ie Leidsche Courant" Vierde Blad Saterdag 28 Maart 1925 BiiitenLWeekoverzicht. Het Rijkspresidentschap. jfofgen hebben in Duitschland de verkie- jjngen plaats voor het rijkspresidentschap. peze verkiezingen zullen waarschijnlijk piol dienen om een president te kiezen, Üoch meer om vast te stellen, dat geen der candidaten een absolute meerderheid heeft 'cebaald, zoodat een tweede stemming noo- rjjg zal zijn. De Berlijnsche correspondent van de ,yTel." heeft de volgende kansbere- liouiag gemaakt. 1 Zooals de kansen thans staan kan men pp grond der laatste Rijksdag-verkiezingen leen globale berekening maken van het 'eantal stemmen, dat de verschillende kandidaten zullen behalen. Daarbii moet !mpn in het oog houden, dat bij de Rijksdag herkiezingen de belangstelling algemeen Vas, zoodat 80 pet. der kiezers bun bripf- jje afgaven. Het is niet waarschijnlijk, dat ;er dezen keer zoo druk gestemd zal wor den. Waarschijnliik echW zullen de ver kondingen wel dezelfde blijven. Dit vnoron gesteld berci-A^t men dat tfarres tien A twaalf milHoen stemmen jal behalen. Zijn candidatuur wordt ge- 'jleund door de Duitsch-Nationalen, de Volkspartij, de Economische Partij, de Duitsch-Socialen en een gedeelte der Völ- ;Iachen B r a n n kan theoretisch op 'acht millioen socialistische stemmen re- Wn. Marx wordt behalve door het Centrum ook door de kleine partij der Hannoveranen gesteund. Men taxeert hem Dp 4.200.000 stemmen. De democratische blader» verwachten, dat bun candidaat, dr. Hel 1 p a c h, twee millioen stemmpn zal behalen. Het cijfer schijnt nogal geflat teerd. Anderhalf millioen Beieren hebben ilen plicht op hun minister-president d r. Held te stemmen. T h fi 1 m a,n n, de 'communist rekent op 24 millioen kiezers, ten berekening die moeilijk te controleeren halt, daar geen partij zoozeer aan ups en 'downs onderhevig is als de communisti sche. Generaal Ludendorff kan, !n- jlieD hii zijn candfdatuur handhaaft, en Ee Nationaal-Sodalfstische bewegin^ niet 'leheel en al verloonpn is. op 800 000 A .000 000 stemmen rekenen. Volgens deze prognostic zouden ongeveer {9 TTvllinpn stemmen uitgebracht moeten rorden. Tr-aarvan Jarres er ruim een der de meet behalen. Bij de tweede stemming gunnen de rechtsche paftiien met tame- ijke zekerheid op de Nationaal-Socialis- |tcn en een gedeelte der Beierscbe Volks- lartii rekenen. Hef meeat logisch 'Wiift, jlat de Reuublikeinsche partijen zich daar na on Marx concentreeren. maar door Wvee? .nbasen moet de sfriid nog gaan, alvorens men zoo ver is' Het Duitsche jkiesreebt maaVt het mogelijk, dat zpKs bij 'de tweede verkiezing nog nieuwe candida- len geste'd worden. Theoretisch blü'f dus na den ?0steu Maart nog een oneindig •banfal mogelijkheden bestaan. Het Veilighefdspact. Behal ve de presidentskeuze in Duitschland, jvaarvnor niet zoo heel veel belangstelling leataal. omdat de stemming van morren :joch piets ordeyert is „the tonic of the 'dav" hef Duitsche voorstel omtrent het iTeilirheidcnact. dat de rdaats wil innemen van het Protocol van Geneve. Voor dege- nen, di<» bpt nog niet wilden gelooven, hoeft Chamberlain deze week in bet T,a- lerhuis no" eens verzekerd, dat bet Pro- locnl van Genève vpnr de Fngelsche re- jpp'rmabsoluut beeft afgedaan, dat bet j doed is, morsdood Op de rede van den socialist Henderson, die het Protocol ilehhts schi.fndood achtte en die zfch ver télt© te een elke regeling/ die er toe zon runnen leiden, dat de wereld weer in twee vijandige kampen zou worden verdeeld, antwoordde de Britsche minister van bui- i Ioniandgrbe re ken. dat de Duitsche voor- FEUILLETON, ZOMBO, DE SLAAF. '12) Afgetobd door kommer en harteleed, teerde de vader van Hamm, na zijnen Udensmakker de hand te hebben gedrukt, [net neergebogen hoofd naar de plantage terug; terwijl Zombo, om de beangstigende gewaarwordingen, die zijne borst door- koelden, te verdrijven, als een razende in nen milneSChijn rondliep, zich snel als do kind naar het rotsgebergte spoedde, en de lucht met zijn jammerkreten vervulde. Als door een sterken arm aangegrepen, [tond hij op eenmaal stil by het ontdok en van een voorwerp, hetwelk zich bij 'Jet licht der maan in de richting der Plantage zijns meesters bewoog. Of het ■jen mensch of dier was, dit kon hij niet onderscheiden; het was hem ook volko men onverschillig, want tuk op den strijd, PUde hij zelfs het ergste wagen. Het zon derlinge verschijnsel kwam al nader en Ja or; Zombo hield den blik onafgewend P hetzelfde gericht; een kreet van vreug- je ontsnapte eensklaps zijnen hijgenden wazem, en terwijl hij het naderende we- M togemoet ijlde, hief hij in het volgend eenen ne2erknaaP. die ver- voor kern wilde vluchten, zegepra- JWe in de hoogte. H°e is uw naam, knaap? vroeg Eanj ontsteldeD jongen, dien bij 'JDrak t0j ?.idderend d®n naam Hamm uit- lusafl Jna door züno omarmingen en tada!11 s™00rde* It ben een vriend uws r.' era« kleine Hamm, ik heb met hem stellen omtrent een "West-Europeesch vei ligheidspact geen eenzijdige machtsgroe- peering beteekenen, maar een algemeene samenworking van de bij het Veiligheids-? probleem betrokken mogendheden. De Britsche regeering is overtugid dat Duitschland het eerlijk meent met de ont wikkelde denkbeelden. Omtrent deze denk beelden deed Chamberlain nu nadere me- dedeelingen, die bevestigden wat hierover alreeds in groote lijnen bekend was ge worden, al blijken ook niet alle details die openbaar zijn gemaakt, juist te zijn. Duitschland wil een veiligheidspact met de westelijke mogendheden, waarbij .de hui dige grenzen in het westen zouden worden gewaarborgd, waarbij het arbitrage-be ginsel zou worden aangenomen en waar bij Duitschland ook de artikelen 42 en 43 van het Versailler-verdrag betrekking hebbend op het verbod van versterkingen, troepenlegering of -concentratie en mobi lisatiemogelijkheden aan den linker-Rijn- oever en in een strook aan den rechter- Rijnoever teT breedte van 50 K.M. als grondslag zou aanvaarden. Chamberlain achtte het een gunstig tee- ken dat Duitschland nu vrijwillig aan vaardt, wat het tot dusver slechts onder drang van het Versailler-verdrag duldde en dat het van elke gedachte aan oorlog als middel om tot een wijziging van het vredesverdrag te komen afziet, zoowel in het Westen als in het Oosten. Op een interruptie van Lloyd George verduidelijkte Chamberlain dit laatste door te zeggen, dat Duitschland wel de grenzen in het Westen wil garandeeren, maar dat het wat het Oosten betreft, alleen wil beloven Af te zien van daden van ge weld, maar blijft hopen on de mogelijkheid door onderhandelingen of met behulp van den Volkenbond een herziening te verkrij gen van de bepalingen van liet vredesver drag. Op dezen grondslag, zoo meent de Brit sche regeering, kan men verder onderhan delen .En Chamberlain gaf al heel duide lijk te kennen, dat meh te Londen de nood zakelijke medewerking van Polen ver wacht. Men weet echter dat het tot dus ver te Warschau nog van zeer geringe ge neigdheid om het zachtkens te zeggen tot zulk een medewerking blijkt. Men rekent te Warschau op Frankrijk en op de begeerte hier om het verdrag van Versailles onverzwakt te handhaven. Frankrijk blijft nog altijd eenigszins wantrouwend staan tegenover de Duitsche voorstellen en draait slechts schoorvoe tend bij. De Franschen zoowel als de Po len zijn wel bereid om aan de bespreking over nieuwe veiligheidspacten deel te ne men, maar alleen met een volkomen hand having van het verdrag van Versailles en met strikte handhaving van eenmaal ver kregen rechten, d.w.z. met behoud an all ies wat men heeft. Ook de Russen zijn niet gerust over de Duitsche voorstellen. Zij vreezen een nieu we oriënteering van Duitschland en nau were aansluiting bij het Westen, een aan sluiting, die gericht zal zijn tegen Sovjet- Rusland. En zelfs in het eigen land kunnen de Duitsche voorstellen geen genade vinden in de oogen van allen. De Duitscb-natio- nalen, speciaal de uiterst rechtsche vleu gel, scheldt zeer luide tegen Sfresemann, daar men in zijn voorstellen ziet een er kenning van het afgedwongen vredesver drag en een vrijwilig afstand doen van El- zas-Lotharingen. Maar de Duitsch-natfonale leiders dur ven daarom toch nog niet op een conflict aa.n te sturen, dat tot een regeeringscrisis zou leiden en de Duitsche Volkspartij weer naar links zou kunnen drijven, waar im mers Stresemann voor zijn buitënlandsche politiek wel steun zou kunnen krijgen. Intusscben worden de diplomatieke be sprekingen ijverig voortzet. De Egyptische verrassing Egypte bracht deze week een verrassing. Nauwelijks was het nieuw gekozen parle ment bijeengekomen, of het was ook al reeds weer ontbonden. Slechts tien nj-en beeft het nieuwe Egyptische parlement geleefd. De verkiezing van Zaghloel-pasja als voorzitter beeft den premier Ziwar-pasja aanleiding gegeven met zijn ministerie ont slag te vragen. De koning echter weigerde dit ontslag te verleenen en dus werd be naar u gezocht en met hem om u ge treurd, vrees niets, Zombo heeft u hef. Waar zijt gij zoo lang geweest? De kleine Hamm, "die door dit ongekun steld betoon van vriendschap, vertrouwen in Zombo begon te stellen, wees naar het rotsgebergte en verhaalde, dat hij, voor een slang vluchtende verdoold was ge raakt, en daarna bij menschon gekomen, die in een roode rotskloof woonden en in grooto kotels vergif kookten om de kudden van booze planters te vergeven en hen zei ven te dooden. Bij dit verhaal van den kleinen Hamm fonkelden de oogen van Zombo als vuur bollen, en terwijl een onheilspollende glim lach om zijne lippen zweefde, vroeg hij den jongen negerslaaf hoe bij weder den weg tot de plantage gevonden had, en of de roode rotskloof, in welke ae negers vergift kookten, hier ver van verwijderd lag. Hamm beantwoordde de laatste vraag ontkennend, en zeide, dat een van die mannen hem had opgedragon aan zijnen vader te boodschappen, dal de negers In het gebergte gerecht houden over de booze planters; wie alzoo eene klacht had in te brengen, die moest do roode rots maar bij nacht en duisternis komen be zoeken. Zombo, bijna krankzinnig van vreugde, maakte do dolste gebaren en sprongen, en ijlde toen als op de vleugelen des winds naar de plantage terug, om zijnen lijdens makker zijn Hamm zijn geliefd, eemgst kind in de armen to voeren. sloten bet parlement te ontbinden en nieu we verkiezingen uit te schrijven. Volgens de officieele opgaven van de Egyptische regeering, had de regeeringa- parlij een kleine meerderheid behaald. Het bleek evenwel bij de stemming over het voorzitterschap, dat deze meerderheid op een fictie berustte. Nieuwe verkiezingen helpen natuurlijk weinig of niets, ten minste als zo spoedig gehouden worden. Daarom gaat de Egyptische regeering een ander middel toepassen en heeft zij een commissie benoemd om een nieuwe kies wet te ontwerpen, die zoo zal moeten worden opgesteld, dat van een nieuwe overwinning der Egyptische nationalisten want dat is het resultaat der jongste verkiezingen ten slotte gebleken te zijn geen sprake zal kunnen zijn. Tevens heeft dit het voordeel, dat de verkiezingen kun nen worden uitgesteld. Maar wanneer deze kieswet er komt, zal zij in werking treden zonder de mede werking van het parlement, want er is geen parlement. Nu staat er echter in de Egyptische grondwet: geen maatregel kan wet wor den, tenzij hij door het parlement aange nomen en door den koning bekrachtigd is. De correctie, die dp regeering in de sa menstelling van het parlement wil aan brengen, zal mitsdien gepaard moeten gaan met eenige schendingen van de grondwet BIUN^f3L£HD DE KIEZERSLIJST. Wie kan kiezer zijn? Van 23 Maart af ligt op de secretarlo van alle gemeenten de kiezerslijst ter in zage, zooals die door het gemeentebestuur opnieuw is vastgesteld. Tot en met den 15en April is elkeen bevoegd, verbetering van de lijst aan te vragen op grond dat bij zelf of een ander in strijd met de wet daarop voorkomt, niet voorkomt of niet behoorlijk voorkomt. Het is met het oog op de Kamerverkie zingen gewenscht, dat de kiezers en kie zeressen en vooral zij, die het thans voor ?t eerst worden, van deze gelegenheid tot controle gebruik maken. Bij de uitgebreidheid der lijst zijn aller lei vergissingen mogelijk en menigeen, die te goeder trouw meende kiezer te zijn, heeft toen het te laat was, ontdekt dat zijn naam niet op de lijst voorkwam. Is de kiezerslijst eenmaal vastgesteld, dan is er aan de zaak niets meer te veranderen. Wie heeft mr het recht op de lijst te staan, wie is kiezer? Om het kiesrecht voor de Tweede Kamer te bezitten, is ver- eischt dat men op 1 Februari 1925 Neder lander was en ten minste gedurende de voorafgaande 18 maanden in het rijk of zijn koloniën of bezittingen was gevestigd, terwijl men vóór of op 15 Mei 1925 den 25-jarigen leeftijd moet hebben bereikt. Ieder kan dus zelf nagaan, of hij op de lijst moet voorkomen. Men zorge dus nu; dat onaangename verrassingen zich in Juli niet kunnen voordoen. Men controleere de kiezerslijst en doe het spoedig! Het Algemeen Nederlandsch Verbond. Uit Vlaanderen,. Ned. ïndi§ en Z u i d-A f r i k a. Gistermorgen werd in „Pulcbri Studio" te 's-Gravenhage de Stamdag gehouden van het „Algemeen Nederlandsch Ver bond". Een talrijke, schare was opgekomen om dezen dag te vieren. De voorzitter van het Hoofdbestuur, de heer P. J. de Kanter, opende deze Stam dag, heette alle aanwezigen hartelijk wel kom en sprak er zijn vreugde over uit, dat ondanks de moeilijkheden, die er aan ver bonden zijn, de stamdagen toch slagen. Spr. hoopte, dat ook deze dag mee zou mo gen werken tot versterking en verheffing van den Nederlandschen stam. Mevrouw C. Drijfhout van Hooff-de Meester zong daarna eenge liederen, n.l „M:jn Land", .„'t Is de Mandel", „Mijn liefken is mijn sommer" en het „UnieLed", aan den vleugel begeleid door den heer M. R Drijfhout van Hooft Het koord was vervolgens aan den heer Omer Wattez, voorzitter van den Groep X De giftmengers Nog in den jare 1882 bestond er op alle Fransche en Engelsche Antillen een geheim genootschap, dat der gift mengers. Die sekte bestond uit weggeloopen ne gerslaven, die, een heimelijke vierschaar vormende, op bepaalde tijden In bijua on toegankelijke, en bij deslaven van het eiland alleen bekende, schuilhoeken in het gebergte vergaderden. Op zulke verborgene plaatsen diende iedore slaaf voor de rechtbank der gift mengers zijn klacht in, legde de beweeg redenen zijner wraak bloot en nadat bij een verschrikkelijken eed had afgelegd, dat hij zelfs onder de wreedste folterin gen, nooit de plaats, waar zij zitting heb- den, zou verraden, ontving hij zooveel vergift, als hij noodig had om vee of blanken om het leven te brengon. In het jaar 1823 werd een aantal dezer giftmengers te Guadeloupe terecht gesteld Hier en daar echter verschenen ook we der in den lateren tijd, waarin deze ge schiedenis voorvalt, zulke geheime recht banken, ofsohoon zij zelden lang stand hielden. Zulk een vierschaar bestond er nu, volgens het verhaal van den kleinen Hamm, op eenon afstand van ongeveer twee uren van de plantage Morgan, in eene bijna bloedroode rotskloof, die alleen voor de ingewijden toegankelijk was. Over deze omstandigheden was Zombo zoa verheugd, dat hij gedurende den gan- sclien volgenden dag eiken wensoh zijns Vlaanderen tot het houden van een rede over: „Geestelijke en economische ontwik keling en groei van het Vlaamsche volk van 1830 tot heden". De heer Omer Wattoz wil beginnen met te verklaren dat hij geen kwaad wil spre ken van zijn land, maar ook Vlaanderen geen uitbund gen lof toezwaaien. Spr. wil h'er de waarheid spreken. Vlaanderen wordt niet verdrukt maar bestreden. Wie bestreden wordt, kan zich verdedigen. Dit hebben wij sinds 1830 gedaan. Er kan geen eenheid zijn in een land, waar twee talen gesproken worden. Waar gestreden wordt, worden ook overwinnin gen behaald. En ook wij hebben orerwin- n ngen behaald, aldus spr. Maar hoe komt het dan, dat do Vlamin gen wel de meerderheid* maar niet de macht hebben in hun land. Dit komt omdat de Vlamingen verdeeld zijn. Men heeft op hen toegepast de* spreuk: „Verdeel en Heersch"! In Vlaanderen gaat het Verbond weinig vooruit. Ind en pogincren aangewend wor den in Antwerpen of Gent afdeol ngen op te richten, verschijnt dadelijk hot spook der politiek, 't Moet hoofdzakelijk een cul- türeele strijd zijn. In 1830 was er in Vlaanderen geen krant die in de Vlaamsche taal verscheen. Thans zijn er tallooze week- en dagbladen. In Gemeente- en Provinciale Raden, ja zelfs in het parlement hoort men Neder landsch spreken.- Lang is de Vlaamsche beweging uilslui tend een letterkund'ge geweest, maar nu is het een sociale geworden. De krachten niet versnipperen tusschen Vlamingen onderling. Dat is niet op zijn plaats. Do heer de Kan ter dankte de heer Omer Wattez voor zijn toesnraak. Staande zon gen de aanwezigen daarna „Zij zullen hem niet temmen". Het woord was vervolgens aan den heer Noto Soeroto over: „Ind^S en Neder land." Spr. zag zich hi*T genoodzaakt te Opre ken over wolft'eke kwesties. Men heeft hom .wel eens verweten dat spr. „van kleur verschoten is". Maar niets is minder "*aar. Wij, Indonezen, hebben van de Neder landers veel geleerd, aldus de heer Noto Soeroto, en wij zullen nog veel van hen leeren. Politiek heeft een strijdend, een mili tant karakter, maar ook een verzoenend karakter. De aard der Indonezen is in 't algemeen niet agressief. A's men hun wieedhe'd, oproerigheid verwijt, dan blijkt daaruit, dat men het wezen der zaak niet begrepen heeft. Klassenhaat en klassenstrijd kunnen spr. niet bekoren omdat deze denkbeelden de critieklooze, onontwikkelde Indonezen brengen tot oen amok-makende verniel zucht. De verhouding ïndiëNederland moet beheerscht worden door een ideale,kolo niale politiek, die ruimte laat voor verlan gens en redelijke aspiraties der Indische volken. In verre toekomst zal het Groot-Neder- landsche Rijk, Moederland en Koloniën, zich afteekenen als een Statenbond. Dit einde der koloniale politiek zal schoon zijn. Wie meent, dat een koloniale politiek eeuwig kan duren, miskent de waarheid. Een groei kunstmatig tot stilstaan bren gen heeft vernietiging ten gevolge. Men moet niet zoeken naar hetgeen dat scheidt, maar naar hetgeen vereenigt. De werkelijkheid staat echter ver van sprekers ideaal af. Sprekers landgenooten worden in den laatsten tijd bezieid door wrevel en haat jegens de Nederlanders. Het Indische volk vertoont een angstwek- wekkende boosheid. Wij moeten voor onze rechten opkomen, frank en vrij, maar met redelijkheid en zonder verbittering. Men heeft gezegd, dat Nederland Indiö exploi teert, dat er jaarlijks vele millioenen uit Indiö vloeien. Maar is men dan vergeten, dat de rijkdommen van de moederaarde aan de geheele wereld toebehooren. En wij, Indonesiërs, zijn niet bij machte op onze eigen zaken te passen. Wij, Indonesiërs, moeten onze plaatsen veroveren met de wapenen van kunde en ervaring.De hoofdlijnen moeten in banden blijven van de Nederlanders. meesters zorgvuldig in acht nam, en hem naar de oogen zag. Ook jegens Wiggins was Zombo zoo voorkomend, dat deze zich niet onthouden kon,, te zeggen: De zweep heeft weldadig bij den Afrikaan gewerkt, en als hij zoo voortgaat, zal bij ook mijne gunst verwerven. Zombo veinsde bij dat alles eene groote opgeruimdheid om te doen gelooven, dat hij inwendig zeer tevreden was, dat de planters zoo gunstig jegens hem gestemd waren. Eerst toen de nacht daar was, en hij zich zonder stoornis uit het heerenhuis kon verwijderen, om te doen wat hij ver koos, eerst toen gaf hij zijne borst lucht. Zoo snel als de kracht zijner spieren in staat was hem voort te stuwen, rende hij naar het gebergte, nadat hij vooraf den vader van den kleinen Hamm bezocht en den knaap nog omtrent menig punt, maar vooral omtrent den weg naar de roode rots, ondervraagd had. Binnen het uur was Zombo aan den voet van het gebergte, die tot grondlaag diende van de daarop rustende rotsen. De hemel was bewolkt, en de maan was slechts nu en dan zichtbaar. Een diepe stilte heerschte in de natuur en slechts het ruischen der lange palm boombladeren, door welke wind suisde, liet zich vernemen. Zoo vlug en gemakkelijk als een berg geit snelde Zombo over het gebergte heen. Daarna klauterde hij tegen de rotsen op, welke hij, hoewel een geoefend klimmer zijnde, niet dan met groote inspanning be klom. Lang matte hij zich op die wijze af, nu verscheen plotseling do maan van achter een reusachtige wolk en door hem gezocht wordende roode rots vertoonde De rede van den hoer Noto Soeroto werd langdurig door de verg -l«ng toe gejuicht. Vervolgens kreeg prof. G. Brom het woord, om (e spreken over: „Ons mooio land". Ons land, aldus prof. Brom, is een laud van riviermonden, niet van ontspringen de bronnen. Zoo durft ons volk het ook aan met oude waarheden. „Ons mooie land" is ook een oude waar heid. Wisten we maar, dat ons laud mooi is. Maar de meeste Nederlanders weten het niet. Als we een voet in Antwerpen of in Gleef gezet hebben, spreken we van „ons kleine land". Daarom: weg met die ver achting voor ons eigen land. Wanneer wij ons gevool laten sproken en eerbied voor iets bobben, dan wordt dat aangezien voor zwakte, maar het is kracht Dat is hetgeen, dat ons samenbindt. De kinderen moeten onderwezen wor den in de schoonheden der natuur. Als men in het buitenland geweest is en men komt dan weer terug in ons eigen land, dau merkt men pas, hoe mooi het is. Maar men wil daar niet aan. Zeg eens, dat Hattum mooier is dan Napels, en de menschen verklaren u voor gek. Wij behooren hier, onder deze lucht en onder deze wolken, die passen precies bij onzen landaard. Onze Holland8che natuurliefde is iets geheel eigens, buitenlanders kunnen on« daar zoo goed op op inerkzaam maken. Met een opwekkend woord om „ons eigen land" lief te hebben en te waardee- ren, eindigde prof. Brom. Nadat gezongen was het eerste couplet van „Wilhelmus" sprak prof. J. J. Smith uit Kaapstad, over: „Zuid-Afrika". Het was spr. aangenaam hier te komen en te zien dat er een Nederland is en ook een Vlaanderen. Sprekers land ia een groot land, groot in omtrek, maar klein in bewoners. Maar toch groeien we. Er zijn nu reeds 800.000 Nederlanders sprekende inwoners. Er be slaat een levendige belangstelling in Zuid- Afrika voor alles wat den Dietschen stam betreft In den korten tijd, dat het Afrikaansch gebruikt wordt, heeft de Zuid-Afrikaan- sche Letterkunde reeds veel goeds tot stand gebracht. Wij zien. op tegen de Nederlanders, en wij verwachten kritiok van hen, zooals een kind kritiek verwacht van zijn ouders. Ons streven is doortrokken van v Diet- sche idealen. Gij kunt zeggen: Napels zien en dan sterven, maar Rpr, zegt: Zuid-Afri ka zien en dan leven. Na de rede van prof. Smith werd: „Kent gij dat volk vol heldenmoed" ge zongen. De heer Knoops, sprekende namens de afdeeling Berlijn van het Verbond, merkte op, dat de afdeeling Berlijn mede gewerkt had tot stichting van den Neder landschen Bond in Duitschland. Na moei lijke jaren doorgemaakt te hebben is de Nederlandsche beweging in Duitschland nu weer op den goeden weg. Spr. roept de hulp in van het Verhond om te komen tot een goede organisatie van de Nederlandsche Jeugd in Duitschland De heer De Kan ter sloot daarna de morgenzitting. Hel Kamerlid C. Knigge. Geruchten over onbetrouwbaarheid Het Kamerlid, de heer G Knigge, ver zoekt ons melding te maken van he' rap port van een Eereraad betreffende geruch ten, welke over hem in zijn w oor plaats werden verspre d. Deze. Eereraad bestond uit de heeren: Jhr. nrr. J. W. M. Bosch van Oud Ame- lisweerd, president der Arrondissements rechtbank te Utrecht, oud-lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, wonende to Utrecht; Mr. J. B L. G. G Baron de Wykersloofh de Weerdesteijn, lid van den Raad van State te 's-Gravenhage, oud-lid van de Tweede Kamer der Slaten-Generaal, oud lid van Gedepuleerde Slaten der provincie Utrecht, wonende te 's-Gravenhage; G. M. J. Aleven, directeur der Naara- looze Vennootschap tot Courant- en Druk kerij-Exploitatie Gooi Sticht te Hilver sum, wonende te Hilversum De Eereraad heeft zich allereerst bezig gehouden met de formu'eer ng van het on derwerp. waarover zijn onderzoek zou Ino- zoch aan zijne oogen. Nu verdubbelde iij zijnen ijver, en met behulp van eenen mot ijzer beslagen bergstok, welken hij uit de plantage medegenomen had, sprong hij over een diepen% afgrond, die ieder an der dan Zombo mot ontzetting zou vervuld hebben. Eens gleed Zombo's voet, door rusto- looze inspaning afgemat, langs do boi ling eener steile kloof uit, en toen zijn rondtastende handen naar eon steunpunt zochten, meende hij in zijne nabijheid een schoone cactus met roode en blauwe bloe men, door de maan boscbeuon, te zien. Hij greep er naar, doch zijne hand sidderde op hetzelfde oogenblik van het koude Kle verige lichaam terug, hot welk zij bad aan gevat; hel was namelijk eene grooto slui merende slang, wier gladde veelkleurige huid in den maneschijn schitterde Loor de hevige beweging welke Zombo maakte, stortte hij nog dieper naar beneden, tot hij oindglijk gelegenhoid vond, zich aan sterke, laag afhangendo wortels vast te houden. Omtrent dertig voet boneden hem ver lichtte de maan een pad; Zombo liet zich afzakken, viel zonder zich te verwonden en geraakte nu op eenen weg, die bem naar zijn vermoeden gemakkelijk en zeker naar de hoofden der roode granietmas sa's leiden moest. Na verloop van een half uur bereikte hij ook werkelijk de plaats. Ofschoon van alle zijden omringd door steile rotsen, die het aauzïen hadden van op elkander gestapelde geraaiuteu, vertoonde zich echter hier aan zijnen blik voor zooverre de maan bem veroorloofdo te zien, een bijna betooverend vergezicht. Palmboomen, aloës en bananen bedekten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1925 | | pagina 7