Het. Groot-Seminarie te Warmond, in uitgebreid en inwendig .vooral gemaakt, men genoot nog van de vurige en pittige artikelen welke hij in da N. Zuid- Hollander teen ten tijde schreef. Men verwachtte van hem alle goeds. Men hoopte En men hoopte niet vergeefs. De hooge Kerkelijke Overheid deelde volkomen de gedachten der parochianen van de Mon- Père. en weldra klonk de blijde tijding: 1 Prófessor Dessens is Pastoor der Mon- Père en Deken van Leiden! Zijn de hoopvolle verwachtingen, de vrome wenschen in vervulling gegaan? Het antwoord kan niet twijfelachtig we zen. Na een pastoraat van bijna vier en twintig jaren kan men niet anders doen dan God hartelijk danken voor het on noemlijk vele goede, dat Hij door Deken Dessens heeft verricht. Ik wee.t wel, dat er misschien zijn die de verdiensten van een priester en vooral van een pastoor bijna alleen afmeten naar de meerdere of mindere gemoedelijkheid en uiterlijke vriendelijkheid en soms weinig weten te waardeeren, wanneer die priester nf die pastoor niet altoos eve.n gemakke lijk „met het volk omgaat." We weten ech ter ook. dat de ware verdiensten ergens anders gelegen zijn. Men kan van den ge leerden Professor, die zoovele jaren ont wend was aan den omgang met allerlei menschpn. niet verwachten, dat hij opeens aan allen zich zou kunnen aanpassen. Maar wat men in hem verwachten mocht en wat. men in hem vond, en wa.t het. wei nige tekort aan dit uiterlijke, zoo het een te kort was. buitengewoon vergoedde, dat was een priesterhart, zoo oprecht, zoo vol '?.n ijver voor de glorie Gods, zoo vol op rechte begeerte naar de heiliging der men- schen, zoo diep en degelijk godvruchtig en daarbij in hooge mate deelachtig aan do gaven van wijsheid en verstand, dat. daar door alleen reeds de zegen Gods moest neerdalen over hem en over do parochie aan hem toevertrouwd. Wie de warmte van dat priesterhart, go- vormd in de school van Gods Woord, moch ten ondervinden, dat waren diegenen, die wat nader mek hem in betrekking kwamen. Op de ec.rste plaats zijn biechtelingen, vooral zij die in ernstige moeilijkheden raad kwamen vragen voor de belangen hunner ziel. Dan was zijn woord voorzich tig en altoos wijs. Wie zijn raad volgde, kwam niet verkeerd uit. Dat waren vervolgens zoo tallooze zieken »n ongelukkige®. Hoevelen. die eerst met 'n zekeren schroom tot hem opzagen, zijn hem spoedig hoogelijk gaan waardeeren en zui- ;en hem uit heel hun hart eeuwig dankbaar «lijven. Ik weet het met zekerheid en bij :m dervinding. Het spreekt vanzelf, dat wanneer zijn geest zich eens vrij mocht ontplooien, het Woord Gods, dat hij verkondigde, niet relden zijn glans mededeelde aan de men- «chelijke vormen waarin het- werd gekleed, dat het ons boeide ook door de schoone en kernachtige taal. waarvan hij het. geheim bezit, niet. zelden ons voerde tot zulk een hooge vlucht, dat wij, priesters, meerdere snalen op verrassende wijze ais een geheel aieuw licht over sommige zaken zagen op- 3aan. Ik zeidezijn kernachtige taal. Ik *oer er bij zijn dichte rdaal. Getuigen daarvan niet de schoone liederen bijv. op fit. Joseph, St. Agnes, S. Pancratius en vele andere, die de parochianen kennen en met voorliefde zingen? Schijnt de taal van de len meer dan 70-jarigen niet steeds jonger in frisscher te worden? En is het geen priesterlijk werk bij uitstek, liet volk te zijn tegenwoordigen vorm. nog onlangs wat betreft de Kapel verfraaid. leeren zingen de liederen Gods. Dat deed Mozes, dat deed David, dat deed Alphon- sus, dat. deden zoovele heilige.n, die door God begenadigd meer en beter dan ande ren Gods goedheid en schoonheid begrepen en in schoone vormen aantrekkelijk wisten to maken en over te storten in anderen, wat ze zelf hadden ontvangen. Als Pastoor der parochie werkte hij voor de verfraaiing van het kerkgebouw. Wie den toestand der kerk heeft gekend, toen deken Dessens pastoor werd, en haar na ziet. zal de kerk haast niet terugkennen. De heerlijke schildering dankt haar rijke symboliek vooral aan de scherpzinnige en vrome gedachten van den Deken. In he.t boekje, door den eerw. heer P. M. Bots daarover indertijd samengesteld, kan men zien, hoe heel die schildering als een prediking is, een zeer doordachte en wel sprekende catechismus in beeld, die ons spreekt van Gods grootheid, van Maria's heerlijkheid, van de beteekenis der H. Katholieke Kerk; die terwijl ze het oog aangenaam aandoet, het hart verheft tot den Gever van alle goede gaven. Wanneer we nog wijzen willen op de zorg van den Deken voor de zijnen, dan mogen wij met dankbaarheid melding maken van de nieuwe geriefelijke banken, envan de verwarming, zaken, welke het kerkgaan zooveel gemakkelijker en laat ons ho pen daardoor veelvuldiger maken. De voornaamste pastoreele zorgen echter %an onzen Jubilaris zijn niet aan ieder blootgelegd. Wie zal het zeggen, welke on metelijke verdiensten hij zich heeft ver worven voor de katholieke school. Nie mand zal het ooit weten, hoeveel geldelijke offers het. hem heeft gekost., en hoe hij steeds bereidwillig was en steeds de eerste 0111 te offeren voor een echt Katholiek on derwijs aan de Leidsehe jeugd. De toestand van het onderwijs is dan cok onder zijn invloed en voor een groot deel ook door zijn stuwkracht enorm voor uitgegaan, niettegenstaande vele teleur stellingen en soms weinig medewerking en geen kind in Leiden behoeft om welke leden ook van het Katholiek onderwijs verstoken te blijven. Zoo zouden wij kunnen voortgaan. 0.a. zouden wij in herinnering kunnen brengen wat door den Deken gedaan is, om het gesticht aan de, Jacobsgracht voor de Katholieke zaak zuiver en goed te 'behou den. Het was een werk. waaraan hij zich tan het eerste oogenblik af, met hart en ziel gaf, waarvan hij veel verdriet l eeft moeten ondervinden, waarin hij ten slotte na vele jaren door taaie volharding de schoonste en zegen rijkste overwinning mocht behalen. Katholiek Leiden kan den Deken niet dankbaar genoeg zijn. Wat. ik hier schreef maakt- gee.n aan spraak op volledigheid, 't Is een ruwe, haastig neergepende schets. Maar ik hoop loeh duidelijk genoeg om waardeering te wekken voor den man. die in Leiden op de voornaamste plaats staat in liet kerkelijk leven, die daarom meer dan anderen bloot staat aan critiek, en liet- meest, van hen, die van het werk van een priester dikwijls zoo weinig begrijpen. Deken, wij zijn u dankbaar voor uw woord en nw voorbeeld, als het woord en het voorbeeld van een echten vromen pries ter. Moge uw wijsheid en uw kracht, moge uw echt priesterhart nog ta'hodzen tot ze gen zijn en moge uw gouden kroon het beeld zijn van een veel heerlijker kroon, die wij u in dea hemel eens hopen te vlech ten. J. P. HUIBEftS, Pr. Eeni foto van de priesters,, die aar* de vertaling van de H. Boeken' van heb ^.Oud-Verbond hebben medegewerkt voor welken grootschen arbeid de jubi- leerende Deken het ini tiatief heeft genomen. Een man met gouden hart siert thans [c-en gouden kroon; De gouden juhelkroon als Priester van [don Hoogon. Wat staat dien dienaar Gods dit gouden [kleinood schoon! "Welke aardsehe vorst kon ooit op zulk [een sieraad hogen? Een streelende muziek ruiseht door dea [Hemels woon; "k Zie 't Cherubijnenkoor van geestdrift [opgetogen. Doch ook van de aard' stijgt op een [luide jubeltoon, Uit 't Roomsche volk, dat opwaarts [blikt met dankbare oogen. 0 Priester, die zelfs nu nog zijt vol [arbeidslust, En trots der jaren druk ontspanning kent [noch rust, Wij, jong'ren, zijn beschaamd bij 't [voorbeeld ons gegeven. Een dreigt de stond, gij zijt ten volle [er van bewust, De stond, waarop gij vroom voor 't [laatst het kruisbeeld kust; Dan rust naar hartelust voor 't [eeuwigdurend leven C. B SIMONS, Oud-Missionaris. Deken Dessens en het Missiewerk. Een man met gouden hart viert thans zijn gouden feest. Zeg ik te veel wanneer ik getuig, dat Deken Dessens een gouden hart bezit? Toont zich de schitterglans van dat goud niet bij iedere gelegenheid, hetzij men den jubilaris alleen spreekt, of hem ontmoet in het hijzijn van ande ren? Treedt dan de geniale, joviale en vooral echt pastorale zijde van zijn ka rakter niet onmiddellijk op den voor grond? Wie" onzer kan het eenvoudigste gesprek zoo smakelijk kruiden als de HoogEerw. Deken? Wie evenaart hem in geestige scherts en in gestadige blijmoe digheid? Verraadt dit alles geen ware zielenadel? Ik wil echter hierover niet lan ger uitweiden daar mij de vereerende taak is opgedragen om slechts zijn gouden hart te toonen met betrekking tot het Missie werk. Als oud-Missionaris en intieme vriend van den Deken kan ik hieromtrent wel licht een oordeel vellen. De jubileerende Priester en ik' zijn öude hekenden. Onze eerste kennismaking immers dagteekent van den tijd, dat hij nog jeugdig Priester was. Onze wegen scheidden voor zeven tien jaar. Bij mijn terugkomst uit de Missie zag ik den voormaligen Professor van Warmond weder als Deken van Lei den. Welk een hartelijke ontvangst wachtte den Missionaris in de pastorie op de Oude Vest! Hij gevoelde zich al dadelijk thuis onder dar gastvrije dak. Niels was te goed en niets blee'c te veel voor den missiona ris, dien hij hoogachtte niet alleen als vriend maar vooral als heraut van den vrede aan gene zijde van den Oceaan. Ten allen tijde was de missionaris wel kom, en dit welkom werd hem toegeroe pen zonder woordenpraal, zonder plicht plegingen, zonder de minste franje te be zigen, kalm, eenvoudig en wel ge meend. Want zoo is de Deken. Zijne leuze: vrij heid, blijheidomvat alles. Dit wat den persoon van den missiona ris betreft. Evenwel ging zijn genegen heid voor de Missie veel verder. Getuige de warme belangstelling, welke hij steeds aan den dag legt. wanneer men hem spreekt over het Missiewerk. Dan glinste ren zijn oogen van een inwendig vuur. Dan moet hij alles haarfijn welen. Dan verheugt hij zich met den missionaris over het hehaalde succes of voelt hij mede met zijne teleurstellingen. Dan toont hij ook tevens goed op de hoogte te zijn van den toestand in verschillende missiün, een kennis, welke hij heeft verkregen door het aandachtig lezen der vele Annalen, waar op hij zich geabonneerd heeft. Of de Leidsehe Deken het Missiewerk een gouden hart toedraagt? Getuige zijn brandenden ijver in het organiseeren eener Missieweek om aldus zijn parochianen, ja geheel Roomsch Leiden, als 't ware wak ker te schudden met betrekking tot hunne zware verplichtingen jegens de Missie, en zoo mogelijk in de harten der jongeren het eerste zaad tot de roeping van missiona ris te doen ontkiemen. Zelf overtuigd van het verheven doel van liet Missieleven, rust hij niet, alvorens hij ook anderen tot zijne overtuiging gebracht heeft. En die overtuiging uit hij in nog edeler da den. Hoevele jongelingen, d'je onbemid-< deld zich geroepen gevoelden om als Priester te gaan arbeiden in de heiden- scho landen, vinden hij den HoogEerw. Deken stoffelijken steun, waardoor zij in staat worden gesteld hunne idealen te verwezenlijken. Maar ik moet zwijgen, uit vreeze de nederigheid van den jubilaris te kwetsen. Het bovenstaande zal evenwel voldoende zijn om aan te toonen, dat in den Leid- schen Deken een gouden hart klopt voor de Missie. Ter gelegenheid van dit gouden Priester feest acht ik het een aangenamen plicht om den HoogEerw. Deken ook namens mijne mede-missionarissen oprecht te be danken voor zijn blakenden ijver voor 't Mis siewerk. Moge de AJgoede God Deken Des sens nog jaren lang behoeden niet alleen voor het Dekenaat Leiden en de parochie van „Mon Père", maar ook voor de Missie Moge het Zijn HoogEerw. vergund zijn nog het diamanten Priesterfeest te vieren, en siere hem eens 11a 't einde van dit leven, lot loon van deugd en edel Pries ters treven, een gouden kroon, bezet met Het Groot-Seminarie te Warmond, zooal3 het er in 1882 uitzag. diamant, door de eeuwen heen ïn Sion*s Lustwarand. C. B. SIMONS, Oud-Missionaris. Missiehuis Roosendaal, 15 Augustus 1924 OP HET GOUDEN PRIESTERFEEST VAN DEKEN P. L. DESSENS Gij, Priester van den Heer, voor vijftig [jaar verkoren De jubel welt in 't hart en wil zich luid [doen hooren: „Wel doet Hij groote dingen, God, aan mij, Als Hij uit duizenden van uitverkoren [zonen Mij tot hun leidsman staalt". Geen koningsdiadeem kan zulk een glans [verleenen, Geen rijksstaf, kroon of scepter zulk een [macht vereenen, Als de ongeziene Priesterdiadeem, Die met een krans van ongedroomdo [paarlen, Uw Priesterziel omstraalt. Geen glinsterende dauw kan zoo den [grond bevruchten. Geen zon in vorstelijke praal de aard' [verluchten, Als Gods gena, met koninklijk gebaar, Door Uw Van God gezalfde Priesterhanden In overvloed verspreidt. Gezalfde van den Heer, die bij den groei [der jaren, Als Horder weiden bleeft de God-gewijde. [scharen, Ga lang nog wakend aan Uw volk vooruit, En voer ons mee naar de eeuwige [weidelanden. Waar Jezus ons verbeidt. N. v. D. Onze Deken jubiisert. De parochie van Mon Père, Katholiek Leiden, het Dekenaat Leiden en vele vrienden daarbuiten vieren het gouden priesterfeest van den HoogEerw. Heer Deken P. L. Dessens. Wij zijn zoo gelukkig geweest gaarne en onmiddellijk bereid te hebben gevonden de verdiensten van den Hooggeachten Jubila ris te kenschetsen: allereerst Mgr. Taskin, president van liet Groot-Seminarie te War mond, pastoor Huibers, oud-kapelaan van de Mon Père, en den oud-missionaris father Simons. Met blijdschap en dankbaarheid zullen onze lezers, ook die buiten het Dekenaat, in die artikelen de getuigenis lezen, hoe de gouden Jubilaris zijn rijk priesterleven heeft gegeven voor de eer van God, hoe hij heeft gearbeid voor de uitbreiding van Gods Rijk, hoe hij onder de priesters van ons Haarlemsche Diocees vooraanstaat door wat hij, onder den zegen van God, met zijn veie gaven en talenten, met zijn deugd en wetenschap voor de Kerk heeft tot stand gebracht. Deze gansch bijzondere ver diensten zijn enkele jaren geleden, tot aller verheugenis, door Z. D. LI. den Bisschop van Haarlem gekroond door de benoeming tot Eere-Kanunnik van het Haarlemsehe Kapittel. De Leidsehe Courant die te Leiden is geboren en gegroeid en tot was dom gekomen is het een dringende plicht van dankbaarheid, zich aan te sluiten hij de door anderen hiervoor uit gesproken geluk wenschen - deze herha lend, eerbiedig en hartelijk, namens héél Katholiek Leiden, namens héél het kenaat! Geestelijken en leeken, zij allen in y geheelc Dekenaat, bidden den Jubilaris nog vele jaren toe onder Gods rijkst® zegen! Toen verleden jaar een ernstige zich* den Deken aangreep, toen schokte ij tijding door stad en dekenaat en drukte allen met bezorgdheid. En met vreugde werden de berichten vernomen vüi toenemende beterschap. En nu, nu de 1)« ken in frissche gezondheid zijn goud® priesterfeest viert, nu klinkt het op, smeekend en jubelend, als aller hark wensch: Ad muitos annos Een typeerende karaktertrek vaii da Jubilaris is d'ens eenvoudige oprechthei} en opene openhartigheid in de beoords- ling van dingen en daden is diens ai keer van alles ivat maar zweemt naar overdrijving en aanstellerij. Eerbiedigend dien voovheeldigen karak tertrek van den jubileerenden Deken, aar zelen wij toch geen oogenblik, om hier neer te schrijven en hem te geven de ver zekering, dat er is feest onder d? Katholieken, dat er wordt gedankt et, gebeden, veel en vurigopdat G( onzen goeden Deken Dessens behoirle es spare nog menig jaar, hom loone en •met een overvloed, met een weelde zonder eind, van geestelijke roede-en! Hier volgen eenige data uit het lev® van den hoogeerw Jubilaris. Petrus Laurentius Dessens werd gebom te Délfshaven den 15en October 1831. Priester gewijd 15 Augustus 1874 noemd tol assistent te Nootdorp 1 Senten- ber 1874, te Brielle 19 Juni 1875. Penocrai lot kapelaan te Amsterdam CH.H. Nicola: en Barbara) 20 September 1875, te Noord- wijkerhoul 5 December 1875; te T.o'dsi (0. L. Vr. Hemelvaart) 10 September 1871 Benoemd lot professor aan het groot-S1 minarie te Warmond 19 December ISSi Benoemd tot Pastoor en Deken te Leirla (O. L. Vr. Hemelvaart) 14 Januari 13-11 DEN MISSIE-IJVERAAR HEI'J Wel hooggeprezen zij in bede en juiehenl lied Uw naam, 0 Jubilaar, dien stille luïsterrlansw Van Priesterdeugd en -roem in gulden schoonheid kransen, - Wel zinge al 't volk verheugd, dat U gehuldigd zicfl Deze is de gloriedag, dien God es gunst C schonk Tot loon on kroon voor 't goed aan Kerk en heldenscharen, Die Satans slavenknechts in 't kwaad gekluisler waréi Voor velen 't blije Licht des Evangelies blonk! God geve U menig jaar in welverdiend vrêe, Een mirtenkroon van vreugd' moog' 't jubelend hoofd omstralen. Op 't zaad door U gestrooid Zijn vruciilj b're zegen dale, Zóó, Priester-Jubilaar, weerklinkt onz' j - 1 1- dankb're bft H. HART WIJK, SC| Missionaris. Leiden, 15 Augustus 1924. Heti interieur van de mooie gothieke kerk van; O. L. Vrouw Hemelvaart-, in 18 gebouwd \l syaarin Deken Dessens vele verfraaiingen en verbeteringen! beeft aan gebracht-, SONNET ter gelegenheid van hst gouden Priesterfeest van den HoogEerw. Heer P. L. Dessens

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 2