cfaan naar aanleiding van een cfcswege uitgebracht voorloopig verslag der com missie-Van Roijen, met welk voorstel de minister zich heeft verecnigd, dan ook be helsde als voor waar do voor do mogelijk heid dier vermindering in de wensche- lijk geachte male dat de afvloeiing van personeel op zulk een wijze zou kunnen geschieden, dat de uitstekende krachten in elk geval zouden kunnen behouden blijven en verder voor hot ontslag van een amb tenaar zou beslissend zijn het antwoord op de vraag, of hij in meerdere of minde re mate in staat geacht kan worden aan de cischen, die de staat van zaken na de afvloeiing zal stellen, te voldoen. Het spreekt vanzelf, zegt do minister, dat een afwijking van de algemcene af vloei ingsregelen als bovenbedoeld met bij- Bondere waarborgen moet zijn omgeven. Allereerst zal do nmisterraad in ieder bijzonder geval, na kennisneming van de redenen» die noopten tot die afwijking, daaraan zijn goedkeuring moeten hechten. Verder zal de vaststelling der geschiktheid zóó moeten geschieden, dat een objectief oordeel daaromtrent zooveel mogelijk is verzekerd, subjectieve overwegingen zoo veel mogelijk zijn buitengesloten. Ten slotte zal als laatste waarborgen tegen partijdigheid een beroepsinstantie noodig zijn. Deze waarborgen zijn ten aanzien ran de afvloeiing ten hoofdbesture aanwezig. Een beslissing van den ministerraad heeft de mogelijkheid geopend om in bij zondere gevallen een wijze van afvloeiing in toepassing te brengen, als ten hoofd besture is geschied. De vaststelling van de geschiktheid der ambtenaren berust op de aan het hoofdbestuur aanwezige omschrij ving van de ambtelijke waarde van iede- ren ambtenaar afzonderlijk. Deze waarde is o.a. bepaald naar ijver, initiatief, bij zondere karaktereigenschappen, voor zoo veel deze voor den dienst belangrijk zijn om daarmede bij zijn tewerkstelling reke ning te houden. Naar gegevens zijn de ambtenaren ver deeld in drie categorieën: lo. de uitsteken den: 2o. de goed bruikbaren: 3. de middel- maligen of min bruikbaren. Do eerste ca tegorie is zonder meer buiten de afvloei ing gehouden, do derde is tot het ver- cischle aantal zonder meer daarvoor in aanmerking gebracht. Dij de keuze uit de middengroep der rt> goed bruikbaren is .uitgegaan van de ge- 'lachte, dat, aangezien de capaciteiten der Q^Aakkenen voor de administratie vol- doende waren, het geschiktheidseleuient niet meer in het bijlzonder in hot geding behoefde te worden gebracht, doch de door do Regeering ter zake van de afvloeiing gestelde regelen konden worden gevolgd. Uit het bovenstaande volgt dus onmid dellijk, zegt de minister, dat een belang rijk gedeelte van de ambtenaren, aan wie thans eervol ontslag is aangezegd, dit niet heeft te wijten aan ongeschiktheid. Dit spreekt het duidelijkst bij de .hoofdcom miezen, waarvan er elf afvloeien. Onder dezen is niet één ongeschikte. Voorts zegt de minister nog, dat, toen moest worden uitgemaakt, welken ambte naar volgens de hiervoren aangegeven ge dragslijn eervol ontslag moest worden aangezegd, zulks wel is geschied aan de hand van de ten Hoofdbesture reeds be- rustendo gegevens, doch, dat om geheel zeker te gaan en in deze teere aangele genheid alle onbillijkheid te mijden, nog ampel mondeling overleg is gepleegd met alle afdeelingschefs. Wat ten slotte de noodzakelijk geachte beroepsinstantie aangaat, welke ook door bet Hoofdbestuur bij de gekozen procedu re van den aanvang werd voorgestaan en dienovereenkomstig door den minister in Juni j.l. aan den Ministerraad in overwe ging is gegeven, deze zal worden inge-* eteld. De Minister acht 't, daar de aanhangi ge kwestie niet betreft een deel van de re organisatie der P. T. T nog niet ge- wcuscht alsnu het rapport der commissie van onderzoek to publiceeren, evenmin de voorstellen. W:el wil hij van doze gelegenheid ge bruik maken 0111 in groote trekken iets medo te deelen omtrent de denkbeelden, die de thans in voorbereiding zijnde reorgani satie van het Staatsbedrijf van de Poste rijen, de Telegrafie en Telefonie beheer- schn en omtrent de plaats, dio de thans uitgevoerde voorstellen daarm innemen. De posterijen, de telegrafie en telefonie hebben zich uit departementaal en fiscaal beheerd. Overheidsinstituut in den loop der tijden gaandeweg tot een vervoerinstituut van grooten omvang ontwikkeld. Het gaat er thans om, zegt de Minister, de slotsom uit deze ontwikkeling te trek ken, nieuwe organisatievormen le schep pen en als noodzakelijk einddoel der reor ganisatie te zien de bedrijfsmatig ver zekerde functioncering van de post-, tele graaf- en telefoondiensten als grootbedrijf. Daarnevens zal de thans allerwego geboden versobering van den Staatsdienst (en volle tot haar recht «noeten komen. Zij is, be halve op grond van algemeenc overwegin gen, uit hoofde van de grondgedachte der reorganisatio zelf noodzakelijk. De afvloeiing, die thans heeft plaats ge had, houdt met de nieuwe organisatie van het leidend orgaan van den dienst geen onmiddellijk verband, al is zij in de ge geven omstandigheden natuurlijk wel als een voorbereiding tot de in overweging zijndo reorganisatieplannen te beschouwen Tot den nieuwen opbouw zelf behoort deze personeelsvermindering evenwel niet. Zij is de vrucht van het streven naar versobe ring en aangezien zij den tegénwooi digen organisatievorm van het Hoofdbestuur principieel gezien, onaangetast laat. ook als op zich zelf slaande maatregel mogelijk cn wenschelijk. Van een beslissing omlrent do komende reorganisatie en do overtui ging van haar welslagen, is de verkregen pcrsoneelsbesparing niet afhankelijk, De personeelsbesparing is verkregen door wegvallen van allo werkzaamheden, die, on zich zelf wel nultig, in de tegen woordige omstandigheden achterwege moe ten worden gelaten; door het vereenigen van soortgelijk' gelijke werkzaamheden onder één leiding, een* vereeniging, die vroeger een te uitgebreid arbeidsveld voor één leidende instantie zou hebben opge leverd, maar die thans gedeeltelijk door vermindering der hoeveelheid work en ge deeltelijk door meerdere ervaring moge lijk was; door vorder doorgevoerde decen tralisatie in de afdoening van zaken: door de vereenvoudigde werkwijze, mogelijk ge worden door. de samenhrenging van alle dienstonderdeelen in één "-ebouw en ten slolte door den eisch van intensievere ar beid =:praestatie, waarmede geenszins is ge zegd, dat de arbeidspraestatie tot nu toe aan het Hoofdbestuur achter zou hebben geslaan bij heigeen tot dusverre als het normale is beschouwd. De Minister is niet bereid de verdere uitvoering van do voorstellen der Commis sie-Van Royen op te schorten. De gewone, audiëntie van den Minis ter van Koloniën zal op Vrijdag a.s. niet plaats hebben. De Minister van Oorlog verleent 31 Juli 192-1 geen audiëntie. De audiëntie van den Minister van Waterstaat zal a.s. Vrijdag I Augustus niet plaats hebben. SPORT ZWEMMEN. „De Zijl." In de vorige opgave is door oen zet fout een onjuistheid geslopen. Wij geven hier een rectificatie. 25 Meter borstzwemmen voor jongens van 1214 jaar: 1. A, Kraayenbrink in 23 sec.; 2. P. de Tombe in 25 sec.: 3. J. Robbers in 28 2/5 sec.; 4. P. Neuteboom in 29 sec. Eizwemmen 25 M. voor jongens van 12 15 jaar: 1. I. do Haan in 33 sec.: 2. W. Gout in 33 4/5 sec.: 3. C. J. Kloots in 37 3/5 sec.; 4. J. Robbers in 46 1/5 sec. UIT BE OM&EVING NOORDWIJK Lijkovepbrerging. Gisteren zijn van de gemeentelijke begraafplaats aan duin naar de R. K. Begraafplaats aan da Goo- weg de overblijfselen overgebracht van twee priesters en een kloosterzuster. Deze priesters waren pastoors to Noordwijk, Godefriedus Joannes Strengers van 1827 1S37. en Henricus Joannes Sonico van 1845—1861. De eerste is geboren in 1793 te Haarlem en is kapelaan geweest te 's Heercnhoek, Amsterdam en Den Haag en in 1823 benoemd tot pastoor te Cronmie- niedijk. In 1829 slichtte deze pastoor in overleg met de burgerlijke de begraaf plaats aan duin, vanuit den ingang links voor de Katholieke bevolking en rechts voor do Protestanten. Het eerstgenoemde gedeelte, met toestemming der Geestelijke overheid, werd door pastoor Strengers zelf gewijd. In 1834 begon deze pastoor een nieuwe kerk te bouwen (nu het oude ge deelte) onder architect C. Dobbe voor om trent f 30.000.den 25en Augustus 1835 geconsacreerd door Z. D. H. den Bisschop van Curium i.p.i., baron van Wykerslooth. Boven den ingang der kerk werd een ge denksteen geplaatst (welke nog aanwezig is), in het latijn, waarvan de vertaling is: „Onder de goede beschikking Gods en ko- ing Willem's bijstand, hebben de parochi anen van Noordwijk dezen steen gesteld, tijdens pastoorschap van G. J. Strengers 1834. Hij overleed 16 December 1837. De tweede is Henricus Joannes Sonjee, pastoor van 1S451861, eerder pastoor te Tuitjenhorn (bij Haringcarspel (N.-H.) Opstellen over bet „Liber Status Missio- nis" en schrijven van „Kerkelijke Ge schiedenis voor Roomsch Katholieken' De nieuwe kerk werd versierd met do beelden van de Yerijzenis, de H. Maagd en do H. Jeroen, alsmede met tabernakel en altaar- tombe. De zuster is vermoedelijk van een Duit- sche Orde, welke voor 1880 gehuisvest was in een huis Lindenplein (nu mej. de wed. P. Jonkheer). Do overblijfselen der priesters zullen in het priestergraf worden bijgezet. VOORSCHOTEN. Sporf. Door den heer H. Hilligersberg alhier is een prachtige beker geschonken aan de beide alhier bestaande voetbalclubs Zaterdag a.s. zal een voetbalwedstrijd wor den gesepeld om den beker tuschen Co-on en S. L. C. op het terrein van S. L. C. Het zal zeer zeker een spannende wedstrijd worden om dezen beker te bemachtigen. De wedstrijd zal aanvangen te zes uur n.m. ZEGWAART. Personalia. Het Mulo-diploma werd te Den Haag uitgereikt aan L. A. Dammers. Semengaie HericSifera De moord op mr. De Haan. Te Jeruzalem is in verband met den moord op mr. Jacob Israel de Haan een zekere Jacob Zugman gearresteerd. Een vroeger officier van Scotland Yard is met het onderzoek belast. „Msb." Auto-ongeluk. Het 7-jarig meisje van den heer W. dat Zaterdagavond door een auto werd gegre pen en op den weg geslingerd, is zonder tot bewustzijn te zijn gekomen, in het hospi taal overleden. Een frissche raadsvergadering. In de raadsvergadering van Kortenhoef maakte de heer Bakker aanmerkingen op •de notulen waarin z. i. niet alles is opge nomen wat de heer Voorn te zijnen be hoeve gezegd heeft in de vorige vergade ring: Spr. is door den burgemeester, den heer Koopmans en den secretaris schan delijk belecdigd. Het gaat er niet om, dat hij graag loco-burgemeester zijn wil, heele- maal niet, maar hij wil recht. Het is altijd in den gemeenteraad van Kortenhoef ge woonte geweest, dat de oudste wethouder loco-burgemeester wordt en nu wordt daar ineens verandering in gebracht. Burgemeester: „Ja, dat is nu veranderd dat. Bakker: Burgemeester, nou moet je me laten uitspreken tot het einde en me niet in de rede vallen. Het is de gewoonte, dat de oudste wethouder loco-burgemeester is en hier is alles niet eerlijk gegaan; er is gezegd voorloopig en nu blijft de heer Kooman maar loco-burgemeester. Ik heb gezegd dat ik het goed vond, als alles maar eerlijk ging en dat.... Burgemeester: Laten we de notulen dan maar aanvullen met Bakker: Nee burgemeester, hou nou je mond tot ik heelemaal uitgesproken ben. Het gaat er niet om dat ik graag loco- burgemeëster zijn wil maar het gaat om het recht en de eerlijkheid en toon Koop man gekozen is heeft u gezegd, burge meester, dat het maar voorloopig was om dat toen Voorn De heer Koopman: U heeft zelf de no tulen van de vergadering van B. en W. goedgekeurd cn nu komt u op die goed keuring terug. De heer Bakker: Ik had niet gezien.- De heer Koopman: Als u ergens uw naam onder zet moet u toch weten waar u dat onder doet. De heer Bakker,: Dio notulen zijn ver- valscht. Stemmer.: niet waar! Do heer Bakker: Dan ben ik een leuge naar volgons jullie. De beer Koopman: Dit wordt niet ge zegd. Ik beweer, dat u bad moéten weten waar u uw naam ter goedkeuring onder zette, dan bad u niet op de zaak terug be hoeven te komen. Do heer Bakker: Dus u zegt dat ik een leugenaar ben. De heer Koopman: Dat beweer ik niet: ik zeg, dat do notulen goed waren en dat ik. omdat ik daarvan overtuigd ben, m'n goedkeuring niet intrek. De Voorzitter stelt voor cm dan over de zaak een. herstemming to doen., plaats vinden. Do heer Bakker: Burgenieesier waoht nou es even. Je valt mo weer in do rede. Laat ik nou eerst den bc-er Koopman eens antwoorden. De heer Voorn wil artikel 77 voorlezen uit do Gèmeenlewet. De Secretaris: Wat voor boekje heb je daar? De heer Voorn: Een goed boekje van na de mobilisatie. Hier. van der Velde, ik kan het niet lézen, doe jij het eens jó! De heer "Van der Velde leest eenige re gels, dan valt de secretaris hem in de rede: Man je hebt een oud boekje, die wet is al veranderd. Daarna wordt er nog wat heen en weer gesproken en komen de ingekomen stuk ken aan cfe beurt, w.o. een brief van den heer L. Koopman, dat hij zijn voorgeno men ontslag als raadslid en wethouder in- tiekt, naar aanleiding van een adres on derteekend door honderd ingezetenen. Do Voorzitter stelt voor dezen brief voor kennisgeving aan te nemen. De beer van Santen hoopt dat de laat ste woorden van dit adres: „samenwerken in het belang der gemeente", in de •co- komst waarheid zullen blijken te bevatten, het verleden heeft daarvan niets doen blij ken. De beer Koopman en de burgemees ter hebben niets anders gedaan dan de raadsbesluiten waar ze zelf niets voor voelden, niet ten uitvoer te brengen. Dan is er besloten den heer Solleman te hooren en dat is niet gebeurd. En als er een bijl en een touw, die aan de gemeente belmo ren, zoo maar gebruikt worden en wegge maakt worden De beer Koopman: Man, 't is kinder achtig om zoo'n drukte te maken over die bijl en dat touw. De brandmeester hal zelf toestemming gegeven tot het gebruik van die voorwerpen en ize zijn al lang weer te recht. Wat de aanbesteding betreft, dege ne, die het bad aangenomen kan niet aan zijn verplichtingen voldoen en toen is een nieuwe aanbesteding gehouden. De heer Voorn: Als de menschen gewe ten hadden waar het precies om ging dan hadden er geen vijf en twintig namen op dio lijst gestaan. De heer Koopman: Ik hen eerlijk geko zen door mijn partij-gemeentebelangen. Ik heb altijd gestreefd om Kortenhoef om hoog te brengen en ik zal daarvoor blij ven werken ook al gooien jullie me met vuil. Ik ben eerlijk gekozen als raadslid en als wethuoder en daarom blijf ik hier zitten. De heer Bakker: Je zegt er. niet bij als loco-burgemeester De beer Koopman: Dan wil ik er dat nu nog wel even bij zeggen. De heer Bakker: Ja maar burgemeester ik ben het er niet mee eens! De beer Voorn: Ik ook niet 1 De heer van Santen komt nog eens terug op de kwestie Solleman. Do heeren Bak ker en Voorn zitten al een stukje van do tafel af en zoodra de heer van Santen is uitgesproken verlaten zij met dezen de zaal. Do heer van der Velde: Kom nou! toe nou! kom Voorn, dat Do heer Blom deelt mede, dat hij het er ook niet mee eens is. In een vorige verga dering stelde spr. voor Solleman' te hoo ien, dat is toen aangenomen. De heer Kroon: niet waar! Do heer Koopman: Ik weet het niet ze ker meer, maar ik geloof van niet. In ieder geval hadden we hem wel kunnen hooren, dat is misscihen een fout, maar het beste paard struikelt wel eens. De' Voorzitter: Balen we liem 'Jan 'dén volgenden koer hooren. De beer Blom: Nee, ik ben liet er niet mee eens. Hij verlaat de vergadering, wel ke geschorst werd. „Vad." HAAGSCHE BRIEVEN. Herinneringen. In ieders leven komen cr van die oogen- blikken voor, dat men zijn gedachten en herinneringen eens gaan laat over het pad dat achter ons ligt. Ik spreek hier niet van een oudejaarsavond of van bij uitstek be langrijke dagen voor dezen of genen, die meer dan anderen geschikt zijn om ons aan overspiegelingen over te geven. Neen ik bedoel hier die oogenblikken die ieder in z'n leven medernaakt. In de stille en kalme intimiteit van z'n huiskamer of studeer vertrek, of onder de lommerijke en maje- stueuse schoonheid van eeuwenoude eiken, dan wanneer onze geest en ziel zoo bij uitstek geschikt is voor het opnemen en verwerken van edele en geestrijke ge dachten, dan, zeg ik, (rekken aan ons gees tesoog voorbij al die dagen en al die jaren van ons leven. Dan zien we onze heerlijke onbezorgde jeugd, met al z'n kinder-gënoe- gens, met z'n zuivere schoonheid, geleid door do zekere en vaste en toch zoo zachte hand van een moeder, die ons verzorgde met do opofferende liefde, welke alleen een moeder geven kan, en waarvan alleen een moeder 't geheim kent. Wij zien ons zelf terug op anderen leeftijd wanneer het volle besef van 't leven in ons begint te ontwaken, en wanneer do groote levens vragen in een allereerste stadium zich in ons leven beginnen te mengen. Eindelijk vinden we ons zelf terug als volwassenen, we staan te midden van het leven, met al zijn ideal-n en al z'n ontgoochelingen .Het leven met z'n vreugden, met z'n droefheid en zielesmarl. Met blijheid en vreugde her inneren wo oils de dagen van warme zon- imscihjn, en denken terug aan 't edele en goeds dat wij in staat waren te verrichten Wij herin;: oren ons ook dat de donkere dagen van beproeving., waarin wij bijna tot wanhoop gedreven werden, en waarin de droefheden dio in een menschenleven kunnen wo komen ons nief gespaard zijn gnhisven. Maar we bleven staan temidden van al onze voorspoed, we stonden ook pal als de stormen van tegenspoed trach ten ons den moed en het vertrouwen te deen verliezen. Zeker we hebben reden om met genoegen en met trots terug to zien op zekere perioden van ons leven. We voe len soms zoo duidelijk en tastbaar, dat wc niet tevergeefs geleefd hebben,'dat heel dat ingewikkelde en samengestelde mechanisme van stemmingen en gevoelens cr toe heb ben bijgedragen om van ons leven en van enze persoon een karakteristieke kracht en individualiteit te maken, die in tijden van voorspoed z'n krachten niet verspilt, maar ook in tijden van beproeving in staat is de stormen te trotsecren. Hoe heerlijk is is het om al die beelden aan zijn geest te lalen voorbijtrekken. Waar komt dat vandaan, dat men Zich in kalme onderworpenheid schikt aan zelfs zeer moeilijke levensomstandigheden? Hoe komt het dat een blijvend gevoel van on tevredenheid en twijfelzucht nooit in staat is onze edele en intieme gevoelens te be- heersohen en te verstikken? Waar komt het vandaan dat men zelfs temidden van droefheid en ellende nog in staat is te juichen en te hopen? 't Is werkelijk geen raadsel of een geheim wat ik U ga op lossen! Onze Christelijke, onze echte katho lieke levensphilosophie geeft, op al deze kwesties een afdoend en bevredigend ant woord. Wat zijn wij katholieken rijk, wat zijn we gelukkig ln ons geloof en onze overtuiging. Neem uit ons leven den gods dienst weg, en de weg naar ontevreden heid, naar twjifelzucht, naar levensmoe heid en zeden, ontaarding staat wijd open Leeg wordt ons leven en zonder bestem ming. Waarom ook zou ik vreugde, en vol doening zoeken in m'n dagelijkscbe bezig heden, waarom zou ik dat alles -niet be schouwen als een noodzakelijk kwaad en trachten cr mij zoo spoedig mogelijk van te ontdoen, indien ik dat alles niet be schouw in het licht vaai een roeping die elk mensch op de wereld te vervullen heeft Waarom zou ik de teleurstellingen die ik in m'n leven ondervind beschouwen als geschikt om m'n karakter te vormen en als evenzoovele middelen om mij onsterfe lijke verdiensten te ver zamelen, als ik gepoogd heb om Christus en z'n kruis uit m'n leven te verbannen. Wat zijn wij ge lukkig en sterk met en in ons geloof, dat ons krachten geeft om met moed en ge duld de zwaarste beproevingen te door staan. Dat van den anderen kant onze be strijders de kracht van onzen godsdienst wel kennen en naar waarde weten te schatten moge blijken uit het feit dat de Russische BolscJiewisten verschillende ceremoniën dio in onze lithurgio gebruike lijk zijn trachten na te bootsen, om zoo doende een zeker cachette te drukken op de vormen die zij hebben uitgedacht bij de opneming van een pasgeboren kind in de bolschewistische heilstaat. Ze gevoelen de absolute leegte van bun politiek-gods- dienstig regime cn probeeren door eenige uiterlijkheden het gemis van substantie en innerlijkheid te bedekken, om aldus de goedgeloovige gemeente zand in do oogeu te strooien. Welke de gevolgen zijn van ge mis van geloof of van geloofshaat? Wo behoeven niet terug te gaan tot de eerste eeuwen van het Christendom en het leven dier eerste Christenen na te gaan, we behoeven niet af te dalen in de Catacomben van Rome om te ontdekken welke bover.- menschelijko krachtinspanningen die eer ste geloofshelden zich moesten getroosten om zich te onttrekken aan achtervolging en dood, en vrij to zijn hunne godsdien stige plechtigheden te vieren en gezame- lijk te bidden. Onze eigen vaderlandscbo geschiedenis is helaas rijk genoeg aan godsdienst twisten, aan bloedige moord partijen en diefstallen op groote schaal. Wie noemen zich tegenwoordig eigenaars van verschillende kerken dio vroeger door do katholieken werden gebouwd. Men be wondert in do grooto musea's van allo landen, prachtige schilderstukken, voor- GEMEENTELIJKE VISCHVERKnn Aan den gemeentelijken Vist* Visclimarkt 18 (Telef. 1225) js wï verkrijgbaar SCHELVISC-H a f n? f 0.22f 0.30, SCHOL a f o 15 KABELJAUW a f 0 32—f 0.37*71, Kabeljauw a f 0.24), TARBOT 1 per pond en NIEUWE HARING a f per stuk. AUG. L. REIMERINGER, We,, loco-BurgoniJd Leiden, 29 Juli 1924. VERANDERING AANVANGSURFn VAN DE VEEMARKT EN DE VETTE VARKENSMARKT. Burg. en YVeth. van Leiden; gelet o likel 3. laatste lid, van de verorden» do Veemarkt; brengen ter kennis vai langhebbenden, dat in afwijking va bij genoemde verordening vastgei aanvangsuren: a. de veemarkten op 1 en 8 Augu$|, а.s. zullen aanvangen des v.m. 5.45 op 15, 22 en 29 Augustus a,s. des 1 б.15 uur en op 5, 12 en 19 September des v.m. 6.45 uur; b. de vette varkensmarkt op 26 Augi^ a.s. zal aanvangen des v.m. 6.15 uur, 2 en 9 September a.s. des v.m. G.30 op 16 Seeptembcr a.s. des v.m. 6.451 en op 23 en 30 September a.s.. des t 7 uur. AUG. L. RÊIMERINGER, Wak, loco-Burgemeetii VAN STRIJEN, Secretaris. Katholieke Mgenda LEIDEN. Dinsdag. Ned. R. K. Graf. Bond, bouw te 8 uur. OEGSTGEEST. Dinsdag. R. K. Volksbond, St. Willibrcuè gebouw, 8 uur. Woensdag. Ziekenfouds St. WilHbïotdia bouw, 8 uur. Apotheek die tot en met Zondag Maandagmorgen eiken nacht en des li dass geopend is: H. J. M. Proofc, Maarsmanssteeg Tel. 432. stellende religieuse tafereelen, meesterlij gebeeldhouwde altaar-triptieken, die w wel geheel uit hun omgeving geruit daardoor veel van hun waarde verliezfs toch op zich zelf meesterstukken zijn kunst en artistieke piütet. Waar ko al die kunstschatten vandaan, die ||i door eenige duizendtallen jaarlijks votl' bezichtigd, met of zonder kennis vanzal Waar komen zo vandaan, wio bracht daar en onder welko cmstandigheJu Meestal vindt men onder aan den v> vermeld staan: Gift van die 0die, komstig van daar of daar. En wat hij daiVdikwijls? Dat de gemeente of het d bij een overmatige weelde van g vrijheid een gave accepteerde vd van de herkomst boven alle twijfel cl Eigenaardig is het zeker dat een grooii machtig lichaam zich niet alleen 011 gen maar zelfs onder aanmoediging en!t scberming der autoriteiten zich dir.J mag veroorloven, die zeer zeker en tcrci gediskwalificeerd zouden worden, nis! of ik op een onzalig 0ogenblik een te lij'ke onderneming zouden wagen. Ik liier speciaal aan het ingewikkelde, ksl baro en reclameachtige proces van kt openen van het graf van mijnheer I* tankamen. Het proces schijnt afgclooj* doodgcloopen of uitgesteld. Ik weet niet, men hoort er niets meer van Ha nu de groote vraag of men werkelijk» wetenschappelijke gronden een dered bedrijf kan motiveeren, temeer waar' wetenschappelijke zijde reeds aanslod bet gewicht en bet nut er van ten ze"51 werd betwijfeld. Ik acht mij niet bevc.'f als judex in deze zaak te fungeeren, ms ik behoud mij toch het recht voor erf een meening op na le houden PICCOJfl STABSS81E UWê MGR. ISAIA PAPADOPOULAS. Vanmorgen is hier ter stede gearrifc Mgr. Isaia. Papadopoulas, titulair UB bischop van Grazianopolis, assessor var Oostersche Congregatie te Rome. Mgr, de gast is van de familie Strotmann, vergezeld, van zijn secretaris cn een m diaken van de Oostersche kerk. Mgr., die, zooals bekend, het Euch. Congres heeft bijgewoond, verklw do buitengewoon enthousiast to zijn wat hij dezer dagen gezien en heeft, en waardoor zijn groote verwatJï gen zijn overtroffen geworden. Het Rijksopvoedingsgesticht Op de vragen van den heer Bul'cn treffende de opheffing van het lij^l Rijksopvoedingsgesticht voor jongens hier, antwoordde de Minister van titie: Do nadere overweging van liet ver.' der cijfers betreffendo do terbescliik»: stelling van minderjarigen is /hans! ver gevorderd, dat omtrent do nangcu sluiting van een RijksopvoedingsgcT voor jongens in den loop van hot vol; jaar binnenkort overleg zal kunnen P hebïaen met het Algemeen college van zicht, bijstand en advies voor het b;. tucht- en opvoedingswezen. De Minister is nog geneigd te ibcc- dat in verband mot verschillende o®8, digiheden dit welllicht zou moeien z|Jn tijdelijk Rijksopvoedingsgesticht v den. Wal een dergelijke overweging H tiscbe beteekenis hebben, dan moet rusten op vaste grondslagen. Niet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 2