)erde Blad
Bakpoeder
20 Maart 1925
ZONDAGS-LAETARE.
isclare, -Jerusalem verblijd U, Jeru-
Zoo begint de Introitus van den
r(!ell Vasten-Zondag. En 't is of plot-
bet zonlicht breekt door den grau-
êrnst van den Vastentijd. Het Epistel
;t ons naar het geestelijk Jerusalem
u'do H. Kerk en van daar richten we
Je blikken op het hemclsch Jerusalem,
iarTvij zullen komen, indien wij vrij ge-
iakt zullen zijn door Christus.
Het Evangelie vertelt van de vcrmenig-
,yiguig der brooden en de spijziging van
lizeuden, voorafbeelding van het Eucba-
tlbcb wonder.
Hooft den Heer, want Hij is goed!"
ixbt bet Offertorium en de Gommunio
ngl opnieuw van Jerusalem, waarheen
i vlanunen opgaan, zinnebeeld van den
waarheen op zullen gaan alle na-
in ec tongen, dio den Hoer dienen,
ft Is allés weer vreugde op dezen vierden
ndag in Quadragesima,
iel hoogaltaar is feestelijk versierd; het
gel bruist weer en zendt zijn breede of
merende aecoorden door den tempel,
priester mag de paarse plechtgewaden
Tangen door het roserootl, dat zooals we
ilcn ook gebruikt mag worden op Zon-
■Gaudete van den Advent.
Is alles kleur en geur en jubel en zon.
komt het, dat de ernst van den Vas-
jlijd zoo opeens gebroken wordt?
De historie der Kerk geeft hierop 't ant-
crd.
moeten ons verplaatsen in 't leven
oude kerk.
lelijk we hier reeds vroeger opmerkten,
do Vastentijd ten doel, de catechume-
do geloofsleerlingen te onderrichten
de geloofswaarheden en hen voor te be
ien voor het ontvangen van het H.
isel in den Paaschnacht.
)e gejachte, dat de catechumenen met
phea in het mystieke Lichaam van
islus zouden worden opgenomen, ver-
de de geloovigen met vreugde.. En die
gold in do eerste plaats het feit,
do catechumenen voor de tweede maal
een onderzoek werden onderworpen,
cp deze plechtigheid bevredigend, dan
td er een tweede aan verbonden, n.l. de
eritio Aurium of het openen der ooren.
[ierbij werden de Apostol'sche Geloofs-
jdonis en het Gebed des Heeren aan do
uwe bekeerlingen medegedeeld. Men
ete niet dat de kerk inden oertijd in
iddensche wereld haar mysteriën ver-
sn moest houden voor vijandige mach-
'cu niet overging- tot liet mededeplen
van, voor zij op "goede gronden kon
r ach ten, dat het den bekeerlingen ernst
met hun -overgang.
lier, reeds in de 7de eeuw, werden deze
htigkeden verplaatst naar den Woens-
rolgende op Zondag Laetare.
'o weten, dat nieuwe bekeerlingen op
tijd van liet jaar kunnen overgaan
alles wat herinnert aan de Aperitio
ium heeft plaats onmiddellijk voor de
liening van het Doopsel.
:h zal de Kerk op Zondag Laetare
feestkleed blijven behouden en zal er
id reden bb'jven den vierden Zondag in
te vieren.
bals we reeds opmerkten, beweegt het
co zich vooral om Jerusalem, het histo-
he symhol'.sch voor het hémelsch Je-
'em der Apocalypse.
ien dit Officie ontstond, hield de Paus
io 'q de Baziliek Sancta Croco in Geru-
mmo. het H. Kruis van Jerusalem,
Iweg Jerusalem genaamd. Dc geloovi-
trokken dien dag in feestelijke proces-
naar die Baziliek, gelijk eens de Joden
gen stemming naar Sion op trók-
lietPaaschfeest te vielen. Het
Paaschfeest herinnerde aan do
ocht der Israël'etcn uit Egypte. Zondag
tare kan beschouwd worden als een
nnering aan dat heugelijk feit. Men
naar Jerusalem, de H. Stad.
Voor ons kan die herinnering nog "Èel--
den.
Het Godsplan wilde immers, dat Chris
tus naar den menscli zou voortkomen uit
het Israëlietiscke volk, als dit na droeve
ballingschappen weer in het oude heimat
teruggekeerd zou zijn, dat Christus te Je
rusalem Zijn Verlossingswerk zou volbren
gen.
„Jerusalem, eer ik U vergde; eer vergete
mijn rechterhand zich zelve", zoo zong de
dochter Sions .aan Eupkraats hoorden in
ballingschap.
Het is nog de klacht van Israël.
Het is ook de verzuchting van den
Christen.
•Maar deze denkt de stad des historie
meer als symbool en hij denkt aan het vi
sioen van den H. Joannes.
Zoo trekt Zondag-Laetare onze gedach
ten naar het eind onzer dagen en het begin
naar we hopen, van ons ware leven.
Op Zondag Laetare heeft to Rome een
eigenaardige plechtigheid plaats, omtrent
welker ontstaan geen positief historische
gegevens zijn aan tc voeren, n.l. de wij
ding der Gouden Roos.
De lit urgisten vermoeden, dat een oor
spronkelijk heidensch gebruik aan deze
ceremonie ten grondslag ligt.
Zooals men weet tooiden in ouden tijd,
ook in ons land, omstreeks hot begin van
het voorjaar de heidenen zich met bloe
men. En het ligt zoo voor de hand, dat ook
de Christenen dit deden. Bloemen belmo
ren immers tot hel schoonste wat de le-
vendo natuur oplevert. Bloemen zijn het
schoonsto symbool van het herleven der
natuur na den langen winterslaap.
Aanvankelijk schijnt het gewoonte ge
weest le zijn, dat de Paus een natuurlijke
roos wijdde en zegende. Daarna werd een
predicatie gehouden over do schoonheid
der bloem, haar symboliek, haar verganke
lijkheid. Vervolgens werd ze in een kleu
rige processie door de stad rondgedragen
en ten slotte aan ëen der aanwezigen van
hoogen rang of stand geschonken.
In dc 11de eeuw kwam het gebruik in
zwang, een roos van goud te doen vervaar
digen, tc wijden en als meer blijvend ge
denkstuk weg te schenken.
Ook thans nog heeft geregeld do plech
tigheid plaats. Een predikatie wordt even
wel niet gehouden en de processie Inlijft
beperkt tot de zalen van het Vaticaan.
De roos wordt nog altijd telken jare ge
schonken aan een Katholiek vorst, vorstin
of aan een kerk. N. J. H. S.
Uw gysees
is een® welluidende
stem van gróót be
lang. Gebruikt daar
om vóór het zingen
cn spreken de ver-
frisschende
WYBiKT
r)TABLËY7£N
Groote doozen 65 Ct
UBT DE PEÏ8S
DE PROTESTANTEN EN DE VIJF
VASTENBRIEVEN.
"Wij lezen in Onze Courant:
„De Nederlander"', liet orgaan van de
Christelijk-Historischc Unie, een protes-
tantsch blad derhalve, heeft met veel zorg
de vijf vastenbrieven van onze Bisschoppen
gelezen. -
Om er critiek op uit te oefenen, denkt
ge? Neen, om met instemming verschil
lende gedeelten te citeeren.
„De kennisname van deze vastenbrie
ven is ook belangrijk voor andere krin
gen dan voor wie ze zijn bestemd. Hier
toch blijkt, hoe deze mannen, die in zoo
nauw contact staan met hun gansche
kerk en met het volk in breede lagen,
den zedelijken en godsdienstigon toe
stand van een bepaald oogenblik zien.
„Het spreekt vanzelf, dat ook dc vijf
mandementen, thans in Nederland ver
schenen, zich "bezighouden met het zedelijk
leven, het godsdienstig leven en het ver
band, dat er tussclicn deze beide wezen
moet. Maar de wijze, waarop dit een en
ander wordt behandeld, maakt, dat ook
dit jaar do kennismaking met de bijzonder
heden zich zeer loont."
Dan wordt allereerst gewezen op de
bisschoppelijke vermaningen inzak de
onvoegzame kleeding. Vervolgens citeert
het blad, wat Z. D. H. de Bi i schop
van Roermond schrijft over het bezoek
aan bals, looncel on bioscpop. (/ok de
waarschuwing tegen de gemengde huwe-.
lijken wordt afgedrukt; in ?|eloovig
protestanlsche kringen blijkt u\cn al
even afkeerig van de gemengde hv/welijken
als bij ons. Wij herinneren in dit verband
aan het artikel uit „Het Zoeklicht",
een Amslerdamsch weekblad dat door zijn
anli-papistische stukken nogal eens ge
rucht gemaakt, doch inzake gemengde
huwelijken onlangs zeer verstandige taal
heeft gesproken.
Met sympathie citeert „De Nederlander"
verder,, wat de Bisschop van Breda schrijft
over de versterking van het godsdienstig
leven, -wat uit 's-Hertogenbosch is gezegd
tegen de mammondienst, en over den
plicht om door liet stembiljet „de groote
weldaad der christelijke regiering aan
Vaderland en Kerk te verzekeren."
Merkwaardig is deze proteslanlscko
aandacht voor de vastenbrieven onzer Bis
schoppen.
Is het een uiting eener tijdelijke stem
ming?
Of het bewijs dat de verschillende chris
telijke richtingen in ons vaderland leeren
waardccren, wat ieder voor zich aan den
uitbouw der algemeone christelijke be
schaving tracht te verheleren of in stand
te houden?
Het spreekt vanzelf, dat katholieken,
wat de leer betreft, geen toenadering tot de
Protestanten kunnen zooken.
Op leerstellig gebied staan wij onverzet
telijk tegenover elkander.
Niettemin is er een terrein, waarop wij
elkander kunnen waardeeren en zelfs steu
nen, waar onderlinge hulp ook gewenscht
is, omdat het dezelfde vijand is, welke
daar zijn strikken legt.
Dat is het terrein der algemeen christe
lijke beschaving.
Het terrein tier christelijke zedeleer, der
openbare eerbaarheid bijvoorbeeld.
Wij zouden ons zeer sterk moeten ver
gissen, als „De Nederlander" cle vasten
brieven onzer Bisschoppen had geciteerd
om een andere reden dan deze: dat zij
door deze brieven het gemeenschappelijk
bezit der christelijke cultuur verdedigd en
beschermd acht.
Nu is het wel waar, dat ook op dit
gebied dc protestantsehc opvattingen niet
altijd slrooken met de katholieke: dat de
een op bijzondere punten meer verlangt
of minder eischt dan de andere.
Doch als wij zoeken naar wat ons ver
eent, dan zoeken wij toch misschien niet
tevergeefs.
In ieder geval is het dezelfde vijand, die
op de geheelo christelijke linie zijn aan
vallen richt, de geest van den modernen
lijd, welke liet huwelijk aantast, het ge
zinsleven ondermijnt, de openbare morali
teit verslapt, en de christelijke ingetogen
heid aanblaft.
Dezelfde geest vair, den tijd, welke de
menschen van God tracht af te trekken en
de menschenlevens in het geroezemoes van
vermaak en genotzucht aan het werkelijke
levensdoel onttrekt.
Wat tegen dezen geest van den tijd bij
de verschillende richtingen der christe
lijke godsdiensten wordt ondernomen kon
door allen worden gewaardeerd, 't Wordt
blijkbaar meer en meer gewaardeerd. Ge
lijk uit bovengenoemd artikel van „De
Nederlander" is gebleken.
SLAKKEN EN WORMEN.
Niettegenstaande het steeds toenemende
aantal vereenigingen, die dierenbescher
ming propageeren, zullen de tuinlieden,
•door alle tijden heen, wel d e moordenaars
van professie blijven.
Z:j toch hebben of denken soms te heb
ben, zulk oen groot aantal, dierh'jke zoowel
als plantaardige vijanden, in den „struggle
for life" dat het hun niet euvel le duiden
is, als ze al eens een vriend voor een
vijand aanzien of omgekeerd.
Een van de waarachtige vijanden van
tuinlieden en van allen, die aan tuinieren
doen as de slak ih haar verschalende vor
men en een van de m:nder gedecideerde
vijanden.' soms zelfs een van de vrienden
FEUILLETON,
ZOMBO, DE SLAAF.
vermand was de smart, en koelbloedig
onverschrokken laadde Zombo het lijk
zijn vader op zijne schouderen; hij
met den hem zoo dierbaren last snel
het donkere bosch; daar zette bij
'og eens naast het lijk neder cn ver
in diepe gedachten, op middelen
mde hoe hij den moord zijns vaders
vorschrikeklijkst zou kunnen wreken;
'1 wraak geldt bij den zoon der woes-
nij den armen met het Christendom
ikenden heiden als eene deugd.
IV.
De slavenzweep.
voor do zon zich in hot oosten bo
de bergketen verhief, mensch en dier
haren kokenden gloed kwellende, was
"ho uit het bosch naar de plantage
8 meesters teruggekeerd, en mot den
'en klokslag trad hij do werkplaats
!en' zijn altijd tevreden glimlach
le bppeu.
aki tl0k op z^n gelaat verried dc
kracht, die in zijn binnenste gloci-
ochthans wierp bij ter sluiks een
Daar buiten, toen Morgan voorbij
diens zijde bereed Wiggins zijn
J' Wee negers gingen hun vooruit,
rrevoets en slechts met cene eenvou-
nnen broek gekleed waren.
le saMSte waren iec*er mct cen breede
Del gewapend, waarmede zij voor
de ruiters" een beter pad moesten banen;
hunne taak was distels en doornen af te
kappen, en in liet algemeen struiken, die
de-paarden konden'kwetsen, uit den weg
te ruimen. Doch hoven alles moesten zij
nauwkeurig letten op de kruipende gladde
dieren, die in dit gedeelte der plantage
veelvuldig werden aangetroffen, cn wier
beet voor menschen en dieren doodelijk
kon worden.
Zoolang Zombo hen beiden zien kon,
oogde hij hen na, en eerst toen zij ach
ter een kreupelbosch verdwenen, werkte
hij weer vlijtig en onverdroten door.
Er verliepen oenige uren, voor Morgan,
door zijn aanstaanden schoonzoon verge
zeld, terugkwam; deze terugkomst had
juist plaats op het oogenblik, dat men
cenen, aan een paal vastgebonden neger,
zweepslagen toedeelde.
Wat heeft die knaap gedaan? vroeg
Morgan aan den slavenopziener.
Hij is lui, was het antwoord, en als
men hem een paar zweepslagen toetelt,
dan bromt hij, laat de tanden zien, en is
bovendien nog zeer wild en slecht opge
bracht; daarom heb ik gemeend hem cen
vijftigtal zweepslagen tc moeten laten toe
dienen, en daar er hem nog pas elf gege
ven zijn, dient hij er nog negen en dertig
te ontvangen.
Goed zoo, ga voort, sprak Morgan
koelbloedig.
Hij reed vervolgens eenige stappen ver
der en steeg toen af. Ook Wiggins steeg
van zijn poney, en beiden traden nu in
den suikermolen, waar Zombo zeer vlij
tig arbeidde.
Deze suikermolen is een werktuig, het
welk uit twee groote sleenen cylinders be
staat. welke voortdurend om hunne as
wentelden, en wel zoo, dat daar tusschen
oen ruimlo blijft, waarin men het suiker
riet hundelsgewijzo schuift, welke bundels
men dan gedurig verder voortduwt, opdat
de onophoudelijk wentelende en draaien
de stecnen ze in stukken wrijven cn ver
pletteren.
Terwijl Morgan en Wiggins over do
palmbladen gingen, met welke de vloer dik
bestrooid was, had noch Zombo, noch de
negerjongen, die met hem aan de machine
arbeidde, hunne treden gehoord.
De in de slavernij geboren cn opge
voede knaap die nooit cen beter leven had
leeren kennen, was vroolijk en opgeruimd;
liij praatte en hoert te, en met den rug naar
den molen gekeerd, lette hij onder zijn ge
babbel niet op het werk, cn terwijl de bei
de steen cylinders voortdurend dc bun
dels suikerriet naar zich toe trokken,
schoof hij de overige gedachteloos voort.
Morgan dio niet dulden kon, dal een
slaaf lachte of schertste, zocht met liet oog
den opziener, om den onschuldig vroolij-
ken knaap oen paar gedachtige zweepsla
gen te doen toedienen, die niet bemerkte
dat er geen suikerruit meer te malen was
en juist op liet oogenblik, toen hij het
vi'oolijkst lachte, zijne eigene handen tus
schen de heide steenen schoot, die hunne
beweging voortzetten en haar terstond ver
plet terden.
Reeds volgde op de hand de arm> toen
Zombo uit zijne sombere gedachten gewekt
door het angst geschrei, dat de knaap liet
liooren, en met een vluchtigen blik liet ge
vaar ziende, dat dezen bedreigde, naar de
reddingsbijl greep en met een forsclien
slag den onderarm nabij den elleboog af
Heden geëtaleerd nieuwe modellen
BRONZEN PENDULES.
Speciaal aanbod uitstekend loopend
Nikkel Heerenhorloge f5,--.
W. BROUWER - Horloger,
Haarlemmerstraat 23 - Telef. 2076
GOUDEN HORLOGES voor Jubileum.
10389 WEKKERS vanaf f2.50.
van hen, is do worm in evenzooveel vois
men.
Wo hebben deze twee soorten "dieren in
cen adem genoemd, omdat ze als wo ons
niet vergissen beiden tot de weekdieren
of tot de „Mollusca" belmoren.
Dc slak dio tot de buikloopers (Gastro
poda) behoort, is nog niet zoo'n eenvoudig
wezen als wo wel denken, want, ze heeft
een echte maag en oen lever en hoewel zo
zoo oogensclrijnlijk cen hesje is, heeft zo
'n slordige 26800 tanden (in rijen van 160)
ter beschikking om haar toch al niet te
zware kost to vermalen. Dit zijn echter
geen tanden zooals wij die ons zouden
voorstellen, maar het zijn slechts eenigs-
zins verstrekte verhevenheden, die tezamen
zoo ongeveer dienst doen als cen rasp.
Zooals wellicht hekend, hebben we ver-
Schillende soorten en als ruwe scheiding
(g'cen dierkundige) spreken we over tuin-
slakken, kelderslakken en huisjesslakken.
Op hun beurt zijn dezo drie vormen allo
even schadelijk, om de voor de hand lig
gende reden, dat ze zich met plantaardige
sloffen voeden. De kelderslak leeft echter
meer op donkere plaatsen (in aardappel-
bergplaatsen, kelders enz.) en de huisjes
slak kan nog al aardig klimmen; de luin-
slak, die in graskanten, onder bladeren
en onder aardkluitjes haar woning lieeft,
als ze niet aan haar diner is tenminste, is
echter voor ons de meest lastige en meest
schadelijke.
Ze zijn juist daardoor zoo lastig, dat zo
zich bijna nooit bij daglicht (zonlicht)
rertoonen, aangezien slqjke zonnestralen
een zeer verderfelijken invloed hebben op
haar slijmachtige, huid. Wö kunnen ze dus
alleen waarnemen hij regen in den zomer
of 's avonds met een lantaarn. Gaat de zon
schijnen terwijl ze ilinêëron, clan zoeken
zo in der haast een beschaduwde schuil
plaats op. Hiervan gebruik makende kan
men ze vangen, door b.v. groote bladeren,
sinaasappelschillen en dergelijke in do
huurt te leggen van planten die door hen
geteisterd worden; ze kruipen er dan on
der en men kan zo dooden in een zoutwa-
terbgd.
Op plaatsen waar het niet' regent of in
regenlooze perioden (in hakken of kassen
en in de kamer of serre) kan men zo af
schrikken door zout, chilisalpeter, kainiet
of kalk te strooien. Deze stoffen onttrek
ken allen water aan de huid van dc slak,
met als gevolg een ver veiling, die, ecnigo
malen herhaald, den dood tengevolge heeft.
Het beste middel dat nooit faait, is zo op
to zoeken Js morgens vroeg, voor de zon
sterkte -krijgj, en le dooden met een mes o£
in cen emmer met pekel wafer. Heeft men
planten slaan, die, in 't voorjaar of in den
zomer door onbekende vijanden geteisterd
worden, dan kan men uit de aanwer gbêid
van slijm b'j de planten slakken consta loe
ren on 's morgens vroeg of 's avonds laat
met oen lantaarn z'n maatregelen treffen
of een van de andere middelen te baat ne
men. Vindt _men in den win'er, in den
grond of in graskanten enz. hoopjes Aan
zend-witte, kogelronde eitjes van pl.m. 3
m.M. doorsnede dan moet men ze vernie
len, aangezien liet dan slakkon eitjes zijn.
Do wormen behooren eigenlijk tot do
nuttige dieren voor den tuinbouw; hun
werk bestaat in liet doorwroeten van den
grond, wat nuttig voor den bodem is cn zo
eten iret. zooals do slakken levend plant
aardig voedsel, maar wel ar gestor ven
of bijna afgestorven planaardig materiaal.
Op gazons, tennisvelden enz., en ook in
bloembakken en' bloempotten zijn ze echter
zoo niet schadelijk, dan toch lastig.
Vindt een leek een worm bij één van zijn
potplanten, dan zegt hij: ..O nu begrijn ik
waarom mijn palm of Clivia zoo slecht
groeide." Nu geloof ik, dat we het beter om
kunnen keeren en zeeeen: „omdat do palm
of Clivia niet goed groc:dc (omdat de
grond voor de palm of Gl'via nie deugde),
daarom zat er een worm in dc pot." In zu
ren grond zal men namelijk veel meer wor
men vinden, dan in alcab'schon bodem en
zuren grond ïs voor potplanten zeer n$»
deolig. n
Absoluut zeker kunnen we zeggen, dat
wormen ndoit wortels van levende planten"
oppeuzelen, zooals zoo dikwijls gedacht,
iwordt.
In grasvelden, tennisvelden enz. is do
aanwezigheid van wormen onaangenaam,;
omdat zo hun uitwerpselen in den vorm';
van kleino vettige hoopjes deponeer en',
wat lastig is met het rollen enz. ff.'
Men kan trachten zö uit den grond to ja-j
gen door met kalkwalcr te sproeien of roet
to strooien, do wormen komen dan boven
en kunnen opgeraapt worden; ook schijnt
men weieens to sproeien met een zeer
zwakke sublimaatoplossing, wat echter ool^
wel schadelijk voor het gras kan zijn. In
ieder geval sproele men als het een don-»
kero dag is, ook met kalkwatcr. Op plaat
sen waar geen planten staan (straatjes,
paden enz.) kan men zo dooden met subli
maat of wcedkilled; zo komen clan dood
op den grond lo liggen. Men moet ze dan
verzamelen en begraven, aangezien vergif
tigde wormen ook giftig zijn voor vogels
en kippen.
Over 't algemeen behoeft men zich over
do aanwezigheid van wormen niet zoo
druk te maken, alleen in bloempotten is
liet meestal een bewijs, dat do betrokken
plant versche aarde moet hebben (of min
der water). V. H.
Wetenschappelijke Berichten
EEN NIEUWE MOTOR-VOEDING.
De ontdekking van een kind.
Uilvindingen zijn romantische zaken,
maar weinig ontdekkingen zijn op zoo on
verwachte manier gedaan, als "dio van een
jong meisje in Frankrijk, die do eerste in
tuïtie van cen nieuw onlploffingsmiddel
kreeg op het moment, dat zij haar jon
gere broertje op cen klontje suiker zag
knabbelen.
Irene Laurent is 15 jaar. Met haar va
der, cen chemicus, deed zij ook wat me©
aan dc edele kunst van het scheiden en
mengen. Ta pa zccht al lang naar een kool
stofverbinding als oplosmiddel voor irol,.
Wet meer dan 11.35
tot! 'n ndirvslseha Tulband ;>hkbi mi!
Dr"Oefker's
ccn voor direct gebruik gereed Gistpoedcr.
Backin vervangt de gist.
Met Backin rijst het deeg onder het bakken.
500 gram bloem0.16
250 gram krenten 0.20
50 gram sucadc0.12'/»
100 gram rozijnen0.12
250 gr. boter0.70, margar. 0.30
200 gram suiker0.12
5 of meer eieren0.18
1 kop melk0.04
2 theelepels fijne kancel 0.03
1 pakje Dr. Octkcr's Backin 0.07Va
f 1.35
Bereiding: Men rocrc dc boter (ot room,
voege suiker, eierdooiers, meel, hetwelk men
met Backin vermengt, toe cn daarbij dc
melk. Ten laatste krenten, rozijnen, sucade,
kancelen het stijfgeklopte eiwit. Men bakke
dit deeg in cen ingevcttcn tulbandvorm, in
cen warmen oven, gedurende ca. l'/a uur-
Vraagt gratis rcceptcnbockje bij dc Eenige
Importeurs, E. Qdermann Co., A'dam.
kapte, dio dan ook terstond tusschen do
beide steenen vermorzeld werd.
Op het geschreeuw "van den negerjongen
schoot de opziener toe, aan Morgan vra
gende, welke straf hem goeddacht. voor
Zombo, die oorzaak was dat de knaap
verminkt was geworden.
Zombo heeft gered den kleinen neger
antwoordde in allen ootmoed de beschul
digde.
Lomp flier, huiderde cle opziener, is
liet niet uwe schuld, dat de lichtzinnige
knaap niet oplette en in plaats van suiker
riet do hand tusschen de steenen schoof?
Haclt gij hem niet tot voorzichtigheid moe
ten aanmanen, en moest gij niet op hem
passen? "Wat weet gij daarop te antwoor
den?
Zombo zweeg; want hij wist, dat, als
men een slaaf wil straffen, alle redenoc-
ringen vruchteloos zijn.
Daar staat ge nu met den mond vol
landen, hervatte de opziener cn kunt geen
woord uitbrengen. Zich vervolgens tot den
heer Morgan wondende, vroeg hij: Hoe
veel zweepslagen moet die slungel hebben?
Wiggins, die Zombo niet lijden mocht,
omdat deze zooveel vertrouwen en moed
in den worstelstrijd met den hond had aan
den dag gelegd, was van gevoelen, dat zulk
cen vergrijp met ten minste honderd
zweepslagen moest gestraft worden.
Bij (loze woorden van den jongen bar
baar, die den raad had gegeven tot den
moord van Zombo's vader, kon de neger
zijn opbruisende aandoening nauwelijks
onderdrukken. Hij richtte zich op cn stond
weder daar in afwachting van de straf,
welke men over hem zou uitspreken.
V.'at komt u in het hoofd. Honderd
zweepslagen? lachte Merker. Zombo heeft
toch den knaap niet opzettelijk verminkt,
maar hij lieoft hem door den slag met do
bijl weerhouden om levend gemalen to
worden. Dat hij den lichtzinnigeu niet tot
voorzichtigheid aanmaande, is slechts een
kleine achteloosheid, weshalve ik in zoo
danig geval niet meer dan vijf en twintig
zweepslagen kan toestemmen, die hem
oogenblikkolijk moeten worden toegeteld.
Zombo boog zich, met de armen over dc
borst gekruisd, cn ging toen met den op
ziener naar builen, om zich daar aan een
tot dergelijke strafoefeningen geplaatsten
paal te laten hinden en inet dc slaven
zweep to laten geeselen.
Zulk eene zweep bestaat uit ongelooide
ossenhuid, die in smalle riemen gesneden
wordt, welke riemen vervolgens in don
vorm van een gewonen wandelstok in el
kaar gevlochten worden, zoodat het bene
deneinde hoe langer zoo dunner uitloopt
Deze zwcepen zijn zoo laai en hard, dat
elk mensch van middelmatige sterkte met
een enkelen slag cen diepen voor kan ma
ken in een plank van dennenhout. Men
oordoio nu over do werking van zulk een
zweep op den naakten rug eens armen
negers of negerin.
Zombo stond aan den paal gebonden,
het marteltuig snordo als een kogel door
de lucht, en bij eiken slag gutste hem het
bloed lungs den rug. Met die zeldzame
smartbedwinging, welke alleen den wildo
eigen is liet Zombo zich geeselen; geen en-
kclo klaagtoon kwam over zijne lippen
en niet do minste siddering ver
ried zijne pijn; onderworpen zwoeg hij,
lot hij den laatston slag ontvangen had.
fWordfc vervolgd.)