1
GféZE PKSJ3REBUS
KALENDER DER WEEK
J
"L
N B. Als n:et anders wordt aangegeven
heeft in deze week iedere H. Mis Gloria
ien Credo; tot en met Woensdag Prefatie
en Com in un icantes van Driekoningen; na
iWoensdag de gewone Prefatie.
ZONDAG 10 Jan. Zondag onder
het Octaaf van Driekoningen.
Feest van de H. Familie. Mis:
E x s n 11 e t. 2e gebed v. d. Zondag. 3e v.
h Oc'aaf Kleur: W i t.
De H. Kerk sleft vandaag aan de room-
Behe huisgezinnen tot voorbeeld de H. Fa^
mi':e: Jesus, Maria en Josenh. Met de
woorden van den H. Paidus wijs' zij de
eelitirenooten er op, hoe zij in l~efde mei
elkander moeten leven, in liefde tot elkan
der de kracht moeten vinden eikaars ge
breken te verdragen en graag te verge
ven D:e l:efde is de grondslag en voor
waarde voor den echten vrede van Christus
in de huisgez'nnen. Naar het voorbeeld
van de heilige Famih'e moet in iecfer ka
tholiek gezin heerschen oprechte gods-
dienst'/in en moet er naar gestreefd wor
den alles, wat ;n het gez;n wordt cednan,
te doen in den naam van Jesus Chr;stus.
fot dankbare eer aan God. (Epistel). Bij de
Offerande worden de ouders er aan her-
dnnerd hune kJnderen lederen dag, voor
zoover het van hen afhangt, heter aan
God op to dragen door een echt degelijke
kathob'eke opvoeding De kinderen, zonder
uitzondering, dus ook de grootoren, zoo
lang zij nog thuis z'jn b'j vader en moe
der worden gewezen op het verheven
voorbeeld van Jesus, die, ofschoon God,
nederig gehoorzaamde, gedurende geheel
Z'?n verborgen leven (dus ook toen H:j
tw'ntig jaar was en ouder nog) aan twpo
an""sehen: Maria en Josenh.
Heer Jesus Christus, geef toch. dat in
onzen tijd van verslapping der hu'selüke
tucht en van opstand tegen het ouderl'jke
pezag onze rooms-die vaders en moeders
meen loeren u't hot verheven voorbeeld
van de H. Familie. (Gcb°d).
MAANDAG 11 Jan. 6e dag onder
het Octaaf. Mis v. d. Zondag onder
ihet Octaaf: In excelso throno. 2c
;ge.hed v h Octaaf; 3e v. d. H Hvg:nus.
Kleur: W i f.
Ook mag gelezen worden de H. M:s v.
id. fion dag onder hot O-laaf: Eoceadve-
n 2e gebod v d. Zondag on^er hef Oe-
•taar: 3e d. H. H vip us. Keur: Wit.
DINSDAG 1? Jan. 7e dag onder
het Octaaf. M's: Fcceadvenif. 2
pehed lev cere van* Maria; 3e voor kerk of
p., VioM-rWit.
WOENSDAG 13 Jan. Octaafdag
van D r i e k o n i n c e n. klis: Ecce
a d v e n i t Kleur: W i f.
Jesus. d e aan de heidenen ve"scheïtpn
eiil U x:; met den Vader en den J-Ic'ligen
Gerst glorie in de G'ndolooze eeuwen.
(Kerk. Got)
"nNG-RDAG 14 Jan. M i s v d TT
K i I a v i u s B!cschop van Poitiers
(Frankrijk). Belijder r»j Kerkleer a ar. In
me i o. 2c gelied-v. d TT Felix, prester en
M"vlolaar Kleur: WÜ
Mot vo'o ander° xv muntende B'.-- -hrn-
pen betreed de TT IHnrius vooral door
z'ine i riflen den ketter Ar us, waarom
Hi'arius vn-bannen werd. Hi'arius is ook
één var do voornaamste kerke"ike Hymne-,
dichters.
VRIJDAG 15 Jan M is v. d ÏL Pau-
3 u s. Ie klu'zenaar. Justus ut Palma. 2e
gebed v d Tl. Maunre. Abt Geen Credo
(Kleur W i1
Vluchten or> 15-i 'vieren leeftijd. voor do
Ikerkvervo^crs Deoius en Va'er aiv*, ver
borg dp H. Paulus zich in de wo -iiu,
waar hii 'ot het e:iulc zi:ns levens (113
jaar) hol eenzame klnizenaa-sVven be
oefende on heldhaftige wijze, in g ed en
ve.rstcrvin-r. De palmboom verschafte hem
feod'ivr en voedsel on God sn-iïzigde hom
iwondeHijk. door iedeven dag een raaf
brood a°n hom te doen breneon.
ZATERDAG 16 Jan. Mis v. d. n.
(M a r c e 11 u s T, Paus en Martelaar. Sta
tuit. 2o gohed ter eere van Maria, 3e voor
Ocerk 4e voor den Paus. Geen Credo.
Kleur: Rood.
Lisse ALB. M. KOK. Pr.
maar was niettegenstaande dat in de
vroegte opgestaan en tot de heilige Tafel
'genaderd, zooals zij dat gewoon was veel
vuldig Ie doen. Uiterst ontsteld vroeg ik,
of ik niet een dokter z.ou halen. Zij wees
dit evenwel zoo benaald van de liand, dat
*k haar, in weerwil van mijne bezorgdheid
aiet langer wilde lastig vallen.
Den negt oden S ptember verscheen /.ij
dos morgens zooala g woonliik in de kerk;
ook in hot Lof zag ik haar Dog op haar
lievelingsplan Is je voor het altaar van
Onze Lieve Vrouw. Omstreeks negen uur
maakte oen onbeschrijfelijke angst zich
van mij meester en ik begaf mij ijlings op
weg naar Fanny's woning. Toen ik hij
baar binnentrad, knudde de kleine naai
ster voor een latafel, waaruit zij een
zorgvuldig ingepakt pakket haalde. Zij
was bleek en doorzie!.lig als een geest,
maar nog blijdor oo-ieind dan anders.
„Wat doet gij daar nog, Fanny", vroeg»
ik bezorgd, ..gij moest reeds lang te bed
zijn.-'
Zij wierp mij een eigenaardigen, schelm
schen blik toe on zeide: „Ik log mijn
bruidskleed klaar."
Dit antwoord snood mij door de ziel: ik
wist nu, dat er geen hoop meer was. Mij
was het, alsof ik m zuster ging verlie
zen. line diep had zich dit eenvoudige, on
geletterde, maar door God bijzonder be
gunstigde schepst I in mijn hart genes
teld. Mot vool.ligcn blik volgde" ik hare
kleine, sidderende handen, die thans de
spelden uit den omslag trokken, waarin
bel doodskleed gewikkeld was Er kwam
een ruwe bruine pij benevens een koord
en ren sluier, liet armelijk gewaad van den
II. Franc, us, te voorschijn.
..Zijl gij in d n derden '-/cl, Fanny,?"
Zij knikte met zekeren trots, daarop
kuste zij haar ordekleed en spreidde het
op haar bed uit. Nu zette zij zich cr naast
neer. Zij scheen buitengewoon moe; ik go-
voelde dat mijn aanwezigheid haai* hin
deren moest; niettegenstaande dat, kon ik
er niet toe besluiten, heen Ie gaan.
„Laat mij hedennacht bij u waken, Fan*
ny", verzocht ik haar. Dit wilde zij niet
toestaan, maar zeide:
„Indien gij mij een liefdedienst bewij
zen wil, help mij dan mijn heilig gewaad
aantrekken."
Haar zwakte was zoo groot, dat zij het
niet meer alleen klaar gekregen had. Zoo
hielp ik haar dan, zich voor de bruiloft
klaar maken, zooals zij het noemde. Daar
op werd zei zóó vroolijk, dat zij als ver
jongd was, en ik vatte weer nieuwe hoop.
Bij hot scheiden zag zij mij met een on
noemlijk vriendelijken innigen blik aan,
en ik dacht: Het is juist, alsof hare ziel
door hare oogen naar buiten treedt. Dit is
zeer onbeholpen gezegd, maar ik weet het
anders niet uit te drukken.
Ik was de eerste, die des anderen
daags met de onderhuurster in de kamer
trad Op dc trap vertelde deze mij, dat zij
aan mijn verzoek voldaan had en geduren
de don nacht eens naar Fanny omgezien
en haar rustig biddende op haar bed ge
vonden had.
Wat mij bij het binnentreden het eerst
in het oog viel, was een met bloed door
trokken zakdoek, die dicht naast het bed
op den grond lag. Ik stiel een luiden gil
uit en ijlde op Fanny toe. Haar hoofd lag
zijdelings op de horst, de oogen waren
half geopend, de armen rustten uitge
strekt op do deken: op bare beide binnen-
handvlakken had zij groofo roode vlek
ken.... Ik moest onwillekeurig aan den
H. Franciscus denken.
Zij had gelijk, toen zij zeide: „Onze
Lieve Heer kan het immers zóó inrichten,
dat ik niemand noodig heb."
En ik gevoelde, dat haar vlugge, een
zame dood, die mij bij ieder ander ont
steld zou hebben, niets was dan eene ge
nade, eene belooning voor haar vertrou
wen, een toegeven van God aan de ge
heime'wonschen van zijn kind.
In mijn tuin bloeiden nog rozen, ik
sneed ze alle af en legde zo als een krans
om de kleine Franciscanes.
V0Q3 ALTIJD.
Een speld??
Maar daar liggen er toch, daar voor
je.... kijk dan, daar.,., ze verblinden je
oogen bijna!
Verblinden mijn oogen! Kon je 'tnog
hatelijker zeggen.
Wat..... hatelijk! Ik mat me af je
alles over te reiken.en God weet, of je
't noodig hebtIJ Een duiker maakt minder
einslag, als hij in de diepte afdaalt, dan
oen dame als zij naar een feestavond gaat!
Mevrouw, recht voor den spiegel, heft
beurtelings haar afgematte oogen en ban*
den, de eene met een kam, de andere met
een broche gewapend, omhoog.
Als ik er aan denk.... dat je me
peen genoegen kunt verschaffen, nooit zon
der het inet opzet door je aanmerkingen
ïe vergallen. Al een maand vlaste ik er
op, naar dat hal te gaan, ik was zeker te
Mij.je moet weer.
En in het salon, een chaos van het laat
ste nieuws op gebied van mode, laat me
vrouw zich op een canapé neervallen, naast
baar bleek groen satijnen kleed, dat de ka-
merjuffromv redt voor een onherstelbare
verpletting.... En daar staal ze zenuw
schokkend, de handen voor hot poMat....
Met de zijne in zn zakken, ziet de echt
genoot met ontsteld gelaat, wat hij heeft
aangevangen.... Als zijn vrouw fccint Ie
schreien, zijn het poeder en het co'!"ream
bedorven.... Opnieuw moet ze h dan
vejrven en (wee uor te laat sal m i. van huis
gaan!..".. En daarenboven -:i er op 't
feest ontdaan uitzien, met r, - schreide
oogen
En hare vriendinnen zullen zeggen:
Zie je dien lange F't Is
een schandaal.... Zijn vrouw krijgt slaag
jar lieve, alsof 't stokvisch was!
Naar gewoonte strijkt Raoul de vlag,
bakt zoele broodjes, om den toestand te
redden
Je neemt ook alles verkeerd op, klei
ne! Je bent vanavond zeer zenuwachtig
Een reden voor jou om mij niet
wanhopig te maken, door daar rekening
mee te houden.... Meen je, dat ik voor
mijn pleizier lodepop speel voor Annette!
Voor jouw pleizien doe ik hel!.
De vrede is geteekend. Mevrouw staaf
weer voor den spiegel en.voltooit haar toi
let. Voor haar op d'r knieën zit de kamer
juffer mot haar mond vol spelden en haar
japon, bezaaid met naalden, waarin zijdi-n
draden van alle kleuren: zii naait letterlijk
fcet kleed om liet lichaam barer meesteres.
Ongelukkige, wil je me dan abso-
lnui bespottelijk maken? Dat zit niet strak,
hier en bovenal naai je me daar juist het
groene met witte zijhen je nog wel bij
je hoofd?
Raoul wandelt filosofeen-od rond me»
zijn handen op den rug, neuriënd:
Beelden uit mijn kinderjaren
Trekken soms mijn geest voorhij,
En dan zie ik mijn lief luitje, a
Mijn lief hutje hij de zee.
Raoul ik smeek er je om.drentel
niet zoo achter mijn rug, je maakt me gek.
Raoul, gedwee als een af-.a leefd post
paard, blijft staan, zet zich op het piano-
stoeltje.
Zonder aan iets te denken, speelt de on
gelukkige met kracht een paar accoorden,
om den tijd wat te korten,... do-do
mi-mi do-do sol....
De klaroen wordt geblazen 'ot den aan
val!
Maar daar heb je do poppen aan 'I
dansen!
Een lange wilde gil klinkt van het ein
de van het vertrek eën Maori op hef oor-
logspa 1, een vloek in huiler, w- m I.
T 't L- v. kleine 1' Vni. die
wakker word' hoentje i.- de kleine afstam
melinge me! blauwe oogen. lui geliefkoosd
poppetje, het bewonderend kleinood, be
dorven en aangebeden in bel roze schrijn
barer wieg.
Overal staat haar portret; in het salon
op den schoorsteenmantel, op de piano, op
hef muziekkastje, op de étagère, op den
met rood fluweel omhangen ezel. Wanneer
men zijn afbeeldsel zoo vaak omkroond
ziet, moet men rustig slapen.
Helena beseft do verplichting niet; lui
der en luider schreiend, terwijl mevrouw
ten blik van diep medelijden werpt op den
grooten (jomoor van een echtgenoot, die
steeds lompheden uithaalt!Sommige
oogeublikken zou men wel oen kwartiertje
m de diepte willen wegzinken.
Raoul zou al tevreden zijn, als hij zich
in de piano kon verbergen. Voor hem, in
volle lengte en minachteude majesteit in
baar zeegroen kleed (waarvoor Raoul zes
honderd guldon heeft behaald) haalt me
vrouw hare schouders op mot een gebaar
van een oude godin.
Ik begin te gelooven, dat je het met
opzet doet, dat je gezworen hebt, mij te be
letten gereed te komen!
Maar toch, kon ik weten??
Komaan wil het niet.goed praten..
Raoul komt terug.met het „corpus
delicti'' op zijn arm.
Helena, rood als een kalkoen, kronkelt
zich als een pier, grijpt zich vast aan de
haren.... aan den baard baars vaders.
....A! Do klaroen wordt geblazen tot
den aanval!
Zij valt aan, Helena!.... en geducht
ook.... Pas op!.... het blank gesteven
overhemd.De knoop van do das is al van
zijn plaats en de boschviooltjes, gekneed
onder de razende vingers, hangen treurend
iri het knoopsgat.
De ongelukkige Raoul is verplicht zijn
spruit aan de k.nflerjuffer over te reiken,
maar de arme Annette is overdekt met spel
den en naalden: mevrouw neemt het kind
en reeds gereed voor het hal, rukt ze He
lena in haar peganfeerde armen, wiegt
baar met ongeduld.
Slaap, kindje slaap,
Daar buiten loopt een schaap!
Ja, ik geloof dat ze slapen zal.
Daar buiten loopt een schaap!
Slaap, kindje slaap,
Niettegenstaande haar vijf jaren wil ze
al meedoen, de kleine!.... Zij ziel* allen
gekleed.... den waaier, het halmanfeltje,
de pluim, de handschoenen, den hoed, de
grijze overjas op de fauteuils liggen....
Dus ze gaan uit.zonder haar.Men
heeft haar thuis jvillen laten, zij gaat hen
«huis doen blijven!.... Zij zingt moe!...'.
En de omstanders hoor en een zachte me
lodie, tweestemmig:
Slaap, kindje slaap,
Hi!.... hi!.... hi.... i.... ii
Rrrr.
De. keukenmeid is niteeman, want men
heeft reeds twee uur 'geleden het middag
maal gebriukf. Mevrouw, op den linkerarm
dragend den sloep van haar kleed en haar
kind, draait koortsig een pannetje hoven
de gasvlam in de keuken. het lijkt een
dronken uiting:
Ik moet hier 't hoofd hij alles heb
ben! Helaas, als ik er n'et avis! wat zul
len de Linrls zeggen..,.? 't Is al een uur
over den tijd.
Raoul ziet toe als een hond met den
staart tos se li en de boenen.
Wat hen je aan 'f klaarmaken?
Papaver, om haar telen eiken prijs
te doen .-'apen.
't Is P': liion gevaarlijk!
Gevaarlijk....
En omiieuw kijkt ze haar man aan met
die r''drukking van mmaehling, welke
som mi to sterke vrouwen I hhen tegenover
hun helden-ech: renooten. Dan hoven de
gasvlam haar klein hoofd, koninklijk ge-
Icjipt voor het. feest, neerbuigend, verhaast
zij het koken; want iedere minuut hier is
er een minder daar, in het feeënpaleis van
de balgodin, in de bedwelmende atmosfeer,
waar rondzwieren, als droombeelden, dc
he val li Te fanfasiëen van den dans.
Raoul!.... Raoul!.... Vooruit!....
drink hel vlug uit, 't is lekker zool
Maar Lena, een teer kind, weigert hard
nekkig. Haar wil bedwingend, wordt de
jonge vrouw listig lief.... loeder.... be-
tooverendDen feilen glans barer
oogen uitdoovond. wiegt ze Helena zacht
jes, haar tegen zich aandrukkend, wegge
doken in een zetel en schijnt haar verlan
gen op te geven als een kaf, die niet meer
raar ho| doel kijkt dat ze beloert.
'Stoute papa, die zijn lief dochtertje
wakker maakt.
Niet uilgaan, ik wil het piet.
Neen, liefje, ik ca niet uit, ik pas
een kleed. Loontje krijgt hetzelfde.
Jawel!!. je gaat uit!
Neen mijn lief duifje.... ik ga n:el
uit om jouw pleizier te domEen moe
dertje verlaat haar hartediefje niet. Maar
je moet maatje ook een pleizier doen?
En pratend brengt de moeder het kopje
aan do lippen van 'f kind.
Neen, neon, ik zal niet uitgaan....
maar je moet dit drinken.... anders gaat
maatje wpI uit.... zeker.... zij gaat uit
als Loontje niet drinkt.... 't is om haar
keeltje!.
Het meisje drinkt met een uitdrukking
van argwaan op het gelaat.... haar groo-
to kimleroogen peilen die'hnrer moedor,
die, om ze te doen liegen, al haar wils
kracht aanwendt.
Leg je hoofdje maar togen mijn schou
der. je ziet wel, dat ik niet uit ga.
Het kinderkopje valt werkelijk slaperig
op den schouder van de moeder....
Mevrouw wacht nog even; dan, voort
schrijdend op do punten van hare fijne
balschoenen, legt het kind voorzichtig
jr haar bed.
Laten we ons nu haasten.
Raoul. ongerust over de sni tie werking
vraagt haar, in *t rijtuig gaande:
Heb je de dosi- iv t te grof no
nen, want!.i
Bovenstaande rebus vertoont in beeld
vier bekende spreekwoorden, waarnaar dc
lezeressen en lezers* aan do hand van bo
venstaande leekeniugen, maar eens moe
ten radeii. Bij de oplossing hiervan moet
bovenstaande teckening Avorden ingezon
den. Do vier vakjes moe.len dan genum
merd zijn, welke nummers dienen Ie cor-
respondeeren aan de nummers bij de vier
oplossingen gegeven.
Voor deze rebus stellen wij als pi ij?
beschikbaar een dames- of he^jen-porto
ni ounaie naar verkiezirg.
Op de omslagen der oplossingen, dio
Donderdag a.s. vóór 's middags 12 uur op
de redactie van ons bureau aanwezig
moeten zijn, moet werden vermeld liet
woord prijsrebus.
Zijne vrouw duwt zich huiverig in een
hoek vau het conpetje:
De dosis! Kijk uit je oogen! je trapt
op mijn boa!
Als ze 's morgens om zeven uur ver
moeid en afgemat, thuis kwamen, vonden
ze de kleine Helena slapend in haar rose-
wit bedje, zeer bleek op het kant-om-
zooinde kussen.
Beiden negen reeds het hoofd naar be
neden om haar Ie kussen als de moedor
een pijnlijken angstkreet slaakt:
Wat is zij koud!!!
Raoul w.il-zijn dochter opheffen, maar
'do gevouwen handen openen zich niet
moor...
Sinds gisterenavond was Lena dood....
voor altijd.... „Centrum"
ALS GEVANGENE VAN DE
CHINEESCHE ROOVERS.
Het verhaal van een Missionaris
De Ylaamsche missionaris van Clippele,
die cenige maanden geleden door de Ghi-
ncezen werd gevat en weggevoerd, geelt
thans in do Annalen van Scheut bet
tijdschrift van het niis.sionaaEiskloosi«r van
Scheut het volgende verhaal van zijn
verblijf bij de bandieten:
Nauwelijks was ik één dag in dc grooto
bende, of wij werden aclitervolgd door de
soldaten.
In allerijl moesten avij, tusschen do ko
gels door, vluchten en reden tegen den
avond Terisou binnen Daar de bandieten
zeer opgewonden werden door dezen aan
val, vreesde ik het ergste voor de schouno
kerk en aardige residentie dezer christen-,
iieid. Terwijl de bandieten het opg- ëi.-rhlo
eten naar binnenspeelden, kwam een der
catechisten mij groeten en den priesterlij
ken zegen vragen; hij stelde mij gerust en
vertelde, dal hij reeds den hoofdman was
gaan bedanken, omdat deze verbod had ge
geven één voet te zetten in kerk of residen
tie. Dit ordewoord werd slipt nagekomen.
Ik meende dus dezen nacht eens ru.ilig te
kunnen slapen, doch te middernacht werd
alarm geblazen en vierklauws vluchtten
Avij de velden over naar Si-ing-lze 'VI5 K.
M.) ver, rustten daar een weinig, maar
nog voor het kraaien van den haan ging
het verder tot bij mijn christenheid van
Gha-la-oe-soe-hao, waar wij hoofdman
Liou terugvonden.
In het voorbijgaan zij gezegd, dal hel in
Mongolië, in het begin van Februari iede
ren nacht nog van 20 tot 25 graden kan
vriezen; somtijds is het nog kouder. Toch
mag ik zeggen, dat ik, tijdens mijn ge
vangenschap, niet to veel te lijden heb ge
had van de koude, die hier zeer droog is,
en waartegen men zich beschut door liet
dragen van vellen-kleedcren, jui.-i gelijk
de inlanders. Van mijn kleederen hadden
de bandieten mij niets afgenomen.
De' roovers waren van oordeel, dat zij
sterk genoeg waren, om de aanvallen van
het leger te weerstaan; zou dus de gouver
neur, mij willende bevrijden vanavego de
eischen der buitenlandsche gezantschap
pen, wel verplicht zijn met de roovers te
onderhandelen, en dan zouden dezen am
nestie en inlijving eischen.
Gedurende deze laatste jaren is de poli
tie ongeveer overal in China zoo zwak ge
worden, dat zij zich niets aantrekt van de
slachtoffers der rooverij, indien dit Ghi-
neezen zijn; om dus drang uit te oefenen
op de overheden, geven de roovers er.do
voorkeur aan om vreemdelingen als gijze
laars te nemen.
Ik had juist den tijd gehad om mijn
briefje aan de confraters te schrijven, als
do soldaten ons opnieuw begonnen te
achtervolgen. Na een onafgebroken rit
van nagenoeg twee uur Avord mij gezegd,
dat wij Ie;, n de stad Tokoto waren. Op
het onverwachtst 1 i ten wij daar weer op
/.en groo
andere sojjlaten en vluchtten dan de zand
bergen in, langs den Gelen Stroom, eerst
oostwaarts, later noordwaarts, totdat wij,
na dien „full speed" te hebhen volgehou
den, eindelijk een weinig konden ademen
Ik was milgeput van vermoeienis en van
honger. In een klein huisje vond ik toeval
lig cenige gekookte, doch on geschil 'e
aardappelenzij waren misschien voor do
beesten bestemd, In ieder geval, in den
nood, waarin ik verkeerde, meende ik r
mij wel cenige te mogen toeüigcnen. Het
was een voorzienigheid, want eer ik aar-
het ,,(lcsM<rt" was, klonk weer uit alic
monden dat akelige „Kai pa" ofte „Voor
waarts"!
Onnoodig te zeggen, dat de gansclic
streek mei schrik ge tagon was Zoodra
een dorp dc komst der roovers kon voor
zien, sloeg de ganse lie bevolking op do
vlucht. In een der dorpen, die wij nu
doorlrokki n, woont de familie I ou. U<" o
lieidenschc familie i; zeer gezien in «Ie
streek, niel slechts om haar rijkdom, maar
vooral om do milddadi: lieid van haar
hoofd. Hel is een ze r liefdadig man, dio
de armen en de bedt laars gaarne helpt.
De roovers konden nalmirlijk de;
ten rijkaard niet voorbij gaan.
te vluchten, wal zeker do plundering
zijner goeie n tengevolge zou hebben ge
had - (raehilö mijnheer Lóu zich in het
onvermijdelijke te schikken; toen de roo
vers aankwamen, vonden zij alles gereed
om hen te ontvangen.
„Woest welkom, hoeren", zei mr. !.ou,
„ik had u gisteren al verwacht'' („Mei
grooten ang-t" had hij cr bij kunnen voe
gen, maar die woorden zouden zijn mooie
toespraak bedorven hebben).
Do roovers namen zonder veel comple
menten al het goede aan, wat mijnheer
bon hun had bereid.
Do bravo man moet naderhand groom
leegt" hebben geconstateerd in zijn vóór-
raadkamer, want de roovers waren uitge
hongerd en niet gewoon zich veel te scha
men. Aanstonds bij hun komst hadden do
bandieten er voor gezorgd; een van de
vooriiaam.itc leden der familie als gijze
laar te grijpen.Men had hem ontdekt dicht
hij liet dorp in een sloot, waarin bij zich
in zijn angst verscholen had, on aanstonds
gedwongen mee te gaan het dorp in. Daar
hij zeer diklijvig was en er zeer onthul* t
uitzag, werd hij op algemeen gelach ont
haald. Ik verwachtte hier een plundering
op groote schaal; doch, gelukkig voor de
familie Lou, ontvingen de roovers plotse
ling order, haastig op te breken, en zoo
groot was de haast, dat zelfs de diTko gij
zelaar werd vergeten
A necdoten. 9
Over ratelen gesproken.
Mevrouw: „Ik ga nooit in die lamme
autobus. Dat ding ratelt zoo dat je je eigen
woorden niet kunt verstaan".
Haar man: „Dat moet het achtste wc-
reldyonder zijn".
Gevat.
Een lager ontving eens bezoi k van fw« a
studenten, dio een loopje met hem wilden
nemen.
Zeg eens, baas, wat kost een mi'tcf
vleesc li?
-Tien gulden, antwoordde de slager
-1ii'li'iilen legden tien gulden op 'la
toonbank, nieuwsgi-ri-' hoe de slager zich
zou redden Deze streek het geld op, sneed
drie poolen van een varken, dat op een
ladder hing, wikkelde ze in een papier,
zeggende:
Als je blieft heeren, drie v*> een
meter! Tot een volgenden keer!