..Gij ie ml lift I>i11 niet kwalijk, nis ik ii oven In laai'? Mijn rentmeester moot liii.j spreken." Jc,npcT*jo niol om ons, Ge orgs,? Nauwelijks was hij de kamor uit, of da ir kwam oen- knap, jong meisje binnen, mol oen mutsjo op en een boezelaar voor. ..'/no. zijt gij daar?" riep zij. „En nu moest gij mij eens vertellen, waarom gij George op die manier behandelt! Gij gooit bom niet alleen bijna do deur uit, maar gij kwint ook nog bier om liera te bena- (ioclen! O. spreek liet maar niet tegen. IIii hoeft mij alles verteld." ..Maar Emily, mijn lieve meid!" „Noem mij geen lieve meid! Ik heb kan* "en goed huwelijk te doen en nu stellen mijn vader en moeder alles in 'net werk om dat te beletten. Maar het helpt niel, dat kan ik u wel zeggen. Ik zal toch met George trouwen!" „Lieve Emily, ik weet niet wat je meent. George beeft ons je band gevraagd en wij gaven onze toestemming, en...." Op dat oogenblik kwam George Tre ma vno binnen, met den lieer Long en zijn 'dochter. „Hé Bung! Wat doe jij bier? en je vrouw ook?" „Wij zijn hier gekomen op uitnoodiging van onzen aanstaanden schoonzoon, den boer George Tremayne." ,.Uw aanstaanden schoonzoon?" ...In, mijnbeer. He heer Tremayne heeft mij van morgen om do band van rpijn dochter Eniilv gevraagd. T.aal mij u voor stellen nan de toekomstige mee.Meres van Tremayne Hall." „Maar.... maar er moet bier een ver gissing zijn gebeurd", stotterde George Tremayne. „Een vergissing?" riep Bung. „Het is wel waar, dat ik om do hand van uw dochter vroeg. Maar ik zag u aan voor mijnheer en mevrouw Long. 't Is mejuffrouw Emily Long met wie ik wil trouwen." „Zoo! En wat beleekende dan die brief, meisje, waarin je ons schreef, dat George bij ons zou komen?" „Ik schreef dat wel, vader", zeidc Emily Bung, „maar ik meende niet don beer Tremayne. Ik ga trouwen met Georges Baggs, don chauffeur." „Nu is alles mij duidelijk!" riep do beer Long. „En George Baggs zag mij aan voor Bung en ik.... ik vrees dat ik wat te driftig tegen hem ben geweest." „Wel, wel, dat waren vergissingen aan alle kanten!" riep George Tremayne. „Mijnbeer en juffrouw Bnng, bet spijt me dat ik u last heb veroorzaakt; maar dit alles zou niet gebeurd zijn, als gij me in uw eigen kamer en niet in die van den heer Long had ontvangen. Het beste wat gij doen kunt is, uw dochter te laten trou wen met George Baggs, en zoo dikwijls gij baar wilt bezoeken, zult gij altijd zeer welkom zijn op Tremayne Hall De bochel. Talma, dc groote Frnnsche treurspeler, bad eens reden om zich onaangenaam gestemd té gevoelen. Sedert cenlge weken, telkens als hij optrad, zag hij een bulte naar. die altijd op dezelfde plaats zat in een der fauteuils, vlak voor het tooneel. Die kleine boebei was zeer critisch en gaf dikwijls op do meest in bet oog val lende wijze zijn ongenoegen te kennen, wanneer Talma het een of ander niet naar zijn zin voordroeg. Bit begon den acteur te verdrieten. Vruchteloos trachtte hij er geen notitie van te nemen; onwillekeurig vestigde zijn oog zich telkens weer op dien. hem zoo hinderlijken, persoon. Hij braci.it dezen'lieer een-bezoek, en zéide lot hom: Mijnheer, ik kom u een groote gunst verzoeken. Natuurlijk komt bet niet. bij mij op, u uit te noodigen om u het genoegen te ontzeggen, den schouwburg te bezoeken, maar wees zoo goed eep andere plaats in de zaal to kiezen, daar u mij van mijn spel afleidt,'als u zoo vlak vooraan zit. Ik moot bekennen dat u steeds mijne aan dacht trekt door uw gelieele persoonlijk heid, zoodat ik op den duur niet in slaat zou wezen in mijn rol te blijven. Be bochel weigerde en Talma ging woe dend heen. Hij begaf zich naar den schouwburg, besprak de vijf plaatsen rondom de eene door zijn boosaardigen vijand ingenomen en gaf dc plaatsbiljetten aan eenigo goede vrienden. Des avonds kwam er een lieer, die op een der fauteuils plaats nam. Kijk, zei een der habitués 111 de na bijheid, onze vriend de bochel beeft van avond gezelschap: want deze is zoo mo gelijk nog meer misvormd dan bij. Weer ging do deur open, een tweede boer verscheen eveneens gebocheld. Bravo, riep een habitué, dat is.'of zo bet expres gedaan hebben; liet is een rendoz-vous van bochels. Weer een. Die dwaze vertooning had reeds algemeen de aandacht getrokken en toen de vijfde eveneens door Talma geinvileerd binnentrad, werd bij met gelach en handgeklap begroet. Juist zou liet gordijn opgaan, toen dat heerschap binnenkwam. Dozo bochel -numero 6 van de verza meling nu werd met een donderend ap- plaudissement ontvangen; bet was een ware ovatie. 'Bleek van gramschap nam. hij te midden van de broedaron plaats, die zeiven bet hardst medelachtcn. En Talma keek nu opvallend naar de plek. waar zijn kwel geest gezeten was die na do eerste acte een goed heenkomen zocht, om niet meer te komen opdagen. Op de hoogte. 'I Was schriftelijk examen. Eoni gen luidde: Wat weet ge van d'( ging der aarde. IH Flipsen antwoordde als volw aarde draait per dag 36» maal J lengteas Van dat werk zweet ze, lieet dauw. Naar wcnsch Zij: Zeg 111e 1111 eens oprecht trouw je 111e uit liefde of uit beroke Hij: Geheel zooals je wenscht. lj Een lievelingsgerecht. Oom: Waar houdt je wel li# van. Ivareltje? - r Karei: Van bruine boonen, <j word ik-altijd zoo ziek van dat volgenden dag niet naar scfe gaan. Hou jc van me. Hoe jé nou hensch van Natuurlijk. Waarom gaat dan jouw hoi.- zoo op en neer als bij die lu bioscoop? Altijd verstrooid. A: Maar professor, wat zie een trouwring aan? Professor -(verbaasd)Ik? ring! Ik zal toch niet in bandon trouwlustige gevallen zijn!? -X- VRAGENBUS. Vraag 51: Waar wonen de langste en do kleinste menschen? A n t w o 0 r d Hoe kom je aan die waag mijn vriend? Je hebt zeker een por tret gezien van die groote Rozendaalsche .iuffrouw. die in Berlijn te kijk is en toen is zeker het gesprek als vanzelf op groote er. kleine menschen gevallen. Nu dan! In Europa wonen de langste menschen in Noorwegen, limners de gemiddelde Noor i* 1.73 M. lang. Ban komen in volg orde: Engeland-Sehotland en Zweden 1.70 M„ Denemarken 1.68a M„ Duitscbland 1.675 M., Nederland 1.67 M„ Frankrijk 1.65 M., Rusland 1.635 M„ Zwitserland 1.63 M., Polen 1.625 M„ en Italië 1,62 M. Over de gelieele wereld zijn de grootste menschen de Palagoniërs Z.-Amerika), die gemiddeld do respectabele hoogte van 1.78 bei-eiken en de Pólyneciërs (Austra lië), die hét gemiddeld tot. 1.76 M. brengen. Be Lappen, waarover ik in een der vorige artikelen schreef, zijn de kleinste men- schensoort 1.535 M. Je ziet dus, dat de lengte' van de .menschen nog al uiteen loopt en je snapt dus wel dat de reuzenen dwergen van weleer nog grooter verschil len in lengte te aanschouwen gaven. Vraag 52: Wat heteekent de verze nen tegen de prikkels slaan? A 11 twoord Om deze uitdrukking voed te begrijpen Boy, moeten wc met onze gedachten ons even verplaatsen naar het oude Egypte, waar de koppige ossen den ijzeren ploeg dreven (loor do taaie, vruchtbare klei, die achterbleef als de Nijl weer tot zijn oude bedding terugkeerde, zooals je weet. En 1111 weet je ook dat de ossen koppig zijn en in geval van slaag achteruit slaan, zoo ze het stoolen met de horens onmogelijk gemaakt is, En juist deze eigenschap van die werkdieren werd door de Egyptenaren benut om ze tot spoed aan te zetten en alle tegenstand te breken. Zij brachten tusschen de kettingen of koorden waarmee de ossen aan den pïoee bevestigd waren een dwarsbalkje aan waarin scherpe pinnen of spijkers zaten en zoodra nu de ossen achteruitsloegen, troffen ze zich zelf in de hielen (verzenen) En deze scherpe prikken deden pijn. Wat au deze dieren deden, doen sommige kin- ieven ook. Zij verzetten zich ook tot •>igen. schade: zij slaan ook de verzenen te- :*en (le prikkels. Ik geloof nu wel vriendje, wit je de het eekenis thans duidelijk is. Vraag 53. Waar liangt dc belang rijkheid van een rivier van af? Antwoord. Heb jij do aardrijks- kunde-les niet. goed gevolgd vriendje, want Vet antwoord staat er in en afldess heb je je .ie meester niet voldoende gevolgd. Nu Jan) Bo belangrijkheid van een rivier hangt if: a. van haar lengte, d. i. do grootte van Let stroomgebied. b. van de bevaarbaarheid. c. de plaats, waar zij uitloopt. d. do gesteldheid der monding. Deze factoren zijn het. die een rivier meer of minder belangrijk maken. En vraag nu maar eohs in school „waaroml" De. volgende week beantwoord ik de vol gende vragen: Vraag 54. Waar komt de kurk vandaan en hoe groeit hij? Vraag 55. Mijn vader zegt, dat broertje ..Koolerwaalsch" spreekt. Wat was dat voor een taal en waar komt dat woord vandaan? Vraag 56. Wat verstaat men door een „anagram"? Mijn broer heeft het geweten, maar is het' vergoten. De Redacteur. CORRESPONDENTIE. Louis Simons, Dordrecht. Wat leuk hc dat jo de heer Kapelaan er op attent maaide, dat jij oen van de ge lukkigen was! Hel heeft wel lang geduurd hé, maar je hebt den prijs nu, dat is vol doende. Een boffer ben je mijn vriendje! Als jo weer bier gelogeerd bent, en er zijn prijsraadsels in ons blad, dan zou ik in jouw plaats maar weer eens probeeren. Men kan nooit weten hé. En dat het boek bevallen zou, dat wist ik wel. Die boeken zijn mooi, het is alleen jammer, dat ze niet ingeboden zijn. Dag Louis, veel groet jes aan alle huisgenooten. Louke Nolissen, Haarlem. Kon het mooier! Twee neefjes en twee prijzen. Daarbij twee logétjes in de stad, terwijl do prijsraadsels in de krant ston den! Het is, alsof het afgesproken was hé en toch was het geen gunpartijtje Louke Lees er maar prettig in, mijn vriendje en mocht je weer hier gelogeerd zijn, dan mag je den volgenden keer weer gerust meedoen^ Veel groetjes aan Vader, Moeder en alle broertjes en zusjes. Kootje van N i e k e r k, B 0 d e- grave n. Wat doet me dat pleizier Keetje, dat je met dc vaasjes zoo'n schik hc-bt. Wis en zeker kom ik eens zien hoe mooi zo staan op den schoorsteen maar wanneer dat feest zal gebeuren, weet ik rog niet. Bodegraven ligt wel een beetje uit den slag. En hen je zoo blij, dat er zoo vacantió is. Dat geloof ik wel, zoo zullen wel meer kinderen zij, die zoo den ken on de kinderen niet alleen maar ook groote menschen hebben evenveel verlan gen naar eenige dagen of weken rust. Dag Keetje! Veel groetjes thuis. Koes van Dieren, Juvenaat Haastrecht. Ook niet verwacht hé vriendje, dat jij den mooien rozenbowl winnen zoudt. En dat moeder er schik mee heeft, geloof ik graag. Je had wellicht liever wat anders kunnen gebruiken, maar wat zal ik je zeggen. Een prijs is een prijs en daar kunnen wij niet van afwijken. Leer maar goed Kees en ik reken ook den volgenden keer weer op jou' en op jc vriend Wanneer krijg ik weer eens een mooi ver haaltje of versje? Weet wet, zoo'n dingetje maken is eene uitstekende taaloefening en is een uitstekend middel om den tijd om te krijgen als je in de recreatie niet weet wat te doen. Dag Kees! Groet ook je vriend van me! Josephine SchermerVoes.t. Heel aardig Josephientjc! Dat uitstap je van de familie Lepelaar is zeer goed ge schetst en ik geef dat verhaaltje een plaats je ook. Neus vandaag al eens! Misschien dat jo „Langbeen" al vliegen aiet in de blauwe lucht, tot ie eindelijk uitgeput in het heerlijke Zuiden aankomt. Dag kind Veel groetjes thuis! Jan Röhrey, Loiden. Dank Jan, voor dat mooie versje over onze klei ne Heilige Thérésia. Dat stukje is wol een plaatsje waard, zou ik denken. En moeder heeft weer zoo'n beetje toeziende voogdes gespeeld. Is 't niet? Flink zoo, mijn jon gen! Blijf mij maar goed helpen. Later zul je pleizier hebben, om je eerste versje nog eens te lezen! Groet moeder van me en ontvang jij de stevige vijf. Dag Jan! De volgende week ga ik door met het be antwoorden der brieven. De Redacteur. HOE HET PIET VERGING, door Oom Wim. II Piet had goed gezien. Vader had de daad bij het woord gevoegd en had naar den Perfect van een der groote kostscho len in Noord-Brabant geschreven en den datum vastgesteld, waarop Piet zou ko men. Ziezoo Piet! 'Alles is geregeld. De dag van vertrek bepaald. De uitzet gereed. Aanstaande Maandag vertrek je. Ik heb het getuigschrift van je school reeds in .huis, zoodat, geloof ik, niets moer het ver trek uit. je ouderlijke woning in don weg staat. Je hebt hier niet willen loeren: we zullen zien of je het elders wel doet. Weet wel, ik wil dat je leert: ik wil dat je vol doende zult weten en kennen, om als oen flink kruidenier deze zaak voort te zetten Begrepen? Ja vader! Piet die in gewone omstandigheden al tijd het groote woord voerde, on souls een toontje aansloeg, die voor oen jongen van zijn leeftijd liever wat lager kon zijn ge weest, diezelfde Piet had nu niets te mis sen; antwoordde alleen met „ja vader" op het reeds bekende refrein „begrepen", het iiovelings stopwoord van vader. En hoe dichter de dag naderde, dat hij naar kost school moest, hoe vreeselijker hij bot vond temeer, daar liij wel aan zijn moeder merk te, dat zij er geweldig onder leed en.... al zei zij niets, het oven naar en vervelend vond als Piet zelf. Vader leed er trouwens ook onder, maar verborg voor Piet zijn verdriet zoo goed, dat deze in dc waan verkeerde, dat zijn vader niets om Piet gaf en blij was als deze goed en wel in een kostschool was opgeborgen. Morgen vroeg om zes uur bij de hand jongen! Het zal vroeg dag voor ons wezen. Om zeven uur vertrekt onze trein en willen we op tijd zijn. dienen we in elk geval niet na zessen uit do voeren te zijn. Begrepen? Ja yader! Dien nacht kon Piet baast niet. slapen. Hij woelde en draaide in zijn'bed boon en weer en hoorde nog twaalf uur, één uur, (wee uur slaan voor de slaap zijn oogen look en in dien onrust igen slaap werd hij zoo dikwijls opgeschrikt door droomen van vechtpartijen en wonden en straf werk, (lat hij haast blij was, toen vadoi kwam om hem te wekken. Opstaan jongen! Het is bij zessen! Haast je wat! De trein wacht niet en de #kostschool komt niet naar ons toe. Begre pen? Ja vader! Ik ben er zoo! En toen was het haast je. rep je! Toen was het, alsof een geheime kracht hem aanzette tol steeds grooter spoed. Toen dacht hij niet aan treuzelen,'zooals hij an ders doen zou in zijn gewone doen; toen., voelde hij, "dat zijn wil bukken ging voor een sterkeren hoven hem, en dat gevoel en dat weten, beangstigde hem. Aankleeden, ontbijten, het koffertje pok ken en afscheid nemen van moeder: binnen de drie kwartier beeft zich dit alles afge speeld. En zul je nu goed oppassen mijn jongen en nu eens heel goed loeren en ge hoorzamen en je vader eeen verdriet meer aandoen, zoowel als mij? Ja moeder! Ik zal mijn best doen Maar ik ga niet graag. Ik Weef liever bij U Ik zal u zoo missen. Als ik liet maar kan uithouden, zoolang en zoover van LT. Dal alles gebeurt om ie best wil mijn ventje. We hielden je ook liever hier. Maar dan kwam er niks van je terecht. Je moet een flinke man in de maatschappij worden en daarom moet je leeren, veel leeren en ondervinden, dat het leven niet alleen ro- zegeur is en zonneschijn,; of dat het niet genoeg is met veel spelen en een heel klein beetje leeren. Neen; het. leven vraagt veel meer; vooral thans moet iedereen veel ge leerd bobben en voel weten en wie dat niet weet eu kent, wordt van alle kanten bij de neus genomen en komt in do wereld niet vooruit. Later mijn jongen, zul je je vader dankbaar zijn en zegenen, voor alles wat hij voor jou nu (loef. Dat is mogelijk moeder, maar toch heb ik het op die school niets begrepen en bleef liever bij U. Dat geloof ik graag mijn jongen! E11 toen zag Piot tranen schilleren in de oogen van zijn liefste moesje en toen was ook hij beginnen le huilen als een kleiu kind en ze waren reeds bijna aan 't sta tion oer Piet zich herstelde en dc tranen droogden, die rijkelijk langs zijn wangen stroomden, zoodat dc menschen bom aan gaapten en niet wisten, wat ze moesten denken van zoo'n grooten jongen. Vader had geen woord gesproken en stapte kalm aan de zijde van Piet voort, al schoot bom ook af en toe een prop in do keel, bij (le gedachte aan liet vertrek van zijn eenigst kind, dat voor het eerst van zijn leven voelde, wat bet zeggen wilde: het" ouderlijk huis te gaan verlaten. Daar ligt de Beurs. Nu zijn ze er zoo. Even een kaartje genomen, dan naar bo ven en dan.... puffend en hijgend komt het ijzeren paard nader en weldra zit va der en zoon in een tweede klas comparte- ment, na eerst hel koffertje hoven hunne hoofden in het daartoe bestemde net. gedo- poneerd to hebben. Ik zou maar eens goed links en rechts uitkijken Piet. Er zal heel wat op te merken vallen op onzen wog. Daarbij je liebt voldoende aardrijkskunde geleerd, cm je alle plaatsen en verdere gegevens voor den geest te halen, is het niol? Kijk nu maar eens goed toe en doo er .je voordeel mee. Wat je nu ziet, vergeet jc nooit meer. Begrepen? Ja vader! (Wordt vervolgd). REISHERINNERINGEN. V. Op den toren van Mechelen. Den volgenden dag waren we al vroeg op en nu begon rle pret. Tot groot genoe gen vernam ik. (lat we om 10 uur zouden vertrekken, naar oom George, die te Me chelen woont. Tante Louise ging met ons mee. Mijn zusje bleef maar bij grootmoe dor. Ongevepr 11 uur kwamen we in het station le Mechelen aaii. De drukte die daar heersclile, overtrof alles, van wat ik tot nu toe had gezien. Van cn naar alle richtingen kwamen en vertrokken treinen Ook de trein AmsterdamParijs passeert hier! Buiten het station werden we door een koetsier aangesproken, die zijn rijtuig aanbood, doch wij verkozen te wandelon. Bij oom aangekomen, werden we heerlijk ontvangen. Na oom George, die even later thuis kvvam .begroet Ie bobben, gingen we eten. In België is bet de gewoonte om zulks 4 maal per dag te doen. Een goed uur na het middagmaal gingen mijn Pa. mijn broertie Henri en neefje Henri de stad cpps bezichtigen. Daar heb ik mooie en oude gebouwen gezien, maar liet mooist was wel de Kathedraal mot zijn Imogen, vierkanten foren. Die zou ilc graag beklim men. En ja boor, we gingen! Th dacht "uiiw boven te zijn. maar dat viel tegen! Eerst begon bet met een stee- nen wenteltrap en word ik draaierig en moest mijn baast, om boven te zijn. ver minderen. Na enkele honderden trappen beklommen te hebben, bereikten we liet wereldberoemde klokkenspel. Verscheidene groote en kleine klokken bevonden zich bier, die alle een naam hebben. Ook het uurwerk is wonderlijk! Toen gingen we weer.hooeov', tot we don ton bereikten. Wat een heerlijk vergezicht. Mijn vader wees mij de O. L. Vrouwe-toren van Antwerpen en de torens van Brussel. Ook dorpen wees miin vader mij, waarvan de torens der kerken, door do Duitschers zijn afgescho ten .Ook een fort zag ik liggen. De namen van dat alles hen ik vergeten. Boven om den toren is een galerij, waarvan een stuk tijdens den oorlog er is afgeschoten en nog niet hersteld. Opeens hoorden wc mu ziek. Wc keken naar lieneden en wat leek alles klein. De muzikanten waren net poppen en de straten smalle gangen. We stonden dan ook 05 M. hooger: hadden daartoe ongeveer 1200 trannen heklom men! Na nog enkele oogenblikken «end- gekeken le hebben, daalden we weer af. Dat viel nog meer tegen dan beklimmen! In de stad heb ik nog een oorlogsmonu ment gezien, dat opgericht is voor de in den oorlog gevallen Meclielenaren. Terug bij oom gekomen waren we vermoeid en rustten we wat uit, want we moesten dien dag nog terug. naar Willebroeck. Oom George en de uceFje.s Henri on Andró brachten ons naar bet station. Na een hartelijk afscheid stapten we in den trein en gingen weer naar Grootmoeder. Wat heb ik dien dag gezien en genoten! (Wordt vervolgd.) Emile Duym Jr„ Kooipark 10, Leiden. De reis van de familie Lepelaar. De groote reis zou beginnen. De familie Lepelaar liad besloten naar warmer lan den te trekken. Dinsdag 26 September zou dc reis beginnen. De kleine kindoren van mijnbeer en mevrouw zaten goed jn dc voeren en mijnheer was opgetogen over dc vliegkunst van hun kroost. Ook de vliog- meester Reiger was vol lof over zijn leer lingen: Nu was hot Dinsdag. Reeds vroeg in don morgen was do familie Lepelaar met de kennissen en vrienden op liet (lak van den Kruidenier vergaderd en hielden nog een conferentie en vertrokken na een hartelijk „vaarwel" nog te zeggen aan dc vrienden die achterbleven. Toen gingen zo been. Wat de kinderen betrof, ze werden niet moe en vlogen dapper mee. Eindelijk ze waren halfweg, viel 't jongstf 't Was te moe geworden. Onn daalde de hedc stoot en bevond 1 sclien de bergen. De kleine bad aan liet hoofd en beide poolen 1 broken, 't Beest lag to sterven. 1 nogmaals de oogen cn was dood droefheid heersclile er 111 de fami besloot de begrafenis plechtig -plaats bobben. Als do honger bun kwelde, dan familie Lepelaar mot groot aan de een of andere vijverkant Daar zou zich nog wol een of au kerfje bevinden, die zich in plaat?) winterslaap to beginnen zicli ping koesteren in do warme stral do late herfstzon. Mama Lepelaar kikkertje gauw in do gaten. Met) zwier pikte zo hel groenrokje 1 plaats van zijn winterslaap te gat brengen in den schoot van moede verdween bet in de maag van 1 pclaar. Verscheidene late kikkertje? den zelfden weg op en nadat doi van dc Familie Lepelaar gevuld zette men den tocht voort. Uitga men zii in het heerlijke Zuiden i Josephine Scherm Zooterwoudsclie.m Wie niet hooren wil, moet w. Fransje Wouters, een jongen-v Jaar is een van de hoste leerlïhisj klas. Wamiëer de meester aan iets vraagt, dan is Fransje altijd de eersten, die oen goed antwooi Hij heeft echter con „groot frebra hii is erg ongehoorzaam. Reeds wijls gaf de meesier hem een flin maar het gaf niets. Fransje blee hoorzaam en koppig, totdat do hem op een zekeren dag naar hui de met oen briefje voor zijn Pa. niet veel goeds stond. Tliuis gekomen zag ziln Vader gauw dat er wat gebeurd was. liem in een kamer apart en v?« waarom hij een uur vroeger dan tliuis lrwam. Toen begon ons Frans selijk te builen on zeido eindelij! meester hem weggestuurd had: Vader daarna het briefje pelezs zette hij een erg boos gezicht a „Jou stoute jongen, zoo dikwijls' al gezegd, wees gehoorzaam, nu uit en wie niet hooren wil moet Hij nam ons Fransje over de knie hem een flink pak slaag. Vader' Fransje nog nooit geslapen en d; was voor hem zoo gevoelig gevtf hij voor laan oen gehoorzame ion«i To ft Maredijk I4L Aan de zalige Thérésia van 't kW Wees gezegend o heilig Kind, Dat zijn liefde alleen in Jesosyt Uw aanminnig stralend aansezid Blinkt als 's hémels zonnelicht O, Tkercsia Heilige Maagd, Zoozeer liebt ge aan Gnd beha# Dat Hij u noodt ten hemel uit, Als zijn uitverkoren bruid. Eerbiedig buig ik mij in 't stof Voor. zooveel schoonheid, liefde. Wat hebt gij toch uw God ben® O, Theresïa van liet Josus-KinA Uwe Serafijnscko liefdebrand, Door Jesus in uw hart geplant, Van uit uw nederige bede-cel, Aanhad gij daar uw Koning Rozenregen strooit gii uit, Aanminnelijke Jesus-bruid, Rozenregen voor dien God mio'- Gij, Thérésia van liet Je sus-kind. O, geef dal ik op mijn lovcnspjj Steeds uw voorbeeld volgen enc Mijn geluk alleen in Josus vindt Zooals gij Hem ook liebt bom'.nl Geliefde Heiligo van den Heer, Strooit rozenregen op mij neer, En zoo blijvo steeds mijn bart f Voor al dc zonde bier op aard .Tan R Oude Vest 191

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 14