cfaan naar aanleiding van een cfcswege
uitgebracht voorloopig verslag der com
missie-Van Roijen, met welk voorstel de
minister zich heeft verecnigd, dan ook be
helsde als voor waar do voor do mogelijk
heid dier vermindering in de wensche-
lijk geachte male dat de afvloeiing van
personeel op zulk een wijze zou kunnen
geschieden, dat de uitstekende krachten in
elk geval zouden kunnen behouden blijven
en verder voor hot ontslag van een amb
tenaar zou beslissend zijn het antwoord
op de vraag, of hij in meerdere of minde
re mate in staat geacht kan worden aan
de cischen, die de staat van zaken na de
afvloeiing zal stellen, te voldoen.
Het spreekt vanzelf, zegt do minister,
dat een afwijking van de algemcene af
vloei ingsregelen als bovenbedoeld met bij-
Bondere waarborgen moet zijn omgeven.
Allereerst zal do nmisterraad in ieder
bijzonder geval, na kennisneming van de
redenen» die noopten tot die afwijking,
daaraan zijn goedkeuring moeten hechten.
Verder zal de vaststelling der geschiktheid
zóó moeten geschieden, dat een objectief
oordeel daaromtrent zooveel mogelijk is
verzekerd, subjectieve overwegingen zoo
veel mogelijk zijn buitengesloten. Ten
slotte zal als laatste waarborgen tegen
partijdigheid een beroepsinstantie noodig
zijn.
Deze waarborgen zijn ten aanzien ran
de afvloeiing ten hoofdbesture aanwezig.
Een beslissing van den ministerraad
heeft de mogelijkheid geopend om in bij
zondere gevallen een wijze van afvloeiing
in toepassing te brengen, als ten hoofd
besture is geschied. De vaststelling van de
geschiktheid der ambtenaren berust op de
aan het hoofdbestuur aanwezige omschrij
ving van de ambtelijke waarde van iede-
ren ambtenaar afzonderlijk. Deze waarde
is o.a. bepaald naar ijver, initiatief, bij
zondere karaktereigenschappen, voor zoo
veel deze voor den dienst belangrijk zijn
om daarmede bij zijn tewerkstelling reke
ning te houden.
Naar gegevens zijn de ambtenaren ver
deeld in drie categorieën: lo. de uitsteken
den: 2o. de goed bruikbaren: 3. de middel-
maligen of min bruikbaren. Do eerste ca
tegorie is zonder meer buiten de afvloei
ing gehouden, do derde is tot het ver-
cischle aantal zonder meer daarvoor in
aanmerking gebracht.
Dij de keuze uit de middengroep der
rt> goed bruikbaren is .uitgegaan van de ge-
'lachte, dat, aangezien de capaciteiten der
Q^Aakkenen voor de administratie vol-
doende waren, het geschiktheidseleuient
niet meer in het bijlzonder in hot geding
behoefde te worden gebracht, doch de door
do Regeering ter zake van de afvloeiing
gestelde regelen konden worden gevolgd.
Uit het bovenstaande volgt dus onmid
dellijk, zegt de minister, dat een belang
rijk gedeelte van de ambtenaren, aan wie
thans eervol ontslag is aangezegd, dit niet
heeft te wijten aan ongeschiktheid. Dit
spreekt het duidelijkst bij de .hoofdcom
miezen, waarvan er elf afvloeien. Onder
dezen is niet één ongeschikte.
Voorts zegt de minister nog, dat, toen
moest worden uitgemaakt, welken ambte
naar volgens de hiervoren aangegeven ge
dragslijn eervol ontslag moest worden
aangezegd, zulks wel is geschied aan de
hand van de ten Hoofdbesture reeds be-
rustendo gegevens, doch, dat om geheel
zeker te gaan en in deze teere aangele
genheid alle onbillijkheid te mijden, nog
ampel mondeling overleg is gepleegd met
alle afdeelingschefs.
Wat ten slotte de noodzakelijk geachte
beroepsinstantie aangaat, welke ook door
bet Hoofdbestuur bij de gekozen procedu
re van den aanvang werd voorgestaan en
dienovereenkomstig door den minister in
Juni j.l. aan den Ministerraad in overwe
ging is gegeven, deze zal worden inge-*
eteld.
De Minister acht 't, daar de aanhangi
ge kwestie niet betreft een deel van de re
organisatie der P. T. T nog niet ge-
wcuscht alsnu het rapport der commissie
van onderzoek to publiceeren, evenmin de
voorstellen.
W:el wil hij van doze gelegenheid ge
bruik maken 0111 in groote trekken iets
medo te deelen omtrent de denkbeelden, die
de thans in voorbereiding zijnde reorgani
satie van het Staatsbedrijf van de Poste
rijen, de Telegrafie en Telefonie beheer-
schn en omtrent de plaats, dio de thans
uitgevoerde voorstellen daarm innemen.
De posterijen, de telegrafie en telefonie
hebben zich uit departementaal en fiscaal
beheerd. Overheidsinstituut in den loop der
tijden gaandeweg tot een vervoerinstituut
van grooten omvang ontwikkeld.
Het gaat er thans om, zegt de Minister,
de slotsom uit deze ontwikkeling te trek
ken, nieuwe organisatievormen le schep
pen en als noodzakelijk einddoel der reor
ganisatie te zien de bedrijfsmatig ver
zekerde functioncering van de post-, tele
graaf- en telefoondiensten als grootbedrijf.
Daarnevens zal de thans allerwego geboden
versobering van den Staatsdienst (en volle
tot haar recht «noeten komen. Zij is, be
halve op grond van algemeenc overwegin
gen, uit hoofde van de grondgedachte der
reorganisatio zelf noodzakelijk.
De afvloeiing, die thans heeft plaats ge
had, houdt met de nieuwe organisatie van
het leidend orgaan van den dienst geen
onmiddellijk verband, al is zij in de ge
geven omstandigheden natuurlijk wel als
een voorbereiding tot de in overweging
zijndo reorganisatieplannen te beschouwen
Tot den nieuwen opbouw zelf behoort deze
personeelsvermindering evenwel niet. Zij
is de vrucht van het streven naar versobe
ring en aangezien zij den tegénwooi digen
organisatievorm van het Hoofdbestuur
principieel gezien, onaangetast laat. ook
als op zich zelf slaande maatregel mogelijk
cn wenschelijk. Van een beslissing omlrent
do komende reorganisatie en do overtui
ging van haar welslagen, is de verkregen
pcrsoneelsbesparing niet afhankelijk,
De personeelsbesparing is verkregen
door wegvallen van allo werkzaamheden,
die, on zich zelf wel nultig, in de tegen
woordige omstandigheden achterwege moe
ten worden gelaten; door het vereenigen
van soortgelijk' gelijke werkzaamheden
onder één leiding, een* vereeniging, die
vroeger een te uitgebreid arbeidsveld voor
één leidende instantie zou hebben opge
leverd, maar die thans gedeeltelijk door
vermindering der hoeveelheid work en ge
deeltelijk door meerdere ervaring moge
lijk was; door vorder doorgevoerde decen
tralisatie in de afdoening van zaken: door
de vereenvoudigde werkwijze, mogelijk ge
worden door. de samenhrenging van alle
dienstonderdeelen in één "-ebouw en ten
slolte door den eisch van intensievere ar
beid =:praestatie, waarmede geenszins is ge
zegd, dat de arbeidspraestatie tot nu toe
aan het Hoofdbestuur achter zou hebben
geslaan bij heigeen tot dusverre als het
normale is beschouwd.
De Minister is niet bereid de verdere
uitvoering van do voorstellen der Commis
sie-Van Royen op te schorten.
De gewone, audiëntie van den Minis
ter van Koloniën zal op Vrijdag a.s. niet
plaats hebben.
De Minister van Oorlog verleent 31
Juli 192-1 geen audiëntie.
De audiëntie van den Minister van
Waterstaat zal a.s. Vrijdag I Augustus niet
plaats hebben.
SPORT
ZWEMMEN.
„De Zijl."
In de vorige opgave is door oen zet
fout een onjuistheid geslopen. Wij geven
hier een rectificatie.
25 Meter borstzwemmen voor jongens
van 1214 jaar: 1. A, Kraayenbrink in
23 sec.; 2. P. de Tombe in 25 sec.: 3. J.
Robbers in 28 2/5 sec.; 4. P. Neuteboom
in 29 sec.
Eizwemmen 25 M. voor jongens van 12
15 jaar: 1. I. do Haan in 33 sec.: 2.
W. Gout in 33 4/5 sec.: 3. C. J. Kloots in
37 3/5 sec.; 4. J. Robbers in 46 1/5 sec.
UIT BE OM&EVING
NOORDWIJK
Lijkovepbrerging. Gisteren zijn van
de gemeentelijke begraafplaats aan duin
naar de R. K. Begraafplaats aan da Goo-
weg de overblijfselen overgebracht van
twee priesters en een kloosterzuster. Deze
priesters waren pastoors to Noordwijk,
Godefriedus Joannes Strengers van 1827
1S37. en Henricus Joannes Sonico van
1845—1861. De eerste is geboren in 1793
te Haarlem en is kapelaan geweest te 's
Heercnhoek, Amsterdam en Den Haag en
in 1823 benoemd tot pastoor te Cronmie-
niedijk. In 1829 slichtte deze pastoor in
overleg met de burgerlijke de begraaf
plaats aan duin, vanuit den ingang links
voor de Katholieke bevolking en rechts
voor do Protestanten. Het eerstgenoemde
gedeelte, met toestemming der Geestelijke
overheid, werd door pastoor Strengers
zelf gewijd. In 1834 begon deze pastoor een
nieuwe kerk te bouwen (nu het oude ge
deelte) onder architect C. Dobbe voor om
trent f 30.000.den 25en Augustus 1835
geconsacreerd door Z. D. H. den Bisschop
van Curium i.p.i., baron van Wykerslooth.
Boven den ingang der kerk werd een ge
denksteen geplaatst (welke nog aanwezig
is), in het latijn, waarvan de vertaling is:
„Onder de goede beschikking Gods en ko-
ing Willem's bijstand, hebben de parochi
anen van Noordwijk dezen steen gesteld,
tijdens pastoorschap van G. J. Strengers
1834. Hij overleed 16 December 1837.
De tweede is Henricus Joannes Sonjee,
pastoor van 1S451861, eerder pastoor te
Tuitjenhorn (bij Haringcarspel (N.-H.)
Opstellen over bet „Liber Status Missio-
nis" en schrijven van „Kerkelijke Ge
schiedenis voor Roomsch Katholieken' De
nieuwe kerk werd versierd met do beelden
van de Yerijzenis, de H. Maagd en do H.
Jeroen, alsmede met tabernakel en altaar-
tombe.
De zuster is vermoedelijk van een Duit-
sche Orde, welke voor 1880 gehuisvest
was in een huis Lindenplein (nu mej. de
wed. P. Jonkheer).
Do overblijfselen der priesters zullen in
het priestergraf worden bijgezet.
VOORSCHOTEN.
Sporf. Door den heer H. Hilligersberg
alhier is een prachtige beker geschonken
aan de beide alhier bestaande voetbalclubs
Zaterdag a.s. zal een voetbalwedstrijd wor
den gesepeld om den beker tuschen Co-on
en S. L. C. op het terrein van S. L. C. Het
zal zeer zeker een spannende wedstrijd
worden om dezen beker te bemachtigen.
De wedstrijd zal aanvangen te zes uur n.m.
ZEGWAART.
Personalia. Het Mulo-diploma werd te
Den Haag uitgereikt aan L. A. Dammers.
Semengaie HericSifera
De moord op mr. De Haan.
Te Jeruzalem is in verband met den
moord op mr. Jacob Israel de Haan een
zekere Jacob Zugman gearresteerd.
Een vroeger officier van Scotland Yard
is met het onderzoek belast. „Msb."
Auto-ongeluk.
Het 7-jarig meisje van den heer W. dat
Zaterdagavond door een auto werd gegre
pen en op den weg geslingerd, is zonder tot
bewustzijn te zijn gekomen, in het hospi
taal overleden.
Een frissche raadsvergadering.
In de raadsvergadering van Kortenhoef
maakte de heer Bakker aanmerkingen op
•de notulen waarin z. i. niet alles is opge
nomen wat de heer Voorn te zijnen be
hoeve gezegd heeft in de vorige vergade
ring: Spr. is door den burgemeester, den
heer Koopmans en den secretaris schan
delijk belecdigd. Het gaat er niet om, dat
hij graag loco-burgemeester zijn wil, heele-
maal niet, maar hij wil recht. Het is altijd
in den gemeenteraad van Kortenhoef ge
woonte geweest, dat de oudste wethouder
loco-burgemeester wordt en nu wordt daar
ineens verandering in gebracht.
Burgemeester: „Ja, dat is nu veranderd
dat.
Bakker: Burgemeester, nou moet je me
laten uitspreken tot het einde en me niet
in de rede vallen. Het is de gewoonte, dat
de oudste wethouder loco-burgemeester is
en hier is alles niet eerlijk gegaan; er is
gezegd voorloopig en nu blijft de heer
Kooman maar loco-burgemeester. Ik heb
gezegd dat ik het goed vond, als alles maar
eerlijk ging en dat....
Burgemeester: Laten we de notulen dan
maar aanvullen met
Bakker: Nee burgemeester, hou nou je
mond tot ik heelemaal uitgesproken ben.
Het gaat er niet om dat ik graag loco-
burgemeëster zijn wil maar het gaat om
het recht en de eerlijkheid en toon Koop
man gekozen is heeft u gezegd, burge
meester, dat het maar voorloopig was om
dat toen Voorn
De heer Koopman: U heeft zelf de no
tulen van de vergadering van B. en W.
goedgekeurd cn nu komt u op die goed
keuring terug.
De heer Bakker: Ik had niet gezien.-
De heer Koopman: Als u ergens uw
naam onder zet moet u toch weten waar u
dat onder doet.
De heer Bakker,: Dio notulen zijn ver-
valscht.
Stemmer.: niet waar!
Do heer Bakker: Dan ben ik een leuge
naar volgons jullie.
De beer Koopman: Dit wordt niet ge
zegd. Ik beweer, dat u bad moéten weten
waar u uw naam ter goedkeuring onder
zette, dan bad u niet op de zaak terug be
hoeven te komen.
Do heer Bakker: Dus u zegt dat ik een
leugenaar ben.
De heer Koopman: Dat beweer ik niet:
ik zeg, dat do notulen goed waren en dat
ik. omdat ik daarvan overtuigd ben, m'n
goedkeuring niet intrek.
De Voorzitter stelt voor cm dan over de
zaak een. herstemming to doen., plaats
vinden.
Do heer Bakker: Burgenieesier waoht
nou es even. Je valt mo weer in do rede.
Laat ik nou eerst den bc-er Koopman eens
antwoorden.
De heer Voorn wil artikel 77 voorlezen
uit do Gèmeenlewet.
De Secretaris: Wat voor boekje heb je
daar?
De heer Voorn: Een goed boekje van
na de mobilisatie. Hier. van der Velde, ik
kan het niet lézen, doe jij het eens jó!
De heer "Van der Velde leest eenige re
gels, dan valt de secretaris hem in de rede:
Man je hebt een oud boekje, die wet is al
veranderd.
Daarna wordt er nog wat heen en weer
gesproken en komen de ingekomen stuk
ken aan cfe beurt, w.o. een brief van den
heer L. Koopman, dat hij zijn voorgeno
men ontslag als raadslid en wethouder in-
tiekt, naar aanleiding van een adres on
derteekend door honderd ingezetenen.
Do Voorzitter stelt voor dezen brief voor
kennisgeving aan te nemen.
De beer van Santen hoopt dat de laat
ste woorden van dit adres: „samenwerken
in het belang der gemeente", in de •co-
komst waarheid zullen blijken te bevatten,
het verleden heeft daarvan niets doen blij
ken. De beer Koopman en de burgemees
ter hebben niets anders gedaan dan de
raadsbesluiten waar ze zelf niets voor
voelden, niet ten uitvoer te brengen. Dan
is er besloten den heer Solleman te hooren
en dat is niet gebeurd. En als er een bijl
en een touw, die aan de gemeente belmo
ren, zoo maar gebruikt worden en wegge
maakt worden
De beer Koopman: Man, 't is kinder
achtig om zoo'n drukte te maken over die
bijl en dat touw. De brandmeester hal zelf
toestemming gegeven tot het gebruik van
die voorwerpen en ize zijn al lang weer te
recht. Wat de aanbesteding betreft, dege
ne, die het bad aangenomen kan niet aan
zijn verplichtingen voldoen en toen is een
nieuwe aanbesteding gehouden.
De heer Voorn: Als de menschen gewe
ten hadden waar het precies om ging dan
hadden er geen vijf en twintig namen op
dio lijst gestaan.
De heer Koopman: Ik hen eerlijk geko
zen door mijn partij-gemeentebelangen. Ik
heb altijd gestreefd om Kortenhoef om
hoog te brengen en ik zal daarvoor blij
ven werken ook al gooien jullie me met
vuil. Ik ben eerlijk gekozen als raadslid
en als wethuoder en daarom blijf ik hier
zitten.
De heer Bakker: Je zegt er. niet bij als
loco-burgemeester
De beer Koopman: Dan wil ik er dat nu
nog wel even bij zeggen.
De heer Bakker: Ja maar burgemeester
ik ben het er niet mee eens!
De beer Voorn: Ik ook niet 1
De heer van Santen komt nog eens terug
op de kwestie Solleman. Do heeren Bak
ker en Voorn zitten al een stukje van do
tafel af en zoodra de heer van Santen is
uitgesproken verlaten zij met dezen de
zaal.
Do heer van der Velde: Kom nou! toe
nou! kom Voorn, dat
Do heer Blom deelt mede, dat hij het er
ook niet mee eens is. In een vorige verga
dering stelde spr. voor Solleman' te hoo
ien, dat is toen aangenomen.
De heer Kroon: niet waar!
Do heer Koopman: Ik weet het niet ze
ker meer, maar ik geloof van niet. In ieder
geval hadden we hem wel kunnen hooren,
dat is misscihen een fout, maar het beste
paard struikelt wel eens.
De' Voorzitter: Balen we liem 'Jan 'dén
volgenden koer hooren.
De beer Blom: Nee, ik ben liet er niet
mee eens. Hij verlaat de vergadering, wel
ke geschorst werd. „Vad."
HAAGSCHE BRIEVEN.
Herinneringen.
In ieders leven komen cr van die oogen-
blikken voor, dat men zijn gedachten en
herinneringen eens gaan laat over het pad
dat achter ons ligt. Ik spreek hier niet van
een oudejaarsavond of van bij uitstek be
langrijke dagen voor dezen of genen, die
meer dan anderen geschikt zijn om ons
aan overspiegelingen over te geven. Neen
ik bedoel hier die oogenblikken die ieder in
z'n leven medernaakt. In de stille en kalme
intimiteit van z'n huiskamer of studeer
vertrek, of onder de lommerijke en maje-
stueuse schoonheid van eeuwenoude eiken,
dan wanneer onze geest en ziel zoo bij
uitstek geschikt is voor het opnemen en
verwerken van edele en geestrijke ge
dachten, dan, zeg ik, (rekken aan ons gees
tesoog voorbij al die dagen en al die jaren
van ons leven. Dan zien we onze heerlijke
onbezorgde jeugd, met al z'n kinder-gënoe-
gens, met z'n zuivere schoonheid, geleid
door do zekere en vaste en toch zoo zachte
hand van een moeder, die ons verzorgde
met do opofferende liefde, welke alleen
een moeder geven kan, en waarvan alleen
een moeder 't geheim kent. Wij zien ons
zelf terug op anderen leeftijd wanneer het
volle besef van 't leven in ons begint te
ontwaken, en wanneer do groote levens
vragen in een allereerste stadium zich in
ons leven beginnen te mengen. Eindelijk
vinden we ons zelf terug als volwassenen,
we staan te midden van het leven, met al
zijn ideal-n en al z'n ontgoochelingen .Het
leven met z'n vreugden, met z'n droefheid
en zielesmarl. Met blijheid en vreugde her
inneren wo oils de dagen van warme zon-
imscihjn, en denken terug aan 't edele en
goeds dat wij in staat waren te verrichten
Wij herin;: oren ons ook dat de donkere
dagen van beproeving., waarin wij bijna
tot wanhoop gedreven werden, en waarin
de droefheden dio in een menschenleven
kunnen wo komen ons nief gespaard zijn
gnhisven. Maar we bleven staan temidden
van al onze voorspoed, we stonden ook
pal als de stormen van tegenspoed trach
ten ons den moed en het vertrouwen te
deen verliezen. Zeker we hebben reden om
met genoegen en met trots terug to zien
op zekere perioden van ons leven. We voe
len soms zoo duidelijk en tastbaar, dat wc
niet tevergeefs geleefd hebben,'dat heel dat
ingewikkelde en samengestelde mechanisme
van stemmingen en gevoelens cr toe heb
ben bijgedragen om van ons leven en van
enze persoon een karakteristieke kracht en
individualiteit te maken, die in tijden van
voorspoed z'n krachten niet verspilt, maar
ook in tijden van beproeving in staat is
de stormen te trotsecren.
Hoe heerlijk is is het om al die beelden
aan zijn geest te lalen voorbijtrekken.
Waar komt dat vandaan, dat men Zich in
kalme onderworpenheid schikt aan zelfs
zeer moeilijke levensomstandigheden? Hoe
komt het dat een blijvend gevoel van on
tevredenheid en twijfelzucht nooit in staat
is onze edele en intieme gevoelens te be-
heersohen en te verstikken? Waar komt
het vandaan dat men zelfs temidden van
droefheid en ellende nog in staat is te
juichen en te hopen? 't Is werkelijk geen
raadsel of een geheim wat ik U ga op
lossen! Onze Christelijke, onze echte katho
lieke levensphilosophie geeft, op al deze
kwesties een afdoend en bevredigend ant
woord. Wat zijn wij katholieken rijk, wat
zijn we gelukkig ln ons geloof en onze
overtuiging. Neem uit ons leven den gods
dienst weg, en de weg naar ontevreden
heid, naar twjifelzucht, naar levensmoe
heid en zeden, ontaarding staat wijd open
Leeg wordt ons leven en zonder bestem
ming. Waarom ook zou ik vreugde, en vol
doening zoeken in m'n dagelijkscbe bezig
heden, waarom zou ik dat alles -niet be
schouwen als een noodzakelijk kwaad en
trachten cr mij zoo spoedig mogelijk van
te ontdoen, indien ik dat alles niet be
schouw in het licht vaai een roeping die
elk mensch op de wereld te vervullen heeft
Waarom zou ik de teleurstellingen die ik
in m'n leven ondervind beschouwen als
geschikt om m'n karakter te vormen en
als evenzoovele middelen om mij onsterfe
lijke verdiensten te ver zamelen, als ik
gepoogd heb om Christus en z'n kruis uit
m'n leven te verbannen. Wat zijn wij ge
lukkig en sterk met en in ons geloof, dat
ons krachten geeft om met moed en ge
duld de zwaarste beproevingen te door
staan. Dat van den anderen kant onze be
strijders de kracht van onzen godsdienst
wel kennen en naar waarde weten te
schatten moge blijken uit het feit dat de
Russische BolscJiewisten verschillende
ceremoniën dio in onze lithurgio gebruike
lijk zijn trachten na te bootsen, om zoo
doende een zeker cachette te drukken op
de vormen die zij hebben uitgedacht bij
de opneming van een pasgeboren kind in
de bolschewistische heilstaat. Ze gevoelen
de absolute leegte van bun politiek-gods-
dienstig regime cn probeeren door eenige
uiterlijkheden het gemis van substantie en
innerlijkheid te bedekken, om aldus de
goedgeloovige gemeente zand in do oogeu
te strooien. Welke de gevolgen zijn van ge
mis van geloof of van geloofshaat? Wo
behoeven niet terug te gaan tot de eerste
eeuwen van het Christendom en het leven
dier eerste Christenen na te gaan, we
behoeven niet af te dalen in de Catacomben
van Rome om te ontdekken welke bover.-
menschelijko krachtinspanningen die eer
ste geloofshelden zich moesten getroosten
om zich te onttrekken aan achtervolging
en dood, en vrij to zijn hunne godsdien
stige plechtigheden te vieren en gezame-
lijk te bidden. Onze eigen vaderlandscbo
geschiedenis is helaas rijk genoeg aan
godsdienst twisten, aan bloedige moord
partijen en diefstallen op groote schaal.
Wie noemen zich tegenwoordig eigenaars
van verschillende kerken dio vroeger door
do katholieken werden gebouwd. Men be
wondert in do grooto musea's van allo
landen, prachtige schilderstukken, voor-
GEMEENTELIJKE VISCHVERKnn
Aan den gemeentelijken Vist*
Visclimarkt 18 (Telef. 1225) js wï
verkrijgbaar SCHELVISC-H a f n?
f 0.22f 0.30, SCHOL a f o 15
KABELJAUW a f 0 32—f 0.37*71,
Kabeljauw a f 0.24), TARBOT 1
per pond en NIEUWE HARING a f
per stuk.
AUG. L. REIMERINGER, We,,
loco-BurgoniJd
Leiden, 29 Juli 1924.
VERANDERING AANVANGSURFn
VAN DE VEEMARKT EN DE
VETTE VARKENSMARKT.
Burg. en YVeth. van Leiden; gelet o
likel 3. laatste lid, van de verorden»
do Veemarkt; brengen ter kennis vai
langhebbenden, dat in afwijking va
bij genoemde verordening vastgei
aanvangsuren:
a. de veemarkten op 1 en 8 Augu$|,
а.s. zullen aanvangen des v.m. 5.45
op 15, 22 en 29 Augustus a,s. des 1
б.15 uur en op 5, 12 en 19 September
des v.m. 6.45 uur;
b. de vette varkensmarkt op 26 Augi^
a.s. zal aanvangen des v.m. 6.15 uur,
2 en 9 September a.s. des v.m. G.30
op 16 Seeptembcr a.s. des v.m. 6.451
en op 23 en 30 September a.s.. des t
7 uur.
AUG. L. RÊIMERINGER, Wak,
loco-Burgemeetii
VAN STRIJEN, Secretaris.
Katholieke Mgenda
LEIDEN.
Dinsdag. Ned. R. K. Graf. Bond,
bouw te 8 uur.
OEGSTGEEST.
Dinsdag. R. K. Volksbond, St. Willibrcuè
gebouw, 8 uur.
Woensdag. Ziekenfouds St. WilHbïotdia
bouw, 8 uur.
Apotheek die tot en met Zondag
Maandagmorgen eiken nacht en des li
dass geopend is:
H. J. M. Proofc, Maarsmanssteeg
Tel. 432.
stellende religieuse tafereelen, meesterlij
gebeeldhouwde altaar-triptieken, die w
wel geheel uit hun omgeving geruit
daardoor veel van hun waarde verliezfs
toch op zich zelf meesterstukken zijn
kunst en artistieke piütet. Waar ko
al die kunstschatten vandaan, die ||i
door eenige duizendtallen jaarlijks votl'
bezichtigd, met of zonder kennis vanzal
Waar komen zo vandaan, wio bracht
daar en onder welko cmstandigheJu
Meestal vindt men onder aan den v>
vermeld staan: Gift van die 0die,
komstig van daar of daar. En wat hij
daiVdikwijls? Dat de gemeente of het d
bij een overmatige weelde van g
vrijheid een gave accepteerde vd
van de herkomst boven alle twijfel cl
Eigenaardig is het zeker dat een grooii
machtig lichaam zich niet alleen 011 gen
maar zelfs onder aanmoediging en!t
scberming der autoriteiten zich dir.J
mag veroorloven, die zeer zeker en tcrci
gediskwalificeerd zouden worden, nis!
of ik op een onzalig 0ogenblik een te
lij'ke onderneming zouden wagen. Ik
liier speciaal aan het ingewikkelde, ksl
baro en reclameachtige proces van kt
openen van het graf van mijnheer I*
tankamen. Het proces schijnt afgclooj*
doodgcloopen of uitgesteld. Ik weet
niet, men hoort er niets meer van Ha
nu de groote vraag of men werkelijk»
wetenschappelijke gronden een dered
bedrijf kan motiveeren, temeer waar'
wetenschappelijke zijde reeds aanslod
bet gewicht en bet nut er van ten ze"51
werd betwijfeld. Ik acht mij niet bevc.'f
als judex in deze zaak te fungeeren, ms
ik behoud mij toch het recht voor erf
een meening op na le houden
PICCOJfl
STABSS81E UWê
MGR. ISAIA PAPADOPOULAS.
Vanmorgen is hier ter stede gearrifc
Mgr. Isaia. Papadopoulas, titulair UB
bischop van Grazianopolis, assessor var
Oostersche Congregatie te Rome. Mgr,
de gast is van de familie Strotmann,
vergezeld, van zijn secretaris cn een m
diaken van de Oostersche kerk.
Mgr., die, zooals bekend, het
Euch. Congres heeft bijgewoond, verklw
do buitengewoon enthousiast to zijn
wat hij dezer dagen gezien en
heeft, en waardoor zijn groote verwatJï
gen zijn overtroffen geworden.
Het Rijksopvoedingsgesticht
Op de vragen van den heer Bul'cn
treffende de opheffing van het lij^l
Rijksopvoedingsgesticht voor jongens
hier, antwoordde de Minister van
titie:
Do nadere overweging van liet ver.'
der cijfers betreffendo do terbescliik»:
stelling van minderjarigen is /hans!
ver gevorderd, dat omtrent do nangcu
sluiting van een RijksopvoedingsgcT
voor jongens in den loop van hot vol;
jaar binnenkort overleg zal kunnen P
hebïaen met het Algemeen college van
zicht, bijstand en advies voor het b;.
tucht- en opvoedingswezen.
De Minister is nog geneigd te ibcc-
dat in verband mot verschillende o®8,
digiheden dit welllicht zou moeien z|Jn
tijdelijk Rijksopvoedingsgesticht v
den. Wal een dergelijke overweging H
tiscbe beteekenis hebben, dan moet
rusten op vaste grondslagen. Niet