Vierde Blad.
Intern. Eucharistisch
Congres.
uit be
Zaterdag 26 Juli 1924
f mogen onze godsdienst uitvieren, als.
tenminste niemand anders er iets van be
merktTerug moesten wij eigenlijk
met onze eeredienst naar zolders en
schuren.
Maar, Goddank, dien tijd zijn wij voor
bij en, met Gods hulp, blijft die achter
ons I
f x
DE BESTRIJDING.
't Was te voorzien, dat er zouden zijn,
die pogen zouden ons tijdens ons Intern.
Eucharistisch Congres niet met rust te
laten.
Wij schrijven: die pogen zouden
gelukken doet zoo'n toeleg nietl De
jfluis, die aan den berg knaagt zij kan
ffel meenen met haar tanden den aardhoop
te doen uileen vallen, maar wie verstand
lieeft weet wel beter.
En we zien dan ook die protesten tegen,
het Congres aan zonder eenige vrees,
maar, geheel oprecht! met véél medelijden.
Medelijden met hen, van wie ongetwij
feld velen gemis aan eigen positieve ge
loofsovertuiging willen doen wegschuilen
achter bestrijding van wat anderen is een
dierbaar en heilig geestelijk goed. Mede
lijden met hen, onder wie klaarblijkelijk
Kio velen do Katholieke leer bestrijden
zonder die te kennen; zij halen wel aan
uitspraken van Katholieke schrijvers,
maar verstaan die niet in de juiste betee
ken is, en zoo geven zij dan een verbogen
en verwrongen voorstelling van de Katho
lieke geloofsleer speciaal ook van de
leer betreffende de heilige Eucharistie,
betreffende het Goddelijh Sacrament.
Zoo b.v. een zekere ds. H. E. Grave-
meijer uit Amsterdam in een protestver
gadering der ïïerv. (Geref.) Staatspartij,
Donderdagavond te Amsterdam gehouden.
Deze antipapistische ,'dominé gaf eerst
af op Colijn en Schokking, „die uit poli-
iiek winstbejag voor hun partijen het
protestantsch bewustzijn in slaap hebben
gesust en Rome in de kaart gespeeld".
Dan wekte bij op tot bestrijding van
Rome om ten slofte voor te stellen.een
boodschap te richten aan Kardinaal v.
Rossum, die aldus aanvangt:
Wij, zone* der Reformatie, op he-»'
den 24 Juli in grooten getale hijeen
in „Salvatori", te Amsterdam, zeggen
u dank, dat gij van Rome naar onze
goede stad zijt gekomen om het Ne-
derlandsche volk eens heel duidelijk
te zeggen, dat gij bót wederom terug
wilt voeren onder het juk van de pau
selijke hiërarchie. Wij voelen ons ge
drongen u te verzoelcen aan uwen
pauselijken heer de boodschap over
to brengen, namens duizenden hier te
lande, dat hij niet voort moge gaan
zijn ultra-montaansche dienstknech
ten hier te lande aan te zetten tot ver
nietiging van het protestantisnïQ en
niet langer misbruik te makeA van
de alhier grondwettig gewaarborgde
geloofsvrijheid.
Genoeg van dat fraais 1 zóó bralt het
document(') nog een paar zinnen verder.
Onze lezers zullen er zich aan ergeren
en terecht. Maar wij waarschuwen er
hen dan voor, om niet te gaan generali
seeren, of te veronderstellen, dat- zóó
alle Protestanten zijn. Geenszins geluk
kig de meesten zijn.Christelijker in
hun houding tegenover de Katholieken.
Na dien Amsterdamschcn dominé sprak
een Eaagscbo naamgenoot, ds. K. Gra-
Temeijer, en niet veel fraaier.
Deze dominé erkende echter in zijn rede
ronduit: „Heel duidelijk wijzen de teeke-
nen er op, dat wij aan alle kanten verlie
zen". Ja, maar toch nog niet duidelijk
genoeg schijnt voor sommige dominé's,
hun krachten verspillen aan bestrij
ding van Rome inplaats van aan verster
king van den Christelijker geest onder
eigen Proteslantscho volgelingen.
Men ziet intusschen, hoe van zekere
Prolestantsche zijde de geloofsvrij
heid wordt begrepen! Wij, Katholieken,
De Nederlandsche
Staatsinrichting,
HET VERBINDEN FN DE NUMMERING
DER LIJSTEN.
Een eenvoudige veronderstelling
Wat genoteerd dient te worden.
Hoe het geschiedt. Niet noodig.
Tallooze combinaties. Dat is
de ware 1 In de Staatscourant.
CVanncer twee dagen na de beslissing
van het Hoofdstembureau geen beroep is
ingesteld, of anderszins wanneer de Ge
deputeerde Sta'en een eindbeslissing heb
ben gegeven, deelt elk Hoofdstembureau
aan het Centraal Stembureau mede, welke
geld;ge lijsten zijn ingediend. Onmiddellijk
nadat alle Hoofdstembureaux in deze hun
plicht hebben gedaan, brengt het Centraal
Stembureau de ontvangen mededeelingen
in De Staatscourant ter openbare kennis.
Vier dagen lang wordt thans de gelegen
heid open gesteld om de lijsten tot een
groep te verb'nden.
Om goed te begrijpen, wat dat verbinden
natuurlijk geen phvsische daad! wil
zeggen, zullen wij een eenvoudige ver
onderstelling maken.
Onze R.-K. Partij dient in alle 18 Kies
kringen een lijst in. Nu kan zij al die 18
lijsten op zich zelf lalen slaan; zij kan ook
als 't ware er één lijst (lijstengroep) van
maken; of, zooals bij de verkiezingen in
1922 met succes is gebeurd, van de 18
lijsten, verschillende groepen b.v. drie,
vier, vijf vormen. Dat maken van verschil
lende lijsten tot één of meer lijstengroepen
noemt men nu verbinden. Hierbij dient ge
noteerd te worden, dat lijsten in een en
denzelfden kieskring ingediend niet kun
nen worden verbonden. Wanneer, om een
voorbeeld te noemen, do R.-K. Partij in
Kieskring XVIII (Limburg) twee lijsten
zou indienen, dan blijven deze op zich
zelf staan.
Natuurlijk mag ook niet een en dezelfde
lijst deel uitmaken van twee of meer groe
pen, zoodat het ongeoorloofd is b.v. de
katholieke lijst in Utrecht te verbinden met
een groep Utrecht, Groningen, Drente en
mot een groep Utrecht, Zeeland, Limburg.
Het verbinden geschiedt op de volgende
wijze: Bij de candidaatstelling wijzen de
onderteekenaars een zoogenaamden ge
machtigde met voor noodgevallen
een plaatsvervanger aan. Als nu bijvoor
beeld do gemachtigde van de R.-K. lijst
in Kieskring XVIII (Limburg) en die van
de R.-K. lijst in Kieskring XIII (Utrecht)
een gemeenschappelijke verklaring schrif
telijk bij het Centraal Stembureau inleve
ren, dat zij die twee lijsten tot één groep
willen maken, dan is het aldus genaamd
verbinden van lijsten een feit geworden.
Bij een soort van lijsten is echter die
•verklaring niet noodig. Zij worden van
rechtswege als één groep, als één lijst
beschouwd. Dat zijn namelijk de zooge
naamde gelijkluidende lijsten, die, hoewel
in verschillende Kieskringen ingediend,
toch dezelfde candidaten, in gelijk getal
en in dezelfde volgorde bevatten.
Wel wordt wederom de verklaring ge-
eischt, wanneer men de gelijkluidende
lijsten deel wil laten uitmaken van een
groep, die ook nog niet-gelijkluidende lijs
ten bevat of uit andere gelijkluidende lijs
ten bestaat.
Bijvoorbeeld: in Kieskring I (Noord-
Brabant I) en in Kieskring II (Noord-
Brabant II) dient de R.-K. Partij een ge
lijkluidende lijst in, welke twee van
rechtswege verbonden b:sten ze door de
verklaring van gemachtigden kan verbin
den ipet een heel andere lijst, welke zij b.v.
ingediend heeft in Kieskring XV (Over
ijssel). klaar ook kan zij op dezelfde ma
nier verbinden met twee anders-gelijk
luidende lijsten, die b.v. ingeleverd werden
in Kieskring III (Gelderland I) en Kies
kring IV (Gelderland II)
Uit dit voorbeeld bemerkt men wel ai
re-ds dat lallooze combinaties te vormen
- "n. Pi e ctisch komt men tot het besluit,
dat vier soorten lijsten of lijstengroepen
mogelijk zijn en wel:
1. lijstengroepen, bestaande uit louter
niet-gelijkluidende lijsten;
2. lijstengroepen, waarvan gelijkluidende
lijsten deel uilmaken;
3. gelijkluidende lijsten;
4. op zich zelf staande lijsten.
Nadat de tijd voor de liefhebbers tot
verbinding is verstreken gaat het Centraal
Stembureau in een voor de kiezers toe
gankelijke zitting loten. Elk der vier ge
noemde lijsten of lijstengroepen krijgt baar
eigen, apart nummer. Eerst wordt een
lootje genomen voor- de lijstengroepen en
de gelijkluidende lijsten (13). Wanneer
nu de R.-K. Partij al baar 18 lijsten tot
slechts één groep had verbonden, en deze
groep trekt nummer 10, dant ontvangt elk
der lijsten in alle verschillende Kieskrin
gen dat nummer. En van Noord tot Zuid,
en van Oost tot West kan de strijdkreet
schallen: Stemt op lijst nommer 10, dat
is de ware!
Heeft daarentegen onze partij van haar
18 lijsten meerdere groepen gevormd, dan
krijgt elke groep een ander nummer, de
lijsten echter steeds het nummer der groep
waarvan zij deel uitmaken. Zuiver gelijk
luidende lijsten hebben van zelf ook een
en betzelfde nummer.
Bij een tweede trekking ontvangen op
ziclizelfstaande lijsten (4) een nog niet
toegekend nummer.
Na het vervullen van deze voorschriften
zijn de lijsten eindelijk officieel klaar. On
verwijld plaatst het Centraal Stembureau
ze, naar de Kieskringen gerangschikt en
met vermelding van haar nummers, in De
Staatscourant.
FR. CUNIBERTUS SLOOTS,
Weert. O. F. M.
Buitenl. Wee! overzicht.
Deze week is er voor weinig meer be
langstelling als voor de Londensche con
ferentie. Met de Londensche conferentie
sta je op: de ochtendbladen geven ritsen
telegrammen van hetgeen de commissie tot
stand hebben gebracht en van de compro
missen, welke er gesloten zijn. Met de con
ferentie ga je naar bed, nog vol van de
telegrammen van hetgeen de commissies tot
bladen, die melden, dat bet werk der com
missies weer omvergeworpen is. Is het
wonder dat een buitenlandsch redacteur,
op wien die geheele lawine van tegenstrij
dige berichten neerstort, er êen nacht
merrie van krijgt?
Toch moet men blij zijn, dat er klaar
blijkelijk zoo hard gewerkt wordt, want
het is een bewijs van den ernstigen wil om
tot overeenstemming te geraken. Nu of
nooit, denkt men in Londen. Nimmer was
in den laatsten tijd de stemming tusschen
Frankrijk en Engeland zóó gunstig om
meeningsverschillen uit den weg te ruimen
en nimmer was de hulp van Amerika zoo
dichtbij als thans.
Niettemin is er in sommige bladen eenig
pessimisme te beluisteren. Wij meenen
niet zoozeer over hot_ mogelijk mislukken,
van de conferentie daar is inderdaau
wel reden toe, maar men hoopt op den
krachtigen druk der nuchtere zakenmen-
schen, die de Amerikanen zijn maar wij
bedoelen het pessimisme omtrent het wel
slagen van de conferentie. Men meent n.l.
dat de wereld bij de aanvaarding van het
Dawes-plan weinig gebaat zal zijn. En
dan richt men vooral het oog op Duitseh
land. Gesteld, dat het deskundigenplan
wordt aangenomen, dat de Roer ontruimd
wordt en dat de Amerikaansche bankiers
voldoende waarborgen hebben gekregen,
zoodat zij de leening van 800 inillioen
goudmark aan Duitsehland toestaan. Wat
gebeurt er dan? Duitsehland zal zich do
voordeden van bet plan natuurlijk ten
nutte maken, het zal er bovenop komen.
Maar zoodra hef op betalen aankomt, zal
het onwillig worden en zeggen dat het on
mogelijk een som van 2X> milliard per
jaar bijeen kan brengen. Frankrijk, dat
zich ten koste van concess:es met het plan
heeft verzoend en alleen z'n fiat hoeft uit
gesproken in de hoop op eindfflijke be
taling, zal dan nog minder dan nu ge
negen zijn om Duitsehland iets kwijt te
schelden en zal zeer krachtig op betalen
aandringen. Maar Duitsehland, dal in dien.
tusschen tijd gelegenheid heeft gekregen
zich te herstellen, zal niet langer voor on
derwerpen schuldenaar willen fungceren en
zal waarschijnlijk op de krachtige eiscti
van Frankrijk ook krachtig antwoorden.
Gevolg is een nieuwe oorlog.
Zoo vreezen de pessimisten het verloop
van den toekomst. En men moet bekennen,
dat het inderdaad zoo kan verloopen,
maar een n o o d z a k e 1 ij k h e i d is bet
niet. En als men zich afvraagt: wat is
afgezien van het mogelijk verloop van de
toekomstige geschiedenis wat is beter,
dat het Dawes-plan er nu door komt of dat
het verworpen wordt; dan is er dunkt ons,
maar één antwoord: dat het wordt aan
vaard. Het moge dan geen definitieve op
lossing zijn zie in ons vorig overzicht
het aangehaalde artikel van prof. Ver-
rijn een voorloopige oplossing is het
wel.
En.komt tijd komt raad.
Daarom hopen wij hartelijk, dat de
Londensche conferentie moge slagen.
Maar, daar ziet het er nog niet naar uit.
Vóór 't welslagen pleit alleen de goede wil
der gedelegeerden. Tegen het welslagen
pleit een menigte van meeningsver
schillen.
De bankiers en de C. v. H. Zoo
als men weet, had de conferentie een drie
tal commissies ingesteld, die de voornaam
ste kwesties moesten uitmaken. Eenige
dagen geleden schenen ze alle drie klaar
te komen vóór de plenaire zitting van
"Woensdag j.l. Maar toen het zoover was,
bleek er geen een beelemaal klaar.
De eerste commissie had tot taak de po
sitie van de Commissie van Herstel te
regelen in verband met de waarborgen
voor de geldschieters van Duitsehland. Het
had een regeling opgesteld, die hier op
neerkwam.
De bankiers zouden een prioriteitsrecht
krijgen nog boven de algemeene prioriteit
van de schuldeischers van Duitsehland.
Tegenover deze economische waarborg
kwam echter de politieke waarborg in het
gedi*ang. Een moedwillig in gebreke blij
ven van Duitsehland zou moeten worden
geconstateerd door den algemeonen agent
voor de betalingen volgens het plan-Dawes,
benevens door een vertegenwoordiger van
de deelnemers aan de leening; deze consta
teering zouden zij moeten mcderleelen aan
de Commissie van Herstel, inmiddels ver-
slerkt door een Amerikaansch burger met
stemrecht (waardoor dus de verhoudingen
in de G. v. H. worden gewijzigd en Italië
eventueel op de wip zou kunnen komen te
zitten.)
De C v. H. zou vervolgens bot inge-
breke blijven moeten vaststellen en mede-
deeling doen aan de geallieerde regeerin
gen, dio het dan over de sancties eens
zouden moeten worden. Mocht dit niet
mogelijk blijken, dan zou iedere regeering
recht hebben afzonderlijk tegen Duitseh
land op te treden.
Zoo waren dus alle partijen tevreden
gesteld, dacht men. Maar de Amerikaan
sche bankiers waren niet tevreden, zij
achten vooral de laatste bepaling, die toch
weer aan Frankrijk de vrijheid liet om
een stuk van Duitsehland te bezetten of
andere .militaire..saijcties toe ta .passen,
te gevaarlijk. En als de bankiers niet wil
len, gebeurt er niets. Zij geven den toon
aan op de conferentie. Zoodoende kon de
eerste commissie haar adviezen weer in
pakken en aan de plenaire zitting mede
doelen dat zij er nog niet in geslaagd was
een oplossing te vinden.
Het bezette gebied. Hierover
had de tweede commissie te rapporteeren.
Dezo kwam evenwel op geen stukken na
klaar, hetgeen niet te verwonderen was,
want hierbij kwamen de militaire autori
teiten te pas en deze plegen met hardnek
kigheid juist aan de moest schadelijke
economisch' schadelijke n.l. maatrege
len vast te houden. Zoo verzetten de Fran
sche militaire deskundigen zich tegen de
door het Dawes-rapport gcëischte volledige
ontruiming van het bezette gebied. Voor-,
eerst wat betreft de economische bezetting,
n.l. de regie-spoorwegen. Op de z g. strate
gische lijn: u 'AkenDürenTrierKoblenz
en "WissenburgMainz mogen niet uit
sluitend Duitsche beambten werken, maar
moet het personeel „doorspekt" zijn 4000
a 5000 Frangche beambten. Zulks in ver
band met de veiligheid der bezettingstroe
pen.
Uit bet bovenstaande volgt dat Frank-
dat vier soorten lijsten of lijstengroepen
mogelijk zijn en wel:
1. lijstengroepen, bestaande uit louter
niet-gelijkluidende lijsten;
2. lijstengroepen, waarvan gelijkluidende
lijsten deel uitmaken;
3. gelijkluidende lijsten;
4. op zich zelf staande lijsten.
Nadat de tijd voor de liefhebbers tot
verbinding is verstreken gaat het Centraal
Stembureau in een voor de kiezers toe
gankelijke zitting loten. Elk der vier ge
noemde lijsten of lijstengroepen krijgt baar
eigen, apart nummer. Eerst wordt een
lootje genomen voor- de lijstengroepen en
de gelijkluidende lijsten (13). Wanneer
nu de R.-K. Partij al baar 18 lijsten tot
slechts één groep had verbonden, en deze
groep trekt nummer 10, dant ontvangt elk
der lijsten in alle verschillende Kieskrin
gen dat nummer. En van Noord tot Zuid,
en van Oost tot West kran de strijdkreet
schallen: Stemt op lijst nommer 10, dat
zal waarschijnlijk op de krachtige eiscti
van Frankrijk ook krachtig antwoorden.
Gevolg is een nieuwe oorlog.
Zoo vreezen de pessimisten het verloop
van den toekomst. En men moet bekennen,
dat het inderdaad zoo kan verloopen,
maar een noodzakelijkheid is bet
niet. En als men zich afvraagt: wat is
afgezien van het mogelijk verloop van de
toekomstige geschiedenis wat is beter,
dat het Dawes-plan er nu door komt of dat
het verworpen wordt; dan is er dunkt ons,
maar één antwoord: dat het wordt aan
vaard. Het moge dan geen definitieve op
lossing zijn zie in ons vorig overzicht
het aangehaalde artikel van prof. Ver-
rijn een voorloopige oplossing is het
wel.
En.komt tijd komt raad.
Daarom hopen wij hartelijk, dat de
Londensche conferentie moge slagen.
Maar, daar ziet het er nog niet naar uit.
Vóór 't welslagen pleit alleen de goede wil
F£Uii.Li£TCM
HET GEHEIM VAM DEN LIFT
naar L. Grou.
Eenige geautoriseerde bewerking door
dr. BOONEN, Leuven.
1) -
I.
Een opzienbarend Gemengd Nieuws.
Alfred Tortoran sloeg zijn dagblad open,
een tamelijk vet opschrift trof zijn blik.
Beide oogen van verwondering openge
sperd, las h/j:
Het geheim van den Lift.
„Een man die verdwijnt zonder eenig
spoor achter te laten, midden in Parijs,
in een lift, is voorwaar geen alledaagsche
gebeurtenis.
„Ze is nochtans voorgevallen in het ge
bouw nummer löbis, rue d'Hauteville.
„In dat huis heeft een koopman, die
sen groote exportzaak uitbaat, zijn per
soonlijk kantoor en zijn woning op de eer
ste verdieping, terwijl het magazijn en de
tantoren van zijn bedienden op bet gelijk
vloers gevestigd zijn.
„Een privaatlift verbindt beide verdie
pingen.
«Welnu, gisterenavond, om kwart vóór
^ssen, 't is te zeggen kort voor het slui
tingsuur, is de kassier, die gewoonlijk op
bet gelijkvloers werkt en van zijn bood
schappen in Parijs terugkeerde, in tegen
woordigheid van alle bedienden in den lift
gestapt om zich bij zijn baas te vervoegen,
*"0 met ongeduld op 'hem wachtte.
*Het schijnt dat bet toestel zich tamelijk
langzaam in beweging zette' (deze bijzon
derheid heeft haar belang).
„Na ongeveer twee minuten geraakt hij
op 7'"n bestemming.
..Mijnheer' René Lambert, die haast bad
om met zijn bediende te spreken, stond op
he l trapportaal, vóór de deur van bet toe
stel.
„De kast was leeg. De kassier was tij
dens de korte reis van bet gelijkvloers
naar de eerste verdieping verdwenen.
„Laten we er aan toevoegen, dat de al
dus op allervreemdste wijze weggemoffel
de kassier drager was van een aktentasch
die, benevens belangrijke documenten, een
groot bedrag in titels en verscheidene
waarden meer dan één millioen, zegt
men inhield.
„De gerechtelijke politie heeft een on
derzoek over deze zonderlinge gebeurtenis
geopend.
Toen hij met de lezing hiervan gedaan
bad, bleef Alfred Tortoran eenige oogen-
blikken droomend vóór zich uitkijken.
Wat een merkwaardig avontuur I
mompelde hij.
Dan baalde hij de schouders op. Hij
had heuscb wat anders te doen dan zich
suf te denken over de verdwijning van een
onbekende
Ja, zuchtte hij, als nog een belooning
aan den eerlijken vinder uitgeloofd werd!...
Toen hij dien moTgen aldus bij het lezen
van zijn dagblad over den Boulevard des
Italiens slenterde, verfrommelde Alfred af
en toe in den zak van zijn overjas twee
papiertjes, waarvan de aanraking ter zelf-
der tijd genoegen «n verveling in hem ver
wekte,
Een dezer papieren, dat hem tot vreug
de stemde, was een mooi bankbriefje van
vijftig, heelemaal nieuw, dat heel zijn for
tuin vertegenwoordigde en dat het Beheer
van de Bank van I.eening hem zooeven in
ruil voor zijn horloge, laatste overblijfsel
van vervlogen roem, overhandigd had.
Het ander, dat hem tot een gemelijken
grijns aanzette, was de „erkenning", dat
hem door dito Beheer werd ter hand ge
steld en hem het recht verleende tegen be
taling van een matigen interest, het ver
pande voorwerp binnen tijdsverloop van
één jaar af te halen
Alfred Tortoan was vijf en twintig jaar
oud, had een meer schitterende dan prac-
tiscbe opvoeding genoten, tanden als een
jonge wolf en een wilden eetlust. Zijn ge
laat was open en sympathiek, en zijn
oogen, verscholen achter een bril, fonkel
den van sluwheid.
Hij studeerde in de rechten, toen finan-
cicele nadoelen, die op den dood van zijn
ouders volgden, hem dwongen zijn brood
te verdienen, waarin het hem tot dan toe
nog niet gelukt was. Beurtelings klerk bij
een loodgieter, bankbediende, kellncr, bad
•hij ieder dezer beroepen achtereenvolgens
wegens gemis aan werkzaamheid moeten
opgeven, uitgemaakte onbekwaamheid
in de wis- en natuurkundige wetenschap
pen en herhaalde „bokken" in hot even-
wichtspel, dat bestaat in het dragen met
één hand van een half dozijn „schnitten".
Op 't oogenblik- zocht hij zijn weg en
vond hem niet. Danr hij nochtans over
oen heerlijke gezondheid, een onwankel
baar optimisme, een onverzettelijk geloof
in zijn gelukster en een bankje van vijftig
beschikte, zag bij de toekomst rooskleuri
ger in dan zijn zorgelijke toestand bet had
kunnen laten veronderstellen.
Terwijl hij moeite deed om uit zijn her
sens de weldadige gedachte te doen op
wellen, die hem zijn dagelijksch brood zou
verzekeren, bemerkte Alfred Tortoran dat
de stadshorloges op den boulevard op
twaalf stonden en dat zijn maag. het met
de horloges eens was.
Primo dejeunare, deinde philosopha-
re, mompelde hij in een latiju dat juist
bij de omstandigheid paste. En ik ben
voornemens eens duchtig te eten: ik heb
gisteren en eerder karigo maaltijden ge
bruikt en ik durf aan de menus, die ik
morgen zal lezen, niet te denkenEen
goed maal is de beste raadgever; ik wil
even zijn raad inwinnen.
Na deze alleenspraak gehouden te heb-
hebben, duwde bij de „deur van een restau
ratie open, ging er binnen, klom naar de
eersto verdieping om er, ter zelfder tijd
als een lekker maal, bet genoegen van den
drukken en krioèlenden boulevard te sma
ken.
Dadelijk begon hij met de medewerking
van een ernstig-doend en hoffelijk, ober-
kellner, .een stevig menu op te stellen.
Terwijl bij zich aan deze gewichtige be
zigheid overleverde, werd de restauratie
zaal met klanten gevuld. Een groot jonge-
l:ng die met één oogopslag bemerkt had
dat allo tafels aan de vensters bezet wa
ren, kon een gebaar van ergernis niet on
derdrukken. De oberkellner merkte het en
maakte met de twee armen een beweging
van: „Ik kan het niet verhelpen!
Maar de nieuw-aangekomene stapte re
gelrecht op Alfred toe, bleef voor h:m
slaan en vroeg:
rijk evenmin de militaire bezetting wil op«
beffen. En hierbij denken wij aan de hei<*
haalde verzekering van Poincaré, dat d«
militaire bezetting slechts een „vredoliw
vende" bezetting was. en dat de militairen
alleen dienden om de Eransche ingenieur*
te beschermen, die de leiding der Roerfa*
brieken op zich Icwamon nemen. i
Maar nu deze ingenieurs bij het in-*
werking treden van het Dawes-plan zich
zullen moeten terugtrekken, wil Frank*
rijk de militairen nog handhaven, of
schoon zij niet meer noodig zijn voor het
doel waartoe zij zouden zijn gekomen. In
deze mecninj* staan de Franschen alleen.
Speciaal Engeland is het er heelemaal niet
mee eens, om nog maar te zwijgen van
de Duitschers. En deze zullen toch ook een
woordje mee moeten spreken.
De uitnoodiging der Duit*
s c h e r s. Ook dit meespreken van
Duitsehland vormt al weer pen punt van
meeningsverschil tusschen Frankrijk ec
Engeland. Engeland is van meening, dat
hot plan der deskundigen in menig opzicht
verder gaat dan het verdrag van Versail
les en Duitsehland derhalve krachtens dit
verdrag niet tot aanvaarding van het des
kundigenplan kan worden genoodzaakt.
Het zal vrijwillig moeten medewerken en
in dut geval kan het niet anders of Duitsch
land zal een woordje moeten meespreken
Maar Frankrijk verzet zich daartegen eü
wil in geen geval met Duitsehland als ge
lijkgerechtigde onderhandelen. Om deze
moeilijkheid uit den weg te ruimen heeft
de plenaire bijeenkomst der conferentie
op Woensdag 1.1. een nieuwe commissie
ingesteld, bestaande uit een Engelschinan
en een Franschman. Deze zal advies mpe-
ten uitbrengen over de twee volgende
kwesties: le. Geeft het in werking stellen
van het plan-Dawes aanleiding tot kwes
ties, welke een regeling veroisclien door
middel ven een speciale overeenstemming
met Duitsehland? Zoo ja, welke kwesties.
2e. Welke procedure dient te worden ge
volgd om to,t zulk een overeenstemming te
geraken zonder dat deze in strijd met het
verdrag van Versailles is.
Poincarc. V. h in vt bo
venstaande herhaaldelijk melding moeien
maken van hef feit, dat „Frankrijk" dit
of dat niet wilde. Men kan zich afvragen:
„Frankrijk", wil dat zeggen: „Herriot"?
Neen, dat wil nog steeds zeggen ..Poinca
ré", want deze werkt nog geducht ach
ter de schermen en trekt aan de touwtjes.
Hij laat Herriot dansen en springen juist
zooals hij wil. De correspondent van het
„Hbld." noemde Herriot een „levend lijk",
een die geen eigen leven heeft, maar ge
heel afhankelijk is van het beetje levens
kracht, dat een ander hem geven wil zoo
lang he»t hem behaagt. En dat wil hier
zeggen, zoolang Herriot, die toch aanvan
kelijk een geheel ander geluid deed hoo-
ren, de politiek vau Poincaré voortzet.
Hoelang onder deze omstandigheden de
'f.crrmwrrW confprentie^rmg~ duren zal is
een vraag, waaron zeer verschillend ge
antwoord wordt. Maar dat zij in de eerst
volgende dagen tot" een vergelijk zal ko
men, daaraan gelooft niemand.
KATWIJK AAN DEN RIJN.
Coüecie. Naar wij vernemen bestaat
alhier het voornemen om de volgende
week ook in onze gemeente een collecte te
houden tot steun van de slachtoffers van
de ramp die eenige visschersgezinnen te
Arncmuidén heeft getroffen.
Blccropjesdag. Woensdag, 6 Aug.. zal
vanwege het Ghr. Nat. Valtv. in Nederland
een bloempjesdag worden gehouden ten
bate van het fonds „Draagt Elkanders
Lasten" ter .bestrijding van do t.b.c.
Persona!ia. Door B. en W. is tot hulp
keurmeester benoemd in den keurinrs-
kring Katwijk, de heer J. Ph. II. HaL-tein
gedipl. hulp-keurmeester le Aalsmeer.
Tuinbouw. De handel is de laatste
dagen allesbehalve vlug en de prijzen voor
de producten laag. Gisteren waren de
vroege aardappelen en peen al bijzonder
laag in prijs. Vroege aardappelen gingen
Met uw verlof, mijnheer, mag ik aan
uw tafel plaats nemen? Die stoel te
genover u is zeker vrij, en
Terwijl hij de oogen opsloeg naar den-
gene, die hem aldus toesprak, riep Torto
ran uit:
Maar, heb ik het wel goed voor
Is u niet Julien Laci'oix?
Tortoran, deed op zijn beurt de groo
te jongeling. Die ouwe Tortoran'
Dan, zonder meer, maakte hij zich
meester van den stoel, waarnaar hij ver
langd had, en zegde:
Verwacht je niemand? Neeik
wel, we zullen dichter opeenschuiven: het
verheugt me zeer met jou te middagmalen
Julien Lacroix was een vriend uit zijn
schooltijd, dien Alfred sedert eenige jaren
uit het oog had verloren, maar wiens
handteekening bij regelmatig in de „Ga-
zette de Paris" las, dagblad waaraan Ju
lien als reporter verbonden was.
En wat voer jij uit, ouwe Tortoran?
vroeg de journalist, terwijl hij de bijge
rechten aanviel.
Alfred aarzelde een seconde, dan, daar
hij zich op gepaste wijze herinnerde eer
tijds een sonnet ter eere van een buur
meisje samengerijmd te hebben, bevestig
de hij niet zonder licht te blozen:
Ik doe aan literatuur!
t
(Wc: 11 vevgd).