HULPGEBOUW: Haarlemmerstr. 54 jfourlijk van den heer Sytsma weer geen 6teun, dat is niet zoo'n ouwe brombeer... {daverend gelach). Geroep van alle kanlen: dat is een (persoonlijk feit! (De heer Sytsma protes- Heevt). Do heer Knuttel zou er wel voor /voelen om den geest onder de politie te .verslechteren, maar men mag nu eenmael geen slecht voorbeeld geven door verslech tering van arbeidsvoorwaarden. Echter acht spr. het voldoende, zich tegen de ver jonging van den arbeidstijd uit te spreken. De heer Witmans komt er tegen op, (flat de politie gelijk bohandeld wordt als de gewone arbeider, hoewel zij toch een bijzondere taak heeft. Spr. citeert ook de ito; gezonden lijst van 24 gemeenten, die allen als maximum de 48-urige werkweek hebben. Spr.'s fractie zal vóór bet voor- 6lc!-Kooistra stemmen. De beer Wilmer heeft het betoog van 'den heer Kooistra niet goed begrepen, wat verschillende beeldspraken betreft. Wan neer spr. pleit voor kortoren arbeidstijd bij do politie, doet hij dat op grond van de bijzondere taak der politie. Hij ziet niet dn, waarom juist de politie zes uur langer per week dienst beeft, dan het overige ge meen tepersoneel. Spr. vraagt inlichtingen daaromtrent. De heer Zuidema markt op dat de raad bier slechts wenken kan geven, doch geen beslissing kan nemen. Spr. wil dan ook, zooals de heer Wilmer deed, vragen of 'er bijzondere redenen zijn, om de po- litie-agenten langer te laten werken. Spr. verzoekt het hoofd der politie, indien mo gelijk, aan de wenschen van het perso neel tegemoet te komen, niet het minst wat de voorgestelde beperking van den vrijen tijd op Zondag betreft. De Voorzitter citeert de Gemeente wet om duidelijk te maken dat de Raad hier geen beslissenden invloed heeft. Spr. memoreert dan de geschiedenis van de loonsvoorwaarden van het politiepersoneel Spr. wil niet den indruk maken dat hij zijn personeel een te zwaren dienst oplegt Het is waar dat de politie in de rusturen te weinig te dc©n heeft. Men kan zeggen, dat de politie een 9-urig dienstverband (krijgt, wat iets anders is dan een 9-urigen werkdag. Beter kan van 61 uur eigenlijken dienst worden gesproken. De Zondagsdienst wordit niet aangetast Het drie-ploegenstelsel blijft gehandhaafd toet inachtneming van een kleine verschui ving in de uren van aflossing, zoodat ge middeld 9 uur dienst wordt verricht Spr. doet voor niemnad onder in appreciatie van den arbeid der politie, maar Spr. vindt het beter dat die wordt uitgedrukt dn het tractement, zooals het nu ook is. Het is daarom te hopen dat het laatste voorloopig niet wordt aangetast. Spr. vind het naar, tegen den geest van den Raad In te gaan, en daarom hoopt hij dat het voorstel-Kooistra zal worden ver worpen, want, hij kan de verhooging van f 10.600 niet toestaan. Spr. zou die tegen over de burgerij niet kunnen verantwoor den. De beer Kooistra herhaalt zijn be- 'toog waarbij hij tevens opmerkt dat de agenten door dezen Raad worden beloond voor de slagen die zij dikwijls al te vlug op de ruggen van stakende arbeiders lie ten neerdalen. De gummistok zat wel eens erg los. De Voorzitter: Och, doe nu niet rulko vreeselijke verbalen. De heer Kooistra, wiens betoog weer vrij sterk aan langdradigheid lijdt, gaat nog eenigen tijd door met de „verdedi ging" van zijn voorstel. De heer Sijtsma ontraadt uit een oogpunt van bijzondere praestatie politie, verlenging van den arbeidsduur. Do beer Kooistra meent zelfs dat de po litie haar plicht te goed doet. Spr. meent dat zij har taak behoorlijk verricht en waarschuwt er daarom tegen, den geest te bederven. Moet men dadelijk den- heiligen wil van den Commissaris gehoorzamen? Hot drieploegenstelsel zal door deze nieu we regeling van zijn beteekenis worden ontdaan. Spr. dient een motie in, welke luidt als volgt: Do heer Knuttel meent dat de re cherche hier veel te sterk bezet is. Er ^alt nooit iets voor. De heer Wilmer gelooft niet. dat 't per eoneel evenmin als hij het doet, twijfelt san de goede gezondheid van hét hoofd der politie jegens dat personeel, 't Is hieT verschil van inzicht. Spr. hoopt, dat d< burgemeester de zaak nog eens zal over wegen. Een voorstel of motie doet meer kwaad dan goed. Do heer Baart verdedigt het voors et ol-K ooistra. Naar aanleiding van de regeling in andeTe gemeenten vraagt spr. waarom Leiden de eerste moet zijn om een verslechtering in te voeren. De heer Wilmer: Daar hebben wij niet over te beslissen! De heer Kooistra vindt dat rechtsche heeren weer een draai maken. De heer Zuidema: Ja. natuurlijk. De heer Wilmer: Uw voorstel heeft Igeen goed resultaat! Eerder 't tegenoverge stelde. De heer Wilbrink zegt dat nu uit de ■toelichting is gebleken, dat hier grondi ge motieven in het spel zijn. hij de leiding van deze zaak aan den Voorzitter w;l toevertrouwen. De heer Groeneveld laakt het in iden heer Wilmer dat hij zich persoonlijk tegen verlenging van den arbeidsduur verklaart, en toch weigert de motie- Siji'sma te steunen. Den heer Zuidema wordt het duide lijk dat het aan de overzijde niet in de eerste plaats om de politie, maar om de kiezers gaat. Men heeft aan deze zijde nooit geen behoefte getobnd om zijn mee- Jiing te verbloemen. Het is .toch niet meer iflan natuurlijk dat men wil rekenen met billijke motieven. De heele motie- S'ltsra a is eon spel. De heer Wilmer: Men bereikt er ab soluut zeker niets mee. L Dp heer S ij t s m a begrijpt waar om de Voorzitter geen gehoor zou geven aan zijn motie. De Voorzitter: Omdat ik tegenover i burgerij niet verantwoord zou zijn. Men kan ook beter 54 uur dienen in Lei den dan 51 uur in Amsterdam of Rotter dam. Het voorstel-Kooistra wordt verwor pen met 218 st. Voor de S. D. A. P. De motie-Sijtsma worclt. met 1513 st. verworpen Voor. de S.D.A.P., Commu nist, Vrijz Dem., Dem. en de heeren' v. Rosmalen en v. d. Reyden De heer Knuttel stemt alléén tegen het heele hoofdstuk, waarna dit wordt aan genomen. De heer Kooistra spreekt zich uit tegen de verlaging van het sohoengeld van 35 op 30 gld.. en de begrooting met het benoodigde bedrag te verhoogen. De heer Heemskerk betoogt dat het handhaven van het oorspronkelijk be drag geen werkelijk voordeel zal bren gen. De Voorzitter releveert de ge schiedenis van het ,.Schoengeld", da/t oor spronkelijk de beteekenis had van een duurte-toelage. Door de prijsdaling in het schoenwerk is bovendien een verlaging met f 5 niets te har. De heer Kooistra weet bij ondervin ding dat het schoeisel gauw slijt als je den geheelen dag op straat bent. Hij zit op het kantoor en moet iedere 3 maanden zijn schoenen laten repaieeren. De Voorzitter: U gebruikt toch wel guramie-hakjes? (groote hilariteit). Het voorstel-Kooistra wordt met 19 9 stemmen verworpen. Bij den post „Geneeskundig toezicht op lagere scholen" komt een voorstel van den heer Knuttel om ook een bedrag uit te trekken voor tandheelkundig onder- ziek gezien het groote belang van een goede verzorging der tanden. De heer Knuttel verdedigt, de heer V e r w e ij steunt het voorstel. De heer Oostdam wil dezen weg van specialiseering niet opgaan. Spr. vertrouwt dat de schoolartsen ook aan de gebititen wel de noodige aandacht zullen schenken. Weth. Meijnen gelooft niet dot de behandeling van de gebitten der school kinderen, van hoe groot belang ook, kan gebracht worden onder de verantwoorde lijkheid van het gemeentebestuur. De „N. R. Crt." heeft deze uitvinding dan ook terecht bestempeld met den naam van: de nieuwste gemeentelijke dwaasheid. De heer Spend el bestrijdit en ont raadt het voorst el-Knuttel. In den door hem gewilden weg doorgaande, zullen we weldra ook andere specialisten moeten aanstellen. Het voorstel word't verworpen met 1810 st. verworpen. Voor stemmen de heer Sijtsma, de voorsteller, de Dem. P. en de S. D. A. P. Bij post 20 komt ter tafel het volgende: Voorstel Tan den heer V e i- w e ij: De Raad van oordeel, dat zoowel in het belang van de veiligheid, als in dat van de opvoeding der jeugd, het wenschelijk is, dat van gemeentewege meerdere speel terreinen worden aangelegd, besluit, dat de gemeente den aanleg van meerdere ge noemde terreinen ter hand neemt. De heer V e r w e ij wijst op het toene mend verkeer, dat het wenschelijk maakt de kinderen van den openbaren weg af te houden, terwijl hij ook uit paedagogisch oogpunt den aanleg van een geschikt terrein noodig acht. Als ge schikte punten noemt spr. een stuk land bij de Valdezstraat dat er nu onooglijk uitziet, een terrein achter de Kooi- wijk, en een in de omgeving van den Morschweg. De heer Knuttel verdedigt het voorstel. Weth. Mulder herinnert er aan dat reeds meermalen een berekening werd gemaakt voor den aanleg van speelterrei nen, maar steeds kwam men voor groote kosten te steen. Nu wil men de terreinen ook al in de verschillende buurten hebben, hoewel wandelen toch ook een gezonde sport is. VeTder kan het bekend zijn dat de Leidsche IJsclub bezig is een nieuw speelterrein te gaan exploiteeren. De Voorzitter merkt op dat tal van clubs voor een heel billijken prijs terrein huren. Met het dan altijd van de gemeente komen? We kunnen toch niet aan den gang blijven. Het voorstel wordt verworpen met 18 10 stemmen. Voor de S. D. A P., de D. P. en de heer Sijtsma De heer K n u 11 e 1 stelt bij het hoofd stuk „openbare werken" voor, den bouw kundigen hoofdambtenaar in te deelen als ingenieur 2e kl., teneinde hem een g<e- wenschte verhooging te kunnen ver strekken zonder de geheele loonschaal te behoeven veranderen. De V o o r z. merkt op dat de raad niet het recht heeft iemand tot „ingenieur" te bevorderen. De vergadering wordt hierna geschorst tot Woensdagmiddag 2 uur. t GEZONDHEIDS FATRASSEN systeem Atuping, C-peesoons 11.75, 2-pepsaons ÉS.75 ^^LINNEN MATRASSEN, l-persoons 1.40, 2-perscorts 1.75 STATEK-GENERARL TWEEDE KAMER. Vergadering van gisteren Regeling van werkzaamheden De Voorz. stelt voor, aan de agenda na de Onderwijs-begrooting toe te voegen de Marine-begrooting voor 1925. Conform besloten. De Voorz. doet een dringend beToep op de leden om te zorgen, dat de Saats- hogrooting voor Kerstmis afgehandeld is. Er zijn nog 15 dag- en 8 avondvergade ringen mogelijk en daarin moet alles warden afgedaan. Stemmingen Aan de órde zijn de stemmingen over de amendementen-Bakker-Nort bij de Ar- beidsbegïoo'ing ingediend. Ar', 148. Amendement om den post voor lupusbestrijding te verhoogen met 1000 gulden. Verworpen met 60 tegen 25 stemmen. Art. 157. Amendement-Boon tot schrap- ping. Do hoer S ch o k k i n g (G. H.) zegt, dat nu niet is komen vast te staan, dat permanent 80 mille meer noodig is voor de school van Heerlen en de minister geen commissie van onderzoek wil benoemen, zijn parttij voor dit amendement zal stemmen. Het amendement wordt aangenomen met 46 tegen 39 stemmen. Vóór de linker zijde, de christolijk-historisohen en de hee ren Visscher, v. d. Molen, de Monté Ver- Loren, Schouten. De .overige amendementen-Bakker Nort verhooging van posten werden al len hij zitten en opstaan verworpen. Staatsbegrooting voor 1925. Begrooting van Justitie. De begrooting van Justitie wordt aan genomen met 66 tegen 19 stemmen. Hoofdstuk Va (Onderwijs). Aan de orde is Hoofdstuk Va (Onder wijs) van de Staatsbegrooting voor 1925. Mej. Westerman (V. B.) erkent dat de minister niet heeft stil gezeten. Spr. betreurt de splitsingen ten zeerste, die ook hebben geleid tot de stichting van neutrale bijzondere scholen. De open bare school heeft voor zeer velen afge daan, o.a'. omdat er geen Fransch meer onderwezen wordt en omdat het hoofd der school geen toezicht meer kan houden op het onderwijs. Het openbaar lager on derwijs is achteruitgegaan en het peil van het onderwijs is gedaald. (Geroep: Bewijzen!) Het onderwijs is op sommige punten uitgebreid en daardoor zijn de hoofdvakken achteruitgegaan en daar door is de gelegenheid om Fransch te on derwijzen ontnomen. Spr. vraagt of de minister de gelegenheid wil openen om het onderwijs facultatief te maken voor het Fransch, nu gebleken is dat vele ouders dit wenschen. Doet de minister dit niet, dan zal spr. een initiatief-voorstel daartoe ndienen. Ten slotte vraagt zij bevordering van het Esperanto, verspreiding van de vre- desgedachte in de scholen en onderwijs in de regels van den weg. De heer Bakker (G.-H.) wesnscht een rustige sfeer voor het onderwijs. Hij beklaagt er zich over dat de Minister voor het vervolgonderwips te weinig belang stelling heeft. De salarissen ten platte- lande acht hij te laag en hij is van oor deel dat er te veel onderwijzers zijn. De heer Van Zadeilhof (S.D.) meent, dat de minister als bezuinigings minister is geslaagd, maar als onder- wijs-minister is mislukt. Tegenover mej. Westerman verdedigt hij de afschaffing van het ambulantisme, waardoor thans een sfeer van kameraad- schappelijkhee'd is ontstaan. (Geroep: lees de verslagen der inspectie!) Art. 73 heeft z.i. de deur geopend voor allerlei knoeierijen. De verklaring van ouders die hun kinderen naar de school zullen sturen, is voldoende voor het ver kregen van een school. Do heer V i s s ch er (A.-R.) is van oordeel dat het onderwijs meer een teak der ouders dan van den Staat moet zijn. De heer v. d. Molen (A.-R.) zegt, dat hij vroeger al gewezen heeft op de groote financieele gevolgen van de L. O.-wet. Wanneer de minister niet bereikt heeft, wat hij zich voorstelde, komt dat, omdat er dingen waren, die machtiger waren dan de minister. Echter is er nog wel reden voor critiek, o.a. ten aanzien van het be waarschool-onderwijs, waarvoor de mi nister niet genoeg deed. De heer Tilanus (C.-H.) zegt dat de salarissn die nieuw worden aangevraagd bij dit ontwerp moeilijkheden met zich brengen, omdat hoofdstuk II nog niet is vastgesteld. Hij rraagt den minister met de beslissing over dit punt niet te zullen prejudiceeren op een beslissing van dit hoofdstuk. Ministercrisis? De Voorzitter deelt mede, dat mi nister Aalherse naar aanleiding van het votum over het subsidie aan de school te Heerlen zich wenscht te beraden, wat hem te doen staat en dat hij daarom geen prijs stelt op behandeling van het overige deel zijner begrooting. Voldoende aan deze mededeeling werd *de behandeling geschorst. De begrooting van Financiën kwam nu gisteravond aan de orde. De vergadering werd verdaagd tot ?s avonds 8 uur. A vondvergadering. Staatsbegrooting voor 1925. Hoofdstuk VIIB (Financiën), 'Aan de orde ie de behandeling van het VIIg hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1925. Bij de algemeeno beschouwingen klaagt de heer IJzerman (V.B.) er over, dat de bezuiniging zoo weinig resultaten heeft opgeleverd ten 'aanzien van dit departe ment. Wat het personeel betreft, Is de ver slechting van de positie veel en veel groo- ter dan zou blijken uit de vermindering in salaris. Spr. is van oordeel, dat er een heel wat betere bezuiniging van het departement had kunnen worden verkregen, wanneer men voldoende rekening had gehouden met de weschen en de adviezen van de amb enarenorganisaties. De heer Staalman (V.B.) bespreekt allereerst den accijns op gedistilleerd. De minister heeft medegedeeld, dat de smok kelarij en de clandestiene fabricage nog steeds grooten omvang heeft. Ook de cij fers bewijzen dit Wat de verhooging der accijns betreft, merkt spr. op, dat tengevolge hiervan de opbrengst aanmerkelijk daalt. Thans be draagt deze opbrengst reeds 31 millioen minder dan het vorig jaar. Na deze ac- cijnsverhooging daalt de opbrengst en de fraude neemt toe, evenals de smokkelarij meestal van zeer slechte kwaliteiten. Hier aan kan alleen een einde worden gemaakt wanneer het aan de smokkelijk verbonden voordeel wordt weggenomen en om daar toe te geraken dient de minister den ac cijns te verlagen. Spr. hoopt, dat de minister tegemoet wil komen aan deze bezwaren. Spr. is er van overtuigd, dat een verla ging van den accijns ten goede zal komen aan de schatkist en dat dit niets te maken zal hebben met een herziening van het belastingstelsel. Wanneer spr. door het antwoord van den minister niet bevredigd mocht wor den, zal hij misschien verplicht zijn een motie in te dienen. Vervolgens dringt spr. aan op afschaf fing van do belasting op pleziervaartuigen De heer Van Voorst tot Voorst (R.-K.) bespreekt den aanslag van de landbouwers in de inkomstenbelasting. Het komt zeer vaak voor, dat de insppec- teurs de landbouwers aanslaan naar hun eigen inzichten, volgens de oude metbo den, waarbij in het geheel geen rekening wordt gehouden met de bedrijfsonkosten. De lasten der boeren besprekende, wees spr. op de landbouwbedrijfsboekhouding. De heer Van den Heuvel (A.R.) be spreekt de fraude met de rijwielbelasting- plaatjes, welke tot de kleinst mogelijke af metingen moet worden teruggebracht. De nieuwe plaatjes moeten niet zoo vroeg be schikbaar worden gesteld, terwijl ook geen overgangstermijn noodig is. Vervolgens klaagt spr. nog over den grooten achterstand in de reclames. Spr. wenscht tegemoet te komen aan de recla manten door het bedrag, waarover wordt gereclameerd, een volgend jaar eerst in vorderbaar. te verklaren, terwijl voor reeds betaalde belasting, waarover de re clame ge-grond wordt bevonden, rentever goeding kan worden gegeven. Spr. aoht de pachten voor de domein gronden niet te laag. De heer B i e r e m a (V.B.) sluit zich aan bij hetgeen door .den heer Van Voorst is gezegd over het aanslaan der landbou wers in de inkomstenbelasting. De heer Boon (V.B.) bespreekt <Lo belasting op de pleiziervaartuigen. Hij wijst er op, dat deze op de watersport hier te lande een noodlot tigen invloed uioefent De meeste eigenaren geven te kennen, dat zij hun booten wegens de hooge belasting wenschen te verkoopen. Te veel wordt in ons land de watersport als een luxe beschouwd. De heer Oud (V.D.) merkt op, dat den laats ben tijd in de practijk betreffende de toepassing der forensenbelas ting veran dering is gekomen. Dit is geschied nadat de kwestie is overgebracht van Binnenl. Zaken naar Financiën. De minister heeft toen een beslissing genomen in afwijking van het advies van den Raad van State. Spr. gelooft dat de minister toen te ver is gegaan. Volgens de regeling van den mi nister krijgt nu een gemeentebestuur van den inspecteur bericht, dat in een bepaald geval geen forensenbelasting mag worden opgelegd. Dan kan het gemeentebestuur in beroep komen bij Ged. Staten. Wat moet er nu, vraagt spr., gebeuren, wanneer het gemeentebestuur door Ged. Staten in het gelijk wordt gesteld? Spr. geeft den mi nister in overweging dit systeem niet te blijven volgen, doch er de voorkeur aan te geven, wanneer de belanghebbende bij de Kroon in beroep is gekomen, desnoods de Kroon te adviseeren te beslissen in af wijking met het advies van den Raad van State. De heer Van Rappard (V.B.) be spreekt een speciale belasting-kwestie. De Minister van Financiën, de heer G o 1 ij n, antwoordt op een opmer king van den heer Fleskens, dat reeds een onderzoek naar de werking van den bier accijns is ingesteld. De juiste cijfers zijn nog niet bekend, maar een voorloopig re sultaat wijst uit, dat dit niet gunstig is in den zin zooals de heer Fleskens dit wenscht. Den beer IJzerman antwoordt de mi nister, dat spreker zich steeds bereid heeft verklaard met de organisaties overleg te plegen. Wat de opmerkingen van den heer Staalman betreft, merkt spr. op, dat het vraagstuk van den gedistileerd-accijns steeds zijn volle aandacht heeft. Wd is 'bij het departement bekend', dat er fraude wordt gepleegd, en dat er ge smokkeld wordt, maar ook bestaat bij het departement vermoeden, dat het gebruik van gedistilleerd is afgenomen. Spr. ver klaart zich volkomen berefd, eez. mde< onderzoek naar die feilen in ie stellen. Hierna komt de minister aan den ach-< terstand in de reclames. Dit is een gevolg van een minder goede boekhouding der ha langhebbenden. De boekhoudingen moeten dus worden onderzocht en daarvoor heb-* ben we niet voldoende accoutants. Intusschen zal alles worden in het werk1 gesteld om den achterstand zoe spoedig en zoo veel mogelijk te verminderen. Spr. verklaart zich bereid, bepaalde klachten over onjuiste'aanslagen aan oen onderzoek te onderwerpen. Wat de belasting op de plei-ziervaarfui- gen betreft, gelooft spr. dat de zuivere opbrengst hiervan ongeveer f 60.000 be draagt. Daarna komt de minister aan de foren- senhclasting, welke zeer veel werk met zich meebrengt. Zooals de werkzaamheden zich den laatsten tijd hadden ontwikkeld ging het niet langer. Deze werkwijze is veel eenvoudiger dan wanneer Ged. Staten een gemeenebestuur in het gelijk stellen, dan kan de belanghebbende nog altijd in beroep bij de Kroon komen. Do algemeene beraadslagingen worden gesloten. Bij de Vie afdeeling herinnert de lieer IJ z e r m a n (S.D.) aan de mededeeling van den minister, dat de regeering een wetsontwerp voorbereidt om te komen tot' geleidelijke afschaffing der Staatsloterij. Spr. gelooft, dat dit. niets anders is dan een paradepaardje van de A.-R.-parlij voor de komende verkiezingen, dat na deze verkiezingen zoo* spoedig mogelijk weer op stal zal worden gezet. De heer Staalman (V.B.) is van meening, dat gezorgd moet worden, dat alleen in de Staatsloterij kan worden ge speld. Spreker merkt op, dat geijverd moot worden voor goede collecteurs en collec- trices. De heer Van Gijn (V.B) betwijfelt o£ de gewetensbezwaren wol zoo ernstig zijn, waar een partijgenoot van den minister van Financiën', de minister van Justitie, premie-leeningen van openbare lichamen niet zoo erg vindt, en de mogelijkheid hier toe zelfs voorstelt in een wetsontwerp. De Minister merkt op, dat het be doelde wetsontwerp binnenkort ^ij de Ka mer zal inkomen. Dan zal spr. gelegen heid hebben, op de gemaakte opmerkin gen van den heer IJzerman terug te ko men. In afwachting van de behandeling van dit ontwerp heeft het volgens spr. geen nut thans nog veranderingen te gaan brengen in de organisatie. Wat de premieleeningen betreft, gelooft spr. dat ook hiertegen ernstige bedenkin gen kunnen worden aangevoerd. Spr. zal de aandacht van den minister van Justitie vestigen op de te dezer zake gemaakte opmerking. De begTOOting van Financiëm en de ove rige wetsontwerpen (Leeningfans, Tiend fonds en Staatsmuntbedrijf) worden z.h. st. aangenomen. De vergadering wordt geschorst tot 2 Doodelijk ongeval. Op den Rotterdamsclien weg te Delft beeft gisterenmiddag naar de D. Crt. meldt een doodelijk ongeluk plaats gehad. Op den berm van den weg. even voorbij het kruit huis, liep de 72-jarige wegwerker A.. Mooy. De man gleed van den berm, werd door een vrachtauto aangereden en aan voor- en achterhoofd gewond. Eenige oogenblikken' daarna stierf de oude man. Door den trein gedood Gistermorgen om halfacht is bij den onbewaakten overweg aan de Scherpeik drechterkade te Rotterdam het zwaar ver minkte lijk gevonden van den 24-jarige n werkman J. S. Vermoedelijk is hij, toert hij zich per fiets naar zijn werk te Over sold© begaf, door den sneltrein Hoek var Holland—Berlijn gegrepen. De machinist heeft, echter niets van het. gebeurde ge merkt. Moedermoord? Te Peperga (Fr.) werd in de maand Sep tember van het vorige jaar de 74-jarige A. .ten B., weduwe van E. C., dood in de put 'bij haar woning gevonden. - Thans heeft na een twist iemand aan de politie medegedeeld, dat J. O., zoon van de vrouw, zijn moeder met een houten ha mer de hersens heeft ingeslagen, haar yart haar geld heeft beroofd en daarna het. luk in de put- heeft geworpen. Ook nog een tweetal andere personen legden een geoi- ke verklaring af. De politie onöer7.oekt de zaak. J. C. is momenteel in gevangenschap -voor een ander feit. Een vreemd sterfgeval Het gezin van den schipper C. de B. te' Lcpik was gezond naar bed gegaan. Toert den volgenden morgen de kinderen m de slaapkamer kwamen, kregen ze van vader noch moeder antwoord. De onmiddellijk geroepen geneesheer constateelde bij «en vader den dood en de moeder is in hoog? ernstigen toestand naar het ziekenhuis m Utrecht vervoerd. Tot hiertoe taat men over de oorzaak nog geheel in het duister. Kolendamp-vergiftiging is zeer onwaar- echijnlijk. Mislukte alcohol-smokkelarij. Bij Fiemel onder'Termuntea hebben de rijksambtenaren pl.m. 1000 liter spintM. die frauduleus zouden worden ingevoei beslag genomen. De smokkelwaar ""'1 daar midden in den nacht op een a(Bek^\ plaats gelost. Toen de smokkelaars onraad bemerkten, eloegen ze met achterlating den geheelen buit op de vlucht. Een hunn die in een sloot geraakte, viel in de 1. den der ambtenaren, en is voorloop.g gehouden. Militaire knoeierijen. Het persbureau Va/. T>v«a meld' Maastricht, iu verband mot mutual**

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 6