Tweede Blad
Priesterjubilea.
Maandag 17 Augustus 1925
GOUDEN PRIESTERFEEST
PASTOOR A. DE GROOT
TE LANGERAAR
Op een wijze, geheel passend bij den
aard van het feest, hebben Langeraars pa
rochianen Zaterdag j.l. het gouden Pries
ter jubiló gevierd van den reeds eenige ja
ren in hun middend rustenden herder, den
Zeereerw. heer A. de Groot vroeger pas
toor te Meye en Zegveld.
Reeds Vrijdagavond werden de feeste
lijkheden geopend met het inhalen van
den Zeereerw. jubilaris in de gemeente en
een daarop volgend plechtig Lof.
Onder klokgelui werd de eenvoudige grij
ze herder te ongeveer kwart over zes in
gehaald door een stoet van misdienaars en
bruidjes, en door het in vlaggentooi ge
brachte dorp geleid naar de kerk, alwaar
hij verwelkomd werd door de geestelijk
heid der parochie m.n. door pastoor Bon
net en kapelaan v. Houten.
Vervolgens werd het rijkelijk versierde
St. Antoniusgesticht betreden.
Daar aangekomen werd de eerw. jubila
ris verwelkomd door de eerw. zusters,
waarna in de eveneens in feestdosch ge
tooide kapel het plechtig openingslof
aanving, gecelebreerd door den eerw.
feesteling.
Ha deze plechtigheid werd pastoor De
Groot op zijn eveneens versierde kamer ge-
lukgewenscht door de inwoners van het St.
Antoniusgesticht, alwaar bij monde van
mevrouw Dirkse den jubilaris een ge
schenk werd aangeboden, door de ge
stichtsbewoners bestaande in een prach
tig vloerkleed.
Pastoor de Groot, op wien deze harte
lijke ontvangst blijkbaar een diepen in
druk gemaakt had, bedankte hierna met
eenige welgemeende woorden voor het
geen hem dezen avond was bereid, waar
mede voor dezen dag de plechtigheid be
sloten werd.
Tegen tien uur beierden de dorpsklok
ken Zaterdagmorgen weer haar oproep ter
kerke, waar pastoor de Groot een plech
tige H. Mi's zou opdragen.
Terwijl talloos velen zich vóór den in
gang der kerk hadden opgesteld, werd de
eerw. jubilaris weer voorafgegaan door
een stoet van misdienaars en bruidjes het
kerkgebouw binnengeleid naar de sa
cristie, waarna te 10 uur de plechtige
Hoogmis een aanvang nam.
De zeereerw. celebrant werd hierbij ge
assisteerd door pastoor Bonnet als dia
ken, en kapelaan van Houten hls sub-dia
ken; terwijl de weleerw. Pater Smit, mis
sionaris der H. Familie, als ceremonia-
rius fungeerde.
Na het Evangelie hield pastoor Bonnet
een fpestpredicatie.
Na in breede trekken te hebben uiteen
gezet het doel der menschwording van
den Goddeliiken Zaligmaker n.l. het mensch
dom van zijn zonden te verlossen en het
recht op den Hemel te doen herkrijgen,
schilderde de eerw. redenaar de taak van
den priester als voortzetter van Christus'
werk. Christus stelde zijn priesters aan. op
dat zij, evenals Hij zelf dat gedaan had,
den menschen den weg des heils zouden
toonen en hen opleiden naar den Hemel
ter eeuwige bestemming.
„Gaat en onderwijst". Zij gaan uit met
goddelijke wijsheid op de lippen en zoo
als eenmaal de menschen tot Christus
kwamen, zoo komen zij thans tot den
priester. De priester toch is de leeraar en
van zijn lippen vernemen wij de wetten
van den allerhoogsten God.
Na aldus geschetst te hebben de taak
van don priester als leeraar en leidsman
schilderde de eerw. redenaar achtereen
volgens den priester als, offeraar en als
uitdecler van Gods genaden.
Zooals Christus op de wereld kwam om
de zonde uit te delgen en de liefde van
den Hemelschen Vader weer te winnen en
zelfs den kruisdood daarvoor stierf, zoo is
de priester thans nog de offeraar, die in
de onbloedige hernieuwing van dat bloedig
kruisoffer voor den mensch om vergiffe
nis van zonden smeekt.
De priester is ook de uitdeeler van Gods
genaden, de bemiddelaar tusschen het
volk en zijn God en als zoodanig heeft hij
degenen, die van den weg naar God zijn af
geweken, daarop weer terug te brengen.
Deze taak van den priester gaat spr. ver
volgens na in de verschillende stadia van
bet menschelijk leven vanaf de geboorte
van het kind tot aan den dood van den vol
wassene.
Zich dan richtend tot den eerw. jubilaris
Wijst de eerw. redenaar op het vreugde
volle feest, dat heden gevierd wordt. Spr.
zegt, dat de jubilaris thans na deze uit
eenzetting over de taak van den priester,
met ware vreugde in het hart zal kunnen
zeggen: „Laetatus sura in li is, gune dicta
sunt mihi; ik ben verheugd in hetgeen mij
vandaag is gezegd."
Gij, aldus de gewijde redenaar, behoeft
niet te vragen: „Wat zal ik den Heer we
dergeven voor al hetgeen Hij mij geschon
ken heeft."
Immers, gij hebt geleefd een leven van
priesterlijke deugd, van priesterlijk lijden,
vol ijver en zorg, werkend tot meerdere eer
en glorie van God en tot heil en zegen
van de parochie, die aan uw zorgen was
toevertrouwd. Veertig jaar lang hebt ge
opgevolgd de bevelen van uw overheid als
kapelaan en daarna als pastoor en thans
nog gaat gij bij de zieken en bedroefden
om hen te troosten en moed in te sproken
en nog eiken dag strekt ge uw handen
omhoog om genade en zegen over uw me
debewoners van God af te smeeken.
En wij, wij smeeken den Almachtigcn
God dat Hij u nog vele jaren moge bewa
ren tot het verwerven van nieuwe ver
diensten voor den hemel, opdat gij het rijk
uws Vaders met liet volle loon voor uw
priesterlijken arbeid moge ontvangen.
Het zangkoor voerde op voortreffelijke
wijze de Missa Salve Regina" van J.
Stehle uit, terwijl na de plechtigheid even
eens keurig werd gezongen de priester-*
cantate van pater Haagh.
Vermelden wij nog, dat de kerk en
vooral het Altaar met een schat van bloe
men versierd was, hetgeen mede met de
versiering van het gesticht een geschenk
was van de parochianen aan den eerw.
jubila ris.
Van half een tot half twee werd aan de
parochianen gelegenheid geboden om pas
toor de Groot geluk te komen wcnschen
waarna om twee uur de Vespers gezongen
werden.
Met een plechtig lof werd de plechtig
heid 's avonds gesloten.
40-JARIG PRIESTERFEEST
PASTOOR P. J. SCHRAVEMADE.
Een voor Voorhout ongewone drukte was
er aan het station Piet-Gijzenbrug, toen
Zaterdagavond te ongeveer 6 uur pastoor
Schravemade aankwam. Door burgemees
ter Bulten werd een welkomstwoord uit
gesproken. Deze sprak ongeveer als volgt:
Zeereerw. heer PastoorI
Reeds op den vooravond vèn Uw 40-
jarig Priester jubiló willen Uw parochia
nen U hun groote vreugde toonen. Zij heb
ben U een f eestelij ken intocht bereid en
zich daarbij laten leiden door twee groo
te beweegredenen.
Op de allereerste plaats meenden zij
deze gelegenheid niet te mogen laten voor
bijgaan om hun eerbiedige hulde voor de
hoogheid van het Priesterschap, waar
mede gij reeds viermaal tien jaren be
kleed zijt, openlijk te betuigen om hun
diepe erkenning van het hoog geestelijke
gezag dat in Uw handen gelegd is opnieuw
*e bewijzen. En de andere reden ligt in
Uw perso§n, want gij hebt de harten Uwer
parochianen gewonnen en zij willen niet
verzuimen daarvan thans blijk te geven en
bij Uw jubiló U te toonen de groote aan
hankelijkheid aan hun Pastour, de warme
liefde, die zij U toedragen, de dankbaar
heid voor alle geestelijke zorgen, welda
den en liefde, die gij Uwen parochianen
schenkt.
Mijnheer pastoor, nu gij na enkele da
gen afwezigheid wederom in ons midden
zijt en morgen zoo'n zeldzaam feest viert,
roep ik U namens de geheelo parochie het
welkom toe. Uw parochianen willen U
omringen en U, omstuuwd door Roomsclie
organisaties, door de parochie geleiden
naar Uw kerk, waarvan gij den luister zoo
zeer bemint. Daar in die kerk zullen zij met
U bidden.
Mijnheer pastoor, wilt wel aanvaarden
dat gebod en ook het feestbestoon Uwer
parochianen. Zij bieden U dot aan als een
pand van hun erkenning van Uw pries
terlijke waardigheid, van Uw herderlijk
gezag en van de liefde tot hun pastoor.
Zijneerw. dankte ontroerd voor deze
woorden. De muziek zette daarna het:
„Lang zal hij leven" is: de stoet stelde zich
in beweging: voorop reed de politie te
paard en een heraut gevolgd door veer
tig ruiters (allen getooid met de Pause
lijke kleuren), het muziekkorps „St. Ce
cilia". een tiental gymnasten, eenige rij
tuigen en dan het rijtuig met den pastoor,
dat omgeven was door een eorewacht van
leden der St. Jozefgezeüjnvereeniging.
Achter het rijtuig volgden leden' van den
R.-K. Volksbond en der Vakvereeniging,
met hunne banieren en tot slot twintig
versierde rijwielen.
Zoo trok men, terwijl de muziek vroo-
lijk weerklonk, kerkwaarts, langs een weg
waar van elk huis de vlag met pauselijke
wimpel wapperde.
Voor de kerk aangekomen werd de pas
toor door een zeer groot aantal bruidjes
zijn kerk binnengeleid onder het dreunen
van het orgel. Een kort Lof werd gehou
den, waarbij de jubilaris geassisteerd werd
door Pater Engelmundus.
Het voorplein der kerk was aardig ver
sierd met kransen en bogen, vlaggen en
bloemen. Het inwendig^ der kerk was zeer
kunstzinnig in feeststemming gebracht
mot kransen en linten en met luchters van
vleeschkleurige gladiolus en donkerroods
pompon-dahlia. Het altaar was op een
bijzonder gelukkige wijze versierd met
witte gladiolus. Vooral de waaier van
bloemen boven het Allerheiligste was
prachtig.
Gistermorgen te 10 uur werd op het
Hoogaltaar de plechtige H. Mis opgedra
gen door den pastoor Engelmundus als
diaken en kapelaan W. F. Bemelman, een
zoon der parochie, als sub-diaken. De pas
toor werd weer door de bruidjes do kerk
binnengeleid.
Door het zangkoor werd keurig ui (ge
voerd een drie-stemmig Vefll-Creator, van
Fr. Eppink en de driestemmige Mis van
Perosi.
De feestpredioatie werd gehouden door
pater Engelmundus., Spreker had tot tekst
gekozen de woorden van Christus. „Ik ben
de weg, de waarheid en het leven".
Na een hartelijke felicitatie aan den ju
bileerenden herder, de gelukkige familie en
de feestvierende kudde, loonde de eerw.
pater aan hoe pastoor Schravemade in
volle waarheid de woorden van den God-
delijken Zaligmaker op zichzelf mocht toe
passen: „Ik ben de weg, de waarheid en
het leven". Spr. wekte de parochianen op
tot dankbaarheid, die de gelnovigen moe
ten toonen door steeds volgzame schapen
te zijn en te blijven, door te luisteren naar
de woorden van den herder, door te blij
ven één kudde waarop de pastoor steecis
groot mag gaan. Spr. wenschte den pas
toor geluk met zijn parochie, die hij door
zijn moeiten en zorgen bewaard heeft in
dat echte Roomsche Geloof. Laten herder
en kudde, aldus spr., trouw in de voet
sporen treden van den grooten Goddelijken
Herder om eenmaal te samen het eeuwig
jubeltij in den Hemel te kunnnen vieren.
Na de Mis werd gezongen het „Tantum
Ergo" van A. G. M. Schuurman O.F.M.
Vervolgens word voorgedragen d8 Pries
tercantate: „Priesterglorie", door L. A.
Dobbelsteen. De tenor-solo werd gezongen
door J. A. Dijsselbloem, bariton-solo door
H. J. Vester. Tenslotte werd door de ge-
heele parochie een Feestlied gezongen
Om 12 uur werd de feestgave, door de
parochianen geschonken, door de feest
commissie aangeboden. De burgemeester
hield als voorzitter der Feestcommissie
do'volgende toespraak.
Zeereerw. Jubilaris I
Hoewel Uw parochianen straks ler re
ceptie algemeen U hun groote belangstel
ling bij Uw 40-jarig Priesterfeest zullen
doen blijken, komen wij als Feestcommis
sie, door hen tot U afgevaardigd, U, na
mens hen, de gelukwenschen met Uw feest
aanbieden. Bij de Generale H. Communie,
door allen, die aan Uw hoede zijn toever
trouwd, hedenmorgen opgedragen, is \oor
U Gods rijken zegen afgesmeekt, en den
Gever van alle goed gevraagd dat Hij U nog
lang moge sparen, tot heil dezer parochie.
Wij vatten al die smeekingen te samen
in de bede dat God U nog moge toebedee-
len een weelde van genade voor U persoon
lijk, maar eveneens voor de volbrenging
van Uw reeds zoo vruchtbare Priesterlijke
levenstaak, waarvan wij U toebidden dat
ze nog tot in lengte van dagen tot Uw le
vensvreugde en tot geestelijk heil der pa
rochie van St. Bartholomeus moge strek
ken. Uw parochianen hebben ook gewild
dat pen stoffelijk blijk van hulde U tot een
bewijs zou zijn hoezeer zij U, geachte ju
bilaris, toedragen veel liefde en veel er
kentelijkheid, groot en eerbied en trouwe
aanhankelijkheid. Dat stoffelijk blijk zal
U des te aangenamer zijn, als gij weet, dat
naast de bijdragen der beter gesitueerden
de penningskens van weduwen en armen
ons in groote mate toevloeiden, dat, om
het in één woord te zeggen, alle Uwe pa
rochianen, zonder onderscheid van rang of
stand, gewedijverd hebben, om een rijke
gave hunnen pastoor te kunnen schenken
Zij wilden dat doen, hooggeachte jubila
ris, opdat gij naar eigen keuze zoudt be
schikken over de feestgave, die onze pen
ningmeester U thans mag aanbieden. Dat
God U nog vele jaren moge bewaren in
feijn dienst tot heil van véle zielenI
Het geschenk der parochianen aan
den pastoor bestaat uit een groote
som gelds, waarvan de pastoor een ge
schenk naar eigen keuze mocht aanschaf
fen. De keuze van pastoor Schravemade
is een zeer gelukkige geweest: namelijk ze
ven gebrandschilderde ramen voor het
priesterkoor en de twee neven-koren, die
den ontwerper, Alex Asperslagh uit Lei
den, eeren. Wat een rijkdom aan lijn en
kleur bevatten deze ramen!
De drie ramen van het hoofdkoor stellen
voor de H. Eucharistie, aanbeden door de
negen koren der Engelen; die van de ne
ven-koren rechts de Evangelisten Joan
nes en Mattheus, links Lucas en Marcus.
Om 1 uur had de zanghulde plaats van
alle schoolgaande kinderen. Door ver
schillende leerlingen werd de eerw. jubi
laris toegesproken, waarna een lied werd
gezongen, dat treffend was.
Niets is immers indrukwekken
der dan de wenschen eener vrome kinder
schaar. Namens de scholen werd den ju
bilaris een fraaie schemerlamp aangebo
den, waarna Zijneerw. do kinderen dankte
hen de belofte gevend, wanneer de vacan-
tie uit is hun een feestje te bezorgen.
Van de receptie werd druk gebruik ge
maakt. waarbij een ieder een portret van
den jubilaris ontving.
Om 5 uur begon het.Lof met dezelfde
assitentie als in de Hoogmis. Onder het
T-of betrad de jubilaris den kansel, ten
einde zijn parochianen te bedanken voor
de hulde aan hem gebracht. Zijneerw. zei-
de, dat het hem een aangename taak en
plicht was, zijn dank te betuigen voor al
hetgeen zij gedaan hadden om sijn pries
terfeest zoo te doen vieren. De jubilaris
schetste vervolgeus toen hij 50 jaar geleden
op deze plaats studeerde en er hier zich nog
een oud kerkje bevond, hij nimmer had
kunnen denken, dat hier eens een fraaie
gTOote kerk zou komen. Toen er eenigen
tijd geleden sprake was van feest, was hij
daar niet voor, maar omdat hij wist dat
zijn parochianen het wilden, heeft hij toe
gestemd. Zijneerw. dankt de parochianen
nogmaals voor hun geschenk, waarvoor
allen zoowel arm als rijk hebben bijge
dragen.
De jubilaris spoorde dan allen aan veel
voor hem te bidden. Ook hij zal veel voor
hen bidden. Het heeft hem getroffen van
morgen die groote schare ter H. Tafel.
Laat dit zoo blijven in deze dagen van on
geloof en zedenbederf.
Zijneerw. eindigde met de woorden:
Gaat zoo voort, dan zal God U schenken
al wat noodig is ter eeuwige zalighoid.
Na het Lof werd uit vollen borst het
feestlied gezongen.
Om 8 uur gaf de Harmonie een con
cert. Intusschen werd overgegaan tot het
illumineeren van het Kerkplein. Het was
waarlijk de moeite waard. Omstreeks 10
uur begon de fakkeloptocht, begeleid door
de vroolijke muziek van „St. Cecilia". On
der groot enthousiasme ging de stoet voor
uit, om, voor de Pastorie aangekomen, uit
vollen borst het feestlied te zingen.
Door de Harmonie werd tenslotte met
een driewerf: „Lang zal hij leven", dit
groote feest besloten.
ZILVEREN PRIESTER-JUBILEUM.
®§«w - fi
PASTOOR I. J. M. MEIJER TE
ZOETERWOUDE (HOOGE RIJNDIJK)—
LEIDERDORP.
Zaterdag werd in do parochie Zoeter-
woude (Hooge Rijndijk)Leiderdorp op
feestelijke wijze herdacht het 25-jarig
Priester-Jubileum van den ZeerEerwaar-
den heer Pastoor I. J. M. Meijer.
De Jubilaris, die eenige dagen bij zijn
broeder, den ZeerEerwaarden heer Pas
toor te Westwoud (N.-H.) had doorge
bracht, arriveerde Vrijdagavond te zes uur
met familie aan het stat on te Leiden. Hier
waren aanwezig als afgevaardigden van de
feestcommissie, het Kerk- en Armbestuur,
de Weleerwaarde Zeergeleerde heer J.
Starrenburg, leeraar aan het Sein narie te
Hageveld en de Burgemeester, de hoer P.
Wap. Nadat allen in de open rijtuigen had
den plaats genomen werd gereden door het
dorpsgedeelte van Zoetorwoude naar den
Weipoortschen weg, van waar de feeste
lijke intocht zou plaats liebben.-
Inmiddels hadden de deelnemers aan
den intocht zich opgesteld en bij het nade
ren van den feesteling werd door de mu
ziekvereniging „Perosi'* uit Leiden ge
speeld het lied „Aan U, o Koning der
Eeuwen."
De stoet voorafgegaan door do muziek eu
bestaande uit een aantal ruiters en wielrij
ders, de gymnastiekvereen ging „Orde en
Tucht" en een rijtuig met een zestal
bruidjes, ging langs den met vlaggen ge-
tooiden Hooge Rijndijk. De passend aan
gebrachte versiering met de geel-witte
wimpels voor de Kerk, en de keurige op
stelling van de gymnasten vormde als het
ware een levendige eere-poort, waardoor
de Jub laris en familie onder orgelspel de
feestelijk versierde Kerk binnen traden
Bij het binnentreden der Kerk was aller
oog aanstonds gevestigd op de schoone
nieuwe Godslamp, hangende midden in het
priesterkoor: buiten de verschi'lende
bloemstukken van particu'ieren zagen wij
een schoonen bloemenmand van de Afd.
van den N. R. K. Volksbond aan haren Ad-
v'seur.
Na het zingen van een welkomstlied
werd door den WelEerw. Zeergeleerden
heer J Starrenburg, leeraar aan het Semi
narie Hageveld, namens de feestcommis
sie en alle parochianen den Eerw. Jubi
laris een hartelijk welkomstwoord toege
sproken.
Voorafgegaan door het Veni Creator volg
de hierna een plechtig Maria-Lof door den
Jubilaris met ass'stentie van de WelEer-
waarde heeren J. Starrenburg en B. A. van
Baaren, rector van het gesticht „De Goede
Herder", opgedragen.
Na het Lof werd in hel feestelijk versier
de gymnastieklokaal, na het zingon van het
welkomstlied, door den voorzitter van de
feestcommissie met' eenige toepasselijke
woorden aan den ZeerEorw. Jubilaris het
geschenk van de parochie, bestaande uit
een enveloppe met inhoud aangeboden. De
Jubilaris dankte den voorzitter voor zijne
hartelijke woorden en voor de grootsche
hulde van dezen avond, maar vooral ook
voor de rijke gift der parochianen. Zijn-
Eerw. zag hierin aller gevoelens van dank
baarheid en hoogachting, en gaf do verze
kering, dat dit voor hom een spoorslag zal
zijn op den ingeslagen weg voort te "aan
voor het heil van alle parochianen, maar
vooral van de kinderen.
Door den heer Stadhouder weTdon ver
volgens nog eenige woorden van waardee
ring gesproken.
Door een der leden van het meisjespa-
tronaat werden aan den Jubilaris een paar
groote bronzen vazen aangeboden.
Met hef zingen van pen „Lan^al hij le-
van" werd deze avond besloten.
Zaterdagmorgen te half acht naderden
talrijke geloovigen tot intent e van den
jubileerenden ter JI. Tafel en toen te kwart
over tien de plechtige Hoogmis begon waj
er nagenoeg geen p'n&tajo in het msjo*
stueuse kerkgebouw onbezet
Nadat het zangkoor het „Veni Creator'*
van Fr Eppink had gezongen, ving hot H.
Misoffer aan. De eerw, jubilaris werd
hierb'j geass;sfeerd door den Wcleorw.
Heer B. A. van Ba aren. rector aan het
Gesticht „de Goede Herder" als diaken,
den Weleerw. Zeêrgel. neer .T. Starren
burg, leeraar aan het Seminarie Hageveld.
te Heemstede als subdiaken.
Het zangkoor voerde onder directie van
den heer W. Hoogzaad op verd'enstolijke
wijze de Missa „Salve Regina" voor jon*
gons- en mannenkoor van J. G. M. Stohlef
uit. Ook het Gregoriaansoh werd op keuri*
go wijze vertolkt, doch wij vonden het wor*
kelijk jammer, dat de zoo schoone Gra*
duale uit deze Maria-Mis ovenals troti*
wens het Offertorium, gereciteerd werd.
Na hot Evangelie werd door den Zeer*
eerw. Heer J. Meyer, pastoor te Westwoud#
broeder van den jubilaris, de feestpredioa
tie gehouden naar aanleiding van de woor*
don uit psalm 110, 30e vers: „Haec diea
guam fecit Dominus; exultemus et laotemur
in oa. Dit is de dag. d en de Heer gemaakt
heeft; verheugen en verblijden w.ij ons op
dezen dag."
De eerw. redenaar voorde zijn gehoor ,in
gedachten 25 jaar terug. Voor zijn oogen
rees een grootsche tempel op, een moester*
stuk van vorm en symboliek De poorten:
zijn wijd geopend en groote scharen geloo*
vigen treden onder melodieus orgelspol
b nnon. Vreugde ifl op aller ge'aat to le*
zen: want hot is feest, dubbed feest.
Het is de feestdag van M-n'n's Tenhemcl*
opnanvng, do dag, waarop Maria zal wot*
den gekroond als do Koningin des Heme's.
Maar, het is ook de feestdag van do H.
Priesterwijding en tn gloedvolle taal schil*
dort spr. do grootheid van dien daf als do
groote rij Lov;ef©n. gekleed in het blanke
kleed der onschuld, gaat toegerust wor*
den met de bovennatuurlijke kracht van
den H. Geest, als hunne ziel zal worden
geteekond met het eeuwigdurend merkte©*
ken van hef H. Priesterschap en zij zullen
staan als Middelaar tussóhen God en do
Menschen.
Dan schildert de eerw spr een ander
moment uit dat verleden van 25' jaar.
't Is andermaal feest Alios ademt vrodo
en blijdschap. Leliën en rozen geuren als
n;mmer te voren, maagdelijk waslicht var*
siert candelabres en lustors rond het al*
taar.
Er is er één in die kerk. die de aan*
dacht trekt, 't is de jong gewijde priester.
Wie is hij? vraagt spr.
Die priester was mijn broeder, aldus
spr., nu op dubbele wijze mijn broeder.
Spr. zegt niet in woorden te kunnen uit*
drukken, wat er (non in hem omg:ng.
Eigenlijk wist hij het niet meer. doch hij
herinnert zich toen gezegd te hebben, dat
het heerlijkst© lied van den koninklijken
zanger David nog te zwak zou Z'»n powepst
om u:t te jul>elen do vreugde, die er toen
in hem omging.
Bestond er toen een reden tot fegslvi re^ir
nu bestaat die reden veel meer.
Wij zien nu den priester, niet meer jeug
dig weliswaar, maar met een schat van
verdiensten voor den hemel.
lederen dag stond hij aan het altaar en
droeg het IT. Misoffer op, uitdeelend aan
duizenden het Manna, het brood der En*
gelen.
Spr. schetste dan de taak des priesters ten
opzichte van den mensch vanaf diens go-
hoorte tot aan zijn dood. Na de vrijma
king van de erfzonde, vermaant de pries*
ter en geleidt hij den mensch door het
ven, om hem ten slotte troost en sterkte to
verleenen in het stervensuur en de gewijd©
spr vraagt zich af, hoe velen er niet zul*
len zijn, die na God hun zalighpid aan de*
zen priester ie danken hebben. Is er dan
geen reden het „Haec dies" to zingen?
Doch temidden van al die jubel en blijd*
schap is er toch iels wat spr. niet wil
voorbijgaan. Dat is do zorg eii de vernnt*
woording. die de priester heeft.
De hedendaagscho wereld is vol van zon*
de en ongerecht'ghoden. Door theaters en
bioscopen, slechte vermaken, onzedig©
kleeding, kortom op allerlei wijzen wordt
getracht den mensch zijn geloof te doen
verliezen en reeds bii liet kind tracht men
de ziel te verderven. Dat is de groote zorg
van den priester zijn volk to bewaren voor
de wereld.
Echter, er wordt zoo menigmaal niej
naar den priester geluisterd, men bespot
hem in de wereld en daarom smeokt spr.
zijn toehoorders: Wilt toch die zorg van
uw herder verlichten door naar hem to
luisteren.
Sprekond over de groote verantwoording,
die do priester zal moeten afleggen, zegt
do eorw. spr., dat de priester ondankj
zijn uitverkiezing boven duizenden en mil*
lioenon toch mensch blijft en onderhevig
aan kwade neigingen.
Daarom vraagt spr. allen die verant*
woording te verlichten door hot gebed, nie!
alleen dezen dag, maar ook later..
Zich tot zijn broeder wendend, zegd©
spr. hem niet langer te willen laten wach*
ten om het H. Misoffer te voltrekken. Spn.
vraagt wederkeorig van den jubilaris eetf
voortdurend gebed voor zijn volk en dat hij
dat gebed zou stellen onder bescherming
van Maria.
„Gij zijt", aldus spr., ,,eon kind van Ma©
ria, evenals 'k. Bij uw geboorte ontving!
gij den naam van Maria evenals ik. Een
godvruchtige moeder schonk ons dieni
naam. Op Maria's feest ontvingt gij het H.
Priesterschap, op Haar feest ook viert g©
uw zilveren feest en in Maria's kerk zijl
gij pastoor geworden."
Na het Offertorium vertolkte het zang*
koor het „Jesu dulcis" van B. Kolho en;
voor don zogen met het Allerheiligste ho|
„Tantum Ergo" van P. J. Jos Vranken.
Na het IT. Misoffer schalde hot feestlied
weer dooT de kerk en de plechtigheid wera
bes'oten met de feestcantate van Elb. Joa^
Fransoeu, op. 10, „De Priester", door hok