15e JAARGANG.
DONDERDAG 14 AUGUSTUS
No. 4536
PROFESSOR P. L. DESSENS
Seminarie te.Warmond
I882-I90I.
Onze in goud jubileerende Deken beeft
van de vijftig rijke jaren zijns priester-
schaps niet de minst-, mogelijk de meest
vruchtbare dit zal alleen de alwetende
en rechtvaardige Hechter kunnen, uitma
ken doorgebracht in het Seminarie van
Warmond.
In 1S82 wercl hij, toenmaals Kapelaan
in de Mon-Père bij Pastoor Bots, benoemd
tot Oeconoom van het Seminarie, tevens
Professor in de H. Liturgie. Toen echter
twee jaren nadien, door het overlijden van
Prof. Akersloot, de leerstoel der H. Schrift
openviel, was het de vervulling van een
zijner vurigste wenschen, dat hij dezen
katheder mocht, bezetten.
Wij hadden het voorrecht als student
het optreden van Professor Dessens als
Hoogleeraar in de H. Schrift mee te ma
ken. De herinnering, welke wij bewaard
hebben, zegt ons nu nog, hoe wij allen op
merkten, dat de Professor in dit vak zijn
ware milieu had gevonden. Met hart en
ziel wierp hij zich op de studie der Heilige
Boekon, en hij verstond het in ons, zijne
leerlingen, ook van zijn geestdrift over to
storten. Het was een lust hem aan te hoo-
rcn in zijne klare uitlegging van den ge-
wijden tekst. Het was heusch geen „droge
boel" van tekstcritiek of eindeloos gehas
pel over verschil van lezingen. Neen, er
zat vaart en leven in zijn voordrachten.
Eerst legde liij bijvoorbeeld van een
Brief de hoofd- en onderverdeeling van den
gedachtengang des geïnspireerden schrij
vers ons kort en zakelijk uit. Volgens de
zen leiddraad werd dan vers na vers ver
taald en verklaard: daarna volgde de sa
menvatting. En bij deze laatste was de
Professor steeds in volle kracht en in volle
actio. Dan bleek hoe hij den gewijden tekst
vast had in den greep van een ijzeren ge
heugen: vol vuur declameerde hij dan een
geheel hoofdstuk, soms, als het zoo met de
Verdeeling uitkwam, nog meer, telkens
verklarende en do onderdeelen verbindende
opmerkingen er tusschen lasschend,zoodat
clan het geheel in schitteren en opbouw van
eenheid en verscheidenheid, in heerlijk
schoone mengeling van leer en leven ons
ivoor oogen kwam te staan. De litteraire
schoonheid der Heilige Boeken werd daar
bij volstrekt niet vergeten. Deze methode
had het groote voordeel, dat zij ons ani
meerde om ook ons geheugen door het van
buiten leeren te oefenen, en dit te voor
dien als een arsenaal met een belangrijken
voorraad Schriftuurtekst, die ons later op
allerlei gehiecl dienstig kon zijn.
Inderdaad hebben wij nooit spijt gehad
over dezen arbeid: en wij zijn onzen
thans jubileerenden oud-Professor nog
dankbaar voor zijn aanmoedigend voor
beeld.
Onderhoudend en prettig waren zijne
lessen ook omdat hij ons daarin voortdu
rend liet meeleven met zijn apologetisch on
arbeid op Bijbelgebied iu „De Katholiek",
van welk tijdschrift de Deken tijdens zijn
professoraat een krachtige medewerker ge
weest is. Wij luisterden gaarne naar zijn
schermutselingen met den Leidschen Prot.
Kuenen over diens Pentateuch-crïtiek
(1886), of met den Utrechtschon Prof.
Doedens over: „Vrije exegese", naar aan
leiding van diens rede bij den overdracht
van het rectoraat der Universiteit (1887).
Deze Katholiek-artikelen zijn nog door
verschillende andere -gevolgd.'
Prof. Dessens doceerde ook do gewijde
welsprekendheid, of wat minder plech
tig gezegd hij gaf de prceklessen. Zelf
welsprekend kanselredenaar nog leven
dig herinner ik mij den diepen indruk,
welken zijn lijkrede maakte bij de uit
vaart van Prof. Akersloot (1884) en bij
die van President Prenger (1889) was
hem best toevertrouwd de eerste evoluties
van aankomende kanselredenaars te lei
den. Hel was bekend hoe geestig hij soms
ertiek uitoefende op de bij hem ingelever
de preek, en op de wijze van voordragen.
Wanneer iemand wat binnensmonds
sprak, 'luidde zijn opmerking, dat het ge
luid van dezen redenaar geleek op „het
gebrom van een hommel in een klomp";
was iemands geluid wat dof, zoodat er
klank en leven ontbrak, dan sprak de
professor van een sensatie, alsof men met
een „stok op een houten hek sloeg". Wee
dengene, die in een antwoord op een
vraag in een Bijbel-concours „een stommi
teit" had verkocht. Al werd het ambtsge
heim niet geschonden door den naam van
den „slimmerik" openhaar te noemen:
anoniem werd de gemaakte „bok" ten aan-
lioore van allen in alle lengte en breedte én
hoogte onder grooto hilariteit te kijk ge
steld. Voor den schuldige was het intus-
schen een heele toer om met een stalen ge
zicht zijn streng incognito te bewaren, ten
einde zich niet te verraden.
•Zeer spoedig reeds na -liet aanvaarden
van den katheder der H. Schrift gingen de
gedachten van Professor Dessens uit
naar een ideaal wat bij heeft mogen ver
wezenlijken: de Nederlandsche Vertaling
der H.H. Boeken van liet Oud-Verhond.
Katholiek Nederland miste nog steeds
een goedé vertaling der H.H. Boeken in
de Hollandsche (aal. Wat het Nieuwe Tes
tament betreft bestonden er wel vertalin
gen gemaakt iu den nieuweren tijd, hoe
wel zij velen toch niet bevredigden. Maar
van het Oud-Verbond was er niets, tenzij
zeer oude vertalingen, welke echter èn wat
de taal èn wat de verklarende aanteeke-
ningen betreft volstrekt niet meer aan de
eischen van den nieuweren tijd beant
woordden.
Aan Professor Dessens komt de eer toe
het initiatief tot dit groote en na veel
moeite en tijd lot stand gekomen werk te
hebben genomen. Omdat de taak voor één
man te zwaar zou zijn zag hij om naar
helpers. De eerste besprekingen hierover
heeft hij gevoerd met Prof. Jos. Schets van
het Seminarie Hoeven, Bisdom Breda.
Deze twee hebben aan het plan meer vast
heid gegeven. Toen liet bij de andere Se
minaries bekend werd, verzochten alle
respectieve Schriftuur-Professoren mede
werking te mogen verleenen. Bij deze vijf:
P. L. Dessens (Warmond), Jos. Schets
(Hoeven), Dr. J. Th. Brouwer (Rijsen-
burg; Aartsb. Utrecht); Dr. G. W. J. van
ZinnicqBcrgmann (Haaren; Bisdom
's-Hertogenbosch) en J. H. Drehmans
(Roermond), werd nog als medewerker
opgenomen de Oldenzaalsche Rector D. A.
W. II. Sloet, die zich door scripturistische
publication in „De Katholiek" bekendheid
bad verworven. In 1894 verscheen „De
kleine Profeten", vertaald en met aantee-
'keningen voorzien door JO'S. Schets. Na
dit begin volgde met korte tusschenpoo'zen
verscheidene andere Boeken. Toen kwam
er een stagnatie: wat ons niet kan verwon
deren, aangezien verschillende medewer
kers hun professoraat moesten neerleggen
om een andereu werkkring te aanvaarden.
Prof. Drethmans, die de Psalmen en de
twee Boeken der Machabeën vertaalde,
werd bisschop van Roermond, Dr. Brou
wer Vicaris-Generaal van Utrecht, Prof.
Schets Pastoor te Etten enz. Als nieuwe
medewerkers traden op Prof. Dr. Andreas
Jansen, van Rijsenburg, later Pastoor te
Bunniik, Prof. J. M. van Oers, de tegen
woordige Vicaris-Generaal van Breda, en
ton laatste Prof. G. J. M. Kabel, die Prof.
Dessens na diens benoeming tot Pastoor
der Mon-Père Kerk en Deken van Leiden
iu 1901 was gevolgd.
Onze Dekeai had, toen. hij pastoor werd,
de vertaling der vijf hoekenvan Mozes,
een boekdeel van 815 bladzijden, voltooid;
het hoek Job had hij onderhanden, en het
was gereed op de laatste 5 of 6 hoofdstuk
ken na. Maar het was te voorzien, dat de
pasloreele zorgen hem geen lijd voor de
voltooiing zouden laten, en hij gaf zijn ar
beid over aan Prof. Kabel. Deze was door
den drang der omstandigheden niet in de
gelegenheid de vertaling spoedig af te ma
ken, zoodat hierdoor het tijdstip van de
algeheëlo totstandkoming der Nederland
sche vertaling der H.H. Boeken van het
Oud Verbond is verlegd tot ongeveer 1910
of 1911.
Maar toen was het groote werk dan ook
gereed, en stond er een moniunent, met
vereende krachten weliswaar opgericht,
doch waarvan het plan is gemaakt door
onzen jubileerenden Deken,en waarvoor van
hem de stoot tot verwezenlijking is uitge
gaan, waarom derhalve Hij op de eerste
plaats aanspraak heeft op den dank der vol
gende geslachten. Waut 't feit dat Katho
liek Nederland thaus in het bezit is van
een goede Hollandsche vertaling van het
Oude Testament is een feit van zeer groo
te beteekenis niet slechts voor de Katholie
ken, maar voor het geheele Nederlandsche
volk, en inzonderheid voor de Nederland
sche taal. Hoevelen zijn er in den tegen-
woordigen tijd die de waarheid' zoeken, en
bij do Katholieken vragen naar een goede
gewaarborgde Nederlandsche vertaling
der H. Schrift? Hoe groot is de invloed
van de bekende Staten-Vertaling geweest
op onze Nederlandsche taal; om maarniet
te spréken van de vertaling van Van der
Palan?
Daarom is het zoo Jammer, dat het
werk reeds lang uitverkocht is, en men er
maar niet toe kan komen deze echte en
zuiver-Nederlandsche vertaling te her
drukken. Laat de prijs van den herdruk
wat hooger zijn dan die van den eersten:
de 'geregelde afname er van is o.i. verze
kerd: maar bovendien, is het niet een al
gemeen belang dat de kostbare' schat, dien
wij in deze vertaling hebben, niet overge
leverd worde aan de vergetelheid? Het
zou zeker een gepaste hulde zijn aan De
ken Dessens op zijn gouden priesterfeest,
indien dit aanleiding werd voor een uit
gever met wat durf om een nieuwen: druk
van dit werk te ondernemen.
Alle medewerkers zijn sedert overleden
behalve deze drie: onze Déken, Mgr. van
Oers en Dr. Sloet. Ook tegenover deze
twee laatste groote mannen, is het dunkt
mij een eereschuld, onze Bijbelvertaling te
herdrukken.
In 1901, begin Januari, stierf Deken
Bots. Het Seminarie van "Warmond moest
toen Prof. Dessens aan de Mon-Père-pa-
rochie afstaan. Hier begon hij een arbeid
van geheel anderen aard, die door oen
anderen ooggetuige hier zal worden be
schreven.
Maar voor het Seminarie te "Warmond
en voor de daar gedurende het Professo-j
raat van onzen Jubilaris opgekweekte
geestelijkheid brengen wij hem bier open
lijk hulde en dank.
Moge de krachtige hoogbejaarde man
van een „grijsaard" kan bier niet gesprot
ken worden 1 nog lang bezield blijven
met zijn vurige liefde voor de H. Schrift
en zijn nog jeugdige geestdrift, die hem
in ledige uren er vermaak in doet schep
pen dén Profeet Nahum iu Nederlandsche
verzen te vertolken.
h. j. M. taskin,
'""""IPresident
"Warmond, 30 Juli 1924.
Deken-Pastoor P. L. Dessens
Parochie van 0. L. Vr. Hemelvaart
te Leiden.
Toen In hefc begin van Januari 1901 dé
nooit vergeten en nooit te vergeten deken:
Bots het tijdelijke met bet eeuwige ver
wisseld bad en een diep bedroefde paro
chie een laatsten blik sloeg op den betreur
den doode, was het de Warinondsche hoog
leeraar P. l. Dessens, die in diepgevoelde
taal uiting gaf aan hetgeen er omging iu
aller gemoed. Hij, die eerst als kapelaan,
later als vriend den Deken zoo nabij en.
zoo intiem bad gekend, wist de juiste trek
ken te schetsen en in korte klare woorden
een beeld te teekenen, waarvan allen zeg
den: Ja zoo was onze Deken. Hij schilder
de hem als een Elias, den ij veraar voor
Gods eer, een brandenden fakkel gelijk, als
een die den luister van Gods huis en het
feestvieren der kerk tot de hoogste hoogte
wist op te voeren, als den waakzamen ea
trouwen herder, bezorgd voor het he.il der
zielen. Als den weisprekenden redenaar, dia
op zijn eigenaardige wijze de waarheid
deed voelen en beminnen.
En bet volk, dat deze rede hoorde, was
zoo dankbaar en tevens zoo overtuigd, dat
wie zoo sprak zelf ook een ij veraar en een:
verterend vuur wezen moest, dat algemeen
de wensch werd vernomen: Mocht profes
sor Dessens de opvolger zijn van den De
ken. Dan zijn wij zeker: de geest van Elias
is in Eliseus gevaren, onze Deken zal voort-
'leven in hem. Wisten de parochianen, dat
dit ook de vurigste wensch van hun ouden
Deken zelf was geweest!
Zeker, de parochie van de Mon-Père ken
de haar oud-kapelaan. Men zong nog zijn
mooie liederen, welke hij voor haar had