Je Leidsclie Courant" Tweede Blad 1 Zaterdag 25 Juli 1925 Buitenl. Weekoverzicht. EEN LEVEN BOETE. BI^SaEÜLAND Duitschlands antwoord. jVij zijn alweer een stap verder gekomen #p den langen weg naar den vrede. Duitsch land heeft geantwoord op liet antwoord yan Frankrijk inzake bet veiHgheidspact. Straks krijgen wij het antwoord van frankrijk op het antwoord van Duitsch land op het antwoord van Frankrijk op iet Duitsche aanbod. En iederen keer jnydt geconstateerd, dat het antwoord een geschikte bas:s vormt voor verdere onder handelingen. Waarmede wij al heel blij lijn. Men kent de geschiedenis van deze on derhandelingen. De Duitschers wilden de Fransche Rijn grens, zooals ze door het verdrag van Ver sailles is1* vastgesteld, waarborgen en in een afzonderlijk/ ditmaal niet opged ou- jen verdrag, de verplichtingen betreffende de ontwapening in het Rijnland erkennen. Bij eventueele conflicten zouden de ver dragsluitende partijen arbitrage aanvaar den. Ook met andere staten wilde Duitsch- land een algemeen arbitrage-verdrag slui ten zonder uitdrukkelijke garantie echter ran den territorialen status quo. Hst Fransche antwoord wees in de eerste pnals op de noodzakelijkheid van Duilsch- lind's toetreding tot den Volkenbond. Ver- dor werd er in verklaard, dat gdle rechten lol het nemen van sancties, welke het ver drag van Versailles en het aecoord over liet Rijnland aan Frankrijk geschonken hebben, buiten alle arbitrage om moeten blijven bestaan; ten derde werd er over de arbitrageverdragen met andere volke ren gezegd, dat zij als het ware slechts de nnctie mochten «zijn van de bestaande verdragen. Op die laatste Fransche nota beeft Duitschland Maandag j.l. geantwoord. Duitschland is bereid verder te onderhan delen maar geeft zijn standpunt niet op. Wat den Volkenbond betreft eischt de iijksregeering net als vroeger een uitzon derlijke behandeling in verband met den teer uit zou derlij ken toestand, waarin het lijk zich bevindt. Duitschland is hot eenige ontwapende land in Europa en ligt juist ia het gevaarlijke midden. Mocht bet ooit lot 'n Volkenbondsoorlog komen met Rus land, wat zeker niet tot de onmogelijkhe den behoort, dan zou het rijksgebied veel lans loopen bet slagveld te worden en «ouden de Duitschers lijdelijk moeten toe ren, hoe door de strijdende partijen bun land wordt verwoest. Het feit zelf trou wens dat Duitschland in zekere gevallen vrijheid van doortocht zou geven aan de machtige legers van Frankrijk naar de Russische grens zou op zichzelf de betrek kingen tusschen Berl'jn en Moskou, die toch al heel wat moeilijkheden opleveren nog veel minder aangenaam maken. Het Duitsche voorbehoud is dus volkomen be grijpelijk. Wel verklaart Berlijn zich voor toetreding tot den Bond, ook zonder uit- tonderingsvoorwaarden, wanneer alle vol leren tot ontwapening zullen overgegaan lijn. Daarop schijnt vooreerst echter aiet veel kans te beslaan. Het tweede punt betreft het verband tusschen het aangeboden waarborgverdrag eu den toestand in het Rijngebied. De Duitschers hadden niet uitdrukkelijk ver klaard, dat zij stonden op een verkorte be- retliiigstermijn of een verlichting van den bezetlingslast'in ruil voor de door hen aan geboden garantie. Do Franschen echter verk'aarden uit drukkelijk, dat zulk een verband niet mag bestaan. Wat zou er dan wel overblijven vaa de pacificcerenden invloed vaü het ïerdrag? Dat Duitschland het waarborg verdrag aan geen bepaalde voorwaarden beeft verbonden lijkt ons zeer verstandig, «chrijft het „Vad.". Hun doel was immers een betere atmospheer voor een waarlijk vreedzaam naast elkaar leven te schep pen. Als d'e atmospheer er maar eenmaal FEUILLETON. Naar den roman van LULU VON STRAUSZ UND TORNEY. i O— j c i (Nadruk verboden Uj V Zij was terneergeslagen en treurig. Het *iren nu al zoo lange weken, dat Karoltje ,r lag, en al kwamen zijn krachten ook krug, in zijn eigenlijke pijnen was toch nog Jmper eenige beterschap te bespeuren. Ije dokter zei ook zoo weinig; het was bijna, alsof hij een verklaring vermeed. Zij wilde hem nu verzoeken, haar eens tonduit zijn oordeel te zeggen over de "Ate van den jtfngen. Misschien kon het hem ook inderdaad Ped doen, eindelijk weer eens in de fris se lucht te komen! Toen ze don ouden heer Kareltjes ^nach voordroeg, knikte hij peinzend. „Ja, ja een poging kon men eens wa- !*Q". meende hij „vroeg of laat moot het filers toch, maar de uiterste voorzichtig- £■4 moet in acht worden genomen. In iider geval is de uiterste voorzichtigheid J®°dig. In ieder geval moet u een zieken- aanschaffen!" •Ja dat werkelijk noodig?" Annolie zag ■Q dokter verontrust aan. „Men kan /f® rolstoel toch ook leenen. Het is toch ?*.er niot voor lang?" "P dokier schudde het hoofd. raad u aan er liever aanstonds een was en men niet te ongeduldig was dan zou zoo redeneerden zij blijkbaar de rost wel vanzeif komen. Maar wanneer Frankrijk nu gaat verklaren: wat jullie ook doen voor den vrede, wij zullen geen van onze rechten dor overwinning prijs geven, dan wordt de toestand toch wel eenig^zins anders en dan spreekt het van- ze f dal men te Berlijn, zonder ook thans eenige voorwaarde te stellen, toch den wensch uitdrukt, dat het sluiten van het waarborgverdrag ook wel eenige verande ring zal brengen in den toestand aan deil Rijn. Hel derde punt betreft vooral den toe- sland aan Duitschlands Oostelijke grens. De met de buurstaten aldaar te sluiten ar- bitrageverdvagcu moeten, naar de Duit sche opvatting, een in eiding vormen tot langzame en vooral vreedzame herz eniug van de verdragen in zoover deze niet overeenkomen met de beginselen van het recht der nationaliteit en van de economi sche doelmatigheid. De Franschen echter wenschen volstrekt geen politieke arbitruge maar een streng juridische, die de ecn- maai gcechapen toestand voor eeuwg be stendigt. Ook op dat punt houdt de Duit sche regcering zich bij het oude standpunt. Toch is men tevreden over dc nota in Londen en in F ar ijs. Eu in den Du isehen Rijksdag is de poli tiek \an liet kab net goedgekeurd. Ook de Duitsch-nationalen, die zulk een grooten mond hadden opgezet tegen S'.-esemann, den minister van buiteulandsche zaken, stemden vóór dc motie Viui vertrouwen. Praten en doen zijn twee. De ontruiming van de Roer. In het begin van deze week heeft men een aanvang gemaakt met de ontruiming van het Roergebied, waardoor het Roeravon- iuur, door Po ncaré begonnen, thans als geëindigd kan worden beschouwd. Het be gon den Franschen toch te lastig te wor den en bovendien kan men de mannetjes in Marokko best gebruiken. Vandaar dat de Franschen zeer gewillig waren om het recht, Uat Duitschlard zich door het ver vullen van de Dawes-regeliu? had ve. wor- ven tot ontruiming van dit gebied, toe te staan. Zooals vanzelfsprekend is. juicht de be- volkiug, doch voor de gemeentebesturen is dize ontruiming van vee! grootcr beleeke- nis. zooals het „Vad." opmerkt. De voorstelling, akot er nu eigenlijk sinds^het zoogenaamd „onzichtbaar" bor den van de bezetting een normale toestand zou geheerscht hebben in dit gebied, is volkomen onjuist. In een zoo dicht bevolkt land als het Westfaalsche industriegebied kan het riet anders of liet inkwartieren van talrijke troepen moet allorlei bezwaren meebrengen voor cle publieke instellingen. Tot de aanvaarding van het plan-Dawes waren er nog ongeveer 80000 soldaten in net Roergebied. Daarna zijn er al heel wat weggetrokken; toch zijn er tol op het einde zoo wat 40.000 gebleven. Een juiste opgave kan van Duitsche zijde niet gegeven wor den, daar de troepen meestal in kazernes verbhjf houden en de Franschen vermij den volledige inlichtingen over het aantal soldaten te geven. In Dortmund b.Y. heeft het gemeentebestuur geruimen tijd met eeu bezetting van s'eclits 3000 man gebakend, terwijl later bleek, dat er in werkelijkheid 12.000 waren. Daar er geen voldoende oude kazernes waren heeft men in tal van plaalsen be slag gelegd op openbare gebouwen. De toch al heerschcnde woningnood was veel erger geworden door het feit, dat de officieren in particuliere huiv.cn woonden. In Essen al'aen werden er op die wijze 870 woningen aau de gewone bevolking onttrokken. Hot was streng verboden aan de Duit sche eigenaars om zelfs maar een enkel meubel uit het*huis te verwijderen, wan neer het door een Fransch officier werd opgevorderd. Natuurlijk hebben vele bur gers daardoor groole schade geleden. In de kleinere plaatsen waven er nog slechts zeer we:n"g troepen. Theoretisch bleef een gemeente echter „bezet", zoolang cr zich een enkel Fransch gendarm be vond. Volgens een bericht uit Essen aan het „Berliner Tageblatt", vinden de Fransche soldaten het niet aangenaam het Roerge bied te moeten verlaten. Vooral de officie ren niet, die niettegenstaande de geringe te keopen" zeide hij; „het kan toch langer duren." Annelie bleef een oogenblik zwijgend zitten, dan zag ze op. „Dokter, ik zou u willen verzoeken, me eens de volle waarheid te zeggen! Het is beter, alles te weten, dan in onzekerheid het ergste te moeten vreezen. Is Kareltje nog in werkelijk ernstig gevaar5" „Zijn leven zeker niet", antwoordde de dokter aarzelend. „Maar wat dan? Zeg u me asjeblieft toch alles?" De oude man zweeg een oogenblik en keek langs haar heen het venster uit. „Het valt me heel zwaar, 't u te zeggen maar een3 zal het toch moeten", zeide hij dan. „Zooals gezezgd, zijn leven is bui ten gevaar maar heel gezond zal hij wel nooit meer worden; hij zal altijd veel zorg en verpleging noodig hebben. Ik hob het al lang geweten; ik vermoedde het 't eerste oogenblik al. Zoo'n ruggegraat-aan- doening is altijd zeer ernstig." Hij had haastig gesproken; nu hield hij even op. „Heelemaal als nu zal het zeker wel niet blijven", voegde hij erbij, toen hij Ao nelie in haar gelaat zag. „Hij zal ook nog weer Ieeren loopen, zij het dan ook slechts op krukken. Verlies den moed maar niet, freule van Marten- hof. De jongen kan immers toch nog een gelukkig mensch worden Ik ken dat, heb het meermalen meegemaakt en dan, wie weet, onze Lieve Heer heeft veel middelen en wegen Annelie was zeer bleek geworden; zij stak hem de hand toe, zonder een wc* d te zeggen. waarde van den frank, toch nog in staat waren zeer aangenaam te leven in dit be zette land. Marokko. De invloed van de ver sterkingen. die de Franschen in Marokko hebben laten aanrukken, doet zich nog niet gevoelen. De toestand verandert weinig. Nu eens kunnen de Franschen een succes je seinen (en dat doen ze heel gauw) dao weer heeft Abd-el-Krim een verovering gemaakt. Doch b'j het afwisselend krijgs geluk heeft tot nog toe Abd-el-Krim het moesie succes. Behalve maarschalk Lyau- téy bevinden zich nu ook de pas benoemde opperbevel hebber der Fransche troepen, generaal Naulin, en maarschalk Pétain in Marokko. Bovendien zal binnenkort Primo de Rivera, de Spaansche generaal, met hen kompa confereeren De heeren mogen an ders wel opschieten, want op do verzen gende hitte die thans in Marokko heerscht, zal over acht tot t:en- wekon het regensei zoen volgen, dat de bewegingen der troo- pen nog veel sterker zal belemmeren. De regentijd duurt tot April, zoodat indien het den Franschen niet mocht gelukken voor liet aanbreken van het natte seizoen Abd-el-Krim een harde Jes te geven, groot oponthoud te verwachten is. Aan den an deren kant zullen de Rif-kabylen er even eens alles op ze.ten, om vóór liet regensei zoen iets taslbaarders te bereiken dan de vermeestering of het onhoudbaar maken van Fransche posen en daarom gaan zij voort, uiet in de richting van Fez aan te valen. HET R.K. WERKLIEDENVERBOND EN DE WELVAARTSPCLITIEK. To eene d.d. 22 en 23 dezer gehouden Vei bondsvergadering diende de heer G. J. Kuiper, lid van de Tweede Kamer, de vol gende ontwerp-resolutie in: Ontwerp-rcsclutie Welvaartspoiitiek. De Algemeene Vergadering van het Roomsch-Katlioliek Werkliedenverbond in Nederland, gehouden op 22 en 23 Juli 1925, te Utrecht: Overwegende, dat de uiterlijke verschijn selen omtrent de welvaarlspositie van Ne derland, n.I.: a. het constant-hooge werkloosheidscij fer; b. de daling van liet belastbaar volks- inkomen gedurende de laatste jaren; c. de teruggang van ons belastbaar volksvermogen sedert het jaar 1921; d. de daarop correspondeeronde daling der fnjcomsfen van 'sRijks schatkist; e. liet abnormaal groot aantal faillis sementen; f. de ongunstige loop der spoorwegont- vangsfen; g. de ongunstige toestand onzer han delsbalans en de nog altijd zeer langzame verbetering daarvan sedert den oorlog; h. de heersehende onrust onder de door de economische verwarring zwaar getrof fen werknemers aanleiding geven tot ernstige bezorgd heid voor de naaste, doch in het bijzon der voor de meer verwijderde toekomst des lands; voorts lettend op bet feit, dat daartegen over de bevolking van ons land de laatste 10 jaren mot gemiddeld 100.000 inwoners per jaar toenam en de aanwas speciaal in de laatste jaren in toenemende mate het genoemde cijfer te boven gaat; meent daaruit ten stelligste te moeten af leiden, dat het Nederalndsehe volk allo kroehten zal moeten aanwenden om voor de naaste toekomst een vprdore inzinking zijner welvaartspositie te voorkomen; is bovendien van oordeel, dat in de pe riode van economische reconstructie, waar in Europa thans verkeert, alle aanleiding bestaat, dat, met het oog op de naaste en meer verwijderde economische behoeften van ons volk, van Overheidswege meer dan gewone hulp wordt geboden om alle wel vaart.slironn en des lands tot volle ontwik keling te brengen; voor zoover noodig kan daarbij, naar de meoning van bef Verbond, voor de finan ciering van openbare werken, die de pro ductiviteit van ons volk verhoogeu, van staatswege geld worden geleend, zonder Met natuurlijk taktgevoel stond de oude man op, om haar alleen te laten. „Ik wil nu eens gaan kijken ,hoe mijn kleine patiënt bet maakt", zeide bij, naar de deur gaande. Een oogenblik was het heel stil in de kamer, dan legde Annelie met een harts tochtelijke beweging bet hoofd op de ar men en snikte. Zoo vond Leo Dahlen haar. die zijn da- gelïjksch bezoek aan het ziekbed van het kind kwam brengen. Zij bad hem niet hoo- ren komen; pas toen hij begon te spreken, zag ze op. „Alles is uit voor Kareltje". zeide ze op zijn ontstelde vraag, het beschreide ge zicht tot hem opheffend, „de doktor heeft het me zoo juist gezegd. Een ruggegraat- aandoening lam kreupel voor zijn hoele leven. Kareltje onze lieve, wilde, kleine jongen! Ik kan het nog heelemaal niet begrijpen?" „Hemel, is dat waar?" Leo Dahlen zag haar geschrokken aan. Kon dat mogelijk zijn. Zoo pas nog een frisch jong leven vol duizenden verwach tingen en nu prijsgegeven aan den ein de lnozen jammer van levenslange ziekte! Hij bleef naast Annelie staan, zonder een woord te kunnen spreken. Bij de el lende, die in deze gedachte lag. was ieder troostend woord hem banaal voorgekomen. Een warm gevoel van groot medelijden kwam over hem, terwijl hij neer zag op haar gebogen blonde hoofd een mede lijden, waarbij hij al het andere, zelfs Ka reltje en diens harde lot vergat. Was dit meisje daar voor hem dezelfde, die hij jaren geleden den naam vrouw ontzegd had, omdat ze niets van het we- aan een voorzichtig financieel beleid te kort te doen. Als directe en indirecte middelen, die voor de naaste en voor de moer verwijder-» de toekomst tie welvaartspasitie van ons land ten goede kunnen komen, meent het Verbond te mogen aanbevelen: Middelen van particulieren kant. a. de ontginning van woeste gronden met steun van Overheidswege; b. practische toepassing van en pro paganda vóór het beginsel, dat het Ned. Fabrikaat niet alleen niet wordt achter gesteld, doch integendeel de voorkeur ge niet; c. bevordering van emigratie, wanneer dit met goede materieele vooruitzichten en zonder gegronde vrees voor godsdienstige en zedelijke gevaren kan plaats hebben; d. streven naar goede, de sociale posi tie en rechten der werknemers in onderne ming en bedrijf erkennende verhoudingen tusschen werkgevers en werknemers; e. de gaven der wetenschap en het practlsch vernuft der arbeiders tot verbe tering der arboidsmethoden zooveel mo gelijk benutten en behoorlijk beloonen; f. regularisalie der werkgelegenheid, zoowel over de jaargetijden als over de productie-gelegonheden, teneinde onecono mische uitgaven aan workloozenzorg zoo veel mogelijk te voorkomen, om. door de werkgevers te doen bijdragen in de kos ten der werkloozenzorg. g. permanente aandacht van werkge vers- en arbeidersorganisaties aan den loop der prijzen van landbouwproducten op de wereldmarkt, teneinde cultures die meer loonend zijn en meer arbeidsgelegen heid verschaffen, zooveel mogelijk te be vorderen: Middelen van Overheidswege. n. alle rogeeringshemoeiingen inzake welvanrfspoliliek worden zooveel mogelijk onder één leiding gebracht en anderzijds alle omslachtigheid en administratieve belemmeringen zooveel mogelijk voorko men; I». ter bevordering van directe werk verruiming, maar vooral ter ontwikke ling onzer nijverheid worde van rogee- rineswege speciale zorg gewijd aan de op lossing van bet vervoer- en verkeersvraag stuk. 1o. de waterwegen als: Maaskanalisa tie. .Tuliana-KanaalRijnTwente Ka naal. Kanalenplan GroningenNoordzee- k?'»aal enz. 2e. Het voeren van verkeerspnli- fiek. die er op gericht is de nationale nij verheid zoo krachtig mogelijk te stennon; 3e. liet wegen vraagstuk met het oog op het toenemend autoverkeer ter hand ne men, o.a. door hef aanleggen van ver keerswegen als de verkeersweg Den Haag- Rotterdam. Wellicht is door een ancriflle wegenbe lasting en anderszins, een fonds te vormen, dat aanleg en onderhoud kan financie ren: c ondanks hef toenemend gebruik van eleefririfcit en olie. is torh de ontgin ning onzer steenkolenvelden met alle kracht door te zeftrn. omdat de steenkool/ als bron van arbeidsvermogen voor onze groeiende industrie, onmisbaar is en op dit punt onze onafhankelijkheid zooveel mogoliik moet worden veilig gestold. Ontginning door particulieren met Staatshulp, dus in den gemengden be drijfsvorm. zou wellicht de voorkeur ver dienen: d. ontwatering en indijking van gron den als Zuiderzee, Biesbosch. Sluipwijk- sche plassen. Veehtplasen enz.; e. ontginning en stichting van boerde rijen op woeste gronden, door Staatshulp aan particulieren f. bevordering, ook door steun aan particulier initiatief, van goede vakoplei ding en van betrouwbare beroepskeuze on der wetenschappelijke voorlichting; g. het nemen van wettelijke maatrege len. welke een goede verhouding tusschen werkgevers en werknemers kunnen bevor deren; h. ruime voorlichting aan landbouw, nijverheid en handel, zoowel over liet bui- tenlandsch afzetgebied als binnen onze grenzen; i. bevordering van natuiir-wptensrhnn- zen der vrouw in zich had gehad en die nu zichzelf geheel vergeten kon voor het lot van anderen? De smart van dit anders zoo rustigo en zelfstandige meisje had iets eigenaa^d'K ontroerends voor hom; ze gaf haar iets van die vrouwelijke zwakheid en hulpe loosheid, die de ridderlijkheid van iedere echte mannennatuur oproept. Het liefst had hij haar in zijn armen genomen en haar getroost als een kind... Het was, alsof Annelie lets van zijn ge dachten ried, ze hief een oogenblik het hoofd op en zag hem verwijtend aan. „Hebt u dan heelemaal geen woord voor onzen jongen en zijn lot?" vroeg ze lang zaam. Leo Dahlen zag zwijgend voor zich. „De arme jongen!" zeide hij dan. Hij voelde zelf, hoe onnatuurlijk en ge dwongen, die woorden klonken. Hij had immers eerlijk en van harte medelijden met den jongen, hij hield immers ook van bem, het lieve kereltje hij had op dit oogenblik slechts niet aan hem gedacht alleen maar aan Annelie en haar smart. Ze had hem bij zijn .woftrden nog eens vlug, als verschrikt en zonder te begrij pen, aangezien en dan moe het hoofd in de hand gesust. Nu luisterde ze plotse ling. „Ik geloof, dat de dokter gaat. Wil u een paar minuten bij Kaj-eltje blijven?" vroeg ze smeekend. „Als hij me nu aan stonds ziet, vraagt hij me zeker, waarom ik geschreid heb, en ik kan het hem tocb niet zeggen! U zal het immers niet zoo zwaar vallen, uw verdriet voor het kind te verborgen!" voegde zo er op bit teren coon aan toe. pelijko onderzoekingen ter opvoering dei! productivitoit van bodem en industrie; j. krachtige propi^ganda tot voorkouf aan het Nedorl. Fabrikaat, niet het minst' door het voorbeeld der Regoeringen van,' Staat, Provinciën en Gemeenten zelf; k maatregelen van retorsie tegen eon® dumpingspolitiek, die in het buitenland wordt gevoerd ton nadeele van ons land, en medewerking tot het tegengaan van zulke politiek in den Volkenbond. Deze middelen acht het Verbond ïef handhaving onzer nationale welvaart nood zakelijk. Het Verbond acht zich daarom verplicht daarvoor de aandacht van hek' Noderlandsohe volk te vragen en vooral bij do Regeering aan te dringen, in de ko- mende vierjarige periode alle mogelijke zorg en kracht aan het zoo nijpende wel- vaarlsprobleem te besteden. De Verhondsvorgadoring droeg bet bö- stuur op, deze ontwerp-resolutie nader on- der net oog te zien en al dan niet gewij-c zigd vast te stellen. De wijziging van de Orankwet. Dc logementsv or gunningen. In Stsbld. 280 is opgenomen de wot vad don 29sten Juni 1925, houdendo wijziging} der Drankwet, waaruit wij het volgonde, aanstippen: Aan art. 6, waarbij vastgesteld is, wolk® niaatregplonvan bestuur en verordeningen ten aanzien der localiteiten kunnen wor- den afgekondigd, waarvoor vergunningeu worden gevraagd, wordt eep 4e lid toege- voogd, luidende: Bij algemeencn maatregel van bo« stuur worden eischen gesteld, waar-» aan logementen moeten volt' en, oni voor eene vergunning voor den ver-* koop alleen aan logeergasten in aan* merking te komen. Dezo cischen kun- nen verschillend zijn voor verschillen-» de soorten van gemeenten. Do gevallen, in welke, volgens art. 8» een vergunning door B. en W. wordt ge weigerd, worden met één vermeerderd, n.I» „wanner de verzoeker niet de beschikking heeft over de Jocaliteit, waarvoor bij da vergunning vraagt. Aan art 9 hetwelk de gevallen opsomt, waarin de vergunning door Gedeputeerde Staten wordt geweigerd, wordt een nieuw derde lid toegevoegd, luidendo als volgt: Do vergunning voor den verkoop in een logement, alleen aan logoor- gasten, wordt bovendien geweigerd: lo. wanneer liet logeman!, waar voor zij gevraagd wordt, niet voldoci aan de' eischen, gesteld bij algemeenoD maatregel van bestuur. 2o. wanneer gegrond vermoeden hof staat voor misbruik dor vergunning. 3o. wanneer de localiteil, wanrvoof zij wordt gevraagd, niet kennelijk uit sluitend of in hoofdzaak strekt loir dienste der logeergasten. Voor liet overschrijven eener acte van vergunning ten name van ceu persoon, di« het bedrijf zal uitoefenen in eene locali teil, welke doel uitmaakt van oeno inrich ting voor maatschappelijk verkeer, of ten name van eene sociëteit, ten behoeve van den verkoop in do localitolt van dio so ciëteit, is niet meer zooals tot nu too toe stemming van de Kroon benoodigd, doch' is goedkeuring van den minister, belast met de uitvoering dezer wet. voldoende. De door B. en W. der verschillende go-» meenten jaarlijks aan Ged. Staten te zen* den opgaven betreffende het aan lal inrich tingen, waarvoor gedurende het vorigo jaar vergunning of verlof werd verleend, en waarvan gedurende dat jaar do vergun ning of liet verlof vervallen of ingetrok ken is; het gedurende dat jaar betaalde vergunningsrecht en van alle in de ge meente bestaande inrichtingen, waar krachlens vergunning of verlof, dranken verkocht worden, weiden tot nu toe opge nomen in het provinciaal vorslag on in do Nederlandsche Staatscourant Voorlaan zal echter do betrokken minister voorschrif ten geven betreffende do wijze, waarop vo renbedoelde opgaven bekend zullen worded gemaakt Met hechtenis van ten hoogste drie we ken of geldboete van ten hoogsto honderd gulden wordt gestraft hij, die in een loge ment, waarvoor geen andere vergunning ia verleend dan eeno voor den verkoop alleen aan logeergasten, sterken drank in hoi' klein verkoopt, in het klein te koop .aan biedt, verstrekt of toedient, aan Met vorschenden, ernstigen blik op haat; beschreide errstige gezicht ging Dahlen. Zij bleef onbeweeglijk op haar plaats zit ten en zag hem na. „Do arme jongen!" Hot klonk kaar nog steeds in de ooreff, hoe hij dat zoo juist gezegd had zooi kool medelijdend, bijna onverschillig! Be greep hij dan heelemaal niet. wat er in dat vonnis van den dokter lag? Het vooruitzicht op een heel leven vatf smart en ontbering voor een jong, veelbe lovend monschenkind voor haar Ka reltje! Maar wat wilde ze dan eigenlijk? Zij had Kareltje lief, omdat de jaren der moe derzorg haar ook iets van de kracht dof moedcrliefdo geleerd hadden. J.eo Dahlen kende den jongen pas sinds weken. Hij mocht hem graag zooals hij ieder an der aardig kind wel graag mocht daC was zoo zijn aard. Hoe kon ze vnn hem' verwachten of zelfs verlangen, da! hij zich! het lot van den kleine zoo stork aantrek ken zou, zooals ze het zelf deed? Annelie kwarn het op het oogenblik voof alsof er een scheidingsmuur tusschen hou in stond, hoogor en onoverkomelijker als al het andere wat hen de laatste jarenc gescheiden had haar leven hior het' zijne buiten in de wereld ze hadden niets met elkander gemeen!.... Maar waarom viel haar dio gedacht® zoo zwaar. Zij had het immers toch reeda vaker gevoeld, zij het ook niet zoo duide lijk, ala Leo Dal^frn dikwijls bij een ge ringe aanleiding zoo ongeduldig, bijna on vriendelijk tegen het kind had kunnen: zijn. (Wordt vervolgd.), 4' I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 3