Snelwandelen, cross-country, 3000 M. team-
tace en vijfkamp van het Olympisch pro
gramma af te voeren.
De moderne vijfkamp.
De einduitslag van den modernen vijf
kamp ter Olympiade (Pentathlon) lui1als
volgt
1 Lindman (Zweden) 18 punten; 2 Dyr-
een (Zweden) 39 punten; 3 Ugln (Zweden)
45 punten; 4 Doranton (Frankrijk) 54f4 p.;
5 Avellay (Finland) Do.'.- p.; 6 Jensen (Den.)
60>2 p.; Woknis (Eng.) 64 punten; S
Tonnefc (Nederland. 651-2 p); 9 Bremen
(Finland) 66 punten; Orman (Zwitserland)
74punt.
De Hollander Storfel bezette de ?5ste
plaats met 102H p.; Va-n den Brandeler
kreeg de 27e plaats, terwijl Horman no. 31
wei-d.
Nurmi en Ritola.
L'Auto heeft getracht de twee frr.i: -?
Finnen te interviewen, maar veel succes
had ze niet. Ze zijn zoo gesloten als een
pot.
Aan Ritola werd gevraagd.
U'hebfc misschien de 5000 M. kunnen
winnen. Was u soms onder den indruk van
Nurmi's kunnen?
Nurmi is sneller dan ik. Hij is een bui
tengewone kampioen.
Maar u knnt andere records slaan?
Ongetwijfeld.
Welke?
Het half uur en misschien het uur. We
moeten komen tot 10 K.M. in 30 minuten.
En aan Nurmi. de wonderman, die de we
reldrecords 800 M.20 K. M. houdt, een
Uw Olympische overwinningen moeten
u wel veel genoegen doen.
Niet meer dan andere. Ik win igraag
voor mijn land
En uw records? Gaat u er nog meer ver
beteren?
Waar zou het goed voor zijn? Als ik be
dreigd word, misschien. Zoo niet-, wa-arom
dan?
Uw verlangens?
Zoo gauw mogelijk weer naar Finland te
gaan. uitrusten, nog loopen omdat het moet
en dan kijkrn hoe anderen mijn records
aanvallen.
LAWNTENNIS.
Mej. Bouman en Timmer winnen opnieuw.
In de 3e ronde van het gè-mengd dubbel
spel te Parijs hebben mej. Kea Bouman en
Timmer (Nederland) gewonnen van Petery
en Kelemen (Hongarije) met 64 62.
WIELRENNEN.
A. S. C. Olympia.
De. A. S. C. Olympia organiseert Zondag
tO Augustus a.s. een open betrouwbaar
heid srit-, genaamd Drie Provineiënrit voor
amateurs, nieuwelingen en veteranen.
De te volgen route zal zijn: Amsterdam,
Haarlem, Leiden, Utrecht, Amsterdam,
plm. 130 km.
Berichten.
DE STORM VAN GISTERMORGEN.
De ramp der visschersvloot op de
Weslerschelde.
Vele opvarenden verdronken.
Omtrent het noodweer, dat gistermorgen
op de Schelde heeft gewoed, wordt nader
gemeld
De Vlissingsche visschersvloot, die gis
termorgen vroeg met betrekkelijk goed
weer is uitgevaren, werd tegen 7 uur plot
seling overvallen door noodweer. De zee
was zeer woest en de kleine vaartuigen
verkeerden in grooten nood. Zeilen werden
stuk" geslagen en de kleine open vaartuig
jes waren de speelbal van de golven.
Dadelijk werd liet ergste gevreesd en deze
vrees bleek niet ongegrond, want het is
zeker dat verschillende vaartuigen met de
opvarenden zijn omgeslagen.
De Ara 17 cn de Vliss 2 en 20 werden
vaststaand als verloren gemeld. Er worden
nog verschillende vaartuigen vermist en
ook zijn er reeds enkele op het strand ge
slagen.
De reddingsboot is vertrokken om hulp te
verleenen.
Een der visschers verklaart, dat hij een
vaartuig met de vier opvarenden in de
diepte zag verdwijnen. Hij kon met het
noodweer geen hulp verleenen.
De ramp heeft heel wat gezinnen in die
pen rouw gedompeld.
Het blijkt, dat niet minder dan vijf
visschersbootcn in den storm zijn vergaan.
Vier van deze booten zijn omgeslagen, ter
wijl een vijfde nabij Zoutelande is ge
strand. De ramp had plaats ter hoogte van
de boei van Calle. Veertien of vijftien
mensehenlevens zijn zeer waarschijnlijk
met deze ramp, die Vlissdngen en Arne-
2nuidcn treft, verloren gegaan.
Twee fier gezonken booten hehooren te
"flissincen thuis en werden bevarep. door
3.eden der familie Jasperse; de drie andere
booten zijn afkomstig uit Arnemuiden, en.
waren bemand met- leden van de families
Meerman en de Nooyer.
De reddingsboot Maria Cornelia van
Blankenheim, die gistermorgen terstond
is uitgevaren, is teruggekeerd met vier
overlevenden van de boot, welke bij Zoute
lande gestrand is.
Van de gezonken booten is slechts één
opvarende. Meerman geheeten. gered.
Ook van de zijde van de Marine wer
den onmiddellijk alle noodzakelijke maat
regelen genomen. De mijnenlegger „Jac.
van Meerlandt" werd uitgezonden met or
der om te kruisen op de Deurloo en het
Oostgat, waar de ramp zou zijn geschied.
De torpedoboot Z. 4, die juist onderweg
naar Vlissingen was. kreeg langs radio-
telegrafischen weg opdracht eveneens in de
buurt van Wcstkapelle te gaan zien of
assistentie nog mogelijk was.
Inmiddels werd vernomen, dat de af-
haalkotter van het Loodswezen een der
schipbreukelingen zou hebben gered.
Hoewel de visschers van Arnemuiden in
<3eze laatste plaats zijn gedomicilieerd,
oefenen zij hun bedrijf uit te Vlissingen.
Een aantal hunner vestigt zich zelfs ge
durende liet seizoen in Vlissingen, van
waar zij eiken morgen uilvaren.
Donderdagavond zijn zij echter vrijwel
zonder vangst teruggekomen en daar het
goed weer was, gingen ze tegen den nacht
opnieuw in zee. De storm, dio in den mor
gen losbrak, heeft do vloot dan ook over
vallen. De kleine garnalenschepen, waarom
h^jt hier gaat, hebben tegen hevigen storm
betrekkelijk weinig weerstandsvermogen;
de bemanning van zulk een scheepje be
staat in den regel uit twee a drie per
sonen.
Uit Domburg wordt gemeld, dat daar irw
den vroegen morgen drié visschersscheep-
jes zijn gestrand. Twee wisten weer vlot
te komen. Van het derde- scheepje was
korten tijd later niets meer te zien. Ver
moed wordt, dat het met man en muis is
vergaan.
De „Tel." verneemt nader uit Vlissin
gen:
Van ongekende kracht en hevigheid is
de orkaan geweest, die nabij Vlissingen
heeft gewoed.*
Uit de verhalen, welke men van het
volk in de haven hoort, blijkt, dat de vis
schers door den hevigen storm volkomen
verrast zijn. Zelfs in Vlissingen heeft men
de gevolgen van de plotselinge windhoos
ondervonden. Van den St. Jacobstoren is
een wijzerplaat afgewaaid, die op straat
terecht is gekomen, gelukkig zonder iemand
te treffen, en elders werd een groote win
kelruit van „Eigen Hulp" door de kracht
van den wind ingedrukt.
Het is dan ook alleszins begrijpelijk, dat
de kleine vaartuigen van de visschersvloot,
met hun natte zeilen en uitgeworpen net
ten, het hard te verantwoorden hebben ge
had.
Het staat thans vrijwel vast, dat drie
vaartuigen gekapseisd zijn, n.l. de VI. 20,
de VI. 2 en de Arn. 27.
Het was onmogelijk, elkaar hij te staan;
ieder had met zichzelf genoeg le stellen.
Sommigen verspeelden de zeilen, anderen
het roer en allen kregen averij en hadden
de grootste moeite om het voor den wind
te houden.
Nog sterker dan in andere visschers-
plaatsen, zijn de Vlissingsche en Arnemui-
densche visschers één groote familie. Het
meerendeel is aan elkaar verwant. Men
ban zich dus voorstellen, wat het voor hen
beteebende en hoe ernstig de toestand was,
dat zij genoodzaakt waren het „ieder voor
zich" toe te passen.
"Was het zelfs later op den dag moei
lijk, het juiste aantal slachtoffers en hun
namen te constateeren, in den aanvang
waren de geruchten van zóó ontstellenden!
aard, dat de omvang van de ramp niet te
benaderen viel. De welwillende commissa
ris van politie, die zich onder de bevol
king in de haven had hegeven, werd er
wanhopig onder, daar de meest tegenstrij
dige verklaringen werden afgelegd, ter
wijl, door de steeds wisselende beman
ningen, de officieele opgaven niet te con
troleeren waren.
Als zeker kan worden aangenomen, dat
de VI. 2 en VI. 20 zijn vergaan. De VI. 2
is ingeschreven onder den naam van „Eli
sabeth" op 2 Mei 1908. De eigenaar is
KI. Blaasser, terwijl de bemanning uit
vier koppen bestond.
De VI. 20 is een hoogaars, ingeschreven
in 1911; eigenaar schipper G. Jaspersen
en was eveneens met vier kóppen bemand.
Langzamerhand kwamen onder groote
belangstelling van de geheele, in angstige
spanning wachtende bevolking op het ha
venhoofd, sommige vermist gewaande
schepen binnen, of kreeg men telegrafisch
bericht over het veilig binnenloopen van
de vaartuigen in andere havens.
De windhoos, die, zooals gezegd, ook te
Vlissingen was waargenomen, had onder
de bevolking een grooten schrik doen ont
staan en vol belangstelling spoedde men
zich naar de haven.
Even over halfnegen kwamen de eerste
schepen de haven binnen en zij begaven
zich allereerst naar het loodswezen om te
rapporteeren, dat buiten nog vele schepen
waren, die in ernstige moeilijkheden ver
keerden.
Dadelijk daarop werd de reddingboot
„Maria Carolina Blankenheim", met vijf
koppen bemand, onder bevel van schip
per W. H. Pieters in zee gelaten.
Geven wij thans het woord aan een der
opvarenden van de reddingsboot:
„"Wij waren", zoo verhaalde hij, „nau
welijks huiten, of wij kwamen langs zwaar
gehavende schepen; één was er zeifs met
stukgerelen zeilen. Wij hebben ze allemaal
gepraaid of zij ook assistentie noodig had
den, maar zij riepen terug, dat er buiten
schepen in nood zaten, die onze hulp
meer noodig hadden".
„Omgeslagen schepen hebben wij niet
gezien. Al zoekende zagen wij een vaartuig -
op Zoutelande op het strand zitten. Het
bleek even later de Arn. 38 te zijn. Zij zat
leelijk en het was duidelijk, dat zij met
hoog water tegen de haven kapot zou slaan
Wij naderden do boot zoo dicht mogelijk,
maar &1 te dic-ht kon ook niet, daar an
ders het gevaar bestond, dat wij ^elf vast
zouden raken.
Even later hadden wij een lijn naar
de Ara. 38 geschoten; maar wij misten
en de lijn dreef weg.
Toen is een matroos van de reddingsboot
Crucq, over boord gesprongen en al zwem
mende, met een lijn om zijn middel, bij
de Ara. 38 gekomen. De opvarenden van
de Arn. 38 weigerden echter zich langs de
lijn in zee te laten. Wij hebben toen zéér
groote moeite gehad om de boot vlot le
krijgen. Wij draaiden op het anker en zet
ten de schroef er op. Zoo slaagden wij er
na eenigen tijd in,'de Arn. 38 vlot te krij
gen en behouden te Vlissingen bhmen te
brengen. Wij hebben verder geen gelegen
heid gehad assistentie te verleenen".
Tot zoover het verhaal van den reddings
bootman.
Ten slotte constateerde men, dat ld man
vermist werden, toen de loodsboot, onder
1 leiding van kapitein T. van der Struijs,
meldde, dat hij een schipbreukeling van
de Arn. 27 aan boord had. Zoodoende wa
ren er nog 15 vermisten.
De heer Van der Struijs was zoo wel
willend, ons het verhaal van de redding te
deen.
„Wij bevonden ons nabij Calloo-hank",
aldus onze zegsman, „om loodsdienstcn te
verrichten en wachtten tot wij zouden wor
den afgelost. Om zeven uur werd dc zee
echter zeer onrustig en er woei een harde
bries. Ik besloot toen, met het oog op de
hooge zee, mijn post te verlaten. Bij het
naar binnen gaan kwamen wij verschil
lende visschersvaartuigen tegen, welke
met groote moeite trachtten de haven te
hereiken.
Plotseling nam ik waar, dat één der
vaartuigen, naar ik later hoorde, de Arn.
27, in zinkenden toestand verkeerde. On
middellijk zette ik koers erheen en nader
de het schip tot op vijf meter. Dichter kon
ik niet bijdraaien, daar er dan te veel
gevaar voor ons zou zijn, dat onze schroef
in de uitgeworpen netten verward zou ra
ken.
Ik zette onze boot met den kop op zee
en wierp een lijn aan boord van het zin
kende vaartuig. Een jeugdige matroos van
de Am. 27 sprong overboord, greep do lijn
en wij slaagden er met groote moeite in
hem aan boord te brengen. Het bleek te
zijn Cornelis Meerman, de zoon van schip
per Meerman.
Hij deelde ons mede, dat zijn vader,
even van te voren in zee was gevallen. Hij
had met zijn vader hand in hand gestaan
ten einde niet. in het water te vallen, maar
op het laatst hacl zijn vader tot hem ge
zegd: „Ik zal je maar loslaten, jongen,
want wij kunnen ieder voor zich beter op
passen, dan wij te zamen doen". Een
oogenbük daarna zag hij zijn vader in de
diepte verdwijnen
Er bevonden zich aan boord van de Arn.
27 toen nog tweeman. Wij riepen hun
toe, eveneens den boei te pakken, nadat
we hun dezen opnieuw hadden toegewor
pen. Geen van beiden durfden zij echter
van boord te komen. Ook was het onma-
gelijk, door het hevige stormweer en den
feilen Noord-Westenwind, een jol over
boord te zetten. En terwijl wij nog in de
nabijheid warenr zagen wij het vaartuig
plotseling in de diepte verdwijnen, zonder
dat het ons mogelijk was, de beide opva
renden te redden.
Wij zijn toen maar naar Vlissingen te
ruggekeerd en hebben daar rapport uitge
bracht van hetgeen wij hadden meege
maakt."
Tot zoover het verhaal van den heer
Struijs.
De loodsboot heeft later nog de omge
slagen Arn. 27 nabij Rommekens op het
strand gezet.
De namen der slachtoffers.
Nader wordt nog gemeld:
Het staat thans vast dat vier scheepjes
worden vermist en ajs verloren kunnen
worden beschouwd. Het zijn do VI. 2,
schipper Klaas van Blaas?©, G7 jaar, ma
trozen Adriaan de Nooyer, 57 jaar, Leo-
nardus de Nooyer, 65 jaar, Klaas Huis-
zoon, 23 jaar, allen uit -Vlissingen.
VI. 20, schipper Gerard Jasperse, 59
jaar, matrozen twee zoons van den schip
per Pieter Jasperse, 39 j., Liven Jasper
se, 26 jaar, en Jan Grootjans, 58 jaar, allen
uit Vlissingen.
Arn. 17, schipper Jan Siereveld, matro
zen Daniel van Belzen, 23 jaar, Cornelis
Ventevogel, 40 jaar, Joos Sierevogel, 17
jar, allen uit Arnemuiden.
Arn. 25, schipper Arie Meerman, Arn.,
matrozen Willem Vogel, 23 jaar, Gilles de
Nooyer, 23 jaar, en Cornelis Meerman, 26
jaar, allen te Vlissingen.
Van dezo 16 personen werd alleen Cor
nelis Meerman gered, zoodat 10 Vlissin-
gers en 5 Arnemuidenaars het leven lie
ten. Voor de haven drijft thans een omge
slagen schuit, vermoedelijk de VI. 20. Op
gemerkt zij, dat ook de scheepjes gemerkt
„Arn." van Vlissingen uitvaren. De op
varenden wonen grootendeels te Arnemui
den.
In de gisteren gehouden raadsvergade
ring heeft de burgemeester gewezen op de
zeer zware ramp, die Vlissingen getroffen
heeft. Spr. is overtuigd van aller instem
ming als hij uiting geeft van diep leedge
voel en medegevoel. De toespraak werd
door alle leden staande aangehoord.
Verschillendo schepen
gestrand.
Men meldt ons uit IJmuiden:
De vischbotter Helder 20 is nabij Eg-
mond tijdens hevig stormweer gistermor
gen gestrand. De opvarenden zijn gered.
In het Hellegat bij Willemstad is een
tiental schepen gezonken, behoorende aan
de firma Plouvier en de maatschappij
„Vrachtvaart".
Nader wordt gemeld:
Omstreeks 10 uur gistermorgen bevonden
zich ter plaatse een 3-tal sleepen met to
taal 7 sleepschepen. Door den plotseling
uitschietenden wind bestond er geen kant,
de hoven binnen te loopen, zoodat 6 der
schepen vol liepen en zonken. Een schip-,
per kon in de haven van Numansdorp
worden binnengebracht.
De opvarenden konden, zoover bekend,
allen worden gered. De „Minister Lely"
van de Rotetrdamsclie Tramweg-Maat
schappij redde twee mannen, twee vrou
wen en vier kinderen.
Een der gezonken schepen behoorde aan
de N.V. Plouvicr's Transport Co. te Rot
terdam, een aan de Mij. Vrachtvaart te
Rotterdam; twee aan de N.V .v. Haaf ten's
Grint- en Ballast Mij. te Rotterdam en
twee aan de N.V. Mij. Luctor te Dordrecht
Uit Wemeldinge:
De sleepboot Schelde No. 1 is uilgevaren
ter assistentie van een motorschip, dat ge
strand is nabij Gorishoek.
Het visschersvaartuig Phillipine 6,
geladen met mosselen, is in aanvaring ge
weest met de vrachtboot Industrie. De
Phillipine 6 kreeg aanzienlijke averij. De
lading mosselen werd buiten boord ge
worpen. Het schip is op bet droge gezet.
Het sleepschip Leopold, schipper
Zomer, geladen met kolen, is door storm
weer overvallen en is met waterschade aan
de lading binnengesleept.
Da tramboot heeft gistermiddag zeven
schipbreukelingen te Zijpe aangebracht.
Gistermorgen strandde te Egmond
aan Zee een schip, waarvan de bemanning
is gered. Een ander schip is nog in het
zicht.
Er zitten nog drie visschersvaartuigen
op de kust in de buurt van Zoutelande.
Voor de bemanningen bestaat geen direct
levensgevaar. Zij kunnen pas gered wor
den als de reddingsboot, hij hoog water,
do scheepjes kan naderen.
Ernstige brand.
Een doode.
Gisternacht is te Laren afgebrand het
huis van zekeren Majoor, bewoond door
vijf gezinnen.
De bewoners konden allen het branden
de huis verlaten, behalve de 19-jaxige G.
Majoor, die zoo vast schijnt te hebben ge
slapen, dat hij niet wakker is geworden.
Hij is in do vlammen omgekomen. Een
vijftal paarden en een hooiberg zijn even
eens verbrand.
De brand te Bergambacht.
Omtrent dezen brand kan nog het vol
gende worden gemeld:
Toen om elf uur de werklieden rook uit
een luik in den vloer zagen stijgen, kon
den de hand-bluschmiddelen niet meer
baten. Voordat de dorpsbrandweer arri
veerde, was de geheele machinekamer
reeds één vuurzee. Tegen 12 uur arriveer
den nog de spuiten pit Gouda, Schoon
hoven en de Vlist, welke het vuur krach
tig aanpakten. Doordat de wind polder-
waarts woei, bleven de omriugende huizen
gespaard. Eerst om twee uur was het vuur
grootendeels bedwongen. De fabriek is ge
heel uitgebrand, evenals de hout-opslag
plaatsen. De administratieve bescheiden
konden gered worden. Naar schatting be
loopt de schade ver over de f 100.000.
Voor f 80.000 aan afgewerkt materiaal is
vernield.
Onder de dorpsbewoners, die den schrik
nog beet hebben van den brand welke in
October 1922 het halve dorp in asch legde,
beersehte aanvankelijk groote ongerust
heid. De fabriek was op beurspolis ver
zekerd.
De brar.d bij de „Dutch Film Cy".
De brand in de ateliers van de „Dutch
Filmcompany", in de per'ceclen Spaarne
57 en 59 te Haarlem, is tot de beide bo
venverdiepingen beperkt gebleven. De on
der de daken liggende vertrekken zijn ge
heel uitgebrand en in de benedenvertrek
ken werd veel waterschade aangericht. De
heer Vermeulen, die brandwonden kreeg
aan hand en arm, maakt het naar om
standigheden goed. Hij trachtte het nega
tief te redden van het groote nieuwe film
werk „Girque Hollandaise", waaraan drie
maanden gewerkt is en waarin Louis
Bouwmeester de hoofürol vervulde. Deze
kostbare film, die niet tegen brandschade
verzekerd was, verbrandde echter geheel
evenals eenige andere films. Te half drie
was men den brand meester. Omtrent de
oorzaak last men nog in hfet duister.
Solidariteit.
Op den weg van Zuidbroek naar Mun
tendam had de famiile S. even over de
spoorrails haar woonwagen neergezet.
Vader S. had er de raderen onder wegge
nomen en zóó stond het vast als een huis.
B. en W. van Zuidbroek stonden daar
echter anders tegenover. De wagen kon er
niet blijven, ook omdat de passage er
door bemoeilijkt werd. De politie zou, ge
assisteerd door eenige arbeiders, den
woonwagen verplaatsen. Maar er kwam
niets van, de arbeiders waren zóó solodair
dat niemand hulp wilde verleenen.
Een romantisch leven.
Op het politiebureau te Utrecht meldde
zich een man van 78 jaar aan, nog kras
voor zijn leeftijd, die een poos gezworven
had, geen uitweg meer wist en nu om op
zending naar Veenhuizen verzocht.
Het kon niet. Eenige jaren geleden had
hij hetzelfde gevraagd, maar bij onderzoek
was toen gebleken, dat hij niet in staat
was te werken.
Toen hem dit verteld was, deed hij het
verhaal van zijn leven een roman.
Hij was in 1846 te Utrecht geboren,
van goeden huize, diende 5 jaar als dra
gonder, meldde zich in 1870 bij het Fran-
sche leger aan, maakte tal van bekende
veldslagen mee, ging later met een Fran-
sche expeditie naar Algiers om een op
stand van Arabieren te onderdrukken,
nam ook hier aan verschillende veldslagen
deel, volgde weer vice-admiraal Gourhet
naar Formosa, vocht eenige jaren in Chi
na en kreeg na 19 jaar zwaren 'dienst een
pensioen van 705 francs. Driemaal was
hij gewond, een bajonetsteek in de hand,
een kogel in 't been, een sabelhouw in den
hals.
Na zijn pensioneering leidde hij een
zwervend leven, werd eenige jaren geleden
in het Armenhuis te Utrecht opgenomen,
kon 't daar niet uithouden, maar was na
een nieuwe zwerversperiode opnieuw ten
einde raad bij de politie te land gekomen.
Deze verwees hem weer naar de Aalmoe
zenierskamer, waar hij in genade werd
aangenomeD.
„Kcningmeisfeken" te Oost bij Eijsden.
Men schrijft aan d.o „Msbd.":
Zondag konden wij weer eens getuige
zijn van een mooi, oud gebruik te Oost
Eijsden. De heer Boersma, welke Pink
stermaandag „Koning" van de schutterij
geworden was, werd Zondagmiddag naar
ouder gewoonte „bestoken" (vereerd) met
cadeaux, welke gekocht waren van gelden
door inwoners van Oost gecollecteerd.
Ongeveer half zes trok de Harmonie St.
Cecilia, met de schutterij naar de woning
van den heer Hoer, pachter van de grafe
lijke familie van Eijsden, die welwillend
zijn woning ter beschikking van den fi
ning" had gesteld, daar deze te Maaofif
woont. Jonge meisjes droegen de cadea.7
bestaande uit een mooi koffieservies
prachtig kruisbeeld, een schoorsteen-ai?
tuur en twee koperen bloemvazen.0'
Het huis was prachtig versierd nj-
triomfbogen en passende spreuken.
De grafelijke families De Gelvos en ]V
Liedekcrke kwamen per auto daar een
woonden de feestelijkheden bij.
De „Koning", bekleed met de aloufc
schutterijplaten, stond met zijn moede*
en de grafelijke families voor het huis o»
de eerbewijzen en gelukwenschen in ont
vangst te nemen.
Nadat de schutterij het geweer gepre,
sonteerd had, trad de jongejuffrouw Pin,
haers naar voren, bood den „Koning" eel
grooten ruiker aan en feliciteerde hem i*
een mooie, aardige toespraak, er vooral
do voldoening der jongedames over uit,
sprekende, dat eindelijk na vele jam
weer eens een ongehuwde Koning waslf
Spreekster dankte allen, echter vooral dt
grafelijke families, hartelijk voor det
steeds aan de schutterij verleenden steun,
Onder een driewerf „hoera" en „lang
zal hij leven" werden de cadeaux aan' des
Koning aangeboden, waarna dezo alles
recht hartelijk dankte voor do hem bewe<
zen eer. Tot slot speelde de goed geschoold
do harmonie St. Cecilia het: „Wien Né£
landsch Bloed. Nu ging men met den „Ko
ning", zijne moeder en de grafelijke' far
milies aan de koffietafel, waar natuurlij
de echte Limburgsche vla niet ontbrak, e?
spoedig een prettige stemming heerschk
Na de koffie trokken allen naar de wei
de. waar den „cramignon" gedanst werii,
welke door mevr. Gravin de Liedekerkc
met den Koning geleid werd. Werkelijk,
't was weer eens zoo'n echt oud-Lim-
burgsch feest, waaraan allen medededen,
jong en oud, zonder onderscheid van ranj
of stand, een feest, dat allen, die erbij |r.
genwoordig waren, wel ik. .it zullen ver
greten.
"UIT DTomgewhT
HAZERSWOUDE (RIJNDIJK).
Ongeluk. Donderdagmorgen om-
streets 3 uur kwam een auto uit de rich
ting Leiden en had het ongeluk even voor
bij de kerk aan het Zwaantje in het w-
ter te rijden. Zooals de chauffeur zeido,
zat 't stuur vast.De chauffeur kwam met des
schrik vrij. Andere personen zaten q
niet in.
's Avonds had er op dezelfde plaag
weer een ongeval plaats. Toen ze heat
waren, de auto uit het water te trekker-
kwam er een uit de richting Leiden, dij
in botsing kwam met den melkwagen van
den heer Moerman, voerman A. Vermeij.
Het kwam doordat de chauffeur niet naar
zijn stuur keek, maar naar de auto, die
men bezig was uit het water te halen. Hij
reed tegen paard en brik. Persoonlijke
ongelukken hadden niet plaats, maar het
paard werd-nogal erg gewond. Hét nom-
me'r van do auto is opgeschreven.
KAAG.
Te water. Donderdag viel nabij (it
Leeghwater een schipper van zijn viel it
het water. Het ongeval werd bemerkt doet
een aldaar liggende "tjalk-schipper. Dezv
stelde onmiddellijk pogingen in het weri
om den drenkeling te redden, wat hem met
behulp van een roeiboot gelukte. De ge
redde, die onder water geweest waz,
werd door omwonenden van droge kleerö
voorzien.
KATWIJK.
Sollicitatie. Voor de betrekking ut
hulpkeurmeester bij den vleeschkeuring*
dienst hebben zich 36 sollicitanten aangi»
meld.
Arbeidswet. De laatste dagen is nier
van den kant der Rijkspolitie en Mare
chaussée actief hij het control-, eren oi
men bij het bollenpellen wel aan do voor
schriften der Wet voldoet of dat te jong
personeel hierbij aan het werk is. Meer
deren zijn reeds gewaarschuwd. Men zor-
ge dus dat aan de wetsbepalingen is vol
daan.
Geitenkeuring. Bij de gehouden keu
ring van geiten door de Geitenfokvereffi
alhier, waarhij 67 geiten waren aange
voerd, waren verschillende medailles air
prijzen beschikbaar gesteld. De burgemees
ter der gemeente stelde een zilveren me
daille ter beschikking die als lsten prij?
werd afgegeven.
De uitslag is als volgt: le klasse wit, on
gehoornd: W. D. Huisken lc pr. Bij,
med. burg. v. Katwijk; G. Rijnsent 2e f
75 p., Bondsmedaille.
2e klasse 1-jarige wit, ongehoornd: W.
D. Huisken lo pr. 79 p., Bondsmedaille!
W. Tom, 2e pr. 72 p., med. aangeboden
door v. d. Berg's Boekhandel te Katwijk
a. d. Rijn.
3e klasse wit, gehoornd: J. Kuyt lo |r.
78 p., afd.-medaille; IJ. v. Rijn, 2e pr.
p. id.; wed. de Jong 3e pr. 76 p., id.; Scl'
no. 11, 4e pr. 71. p. id.
4e klasse, wit, gehoornd 1-jarige: Z.T-
Duijn, le pr. 76 p., afd.-med.
5e klasse bont, ongehoornd: G. Kuyl,'f
pr. 76 pmed. aangeb. door Burggraaf?
Rijwiel- en Motorhandel.; W. v. d.Bont,-4
pr., 75 p., afd.-medaille.
6e klasse bont, gehoornd: A. v. Duijni
le pr., 74 p, afd.-medailïe, G. v. Boom -f
pr., 73 p., afd-medaille.
7e klasse Lammeren: IJ. v. Rijn,
pr. afd.-medaille; W. v. Duijn, 2e pr.,W'
J. v. Rijn, 3e pr.,id.
Voor de best onderhouden geiten: lcP
W. D. Huisken, med. v. d. Afd. KatwiJ
v. d. Bescherming v. Dieren; 2e pr-
Rijnsent, med. v. d. Hoofdbestuur; 3e pr
G. v. Duijn, med. v. d. heer Cnack v
Voorburg. i
De heer Cuiek, vertegenwoordiger^
Ned. Vereen, ter Bescherming v. R;cre
sprak de deelnemers toe.
De keuring geschiedde door de D00^
stuursleden, de heeren Roset en M^cu?.'
De eerste keuring van deze afdec