VOOR DE VROUWEN, i Bgspisgelingen van esn büitenmenscli derden Octol>c*r 'fes vorigen jaars als ren •vromen wensch hoorden uitspreken, dal mam- h'jk dezo gemeente hare grenzen mocht uitbreiden verre buiten de wallen, welk.- haar vroeger omsloten en bescherm den, en er dus gelegenheid zijn om elders, en toch binnen (Jen kring dier gemeente, terug te bekomen, wat met do loffelijkste bedoeling aan het Rijk, dat is hier voor de Hoogescnool, waarop wij roem dragen, ■werd afgestaan? Wij weten 't niet en ach ten het ook de ure niet om deze vraag he en I woord te zien". Wij welen het nu wel: sinds 1896 is I.eiden uitgebreid, maar op de Ruïne zijn gelukkig nog slechts een paar mu- 6ea verrezen, terwijl van het stichten èener nieuwe Academie wel nooit iets zal komen. Glanspunt der studentenfeesten was een Ihistorisch-allegorische optocht, gelijk we «r nadien nog vele gehad hebben, maar wat sinds eenige jaren do 3 Oct.-Vereen, geheel van het Corps schijnt overgenomen te hebben. We zullen zien, wat deze zo- imer.ons brengen zal. Uit de dagen van 1875 vall ook te ver melden do opening der nieuwe Sociëteit „Minerva", welk gebouw dus nu zijn gou den jubileum viert. En dan ten slotte nog de vermelding der commissie uit de burgerij, welke den studenten de nog lang gebruikelijk geble ven confra-jmrlij aanbood. Ze bestond uit de heeren dr. W. C. Van den Brandeler, mr. JVT. Buijs, mr. R. Th. Bijleveld, mr. C. Cock, P. Engels, mi*. S. J. Fockema Andrae, J. Hoog. mr. C. W. Hubrecht, H. C. .Tuta, mr. E. Kist, mr. C. H. P. Klaver- wijden, J. J. Krantz, mr. P. G. Lezwijn, C. L. Loder, mr. A. E. J. Modderman, mr. H. A. Neeb, mr. F. Maclaine Pont, L. C. Quant, jhr. L. Ridder van Rappard, mr. P. Du Rieu, T. M. Roest, N. J. Sanders, J. Schelfema, G. G. A. Schwartz, S. B. Vos en W. G. Weier, bijgestaan door den heeir J. W. Schaap, den stads-architect. Menige naam zou nu nog in de lijst eener commissie voorkomen als een con tra-fuif moest worden georganiseerd. We zullen dezen zomer eens opletten. AJO. DE VROUW IN DE KEUKEN. Als ik ooit met tegenzin in uw midden verschenen ben, geachte lezeressen, dan is het nu. En dat is niet alleen, omdat ik beloofd heb. terug te komen op het bereiden van pudding. De vorige bijeenkomst hebben ■wij te zamen drie degelijke puddingen be reid (echt vakwerk). En wat al gemopper heb ik moeten hoo ien! De een was het te duur! Een ander was bet te moeielijk! Een derde vond dat ak te royaal omsprong met die dure eieren enz. Rechts enkelen, die nu eens werkelijk die manier van pudding bereiden met pleizier hebben gevolgd! Ik stel me echter voor, om nu iets te •bereiden, waar u allen aan mee kunt doen en wat op onze Hollandsche winteravonden zoo echt op zijn plaats is. Wij gaan bollen bakken, en. daar nu eenmaal het gebruik zoo is, dat bij bollen eten ook moet ge dronken worden, zullen wij bisschopwijn en punch maken. Dus. dames, opgelet! Daar gaan onze echte Hollandsche oliebollen! Ik doe 1 Kg. bloem in een pan, maak er aan één kant een kuiltje in en doe in dit kuiltje 50 gram gist, hetwelk ik eerst in een kopje met lauwe melk en een theele peltje suiker heb aangemengd, en bedek de gist dan met wat bloem. Hu maak ik een liter melk lauw-warm, en begin met de hand den tegonovergesteklen kant van de gist. de bloem, waarbij ik eerst een thee lepeltje fijne kaneel pn 50 gram suiker heb gevoegd, met de lauwe melk te bewerken en voeg er een greepje zout bij. U ziet wel, dat ik steeds blijf kneden aan den over kant van de gist. zoodat ik die ten laatste door de bloem meng. Ook ziet u dat ik de melk scheut voor scheut, bij de bloem giet, ■steeds met de anderen hand het deeg kne dende. Heb ik nu alles dooreengekneed, dan sla ik het deeg flink dooreen en giet er de rest van de melk bij. Ik Bla het nog eens flink dooreen, voeg er 4 eieren, 100 gram krenten en 100 gram Sultane rozijnen bij. Ik roer nu alles met de hand goed dooreen en zet, de pan met deeg op een warme plaats bij het fornuis, dek de pan met een doek en laat het een uur stil staan rijzen Nu laat ik 2 liter bakolie (raap, boter of slaolie) in een frituurpan goed heet worden, roer het deeg eerst goed dooreen met een houten lepel en schep met een eetlepel, die it eerst in een kom met. koud water steek 't deeg uit, hetwelk ik met een andere eetlepel in de heete bakolie laat glijden, zoo drie of vier tege lijk. Als de ballen eenigen tijd in de heete olie liggen, komen zij vanzelf boven. Ik draai z.e om en om, totdat ze geheel bruin zijn. Nu schep ik ze e-r uit met een schuim spaan en leg ze op een- grauw papier, in een braadslee of in een plat vergiet, om uit te druipen Zooals ik u voorgedaan heb, gaat u door tot al het deeg is opgebakken. Bij het opdienen bestrooit ge de bollen met. poedersuiker. Voor Berlinerbollen, maakt men hetzelf de deeg, maar. als men 1 kg. bloem wil ge bruiken, dan mengt men deze maar met een halve liter lauw© melk, en voegt er met de 4 eieren ook. 100 gram gesmolten boter bij, en geen krenten en rozijnen Nu laat men het deeg ook een uur rijzen. Daarna le.gt men het deeg op een met bloem bestrooide tafel, kneedt het tot een bal en rol ze tot een e.M. dikte uit Men steekt met een ring of de rand eener kom gelijke 'plakke-n uit, legt op een plak in het midden een hoeveelheid jam of marmelade, bestrijkt den rand met water en legt er een andere plak deeg overheen. Laat. nu de aldus gevormde bollen nog een kwartier op een warme plaats rijzen en bakt ze in heet frituurvet Bij het opdienen bestrooit men ze m£t poedersuiker. Maar dames, als men oliebollen of Ber linerbollen opdient dan presenteert men er iets te drinken bij. Laat ons daarom ons zelf en onze huisgenooten eens tracteeren op bisschopwijn. welke op de volgende ma nier wordt bereid: Een flesch gewone Bordeauxwijn, een flesch water, een half pond suiker wordt in een pan goed heet gemaakt (niet. koken). Men laat het daar een uur iu trekken, 4 kruidnagelen, 2 blaadjes foelie, een pijpje kaneel een paar takjes kruizemund en 20 gram gestooten corianderzaad doet men er bij. Daarna giet men de wijn in een glazen bowl door een paardeharen zeefje of doekje schept dez© heet in de glazen, waarin men een schijfje citroen gedaan heeft en dient drank op. En wil ik u nu eens zelf punch leereït maken, dames? Ik pers citroenen en oran jeappelen uit, ieder voor de helft, totdat ik een halve liter sap verkregen heb. Nu breng ik dit aan den kook met 1 pond can- dij of poedersuiker. Na het opgekomen schuim verwijderd te hebben, laat ik de siroop een weinig bekoelen en meng er dan een maatje curagaolikeur in, een maatje maderawijn en een maatje cognac. Ik rasp er vervolgens ven weinig mnscaatnoot in. Als het koud is, vult men de glazen voor eenvierde met punch en giet er heet water bij. Dien de punch op met afzonderlijke schijfjes. Inplaats van cognac kan men ook rum. of oude jenever of whisky nemen. Hiermede, dames, wensch ik u goed succes. L. G. B. ALS UW UITERLIJK U LIEF 18.. Draag dan nooit: Een grijzen hoed bij een bleek gezichtje. Een heel zwarte japon als ge erg mager zijt. Een bont-gekleurde sjaal bij gezonde, hoogroode wangen. Vleeschkleurige kousen bij dikke enkels. Een nauwsluitende jurk, model vulpen, als ge erg dik zijt. Een tulband hoedje bij een lang, mager gezicht. .Schoenen met platte hakken als ge grooto voeten hebt. Maar wél: Een rood hoedje om een frissche kleur t© krijgen. Zwart met ^it om wat gevulder te lijken. Een effen das ter meerdere stemmigheid bij een al te blozende gelaatskleur. Grijze of donkerbeige kousen om de dikke enkels niet te doen opvallen. Een recht gedrapeerde japon om al te gevulde lijnen te bedekken. Een „cloche" om het gezicht ronder te maken. Hooge hakken en rondo schoenpunten om den voet kleiner te doen schijnen, NUTTIGE WENKEN. Stoppen van heerenkleeding. Het stoppen heerenkleeding is heusoh niet moeilijk, tenminste zoolang de scheur nog nieuw is en niet is gaan uitrafelen. Men trekt de scheur op den linkerkant van do stof met dunne zijde bij elkaar, daarbij alleen de bovenste draden nemend en steeds heen en weer stekend over de scheur. De draad mag vooral niet hard worden aangetrokken, want de stof moet natuurlijk glad blijven. Is deze voorberei dende bezigheid afgeloopen, dan keert men het werk om en stopt de scheur aan den buitenkant, heel kleine steken nemend, met een draad, die men uit, de stof heeft getrokken Heeft men zoo'u draad niet tot zijn beschikking, dan kan ook een lang vrouwenhaar genomen worden, waarmee men de draden onzichtbaar te zamen trekt. De vezels van de st^f. die bovenop moch ten blijven zitten en een weinig uitsteken, moet men glad afknippen. Ten laatste maakt men de gestopte plek goed vochtig en laat het kleedingstuk liggen totdat het vocht op die plaats voldoende is ingetrok ken. Dan legt men er een schoenen doek ever, strijkt de plek stevig met een heet ijzer en borstelt, haar met den draad mee. Wanneer wij in onzen eigen mantel een scheur hebben opgeloopen. kunnen wij die ook op dezelfde manier behandelen. De papiermand In de keuken. Zeker, ook in de keuken een ..prulle- mand". Want juist in het vertrek, waar den geheelen.dag wordt gewerkt, kan het papier, dat in de mand wordt gedeponeerd, voor allerlei doeleinden gebruikt worden. Telkenmale als kruidenierswaren zijn uit gepakt, als andere levensmiddelen of voor werpen van hun omhulsel zijn ontdaan, doet men verstandig, al dat papier in de keuken-prullemand te deponeeren Vooral vloeipapier gooie men niet weg, dit komt nog zoo goed te pas om ruiten of spiegels die gezeemd zijn' nog eens na te wrijven. De kruidenierszakjes zijn te gebruiken als boterhampapier en met het meer verfrom melde papier kan eiken morgen de kachel worden aangestoken. Roode handen. Om rood-worden der handen te voorko men. of, zoo dit al is ontstaan, weer te verwijderen, doet men verstandig, veelvul dig gebruik t© maken van citroensap. Men perst eenige'citroenen uit, zeeft het sap en bewaart het in een fleschje. Eenige malen per dag met een scheutje hiervan de han den flink inwrijven I Opgepast ouders. Van de 379 drinkers, die in 1870 in liet KALENDER DER WEEK 1 TL N B. Als niet anders wordt aangegeven liceft in deze week iedere H. Mis Gloria en Crrilo on de Prefatie van Kerstmie. ZONDAG 28 Dec. Feestdag v. d. H.H. Onnoozele Kinderen. Mis: Ex ore. 2o gebed v. h. Octaaf van Kerst mis. Na het Graduale wordt het Alleluja met vers, doch niet de Tr actus gebeden. Kleur: Rood. Do heilige, onschuldige kinderen zijn voor Christus gedood door een goddeloo- zon Koning. Zij zijn de eerstelingen, die hun bloed hebben vergoten voor bet God delijk Lam. Door het doopsel des bloeds gezuiverd zijn zij zonder smet voor den troon van God, volgen het Lam zonder vlek en zingen zij zonder ophouden: Glo rie zij U, o Heer! MAANDAG 29 Dec M i s v. d. H. T h o- mas van Kantelberg, Bisschop en Martelaar. Gaudeamus. 2e gebed v. b. Oc taaf. Kleur: Rood Thomas Boeket, kanselier van Koning Hendrik II van Engeland, tot Aartsbis schop van Kantelberg verheven, was tot bittere teleurstelling des Konings, die in zijne hartstochtelijke heeTschzucht de rechten der Kerk aanrandde, een onver schrokken verdediger tvan de rechten der Kerk. Alls verrader veroordeeld, moest hij vluchten, keerde later weer terug, doch werd den 29e Dee. 1170 door eenige hove lingen des Konings in de Kathedraal van Kantelberg vermoord. DINSDAG 30 Dcc. Mis v. d. Zondag onder het Octaaf van Kerst mis. Dum medium. 2e gebed v. li. Octaaf. Het verheven geheim van Christus' H. Menschwording is voortdurend het voor werp van overweging voor de H. Kerk. Herhaaldelijk wijst zij ons er op, dat de kleine van Bethlehem, op' wiens lippen be valligheid ligt uitgespreid (Graduale) do groote God van hemel en aarde is (Introi- tus, Offertorium, Graduale, Alleltuja-vers). Wijden wij aan dat Kind, dat menscb werd om ons tot kinderen Gods te maken, ons haTt en onze werken (Graduale); bid den wij om alles te mogen doen overeen komstig Gods Heilig Welbehagen (Gebed; Postcommunïo). Dat toch is ware gods vrucht, welke ons geven zal het eeuwig geluk. (S'ilgebed). WOENSDAG 31 Dec. Misv. d. H. Si 1- v e s t e r I, Paus. Sacerdotes. 2e gebed v. h. Octaaf. De H. Silvester volgde Paus Melchiades op als hoofd der H. Kerk en wel in een tijd, waarin het Haar gegeven was (onder de regeering v. keizer Constantijn) uit de Katacomben te treden en zich naar buiten te ontplooien. Aan dien groei-naar-buiten gaf Silvester leiding door heilzame wetten en bepalingen. Krachtig ook streed hij te gen deii vijand, die nu van binnen kwam, de ketterij. Op de eerste alge,m een e Kerk vergadering van Nicea veroordeelde Paus 'Silvester de ketterij vajn Arms ('looche naar van Christus' Godheid'). DONDERDAG 1 Januari. Feestdag van de Besnijdenis des Heeren. Octaafdag van Kerstmis. Dag van devotie. Mis: Puer. Worden wij door ons H. Doopsel aan God toegewijd, hij de Joden geschiedde de toewijding van ieder mannelijk kind aan God door de godsdienstige plechtigheid der Besnijdenis. Zoo ook onze Goddelijke Za ligmaker, die volgens gewoonte, daarbij Zijn H. Naam ontving, den naam Jesus d.i. Verlosser. Want (had de Engel voor speld): „Hii zal zijn volk verlossen." VRIJDAG 2 Jan. Feestdag v. d. Zoeten Naam Jesus. Mis: In no mine J e s u. 2e gebed v. h. Octaaf v. d. H. Stephanus. Dat voor den Naam van Je sus iedere t-jie 2,oh L-ai^o. Want ((«en andere mm, :s oiws geSBTCn, waarin wij taltg moei*, worden, dan do H. Naam van Jwiau n. Ivoiïus, Epistel). ZATERDAG 3 Jan. Octaafdag d. H. Joannes, Apostel on E-vaneuftat. Mis: In m ed i o (ols op 87 Dec.) Be s<* b»d ter «re v. Maria (Zie de Votie/mle van Maria vanaf Kerstmis tol 2 Fcinaiail Het stilgebed echter wordt cenomen uit dé Votiefmis: Salve). 3o voor :1e Kerk. 4« voor den Pans. Prefatie v. d. Apostelen. Hieruit blijkt Gods liefde voor «te, dat Hij Zijn ééneeboren Zoon in de weretd heeft gezondon, opdat wij zonden leven (het genade-leven) door Hem. Aller liefst™: Als God ons lóó heeft liefgehad, dan moeten wij elkander liefhebben, maarbeminnen wij niet enkel mei het woord of de tone, maar met de daad en in waatieid. (Uit de fe brief d. H. Joannes). toevluchtsoord voor drimkzuchtigen (4 New-York werden opgenomen, li ad den <ar 180 (d.i. ruim 50%), deze ellende van hunne ouders geërfd. Kinderen van drin kers zijn meestal zwak en niet zelden stompzinnig. Vooral, in groote steden wij zen de statistieken uit, dat de helft tier idiote kinderen van .drankzuchtige oudere afstammen. WETENSWAARDIG. Conserveermiddelen in voedsel. Een in Engeland ingestelde commissie tot onderzoek van de toelaatbaarheid van ronservee-- en kleurmiddelen in voedsel heeft haar eindrapport uitgebracht; hier-* onder volgen de voornaamste conclusies. Zonder bezwaar kunnen de volg inde middelen worden toegelaten: zout, salpe ter (:n kleine hoeveelheden), suiker, azijn en azijnzuur, alcohol, specerijen en de niet geheel bekende stoffen, die in het voedsel dringen bij het rookproees. Sac charine kan ook worden toegelaten. De verder conserveermiddelen wordoD' in drie groepen ingedeeld. n.L I. formal dehyde en fluoriden; II boorzuur, salicyL zuur en verwanten; III. benzoezuur en zwaveligzuur. De eersite groep is absoluut ontoelaat baar volgens de commissie; beide stoffen, het fluernatrium en het formaldehyde, zijn sterke giften. Tegen de stoffen uit de tweede groep kan niet betzelfde absolute verbod worden uitgesproken, maar de stoffen zijn toch ongewenschit. Boorzuur is m de hoeveel heid, die gebruikt wordt voor bet con- serveeren, niet schadelijk voor één keer'; het wordt eohteT langzaam uitgescheiden en men krijgit dus bij geregeld gebruik een zg. cumulatieve werking, dw.z. iederen dag komt er meer boorzuur bij dan ev uit het lichaam gaat en ten slotte kunnen vergifitigingsvcrsehijuselon optreden. Sali- cylzuur is vrij onschadeljk, maar het hoefï een duidelijke werking op het organisme en het is daarom verstandig het zoo min mogelijk te gebruiken. Gewaarschuwd wordt itegen boorzuur in eieren (ge- importeerde Ckineesche eieren). Tegen benzo zuur zijn weinig bezwaren; voor niet-alcebolische dranken is het het aan gewezen middel. Voor wijnen 'kan zwavelzuur worden gébruikt; het zwaveligzuur is op zichzelf ongifitig, maar er is toch een bezwaar om het 111 andere voedingsmiddelen toe te laten in de maag komt het vrij en kan dan maagstoornissen veroorzaken. Behalve in wijn wordt, zwavelzuur ook in worst toe gelaten. De slotsom waartoe liet rapport komt is do volgende. In het algemeen is het ver» boden conserveermiddelen te gebruiken in levensmiddelen, die ten verkoop worden aangeboden, behalve: Zwavelzuur en zijn zouten 111: n. f 22 December. De schemering daalt als een weefsel van ragfijne ontasfbare zwarte draden lang zaam op de breede aarde neer, en, zich steeds .meer verdichtend, verdoezelt zij immer meer alle kontoeren, tot het wel haast volledig avond en de wereld met de dingen, welke zij draagt, geheel onzicht baar zal zijn. Dit is het mysterievolle deel van den dag! Dit is de tijd, om te peinzen over het verleden, over wat eenmaal was en niet meer terugkeert, dit is het uur, om bet woord van den psalmist te vervullen: „meinor fui dierum antiquorum, ik her donk aloude dagen Het is half-duisler in mijn vertrek, maar do haard, welke een welige warmte ui [si caalt, werpt door do geopende schuif vlakken zachtrood licht over kleed en meu belen. Lezer, wil nu een. pooze hoorder wezen. Daar staat een vol faire; neem, als de naam van dit nmpbel u niet afschrikt, plaats, uw gelaat gewend naar de schouw en luister naar hetgeen ik u in dit dier baar schemeruur g-a verhalen van het verleden. Ik vil vertellen van Edelweisz. bedoelt, als ik u even onderbreken mag, dat lieve zeldzame alponbloempje, in de plantkunde bekend als lcontopodium alpiuum, mei stervormige blaadjes, over- togen van lange, wittige wollige haar tjes?'' Ach neen, dal bedoel ik heelemaalniet. L'iv.-t-.'uli-e!, dier-, plant- en natuurkunde z'.jn inuncr in die mate mijn bote noire, mpin zwakke plok geweest, dat ik er geen tien nvnulen achtereen iets over vertellen vi. wat de mor i Ie van het luisteren v anl Neon, met Edelweisz bedoel ik Pivi.'ig pension in Lugano, die lieve s'a.I :n hof Zwilscrsche kanton Tessino a ...ei oever van Imt wereldvermaarde JLueaner moor. Luister! y ik in do maand Mei van dit naar 1 het einde snellend jaar na eene reis door Egypte en Palestina Rome aandeed, om een audiëntie te hebben bij Zijne Heilig heid, bezocht ik ook een oüd-studievriend, die in de stad der pausen een eervolle be trekking bekleedt. Ik vertelde hem, dat ik onmiddellijk na de audiëntie zou afrei zen naar Holland via, Zwitserland en bij gaf mij den raad, dit trajekf niet ineenis af te leggen, maar een dagje te poozen te Lugano en dan mijn intrek te neanen in het gunstig bekende pensdon Edelweisz, een Katholieke inrichting, bestuurd door Franciskaner-broeders Ik, die altijd verlangd en gaarne geluisterd heb naar goeden raad; nam zijn voorslag dankbaar aan en maak te 't vaste voornemen, overeenkomstig den raad van mijn romeinschen wiend een dag te Lugano te toeven, dat ik bij een vorige reis naar Rome niet had aange daan. Ik vertrok op den datum der pau selijke audiëntie den 27sten Mei met den nacht-sneltrein uit Rome via Pisa een andere lijn gaat over Floren ce naar Milaan, waar ik den anderen morgen omstreeks half acht aankwam. Ik las de H. Mis in een tamelijk dicht bij het station gelogen kerk de naam is me ontsnapt ontbeet op z'n Italiaansch d.w.z. heel sober, in een der nabije res taurants, maar 'bezat den moed niet, aan stonds na zulk een nachtreis weer vercfer te gaan en besloot tot den namiddag te Milaan te blijven. Het was een lieve dag weer. De lucht was nog wat frischjes, maar er hing een fijne, poederigo nevel, welke langzaam optrok en vrij spel ging geven aan de zon, die nog achter de wolken zat, doch staag groeide in weelde van warmte en luister van licht, en weldra door zou bre ken, om haar ingehouden gouden geweld over de wijde wereld uit te werpen. Ik ging natuurlijk eerst nanr den Dom het marmeren wonder, dat bij een vorig be zoek een diepen indruk op mij gemaakt had, wierp nogmaals een blik op en in dat heerlijk kunstgewrocht en trok dan naar het aan den rand van Milaan gele gen beroemde Campo santo of kerkhof, om er een mutje to wandelen tu.sschen de fraaie gedenkteeekenen, welke minnen de menschen nebben opgericht, om hun hechte liefde voor wie eens leefden te symboliseeren. Tegen den middag at ik een eenvoudige lunch in een restaurant, dat aan het over-driikke Domplein, recht tegenover de Domkerk, gelegen was en stapte bij puik weertje de zon was op haar best i-i weldra in den trein, die na een ritje van een paar uren door bet vruchtbare Lombarddje bij Como de Ita- liaansche grens passeerde en me nu spoe dig in Lugano neerzette. Het was om trent vijf uur, toen ik daar aankwam. Het apoorkof te Lugano ligt halverwe ge de langzaam glooiende belling van een heuvelketen. Afdalend kom je terecht in de eigenlijke stad Lugano en .aan het we reldberoemde meer, maar -stijgend bereik je verschillende heuveltoppen, volgebouwd met villa's. Ik moest volgens mijn romein sok en vriend rechtsaf slaan, de spoorlijn oversteken en een poosje stijgen, om door eeniige zaob tikli manend e Haantjes, grillig aangelegd tusschen fraaie huizingen, aan te landen in mijn Edelw&isz. Villa Edel weisz lag daar uitnemend rustig enfin een fraaie omlijsting der natuur. Reeds onderweg had de weergaloze puurheid der Lugano'sche lucht mij verrukt; neen, in zulk een subliem-zuivere, paradijsach- tig-balsamieke atmosfeer had ik nog nim mor geademd, efi. ik zou we', geen dicli- termlmnend Hollander geweest zijn, had ik ♦een niet aan de woorden van Apollion tot Belzebub in Vondel's Lucifer gedachtt „Geen engel onder ons zoo zoet een adem keepi, Gelyck de friFiche geest, die kier den mensch bejegent, Het aengezicht verquickt, en alles streelt en zegent". Aan de poort van Edelweisz maakte ik de kennis van een Duits eken broeder in bruin habijt; bet was de gastenbroeder in hoogst eigen persoon: Damascenus was zijn naam. Er waren nog eenige kamers open, zei hij, en ik kon gerust een maand blijven. Deze illusie als 't er eene was! ontnam ik hem echter spoedig door te zeggen, dat ik den volgenden middag be slist weg moest. De vriendelijke man bracht me nu naar m'n kamer, vertelde in de gauwigheid, dat Edelweisz bediend werd door francis- kaner-broedeis uit Koblenz, dat het eigen lijk te klein was, .dat het me wel bevallen zou, dat hetmaar waar mijn bagage was? „Op bet station", zei ik. „Goed", antwoordde bij. „fk zal ze den buisknecht laten halen". Broeder Damas cenus af. I'k had een frissche, knap gemeubelde, bepaald nette kamer, welker openslaande ramen uitgaven op een heuvelig verge zicht. Het eerste, wat ik deed, was neer zinken op een schommelstoel. De meest poeslieve gezant voor een vredeskongres kan nooit zulk een pacifieke bui gehad heb ben, als ik toen bezat. Het weer was zoo stil en zacht en zoet, de lucht zoo rein en liefelijk, de hemel boven en de heuvelen rondom me zoo schoon, dat ik toen wel de stemming had, waarin Willem Kloos dqze diviene verzen zong: „Nauw zichtbaar wiegen op een lichten zucht De witte bloesems in de sekeemring ziet, Hoe langs mijn vensier nog, met ras gerucht, Een enkele, al te late vogel vliedt. En ver, daar ginds, die zacht-gekleurde lucht Als perlenioer, waar ied're tint vervliet In teerheid.Rust 0, Wonder-vreemd genuchU Want alles is bij dag zóó innig niet. Alle geluid, dat nog van verre sprak, Verstierf «-* de wind, de wolkeu, alles gaat Al zacht en zachter alles wordt zoo stil En ik weet niet Een tik op mijn kamerdeur. De huis knecht met de bagage. „Bitte die Pakete! „Daaike schön", zeg ik, ueerdalend uit de hoogte van Kloos z'n fijne verzen lot de meest nuchtere werkelijkheid, „Sie hringen sie morgen wieder zum Baliiw hof?" „Ja", roept de naneef van Ganymcdes; kort-af, gelijk alle Duitschers plegen te doen. Ik sta op en kijk eens naar het huis reglement, dat naast de deur op mijn kamer hangt. Eén regel trekt bijzonder mijne aan dacht, en die ééne bepaling weerspiegelt ineens den geest, welke oppermachtig^ is in Edelweisz. „Aangezien 1aldus ongeveer de dag order Edelweisz een inrichting isl voor geestelijken en Katholieke mannelij ke leeken, om weer op hun verhaal te ko* men („Erholung" stond er), worden de gasten vriendelijk verzocht alle onnoodig gedruisch zooveel als mogelijk te vermij den en zich des morgens vóór tien uo.r en des avonds na zevenen te. bedienen van huisschoeisel". Ik vond die bepaling eenvoudig om voor te knielen. Maar terwijl i'k dit zeg, /^er- toehoorder, die daar in mijn fauteuil zit te luisteren, heb ik het knagend vermoe den, dat gij van de duisternis, wolk* thans volledig Iheerscbt in dit vertrek, ge bruik maakt, om even spottend te lachen over deze in schijn oudachtige opmerking van een nog jongen man. Maar uw spotlust zal wel wijken, als ge even wilt bedenken, dat ik bijna acht weken lang door drie werelddeelen ge reisd, op dien tocht lwee-en-twinttg lang* brieven aan zeker dagblad had ge* schreven en dus aan niets méér behoefte had, dan aan stilte en rust. H. A. ULLEMAN, Priester. Welk dagblad deze met groote waar* deering heeft opgenomen. En wij maken van deze gelegenheid gaarne gebruik om nog eens deze in boekvorm verschenen brioven-reeks aan te bevelen. Hot boek te verkrijgen bij „Futura", te Lalden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 10