Snelwandelen, cross-country, 3000 M. team- tace en vijfkamp van het Olympisch pro gramma af te voeren. De moderne vijfkamp. De einduitslag van den modernen vijf kamp ter Olympiade (Pentathlon) lui1als volgt 1 Lindman (Zweden) 18 punten; 2 Dyr- een (Zweden) 39 punten; 3 Ugln (Zweden) 45 punten; 4 Doranton (Frankrijk) 54f4 p.; 5 Avellay (Finland) Do.'.- p.; 6 Jensen (Den.) 60>2 p.; Woknis (Eng.) 64 punten; S Tonnefc (Nederland. 651-2 p); 9 Bremen (Finland) 66 punten; Orman (Zwitserland) 74punt. De Hollander Storfel bezette de ?5ste plaats met 102H p.; Va-n den Brandeler kreeg de 27e plaats, terwijl Horman no. 31 wei-d. Nurmi en Ritola. L'Auto heeft getracht de twee frr.i: -? Finnen te interviewen, maar veel succes had ze niet. Ze zijn zoo gesloten als een pot. Aan Ritola werd gevraagd. U'hebfc misschien de 5000 M. kunnen winnen. Was u soms onder den indruk van Nurmi's kunnen? Nurmi is sneller dan ik. Hij is een bui tengewone kampioen. Maar u knnt andere records slaan? Ongetwijfeld. Welke? Het half uur en misschien het uur. We moeten komen tot 10 K.M. in 30 minuten. En aan Nurmi. de wonderman, die de we reldrecords 800 M.20 K. M. houdt, een Uw Olympische overwinningen moeten u wel veel genoegen doen. Niet meer dan andere. Ik win igraag voor mijn land En uw records? Gaat u er nog meer ver beteren? Waar zou het goed voor zijn? Als ik be dreigd word, misschien. Zoo niet-, wa-arom dan? Uw verlangens? Zoo gauw mogelijk weer naar Finland te gaan. uitrusten, nog loopen omdat het moet en dan kijkrn hoe anderen mijn records aanvallen. LAWNTENNIS. Mej. Bouman en Timmer winnen opnieuw. In de 3e ronde van het gè-mengd dubbel spel te Parijs hebben mej. Kea Bouman en Timmer (Nederland) gewonnen van Petery en Kelemen (Hongarije) met 64 62. WIELRENNEN. A. S. C. Olympia. De. A. S. C. Olympia organiseert Zondag tO Augustus a.s. een open betrouwbaar heid srit-, genaamd Drie Provineiënrit voor amateurs, nieuwelingen en veteranen. De te volgen route zal zijn: Amsterdam, Haarlem, Leiden, Utrecht, Amsterdam, plm. 130 km. Berichten. DE STORM VAN GISTERMORGEN. De ramp der visschersvloot op de Weslerschelde. Vele opvarenden verdronken. Omtrent het noodweer, dat gistermorgen op de Schelde heeft gewoed, wordt nader gemeld De Vlissingsche visschersvloot, die gis termorgen vroeg met betrekkelijk goed weer is uitgevaren, werd tegen 7 uur plot seling overvallen door noodweer. De zee was zeer woest en de kleine vaartuigen verkeerden in grooten nood. Zeilen werden stuk" geslagen en de kleine open vaartuig jes waren de speelbal van de golven. Dadelijk werd liet ergste gevreesd en deze vrees bleek niet ongegrond, want het is zeker dat verschillende vaartuigen met de opvarenden zijn omgeslagen. De Ara 17 cn de Vliss 2 en 20 werden vaststaand als verloren gemeld. Er worden nog verschillende vaartuigen vermist en ook zijn er reeds enkele op het strand ge slagen. De reddingsboot is vertrokken om hulp te verleenen. Een der visschers verklaart, dat hij een vaartuig met de vier opvarenden in de diepte zag verdwijnen. Hij kon met het noodweer geen hulp verleenen. De ramp heeft heel wat gezinnen in die pen rouw gedompeld. Het blijkt, dat niet minder dan vijf visschersbootcn in den storm zijn vergaan. Vier van deze booten zijn omgeslagen, ter wijl een vijfde nabij Zoutelande is ge strand. De ramp had plaats ter hoogte van de boei van Calle. Veertien of vijftien mensehenlevens zijn zeer waarschijnlijk met deze ramp, die Vlissdngen en Arne- 2nuidcn treft, verloren gegaan. Twee fier gezonken booten hehooren te "flissincen thuis en werden bevarep. door 3.eden der familie Jasperse; de drie andere booten zijn afkomstig uit Arnemuiden, en. waren bemand met- leden van de families Meerman en de Nooyer. De reddingsboot Maria Cornelia van Blankenheim, die gistermorgen terstond is uitgevaren, is teruggekeerd met vier overlevenden van de boot, welke bij Zoute lande gestrand is. Van de gezonken booten is slechts één opvarende. Meerman geheeten. gered. Ook van de zijde van de Marine wer den onmiddellijk alle noodzakelijke maat regelen genomen. De mijnenlegger „Jac. van Meerlandt" werd uitgezonden met or der om te kruisen op de Deurloo en het Oostgat, waar de ramp zou zijn geschied. De torpedoboot Z. 4, die juist onderweg naar Vlissingen was. kreeg langs radio- telegrafischen weg opdracht eveneens in de buurt van Wcstkapelle te gaan zien of assistentie nog mogelijk was. Inmiddels werd vernomen, dat de af- haalkotter van het Loodswezen een der schipbreukelingen zou hebben gered. Hoewel de visschers van Arnemuiden in <3eze laatste plaats zijn gedomicilieerd, oefenen zij hun bedrijf uit te Vlissingen. Een aantal hunner vestigt zich zelfs ge durende liet seizoen in Vlissingen, van waar zij eiken morgen uilvaren. Donderdagavond zijn zij echter vrijwel zonder vangst teruggekomen en daar het goed weer was, gingen ze tegen den nacht opnieuw in zee. De storm, dio in den mor gen losbrak, heeft do vloot dan ook over vallen. De kleine garnalenschepen, waarom h^jt hier gaat, hebben tegen hevigen storm betrekkelijk weinig weerstandsvermogen; de bemanning van zulk een scheepje be staat in den regel uit twee a drie per sonen. Uit Domburg wordt gemeld, dat daar irw den vroegen morgen drié visschersscheep- jes zijn gestrand. Twee wisten weer vlot te komen. Van het derde- scheepje was korten tijd later niets meer te zien. Ver moed wordt, dat het met man en muis is vergaan. De „Tel." verneemt nader uit Vlissin gen: Van ongekende kracht en hevigheid is de orkaan geweest, die nabij Vlissingen heeft gewoed.* Uit de verhalen, welke men van het volk in de haven hoort, blijkt, dat de vis schers door den hevigen storm volkomen verrast zijn. Zelfs in Vlissingen heeft men de gevolgen van de plotselinge windhoos ondervonden. Van den St. Jacobstoren is een wijzerplaat afgewaaid, die op straat terecht is gekomen, gelukkig zonder iemand te treffen, en elders werd een groote win kelruit van „Eigen Hulp" door de kracht van den wind ingedrukt. Het is dan ook alleszins begrijpelijk, dat de kleine vaartuigen van de visschersvloot, met hun natte zeilen en uitgeworpen net ten, het hard te verantwoorden hebben ge had. Het staat thans vrijwel vast, dat drie vaartuigen gekapseisd zijn, n.l. de VI. 20, de VI. 2 en de Arn. 27. Het was onmogelijk, elkaar hij te staan; ieder had met zichzelf genoeg le stellen. Sommigen verspeelden de zeilen, anderen het roer en allen kregen averij en hadden de grootste moeite om het voor den wind te houden. Nog sterker dan in andere visschers- plaatsen, zijn de Vlissingsche en Arnemui- densche visschers één groote familie. Het meerendeel is aan elkaar verwant. Men ban zich dus voorstellen, wat het voor hen beteebende en hoe ernstig de toestand was, dat zij genoodzaakt waren het „ieder voor zich" toe te passen. "Was het zelfs later op den dag moei lijk, het juiste aantal slachtoffers en hun namen te constateeren, in den aanvang waren de geruchten van zóó ontstellenden! aard, dat de omvang van de ramp niet te benaderen viel. De welwillende commissa ris van politie, die zich onder de bevol king in de haven had hegeven, werd er wanhopig onder, daar de meest tegenstrij dige verklaringen werden afgelegd, ter wijl, door de steeds wisselende beman ningen, de officieele opgaven niet te con troleeren waren. Als zeker kan worden aangenomen, dat de VI. 2 en VI. 20 zijn vergaan. De VI. 2 is ingeschreven onder den naam van „Eli sabeth" op 2 Mei 1908. De eigenaar is KI. Blaasser, terwijl de bemanning uit vier koppen bestond. De VI. 20 is een hoogaars, ingeschreven in 1911; eigenaar schipper G. Jaspersen en was eveneens met vier kóppen bemand. Langzamerhand kwamen onder groote belangstelling van de geheele, in angstige spanning wachtende bevolking op het ha venhoofd, sommige vermist gewaande schepen binnen, of kreeg men telegrafisch bericht over het veilig binnenloopen van de vaartuigen in andere havens. De windhoos, die, zooals gezegd, ook te Vlissingen was waargenomen, had onder de bevolking een grooten schrik doen ont staan en vol belangstelling spoedde men zich naar de haven. Even over halfnegen kwamen de eerste schepen de haven binnen en zij begaven zich allereerst naar het loodswezen om te rapporteeren, dat buiten nog vele schepen waren, die in ernstige moeilijkheden ver keerden. Dadelijk daarop werd de reddingboot „Maria Carolina Blankenheim", met vijf koppen bemand, onder bevel van schip per W. H. Pieters in zee gelaten. Geven wij thans het woord aan een der opvarenden van de reddingsboot: „"Wij waren", zoo verhaalde hij, „nau welijks huiten, of wij kwamen langs zwaar gehavende schepen; één was er zeifs met stukgerelen zeilen. Wij hebben ze allemaal gepraaid of zij ook assistentie noodig had den, maar zij riepen terug, dat er buiten schepen in nood zaten, die onze hulp meer noodig hadden". „Omgeslagen schepen hebben wij niet gezien. Al zoekende zagen wij een vaartuig - op Zoutelande op het strand zitten. Het bleek even later de Arn. 38 te zijn. Zij zat leelijk en het was duidelijk, dat zij met hoog water tegen de haven kapot zou slaan Wij naderden do boot zoo dicht mogelijk, maar &1 te dic-ht kon ook niet, daar an ders het gevaar bestond, dat wij ^elf vast zouden raken. Even later hadden wij een lijn naar de Ara. 38 geschoten; maar wij misten en de lijn dreef weg. Toen is een matroos van de reddingsboot Crucq, over boord gesprongen en al zwem mende, met een lijn om zijn middel, bij de Ara. 38 gekomen. De opvarenden van de Arn. 38 weigerden echter zich langs de lijn in zee te laten. Wij hebben toen zéér groote moeite gehad om de boot vlot le krijgen. Wij draaiden op het anker en zet ten de schroef er op. Zoo slaagden wij er na eenigen tijd in,'de Arn. 38 vlot te krij gen en behouden te Vlissingen bhmen te brengen. Wij hebben verder geen gelegen heid gehad assistentie te verleenen". Tot zoover het verhaal van den reddings bootman. Ten slotte constateerde men, dat ld man vermist werden, toen de loodsboot, onder 1 leiding van kapitein T. van der Struijs, meldde, dat hij een schipbreukeling van de Arn. 27 aan boord had. Zoodoende wa ren er nog 15 vermisten. De heer Van der Struijs was zoo wel willend, ons het verhaal van de redding te deen. „Wij bevonden ons nabij Calloo-hank", aldus onze zegsman, „om loodsdienstcn te verrichten en wachtten tot wij zouden wor den afgelost. Om zeven uur werd dc zee echter zeer onrustig en er woei een harde bries. Ik besloot toen, met het oog op de hooge zee, mijn post te verlaten. Bij het naar binnen gaan kwamen wij verschil lende visschersvaartuigen tegen, welke met groote moeite trachtten de haven te hereiken. Plotseling nam ik waar, dat één der vaartuigen, naar ik later hoorde, de Arn. 27, in zinkenden toestand verkeerde. On middellijk zette ik koers erheen en nader de het schip tot op vijf meter. Dichter kon ik niet bijdraaien, daar er dan te veel gevaar voor ons zou zijn, dat onze schroef in de uitgeworpen netten verward zou ra ken. Ik zette onze boot met den kop op zee en wierp een lijn aan boord van het zin kende vaartuig. Een jeugdige matroos van de Am. 27 sprong overboord, greep do lijn en wij slaagden er met groote moeite in hem aan boord te brengen. Het bleek te zijn Cornelis Meerman, de zoon van schip per Meerman. Hij deelde ons mede, dat zijn vader, even van te voren in zee was gevallen. Hij had met zijn vader hand in hand gestaan ten einde niet. in het water te vallen, maar op het laatst hacl zijn vader tot hem ge zegd: „Ik zal je maar loslaten, jongen, want wij kunnen ieder voor zich beter op passen, dan wij te zamen doen". Een oogenbük daarna zag hij zijn vader in de diepte verdwijnen Er bevonden zich aan boord van de Arn. 27 toen nog tweeman. Wij riepen hun toe, eveneens den boei te pakken, nadat we hun dezen opnieuw hadden toegewor pen. Geen van beiden durfden zij echter van boord te komen. Ook was het onma- gelijk, door het hevige stormweer en den feilen Noord-Westenwind, een jol over boord te zetten. En terwijl wij nog in de nabijheid warenr zagen wij het vaartuig plotseling in de diepte verdwijnen, zonder dat het ons mogelijk was, de beide opva renden te redden. Wij zijn toen maar naar Vlissingen te ruggekeerd en hebben daar rapport uitge bracht van hetgeen wij hadden meege maakt." Tot zoover het verhaal van den heer Struijs. De loodsboot heeft later nog de omge slagen Arn. 27 nabij Rommekens op het strand gezet. De namen der slachtoffers. Nader wordt nog gemeld: Het staat thans vast dat vier scheepjes worden vermist en ajs verloren kunnen worden beschouwd. Het zijn do VI. 2, schipper Klaas van Blaas?©, G7 jaar, ma trozen Adriaan de Nooyer, 57 jaar, Leo- nardus de Nooyer, 65 jaar, Klaas Huis- zoon, 23 jaar, allen uit -Vlissingen. VI. 20, schipper Gerard Jasperse, 59 jaar, matrozen twee zoons van den schip per Pieter Jasperse, 39 j., Liven Jasper se, 26 jaar, en Jan Grootjans, 58 jaar, allen uit Vlissingen. Arn. 17, schipper Jan Siereveld, matro zen Daniel van Belzen, 23 jaar, Cornelis Ventevogel, 40 jaar, Joos Sierevogel, 17 jar, allen uit Arnemuiden. Arn. 25, schipper Arie Meerman, Arn., matrozen Willem Vogel, 23 jaar, Gilles de Nooyer, 23 jaar, en Cornelis Meerman, 26 jaar, allen te Vlissingen. Van dezo 16 personen werd alleen Cor nelis Meerman gered, zoodat 10 Vlissin- gers en 5 Arnemuidenaars het leven lie ten. Voor de haven drijft thans een omge slagen schuit, vermoedelijk de VI. 20. Op gemerkt zij, dat ook de scheepjes gemerkt „Arn." van Vlissingen uitvaren. De op varenden wonen grootendeels te Arnemui den. In de gisteren gehouden raadsvergade ring heeft de burgemeester gewezen op de zeer zware ramp, die Vlissingen getroffen heeft. Spr. is overtuigd van aller instem ming als hij uiting geeft van diep leedge voel en medegevoel. De toespraak werd door alle leden staande aangehoord. Verschillendo schepen gestrand. Men meldt ons uit IJmuiden: De vischbotter Helder 20 is nabij Eg- mond tijdens hevig stormweer gistermor gen gestrand. De opvarenden zijn gered. In het Hellegat bij Willemstad is een tiental schepen gezonken, behoorende aan de firma Plouvier en de maatschappij „Vrachtvaart". Nader wordt gemeld: Omstreeks 10 uur gistermorgen bevonden zich ter plaatse een 3-tal sleepen met to taal 7 sleepschepen. Door den plotseling uitschietenden wind bestond er geen kant, de hoven binnen te loopen, zoodat 6 der schepen vol liepen en zonken. Een schip-, per kon in de haven van Numansdorp worden binnengebracht. De opvarenden konden, zoover bekend, allen worden gered. De „Minister Lely" van de Rotetrdamsclie Tramweg-Maat schappij redde twee mannen, twee vrou wen en vier kinderen. Een der gezonken schepen behoorde aan de N.V. Plouvicr's Transport Co. te Rot terdam, een aan de Mij. Vrachtvaart te Rotterdam; twee aan de N.V .v. Haaf ten's Grint- en Ballast Mij. te Rotterdam en twee aan de N.V. Mij. Luctor te Dordrecht Uit Wemeldinge: De sleepboot Schelde No. 1 is uilgevaren ter assistentie van een motorschip, dat ge strand is nabij Gorishoek. Het visschersvaartuig Phillipine 6, geladen met mosselen, is in aanvaring ge weest met de vrachtboot Industrie. De Phillipine 6 kreeg aanzienlijke averij. De lading mosselen werd buiten boord ge worpen. Het schip is op bet droge gezet. Het sleepschip Leopold, schipper Zomer, geladen met kolen, is door storm weer overvallen en is met waterschade aan de lading binnengesleept. Da tramboot heeft gistermiddag zeven schipbreukelingen te Zijpe aangebracht. Gistermorgen strandde te Egmond aan Zee een schip, waarvan de bemanning is gered. Een ander schip is nog in het zicht. Er zitten nog drie visschersvaartuigen op de kust in de buurt van Zoutelande. Voor de bemanningen bestaat geen direct levensgevaar. Zij kunnen pas gered wor den als de reddingsboot, hij hoog water, do scheepjes kan naderen. Ernstige brand. Een doode. Gisternacht is te Laren afgebrand het huis van zekeren Majoor, bewoond door vijf gezinnen. De bewoners konden allen het branden de huis verlaten, behalve de 19-jaxige G. Majoor, die zoo vast schijnt te hebben ge slapen, dat hij niet wakker is geworden. Hij is in do vlammen omgekomen. Een vijftal paarden en een hooiberg zijn even eens verbrand. De brand te Bergambacht. Omtrent dezen brand kan nog het vol gende worden gemeld: Toen om elf uur de werklieden rook uit een luik in den vloer zagen stijgen, kon den de hand-bluschmiddelen niet meer baten. Voordat de dorpsbrandweer arri veerde, was de geheele machinekamer reeds één vuurzee. Tegen 12 uur arriveer den nog de spuiten pit Gouda, Schoon hoven en de Vlist, welke het vuur krach tig aanpakten. Doordat de wind polder- waarts woei, bleven de omriugende huizen gespaard. Eerst om twee uur was het vuur grootendeels bedwongen. De fabriek is ge heel uitgebrand, evenals de hout-opslag plaatsen. De administratieve bescheiden konden gered worden. Naar schatting be loopt de schade ver over de f 100.000. Voor f 80.000 aan afgewerkt materiaal is vernield. Onder de dorpsbewoners, die den schrik nog beet hebben van den brand welke in October 1922 het halve dorp in asch legde, beersehte aanvankelijk groote ongerust heid. De fabriek was op beurspolis ver zekerd. De brar.d bij de „Dutch Film Cy". De brand in de ateliers van de „Dutch Filmcompany", in de per'ceclen Spaarne 57 en 59 te Haarlem, is tot de beide bo venverdiepingen beperkt gebleven. De on der de daken liggende vertrekken zijn ge heel uitgebrand en in de benedenvertrek ken werd veel waterschade aangericht. De heer Vermeulen, die brandwonden kreeg aan hand en arm, maakt het naar om standigheden goed. Hij trachtte het nega tief te redden van het groote nieuwe film werk „Girque Hollandaise", waaraan drie maanden gewerkt is en waarin Louis Bouwmeester de hoofürol vervulde. Deze kostbare film, die niet tegen brandschade verzekerd was, verbrandde echter geheel evenals eenige andere films. Te half drie was men den brand meester. Omtrent de oorzaak last men nog in hfet duister. Solidariteit. Op den weg van Zuidbroek naar Mun tendam had de famiile S. even over de spoorrails haar woonwagen neergezet. Vader S. had er de raderen onder wegge nomen en zóó stond het vast als een huis. B. en W. van Zuidbroek stonden daar echter anders tegenover. De wagen kon er niet blijven, ook omdat de passage er door bemoeilijkt werd. De politie zou, ge assisteerd door eenige arbeiders, den woonwagen verplaatsen. Maar er kwam niets van, de arbeiders waren zóó solodair dat niemand hulp wilde verleenen. Een romantisch leven. Op het politiebureau te Utrecht meldde zich een man van 78 jaar aan, nog kras voor zijn leeftijd, die een poos gezworven had, geen uitweg meer wist en nu om op zending naar Veenhuizen verzocht. Het kon niet. Eenige jaren geleden had hij hetzelfde gevraagd, maar bij onderzoek was toen gebleken, dat hij niet in staat was te werken. Toen hem dit verteld was, deed hij het verhaal van zijn leven een roman. Hij was in 1846 te Utrecht geboren, van goeden huize, diende 5 jaar als dra gonder, meldde zich in 1870 bij het Fran- sche leger aan, maakte tal van bekende veldslagen mee, ging later met een Fran- sche expeditie naar Algiers om een op stand van Arabieren te onderdrukken, nam ook hier aan verschillende veldslagen deel, volgde weer vice-admiraal Gourhet naar Formosa, vocht eenige jaren in Chi na en kreeg na 19 jaar zwaren 'dienst een pensioen van 705 francs. Driemaal was hij gewond, een bajonetsteek in de hand, een kogel in 't been, een sabelhouw in den hals. Na zijn pensioneering leidde hij een zwervend leven, werd eenige jaren geleden in het Armenhuis te Utrecht opgenomen, kon 't daar niet uithouden, maar was na een nieuwe zwerversperiode opnieuw ten einde raad bij de politie te land gekomen. Deze verwees hem weer naar de Aalmoe zenierskamer, waar hij in genade werd aangenomeD. „Kcningmeisfeken" te Oost bij Eijsden. Men schrijft aan d.o „Msbd.": Zondag konden wij weer eens getuige zijn van een mooi, oud gebruik te Oost Eijsden. De heer Boersma, welke Pink stermaandag „Koning" van de schutterij geworden was, werd Zondagmiddag naar ouder gewoonte „bestoken" (vereerd) met cadeaux, welke gekocht waren van gelden door inwoners van Oost gecollecteerd. Ongeveer half zes trok de Harmonie St. Cecilia, met de schutterij naar de woning van den heer Hoer, pachter van de grafe lijke familie van Eijsden, die welwillend zijn woning ter beschikking van den fi ning" had gesteld, daar deze te Maaofif woont. Jonge meisjes droegen de cadea.7 bestaande uit een mooi koffieservies prachtig kruisbeeld, een schoorsteen-ai? tuur en twee koperen bloemvazen.0' Het huis was prachtig versierd nj- triomfbogen en passende spreuken. De grafelijke families De Gelvos en ]V Liedekcrke kwamen per auto daar een woonden de feestelijkheden bij. De „Koning", bekleed met de aloufc schutterijplaten, stond met zijn moede* en de grafelijke families voor het huis o» de eerbewijzen en gelukwenschen in ont vangst te nemen. Nadat de schutterij het geweer gepre, sonteerd had, trad de jongejuffrouw Pin, haers naar voren, bood den „Koning" eel grooten ruiker aan en feliciteerde hem i* een mooie, aardige toespraak, er vooral do voldoening der jongedames over uit, sprekende, dat eindelijk na vele jam weer eens een ongehuwde Koning waslf Spreekster dankte allen, echter vooral dt grafelijke families, hartelijk voor det steeds aan de schutterij verleenden steun, Onder een driewerf „hoera" en „lang zal hij leven" werden de cadeaux aan' des Koning aangeboden, waarna dezo alles recht hartelijk dankte voor do hem bewe< zen eer. Tot slot speelde de goed geschoold do harmonie St. Cecilia het: „Wien Né£ landsch Bloed. Nu ging men met den „Ko ning", zijne moeder en de grafelijke' far milies aan de koffietafel, waar natuurlij de echte Limburgsche vla niet ontbrak, e? spoedig een prettige stemming heerschk Na de koffie trokken allen naar de wei de. waar den „cramignon" gedanst werii, welke door mevr. Gravin de Liedekerkc met den Koning geleid werd. Werkelijk, 't was weer eens zoo'n echt oud-Lim- burgsch feest, waaraan allen medededen, jong en oud, zonder onderscheid van ranj of stand, een feest, dat allen, die erbij |r. genwoordig waren, wel ik. .it zullen ver greten. "UIT DTomgewhT HAZERSWOUDE (RIJNDIJK). Ongeluk. Donderdagmorgen om- streets 3 uur kwam een auto uit de rich ting Leiden en had het ongeluk even voor bij de kerk aan het Zwaantje in het w- ter te rijden. Zooals de chauffeur zeido, zat 't stuur vast.De chauffeur kwam met des schrik vrij. Andere personen zaten q niet in. 's Avonds had er op dezelfde plaag weer een ongeval plaats. Toen ze heat waren, de auto uit het water te trekker- kwam er een uit de richting Leiden, dij in botsing kwam met den melkwagen van den heer Moerman, voerman A. Vermeij. Het kwam doordat de chauffeur niet naar zijn stuur keek, maar naar de auto, die men bezig was uit het water te halen. Hij reed tegen paard en brik. Persoonlijke ongelukken hadden niet plaats, maar het paard werd-nogal erg gewond. Hét nom- me'r van do auto is opgeschreven. KAAG. Te water. Donderdag viel nabij (it Leeghwater een schipper van zijn viel it het water. Het ongeval werd bemerkt doet een aldaar liggende "tjalk-schipper. Dezv stelde onmiddellijk pogingen in het weri om den drenkeling te redden, wat hem met behulp van een roeiboot gelukte. De ge redde, die onder water geweest waz, werd door omwonenden van droge kleerö voorzien. KATWIJK. Sollicitatie. Voor de betrekking ut hulpkeurmeester bij den vleeschkeuring* dienst hebben zich 36 sollicitanten aangi» meld. Arbeidswet. De laatste dagen is nier van den kant der Rijkspolitie en Mare chaussée actief hij het control-, eren oi men bij het bollenpellen wel aan do voor schriften der Wet voldoet of dat te jong personeel hierbij aan het werk is. Meer deren zijn reeds gewaarschuwd. Men zor- ge dus dat aan de wetsbepalingen is vol daan. Geitenkeuring. Bij de gehouden keu ring van geiten door de Geitenfokvereffi alhier, waarhij 67 geiten waren aange voerd, waren verschillende medailles air prijzen beschikbaar gesteld. De burgemees ter der gemeente stelde een zilveren me daille ter beschikking die als lsten prij? werd afgegeven. De uitslag is als volgt: le klasse wit, on gehoornd: W. D. Huisken lc pr. Bij, med. burg. v. Katwijk; G. Rijnsent 2e f 75 p., Bondsmedaille. 2e klasse 1-jarige wit, ongehoornd: W. D. Huisken lo pr. 79 p., Bondsmedaille! W. Tom, 2e pr. 72 p., med. aangeboden door v. d. Berg's Boekhandel te Katwijk a. d. Rijn. 3e klasse wit, gehoornd: J. Kuyt lo |r. 78 p., afd.-medaille; IJ. v. Rijn, 2e pr. p. id.; wed. de Jong 3e pr. 76 p., id.; Scl' no. 11, 4e pr. 71. p. id. 4e klasse, wit, gehoornd 1-jarige: Z.T- Duijn, le pr. 76 p., afd.-med. 5e klasse bont, ongehoornd: G. Kuyl,'f pr. 76 pmed. aangeb. door Burggraaf? Rijwiel- en Motorhandel.; W. v. d.Bont,-4 pr., 75 p., afd.-medaille. 6e klasse bont, gehoornd: A. v. Duijni le pr., 74 p, afd.-medailïe, G. v. Boom -f pr., 73 p., afd-medaille. 7e klasse Lammeren: IJ. v. Rijn, pr. afd.-medaille; W. v. Duijn, 2e pr.,W' J. v. Rijn, 3e pr.,id. Voor de best onderhouden geiten: lcP W. D. Huisken, med. v. d. Afd. KatwiJ v. d. Bescherming v. Dieren; 2e pr- Rijnsent, med. v. d. Hoofdbestuur; 3e pr G. v. Duijn, med. v. d. heer Cnack v Voorburg. i De heer Cuiek, vertegenwoordiger^ Ned. Vereen, ter Bescherming v. R;cre sprak de deelnemers toe. De keuring geschiedde door de D00^ stuursleden, de heeren Roset en M^cu?.' De eerste keuring van deze afdec

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1924 | | pagina 10