, hoezeer dan ook van aard en bestemming veranderd, een «ieraad van het Rapenburg. Hiermede hebben al de Leidscbe kloos ters de revue gepasseerd. Men zal toego- von: in onze goede stad heeft gedurende de middeleeuwen het Roomsche leven zeer gebloeid. En bij het doorwandelen van de oude wijken moet het iederen Katholiek weldadig aandoen, daarvan nog de blij ken te ontmoeten, welke voor de lezers van deze rubriek thans weder meer ken baar zijn dan tevoren. A.J.O. Voor Huis en Hof WAT ELKE MAAND TE DOEN GEEFT. (Ie helft Februari). In dozen tijd wordt heel wat kalk of mer gel besteld. Dikwijls weet echter de boer zelf niet wat hij bestelt, en wat hem gele verd zal worden Men spreekt eenvoudig van „kalk" of „landbouwkalk" of „kluit- kalk" of „schelpkalk". Aan het Proefsta tion kent men volgens den codex slechts 2 •oorten kalk: ongebluschte en gebluschte; en bovendien mergel. En aldus dient men zijn bestelling te doen, wil men weten wat neb krijgt. Do lezer wete: dat bij het blus- ichen uit 100 K.G. ongebluschte kalk cir ca 132 K.G. gebluschte kalk wordt verkre gen. Worden monsters tot onderzoek opge zonden wat zeer gewenscht is dan geschiede de bemonstering zeer zorgvul dig, want het monster-nemen is bij kalk en vooral bij een groote partij, een moeilijk werk. Groot is de belangstelling in den laatsten tijd voor het nemen van grond monsters, mr>t het oog op den kalktoe- •tand; duizenden monsters werden naar de Proefstations te Wageningen en Gro- ningen gezonden. Om de bemonstering goed en vlug te doen, gebruike men een boor, zooals door den heer J. Goodijk is ontwor pen. Het Groninger Proefstation, 2c afdee- ling, directeur do heer J. Hudig, zegt, dat met behulp van dit instrument het mon ster-nemen een eenvoudige zaak is gewor den. Voor 3.50 wordt de boor door den heer Hudig toegezonden. Onze hoen ders hebben het in dezen winter hard te verantwoorden, en aan de eierproductie kunnen velen het ook terdege merken, 't Groote voordeel van het kippenhouden is gelegen in de opbrengst dor wintereieren, maar wie wintereieren wil rapen, heeft voor drie dingen te zorgen: 1. voor jonge winterlegsters, 2. voor een goede en doel matige voeding; 3. voor een goed verlichte scharrelruimte met een gezond nachthok. Ieder ga nu maar eens na, wat hieraan bij hem ontbreekll Op menige boerderij heeft men óf voortdurend óf nu en dan last van ratten, en een rattenplaag is een leelijke plaag, waartegen tal van middelen met weinig of geen resultaat worden aan gewend. Daarom zij hier vermeld, dat Bol- din te Oostburg (Z.) nu al gedurende een jaar de ratten heeft weten te verdringen door onder en rondom zijn kippenhok car bid te strooien; hij doet dit om de 4 a 6 weken, en ziet nu geen rat meer. 't Is een goedkoop en ongevaarlijk middel. Wat er in deze maand in den tuin te doen valt, hangt van het weer af. Bij gun stig weer moet men het snoeien beëindi gen, want dit moet geschied zijn vóór de heesters beginnen te werken. Voorts kan men van de bollen, die al vroeg teekenen van leven geven, als Narcissen en Crocus- sen, het dekenmatpriaal gedeeltelijk weg nemen: dan wordt het loof sterker, ter wijl anders de neuzen der bollen te lang opschieten, geel en slap worden. Men zie de perken met voorjaarsbloemen na, of er ook planten zijn uitgevallen; heeft men nog plantjes in reserve gehouden, dan kan men de open plaatsen aanvullen, om een vol geheel te behouden. Perken, die tot dusver nog niet beplant zijn door omstan digheden, kan men nu ook nog mits voorzichtig met voorjaarsbloemen be planten; men krijgt wat lateren bloem dan van de in den herfst gereedgemaakte, maar men mag toch op een rijkdom van bloe men in den voorzomer hopen. Planten, die zich hiertoe zeer goed leenen, zijn b.v. de Sleutelbloemen, die Arabis alpïna en de gevuldbloemige vorm Arabisalpina fl. pl., de Iberis Sempervirens, de Gransanjer en de verschillende soorten van voorjaars- Phloxen. In den boomgaard is ook wel werk te verrichten. Wordt gesnoeid, dan ga men voorzichtig te werk. Heeft men zaag of beitel gebruikt, dan trekke men de takken niet weg, want hierdoor worden vele vruchttakjes afgebroken en menige bloemknop afgescheurd. Beter handelt men door de takken er uit te stooten; men duwe daartoe met een langen stok of met den beitel den tak omhoog. Gemaakte wonden moeten worden besmeerd: de een gebruikt hiervoor Corbolineum, de ander bruine teer, een derde koolteer. Carboli- neum, onder controle geleverd, is wel het meest aan te bevelen. Sommigen blijven de voorkeur geven aan bruine teer. Kankerwonden worden behandeld door ze flink diep uit te snijden en ze daarna met kankerwas te besmeren. De boomstam men worden met een staaldraadborstel afgekrabd; de afval, als het een droge massa is, verbrande men. Na het afkrab ben is het oen nuttig werk de stammen te bekalken. Wanneer men de gewone kalk melk wat „gebonden" maakt door er wat stalmest doorheen te mengen, verkrijgt men gladde stammen. Deze behandeling vernie tigt de nog achtergebleven insecten. In specteer de takken, vooral de onderzijde, of go ook witwollige hoopjes ontdekken kunt: dat zou dan de bloedluis zijn. Die hoopjes moet ge dan Bink raken met Carbolineum of met petroleum. Ten slotte: zie bij de jonge boomen de steunstokken na; zet de boomen die wat los staan, vast met een of ander niet te veel schurend bindmate- riaal. ZELFOPOFFERING. In een hoek zat Essie met ingehouden adem te luisteren. Het zachte, diepgevoel de vioolspel dat door de kamer ruisclite, roerdo haar tot in de ziel on scheen haar te hypnotiseeren. De kamer was in het halfduister gehuld, alleen het zwakke schijnsel van het haardvuur wierp groote vage schaduwen op de muren. Bij het raam stond dc speler Nigel Aldairs. Het was of hij de viool een ge schiedenis inblies en deze ze weer aan de gespannen toehoorders vertolkte. Het was de geschiedenis van de liefde van den mu sicus. En Essie, zooals ze daar zat. onbeweeg lijk met de handen saamgevouwen om de knieën heen, was er een bewijs van, boe volkomen zij in haar liefde opging. De melodie was ten einde. Nigel trad op haar toe en kuste haar teeder. „Vindt ge dtt ik vooruit ga?' vroeg hij. „Het was prachtig, Nigel!" Zijn jong hart, nog zoo vol van hoop en vertrouwen, sprong op van vreugde hij het hooren van de trilling in haar stem. Maar hij schudde ongeloovig het hoofd. „Het was gebrekkig", zei hij. „Een meester zou honderden fouten in mijn vertolking van het intermezzo gevonden hebben. „Er zijn menschen die een zonnestraal afkeuren om het stof dat er in dwarrelt, zeide Essie, eenigszins heftig. Je bent een groot speler, Nigel, dat zal de geheele we reld eens erkennen". „Dat is nüjn toekomstdroom, Essie. Wat kan er heerlijker bestaan dan werken te scheppen, hartstochten te beteugelen, emoties op te wekken in duizenden toe hoorders. Maar lieveling, ik ben geen groot musicus nog niet. Ik heb niets dan mijn eigen oefening, nooit een eigen lijke opleiding gehad. Een scherp criticus zou mijn spel veroovdeelen, zoodaf er geen stuk van goed bleef". „Indien ik maar geld genoeg had doch laat ik maar stil zijn, dergelijke praat is toch maar woordenverspillerij". Essie werd verdrietig, toen zc de bitter heid in zijn stem hoorde Zijn teleurstel lingen waren al langen tijd de hare ge weest en ze zag geen sprankje van hoop. „Het zal wel bij het oude blijven", zei Nigel. „Ik moet leeren tevreden te zijn met mijn salaris als klerk en alle droomen van grootheid laten varen. Maar soms denk ik dat, als ik maar eens met Herman Trevar- rie in connectie kon komen, dia me wel licht verder zou kunnen helpen Hij is een geweldig meester, Essie, en wanneer hij iemand met talent ontmoet, toont hij altijd belangstelling". Even later ging de deur zachtjes open en een deftig gekleed heer stond op den drempel. Het schijnsel van het haardvuur verlichte flauwtjes zijn welbesneden ge laat en deed de levendige schittering van zijn oogen zien. „Excuseer me, dat ik zoo kom binnen vallen", zei hij, met een zachte, welluiden de stem. „Ik bezocht mijn vriend hier be neden en hoorde u spelen. Mijn belangstel ling werd in de hoogste mate opgewekt. Mijn naam is Herman Trevarrie". Hij trad de kamer binnen, beurtelings Nigel en het meisje aanziende. Zijn blik bleef een oogenblik op Essie gevestigd, op haar haren, die roodbruin in het vuurschijnsel glansden, op haar blo zende wangen, op haar oogen die van ver rassing glinsterden. De meester zeide bij zich zelf, dat bij nooit zulk een aantrekke lijke schoonheid gezien had. Hij wendde zich langzaam om en zag Nigel strak aan. „Heeft u dat intermezo gespeeld?" Nigel boog, sterk blozende, doch met een glimlach van voldoening. „Ik ben bij u gekomen om u te zeggen dat u talent hebt en dat u dit niet hier op een zooveelste verdieping huurkamer moei begraven. Er waren fouten in, maar op recht gezegd, uwe opvatting leek me'bij zonder goed toe". Nogmaals boog Nigel. Hij was te verrast om te spreken. Zulke woorden van zulk een man! Herman Trevarrie zag intusschen Essie nogmaals aan. Zij was achteruit geweken, in de schaduw, maar hij kon juist haar profiel zien. En plotseling begon zijn hart te kloppen. „Ik bemin Nigel! Hoe kunt u mij dan zoo iets voorstellen? Het is ver«chi lijk!" „Dat is het", anlwoorde de kalm, maar zeer bleek. „Ik voronlsch mezelven niet. Ik weet, dat ik u wani liefheb". Het was slechts een week gelden dj in Essie's leven was verschenen. Nu hij teruggekomen en had hij het onom den gezegd: Nigel Aldairs is een j Daar zou ik mijn naam onder willen wedden. Ik zal een eroot speler van maken, ik zal hem beroemdheid, «i elk mogelijk succes bezorgen, indien ik mijn woord gestand heb gedaan, mijn vrouw wilt worden. En Essie, ziedend van verontwa ging, had hot voorstel afgewezen. Herman Trevarrie had niet ander» wacht, om te beginnen. Hij stond oi afscheid te nomen en zijn hoogste uit te spelen. ,.U denkt slecht over mij, om mijn bod", zei bij, zich in de deur omkeer ,,Ik eerbiedig uw slechte opinie ovei Maar om te winnen, zou ik mijn »e gen willen verspelen. Ik had geen j antwoord verwacht dan wat u mij gegeven. Liefde is alles daarom ik u mij te vergeven wanneer u ku want de liefde heeft mij tot u gezondi heb mij zelf wijsgemaakt, dat ik ii hart kon lezen, dat u Nigel zou willei geven, juist om zijnentwille". Hij draaide do kruk i an de deur om, het meisje hield hem met een wild gi tegen. „U spreekt van een opoffering uit Als ge mij dan bemint zoals ge zegt, wilt go Nigel helpen zijn doel te bert om mijnentwille, en van een prijs sp: Gij.... De meester viel haar in de rede. „Ik zou alles willen opofferen, r» „alles, alles, indien gij slechts mijn r wilt worden". Hij was vertrokken. Maar hij had voor Essie een vl achtergelaten, dat zij niet vermoet ontvluchten. Zij wierp zichzelf op sofa en verborg het gelaat in een ku doch het droombeeld bleef baar voori staan. Zij zag haar beminde als oei ning zijner kunst, door duizenden on genie bewonderd. En zij was de oorzaak van zijn f heid, zij had hom de vervulling van wenschen mogelijk gemaakt door zit op te offeren. Een uur lang vocht ze met zichzelf schreef zij een kort briefje dat zt Herman Trevarrie adresseerde, 't V slechts zeven woorden: „Ik neem uw aanbod aan, Essie Li Niets anders dan deze enkele, kon gel, maar het was een beslissing over leven. s tS&ZfJSïZX SZZZSSSSt t- BESCHRIJVING DER PLAAT. No. 342. Zwarte fflipffen komen den laalsten tijd weer meer en meer in de modo voor japonnen van allerlei genre. Beginnen we dc© week derhalve met een Beer bekoorlijk staand modelletje van een eenvoudige namiddagjapon in zwarte crêpe iaarocain. Het ia een zoogenaamde overslagjapon welker voorpand in de taille Boodanig is uitgebreid geworden, dat een gedrapeerde ceintuur ontstond die om het achterpand heen weer bij zijn uitgangs punt belandt en hier in een spleet ver dwijnt. Aan het rokgedeelte zijn de beide vor» nanden zoodanig tegen elkaar gevoegd dal zo samen een stolpplooi vormen. Het ti t--"sneden bors'stnk is vervangen door een front van crêpe de chine bleu; van deze laatste stof maakt men eveneens liet liggende ronde kraagje, dat gegarneerd is met een bont gekleurde rijden strik. De mouwen zijn recht met een kleine ver wijding in de richting van de hand; ze worden vanonder gedeeltelijk gevoerd met de blauwe crêpe de chine. Kousen beige, •choenen blauw of beige leer. Patroon f 1.35. No. 843. Een keurige middagjapSn van B.gn. tchinacrêpe in de tint bleu. De rok is om de heupen nog «Irak gehouden, doch moer naar beneden mot groote ruimte ge knipt zoodat een soepele klokvorm ont stond. Uit het voorpand van het lijfje zijn vier stukken zoodanig weggeknipt dat twee elkaar kruisende strooken ontstonden Óón midden over de borst, de ander even boven de boom die over het midden wordt gevoerd om hem meer relief te ge ven. Onder bet gezamelijk© weggeknipto is een groot front van kleurig gebrodoeTd rilverlamee gezet. De halsopening heeft, verborgen door de strook oen kledn split je over do borst en ter garneering een rond kraagje met een strik in een der kleuTen van de broderie. De mouwen hebben van onder manchetten, eluifbaar op een dub bele knoop. Kousen licht beige, schoenen «wart met blauw. Patroon f 1.35. EEN FLEURIGE ROLKUSSEN. Hebt gij een divan of een rustbank of een diepe, gemakkelijke fauteuil in uw ka mer? Dan kunt gij stellig ook dit aardige rolkussen gebruiken, en als gij dit wcnscht ook zelf maken Het be nood ig- de materiaal bestaat uit 125 c.M. fluweel, een stukje grijs en wat zwart laken, goud draad en koord en een paar gouden kwas ten. Laten wt als voorbeeld een mooi rood fluweel of velours chiffon nemen. Knip pen hiervan (stof 100 M. breed) voor het proote middenstuk 80 c.M. bij een breedte van 70 a 75 c.M. Vervolgens twee cirkel vormige zijstukken met een doorsnede van '45 c.M. elk. In het m'dden dezer stukken knipt men ronde gaten met een door- •n«\le van 16 c.M. Do versiering van het kussen is z.gm. appliquéwerk. Ronde grijze en ovale zwarte stukken laken worden volgens het voorbeeld der vergrootte teekening lot guirlandes bij elkaar gevoegd, met rijg- steken vastgezet en vervolgens door koord en rechte steken in gouddraad afgewerkt; ook de verdere afwerking der bloemen ge schiedt met goudborduursel, terwijl ten slotte enkele hartjes in zwarte zijde hoog opgewerkt worden. Wanneer men met de broderie klaar is plooit men de beide zijstukken tegen het groote middenvak, nadat men van dit laat ste eerst de beide einden aan elkaar ge naaid heeft. Ook worden de randen der gaten nu bij elkaar geplooid zoo dat ze geheel gesloten worden (een en ander na tuurlijk nadat eerst de binnenzak er inge werkt is en het geheel naar believen opgevuld met kapok of dons) Tenslotte maskeert men de naden der zijstukken met een gouden koord en bevestigd men do beide kwasten. Het is goed deze laatste onderling door een stevig koord t© verbin den (dwars door den binnenzak) zoo, dat zo eenigszins verdiept komen te liggen. Tegelijk houdt men hierdoor de zijstukken mooier in den vorm. MORGENJAPONNEN. Er zijn zóóveel aardige, echt-gezellige stoffen, die toch niet duur zijn, waarvan wij ©en aardig© japon voor de ochtend uren kunnen maken. Ja, natuurlijk zélf maken, dat is juist het leukste ervan. Het kimono-model, waarvan haast iede re vrouw houdt, geeft in 't geheel geen moeilijkheden in het maken. De kimono is zulk een dankbaar en go- makkelijk te maken kleedingstuk, dat ge, onder 't maken ervan, en vooral onder 't dragen, er veel schik in zult hebben, aan dit werkje begonnen te zijn. De sloffen die ge kunt aanwenden zijn legio. Alles kunt ge ervoor gebruiken: flanel, molton, rati- né, serge en nog veel meer. Maar ook komt tegenwoordig china crêpe, pongé, satijn en zijde in aanmerking, doch eigenlijk slechts voor verwende vrouwtjes, die de handen niet uit de mouwen behoeven te steken en alleen maar dood-leuk hun bevelen kun nen geven. Weet u wat een nouveauté is op 't gebied van peignoirs? De kimono, die aan twee kanten gedra gen kan worden. De eene zijde vertegenwoordigt de luxueus© uitvoering; de andere de practi- ache. De luxueuse bestaat uit zijde of satijn, soms met broderie of galon versierd, wel ke in de morgenuren een goed effect maakt in de huiskamer; de practische be staat uit warm flanel, effen of bedrukt, en is voor de slaapkamer bestemd. De kimono bestaat nit drie banen, n.l. een achterbaan en twee voorbanen en de stof voor de voering bestemd is eveneens drie-deelig. De kimono behoudt steeds het wijde sil houette, ze omsluit de schouders en valt in soepele plooien, wijder-wordend naar omlaag. Een ceintuur of fleurig breed hut wordt om de taille gestrikt. Voor wie niet van een kimono houdt is de rechte japon, die hoog aan den bals wordt toegeknoopt, misschien een geschikt model. Deze knoopsluiting eindigt ter hoog te der taille, soms echter loopt ze tot aan den zoom, door. Voor versiering aan effen stof prefereert men algemeen metaal-ga lon, goud- of zilver-tres. Bij stoffen dio bedrukt zijn met zilveren of gouden figu ren wordt een lint in bijkomende metaal kleur om dc taille gedragen. Dit is reeds voldoende om een aardig effect te geven, want stoffen met dessin vragen weinig versiering. De mouwen van alle japonnon voor de mrogen-uren zijn lang en wijd. Ribfluweel in de nieuwe mode-kleuren is voor de koude maanden een zeer ge schikte en flatteuse stof. Men garneert het met randjes bont- of metaalkleurig tres. Dergelijke japonnen, wanneer ze door het model niet een uitgesproken cachet van morgenjapon hebben, zijn door do stof ge- eigend om als dagjapon gedragen te wor den. Zoo'n echt-gezellige, gemakkelijke en tóch niet ongekleede japon, wil iedere vrouw bezitten! ANNIE M. M. PATRONEN NAAR MAAT. Papieren patronen op maat gemaakt, kunnen besteld worden onder toezending ui u vau het bepaalde 1 plus 15 cent porto, aan het Comp'" Pairons. Molenstraat 48 B. Den Ha* maten op te geven volgens onderst teekening.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1926 | | pagina 4